AUTOSCHADE
Uw persoonlijke ondernemer in schade!
Voorkomen is beter dan repareren Dit boekje wordt u aangeboden door A.A.S., het netwerk van de betere schadeherstellers van Nederland en is tot stand gekomen met medewerking van Veilig Verkeer Nederland
Voorwoord Geachte automobilist, Misschien vindt u het een beetje raar dat autoschadeherstelbedrijven u gaan voorlichten om schade aan de auto te voorkomen. Het is tenslotte onze boterham. En in een dalende markt klinkt dat behoorlijk tegenstrijdig. Maar voor ons niet. Wij vinden het een kwestie van verantwoordelijkheid nemen, vandaar dit boekje. We hopen hiermee een bijdrage te leveren aan verdere bewustwording van de gevaren die er in het verkeer helaas elke dag zijn en het bevorderen van de verkeersveiligheid.
AUTOSCHADE
Dit boekje is uitgegeven bij de start van onze samenwerking met Veilig Verkeer Nederland. Voor de toekomst staan er nog meer (gezamenlijke) trajecten op de planning. Ik wens u vele veilige kilometers en mocht er helaas toch schade ontstaan aan uw auto, zie ik u graag terug bij een van onze schadeherstelbedrijven. Met vriendelijke groet, Nicole Spenkelink Directeur A.A.S.
AUTOSCHADE
Op de volgende pagina’s vindt u allerlei tips en regels. Uiteraard is dit slechts een greep uit allerlei informatie rondom veiligheid en moeten we, gezien de ruimte, keuzes maken. Op internet is nog heel veel informatie over dit onderwerp te lezen. Wij wensen u veel plezier!
Tips van Veilig Verkeer Nederland voor een veilige verkeersdeelname Algemeen • Rijd defensief • Zorg dat je auto in orde is/ in goede staat verkeert
Op reis • Wat heb je bij je als je naar het buitenland gaat (hesjes, lifehammer, brandblusser, etc.) • Check verkeersregels in andere landen
Over bellen • Niet bellen in het verkeer, ook niet handsfree. • Zet je mobiel in de auto uit of op ‘stil’. • Wil je toch bellen, zoek dan eerst een parkeerplek op.
AUTOSCHADE
Met betrekking tot navigatie • Stel de route van je navigatie van tevoren in. Gebruik je de navigatie via je mobiel, dan is dit al helemaal belangrijk, want tijdens het rijden is het verboden je mobiele telefoon vast te houden. • Probeer als het kan, je navigatiesysteem niet op de ruit te bevestigen. Soms kan dit niet anders. Probeer dan je navigatiesysteem zo dicht mogelijk langs de rand van je voorruit te bevestigen, zodat je een vrij zicht op de weg houdt. • Als je een route goed kent, laat dan het navigatiesysteem thuis of zet het systeem uit. • Blijf altijd zelf goed opletten en nadenken.
Goed uitgerust op pad • Ga uitgerust op stap; bij vermoeidheid wordt het zicht slechter; in het donker wordt dat nog eens versterkt.
Defensief rijden • Rij rustig; bij hoge snelheden worden niet alle relevante zaken meer waargenomen; in het donker wordt dat nog eens versterkt;
• Houd voldoende afstand tot voorliggers (2 seconderegel); daardoor houdt u voldoende zicht op de verkeerssituatie.
Auto in orde • Houd voorruit en lampen van de auto schoon; • Zorg voor voldoende ruitensproeiervloeistof, zodat ook tijdens het rijden de voorruit schoongemaakt kan worden.
Tips van Veilig Verkeer Nederland voor een veilige verkeersdeelname Zicht • Kijk in het donker niet in de koplampen van tegenliggers. Dat verblindt. Kijk er langs en houd de blik op wegmarkering en achterlichten van voorliggers; • Zorg altijd voor een goede zonnebril (op sterkte) in de auto; ook
in voorjaar, najaar en winter kan de zon erg hinderlijk zijn; • Een reservebril in de auto is verstandig en in sommige Europese landen zelfs verplicht; • Laat uw ogen jaarlijks controleren; ogen gaan soms sneller achteruit dan u denkt.
