SAMENVATTING Voorkeursstrategie Waal en Merwedes Waterveiligheid, motor voor ontwikkeling Stuurgroep Delta-Rijn, Stuurgroep Rijnmond Drechtsteden
CONCEPT-ADVIES november 2013
foto: Beeldbank Rijkswaterstaat
1
Colofon Uitgave Provincie Gelderland Rapportage: Samenvatting: Beeldredactie:
Elsa Voorsluijs (Voorsluijs Beleid en Strategie, in water, ruimte en klimaat) Sonja Seuren (provincie Gelderland) Defacto Stedenbouw Rotterdam
Contactpersonen Proces : Jaap Ruiter (provincie Gelderland) Waal : Sonja Seuren (provincie Gelderland, Myra Kremer (Waterschap Rivierenland) Merwedes : Pim Neefjes (Deltaprogramma Rivieren), Luc de Vries (Deltaprogramma Rijnmond Drechtsteden)
2
1. Introductie Het nationale Deltaprogramma richt zich op de toekomstige hoogwaterveiligheid en zoetwatervoorziening voor Nederland. Centraal in het Deltaprogramma staan vijf deltabeslissingen: De Deltacommissaris brengt in 2014 voorstellen uit voor 5 Deltabeslissingen: hoofdkeuzen voor de aanpak van waterveiligheid en zoetwatervoorziening, op korte en lange termijn, tot 2100. Het kabinet neemt hierover in 2014/2015 een besluit. De voorstellen voor de deltabeslissingen worden voorbereid in 9 deelprogramma’s. Voor de riviersystemen Maas en Rijntakken is het deelprogramma Rivieren ingericht. Het deelprogramma Rijnmond Drechtsteden bereidt de keuzes voor voor waterveiligheid in het benedenrivierengebied. Dit document bevat het conceptadvies voor de Voorkeursstrategie voor het deelgebied Waal/Merwedes. De Stuurgroep Delta-Rijn en de Stuurgroep Rijnmond Drechtsteden kunnen op basis hiervan adviseren aan de Deltacommissaris. Wij leven in de meest veilige delta van de wereld, vanuit het perspectief van waterveiligheid. Daar zijn wij trots op en dat willen wij graag zo houden. Dat vraagt om aandacht en onderhoud en dat leidt tot diverse opgaven. De voorkeursstrategie speelt hier op in, met concrete, preventieve maatregelen voor de periode tot 2030, en met een ontwikkelingsperspectief voor de lange termijn. De voorkeursstrategie voor de Waal en Merwedes (met hierin de Boven-Rijn, het Pannerdensch Kanaal, de Waal en de Merwedes) opgesteld in intensieve samenwerking met de partners in de regio, onder regie van de provincie Gelderland. De strategie geeft een totaalbeeld, vanuit een breed perspectief op alle functies langs de rivieren, startend bij de opgave vanuit waterveiligheid. We hebben de kans benut om daarin een ruimtelijke kwaliteitsslag tot stand te brengen, in samenhang met de noodzakelijke dijkversterking. Alles begint en eindigt tenslotte bij het op orde zijn en blijven van onze dijken. Dit heeft een strategie opgeleverd met een goede mix, een ruggengraat van grote ruimtelijke ingrepen en dijkversterking, waarmee we ons riviersysteem robuust houden, en mogelijkheden voor ontwikkeling bieden. De regio ziet waterveiligheid als een ‘motor’, voor het combineren van initiatieven, het zoeken van win-win. Voor de toekomst ligt de uitdaging voor dit met een integrale en afgestemde programmering in te vullen. Met als resultaat de best beschermde delta van de wereld te zijn en blijven, nu en in de toekomst. Het conceptadvies Waal/Merwedes wordt in de periode december 2013 t/m februari 2014 door de provincie Gelderland voor consultatie voorgelegd aan bestuurders van provincie, waterschappen en gemeenten en aan maatschappelijke organisaties. Na de consultatieperiode rondt de provincie, in samenspraak met de regiopartners, het advies namens de regio af. De Stuurgroep Rijn-Maas Delta biedt het advies van de regio in april aan de Deltacommissaris aan, als input voor de Deltabeslissingen Rijn Maas Delta en de Deltabeslissing Waterveiligheid. Het Deltaprogramma Rivieren zal de verschillende regioadviezen verwerken tot een Basisdocument Voorkeursstrategie, dat zij in april 2014 voor vaststelling aanbiedt aan de landelijke Stuurgroep Deltaprogramma.
