JAARVERSLAG EN JAARREKENING
2013
STICHTING
voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
INHOUDSOPGAVE
1 2
INLEIDING ................................................................................................... 4 VERSLAG BESTUUR ...................................................................................... 5 2.1 ALGEMEEN INSTELLINGSBELEID ................................................................ 5 2.2 BELEIDSVOORNEMENS 2013 ..................................................................... 7 2.3 BELEIDSREALISATIE 2013......................................................................... 8 2.3.1. Strategie en beleid ............................................................................ 8 2.3.3 Personeelsbeleid ............................................................................... 11 2.3.4 Middelen en voorzieningen ................................................................. 13 2.3.5 Prestatiebox..................................................................................... 13 2.3 FINANCIEEL BELEID ................................................................................ 13 2.4.1. Ontwikkelingen en risico’s.................................................................. 13 2.4.2. Financiële positie per 31 december 2013 ............................................. 15 2.4.3. Analyse resultaat 2013 ...................................................................... 17 2.4.4. Investeringen en financieringsbeleid ................................................... 17 2.4.5. Treasuryverslag ............................................................................... 17 2.4.6. Bedrijfsvoering ................................................................................. 17 2.4.7. Continuïteitsparagraaf ....................................................................... 18 3. JAARREKENING.......................................................................................... 21 3.1. BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (na resultaatbestemming) ........................ 21 3.2. STAAT VAN BATEN EN LASTEN 2013 ......................................................... 22 3.3. KASSTROOMOVERZICHT 2013 .................................................................. 22 3.4. ALGEMENE TOELICHTING ......................................................................... 23 3.4.1. Activiteiten ...................................................................................... 23 3.4.2. Verbonden partijen ........................................................................... 23 3.4.3. Kasstroomoverzicht .......................................................................... 23 3.4.4. Schattingen ..................................................................................... 23 3.5. GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA .................... 24 3.5.1. Algemeen ........................................................................................ 24 3.5.2. Materiële vaste activa ....................................................................... 24 3.5.3. Voorraden ....................................................................................... 25 3.5.4. Vorderingen ..................................................................................... 25 3.5.5. Liquide middelen .............................................................................. 25 3.5.6. Eigen vermogen ............................................................................... 25 3.5.7. Voorzieningen .................................................................................. 25 3.6. GRONDSLAGEN VOOR BEPALING VAN HET RESULTAAT ................................ 26 3.6.1. Algemeen ........................................................................................ 26 3.6.2. Opbrengstverantwoording ................................................................. 26 3.6.3. Overheidssubsidies ........................................................................... 26 3.6.4. Afschrijvingen op materiële vaste activa .............................................. 26 3.6.5. Personeelsbeloningen ........................................................................ 26 3.6.6. Bijzondere posten ............................................................................. 26 3.6.7. Financiële baten en lasten ................................................................. 27 3.7. TOELICHTING OP BALANS PER 31 DECEMBER 2013 ..................................... 27 3.7.1. Activa ............................................................................................. 27 3.7.2. Passiva............................................................................................ 28 3.8. TOELICHTING OP STAAT VAN BATEN EN LASTEN 2013 ................................ 30 3.8.1. Toelichting op de baten ..................................................................... 30 3.8.2. Toelichting op de lasten ..................................................................... 32 3.8.3. Toelichting op de financiële baten en lasten ......................................... 35 3.9. STAAT VAN BATEN EN LASTEN SECTOREN STICHTING 2013 ........................ 35 3.10. NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN ................. 36 4. OVERIGE GEGEVENS .................................................................................. 37
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 2 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
4.1. 4.2. 4.3. 4.4.
VOORSTEL RESULTAATBESTEMMING ......................................................... 37 GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM ....................................................... 37 ONDERTEKENING BESTUUR...................................................................... 37 CONTROLEVERKLARING ........................................................................... 37
LEESWIJZER De stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht legt met dit jaarverslag verantwoording af over het gevoerde beleid in 2013 en de resultaten hiervan. Het jaarverslag is in eerste instantie bedoeld voor het bestuur en de externe stakeholders, daarnaast voor de het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (www.minocw.nl). Het laat zien hoe de stichting vorm gegeven heeft aan haar beleid, en hoe beschikbaar gestelde middelen zijn ingezet. Het jaarverslag bestaat uit vier hoofdstukken. Naast het verslag van het bestuur in hoofdstuk 1 wordt in hoofdstuk 2 aan de hand van de speerpunten in het jaarplan 2013 verslag gedaan van de activiteiten. Hoofdstuk 3 bevat de financiële verantwoording met de integrale jaarrekening. Hoofdstuk 4 bevat overige gegevens, zoals de resultaatbestemming en de controleverklaring.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 3 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
1
INLEIDING
De stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht is verantwoordelijk voor het in stand houden en ontwikkelen van een school voor praktijkonderwijs- OPDC te Dordrecht Het bestuur van de stichting bestaat uit drie leden. Op 31 december 2013 luidde de samenstelling van het bestuur als volgt: a. een lid namens het bestuur van de Stichting voor Openbaar Onderwijs in Dordrecht: de heer drs. F.T. Beuvens, voorzitter (benoemd 5 juli 2004); b. een lid namens het bestuur van de Stichting H3O: de heer drs. J. Ramaker met ingang van 1 juli 2012; c. een lid namens het bestuur van de Stichting Wellant te Houten: mevr. drs. G.A. Huizinga-Mijnhart, lid te Dordrecht, met ingang van 1 september 2011. Per 1 januari 2014 is de heer drs. F.T. Beuvens in het bestuur opgevolgd door mevr. drs. M.E.M. van der Krogt. Het bestuur vormt zowel het bevoegd gezag van de Hans Petrischool, school voor praktijkonderwijs, als bedoeld in het Wet op het Voortgezet Onderwijs als van het Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs, inclusief het Orthopedagogisch Didactisch Centrum (OPDC) met de Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL), het Dienstencentrum en het Tijdelijk Onderwijs (Halte Patersweg). Bezien vanuit het Samenwerkingsverband VO wordt het bestuur in feite gevormd door de besturen van de drie scholengemeenschappen in Dordrecht. Dat onderstreept het doel van de stichting om alles wat met leerlingzorg te maken heeft – inclusief de praktijkschool als voorziening daarin – eigendom te laten zijn van zijn voornaamste belanghebbenden. Het bestuur vergaderde in het afgelopen jaar 8 keer met de directeur van de Hans Petrischool en de interim-coördinator van het samenwerkingsverband VO Dordrecht. In de vergaderingen zijn personeelsbeleid, onderwijskwaliteit, begrotingen, realisatiecijfers, de jaarrekening, de voortgang van het jaarplan en de zorgplannen 2012-2013 en 20132014 en de rapportages van de directeur en coördinator besproken. In 2013 is door het bestuur veel energie gestoken in de voorbereidingen om te komen tot een nieuw samenwerkingsverband in het kader van passend onderwijs en het verbeteren van de bedrijfsvoering op de Hans Petrischool. Per 1 april 2013 is door het bestuur tot directeur van de Hans Petrischool de heer L. Verhoef benoemd. Vanwege ziekte van de coördinator van het samenwerkingsverband VO Dordrecht dhr. T. van den Bergh is dhr. W. Kolthof per 1 augustus 2013 benoemd tot interim-coördinator. De directeur heeft van het bestuur de opdracht om te komen tot een meerjarig schoolplan, waarin de visie en doelen op onderwijs, organisatie, de relatie met de omgeving en bedrijfsvoering verbonden zijn en gekoppeld zijn aan concrete doelstellingen. Bestuur en directie voeren op regelmatige basis gesprekken over de voortgang van dit ingezette traject. Het bestuur heeft verder door het afleggen van een tweetal werkbezoeken aan de Hans Petrischool, vorm en inhoud gegeven aan haar bestuurlijke taak. Als accountant voor de jaarrekening 2013 is Ernst & Young benoemd. mevr. drs. G.A. Huizinga-Mijnhart voorzitter Bestuur
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 4 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
2
VERSLAG BESTUUR
2.1
ALGEMEEN INSTELLINGSBELEID
Algemeen Naam Adres / Postadres Plaats Telefoon E-mail Internetsite
: : : : : :
Stichting voor Praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht Anna van Saksenstraat 11 Dordrecht 078-6324111
[email protected] www.hanspetri.nl
Bestuursnummer Voorzitter bestuur Directeur
: : :
41466 mevr. drs. G.A. Huizinga-Mijnhart dhr. L. Verhoef
Organisatie Juridische structuur De organisatie heeft de stichtingsvorm als rechtspersoon. De stichting is opgericht op 5 juli 2004. Organisatiestructuur De stichting heeft een model met een bestuur en directie. Het bestuur voert maandelijks overleg met de directie. Sinds 2013 is de administratie en planning- en controlfunctie uitbesteed aan stichting H3O. Deskundigen van stichting H3O zijn ook op afroep beschikbaar voor advies op het gebied P & O en huisvesting. Omdat er geen formele scheiding is tussen het bestuur en het intern toezicht is in dit jaarverslag geen verslag van het intern toezicht opgenomen. Kernactiviteiten De stichting draagt de verantwoordelijkheid voor het in stand houden van een school voor praktijkonderwijs-OPDC te Dordrecht. Er is nog geen strategisch beleidsplan. Deze is in voorbereiding. De activiteiten vinden plaats op basis van het jaarplan 2013 voor de Hans Petrischool en de zorgplannen 2012-2013 en 2013-2014 voor het samenwerkingsverband VO Dordrecht. In de begroting 2013 zijn de beleidsvoornemens en de daarvoor benodigde middelen met elkaar in verband gebracht. In dit jaarverslag kunnen de beleidsvoornemens en de realisatie met elkaar worden vergeleken. Doelstelling, missie, visie en waarden Doelstelling De stichting wil zich onderscheiden door het zoeken van samenwerking in alles wat tot de plaatselijke en algemene belangen van het praktijkonderwijs-OPDC behoort. Missie en visie Samenwerkingsverband VO Dordrecht De missie van het samenwerkingsverband is dat alle Dordtse kinderen in Dordrecht op het bij hen passende niveau onderwijs moeten kunnen ontvangen. We streven naar een ongehinderde en ononderbroken schoolcarrière voor alle leerlingen. We streven er naar de eventuele belemmeringen die zich daarbij kunnen voordoen op het geëigende niveau het hoofd te bieden. Het samenwerkingsverband houdt een PCL-VO in stand die zich niet alleen met de aanvraag van beschikkingen voor leerwegondersteuning en praktijkonderwijs bezig houdt, maar zich ook bekommert om leerlingen die om welke reden dan ook vastgelopen zijn in het onderwijs, de thuiszitters inbegrepen.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 5 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