AUTOSCHADE
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid Verkeersveiligheid
zowel voor- als achterin. De autostoeltjes en zittingverhogers moeten voldoen aan Europese
Met uiteenlopende maatregelen werkt de overheid aan een veiliger verkeer met minder verkeersdoden. Bijvoorbeeld door eisen aan voertuigen en bestuurders te stellen of door wegen verkeersveiliger in te richten en verkeersovertreders aan te pakken. Kijk daarvoor op www.rijksoverheid.nl
Autogordels Het is verplicht om autogordels te dragen in de auto, zowel voor- als achterin de auto. Als er op alle zitplaatsen een gordel is, mag niemand zonder gordel worden vervoerd. Heeft de achterbank 3 gordels, dan mogen er niet meer dan 3 mensen op de achterbank vervoerd worden. In auto’s zonder
AUTOSCHADE
gordels, bijvoorbeeld oldtimers, mogen passagiers (vanaf 3 jaar) wel vervoerd worden.
Kinderzitjes in de auto Kinderen tot 18 jaar die kleiner zijn dan 1,35 meter, moeten gebruik maken van een goedgekeurd zitje of zittingverhoger. Dit geldt
veiligheidseisen. Voor het vervoer van kinderen in oldtimers gelden geen aparte regels.
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid
AUTOSCHADE
Auto te water
uitdrukkelijk toegestaan. Zo mag een personenauto geen andere knipperende lichten hebben dan de richtingaanwijzers en waarschuwingslichten. Bijvoorbeeld een zwaailamp, die is verboden.
Uit onderzoek van het ministerie van Verkeer en Waterstaat blijkt dat veel automobilisten denken dat ze moeten wachten tot de auto geheel onder water is, om dan pas de auto te verlaten. Met de campagne ‘Auto te Water? Meteen eruit door de ruit!’ wil het ministerie dit misverstand de wereld uitkrijgen. Automobilisten worden opgeroepen de auto direct via de ruit te verlaten met hulp van een veiligheidshamer. Door als bestuurder een veiligheidshamer binnen handbereik te monteren, ben je in staat snel de gordel door te snijden, de zijruit kapot te slaan en de auto te verlaten als je te water raakt.
Autoverlichting
Ruitenfolie
Er gelden eisen voor autoverlichting. De regels voor autoverlichting staan in de Regeling voertuigen.
Sommige automobilisten plakken donkergekleurde folie op hun autoruiten. Donker getinte autoruiten zijn echter niet veilig omdat ze het zicht beperken. Vooral bij donker weer kan dit leiden tot gevaarlijke situaties. Voor de typegoedkeuring van een auto moet de lichtdoorlatendheid van de voorruit minimaal 75% zijn, van de andere ruiten 70%. Bij de meeste autoruiten ligt de lichtdoorlatendheid al vanaf de fabriek in de buurt van de
Een aantal regels op een rij: • Alle naar voren gerichte lichten moeten geel of wit zijn. • Alle naar achter gerichte verlichting moet rood zijn, behalve het achteruitrijlicht. Dit moet geel of wit zijn. • Een auto mag niet meer verlichting hebben dan is voorgeschreven of
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid minimum waarden. In de permanente eisen, dat zijn de eisen waar een voertuig in het verkeer aan moet voldoen, wordt een minimum lichtdoorlatendheid van 55% geëist voor de voorruit en de voorste zijruiten. Er is dus weinig ruimte over voor extra coating of folie. De politie beschikt over een apparaatje om de lichtdoorlatendheid van de autoruit te meten, de zogenoemde ‘tintman’.
Hoe moet ik mijn hond of kat in de auto vervoeren? Er zijn geen specifieke regels vanuit de overheid voor het vervoer van een hond of kat in de auto. Wel is artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994 (WvW 1994) van toepassing. Volgens dit artikel mag u uw huisdier niet vervoeren in de auto als dit tot gevaarlijke situaties of verkeershinder leidt of kan leiden.
