Voorlichting Wet Werk en Zekerheid Platformbijeenkomsten, najaar 2014
René Tromp Wille-Anne van ‘t Zelfde
Inhoud • Wijziging ‘flexrecht’ • Wijziging ontslagrecht
Deel 1 Wijziging flexrecht
Aanzegtermijn • Werkgever informeert uiterlijk 1 maand voor het einde van arbeidsovereenkomst van rechtswege de werknemer over: - het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst, én - bij voortzetting, de voorwaarden waaronder die voortzetting plaatsvindt. • Geldt niet bij contract van korter dan zes maanden en bij einddatum die niet is vastgesteld op een kalenderdatum • Sanctie: vergoeding van een maand loon of naar rato • NB: Aanzegging mag al bij aangaan arbeidsovereenkomst • Van toepassing per 1 januari 2015
Ketenregeling art 7: 668a (I) Nu • Maximale termijn voor ketenbepaling is 36 maanden. Afwijking bij cao is mogelijk. • Maximaal aantal binnen 36 maanden is 3. Is van afgeweken in cao, maximaal aantal contracten onbeperkt. • Tussenpozen om de keten te doorbreken langer dan 3 maanden.
WWZ • Maximale termijn voor ketenbepaling is 24 maanden. Mag bij CAO van afgeweken worden tot 48 maanden. • Maximaal aantal contracten 3, mag bij CAO van afgeweken worden tot max. 6 contracten. • Tussenpozen om de keten te doorbreken langer dan 6 maanden.
Ketenregeling art 7: 668a (II) • Afwijkingsmogelijkheid bij cao beperkt. Problematisch voor vervangingsbetrekkingen. • Voor bestuurders kan schriftelijk van de ketenbepaling worden afgeweken, maar alleen voor de periode, en niet voor het aantal contracten • Ketenbepaling geldt niet voor BBL’ers • Voor arbeidsovereenkomsten in het kader van educatie kan bij CAO van de ketenbepaling worden afgeweken, maar alleen voor de periode en niet voor het aantal contracten. • Ketenbepaling geldt niet zolang werknemer jonger is dan 18 jaar en gemiddeld minder dan 12 uur per week werkt.
Ketenregeling art 7: 668a (III) • Op arbeidsovereenkomsten aangegaan op of na 1 juli 2015 wordt het nieuwe recht van toepassing, tenzij een cao van toepassing is waarin afwijkingen op de ketenbepaling zijn overeengekomen. Dit overgangsrecht geldt tot de expiratiedatum van de cao of uiterlijk tot anderhalf jaar na inwerkintreding van de nieuwe wettelijke bepaling.
Overig • Loondoorbetalingsverplichting (geen arbeid, wel loon tenzij..). • Oproepcontracten: beperking van mogelijkheid om de 6maandstermijn van uitsluiting loondoorbetaling bij cao te verlengen. • Geen proeftijd bij contract van zes maanden of korter. • Concurrentiebeding: in principe geen concurrentiebeding bij arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Ingangsdatum: 1 januari 2015
Deel 2 Wijziging ontslagrecht
Korte toelichting huidige situatie • Wederzijds goedvinden: vaststellings – of beëindigingsovereenkomst • Opzegging: toetsing achteraf door commissie van beroep (en/of eventueel kantonrechter) • Ontbinding: verzoek kantonrechter om de arbeidsovereenkomst te ontbinden Rechtsgevolgen ontslag mede afhankelijk van gekozen route. Wijziging ontslagrecht beoogt hierin verandering te brengen.
Veranderingen voor onderwijs • Extra vormvereisten vaststellingsovereenkomst • Reden van het ontslag bepaalt eenzijdige ontslagroute: - opzegging met toestemming UWV bij bedrijfseconomisch ontslag of langdurige ziekte - ontbinding door kantonrechter bij in de persoon gelegen redenen voor ontslag • Preventieve ontslagtoets gaat dus ook gelden voor het onderwijs • Kringenrechtspraak in het onderwijs ten einde • Transitievergoeding voor werknemers die twee jaar of langer in dienst zijn geweest • Hoger beroep en cassatie opengesteld bij ontbinding
De nieuwe ontslagroutes samengevat • Met wederzijds goedvinden: de werknemer stemt in met zijn ontslag, of er wordt een vaststellingsovereenkomst gesloten • Opzeggen met toestemming van UWV: bedrijfseconomisch (formatief) ontslag en langdurige ziekte. • Ontbinding bij de kantonrechter: persoonsgebonden redenen voor ontslag. • Geen preventieve toets bij: instemming werknemer, tijdens de proeftijd, dringende reden, aow-gerechtigde leeftijd, bij einde van rechtswege.
Praktische gevolgen • Werkwijze bij bedrijfseconomisch ontslag verandert drastisch: - Eigen afvloeiingsregeling verdwijnt. - De door UWV uitgevoerde regelgeving rondom bedrijfseconomisch ontslag wordt leidend: afspiegelingsbeginsel
• Ontbinding door kantonrechter alleen wanneer sprake is van goed dossier. Bij ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever, kan aan de werknemer een billijke vergoeding worden toegekend bovenop de transitievergoeding (‘muizengaatje’)
‘Identiteitsontslag’ • Preventieve toetsing ontslag door kantonrechter bij persoonsgebonden ontslag, maar één uitzondering (amendement SGP/CU) • Geen preventieve toets door rechter noodzakelijk als het opzegging van een werknemer in het bijzonder onderwijs betreft en de reden voor de opzegging is gelegen in handelen of nalaten van de werknemer dat onverenigbaar is met de uit de godsdienstige of levensbeschouwelijke grondslag voortvloeiende identiteit van de school, mits toestemming is verleend door een van de werkgever onafhankelijke en onpartijdige commissie (7:671 lid 1 sub h BW) • Omvorming Commissie van Beroep?
Transitievergoeding (I) • Te betalen indien arbeidsovereenkomst (BT/ OT) 24 maanden of meer heeft geduurd en is geëindigd initiatief van de werkgever, • Hoogte vergoeding: - gedurende de eerste 120 maanden van de arbeidsovereenkomst voor elke periode van zes maanden dienstverband: 1/6 maandsalaris - voor elke zes maanden daaropvolgend: 1/4 maandsalaris • Maximum: € 75.000 of jaarsalaris (als dat hoger ligt) • Bijzondere vergoeding voor oudere werknemers tot 2020: 1 maandsalaris per dienstjaar indien werknemer ten minste 10 jaar in dienst is geweest (geldt niet voor kleine werkgevers)
Transitievergoeding (I) Werknemer, 44 jaar, 14 jaar en 10 mnd in dienst bij 25+onderneming, loon € 3000 p.m., neutrale ontbinding Nu: (2,5 +10) x 3000 x 1= 34 500 Straks: (20 x3000 x1/6) + (9 x3000 x1/4)= 16 750 Werknemer, 59 jaar, 24 jaar in dienst bij 25+-onderneming, loon € 5400 p.m., neutrale ontbinding Nu: (10+15+8) x 5400 x 1= 178 200 Straks: (20 x5400 x1/6) + (10 x 5400 x1/4) +(18 x5400 x1/2)= (80 100=>) 75 000 Na 2019: (20 x 5400 x1/6) + (28 x5400 x1/4)= 55 800
Vragen?