Het samenwerkingsverband houdt verder een dienstencentrum en een rebound (opvangvoorziening voor tijdelijk onderwijs) in stand. Het tijdelijk onderwijs is bestemd voor leerlingen van 12 tot 17/18 jaar die in hun ontwikkeling worden geremd of geblokkeerd, maar die op grond van wettelijke bepalingen van praktijkonderwijs zijn uitgesloten. Het orthopedagogisch en –didactisch centrum (OPDC) van de Hans Petrigroep wil deze groep VO-leerlingen bedienen: het dienstencentrum (zorgloket) en het tijdelijk onderwijs (rebound en onderwijsopvang). De wettelijke basis hiertoe vormen artikel 1h, 3 e lid en 7e lid van de WVO (resp. voor het OPDC en de centrale dienst). Het samenwerkingsverband streeft een nauwe samenwerking na met de partners in de zorgketen: bureau Jeugdzorg, bureau Leerplicht en VSV, Careyn. Het samenwerkingsverband wil nauw samenwerken met de gemeente Dordrecht. De WMO-taken van de gemeente en de taken van het samenwerkingsverband moeten naadloos op elkaar aansluiten. Product daarvan is de één kind/gezin – één plan gedachte. Missie en visie Hans Petrischool De Hans Petrischool voor praktijkonderwijs is bestemd voor leerlingen van 12 tot 17/18 jaar met aantoonbare leerachterstanden als gevolg van beperkte vermogens (IQ) of sociaal-emotionele belemmeringen. Daar hoort de missie bij dat iedere leerling van de Hans Petrischool als medewerker eerst via stage en daarna middels plaatsing op een voor hem of haar geschikte arbeidsplaats werkt. Daarnaast kan hij of zij voor zichzelf zorgen en zich staande houden in de samenleving. Op de Hans Petrischool wordt competentiegericht gewerkt. Het onderwijs wordt vorm gegeven d.m.v. individuele leerroutes voor de leerling. Het verwerven van de benodigde competenties (leerproces) is afgeleid van de praktijk (wat ze straks moeten kennen en kunnen). De context van de leer- en werkwereld staat centraal, waardoor er sprake is van geïntegreerd aanbieden. Met behulp van een individueel ontwikkelingsplan (iop) leert de leerling sturing geven aan zijn ontwikkeling. Daarbij fungeren de leraren als coaches. Het onderwijsaanbod en de begeleiding baseert de school op de concrete belemmeringen wat betreft de leefbaarheid, de aanpak van taken en het sociaal functioneren van de leerlingen. Aandachtspunten daarbij zijn onder meer: een beperkte opname en verwerking van informatie; beperking in de mogelijkheden tot generalisatie, internalisatie en transfer van het geleerde; een zwak abstractievermogen; motivatie en concentratievermogen zijn van korte duur; onvoldoende zelfstandigheid; belemmeringen voor een goed sociaal functioneren, die kunnen leiden tot gedragsproblemen. Het uitgangspunt van de Hans Petrischool is dat leerlingen worden geaccepteerd en gerespecteerd in hun eigenheid met al hun specifieke individuele kenmerken. Dit betekent dat de toekomst van elke leerling er anders uit zal zien. Het is de opdracht van de school ervoor te zorgen dat de individuele begeleidingsvraag van de leerling aansluit bij de einddoelen die de school in overleg met de ouders en de leerling formuleert. De Hans Petrischool biedt tenminste de vakken Nederlandse Taal, rekenen/wiskunde, informatiekunde en lichamelijke opvoeding aan. De school besteedt veel aandacht aan de ontwikkeling van het zelfbeeld van de leerlingen. Het irrealistische zelfbeeld dat deze leerlingen (in positieve of negatieve zin) vaak hebben, kan door de school worden omgezet in realistischer verwachtingen omtrent henzelf en hun toekomst. Dit betekent dat de school iedere jongere op zijn eigen verantwoordelijkheid en eigen niveau zal aanspreken. De school en het team hebben een positieve grondhouding ten aanzien van de kwaliteiten en mogelijkheden van de leerlingen. Vanuit die grondhouding wil de school kwaliteit leveren en het welzijn van de jongeren vergroten. De school legt op die manier verantwoording af aan de samenleving. Het doel is de persoonlijke ontwikkelingen van leerlingen te stimuleren. De nadruk ligt daarbij op het maken van keuzes en het zelf kunnen nemen van beslissingen ten aanzien van wonen, werken en recreëren in het heden en in hun toekomstige leefsituatie.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 6 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
Waarden De stichting profileert zich als een organisatie belast met de zorg voor leerplichtige leerlingen die om reden van beperkte cognitieve vermogens of structurele gedragsproblemen geen VMBO-diploma kunnen behalen, alsmede leerplichtige leerlingen die vanwege oorzaken van andere aard (onwettige verzuim, studieonderbreking, studiestaking, een gebrek aan welbevinden, sociale zwakte, onacceptabel en/of grensoverschrijdend gedrag) in hun studie belemmerd worden. Directiestatuut en contract Op basis van het directiestatuut zijn de directeur Hans Petrischool en de coördinator samenwerkingsverband VO Dordrecht verantwoordelijk voor het door hen gevoerde beleid, binnen de door het bestuur vastgestelde kaders en goedgekeurde jaarplannen en begrotingen. De afspraken tussen bestuur en directie worden jaarlijks vastgelegd in een directiecontract. Zowel directiestatuut als directiecontract is in voorbereiding. Klachten Noch op schoolniveau, noch op bestuursniveau zijn klachten van ouders, leerkrachten of leerlingen ontvangen of in behandeling geweest met betrekking tot het onderwijs aan de Hans Petrischool of anderszins. Op het niveau van het samenwerkingsverband ten aanzien van het tijdelijk onderwijs of anderszins was dat evenmin het geval. Er deed zich ook geen situatie voor waarin belanghebbenden om herziening van een PCL-besluit vroegen. 2.2
BELEIDSVOORNEMENS 2013
Het jaarplan is een korte notitie waarin op hoofdlijnen de doelen beschreven worden die het bestuur wil bereiken. Het plan brengt een ordening aan die het bestuur kan ondersteunen bij de monitoring. De stichting acteert in een dynamische omgeving. Daarom staan de doelen van het bestuur niet op zichzelf maar zijn ze gerelateerd aan (of lopen vooruit op) landelijke plannen, ontwikkelingen en trends. Samenwerkingsverband VO Dordrecht In 2013 geven we opnieuw uitvoering gegeven aan het zorgbeleid. Samenwerkingsverbanden bekommeren zich om zorgleerlingen. Dat zijn volgens de definitie leerlingen die door een intelligentietekort, een sociaal-emotionele of andersoortige belemmering (-1zicht, -2- gehoor, -3- ziekte/invaliditeit of -4- gedragingen/psychiatrische stoornissen) extra zorg behoeven om zich in het onderwijs op een passend niveau te kunnen handhaven. Aan zorgleerlingen wordt in het VO plaats geboden in praktijk- en leerwegondersteunend onderwijs (‘lichte zorg’) dan wel in regulier onderwijs met speciale ondersteuning vanuit de REC’s (LGF- of rugzakleerlingen) of in voortgezet speciaal onderwijs (‘zware zorg’). We hanteren de stelling dat elke Dordtse leerling in Dordrecht naar school kan en daar passend onderwijs ontvangt. In 2013 geven we ook uitvoering aan VSV-beleid. In zijn oorsprong is de bestrijding van voortijdig schoolverlaten de core business van ons OPDC en dat is sinds 1985 feitelijk niet veranderd; we beschouwen de aantallen voortijdige schoolverlaters en thuiszitters nog steeds als de meetlat met behulp waarvan we ons succes het liefst gemeten willen zien. Het minimaliseren van het aantal schoolverlaters en thuiszitters is het doel. Het verhogen van de kwaliteit van de aansluitingsmomenten (PO>VO, VO>MBO) streven we na. Daarnaast houden we een bovenschoolse voorziening in stand (OPDC-Halte Patersweg), zodat we in ieder geval een plek houden voor jongeren waarmee het onderwijs zich tijdelijk geen raad weet. Jongeren zitten dan niet huis, maar volgen een onderwijsprogramma in Halte Patersweg. Terugkeer van deze groep leerlingen naar het reguliere onderwijs is daar het doel. We willen dat doel voor minstens 70% halen (het landelijk gemiddelde).
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 7 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
In 2013 werken we aan de voorbereidingen voor de invoering van passend onderwijs. De wettelijk bepaalde mijlpalen willen we halen. Een achterstand moet worden weggewerkt. Doelstelling is ook om het aantrekkelijke idee: ‘één kind/gezin, één plan’ samen met de gemeente vorm te geven. Aansluiting op de voorbereiding voor de transitie en transformatie van de jeugdzorg is daarom cruciaal. Ook de samenwerking met primair onderwijs is speerpunt van beleid: het voornemen is om de samenwerkingsverbanden primair en voortgezet onderwijs in Dordrecht ineen te laten vloeien tot één werkorganisatie. De huidige Permanente Commissie Leerlingzorg voor het voortgezet onderwijs (PCL-VO) willen we ombouwen tot een loket voor ondersteuningstoewijzing. Die toewijzing gaat geschieden middels toelaatbaarheidsverklaringen. De arrangementen waarnaar verwezen kan worden, willen we benoemen. Hans Petrischool In 2013 zal verder gewerkt moeten worden aan het creëren van financieel positief resultaat. Er zal een eerste opzet gemaakt worden voor een meerjarenschoolplan waarin de verbeterpunten voor de toekomst zichtbaar worden, het feitelijke schoolplan zal medio 2014 gereed zijn. In dit schooljaar zal een nieuwe directeur geworven worden die uitvoering moet gaan geven aan het bovengenoemde. Te behalen resultaten samenwerkingsverband VO Dordrecht Voorbereiden en ontwikkelen van passend onderwijs Doorontwikkelen van de PCL-VO naar de één-loket functie Minimaliseren van het aantal thuiszitters Te behalen resultaten Hans Petrischool Bedrijfsvoering op orde inclusief het voeren van een gesprekkencyclus HR Financiële situatie op orde Aanzet tot verbeteren van onderwijskwaliteit inclusief vergroten uitstroommogelijkheden leerlingen Werving en aanstelling nieuwe directeur Verbeteren organisatiestructuur 2.3
BELEIDSREALISATIE 2013
2.3.1. Strategie en beleid Samenwerkingsverband VO Dordrecht In 2013 werden de voorbereidingen gestart voor de invoering van passend onderwijs. Medio juni werd daartoe een startbijeenkomst belegd, waarna werkgroepen aan de slag gingen om onderdelen van het ondersteuningsplan uit te werken. Het ondersteuningsplan vervangt logischerwijs het zorgplan. De afzonderlijke samenwerkingsverbanden PO en VO werkten bij de opstelling van wettelijk verplichte documenten nauw met elkaar samen. Gezamenlijk zochten (en vonden) de samenwerkingsverbanden VO en PO een werkruimte. Er zal ook gezocht worden naar één overkoepelende directeur. Een ontvlechting van het samenwerkingsverband en de Hans Petrischool passen in deze beweging. Het bestaansrecht van het samenwerkingsverband wordt niet uitsluitend bepaald door rijksbeleid inzake leerlingzorg, maar ook door beroepen van de gemeente op het SWVVO. Het gemeentebestuur wordt bediend van allerlei adviezen inzake onderwijs, jeugdbeleid, jeugdzorg en jeugdhulpverlening en – niet in de laatste plaats – bestrijding van voortijdig schoolverlaten. Voor dat laatste is het samenwerkingsverband zelfs eerstverantwoordelijk voor de uitvoering van door de gemeenteraad vastgesteld kaderbeleid en is de coördinator van het SWV de budgetbeheerder. Door deze keuze van de gemeente overtreft de gemeentelijke bijdrage (€ 692.780 in 2013 waarvan € 443.011 voor het samenwerkingsverband zelf, de rest werd doorbetaald aan het Da Vinci College) ruimschoots de rijksbijdrage (€ 499.905).