Het trechteringsproces naar de deltabeslissingen
3
Kaart van het Waal en Merwedes gebied
2. Karakteristiek van het gebied De Waal en Merwedes zijn de grootste, breedste en meest druk bevaren rivieren van ons land en hoofdtransportas voor de scheepvaart. Deze rivieren worden gevoed door de Boven-Rijn, die bij Lobith ons land binnenkomt. Bij het splitsingspunt van de Pannerdensche Kop verdeelt het water zich over de Waal en het Pannerdensch Kanaal. Na circa 80 kilometer, bij Slot Loevestein waar de Maas vroeger verbonden was met de Waal, gaat de Waal over in de Merwede. Bij hoge afvoeren stroomt 64% van het Rijnwater via de Waal. De Waal begrenst dijkring 43 (Betuwe/Tieler- en Culemborgerwaarden) aan de zuidzijde en de dijkringen 41 en 38 aan de noordzijde (Land van Maas en Waal en Bommelerwaard). Langs de Boven-Rijn ligt dijkring 48 aan de rechteroever. Voor zowel de Waal als de Merwedes geldt dat de dijken een prominent element in het landschap vormen. Eerst en vooral als ‘rots in de branding’ van het Nederlandse waterveiligheidsbeleid, maar ook als markant lijnelement en onlosmakelijk onderdeel van wijken en dorpen. En natuurlijk als geliefd uitzichtpunt voor bewoners en passerende recreanten.
3. De opgaven
4
De voorkeursstrategie voor de Waal en Merwedes geeft invulling aan de volgende opgaven: 1. Het op orde brengen en houden van de dijken Een groot deel van de Waal- en Merwededijken moeten versterkt worden. Deze dijkversterkingen zijn geprogrammeerd in het nieuwe Hoogwater Beschermingsprogramma, het nHWBP. Daarnaast bestaan over de gehele lengte van de Waal en Merwedes pipingproblemen, en zijn langs de Merwedes sommige dijken nog te laag geworden als gevolg van zetting. Alles bij elkaar betekent dit dat het rivierengebied zowel voor als na 2030 te maken krijgt met een intensief en urgent dijkversterkingsprogramma. 2. Een nieuwe norm voor de dijken Bij de nieuwe normen voor de dijken werken we met een basisveiligheid voor iedereen achter de dijk, gerelateerd aan zowel de kans op als de gevolgen van een overstroming. Deze benadering leidt tot een nieuwe, hogere norm voor het rivierengebied, uitgaande van overstromingsrisico’s. Ook dit leidt tot een extra opgave voor dijkversterking. 3. Waterstandsstijging door klimaatverandering Klimaatverandering zal naar verwachting leiden tot een toename van de afvoeren door onze grote rivieren en tot een stijging van de zeespiegel. Hogere waterstanden in de rivieren zijn hier het gevolg van. De Waal en Merwedes verwerken het grootste deel (2/3) van de waterafvoer en hebben dan ook de grootste opgave, waar het de waterstandsstijging als gevolg van klimaatverandering betreft: zo’n 60-80 cm.
