Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________
Wft Beleggen De Wft voorbij
“Know your customer”
©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________ All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise without prior written permission of the publisher.
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet 1912 dient men de daarvoor verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.nl
2008, Copyright: Consultancy Masters bv Castricum
©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________
Voorwoord Algemeen Het boek: ‘Beleggen, de Wft voorbij’ is het tweede boek uit het Wft‐drieluik van Consultancy Masters: • Wft Woningfinanciering • Wft Beleggen • Wft Levensverzekeringen en pensioenen (verwacht juli 2008) In het afgelopen jaar is op twee hogescholen pilot gedraaid met Wft Woningfinanciering en Wft Beleggen in de vorm van pilot‐syllabi. Begin juni zullen alle pilots in verband met deze pilot‐syllabi afgelopen zijn en wordt begonnen met de eindredactie van de boeken inclusief opgaven. In het nieuwe schooljaar 2008 – 2009 zal Wft Woningfinanciering en Wft Beleggen inclusief opgavenboek en digitale leeromgeving met onder meer een proeftoets en actualiteiten beschikbaar zijn. Hierbij is ook aandacht geschonken aan de basisvakken statistiek en financiële rekenkunde. Beide boeken zijn volledig Wft‐proof voor de vergunning Wft hypotheken. Na de pilots van Wft levensverzekeringen en pensioenen in het najaar 2008 zal ook met succes kunnen worden gestudeerd voor de Wft‐vergunning ‘Wft Levensverzekeringen’. Het lesmateriaal is competentie‐gericht, waarbij de integratie van vaardigheden (rollenspellen) met kennis voorop staat. Veel aandacht gaat hierbij uit naar de hedendaagse adviespraktijk in het kader van hypotheken, levensverzekeringen en pensioenen waarin het onderdeel beleggen een centrale plaats inneemt. Een apart hoofdstuk is gewijd aan de wet en regelgeving: de Wft en MiFiD. Verder is er veel oefenmateriaal ten behoeve van Wft‐examens in de vorm van multiple choice vragen in de opgavenboeken voor handen. Beleggen, de Wft voorbij In dit boek staat het adviesproces inzake beleggen in combinatie met hypotheken, levensverzekeringen en pensioenen centraal. De volgorde van de hoofdstukken en de casuïstiek (inclusief rollenspellen) zijn in het kader van competentie‐leren zo veel mogelijk conform het adviesproces vorm gegeven. Het boek bestaat uit acht hoofdstukken, die als volgt zijn te rubriceren: • Internationale aspecten • Adviesvaardigheden • Intake (wet‐ en regelgeving, Wft klantprofiel; inkomen vermogen en psychologische factoren in het kader van beleggen) • Analyse en invulling beleggingsportefeuille • Risico, analyse en beheer In deze syllabi zal het inhoudelijk niveau van het Wft‐drieluik gemiddeld boven het beheersingsniveau van de Wft‐deskundigheidsnormen, dat de Commissie
©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________ Deskundigheid Financiële Dienstverlening (CDFD) geformuleerd heeft, liggen. Ook is het niveau van Wft Beleggen ruim voldoende om met succes ‘financieel adviseur’ (DSI ‐ register) af te leggen. Bij de totstandkoming van Wft Beleggen, ben ik veel dank verschuldigd aan mijn medelezers: Harry van Houdt MFP (hele syllabus) Drs Frank Mettes (inhoud hoofdstuk 6) Mr Maurits Veenman (behavioral finance) Drs Edwin Huisman (vaardigheden) én mijn team. Opmerkingen over de inhoud van dit boek zijn van harte welkom. Drs René Scheerman MFP FFP Castricum, 20 mei 2008
©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________
Inhoudsopgave 1 Wet‐ en regelgeving voor de adviespraktijk ………………………..9
1 Doel en reikwijdte van de Wft en BGfo 2 Bemiddelaars (tussenpersonen) volgens Wft en BGfo 3 Klachtbehandeling volgens de Wft en BGfo 4 Kansen en bedreigingen onder de Wft en BGfo 5 Betrouwbaarheid en integriteit van de Wft en BGfo 6 Zorgplicht Wft en BGfo 7 Informatieplicht (art. 4:22 lid 1 art. 4:72 lid 3 en art. 4:73 lid 3 Wft) 8 Deskundigheidseisen volgens de Wft (art. 4.9 Wft en art. 5 e.v. BGfo) 9 Markets in Financial Instruments Directive (MiFID) 10 Kernbegrippen wet‐ en regelgeving