Advies weggebruiker bij winterse omstandigheden • voorzichtig rijden; • niet onnodig van rijstrook wisselen; • voldoende afstand houden;
AUTOSCHADE
• uw ruiten volledig ijsvrij maken; • uw lampen vrij maken van sneeuw en ijs; • uw verlichting aan zetten bij weinig zicht door bijvoorbeeld neerslag of mist; • de weersvoorspellingen en verkeersinformatie goed in de gaten houden.
Mag ik in Nederland sneeuwkettingen gebruiken? Het is in Nederland verboden om met sneeuwkettingen op de openbare weg te rijden. Sneeuwkettingen kunnen namelijk het wegdek of de wegmarkeringen beschadigen. Dit kan de verkeersveiligheid in gevaar brengen. Het verbod geldt ook voor bedrijfsauto’s,
bussen, motorfietsen, driewielige motorrijtuigen, bromfietsen, motorrijtuigen met beperkte snelheid, landbouw- of bosbouwtrekkers, gehandicaptenvoertuigen, aanhangwagens en andere wagens.
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid Moet ik overdag altijd dimlicht aan hebben? U hoeft als bestuurder van een motorvoertuig in Nederland overdag niet altijd met licht aan te rijden. Het voeren van motorvoertuigverlichting overdag wordt op korte termijn ook niet verplicht gesteld. Wel moet u als bestuurder van een motorvoertuig, bromfiets, snorfiets en gehandicaptenvoertuig overdag dimlicht voeren als het zicht slecht is. Vanaf 2011 moeten alle nieuw op de markt te brengen autotypes
in Europa uitgerust zijn met dagrijlampen. Deze lampen gaan automatisch branden wanneer u de auto start.
Mogen in of op aanhangwagens personen vervoerd worden?
Het is verboden om personen te vervoeren in of op een aanhanger achter een motorvoertuig of bromfiets. Ook mogen geen personen worden vervoerd in open en gesloten laadruimten van deze voertuigen. Er mogen alleen personen worden vervoerd in de daarvoor ingerichte laadruimte. Bijvoorbeeld in een ambulance, dierenambulance of voertuig voor rolstoelvervoer.
AUTOSCHADE
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid Wanneer mag ik een ander voertuig inhalen en wanneer niet? U mag als bestuurder van een voertuig een ander voertuig niet inhalen als u door het inhalen gevaar of hinder veroorzaakt. Ook mag u niet inhalen als er een doorgetrokken streep is aangebracht of als er een verkeersbord is geplaatst die als betekenis heeft dat u niet mag inhalen. Niet inhalen bij aantal onduidelijke situaties Er zijn een aantal onduidelijke situaties waar u niet mag inhalen, zoals: • onoverzichtelijke kruispunten; • onoverzichtelijke bochten; • op een helling.
AUTOSCHADE
Voertuig links of rechts inhalen Meestal moet u links inhalen, soms mag u rechts inhalen. Er is 1 situatie waarbij u rechts moet inhalen. Dat is als u achter een bestuurder rijdt die linksaf wil slaan en deze bestuurder heeft richting aangegeven naar links en heeft links voorgesorteerd. In de volgende situaties mag u zowel rechts als links inhalen: • op of vlak voor een rotonde; • als u in een file rijdt; • het inhalen van een tram; • als u aan de rechterzijde van een blokmarkering rijdt.
Verbod op inhalen voertuig Volgens de wet mag u geen voertuigen (dus ook geen fietsers)
inhalen vlak voor of op een voetgangersoversteekplaats. Als er op het wegdek een doorgetrokken streep is aangebracht, die de rijbaan in rijstroken verdeelt, mag u deze doorgetrokken streep niet overschrijden. Is er tussen u en de doorgetrokken streep een onderbroken streep aangebracht, dan mag u wel inhalen.
Wat betekenen de strepen op de weg? Strepen op de weg kunnen een rijbaan in rijstroken verdelen of aangeven wat de maximumsnelheid is. Omdat het niet altijd duidelijk is op wat voor soort weg u rijdt, komen er in Nederland nieuwe strepen op de weg.
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid Dit zijn de zogenaamde essentiële herkenbaarheidskenmerken (EHK). Alle wegen buiten de bebouwde kom krijgen nieuwe strepen, met uitzondering van de autosnelwegen.