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 8 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
Ook in 2013 is uitvoering gegeven aan het gemeentelijk en regionaal VSV-beleid: het regelmatig bijeenkomen van de permanente commissie leerlingzorg, het gebruik van het OPDC (Halte Patersweg), de inzet van schoolcoaches in het voortgezet onderwijs, de versterking van de zorgstructuur in het MBO (waarvoor het SWV-VO inhoudelijk niet verantwoordelijk voor kan worden gehouden). In 2013 is een begin gemaakt met de omvorming van de huidige PCL-VO naar een éénloketfunctie. Via dat loket zullen alle toelaatbaarheidsverklaringen worden afgegeven worden voor leerwegondersteuning en praktijkonderwijs, voor het speciaal onderwijs en het OPDC. In 2013 was ook de gemeente druk doende met de voorbereidingen voor de transitie en transformatie van de jeugdzorg, de AWBZ en de participatiewet. Zowel van de kant van het onderwijs als van de gemeente werd de noodzaak gevoeld tot wederzijds overleg over een passende verbinding tussen wederzijdse plannen. Het samenwerkingsverband participeerde volop in deze overleggen en zal dat ook blijven doen: passend onderwijs is meer dan onderwijs. Bovendien is het gezamenlijk doel: één kind/gezin, één plan. In 2013 is ook een doorstart gemaakt met de ontwikkeling van een goede aansluiting van het voortgezet op het middelbaar beroeps onderwijs. Nauwe samenwerking werd gezocht met het Da Vinci College om de overdracht van leerlinggegevens en de aanmeldingsprocedures te verbeteren. Hans Petrischool In april 2013 is dhr. L. Verhoef aangesteld als nieuwe directeur. Er is een aanzet gemaakt tot het komen van een verbeterplan. Vanuit dit plan zal medio 2014 een plan van aanpak gemaakt worden waarmee we een impuls aan de onderwijskwaliteit gaan geven. In de normjaartaken van de docenten is het snijverlies tot het minimum teruggebracht, waardoor een effectievere inzet van de formatie is gerealiseerd. In 2013 is ook de transitie gemaakt naar een nieuwe organisatiestructuur. Er wordt nu gewerkt met een directeur en twee teamleiders, een voor de onderbouw en een voor de bovenbouw. In het verleden werd er gewerkt met een directeur en een adjunct-directeur en op verschillende posities binnen de school teamleiders die dat vanuit de rol deden en niet vanuit de functie. Een aantal van die teamleiders zijn nu weer docent met een rol geworden. Zo is de teamleider stage nu docent met de rol van stagecoördinator. 2.3.2 Onderwijskundig beleid, opbrengsten en waardering Samenwerkingsverband VO Dordrecht Ter bestrijding van vroegtijdig schoolverlaten is de permanente commissie leerlingzorg 19 maal bijeen geweest. Elk schooljaar bespreekt de PCL-VO zo’n 80 leerlingen (soms meermalen). Ongeveer de helft van dat aantal wordt door de PCL verwezen naar het OPDC (de reboundvoorziening Halte Patersweg). Van de andere helft vloeit ruwweg tweederde naar een andere vorm van regulier onderwijs; een derde wordt verwezen naar hulpverleningstrajecten. Deze werkwijze (bespreking in de PCL-VO, eventueel doorverwijzing naar het OPDC) zorgt ervoor dat het aantal thuiszitters tot een minimum beperkt blijft. In 2013 is ook het werk van de opgeheven actietafel thuiszitters zo veel mogelijk overgenomen door de PCL-VO. Het aantal thuiszitters VO bedraagt momenteel zes leerlingen, minder dan ooit. Ook is een begin gemaakt met de verbetering van de aansluiting op het vervolgonderwijs. De aansluiting van PO op VO moest gaan voldoen aan de eisen die de invoering van passend onderwijs stelt aan de overdracht van gegevens en de bijbehorende procedures. De aansluiting van VO op MBO werd verbeterd door een decanenberaad op te richten en afspraken te maken over een centrale aanmeldingsprocedure en een digitale wijze van gegevensoverdracht.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 9 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
De door het ministerie van OC&W gestelde mijlpalen inzake de invoering van passend onderwijs zijn behaald. Op 01-10-2013 werd het nieuwe samenwerkingsverband passend onderwijs 28.04 opgericht. Per 01-08-2014 zal het oude SWV 40.2 worden opgeheven en het nieuwe samenwerkingsverband 28.04 starten. Uniek in Nederland is dat in Dordrecht dit nieuwe samenwerkingsverband in hoge mate gaat samenwerken met het samenwerkingsverband passend primair onderwijs. De twee samenwerkingsverbanden gaan één werkorganisatie vormen met ook één directeur. Grote delen van het ondersteuningsplan van het nieuwe samenwerkingsverband zijn geschreven. Hans Petrischool Kwaliteitszorg De kwaliteitszorg aan de Hans Petrischool is een onderwerp van blijvende aandacht, zeker sinds de resultaten uit de gehouden enquête (2009) onder leerlingen, leraren en ouders ProZO Stimulans bekend zijn. De uitwerking van deze resultaten en de onderzoeken die daaruit zijn voortgekomen, hebben geleid tot resp. ontwikkelpunten en gespreksrondes rond het thema: ‘Doen we de dingen goed?’ Ontwikkelpunten naar aanleiding van het kwaliteitsinstrument ProZo! zijn: het uitwerken van de leerlijnen; het niet herkennen door leerlingen van onderwijs aangaande wonen en vrije tijd; het ontwikkelen van een gemeenschappelijke visie op de persoonlijke vorming van leerlingen; het vastleggen van een sluitende incidentregistratie; het op orde hebben van een Integraal Personeelsbeleid (IPB). Ontwikkelpunten die inmiddels gerealiseerd zijn: afspraken met betrekking tot de stage worden teruggekoppeld naar de stagebedrijven; leerlingen krijgen meer de mogelijkheid tot het bepalen van een stageadres; de overdracht van gegevens over de kenmerken van de leerlingen aan de stagebedrijven. Verder is het belang van coachingsgesprekken met de leerlingen naar voren gekomen, waarmee leerlingen mede hun leerdoelen bepalen. Deze betrokkenheid van de leerling wordt vergroot naarmate zij in een hoger leerjaar komen. Binnen de gespreksronde rond het thema ‘Doen we de dingen goed?’ staan aspecten centraal als structuur van de onderwijsorganisatie, onderwijs op maat, pedagogisch klimaat, de doelen van het praktijkonderwijs, de verhouding tussen theorie en praktijk binnen het onderwijs, stage, zorg, communicatie en ‘PRO op de kaart’. Binnen de interne en externe kwaliteitszorg worden periodiek tevredenheidonderzoeken uitgevoerd onder ouders, personeel en leerlingen. Instroom van leerlingen Het aantal leerlingen aan de Hans Petrischool is sinds de vorige teldatum (1 oktober 2012) gestegen van 298 naar 305 op de teldatum 1 oktober 2013 (exclusief enkele korttijdelijke leerlingen). Ten opzichte van 2012 is sprake van een vergrote instroom van leerlingen in de onderbouw. Doordat VMBO-scholen minder dan voorheen (zwakke) praktijkleerlingen een kans bieden heeft dat een positieve invloed op onze instroom in leerjaar 1. Slechte ervaringen in het VMBO met dit type leerling is hier mede de oorzaak van. Ook de inzichtelijkheid voor de PCL van de profielen van zorgleerlingen heeft er voor gezorgd dat VMBO-scholen zich terughoudend opstellen ten aanzien van plaatsing van (zwakke) praktijkleerlingen. Uitstroom van leerlingen Aan het einde van het schooljaar 2012-2013 hebben 42 leerlingen de school verlaten. Daarvan zijn er 17 in werk en dagbesteding terecht gekomen. 19 kozen voor een ver-
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 10 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
volgopleiding. Tevens zijn er 6 leerlingen naar een andere vorm van voortgezet onderwijs uitgestroomd. 2.3.3 Personeelsbeleid Formatie In onderstaand overzicht ziet u het totaal aantal medewerkers en het aantal full time equivalenten per maand. De aantallen zijn inclusief kort tijdelijke contracten. Ook ziet u in het overzicht het onderscheid tussen het aantal vrouwen en mannen. Jan Totaal aantal medewerkers Totale FTE
Aantal vrouwen Aantal mannen
Vrouwen FTE Mannen FTE
Feb
Mrt
Apr
Mei
Jun
Jul
Aug
Sep
Okt
Nov
Dec
59
61
61
63
62
62
62
58
58
58
58
59
50,9
51,5
51,5
53,1
52,7
52,7
52,7
51,7
51,7
51,7
51,7
51,9
30
31
31
32
31
31
31
27
27
27
27
28
29
30
30
31
31
31
31
31
31
31
31
31
22,0
22,4
22,4
23,1
22,7
22,7
22,7
21,1
21,1
21,1
21,1
21,3
28,9
29,1
29,1
30,1
30,1
30,1
30,1
30,6
30,6
30,6
30,6
30,6
Leeftijdsopbouw In de onderstaande overzichten ziet u de leeftijdsopbouw per leeftijdscategorie per maand en de gemiddelde leeftijd per maand. Categorie
Jan
Feb
Mrt
Apr
Mei
Jun
Jul
Aug
Sep
Okt
Nov
Dec
0 - 20
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
20 - 30
3
4
4
4
3
3
3
3
3
3
3
3
30 - 40
10
10
10
10
10
10
10
10
10
10
10
10
40 - 50
14
14
14
13
13
12
12
10
10
9
9
10
50 - 60
24
25
25
26
25
25
25
24
24
24
24
24
60 - 65
8
8
8
10
11
12
12
11
11
12
12
12
65 en ouder
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
Ziekteverzuim In de onderstaande grafiek wordt het verzuim voortschrijdend en per periode weergegeven.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 11 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
In de onderstaande grafiek treft u het verzuim naar duurklassen. Het lang en extra lang verzuim wordt veroorzaakt door 4 langdurig zieken. Met deze medewerkers vindt overleg plaats om tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst te komen.
Samenwerkingsverband VO Dordrecht Op 31 december 2013 had het OPDC een wat kleinere staf dan op 31-12-2012. Door langdurige ziekte van de coördinator van het samenwerkingsverband werd het noodzakelijk de beleidsmedewerker van het samenwerkingsverband als interim-coördinator aan te stellen. Deze werd vervolgens onttrokken aan de staf van het OPDC. Het gemiddelde aantal fte’s was inclusief de coördinator het gehele jaar 8,0. Hans Petrischool Ondanks de toename van het aantal leerlingen is de formatie vrijwel gelijk gebleven. Dit om zodoende tot een positief resultaat te komen en het eigen vermogen van de Hans Petrischool te versterken. Per 1 april 2013 is een nieuwe directeur, dhr. L. Verhoef, benoemd. Het gemiddelde aantal fte’s was gedurende het jaar 44,0. Medio 2013 is de beslissing genomen om de inzet van een GZ-psycholoog en de SMW-er voor de duur van een schooljaar van de Hans Petrischool te bekostigen vanuit het samenwerkingsverband VO Dordrecht. De Hans Petrischool kan geen gebruik maken van regelingen die het in het overig onderwijs mogelijk maken van de diensten van een SMW-er gebruik te maken. Dat wilden we op experimentele basis gelijktrekken door de regeling aan te vullen. De introductie van de ‘veilige route’ in de Hans Petrischool (een traject voor cluster-III leerlingen van wie toch wordt verwacht baat te hebben bij de begeleiding in de Hans Petrischool) en de problematiek van veel leerlingen in de Hans Petrischool rechtvaardigen de bekostiging van een GZ-psycholoog. Bovendien kan van de diensten van deze GZ-psycholoog ook gebruik gemaakt worden bij leerlingen die in de
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 12 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
PCL besproken worden. Daarmee wint deze basisvoorziening aan kracht en wordt duurdere hulp voorkomen. 2.3.4 Middelen en voorzieningen Financiële middelen Voor een uitgebreide toelichting wordt verwezen naar paragraaf 2.4. Huisvesting Samenwerkingsverband VO Dordrecht De staf van het samenwerkingsverband woont in bij de Hans Petrischool. Voor het medegebruik van een aantal vierkante meters en het gebruik van uiteenlopende voorzieningen van de Hans Petrischool brengt de school een beperkte vergoeding aan het samenwerkingsverband in rekening. De huisvesting van het OPDC vergt extra aandacht. Er zal groot onderhoud gepleegd moeten worden, er van uit gaande dat deze voorziening nog langer op de bestaande plek in Dordrecht kan blijven voortbestaan. Pogingen om te zoeken naar vervangende ruimte worden vooralsnog niet ondernomen. Vanwege de onzekerheid over de toekomstige huisvesting van het OPDC is vooralsnog geen meerjarig onderhoudsplan opgesteld. Het besluit over de toekomst van het OPDC inclusief de huisvesting zal genomen worden binnen het bestuur van het nieuwe samenwerkingsverband 28.04. Hans Petrischool De school is gehuisvest aan de Anna van Saksenstraat 11 te Dordrecht. Daarnaast worden brancheactiviteiten uitgevoerd op locatie: zorg en welzijn (Zephyr), detailhandel (Twinkel) en bouw (herbouw). Voor het gebouw van de school is in 2013 een nieuw meerjarig onderhoudsplan opgesteld. ICT Samenwerkingsverband VO Dordrecht De ICT-omgeving van het samenwerkingsverband (coördinatie, OPDC) is deels ingebed in die van de Hans Petrischool. Het samenwerkingsverband maakt gebruik van het bureau Aspect-ICT voor de inrichting en het onderhoud van een digitale omgeving voor de PCLVO. Hans Petrischool Ook de Hans Petrischool maakt gebruik van het bureau Aspect-ICT. Vanaf 2014 gaat de school gebruik maken van de diensten van Kien (www.kienict.nl), een samenwerkingsverband tussen scholen in Dordrecht. 2.3.5 Prestatiebox Vanaf 2012 worden door het ministerie van OCW de zogenaamde prestatiebox-middelen beschikbaar gesteld. Voor de Hans Petrischool was in 2013 een bedrag voor prestatiebox-middelen beschikbaar van € 44.238. Dit bedrag is volledig ingezet in de formatie. 2.3