11 21 25 26 27 34 36 50 53 65
2 Het Adviesgesprek……………………………………………………..67
1 Hoofdlijnen communicatie 2 De levenscyclus van een klant 3 Stappen in het adviesproces en de Wft 4 De fases in het adviesproces
68 79 81 89
3 Inkomen en vermogen klant…………………………………………..91
1 De financiële positie van de klant 2 Inkomen en vermogen bij (vroegtijdig) overlijden en echtscheiding 3 Het erfrecht: het erfrecht bij versterf 4 Het erfrecht: Testamentair erfrecht 5 Successiewet en overdrachtsbelasting 6 Inkomen bij werkeloosheid 7 Ziekte 8 Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) 9 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) 10 Nabestaandenuitkering
93 95 99 105 108 113 118 120 124 129
4 Behavioral finance en beleggersrisicoprofiel…………….………...133
1 Behavioral finance 2 Invloed cognitieve psychologie op behavioral finance 3 Anomalieën in theorie en praktijk 4 Het beleggersrisicoprofiel van klanten
135 139 142 147
5 Risicoprofiel, asset‐allocatie en risico……………………………….153
1 Afstemming risicoprofiel op modelportefeuille 2 Kenmerken modelportefeuilles 3 Risicotolerantiemodel 4 De assetallocatie
154 155 160 164
6 Beleggings‐categorieën…………………………….…………………..171 1 Vermogensmarkt: geld‐ en kapitaalmarkt
©Consultancy Masters bv 2008
172
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________
2 Liquiditeiten 3 Obligaties 4 Onroerend goed 5 Aandelen 6 Beleggingsfondsen 7 Opties en futures 8 Overige beleggingscategorieën
174 175 178 180 183 186 197
7 Risico, analyse en beheer……………………………………………...203
1 Risico obligaties 2 Risico vastgoed 3 Risico aandelen 4 Risico portefeuillemodellen 5 Risico beleggingsportefeuille 6 Samenstelling portefeuille en risicoreductie 7 Het analyse instrumentarium 8 Passief beheer 9 Actief beheer
205 210 210 213 217 222 224 227 228
Internationale aspecten………………………………………………….233
1 Bedrijfsomgeving en internationaal beleggen 2 Economische groei: conjunctuur en structuur 3 Inflatie 4 Monetair beleid: kapitaalmarkt en geldmarkt 5 Rol nationale centrale banken 6 Valuta
©Consultancy Masters bv 2008
235 238 244 250 258 260
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________ Voorbeeld 1
6 Valuta In het voorgaande zijn de internationale kapitaalstromen al aan de orde geweest. Inkomende kapitaalstromen (in eurozone) leiden tot vraag naar de euro en een aanbod van de vreemde valuta. Export van goederen van de eurozone naar het buitenland leidt eveneens tot een vraag naar de euro en aanbod van vreemde valuta. Kortom de prijsvorming van de wisselkoersen is niets anders dan een vraag en aanbodspel, dat we ook bij de totstandkoming van de Euribor hebben gezien. In de wereld zijn twee wisselkoerssystemen gangbaar: • Flexibele wisselkoersen • Stabiele wisselkoersen met spilkoersen Flexibele wisselkoersen Bij flexibele wisselkoersen hebben we het over de vraag en het aanbod van valuta, waarbij geen vaste spilkoersen zijn afgesproken onderling. Dit betekent dat koersen afhankelijk van vraag en aanbod ‘vrij’ kunnen bewegen. Dit is bijvoorbeeld het geval tussen de euro en de dollar. Een daling van de koers noemen we hier depreciatie en een stijging noemen we hier appreciatie. Hoewel onlangs grote interventies hebben plaatsgevonden om de vrije val van de dollar ten opzichte van de euro te stoppen. Stabiele wisselkoersen Bij stabiele wisselkoersen zoals die in de Europese Unie (Europees Monetair Stelsel) te zien is, zijn er vaste afspraken tussen de deelnemende landen (zie bijlage) over de spilkoersen en de ruimte, oftewel bandbreedte, waarbinnen deze koersen zich mogen bewegen. In het geval van de Deense kroon is dit +/‐ 2,25% ten opzichte van de spilkoers. De afgesproken spilkoers is in dit geval €1, ‐ = DKK 1,46. In onderstaande grafiek is de koers van de Deense Kroon ten opzichte van de euro weergegeven.