Soorten nieuwe strepen op de weg De nieuwe strepen geven aan wat de maximumsnelheid is die u op die weg mag rijden: • dubbele witte middenstrepen met groene kleur ertussen: 100 kilometer per uur (km/uur); • dubbele witte middenstrepen zonder groene kleur: 80 km/uur; • geen middenstreep: 80 km/uur, tenzij er langs de weg een bord staat met 60 km/uur. De nieuwe strepen veranderen niets aan de bestaande verkeersregels en maximumsnelheden op wegen buiten de bebouwde kom.
Verkeersborden gaan voor strepen op de weg Aan de strepen kunt u zien hoe hard u normaal gesproken mag
AUTOSCHADE
rijden. Soms past een lagere snelheid beter bij de situatie. Staat er een verkeersbord met een lagere maximumsnelheid, dan moet u zich aan de op het verkeersbord aangegeven snelheid houden. Bij onderbroken middenstrepen is inhalen toegestaan, maar soms is vanwege de veiligheid een plaatselijk inhaalverbod nodig. Dat wordt dan met verkeersborden duidelijk gemaakt. Ook voor inhalen geldt dat de verkeersborden voor de strepen gaan.
Niet rijden over doorgetrokken streep Een enkele of dubbele doorgetrokken streep verdeelt een rijbaan in rijstroken. U mag niet over deze strepen rijden.
Doorgetrokken en onderbroken streep Ligt er naast een doorgetrokken streep een onderbroken streep, dan mag u over de strepen rijden als de onderbroken streep aan uw kant ligt. Een onderbroken streep die gebruikt wordt om de rijbaan in rijstroken te verdelen, mag u overschrijden. U mag dan van rijstrook wisselen en inhalen.
Groene baan tussen twee middenstrepen bij 100 kilometerwegen Bij de nieuwe belijning van 100 en 80 kilometerwegen wordt een dubbele middenstreep toegepast. Om het verschil tussen deze typen wegen extra te benadrukken is bij de 100 kilometer wegen een groene baan tussen de twee
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid middenstrepen aangebracht. Kunt u die kleur niet herkennen door bijvoorbeeld kleurenblindheid, dan is dat op zich geen probleem omdat het belangrijkste onderscheid tussen de 2 typen wegen de witte streep aan de rechterkant van de weg is. Bij 100 kilometer wegen is de streep aan de zijkant van de weg doorgetrokken, terwijl die bij de 80 kilometer wegen onderbroken is.
Wat is de 2 seconden regel en hoe pas ik deze toe?
De 2 seconden regel is een regel voor het bepalen van een veilige afstand tussen motorvoertuigen. Het is geen wettelijke verplichting.
Bij regen of slecht zicht is het verstandig om meer dan 2 seconden afstand te houden.
2 seconden regel toepassen Wanneer de auto vóór u een vast punt passeert, bijvoorbeeld een boom, begint u te tellen. Passeert u na de 2e tel hetzelfde punt, dan houdt u voldoende afstand. Een afstand in meters zegt u weinig als u met 100 kilometer per uur over de snelweg rijdt. Lengte is dan moeilijk in te schatten.
AUTOSCHADE
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid Voordelen van 2 seconden afstand • • • •
minder ongevallen; minder ergernis en agressie; betere doorstroming van het verkeer; minder kans op lakschade en ruitschade door opspattende steentjes; • meer zicht op de weg voor u; • iedereen zit meer ontspannen achter het stuur.
Minder dan 2 seconden afstand In de spits is het vaak niet mogelijk om 2 seconden tussenafstand aan te houden, omdat andere automobilisten die vrije ruimte innemen. Als u bij druk verkeer iets minder dan 2 seconden afstand houdt, bent u dus niet in overtreding. U moet dan wel extra alert zijn op plotseling remmend en invoegend verkeer.
Bumperkleven De politie bepaalt per situatie wanneer er sprake is van bumperkleven. Dat is bij een afstand van ongeveer 0,5 seconden of minder.
Wat staat er op de informatieborden en matrixborden boven de wegen?
In Nederland worden informatieborden boven de wegen gebruikt om route-informatie te geven. De matrixborden (elektronische verkeersborden) geven een maximumsnelheid aan.