FINANCIEEL BELEID
2.4.1. Ontwikkelingen en risico’s In deze subparagraaf worden ontwikkelingen en risico’s genoemd waarvan het vermoeden bestaat dat die zich kunnen voordoen, maar waarvan de financiële omvang (nog) niet gekwantificeerd kan worden. Op basis van de geconstateerde risico’s is een weer-
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 13 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
standsvermogen en daarbinnen een buffer van een bepaalde omvang nodig (zie subparagraaf 2.4.2.). Leerlingaantallen De inkomsten worden grotendeels bepaald door het aantal leerlingen. Het realiseren van een bepaalde omvang van leerlingaantallen is geen doel op zich, maar wel noodzakelijk voor een efficiënte bedrijfsvoering. Het realiseren van de geraamde leerlingenaantallen (met name bij de Hans Petrischool) kan ook deels afhankelijk zijn van de kwaliteit en capaciteit van gebouwen en andere niet te beïnvloeden externe omstandigheden. Uit de meest recente leerlingenprognose voortgezet onderwijs (voorjaar 2013) van de gemeente Dordrecht blijkt dat het aantal 12-18 jarigen tot 2015 redelijk stabiel blijft. Daarna zal het leerlingenaantal afnemen vanwege de demografische ontwikkeling van 7.624 in 2016 tot 6.890 in 2024 (ruim 700 leerlingen oftewel bijna 10%). Bij minder leerlingen heeft het samenwerkingsverband minder budget beschikbaar voor haar doelstellingen. Het gerealiseerde aantal leerlingen bij de Hans Petrischool voor het schooljaar 2013/2014 is 305. Dit is 7 leerlingen meer dan het aantal leerlingen in 2012/2013. Het marktaandeel van de Hans Petrischool is gelijk gebleven op 4%. Een daling van het leerlingenaantal kan betekenen dat de efficiënte groepsindeling bij de Hans Petrischool verder onder druk komt te staan. De gemeentelijke prognoses zijn in de meerjarige leerlingenprognoses vertaald door rekening te houden met een daling van het aantal leerlingen naar 297 leerlingen per 1 oktober 2014 (-8) en 290 leerlingen per 1 oktober 2015 (-15). Vanwege de positie van het praktijkonderwijs binnen het onderwijsaanbod en de ontwikkelingen van passend onderwijs is op voorhand moeilijk te ramen hoe de leerlingenaantallen zich ontwikkelen. Overheidsmaatregelen Bij het opstellen van deze begroting diende rekening te worden gehouden met verschillende overheidsmaatregelen, waarvan de financiële gevolgen deels nog niet kunnen worden overzien. De modernisering van de ziektewet zorgt ervoor dat lasten van ziektewet en WGA van werknemers zonder vaste aanstelling met ingang van 2014 worden toegerekend aan de laatste werkgever. De werkgever moet voortaan bij gecontinueerde aansluiting bij het UWV een gedifferentieerde premie betalen die wordt bepaald door de hoogte van het ziekteverzuim. De risico’s nemen hierdoor toe, omdat een grotere verantwoordelijkheid bij de werkgever wordt neergelegd. Als gevolg van de financiële crisis nemen pensioenpremies verder toe. In algemene zin kan gesteld worden dat het tot enkele jaren terug bij de onderwijssectoren ervaren automatisme dat kostenstijgingen werden gecompenseerd door een loon- en prijsbijstelling, is verdwenen. Zo is de stijging van de pensioenpremies van het ABP vrijwel niet gecompenseerd in een hogere GPL en is de rijksvergoeding materiële instandhouding al jaren te laag om de materiële kosten bij de Hans Petrischool te dekken. Er is onzekerheid over de meerjarige financiële dekking van de extra kosten van de invoering van de functiemix (Actieplan Leerkracht). Daarnaast worden in de regeerakkoorden Rutte I en II bezuinigingen doorgevoerd bij specifieke onderwerpen en vanuit het lenteakkoord 2012 kaasschaaf-bezuinigingen op de lumpsum, terwijl de mogelijkheden om deze bezuinigingen specifiek door te voeren beperkt zijn. Zowel in het nationale onderwijsakkoord als het herfstakkoord 2013 zijn ‘extra’ middelen opgenomen vanaf 2015, waarbij het de vraag is of dit echt ‘extra’ middelen zijn gezien de andere door het kabinet aangekondigde maatregelen c.q. te verwachten kostenverhogingen. Door de invoering van passend onderwijs zal de bekostiging van het praktijkonderwijs via het samenwerkingsverband gaan lopen. Het is dus geen vanzelfsprekendheid meer dat
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 14 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
elke geïndiceerde praktijkschoolleerling bekostigd gaat worden. De financiële ruimte en het beleid van het samenwerkingsverband bepaalt het toekennen van de financiële middelen voor deze doelgroep. Om de vanuit overheidswege opgelegde bezuinigingen en toenemende risico’s op te kunnen vangen, is het wenselijk de flexibiliteit in de kostenstructuur te vergroten. 2.4.2. Financiële positie per 31 december 2013 Het resultaat 2013 is uitgekomen op € 465.884 verdeeld naar € 162.518 voor het samenwerkingsverband en € 303.366 voor de Hans Petrischool. De financiële positie per 31 december 2013 van de stichting voor praktijkonderwijs-OPDC Dordrecht is in vergelijking met 2012 verbeterd als gevolg van het positieve resultaat. Deze conclusie is gebaseerd op een aantal financiële kengetallen die hieronder zijn opgenomen. In onderstaande tabel (linkerkolom) zijn de waarden opgenomen voor de stichting van de jaren 2013 en 2012. Er zijn echter grote verschillen tussen het samenwerkingsverband VO Dordrecht en de Hans Petrischool. Om deze zichtbaar te maken is hieronder voor zover mogelijk onderscheid gemaakt tussen het samenwerkingsverband en de school. Voor de kengetallen gebaseerd op balanswaarden is een benadering opgenomen (midden- en rechterkolom), omdat de balansposten niet volledig zijn te scheiden naar samenwerkingsverband en school. Kengetal Rentabiliteit Liquiditeit (current ratio) Solvabiliteit Weerstandsvermogen Kapitalisatiefactor
2013 stichting 8,1 2,0 0,47 16,0 33,3
2012 5,1 1,5 0,35 8,6 22,8
2013 2012 samenwerkingsverband 10,9 5,7 0,82 65,4 77,4
16,4 5,3 0,81 58,5 69,9
2013 2012 Hans Petrischool 7,2 0,8 - 0,07 - 1,4 17,8
1,0 0,0 - 1,32 - 9,3 6,0
Vanwege de overname van de administratie vanaf 2013 door stichting H 3O heeft een herclassificatie van de balansposten plaatsgevonden. In de jaarrekening zijn de vergelijkende cijfers 2012 hiervoor aangepast. Rentabiliteit In het onderwijs wordt voor de bepaling van het kengetal rentabiliteit het resultaat uit gewone bedrijfsvoering gedeeld door de totale baten uit de gewone bedrijfsvoering. De rentabiliteit over 2013 is gestegen vanwege het positieve resultaat (zie subparagraaf 2.4.3) met name bij de Hans Petrischool. Liquiditeit - current ratio De current ratio is een maatstaf die aangeeft of de stichting op korte termijn te maken kan krijgen met liquiditeitsproblemen. De current ratio op basis van de balans 2013 geeft aan dat de stichting 2,0 keer meer over vlottende activa beschikt dan wat op korte termijn aan schuldeisers betaald moet worden. De stijging van de current ratio is het gevolg van een grotere stijging van de vlottende activa in vergelijking met de kortlopende schulden (zie paragraaf 3.3). De current ratio daarbinnen van de Hans Petrischool is echter nog te laag (< 1). Solvabiliteit De solvabiliteit is een graadmeter voor de financiële onafhankelijkheid (van financieringsinstellingen) van de stichting. Dit kengetal geeft weer welke bezittingen de stichting tegenover haar schulden heeft staan, zodat zij op langere termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. De solvabiliteit is in 2013 gestegen naar 0,47 door de stijging van het eigen vermogen als gevolg van het positieve resultaat. De stichting is financieel gezond. Ook voor de solvabiliteit geldt dat het aandeel van de Hans Petrischool daarbinnen te laag is en zelfs negatief. Bij een weerstandsvermogen onder de 0,2 is volgens de ‘Commissie
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 15 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen’ (commissie Don, 2009) mogelijk sprake van een te lage solvabiliteit. Weerstandsvermogen Behalve de hiervoor toegelichte kengetallen is het weerstandsvermogen een belangrijke indicator voor de continuïteitsverwachting van de stichting. In welke mate is de stichting in staat om tegenvallers op te vangen? Voor het weerstandsvermogen wordt de volgende definitie gehanteerd: ‘het weerstandsvermogen is het eigen vermogen uitgedrukt in een percentage van alle baten in een jaar inclusief de financiële baten en exclusief de buitengewone lasten’. Om de continuïteit van de stichting te waarborgen is een bepaalde ondergrens van het eigen vermogen noodzakelijk. Deze noodzakelijke omvang van het weerstandsvermogen wordt bepaald op basis van het risicoprofiel van de stichting, de benodigde financiering van investeringen en de bestemmingsreserves. Volgens de balans 2013 van de stichting bedraagt het eigen vermogen per 31 december 2013 € 917.501, overeenkomend met een weerstandsvermogen van 16,0% (2012 8,6%). Van het eigen vermogen ultimo 2013 is 4,9% van de baten (2012 5,6%) nodig voor de financiering van bestaande vaste activa van de Hans Petrischool. De omvang van de bestemmingsreserves voor flexibele bapo is ultimo 2013 vastgesteld op 2,3% van de baten (2012 1,7%). De bestemmingsreserve van het samenwerkingsverband exclusief de flexibele bapo bedraagt 16,2% (2012 15,0%), waardoor het totaal van de bestemmingsreserves uitkomt op 18,5% (2012 16,7%). Uit het weerstandsvermogen is daardoor per saldo ultimo 2013 een buffer van – 7,4% (2012 – 13,7%) beschikbaar voor de afdekking van risico’s en financiering van nieuwe investeringen in materiële vaste activa. Alhoewel het percentage is verbeterd, is de buffer ultimo 2013 ruim onvoldoende voor het afdekken van toekomstige risico’s. Kapitalisatiefactor In 2009 heeft de ‘Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen’ (commissie Don) een nieuw kengetal geïntroduceerd voor de beoordeling van het vermogensbeheer van een onderwijsinstelling: de kapitalisatiefactor gedefinieerd als totaal kapitaal exclusief gebouwen en terreinen gedeeld door de totale baten. Voor relatief kleine instellingen in het PO en VO (waaronder de stichting wordt gerekend) wordt een bovengrens van 60% genoemd. Deze 60% is opgebouwd uit een risicobuffer van 10%, een financieringsbehoefte voor investeringen in materiële vaste activa van 26% en een transactieliquiditeit voor het opvangen van het verschil tussen inkomsten en uitgaven in de loop van het jaar van 24%1. Als belangrijkste (financiële) risico’s worden genoemd: fluctuatie in leerlingenaantallen (bijv. als gevolg van demografische ontwikkelingen), arbeidsconflicten, instabiliteit in de bekostiging, onvolledige indexatie van de bekostiging (bijv. als gevolg van overheidsbezuinigingen). Het opstellen van een risico-analyse voor de eigen instelling wordt geadviseerd. Voor zover het bestuur bekend doen zich bij de stichting geen andere risico’s voor dan de door de commissie Don genoemde risico’s. Een specifieke risico-analyse2 voor de stichting met kansenpercentages en mogelijke financiële consequenties zodat ook de wenselijke hoogte van kengetallen nader kan worden onderbouwd, wordt in 2014 opgesteld 1
Hierbij wordt opgemerkt dat de commissie Don geen rekening houdt met private middelen, met voorzieningen en bestemmingsreserves, uitgaat van een financieringsbehoefte van materiële vaste activa exclusief gebouwen en terreinen en bovendien haar advies gaf vóór de wijziging in de regelgeving voor de jaarverslaggeving met ingang van de jaarrekening 2010 (schrappen ‘eeuwigdurende’ vordering VO op het ministerie van OCW en ramen verplichtingen flexibele BAPO in bestemmingsreserve). 2 De indruk zou kunnen ontstaan dat de risico-analyse enkel is gericht op kwantificeerbare risico’s en financiële aspecten c.q. consequenties (de ‘harde’ kant). Wellicht minstens zo belangrijk is de ‘zachte’ kant zoals de kwaliteit en resultaten van het onderwijs, de kwaliteit en samenstelling van het personeelsbestand, risicobewustzijn en het tijdig nemen van beheersmaatregelen (‘in control’ zijn).