Zoals reeds aangegeven komt de koers van de Deense kroon tot stand door vraag en aanbod. Als de economie van Denemarken veel beter draait van die van de EMU‐ landen zou Denemarken veel meer vraag als gevolg van onder meer export van ©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________ goederen en diensten naar haar producten creëren dan andersom. Dit betekent dat de koers van de Deense kroon zal gaan stijgen.
Technisch gezien leidt dit dus tot een verschuiving van de vraaglijn van Deense kronen naar rechts, aangezien EMU‐Landen Deense kronen vragen om de Deense goederen te betalen. Stel verder dat de koers van de Deense kronen bóven de bovenste interventiegrens (spilkoers + 2,25% = 1,628) dreigt te komen. In dat geval kan de ECB besluiten om te interveniëren en Deense kronen aan te bieden in ruil voor Euro’s. De aanbodscurve schuift dan naar rechts en de evenwichtskoers komt dan wederom onder de bovenste interventie grens te liggen.
©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________ Voorbeeld 2
4 De assetallocatie Alvorens over te gaan op de bespreking van de assetallocatie op de korte, middellange en lange termijn gaan we eerst even terug naar hetgeen we in de afgelopen hoofdstukken besproken hebben. Schematisch ziet dat er als volgt uit:
We hebben gezien dat het risicoprofiel van een klant bepaald wordt door zowel objectieve als subjectieve omstandigheden. Het komt er nu op aan om een passende beleggingsportefeuille te vinden bij het beleggersrisicoprofiel van een klant. Oftewel we gaan ons nu bezig houden met de assetallocatie ten behoeve van een passend advies. In het voorgaande hebben we gezien dat er als uitkomst van het invullen van een aantal vragen een risicoprofiel wordt bepaald. Hieruit volgt dan een eerste verdeling van de beleggingscategorieën over het totale vermogen. Dit heet strategische assetallocatie (SAA) of vermogensstructurering. Bij het invullen van een beleggingsportefeuille maakt men gebruik van zogenaamde bandbreedtes. Als een portefeuille er bijvoorbeeld bestaat uit obligaties (60% ) en aandelen (40%), dan kan het percentage daadwerkelijk belegde aandelen fluctueren tussen een bandbreedte van bijvoorbeeld 45% en 55%.
©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________ Voorbeeld 3 Doorslaggevend in het communicatieproces is de relatie tussen de zender en ontvanger. Een adviesrelatie is bijvoorbeeld vrijblijvender dan een werkgever – werknemer relatie. Mede ingegeven door de soort relatie reageren we dan ook op elkaar. Als we de communicatie wat beter bestuderen vallen ons een aantal kenmerken op; • het karakter van een proces: zender en ontvanger wisselen elkaar af. • de wijze van communiceren: alle zintuigen communiceren ‘mee’: ruiken, proeven, voelen, horen, zien. Het gaat dus niet alleen om het ‘horen’ maar ook om het begrijpen van de andere signalen. • het niveau van de boodschap: de inhoud, emotie en intentie van de boodschap is van belang. De inhoud kan van de intentie afijken; oftewel het buikgevoel geeft iets anders aan dan wat er inhoudelijk gezegd en bedoeld wordt. Op het emotionele niveau speelt zich de communicatie over onze gevoelens af. Op het intentionele niveau speelt zich de verborgen bedoeling van de communicatie af. OP dit intentionele niveau leven dan vragen die ‘het waarom’ van een bepaalde opmerking willen verklaren. “is zij nu een vriend of vijand”; Is zij te vertrouwen?” Enz.
©Consultancy Masters bv 2008
Voorbeeld Syllabus Beleggen __________________________________________________ Voorbeeld 4 Short call (plicht tot levering) De schrijver van een call: short call verwacht een dalende of stabiele koers van de onderliggende waarde. De schrijver heeft de plicht om te leveren bij een bepaalde uitoefenprijs. Hij ontvangt hiervoor een premie. Stel: uitoefenprijs €100 en de premie €4, ‐
Uit deze grafiek blijkt duidelijk, dat de koper van de call‐optie de optie zal uitoefenen als de beurskoers boven de €104 zal stijgen. Immers dan is voor de koper het verschil tussen de uitoefenprijs plus premie en de beurskoers gunstig. De schrijver gaat vanaf een beurskoers van €104 verliezen. Als de schrijver zelf de aandelen niet heeft en dus ongedekt schrijft, verlangt de bank margin. Onder margin wordt de dekking verstaan die vereist is door de bank bij ongedekt schrijven.
©Consultancy Masters bv 2008