5
4. Principes en uitgangspunten In het afwegingsproces naar de voorkeursstrategie gelden de volgende principes en uitgangspunten: Afvoerhoeveelheid bij Lobith • 17.000 m3/s bij Lobith in 2050 • 18.000 m3/s bij Lobith in 2100 Afvoerverdeling: ongewijzigd nHWBP-programmering is uitgangspunt voor de opbouw van de voorkeursstrategie tot 2030 Een samenspel van rivierverruimende maatregelen en maatregelen aan dijken Meerlaagsveiligheid: preventie, het voorkomen van een overstroming, is en blijft de basis voor waterveiligheid en dus ook voor deze voorkeursstrategie. Waar nodig kan dit worden aangevuld met maatregelen in de tweede en derde laag. Normering: er is gewerkt op basis van een zogenaamde ‘analysenorm’: de norm waarmee wordt gerekend binnen de regioprocessen is 1:4.000 voor de Waal en 1:10.000 voor de Merwedes Er is geen rekening gehouden met eventueel bestaande overhoogte van dijken De huidige lopende projecten zoals de projecten van de PKB Ruimte voor de Rivier (korte termijn 2015), het tweede hoogwaterbeschermingsprogramma en het project Stroomlijn worden beschouwd als uitgevoerd; de huidige WaalWeelde-uitvoeringsprojecten eveneens. De visie op de ruimtelijke ontwikkeling, zoals beschreven in de Ruimtelijke Visie van de provincie Gelderland, is uitgangspunt voor het afwegingsproces. Maatregelen voor waterveiligheid worden ook beschouwd als ‘motor’, voor het combineren van initiatieven. We zoeken naar win-win, in de vorm van meekoppelkansen, het toepassen van materiaal dat vrijkomt als resultaat van rivierverruiming, in de dijken of anderszins en het realiseren van meerdere doelstellingen (bijv. vanuit natuur, economie of waterkwaliteit). Dijkteruglegging Nijmegen/Lent: waterveiligheid als motor voor ontwikkeling Bij Nijmegen/Lent wordt gewerkt aan een dijkteruglegging, Deze dijkteruglegging wordt uitgevoerd in het kader van het landelijke project Ruimte voor de Rivier. De dijkteruglegging wordt gecombineerd met de aanleg van een 200 meter brede hoogwatergeul in het nieuwe buitendijkse gebied. Hierdoor zal in de Waal een eiland ontstaan. Op dit stadseiland worden woningen en winkels gebouwd en recreatie en watersport krijgen er een plek. Het project is een mooi voorbeeld van waterveiligheid als motor voor ontwikkeling.
foto Dijkteruglegging Lent (Waterschap Rivierenland, september 2013)
6
5. De strategie: krachtig samenspel van rivierverruiming en dijkversterking Ruimtelijke Visie Aan de voorkeursstrategie ligt de ruimtelijke visie ten grondslag. Deze is verwoord in de ‘Ruimtelijke Visie en Afwegingskader, regioproces Gelderland’ (Ruimtelijke Visie). Wij gaan uit van een samenspel van dijkenmaatregelen en rivierverruimende oplossingen en benaderen deze niet als zijnde tegengesteld of concurrerend. We zoeken, op basis van de ruimtelijke visie, naar een goede samenhangende aanpak van dijkversterking, rivierverruiming en dijkverhoging. Robuuste verruimende maatregelen werken door op de maatregelen aan dijken, op andere plaatsen kan dijkverhoging de voorkeur hebben boven (ingrijpende) verruimende maatregelen. We werken aan inrichting van de grote rivieren als een natuurlijk systeem, gebruikmakend van de dynamische processen van de rivier. Een duurzaam en robuust systeem: we pakken rivierkundige knelpunten primair aan met rivierverruimende maatregelen, zodat we in hoogwatersituaties de waterstand verlagen en de veerkracht van de rivier vergroten. En een economisch gezond riviersysteem: goed bevaarbaar, en met mogelijkheden voor economische bedrijvigheid. Waarbij toekomstige waterveiligheidsmaatregelen mogelijk blijven, maar tot die tijd de ontwikkeling van de gebieden niet ‘op slot gaat’. Een krachtig samenspel van rivierverruiming en dijkversterking; de ruggengraat Wij zien rivierverruimende maatregelen en het op orde brengen en houden van de dijken als ‘ruggengraat’ van de strategie. De opgaven vanuit het nHWBP, de nieuwe normering, piping, bodemdaling en zetting van dijken worden met dijkversterking ingevuld. Voor de klimaatopgave kiezen wij primair voor rivierverruimende maatregelen: met een aantal grote maatregelen ontwikkelen we het ruimtelijk casco. Deze ruimtelijke oplossingen verwezenlijken een grote waterstandsdaling binnen het systeem en lossen de belangrijkste rivierkundige knelpunten op.