Matrixborden boven wegen Matrixborden boven of naast de weg wijzen u meestal op de maximumsnelheid. Ook kunnen
AUTOSCHADE
matrixborden verschillende symbolen weergeven. Bijvoorbeeld een rood kruis bij een gesloten rijstrook. Elke rijstrook heeft een eigen matrixbord. Matrixborden hebben dezelfde betekenis als gewone verkeersborden. Staat er op een matrixbord een andere maximumsnelheid dan op een gewoon verkeersbord? Dan geldt het bord met de laagste snelheid.
Informatieborden boven wegen Op de informatieborden boven de snelwegen staat de meest actuele verkeersinformatie. Bijvoorbeeld de geschatte reistijd tot het volgende snelwegknooppunt (plus eventuele vertraging). Of de lengte of plaats van een file. De informatieborden boven de snelwegen heten ook wel Dynamische Route Informatie Panelen (DRIP). Er zijn ook Mobiele Dynamische Route Informatie Panelen. Dit zijn tijdelijke informatieborden voor gebruik op wegen waar geen informatieborden boven de weg hangen. Een mobiele DRIP wordt onder andere ingezet bij extreme weersomstandigheden (mist, gladheid), langdurige werkzaamheden, politiecontroles en ongevallen.
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid
AUTOSCHADE
Wat zijn de regels voor het vervoer van kinderen in de auto?
Kinderen tot 18 jaar en kleiner dan 1,35 meter moeten voorin en achterin de auto in een goedgekeurd autokinderzitje worden vervoerd. Kinderen groter dan 1,35 meter moeten voorin en achterin de auto de autogordel om en mogen als het nodig is een zittingverhoger gebruiken.
Gordels en kinderzitjes goed gebruiken Het is verplicht de autogordels en autokinderzitjes te gebruiken op de door de fabrikant voorgeschreven manier. Zo zijn ze ook getest.
Gordelverlenger niet toegestaan bij kinderzitje
Definitie autokinderzitje
Kind voorin of achterin de auto
Een autokinderzitje is een babyautostoeltje, een kinderautostoeltje of een zittingverhoger. Een autokinderzitje moet goedgekeurd zijn volgens Europese veiligheidseisen.
Kinderen mogen zowel voorin als achterin de auto worden vervoerd. Dit maakt voor de veiligheid weinig verschil. Wel is het veiliger kinderen (baby’s) zo lang mogelijk tegen de rijrichting in te vervoeren.
Airbag en vervoer kind Op een zitplaats met een airbag ervoor mag u een kind niet vervoeren in een autostoeltje dat tegen de rijrichting is geplaatst. Dit mag alleen als deze airbag is uitgeschakeld. Zij-airbags hoeft u niet uit te schakelen.
Het gebruik van een gordelverlenger bij een autokinderzitje is niet toegestaan, omdat er geen zicht is op de kwaliteit ervan. Is de gordel te kort, dan moet u een andere goedgekeurde autogordel laten monteren.
Beperkt gebruik aparte gordelgeleider Een gordelgeleider (gordelclip) zorgt ervoor dat het diagonale
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid deel van de autogordel over de schouder loopt en niet over de hals. Een gordelgeleider maakt vaak deel uit van een zittingverhoger. Er zijn ook aparte gordelgeleiders te koop. Een aparte gordelgeleider mag alleen gebruikt worden door: • kinderen kleiner dan 1,50 meter waarvoor geen zittingverhoger is omdat ze er te zwaar voor zijn (36 kilo of zwaarder); • volwassenen die kleiner zijn dan 1,50 meter. In alle andere gevallen is het gebruik van een aparte gordelgeleider verboden. Ook mag een aparte gordelgeleider alleen aan het diagonale deel van de autogordel zijn bevestigd. Een gordelgeleider die het heupdeel
met het diagonale deel verbindt, is dus altijd verboden.
Welke verkeersborden zijn er? Er zijn verkeersborden die een gebod, een verbod of een adviessnelheid aangeven, verkeersborden die een gevaar aanduiden en
AUTOSCHADE
verkeersborden met informatie die belangrijk is voor u als weggebruiker. Een overzicht met de afbeeldingen en omschrijvingen van de verkeersborden vindt u in bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990).