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 16 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
voor de Hans Petrischool in samenhang met de uittreding van het samenwerkingsverband uit de stichting (zie subparagraaf 2.4.7). Ultimo 2013 ligt de kapitalisatiefactor bij de stichting op 33,3% (2012 22,8%). Na het verschijnen van het rapport van de commissie Don heeft de inspectie OCW de afgelopen jaren nader onderzoek verricht naar de vermogensposities van onderwijsinstellingen. Op basis van dit onderzoek hecht de inspectie inmiddels minder waarde aan de kapitalisatiefactor en meer aan de omvang van de risicobuffer (zie hierboven bij weerstandsvermogen). 2.4.3. Analyse resultaat 2013 Het exploitatiesaldo 2013 bedraagt € 465.884 (2012 € 266.758). Zowel het samenwerkingsverband als de Hans Petrischool heeft een positief resultaat gerealiseerd. Samenwerkingsverband VO Dordrecht In de begroting 2013 resp. bij de 1e bijstelling werd een negatief resultaat voor het samenwerkingsverband geraamd van - € 125.000 resp. - € 165.000. Hierin was een stelpost opgenomen van € 200.000 voor invoeringskosten passend onderwijs. Na de 1 e instelling bleek dat de invoering kon worden vormgegeven met veel lagere kosten en werd opnieuw een rijksvergoeding voor invoeringskosten beschikbaar gesteld. In combinatie met enkele andere kostenbesparingen werd het resultaat bij de 2 e bijstelling verhoogd naar € 50.000. Het gerealiseerde resultaat over 2013 kwam uit op € 162.518 vanwege hogere overige overheidsbijdragen bij de baten en een terughoudend bestedingsbeleid bij de lasten. Hans Petrischool In de begroting 2013 resp. bij de 1e resp. bij de 2e bijstelling werd een positief resultaat geraamd van € 415.000 resp. € 380.000 resp. € 350.000. De mutaties kwamen voort uit verbetering van de onderbouwing van begrotingsposten na overname van de administratie door H3O en betrof onder andere een lagere ESF-subsidie. Het gerealiseerde resultaat over 2013 kwam uit op € 303.366. Het positieve resultaat is behaald door stijging van het leerlingenaantal (+ 34 van 2011/2012 naar 2012/2013) zonder uitbreiding van de OP-formatie. Het verschil tussen de realisatie en de 2e bijstelling werd veroorzaakt door een te lage balanspost voor vakantiegelden, bindingstoelage en voorziening ambtsjubilea in de eindbalans 2012 waardoor extra lasten moesten worden genomen, het afboeken van niet-inbare vorderingen en het afwaarderen van de voorraden. 2.4.4. Investeringen en financieringsbeleid In de begroting 2013 was voor een bedrag van € 71.000 aan investeringen geraamd voor de Hans Petrischool waarvan € 58.000 voor ICT en € 13.000 voor lesmiddelen. Besteed is € 36.325 voor de Hans Petrischool en € 11.780 voor het samenwerkingsverband VO Dordrecht, beide in ICT. Gevolg is dat ultimo 2013 het financieringssaldo opnieuw verbeterd is (zie subparagraaf 2.4.2.). Investeringen worden volledig uit het eigen vermogen gefinancierd. 2.4.5. Treasuryverslag Gezien de met ingang van 2010 gewijzigde regeling ‘Beleggen en belenen voor onderwijsinstellingen’ en de toenemende liquiditeitspositie is een treasurystatuut voor de stichting opgesteld. De overtollige liquide middelen zijn nu belegd op spaarrekeningen. 2.4.6. Bedrijfsvoering In deze subparagraaf wordt in het kader van ‘Goed Bestuur’ ingegaan op interne ontwikkelingen die van belang zijn voor het verbeteren van de bedrijfsvoering.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 17 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
Het jaarverslag is vooral gericht op de zogenoemde verticale verantwoording: de verantwoording aan subsidieverstrekkers. Om ervoor te zorgen dat deze verticale verantwoording in orde blijft, is een adequaat stelsel van interne beheersingsmaatregelen nodig. Het bestuur is hiervoor verantwoordelijk. Randvoorwaarden voor een dergelijk stelsel zijn: 1) een geformuleerde visie, missie, strategie en operationele doelstellingen waarmee wordt gestuurd en op basis daarvan het benoemen van kritische succesfactoren; 2) een helder geformuleerd besturingsconcept en daarvan afgeleide taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden; 3) een adequate organisatiestructuur die aansluit op het besturingsconcept; 4) een goede procesinrichting met daarin opgenomen interne beheersingsmaatregelen; 5) een goede planning- & controlcyclus en een daarbij behorend adequaat instrumentarium, waarin wordt gerapporteerd en geanalyseerd omtrent financiële en nietfinanciële informatie. De prioriteiten zijn: Doelstellingen: met het ontvlechten van het samenwerkingsverband VO Dordrecht per 1 augustus 2014 bestaat de stichting enkel uit de Hans Petrischool en dienen voor de school visie, missie, strategie en operationele doelstellingen te worden ge(her)formuleerd. Dit wordt in 2014 meegenomen in de voorbereiding van het schoolplan 2015-2018. Hierbinnen wordt jaarlijks een jaarprogramma met geconcretiseerde uitwerkingen opgenomen; Besturingsconcept/organisatiestructuur: het bestuur van de stichting wordt gevormd door drie schoolbesturen uit Dordrecht. Maandelijks vindt een bestuursvergadering plaats in aanwezigheid van de directeur van de Hans Petrischool en de coördinator van het samenwerkingsverband VO Dordrecht. Feitelijk voert het bestuur interne toezichttaken uit en hebben de directeur en coördinator ruime bevoegdheden. Deze zijn echter niet vastgelegd in een bestuursstatuut, directiestatuut en mandaatregeling. Voor de periode na de ontvlechting van het samenwerkingsverband zullen in 2014 deze stukken worden opgesteld en vastgesteld; Managementinformatie: Periodiek uitbrengen van rapportages over personele en financiële gegevens die qua inhoud en frequentie aansluiten bij de wensen van de directeuren is nodig om tijdig bij te kunnen sturen. Met de uitbesteding van de personeels-, salaris- en financiële administratie aan stichting H3O zijn de randvoorwaarden hiervoor geschapen. Daarnaast levert het project Vensters voor Verantwoording in het VO (zie www.schoolvo.nl) veel benchmark-informatie op. 2014 wordt benut om verbeterde afspraken te maken over de definities en bron van te gebruiken kengetallen, prestatie-indicatoren en kritische succesfactoren; Verbetering planning- en controlcyclus: het meer ‘onderwijsrijk’ maken van de planning- en controlcyclus en verbeteren van de inrichting zodanig dat de directeur van de Hans Petrischool verantwoording kan afleggen aan het bestuur. Hierbij wordt niet alleen het accent gelegd op de inzet van middelen en de daarbij behorende processen, maar tevens op de inhoud van het onderwijs, de kwaliteit en kwantiteit van de uitstroom en de onderwijsresultaten. Voor zover mogelijk gebeurt dit aan de hand van SMART-geformuleerde doelstellingen en stuurgegevens (zie hierboven). De doelen en concrete maatregelen uit het verbeterde schoolplan zullen hierin middels monitoring van de kritische succesfactoren een plek krijgen. Vanaf de zomer 2014 wordt gewerkt met een jaarprogramma op basis van een schooljaar en met 3 managementrapportages en overlegmomenten per jaar tussen bestuur en directeur. 2.4.7. Continuïteitsparagraaf Vanaf het verslagjaar 2013 is een continuïteitsparagraaf verplicht voorgeschreven. Deze bestaat uit een onderdeel A. Gegevensset en een onderdeel B. Rapportages. Per 1 augustus 2014 zal het samenwerkingsverband VO Dordrecht ophouden te bestaan vanwege de oprichting van een nieuw samenwerkingsverband passend voortgezet onderwijs Dordrecht. Het eigen vermogen per 1 augustus 2014 behorende bij het samenwerkingsverband zal conform de statuten worden verstrekt aan de deelnemende school-
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 18 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
besturen. Om deze reden gaat deze continuïteitsparagraaf enkel in op de toekomst van de Hans Petrischool. A. Gegevensset A1. Leerlingenaantallen en formatie Kengetal
2013 realisatie
2014 begroting
2015 begroting
2016 begroting
305
297
290
290
1,0 39,1 3,8 43,9
1,0 37,7 3,8 42,5
1,0 37,7 3,8 42,5
1,0 37,7 3,8 42,5
Leerlingenaantallen (stand 1/10): Hans Petrischool Personele bezetting in fte (stand 31/12): Management/directie Onderwijsgevend personeel Overige medewerkers Totaal
In paragraaf 2.4.1. wordt de geraamde ontwikkeling van de leerlingenaantallen toegelicht. Gevolg van de verwachte daling is dat de lumpsumvergoeding daalt. Deze daling wordt vooralsnog niet vertaald in een beperking van de formatie, omdat de eerdere stijging van de leerlingenaantallen ook zonder verhoging van de formatie is opgevangen. Wel zullen in het voorjaar 2014 een tweetal langdurig zieken met ontslag gaan (1,4 fte). In het aantal fte’s ultimo 2013 is ook een korttijdelijk vervangingscontract van 0,8 fte meegenomen. A2. Staat / Raming van baten en lasten Baten en lasten
2013 realisatie
Rijksbijdragen Overige overheidsbijdragen Overige baten Totaal baten
3.774.145 240.656 212.533 4.227.334
3.803.342 80.000 155.000 4.038.342
3.677.768 21.000 151.500 3.850.268
3.583.941 21.000 151.500 3.756.441
Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Totaal lasten
3.199.970 48.702 311.742 359.801 3.920.215
3.113.342 50.000 225.000 346.500 3.734.842
3.130.268 45.000 225.000 346.500 3.746.768
3.136.441 45.000 225.000 346.500 3.752.941
307.119
303.500
103.500
3.500
0 - 3.753 - 3.753
0 - 3.500 - 3.500
0 - 3.500 - 3.500
0 - 3.500 - 3.500
303.366
300.000
100.000
0
Saldo baten en lasten Financiële baten Financiële lasten Saldo financiële baten en lasten EXPLOITATIESALDO
2014 begroting
2015 begroting
2016 begroting
De meerjarenbegroting 2014 – 2016 van de Hans Petrischool laat voor 2014 een positief resultaat zien van € 300.000. Vanwege de geraamde leerlingendaling en overheidsbezuinigingen daalt dit resultaat naar verwachting in 2015 resp. 2016 naar € 100.000 resp. € 0. De positieve resultaten in 2014 en 2015 zijn noodzakelijk om tot versterking van het eigen vermogen te komen.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 19 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
A3. Balans Balans
2013 realisatie
2014 begroting
2015 begroting
2016 begroting
Materiële vaste activa Totaal vaste activa
280.235 280.235
251.922 251.922
220.374 220.374
189.573 189.573
Voorraden Vorderingen Liquide middelen Totaal vlottende activa
11.278 386.898 104.069 502.245
0 386.898 443.659 830.557
0 386.898 575.208 962.106
0 386.898 606.009 992.907
TOTAAL ACTIVA
782.480
1.082.480
1.182.480
1.182.480
- 142.624 84.310 - 58.314
189.656 56.030 245.686
289.656 56.030 345.686
289.656 56.030 345.686
Voorzieningen Kortlopende schulden Totaal vreemd vermogen
231.931 608.863 836.794
227.931 608.863 836.974
227.931 608.863 836.794
227.931 608.863 836.794
TOTAAL PASSIVA
782.480
1.082.480
1.182.480
1.182.480
Algemene reserve Bestemmingsreserve publiek Totaal eigen vermogen
De mutaties in het eigen vermogen vloeien voort uit de geraamde resultaten. Daarbinnen daalt de omvang van de bestemmingsreserve publiek, omdat de reservering voor flexibele bapo een dalende trend vertoont vanwege pensionering van medewerkers. Op basis van deze raming zal de buffer (te berekenen als algemene reserve -/- totaal vaste activa) binnen het eigen vermogen c.q. weerstandsvermogen ultimo 2014 nog negatief zijn, maar ultimo 2015 in de zwarte cijfers komen. Kengetallen Rentabiliteit Liquiditeit (current ratio) Solvabiliteit Weerstandsvermogen Kapitalisatiefactor
2013 realisatie
2014 begroting
2015 begroting
2016 begroting
7,2 0,8 - 0,07 - 1,4 17,8
7,4 1,4 0,23 6,0 26,3
2,6 1,6 0,29 8,9 30,3
0,0 1,6 0,29 9,1 31,2
De ratio’s voor liquiditeit en vermogen van de Hans Petrischool vertonen een verbeterende trend als gevolg van de geraamde positieve resultaten. Vanaf 2014 komen deze binnen de signaleringsgrenzen van de commissie Don (current ratio tussen 0,5 en 1,5 / solvabiliteit >20%). B. Overige rapportages B1. Rapportage aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersings- en controlesysteem / B2. Beschrijving van de belangrijkste risico’s en onzekerheden / B3. Rapportage toezichthoudend orgaan. Voor een beschrijving van risico’s en bedrijfsvoering wordt verwezen naar subparagrafen 2.4.1 en 2.4.6. Voor de rapportage van het bestuur wordt verwezen naar hoofdstuk 1.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 20 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
3.
3.1.
JAARREKENING
BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (na resultaatbestemming)
ACTIVA
31-12-2013 31-12-2012
Vaste activa 1.1 Immateriële vaste activa 1.1.1. Immateriële vaste activa 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3
Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Inventaris Overige materiële vaste activa
PASSIVA
31-12-2013 31-12-2012
Eigen vermogen 0 0
0 0
334.378 61.886 262.433 10.059
342.548 78.425 252.022 12.101
2.1 2.1.1 2.1.2. 2.1.3
Eigen vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserves publiek Bestemmingsreserves privaat
Totaal eigen vermogen
917.501 - 142.624 1.060.125 0
451.617 - 428.280 879.897 0
917.501
451.617
Vreemd vermogen 1.3 1.3.7
Financiële vaste activa Overige financiële vaste activa
0 0
0 0
Totaal vaste activa Vlottende activa 1.4 1.4.1
Voorraden Voorraden
11.278 11.278
20.000 20.000
1.5 1.5.1 1.5.2 1.5.6 1.5.7. 1.5.8
Vorderingen Debiteuren Ministerie van OCW Overige vorderingen overheden Overige vorderingen Overlopende activa
533.686 27.308 29.941 472.732 3.705 0
312.773 0 22.980 218.222 70.319 1.252
1.7 1.7.1 1.7.2
Liquide middelen Kasmiddelen Banken
1.089.275 5.159 1.084.116
606.706 3.365 603.341
Totaal vlottende activa
1.634.239
939.479
TOTAAL ACTIVA
1.968.617
1.282.027
2.3 2.3.1 2.3.3
Voorzieningen Voorziening personeel Voorziening onderhoud gebouwen
244.251 89.200 155.051
211.075 65.628 145.447
2.5 2.5.3 2.5.4 2.5.7 2.5.8 2.5.9 2.5.10
Kortlopende schulden Crediteuren Ministerie van OCW Belastingen / premies SV Pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva
806.865 228.839 0 165.036 56.728 146.570 209.692
619.335 108.569 0 170.632 54.389 135.567 150.178
Totaal vreemd vermogen
1.047.116
830.410
TOTAAL PASSIVA
1.968.617
1.282.027
De balans is toegelicht in paragraaf 3.7. Daarbij wordt de hierboven gebruikte codering toegepast. Vanwege de overname van de administratie vanaf 2013 door stichting H3O heeft een herclassificatie van de balansposten plaatsgevonden. Hiervoor zijn de vergelijkende cijfers 2012 aangepast.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 21 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
3.2.
STAAT VAN BATEN EN LASTEN 2013
3.