Overzicht van de rivierverruimende maatregelen en een indicatie van het waterstandstandsverlagend effect.
Het gaat om forse, veelal binnendijkse maatregelen, want alleen buitendijkse maatregelen zijn niet afdoende. De eventuele restopgave koppelen wij, in de vorm van een opgave voor dijkverhoging, aan de lopende programmering voor dijkversterking. Dit vraagt dat de programmering vanuit de klimaatopgave en vanuit dijkversterking voortdurend verder afgestemd en geoptimaliseerd wordt. Op sommige plaatsen is de afweging zo complex dat in de strategie wordt gekozen voor een onderzoeksopdracht.
7
Adaptief deltamanagement: Slim programmeren en meekoppelen Het rivierengebied krijgt in ieder geval tot 2030 te maken met een intensief en urgent dijkversterkingsprogramma vanuit het nHWBP, dat zal leidend zijn in de programmering. Waar mogelijk worden combinaties gezocht met de opgave vanuit klimaatverandering. Ook wordt gestreefd om aan te sluiten op plannen van ontgrondend bedrijfsleven in de uiterwaarden (zelfrealisatie). We kiezen voor adaptief deltamanagement, door ‘niet alles dicht te timmeren’ maar gaandeweg onze ruggengraat in te vullen. Zo bieden we ruimte om in te spelen op initiatieven, nieuwe koppelkansen en ontwikkelingen en om gebruik te kunnen maken van de stand der techniek van dat moment en van de laatste wetenschappelijke inzichten. Langsdamen en obstakelverwijdering kunnen daarbij worden ingezet als verfijningsslag, om effectiviteit te vergroten, of ongewenste effecten in het rivierbed te verminderen of compenseren.
6. Programmering 2015-2030: In de programmering voor de periode 2015-2030 kiezen wij voor: dijkversterking conform de programmering van het nHWBP; een aantal grotere (clusters van) rivierverruimende maatregelen op rivierkundige knelpunten; aangevuld met kleinere (lokaal kansrijke) rivierverruimende maatregelen, als dat meerwaarde biedt; De rivierverruimende maatregelen in deze periode zijn maatregelen die knelpunten oplossen, snel op gang te brengen zijn en een flink effect combineren met meekoppelkansen. Maatregelen met bestuurlijk draagvlak en de verwachting dat er financieringsmogelijkheden voor te vinden zijn. Uiteraard worden programmaering van dijkversterking en verruimende maatregelen op elkaar afgestemd 2030-2050: In de periode 2030-2050 : wordt de dijkversterking geprogrammeerd die hoort bij de nieuwe normering voor waterveiligheid. daarnaast de rivierverruimende maatregelen die meer tijd nodig hebben vanwege complexiteit van de maatregel en/of draagvlak. Hiermee wordt de klimaatopgave ingevuld behorend bij 17.000 m3/s bij Lobith. 2050-2100: In deze periode programmeren we de maatregelen, die pas na 2050 nodig zijn om aan de opgave te voldoen, pas na 2050 kunnen worden ingezet vanwege relatie met andere maatregelen in het riviersysteem, of die gepaard gaan met een grote (maatschappelijke) impact en/of een grote investering. Er is dus tijd nodig voor zorgvuldige uitwerking, en onderzoek hoe deze (maatschappelijk) impact gematigd kan worden. Bovendien kan met deze planning worden ingespeeld actuele kennis en stand der techniek van dat moment. In de tabel op de laatste pagina van dit document worden de maatregelen van de voorkeursstrategie in detail weergegeven. In de volledige versie van het advies Voorkeursstrategie wordt deze tabel per deeltraject uitgewerkt en worden de gemaakte keuzes toegelicht.