Soorten verkeersborden Alle verkeersborden hebben hun eigen betekenis: • Snelheidsborden geven aan hoe hard u mag rijden. • Voorrangsborden geven aan wat de voorrangssituatie is. • Gesloten verklaring borden geven aan of u een weg wel of niet mag inrijden. • Rijrichtingborden geven aan in welke richting u moet rijden. • Parkeren en stilstaan borden geven aan waar u wel en niet
mag parkeren en/of stilstaan. • Borden met overige geboden en verboden, zo geeft een inhaalverbod bord aan waar u wel/niet mag inhalen. • Verkeersregelsborden geven aan waar u zich als verkeersdeelnemer wel of niet mag bevinden. • Bebouwde kom borden geven aan wanneer er sprake is van de bebouwde kom. • Waarschuwingborden waarschuwen voor gevaarlijke verkeerssituaties. • Bewegwijzeringsborden geven aan welke richting u uit moet als u naar een bepaalde bestemming rijdt. • Informatieborden duiden onder andere een doodlopende weg, voetgangersoversteekplaats of het aantal rijstroken aan.
Een greep uit de regels en tips van de Rijksoverheid • Rijstrooklichten zijn elektronisch bedienbare borden. Elektronische verkeersborden (matrixborden) hangen boven of naast de weg en worden meestal gebruikt om u te wijzen op de maximumsnelheid. Ook kunnen verschillende symbolen aangegeven worden, bijvoorbeeld een rood kruis bij een gesloten rijstrook. Elke rijstrook heeft een eigen matrixbord. Matrixborden hebben dezelfde betekenis als gewone verkeersborden. Staat er op een matrixbord een andere maximumsnelheid dan op een gewoon verkeersbord, dan geldt het bord met de laagste snelheid.
U-borden op provinciale of gemeentelijke wegen
U-borden geven een blijvende omleidingsroute aan over het provinciale of gemeentelijke wegennet. De U-borden vervangen de gele borden met zwarte letters die eerst de omleidingen aangaven. Een U-bord is een blauw bord met de letter U en een nummeraanduiding. De U staat voor uitwijkroute en de nummers geven de verschillende routes aan. U kunt deze route nemen als een snelweg wordt afgesloten door bijvoorbeeld een ongeval, maar ook wanneer er aan de weg gewerkt wordt. Op de borden bij de snelweg staat dan aangegeven dat u de uitwijkroute moet volgen. Bron: www.rijksoverheid.nl
AUTOSCHADE
Schade voorkomen; tips van de erstel branchevereniging Focwa schadeh
AUTOSCHADE
•
De volgende tips helpen bij het verlagen van de kans op autoschade • Mist. Dit is de vuistregel: snelheid halveren, afstand verdubbelen. • Regen en glad wegdek. Uw remweg wordt veel langer. Houd daar rekening mee. Rijd op de snelweg niet harder dan 80.
• Besneeuwd wegdek. Rijd als een ‘oud wijf’ en wees daar trots op. • Hitte. Zorg voor veel drinken in de auto. Houd u zelf koel. Als u duf van de hitte bent, reageert u veel trager. • Handsfree bellen. De kans op een ongeval wordt minstens gehalveerd.
• Ga geen conversaties aan die veel aandacht opeisen. Dit geldt sterker naarmate men ouder wordt. • Zet de radio niet keihard aan. Dit vermoeit en maakt dat u geluiden van buiten (claxons) niet meer hoort. • Defensief rijden. Rijd niet als haantje de voorste. • Afstand houden. Ga nooit bumperkleven. • De 2 seconden regel werkt als volgt. Neem een bepaald referentiepunt waaraan uw voorligger voorbij gaat rijden (een boom, lantaarnpaal, etc.). Gaat hij erlangs? Begin dan met tellen, “eenentwintig, tweeëntwintig”. Rijdt u ook aan dit referentiepunt
•
•
•
voorbij voordat u bent uitgeteld? Dan zit u te dicht op uw voorganger. Kijk verder dan het voertuig voor u. Bekijk het verkeersbeeld en bedenk hoe de ene weggebruiker zal reageren op de andere. Provinciale wegen. Houd u aan de wettelijke snelheid, volg de waarschuwingen op. Inhalen levert meestal minimale tijdwinst omdat aan het eind van de weg toch weer die verkeerslichten staan. Laat uw voertuig regelmatig onderhouden. Denk bijvoorbeeld aan de minimale diepte van het bandenprofiel (1,6 mm). Zien en gezien worden. Zorg voor schone, ijsvrije ruiten, goed werkende ruitenwissers, goed afgestelde spiegels en verlichting die in orde is.