BATEN
3.1 3.2 3.5
(Rijks)bijdragen OCW Overige overheidsbijdragen Overige baten
Rekening 2013
Begroting 2013
Rekening 2012
4.343.209 1.152.966 213.135 5.709.309
4.260.034 1.009.823 251.440 5.521.297
3.902.138 1.098.508 270.168 5.270.814
4.437.964 56.274 330.680 425.554
4.545.797 60.500 232.000 389.500
4.052.995 135.065 254.222 557.797
5.250.472
5.227.797
5.000.079
458.837
293.500
270.735
10.800 3.753
0 - 3.500
0 3.977
7.047
- 3.500
- 3.977
465.884
290.000
266.758
Totaal baten 4. 4.1 4.2 4.3 4.4
LASTEN Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten
Totaal lasten Saldo baten en lasten 5. 5.1 5.2
FINANCIËLE BATEN EN LASTEN Financiële baten Financiële lasten
Saldo financiële baten en lasten EXPLOITATIESALDO
De staat van baten en lasten is toegelicht in paragraaf 3.8. Daarbij wordt de hierboven gebruikte codering toegepast. De voorgestelde resultaatbestemming is toegelicht in paragraaf 4.1. 3.3.
KASSTROOMOVERZICHT 2013
De omvang van de liquide middelen ultimo 2013 is ten opzichte van de stand ultimo 2013 met 7,5% van de baten toegenomen (van 11,5% naar 19% oftewel € 482.569). Oorzaak hiervan is het positieve resultaat. De liquiditeitspositie van de stichting is ultimo 2013 meer dan voldoende (€ 1.089.275).
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 22 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
2013
2012
Exploitatiesaldo Afschrijvingen Mutaties werkkapitaal: - Voorraden - Vorderingen - Kortlopende schulden Mutaties voorzieningen Kasstroom uit operationele activiteiten
465.884 56.274
266.758 135.065
8.722 - 220.913 187.530 33.176 530.673
48.685 111.356 - 165.369 20.791 417.286
(Des)investeringen materiele vaste activa (Des)investeringen financiële vaste activa Kasstroom uit investeringsactiviteiten
- 48.104 0 - 48.104
- 800 190 - 610
0 0
0 0
482.569
416.676
606.706 482.569 1.089.275
190.030 416.676 606.706
Mutaties overige langlopende schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutaties liquide middelen Beginstand liquide middelen Mutaties liquide middelen Eindstand liquide middelen 3.4.
ALGEMENE TOELICHTING
3.4.1. Activiteiten Zoals al bij kernactiviteiten in paragraaf 2.1 vermeld droeg het bestuur van de stichting in 2013 de verantwoordelijkheid voor het samenwerkingsverband VO Dordrecht en de Hans Petrischool, school voor praktijkonderwijs. 3.4.2. Verbonden partijen Er zijn geen verbonden partijen. 3.4.3. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van rente zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. 3.4.4. Schattingen Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat het bestuur zich over verschillende zaken een oordeel vormt, en schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende posten.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 23 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
3.5.
GRONDSLAGEN VOOR WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA
3.5.1. Algemeen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. Activa en passiva (met uitzondering van het eigen vermogen) worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. De jaarrekening is opgesteld in euro’s. 3.5.2. Materiële vaste activa Bedrijfsgebouwen en -terreinen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten of vervaardigingsprijs onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de geschatte economische levensduur. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op de balansdatum worden verwacht. Overige vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs inclusief direct toerekenbare kosten, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur, of lagere bedrijfswaarde. De vervaardigingsprijs bestaat uit de aanschaffingskosten van grond- en hulpstoffen en kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de vervaardiging inclusief installatiekosten. Subsidies op investeringen worden opgenomen bij de overlopende passiva. Jaarlijks wordt de subsidie in de balans verminderd met een bedrag overeenkomend met de omvang van de afschrijvingen op de desbetreffende investeringen. Door het bestuur wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief vastgesteld. Indien het niet mogelijk is de realiseerbare waarde voor het individuele actief te bepalen, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort. Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde; de realiseerbare waarde is de hoogste van de opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde. Een bijzondere waardeverminderingverlies wordt direct als een last verwerkt in de staat van baten en lasten. Indien wordt vastgesteld dat een bijzondere waardevermindering die in het verleden verantwoord is, niet meer bestaat of is afgenomen, dan wordt de toegenomen boekwaarde van het desbetreffende actief niet hoger gesteld dan de boekwaarde die bepaald zou zijn indien geen bijzondere waardevermindering voor het actief zou zijn verantwoord. De ondergrens voor activeren bedraagt € 1.000. De afschrijvingspercentages zijn: Verbouwing/aanpassing 10% - 10 jaar Kantoormeubilair 10% - 10 jaar Schoolmeubilair 5% - 20 jaar Installaties en machines 10% - 10 jaar ICT divers afhankelijk van gebruiksduur Onderwijskundige apparatuur 20% - 5 jaar Leermiddelen 10% - 10 jaar Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de gebouwen is een voorziening gevormd. De toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het onderhoud en de periode die tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 24 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
3.5.3. Voorraden De voorraden worden gewaardeerd op verkrijgingsprijzen onder toepassing van de ‘first in, first out’-methode of lagere opbrengstwaarde. Bij de bepaling van de opbrengstwaarde wordt rekening gehouden met de incourantheid van de voorraden. 3.5.4. Vorderingen Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Handelsvorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Voorzieningen wegens oninbaarheid dienen in mindering te worden gebracht op de boekwaarde van de vordering. 3.5.5. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas- en banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. 3.5.6. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of fondsen. De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, die door het bestuur is vastgesteld. Bestemmingsreserve flexibele BAPO De opgebouwde bestemmingsreserves flexibele BAPO zijn bedoeld als dekking voor de rechten van medewerkers voor het in de toekomst opnemen van flexibele BAPO. Bestemmingsfondsen Bestemmingsfondsen zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, die door derden zijn aangebracht. De stichting heeft geen bestemmingsfondsen. 3.5.7. Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Voorziening jubilea De voorziening jubilea wordt opgenomen voor verwachte lasten gedurende het dienstverband van de werknemers. De voorziening is gebaseerd op de contante waarde van toekomstige uitkeringen. Voorziening onderhoud Voor uitgaven voor groot onderhoud wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal boekjaren.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 25 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
3.6.
GRONDSLAGEN VOOR BEPALING VAN HET RESULTAAT
3.6.1. Algemeen De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Baten worden slechts opgenomen voor zover zij op de balansdatum zijn verwezenlijkt. Lasten en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden in acht genomen, indien zij voor het vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden. 3.6.2. Opbrengstverantwoording Opbrengsten uit het verlenen van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten. Overige opbrengsten bestaan uit baten uit verhuur, detachering, ouderbijdragen en overige baten. 3.6.3. Overheidssubsidies Exploitatiesubsidies worden als baten verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de instelling de condities voor ontvangst kan aantonen. Subsidies met betrekking tot investeringen in materiële vaste activa worden opgenomen bij de overlopende passiva. Jaarlijks wordt als bate geboekt het deel van de subsidie wat betrekking heeft op de afschrijvingen van de betreffende materiële vaste activa. 3.6.4. Afschrijvingen op materiële vaste activa Materiële vaste activa worden vanaf het moment van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de economische levensduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. 3.6.5. Personeelsbeloningen Periodiek betaalbare beloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. Pensioenen De toegezegde pensioenregelingen bij het ABP wordt verwerkt als zou sprake zijn van een toegezegde bijdrageregeling. Voor toegezegde bijdrageregelingen worden op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen betaald. Behalve de betaling van premies zijn er geen verdere verplichtingen uit hoofde van deze regelingen. De premies worden verantwoord als personeelskosten. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen. 3.6.6. Bijzondere posten Bijzondere posten zijn baten of lasten die voortvloeien uit gebeurtenissen of transacties die behoren tot het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening, maar die omwille van de vergelijkbaarheid apart toegelicht worden op grond van de aard, omvang of het incidentele karakter van de post.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 26 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
3.6.7. Financiële baten en lasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. 3.7.
TOELICHTING OP BALANS PER 31 DECEMBER 2013
3.7.1. Activa a. Materiële vaste activa Het verloop van de materiële vaste activa is als volgt: Omschrijving
Aanschafwaarde
Afschrij- Boekwaarde vingen 31-12-2012 t/m 2012 96.277 78.425 0 0 96.277 78.425
(Des)Inves -teringen 2013 0 0 0
Afschrij- Boekwaarde vingen 31-12-2013 2013 16.539 61.886 0 0 16.539 61.886
1.2.1. Verbouwingen 1.2.1. Installaties Subtotaal gebouwen en terreinen
174.702 0 174.702
1.2.2. Inventaris 1.2.2. Kantoormeubilair 1.2.2. Schoolmeubilair 1.2.2. ICT 1.2.2. Onderwijskundige apparatuur Subtotaal inventaris en apparatuur
164.050 0 271.522 37.882 0 473.454
97.443 0 102.999 20.990 0 221.432
66.607 0 168.523 16.892 0 252.022
0 0 0 48.104 0 48.104
12.967 0 13.711 11.015 0 37.693
53.640 0 154.812 53.981 0 262.433
16.248 0 16.248
4.147 0 4.147
12.101 0 12.101
0 0 0
2.042 0 2.042
10.059 0 10.059
664.404
321.856
342.548
48.104
56.274
334.378
1.2.3. Leermiddelen 1.2.3. Overige materiële activa Subtotaal overige mat. vaste activa 1.2. Totaal
In 2013 is voor een bedrag van € 48.104 geïnvesteerd en voor € 56.274 afgeschreven. De boekwaarde van de materiële vaste activa nam af tot € 334.378. Deze is verdeeld naar € 54.143 voor het samenwerkingsverband VO Dordrecht en € 280.235 voor de Hans Petrischool. b. Voorraden Het verloop van de voorraden is als volgt: Omschrijving 1.4.1. Voorraden
31-12-2012 20.000
Opboeking 0
Afboeking 8.722
31-12-2013 11.278
In 2013 is de winkel van de branche herbouw van de Hans Petrischool gesloten. De bijbehorende voorraad is begin 2014 verkocht. Afwaardering heeft plaatsgevonden tot de opbrengst van de verkoop. c. Vorderingen De vorderingen zijn op de balans opgenomen conform de beschikbare specificaties. In onderstaand overzicht is een aantal vorderingen op hoofdlijnen gespecificeerd.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 27 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
Nr.
Omschrijving
1.5.1 1.5.2 1.5.6
1.5.8.
Debiteuren OCW Gemeente Dordrecht Da Vinci RMC-VSV ESF Subtotaal overige vorderingen overheden Stichting herbouw Rebound/OPDC Overig Subtotaal overige vorderingen Overlopende activa
1.5
Totaal vorderingen
1.5.7
31-12-2012
31-12-2013
0 22.980 0 0 218.222 218.222 26.703 12.998 30.618 70.319 1.252
27.308 29.941 81.312 143.083 248.337 472.732 0 0 3.705 3.705 0
312.773
533.686
Het debiteurensaldo ultimo 2013 bestaat uit nog te ontvangen bedragen van andere scholen voor voortgezet onderwijs voor tijdelijke plaatsing van leerlingen in de reboundvoorziening/OPDC, vorderingen op de stichting herbouw voor detachering van een leerkracht en overige debiteuren. Het vorige administratiekantoor voerde geen onderliggende subadministratie voor debiteuren. Aangezien de administratie vanaf 2013 is ondergebracht bij stichting H3O en daarbij wel een subadministratie wordt gevoerd, is vanaf 2013 een post debiteuren opgenomen. Over 2012 zijn vorderingen op de betreffende debiteuren nog opgenomen bij de overige vorderingen. Ultimo 2013 zijn bij de overige vorderingen alleen de nog te ontvangen rentebaten over 2013 opgenomen. Op het ministerie van OCW bestaat een vordering voor de uitbetaling van de rijksvergoeding voor leerlinggebonden financiering (rugzakjes) over de periode augustus – december bij de Hans Petrischool. Ultimo 2013 is bij overige vorderingen overheden een vordering opgenomen op de gemeente Dordrecht in verband met het verbeteren van de brandveiligheid in het gebouw van de Hans Petrischool in 2013. Verder betreft deze post een tweetal vorderingen inzake de subsidie van het Europees Sociaal Fonds (ESF) voor het schooljaar 2012/2013 aan de Hans Petrischool en de doorbetaling door het Da Vinci College van provinciale VSV-middelen aan het samenwerkingsverband VO Dordrecht. Voor beide geldt dat de verantwoordingsstukken hiervoor zijn ingediend. d. Liquide middelen De saldi liquide middelen zijn in overeenstemming met de laatste bankafschriften 2013. 3.7.2. Passiva a. Eigen vermogen Voor de vaststelling van het eigen vermogen wordt onderscheid gemaakt tussen de algemene reserve en de bestemmingsreserves. Conform de regelgeving is de algemene reserve opgebouwd uit publieke middelen, terwijl de bestemmingsreserves kunnen zijn opgebouwd uit private of publieke middelen. De stichting heeft echter geen private middelen. Uit publieke middelen zijn bestemmingsreserves gevormd voor flexibele BAPO op basis van een 70%-dekking van de opgebouwde rechten per ultimo 2013 voor zowel het samenwerkingsverband VO Dordrecht als de Hans Petrischool. De verwachting is dat 70% van de medewerkers die recht hebben op deze regeling daar daadwerkelijk gebruik van zal maken. De dekking is gebaseerd op ervaringscijfers. De omvang van de bestemmingsreserves flexibele bapo is gestegen, omdat het aantal medewerkers meegenomen
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 28 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
in de berekening ultimo 2012 onvolledig bleek en nu tevens de werkgeversbijdrage voor sociale lasten en pensioenpremies is meegenomen. Daarnaast zijn de opgetelde resultaten tot en met 2013 van het samenwerkingsverband verminderd met de bestemmingsreserve flexibele bapo eveneens ondergebracht in een bestemmingsreserve. Het eigen vermogen is in vergelijking met de jaarrekening 2013 gestegen met € 465.884 vanwege het resultaat 2013. Daarbinnen is de algemene reserve ultimo 2013 verbeterd met € 285.656 tot - € 142.624. De algemene reserve wordt ingezet voor de financiering van vaste activa van de Hans Petrischool en als buffer voor het afdekken van risico’s en de financiering van nieuwe investeringen van de Hans Petrischool. Als gevolg van het positieve resultaat van de Hans Pertrischool in combinatie met de mutaties op het financieringssaldo en de bestemmingsreserve flexibele bapo is de buffer in 2013 per saldo met € 298.033 verbeterd, maar nog steeds negatief (- € 422.859). De voorgestelde resultaatbestemming is door het bestuur goedgekeurd (zie paragraaf 4.1). Het verloop van het eigen vermogen is als volgt: Omschrijving 2.1.2. 2.1.2. 2.1.2. 2.1.1. 2.1.1.