8
Doelbereik en kosten Het pakket aan maatregelen van de voorkeursstrategie is doorgerekend met modellen om de effecten in waterstandsdaling, risicoreductie en kosten te bepalen. Daarbij is het pakket van de voorkeursstrategie (de mix van rivierverruimende en dijkenmaatregelen) vergeleken met een referentie in de vorm van de dijkenstrategie (‘Alles met dijken’). Uit deze berekeningen blijkt voor het pakket in de voorkeursstrategie: het pakket bereikt over vrijwel de gehele lengte van de riviertakken een forse waterstandsdaling; daar waar dat niet voldoende is kan de restopgave worden opgelost via dijkverhoging. het pakket bereikt een risicoreductie vergelijkbaar met de referentie; kosten: de kosten van de voorkeursstrategie zijn hogerdan de referentie, maar daar moet bij worden aangetekend dat de baten in ruimtelijke kwaliteit, duurzaamheid, economische effecten en maatschappelijke baten hierin niet zijn meegenomen. Overigens kennen de kostenschattingen een grote onzekerheidsmarge van 70%. Deze resultaten gezamenlijk in beschouwing genomen leidt tot de conclusie dat de strategie voldoet aan de opgave wat betreft risicoreductie, forse waterstandsdalingen bereikt en dus voldoende robuust is. Ten opzichte van de referentiestrategie leidt de voorkeursstrategie tot meer ruimtelijke kwaliteit, is deze op termijn als meer duurzaam te beschouwen en leiden de meekoppelkansen tot een groter maatschappelijk rendement en meer economische potentie.
7. Inzichten en aandachtspunten Het regioproces heeft in een geslaagde samenwerking binnen de context van het Deltaprogramma een voorkeursstrategie opgeleverd die op de lange termijn voorziet in een robuust en hoogwaterveilig riviersysteem en is gebaseerd op een combinatie van rivierverruimende en dijkversterkingsmaatregelen. Wij willen hiermee voortvarend aan de slag in een uitgekiend programma dat voortvloeit uit deze strategie: rivierverruiming en dijkversterking in een krachtig samenspel; waterveiligheid als motor voor ontwikkeling. Bij de verdere uitwerking van deze strategie naar een programma zijn een aantal inzichten en aandachtspunten van belang, op het punt van governance, van instrumenten, van veiligheidsnormering en de internationale context. Governance Een van de belangrijkste resultaten van het regioproces is dat het belang van waterveiligheid nu een breed gedeeld besef is: het besef dat we daar wat aan te doen hebben, dat de opgave niet acuut is, maar wel urgent en dat we bij de aanpak ook kansen kunnen benutten. Dat vraagt voor de toekomstige uitwerking om: gezamenlijkheid tussen overheidspartners in de organisatie, programmering en uitvoering helderheid over financiële kaders, ook daar waar waterveiligheidsmaatregelen worden opgepakt als onderdeel van gebiedsontwikkeling afstemming , en op termijn verdere integratie, van de programmeringen van nHWBP en MIRT; verankering van de strategieën voor het rivierengebied in de Deltabeslissingen. Ook is in de toekomstige uitwerking en programmering van belang: voldoende aandacht voor (burger)participatie, zodat bij de uitwerking van concrete maatregelen voldoende invulling gegeven kan worden aan de belangen en inbreng van belanghebbende (groepen van) burgers en bedrijven, en zodat een goede weging plaats kan vinden van persoonlijke en collectieve (soms nationale) belangen tijdige aandacht voor maatregelen na 2030: vanwege complexiteit en grotere impact moet de tijd goed worden benut om zorgvuldig verder te ontwerpen, en af te wegen. voldoende ruimte voor adaptieve aanpak en ontwikkelgerichte benadering, ook bij het verder uitwerken van de programmering. Met name voor de periode 2050 – 2100 betekent dit denken in ontwikkelsporen, omwisselmogelijkheden en versnellingsopties. Instrumenten Op het vlak van benodigde instrumenten is aandacht nodig voor: • Grond en grondverwerving : goede samenwerking tussen overheden, verstandig omgaan met beleidsregels over grondverwerving, en met de wijze van inzetten van bestaande grondposities. • Ontwikkelgericht reserveren: het blijft van belang om voor gebieden waar op termijn waterveiligheidsmaatregelen nodig zijn, te borgen dat er geen ruimtelijke ontwikkelingen plaatsvinden
9
•
die hier haaks op staan. Er is behoefte aan nadere uitwerking van ruimtelijke reserveringen die hiervoor zorgen, zonder dat het gebied daarmee ‘op slot wordt gezet’. Duurzaam rivierbeheer: toepassing van beleidsregels (bijvoorbeeld de beleidslijn Grote Rivieren), vanuit een integrale visie op rivierbeheer, (economie (w.o. scheepvaart), hoogwaterveiligheid, zoetwatervoorziening, natuur, recreatie en mogelijke andere functies).