Schade voorkomen; tips van de erstel branchevereniging Focwa schadeh • Sneeuwseizoen. Ga tijdig over op winterbanden. • Zomerseizoen. Mocht u in de markt zijn voor een nieuwe auto, neem er een met airco als het budget dat toelaat. • Ga op tijd weg. Houd als het kan rekening met de spits. Wie gejaagd rijdt, maakt eerder brokken. • Bekijk van te voren uw reisroute. Weten hoe u moet rijden voorkomt een boel stress en allerlei gevaarlijke manoeuvres. Koop anders een routeplanner. • Wegrijden van bekende (parkeer)plaats. Wacht met instappen en kijk rond. Bedenk buiten de auto hoe u weg gaat rijden. Dit scheelt heel wat krassen en deuken. Bron: www.focwa.nl
AUTOSCHADE
n
Tips van de ANWB voor autorijde in de winter In de winter heeft uw auto het door de kou extra zwaar. Dat blijkt ook uit de vele pechgevallen waar de ANWB Wegenwacht in deze periode mee te maken heeft. Veel problemen zijn eenvoudig te voorkomen. Waar moet u op letten om de auto winterklaar te maken en hoe rijdt u het veiligst onder gladde omstandigheden?
Problemen voorkomen • Deuren kunnen vastvriezen. Soms helpt het om de vastgevroren deur even extra dicht te duwen zodat het ijs breekt, maar voorkomen is beter. Er zijn sticks in de handel met een smeerseltje om het rubber niet vast te laten vriezen.
Talkpoeder of siliconenspray op de rubbers wil ook helpen. • Ook een handrem kan vastvriezen. Trek die dan nog eens extra aan, alweer om het ijs te breken. Maar nog beter: gebruik de handrem in de winter niet. Laat de auto in P of in zijn achteruit staan. • Als de auto niet wil starten, schakel dan bij voorkeur voor starthulp de Wegenwacht in. Door ondeskundig handelen kan vooral bij moderne auto’s door starthulp schade ontstaan aan de elektronica.
AUTOSCHADE
• Schaf een spuitbus met ruitontdooier aan. Deze kan zijn diensten ook voor vastgevroren deuren bewijzen. Leg deze bus daarom niet in de auto. • Er zijn speciale dekens te koop voor over de voorruit. Die zorgen er voor dat je niet
hoeft te krabben. Gebruik geen kranten, als die nat worden en vastvriezen ben je nog veel verder van huis. Meer tips om in de winter problemen te voorkomen kunt u lezen op www.anwb.nl
n
Tips van de ANWB voor autorijde in de winter
Problemen verhelpen Een greep uit de tips om zelf problemen te verhelpen: • Sloten bevroren: thuis: slotontdooier, zakje warm water, sleutelbaard verwarmen met aansteker of föhn. Niet thuis: met je lichaam ongeveer 5 minuten tegen slot aan staan. • Portier dichtgevroren: Deuren nog meer dicht drukken, dan breekt het ijs tussen de rubbers, of zakje warm water of föhn. • Pas op met een föhn en gebruik zeker geen verfafbrander. Met name ramen die je met een föhn verwarmt kunnen stuk gaan als je hem te dichtbij of te veel op een plek houdt. • Bevroren handrem: als hij niet
losgaat door hem extra aan te trekken, dan de motor een minuut of 15 laten draaien en kachel hoog zetten. De handremkabel ontdooit dan vanzelf. • Ruitensproeiers werken niet: leg op de sproeierkopjes een zakje warm water. Als het reservoir (door zomervulling) bevroren is, aanvullen met warm water. Na het ontdooien het water vervangen door winterharde vloeistof.