Bestemmingsreserves – saldo swv Bestemmingsreserves – bapo swv Bestemmingsreserve – bapo school Algemene reserve – financiering school Algemene reserve – buffer school
2.1. Totaal eigen vermogen
31-12-2012
Resultaat
31-12-2013
791.399 21.898 66.600 292.612 - 720.892
138.676 23.842 17.710 - 12.377 298.033
930.075 45.740 84.310 280.235 - 422.859
451.617
465.884
917.501
b. Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen in 2013 is opgenomen in onderstaand overzicht: Omschrijving
31-12-2012
2.3.1. Voorziening ambtsjubilea swv 2.3.1. Voorziening ambtsjubilea school Subtotaal 2.3.1. personeel
12.731 52.897 65.628
Onttrekking 2013 7.714 10.061 17.775
2.3.3. Onderhoudsvoorziening school Subtotaal 2.3.3. onderhoud gebouwen
145.447 145.447
26.396 26.396
36.000 36.000
155.051 155.051
211.075
44.171
77.347
244.251
2.3. Totaal voorzieningen
Dotatie 2013 7.304 34.043 41.347
31-12-2013 12.321 76.879 89.200
De voorzieningen ambtsjubilea zijn gebaseerd op de contante waarde van de toekomstige verplichtingen en zijn berekend op basis van te ontvangen bedragen bij een ambtsjubileum van 25 jaar resp. 40 jaar en met een dekking van 100% en een vertrekkans van 7%. In 2013 is een geactualiseerd meerjarige onderhoudsplan gemaakt voor het gebouw van de Hans Petrischool aan de Anna van Saksenstraat. De reboundvoorziening (OPDC) van het samenwerkingsverband VO Dordrecht is gevestigd in portocabins aan de Patersweg. Vanwege de binnen enkele jaren aflopende gebruiksduur van deze portocabins is hiervoor geen MOP opgesteld. Van de balanspositie van € 244.251 mln ultimo 2013 is naar verwachting € 120.000 kortlopend.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 29 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
c. Kortlopende schulden De kortlopende schulden zijn op de balans opgenomen conform de beschikbare specificaties. De kortlopende schulden hebben alle een resterende looptijd korter dan een jaar. In onderstaand overzicht is een aantal schulden op hoofdlijnen gespecificeerd: Omschrijving 2.5.3 Crediteuren 2.5.4. OCW – Geoormerkte subsidies 2.5.7 Belastingen / premies sociale verzekeringen 2.5.8 Pensioenen 2.5.9 VSV Overige Subtotaal overige kortlopende schulden 2.5.10 Vakantiegeld Bindingstoelage OCW – Niet-geoormerkte subsidies Overige Subtotaal overlopende passiva 2.5.
31-12-2012 108.569 0 170.632 54.389 120.948 14.619 135.567 112.511 0 48.808 - 11.141 150.178
31-12-2013 228.839 0 165.036 56.728 128.571 17.999 146.570 147.187 18.242 49.268 - 5.005 209.692
619.335
806.865
Totaal kortlopende schulden
De crediteuren en openstaande saldi voor loonheffing, BTW en pensioenpremies zijn in de eerste maanden van 2014 betaald. De overige kortlopende schulden bestaan voor het merendeel uit doorbetalingen van VSV-middelen aan scholen voor voortgezet onderwijs en het Da Vinci College (MBO) in Dordrecht en uitvoerders van VSV-beleid. De waardering van de overlopende passiva voor vakantiegeld over de periode juni - december is aangepast door vanaf 2013 de werkgeversbijdrage sociale premies en pensioenen toe te voegen. Voor bindingstoelage is vanaf 2013 een overlopende passiva opgenomen voor de periode september – december. De niet-geoormerkte subsidie OCW heeft betrekking op de rijksvergoeding maatschappelijke stage waarbij de middelen voor de periode januari – juli reeds in het vorige kalenderjaar worden ontvangen. Aangezien de stichting geen gebruik heeft gemaakt van subsidies met of zonder verrekeningsclausule is model G niet van toepassing. 3.8.
TOELICHTING OP STAAT VAN BATEN EN LASTEN 2013
3.8.1. Toelichting op de baten a. (Rijks)bijdragen OCW De specificatie van de ontvangen rijksbijdragen OCW is conform onderstaand overzicht: Omschrijving
SWV
Hans Petri
Normatieve rijksbijdragen OCW Geoormerkte subsidies OCW Niet-geoormerkte subsidies OCW Prestatiebox OCW
Totaal 2013 3.762.669 0 536.302 44.238
3.262.764 0 467.143 44.238
Begroting 2013 3.814.977 0 400.819 44.238
499.905 0 69.159 0
3.1. Totaal rijksbijdragen OCW
4.343.209
569.064
2012 3.482.495 18.200 372.335 29.108
3.774.145
4.260.034
3.902.138
Belangrijkste oorzaken voor de in vergelijking met de realisatie 2012 hogere rijksbijdragen in 2013 zijn:
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 30 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
de stijging van het leerlingenaantal van de Hans Petrischool van 264 in 2011/2012 naar 298 in 2012/2013 (effect afgerond € 418.000); een zeer beperkte verhoging van de gemiddelde personeelslast (GPL) in de personele rijksvergoeding voor de compensatie door het rijk van de gestegen werkgeverslasten. Deze was echter ruim onvoldoende om de gestegen loonkosten als gevolg van hogere pensioenpremies te dekken. De prijsbijstelling van de rijksvergoeding materiële instandhouding werd over 2013 ingehouden; de verhoging van de GPL voor de verdere invoering van de functiemix en de inkorting van de salarisschalen (onderdelen Actieplan leerkracht van Nederland). Landelijk lopen onderzoeken in hoeverre de verhogingen van de GPL hiervoor in de afgelopen jaren voldoende is voor de dekking van de oplopende loonkosten; een korting op de GPL vanwege de generieke taakstelling uit het regeerakkoord Rutte I; specifiek voor het voortgezet onderwijs een korting op de GPL vanwege compensatie van de kasschuif naar 2010 en verhoging van de taakstelling voor invoering van een nieuwe bekostigingssystematiek; per saldo werd de GPL bij het voortgezet onderwijs daardoor verlaagd; het verhogen van de prestatiebox-middelen op basis van door OCW opgestelde actieplannen (Beter Presteren en Leraar 2020 – een krachtig beroep) en met de VO-raad afgesloten bestuursakkoorden; de verlenging van de rijksvergoeding voor invoeringskosten passend onderwijs; de incidentele aanvullende rijksvergoeding lumpsum en jonge leerkrachten uit het door het kabinet Rutte II met een deel van de oppositie gesloten herfstakkoord 2013 (€ 87.308).
b. Overige overheidsbijdragen Omschrijving Gemeentelijke bijdragen RMC-VSV Da Vinci ESF OPDC bijdrage scholen Bijdrage swv Overige 3.2. Totaal overig overheid
Totaal 2013 775.106 143.083 96.185 76.446 61.667 478
SWV
Hans Petri 82.326 0 96.185 0 61.667 478
Begroting 2013 674.823 101.000 145.000 70.000 19.000 0
692.780 143.083 0 76.446 0 0
1.152.966
912.309
2012 731.555 0 246.509 66.869 19.500 34.075
240.656
1.009.823
1.098.508
De gemeentelijke bijdragen bestaan uit de subsidies voor bestrijding voortijdig schoolverlaten (VSV) aan het samenwerkingsverband en verbeteren brandveiligheid en vergoeding schade/vernieling aan de Hans Petrischool. De realisatie is hoger dan de realisatie 2012 als gevolg van de subsidie brandveiligheid (€ 81.312) in combinatie met een bezuiniging op de VSV-subsidie (- € 37.790). In 2013 zijn weer provinciale VSV-middelen beschikbaar gekomen (ontvangen via het Da Vinci College). De ESF-subsidie is lager dan in 2012 vanwege een lagere voorlopige vaststelling van de subsidie voor het schooljaar 2011/2012 en het aflopen van de subsidie (looptijd tot en met 2012/2013). De bijdrage van het samenwerkingsverband aan de Hans Perischool is in 2013 verhoogd om de inzet van een GZ-psycholoog en de SMW-er voor de duur van het schooljaar 2013/2014 te bekostigen. De overige overheidsbijdragen waren in 2012 relatief hoog vanwege de afwikkeling van oude subsidies.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 31 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
c. Overige baten Omschrijving
SWV
Hans Petri
Verhuur en medegebruik Detachering personeel Ouder- en leerlingbijdragen Overige personele baten Overige materiële baten
Totaal 2013 17.726 35.520 16.649 79.606 63.634
17.726 35.520 16.501 79.606 63.180
Begroting 2013 8.000 61.440 10.000 105.000 67.000
0 0 148 0 454
3.5. Totaal overige baten
213.135
602
2012 11.492 20.480 11.498 51.104 175.594
212.533
251.440
270.168
De gerealiseerde overige baten liggen ruim onder de realisatie 2012. De belangrijkste oorzaak hiervan is het vanaf 1 september 2012 afscheiden van de nietonderwijsgerelateerde activiteiten van de branche herbouw in een afzonderlijke stichting. Hierdoor is een verschil van € 110.363 verklaard (bij de overige materiële baten). Voor het schooljaar 2012-2013 is een leerkracht voor 0,7 fte gedetacheerd bij deze stichting. Het contract is na evaluatie niet verlengd. De overige personele baten zijn hoger dan in 2012 vanwege WAO-uitkeringen. 3.8.2. Toelichting op de lasten a. Personele lasten Omschrijving Loonkosten Sociale lasten Pensioenlasten Dotatie voorzieningen Uitzendkrachten / inhuur Overdracht SWV-middelen Overige 4.1. Totaal personele lasten
Totaal 2013 2.704.812 530.374 440.105 41.347 79.222 594.573 47.531
SWV 455.951 87.954 74.494 7.303 12.258 594.573 5.461
4.437.964
1.237.994
Hans Petri 2.248.861 442.420 365.611 34.044 66.964 0 42.070
Begroting 2013 2.929.392 360.519 425.886 0 51.500 746.000 32.500
2012 2.662.144 327.629 387.032 11.552 170.569 468.650 25.419
3.199.970
4.545.797
4.052.995
De gerealiseerde loonkosten inclusief sociale lasten en pensioenlasten zijn met 8,8% gestegen in vergelijking met de realisatie 2012. Redenen hiervoor zijn: een stijging van de formatie bij de Hans Petrischool vanwege de aanstelling van een nieuwe directeur per 1 april 2013; maatregelen Actieplan leerkracht van Nederland (inkorting salarisschalen en invoering functiemix); kosten voor bindingstoelage zowel over de periode september – december 2012 (in de jaarrekening 2012 niet opgenomen) als september – december 2013 (zie toelichting bij kortlopende schulden); hogere kosten voor sociale lasten en pensioenlasten vanwege hogere loonkosten, opboeken kortlopende schuld bindingstoelage, werkgeversbijdrage vakantiegeld over zowel de periode juni – december 2012 (in de jaarrekening 2012 niet opgenomen) als de periode juni – december 2013 (zie toelichting bij kortlopende schulden) en gestegen pensioenpremies bij het ABP; vervanging bij ziekte door korttijdelijke arbeidscontracten in plaats van een inhuurovereenkomst. Gemiddeld aantal fte’s 2013 Mutatie 2012
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Totaal 52,0 1,9 50,1
Pagina 32 van 37
SWV 8,0 0,0 8,0
Hans Petri 44,0 1,9 50,1
Jaarverslag en jaarrekening 2013
Bovenstaande tabel geeft inzicht in het gemiddelde aantal fte’s per sector. Het totaal aantal fte’s is gestegen vanwege de nieuwe directeur en een langdurige vervangingsaanstelling bij de Hans Petrischool. De directeur wordt bezoldigd conform de cao VO, schaal 13. Zijn loonkosten over 2013 bedroegen € 49.357 vanaf 1 april inclusief vakantietoeslag, eindejaarsuitkering, pensioenlasten en sociale lasten. Hij ontvangt geen variabele beloningscomponent. Aan het ABP is conform de cao voor hem € 8.791 werkgeversdeel pensioenpremie afgedragen. Er zijn bij de stichting geen interim-topfunctionarissen. De bestuursleden ontvangen geen vergoeding. Niemand krijgt een bezoldiging die de norm van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT)3 te boven gaat (zie onderstaand overzicht conform model H). Functie
Topfunctionaris
Ingang dienstverband
Einde dienstverband
Beloning
Onkostenvergoeding
Beloning op termijn
Directeur (1,0 fte)
L. Verhoef
Functie
Uitkering beëindiging 0
01-04-2013
nvt
49.357
0
8.791
Bestuur
Aanvang zittingsperiode
Einde zittingsperiode
Beloning
Onkostenvergoeding
Beloning op termijn
Voorzitter
drs. F.T. Beuvens
05-07-2004
31-12-2013
0
0
0
Uitkering beëindiging 0
Lid
drs. M.G.A. Huizinga-Mijnhart
01-09-2011
nvt
0
0
0
0
Penningmeester
drs. J. Ramaker
01-07-2012
nvt
0
0
0
0
De dotatie personele voorzieningen is hoger dan in 2012 vanwege een hogere dotatie aan de voorziening ambtsjubilea (zie de toelichting bij de balanspost voorzieningen). Bij uitzendkrachten wordt alle inhuur van derden verantwoord. De gerealiseerde kosten zijn lager dan in 2012 vanwege de inhuur van een interim-adviseur (€ 36.252) en de vervanging van een zieke leerkracht via een inhuurovereenkomst (€ 46.563) in 2012 bij de Hans Petrischool. De overdracht van middelen vanuit het samenwerkingsverband aan de scholen in Dordrecht is hoger dan in 2012 als gevolg van de inzet van provinciale VSV-middelen (ontvangen via het Da Vinci College) voor Trivium en toenemende voorbereidingskosten voor de invoering van passend onderwijs. b. Afschrijvingen Omschrijving Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Overige materiële vaste activa 4.2. Totaal afschrijvingen
Totaal 2013 16.539 37.694 2.041
SWV
Hans Petri
5.225 2.347 0
11.314 35.347 2.041
56.274
7.572
48.702
Begroting 2013
2012 76.575 47.360 11.130
60.500
135.065
Een gedetailleerd overzicht van de afschrijvingen is opgenomen bij de toelichting op de balanspost materiële activa. De gerealiseerde afschrijvingen zijn lager dan in 2012 vanwege inhaalafschrijvingen in 2012 als gevolg van het verkorten van de afschrijvingstermijn op de portocabins van het OPDC (Halte Patersweg) en verbouwingen aan het gebouw van de Hans Petrischool aan de Anna van Saksenstraat van 40 naar 10 jaar.