Beschermingsniveau en veiligheidsnormering Omdat de discussie over beschermingsniveau en normering nog gaande is, is in deze strategie uitgegaan van analysenormen. Dat heeft voor deze fase goed gewerkt; er is ook vertrouwen dat deze strategie goed matcht met het nieuwe denken over beschermingsniveau en normering. Internationale context De Rijn komt bij Lobith ons land binnen. Daarvoor heeft ze al een lange weg afgelegd door onder andere Duitsland. De strategie voor waterveiligheid laat zien dat op meerdere punten aandacht nodig is voor deze internationale context. Het gaat dan met name om grensoverschrijdende dijkringen, en de afvoerhoeveelheid als uitgangspunt voor deze strategie. Maatregelen in het ene land hebben gevolgen voor de opgaven in het andere en andersom. Voortzetting van het overleg en de afstemming tussen Nederland en Duitsland is en blijft dus van groot belang.
10
Tabel : Maatregelen van de voorkeursstrategie. Programmering
2015-2030
2030-2050
2050-2100
Ruggengraat: dijken én rivierverruimende maatregelen Basis: Basis: dijken op orde brengen Rivierverruimende maatregelen Waal Waal nHWBP: - Hoogwatergeul Varik-Heesselt - Werkendam - Giessen - Studieopdracht - Gorinchem Ooij/Splitsingspunt - Vuren-Haaften - Zelfrealisatie buitendijks tussen - Bommelerwaard de A50 en Tiel - Lingewaal - Neerijnen - Dijkteruglegging Brakel/geul - Waardenburg - Opijnen Ruyterwaard - Opijnen - Ophemert Merwedes - Tiel - Nevengeul Avelingen - Heerewaarden en VW24 - Nevengeul Sleeuwijk - Leeuwen - Oude Maasdijk - Studie-opdracht Werkendam - Neder-Betuwe: PWA-brug Dodewaard - Wolferen - Sprok - Winssen - Drutensche Waarden - Nijmegen - Ewijkse Plaat - Lingewaard - De Tollewaard - Ooij en Millingen
Adaptief programmeren
Merwedes nHWBP: - Werkendam-Giessen Waal Nieuwe normering en dijkversterking in nHWBP
Pannerdensch Kanaal -Dijkverhoging Pannerdensch Kanaal
Merwedes Nieuwe normering in dijkversterking Waal Dijken op orde houden Merwedes Dijken op orde houden
- Dijkverhogingen - KRW-kansen - Langsdammen - Hoogwatervrije terreinen Waal - Beuningse uiterwaarden fase 2 - Stiftsche waarden - Drutensche waarden - Heerewaarden/ - Dreumel/Wamel Merwedes - Optimaliseren Kleine Noordwaard - Zomerbedverdieping - Nieuwe-/Boven-/ Beneden Merwede - Meestromen Dordtse Biesbosch
Waal - Dijkteruglegging Oosterhout Merwedes - Uiterwaarden/dijkteruglegging Werkendam Waal - Crobsche Waard - Kerkewaard - Rijswaard - Retentie Rijnstrangen - Langsdammen Pannerdensch Kanaal - Huissensche waarden fase 2 Merwedes - Meestromen Kanaal van Steenenhoek in combinatie met geul Sliedrechtse Biesbosch
11
Kaarten: maatregelen voorkeursstrategie in tijdsperiodes
12