Tips voor veilig rijden in de sneeuw Enkele handige tips: • Eerst krabben, dan instappen, starten en rustig wegrijden. Gelijk de blower vol aan op de warmste stand en richten op de voorruit. Doe de centrale
AUTOSCHADE
dashboardroosters even dicht, dan gaat er meer lucht naar de voorruit. En heb je airco, gebruik die dan ook in de winter voor het ontwasemen van de ramen. Ga pas rijden als je goed zicht hebt. • Schakel op sneeuw om weg te rijden de tweede versnelling in. Dan is de kans op doorslippen een stuk kleiner. Geef niet teveel gas en laat de koppeling langzaam opkomen. Als je een
automaat met sneeuwstand hebt, gebruik die dan. • Pas je snelheid aan en houd ten allen tijde voldoende afstand tot de voorligger. Verder moeten alle handelingen met beleid gebeuren. Heel voorzichtig gas geven. En zeker bij terugschakelen de koppeling niet abrupt laten opkomen, want zelfs daardoor kun je slippen. In bochten niet te scherp sturen. • Als er veel sneeuw op de auto ligt, veeg die er dan vanaf voordat u gaat rijden. Anders waait het er af bij hogere snelheden, en dat veroorzaakt gevaar voor automobilisten en motorrijders achter u. In Duitsland kun je zelfs een boete krijgen voor het rijden met zo’n besneeuwde auto. Bron: www.anwb.nl
Algemene informatie over VVN & A.A.S VVN Al sinds 1932 zet VVN en haar rechtsvoorgangers zich in voor meer veiligheid voor alle weggebruikers. Inmiddels is de organisatie uitgegroeid tot ruim vijfduizend vrijwilligers die ondersteund worden door negentig beroepskrachten en is het label van VVN niet meer weg te denken. VVN stelt in haar missie dat iedereen het recht heeft om veilig de straat op te gaan. Toch is het voor veel mensen helemaal niet veilig in het verkeer. VVN zet zich in voor het recht op veilig verkeer voor iedereen. Dit doen zij door zoveel mogelijk mensen te inspireren, te stimuleren en ze actief bij verkeersveiligheid te betrekken.
Samenwerking A.A.S. Onder het domein Voorkomen is beter dan repareren gaat VVN samen met A.A.S. tal van activiteiten opzetten. Met als doel het verhogen van de betrokkenheid van verkeersdeelnemers bij verkeersveiligheid.
Doe ook mee! Steun VVN door lid of donateur te worden. Meedoen kan natuurlijk ook door vrijwiliger te worden! Kijk voor meer informatie op www.veiligverkeernederland.nl
AUTOSCHADE
A.A.S. Allround Automotive Solutions (A.A.S. ) is een onafhankelijk netwerk van de betere servicegerichte schadeherstelbedrijven verspreid over heel Nederland. Met de pay off “uw persoonlijke ondernemer in schade”, onderscheidt A.A.S. zich van andere schadeketens door het regionaal zelfstandig ondernemerschap voorop te zetten. Alle aangesloten A.A.S. schadeherstelbedrijven hebben de gezamenlijke kernwaarden 100 % klantgedreven, 100 % ontzorgen, 100 % vakmanschap en 100 % betrokken. Deze pijlers zorgen onder andere voor het beste klanttevredenheidscijfer en het hoogste kwaliteitsniveau in de Nederlandse
schadebranche. Of het nu gaat om autoschadeherstel, ruitherstel of vervanging of caravanwandherstel, overal kunnen klanten rekenen op optimaal eindresultaat en persoonlijke service. Daarbij wil A.A.S. maximaal rekening houden met de mens en het milieu wat is neergezet in een uniek beleid op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Kijk voor meer informatie op www.aas-schadeherstel.nl
AUTOSCHADE
AUTOSCHADE
Aan de informatie in dit boekje kunnen geen rechten worden ontleend. Evenmin kunnen deelnemende partijen aansprakelijk worden gesteld voor onjuiste en/of volledige informatie