3
Het normenkader rondom de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) is in februari 2014 bekrachtigd door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De Aanpassingswet WNT is als onderdeel van dit normenkader nog niet formeel aangenomen door de Eerste Kamer. Voor het opmaken van de jaarrekening is in lijn met de mededeling van de Minister van BZK de Aanpassingswet WNT wel als onderdeel van het normenkader gehanteerd.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 33 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
c. Huisvestingslasten Omschrijving Huur en medegebruik Onderhoud en exploitatie Dotatie onderhoudsvoorziening Energie en water Schoonmaakkosten Overige huisvestingslasten 4.3. Totaal huisvesting
Totaal 2013 27.881 92.868 36.000 100.085 57.997 15.849
SWV
Hans Petri 25.242 91.020 36.000 88.366 56.546 14.568
Begroting 2013 27.900 52.000 0 88.500 53.300 10.300
2.639 1.848 0 11.719 1.451 1.281
330.680
18.938
2012 27.977 49.486 11.950 102.456 52.045 10.308
311.742
232.000
254.222
Het gerealiseerde onderhoud was in 2013 hoger dan de realisatie 2012 vanwege noodzakelijk te maken kosten voor het verbeteren van de brandveiligheid (€ 81.312). Hiervoor wordt een subsidie van de gemeente Dordrecht ontvangen. Voor het gebouw van de Hans Petrischool aan de Anna van Saksenstraat is in 2013 een nieuw meerjarig onderhoudsplan opgesteld. Op basis daarvan is een jaarlijkse dotatie van € 36.000 bepaald rekening houdend met de omvang van de onderhoudsvoorziening ultimo 2012. De cyclische onderhoudskosten bedroegen over 2013 € 26.396, waardoor de voorziening ultimo 2013 met € 9.604 toeneemt. Voor het gebouw van het OPDC (Halte Patersweg) is geen meerjarig onderhoudsplan opgesteld vanwege nog in te halen achterstallig onderhoud en de onduidelijkheid over de toekomstige huisvesting. d. Overige instellingslasten Omschrijving Leermiddelen Administratie en beheer Overige instellingslasten 4.4. Totaal overige lasten
Totaal 2013 260.619 117.498 47.437
SWV
Hans Petri 223.623 94.523 41.655
Begroting 2013 235.000 111.170 43.330
36.996 22.975 5.782
425.554
65.753
2012 346.977 168.100 42.720
359.801
389.500
557.797
De realisatie van de overige instellingslasten ligt ruim onder de realisatie 2012. De belangrijkste oorzaak hiervan is het vanaf 1 september 2012 afscheiden van de nietonderwijsgerelateerde activiteiten van de branche herbouw in een afzonderlijke stichting. Hierdoor is een verschil van € 112.675 verklaard (bij leermiddelen). Tot de kosten behoort het afwaarderen van de voorraad van herbouw. Daarnaast zijn de kosten van de uitbesteding van de administratie resp. de accountantskosten gedaald met € 35.301 resp. € 11.151. De ten laste van het boekjaar gebrachte kosten van de externe accountant zijn als volgt: Deloitte Onderzoek van de jaarrekening Andere controleopdrachten Subtotaal Deloitte
2013 - 877 0 - 877
2012 14.720 8.259 22.979
Ernst & Young Onderzoek van de jaarrekening Andere controleopdrachten Subtotaal Ernst & Young
10.588 2.117 12.705
0 0 0
Totaal
11.828
22.979
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 34 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
3.8.3. Toelichting op de financiële baten en lasten Omschrijving
Totaal 2013
SWV
Hans Petri
Begroting 2013
2012
Rentebaten Bankkosten
10.800 3.753
10.800 0
0 3.753
0 3.500
0 3.977
7.047
10.800
- 3.753
- 3.500
- 3.977
5. Saldo financiële baten/lasten
Vanaf 2013 is een spaarrekening geopend om rentebaten te genereren. De financiële baten betreffen deze rentebaten op de spaarrekening. Omdat het liquide saldo volledig van het samenwerkingsverband is, zijn de rentebaten ook aan het samenwerkingsverband toegerekend. 3.9.
STAAT VAN BATEN EN LASTEN SECTOREN STICHTING 2013
Conform de richtlijnen voor de jaarverslaggeving zijn hieronder de staten van baten en lasten 2013 van de verschillende sectoren van de stichting opgenomen. Voor de toelichtingen wordt verwezen naar de voorgaande paragrafen. SAMENWERKINGSVERBAND VO 3.
Rekening
Begroting
Rekening
2013
2013
2012
BATEN
3.1 (Rijks)bijdragen OCW
569.064
534.888
581.491
3.2 Overige overheidsbijdragen
912.309
844.823
807.928
602
0
894
1.481.975
1.379.711
1.390.313
1.237.994
1.390.211
1.042.011
7.572
8.500
26.998
18.938
23.000
19.418
3.5 Overige baten Totaal baten 4.
LASTEN
4.1 Personele lasten 4.2 Afschrijvingen 4.3 Huisvestingslasten 4.4 Overige instellingslasten
65.753
83.000
73.231
1.330.257
1.504.711
1.161.658
151.718
- 125.000
228.655
5.1 Financiële baten
10.800
0
0
5.2 Financiële lasten
0
0
- 24
10.800
0
- 24
162.518
- 125.000
228.631
Totaal lasten Saldo baten en lasten 5.
FINANCIËLE BATEN EN LASTEN
Saldo financiële baten en lasten EXPLOITATIESALDO
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 35 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
HANS PETRISCHOOL 3.
Rekening
Begroting
Rekening
2013
2013
2012
BATEN
3.1 (Rijks)bijdragen OCW
3.774.145
3.725.146
3.320.647
3.2 Overige overheidsbijdragen
240.656
165.000
290.580
3.5 Overige baten
212.533
251.440
269.274
4.227.334
4.141.586
3.880.501
3.199.970
3.155.586
3.010.984
48.702
52.000
108.067
311.742
209.000
234.804
Totaal baten 4.
LASTEN
4.1 Personele lasten 4.2 Afschrijvingen 4.3 Huisvestingslasten 4.4 Overige instellingslasten Totaal lasten
359.801
3.06.500
485.566
3.920.215
3.723.086
3.838.421
307.119
418.500
42.080
Saldo baten en lasten 5.
FINANCIËLE BATEN EN LASTEN
5.1 Financiële baten
0
0
0
5.2 Financiële lasten
3.753
3.500
- 3.953
- 3.753
- 3.500
303.366
415.000
Saldo financiële baten en lasten EXPLOITATIESALDO
38.127
3.10. NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN Vordering Hans Petrischool op het ministerie van OCW In 2006 is de lumpsumregelgeving voor het VO gewijzigd. Gevolg daarvan was dat de VO-scholen over 2006 onvoldoende rijksvergoeding kregen toegekend om de personele kosten te kunnen afdekken. Om de scholen hiervoor te compenseren, stond OCW toe dat de scholen een vordering opboekten tot maximaal 7,5% van de lumpsum personele bekostiging ten behoeve van de in 2006 aangegane personele verplichtingen die in 2007 tot uitbetaling komen (sociale premies, pensioenen en vakantiegeld). Sindsdien werd deze vordering van de Hans Petrischool elk jaar geactualiseerd. In feite was deze vordering op OCW ‘eeuwigdurend’, immers elk jaar wordt de vordering ‘doorgeschoven’ naar het volgende jaar. Slechts in een situatie dat een school stopt met haar activiteiten, kan de vordering worden geïnd. Omdat van een dergelijke situatie geen sprake is, is de vordering in de jaarrekening 2010 met een stelselwijziging uit de beginbalans 2010 gehaald. Indien de vordering was gecontinueerd, zou deze ultimo 2013 € 218.911 hebben bedragen. Verplichtingen BAPO Ultimo 2013 bedraagt de bestemmingsreserve voor de verplichtingen flexibele bapo € 130.050. De totale BAPO-verplichtingen tellen op tot een veelvoud van de omvang van de bestemmingsreserve. Deze dienen bij gebruik binnen de exploitatie te worden opgevangen.
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 36 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013
4.
OVERIGE GEGEVENS
4.1.
VOORSTEL RESULTAATBESTEMMING
Resultaatbestemming: Exploitatieresultaat swv
Mutatie: Onderdeel: 138.676 Saldo swv
Categorie: Bestemmingsreserve
Exploitatieresultaat swv
23.842 Flexibele bapo swv
Bestemmingsreserve
Exploitatieresultaat school
17.710 Flexibele bapo school
Bestemmingsreserve
Exploitatieresultaat school
- 12.377 Financiering mva school
Algemene reserve financiering
Exploitatieresultaat school
298.033 Buffer
Algemene reserve buffer
Resultaat 2013
465.884
De bestemmingsreserves voor flexibele bapo worden gemuteerd voor de wijziging in de opgebouwde rechten per ultimo 2013 met een dekking van 70% en na correctie van de omvang ultimo 2012. Vanwege de afgenomen boekwaarde van de materiële vaste activa van de Hans Petrischool is € 12.377 minder financiering nodig. Per saldo stijgt de buffer van de Hans Petrischool voor het opvangen van risico’s en het financieren van nieuwe investeringen met € 298.033 tot in totaal - € 422.859. De bestemmingsreserve van het samenwerkingsverband exclusief de reservering voor verplichtingen flexibele bapo stijgt met € 138.676 tot in totaal € 930.075. De resultaatbestemming is verwerkt in de balans. 4.2.
GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM
Er hebben zich geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan die van belang zijn voor de gepresenteerde jaarcijfers en de vermogenspositie van de stichting. 4.3.
ONDERTEKENING BESTUUR
Het bestuur van de stichting voor praktijkonderwijs – OPDC verklaart hierbij de jaarrekening over de periode 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 te hebben goedgekeurd. mevr. drs. G.A. Huizinga-Mijnhart voorzitter bestuur mevr. drs. M.E.M. van der Krogt bestuurslid dhr. drs. J. Ramaker penningmeester 4.4.
CONTROLEVERKLARING
Stichting voor praktijkonderwijs – OPDC Dordrecht
Pagina 37 van 37
Jaarverslag en jaarrekening 2013