Voetbaltechnisch Beleidsplan WZC Wapenveld

Voetbaltechnisch Beleidsplan WZC Wapenveld Versie 2.0. Mei 2010 Samenstellers: Voetbaltechnische commissie WZC Dik Hulleman Erik van Limburg Winfred Moeliker Jan Regterschot Henk Rorije Frans van der Wolde

Voetbaltechnisch beleidsplan WZC versie 2.0. Mei 2010

Pagina 1

HOOFDSTUK 1 INLEIDING………………………………………………………………………… ..4 1.1 1.2 1.3

AANLEIDING………………………………………………………………………………………4 DOELSTELLING...................................................................................................................4 VERANTWOORDELIJKHEID TECHNISCH BELEID .....................................................................4

HOOFDSTUK 2 OPZET VOETBALTECHNISCH BELEIDSPLAN............................................5 2.1 2.2 2.3 2.4

DOELSTELLING EN RANDVOORWAARDEN .............................................................................5 REALISERING DOELSTELLING .............................................................................................5 NIET-PRESTATIEVE ELFTALLEN............................................................................................6 VOORWAARDEN VOOR CONTINUÏTEIT ..................................................................................6

HOOFDSTUK 3 SAMENSTELLING EN TAAKGEBIED VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE ......................................................................................................7 3.1 3.2 3.3

INSTELLING EN SAMENSTELLING VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE .......................................7 TAAKGEBIEDEN VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE ................................................................7 DE JEUGD ..........................................................................................................................7

HOOFDSTUK 4 TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE ........8 4.1 4.2 4.3 4.4

TAKEN VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE .............................................................................8 BEVOEGDHEDEN VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE .............................................................8 ORGANISATIESTRUCTUUR ..................................................................................................8 COMMUNICATIELIJNEN TUSSEN VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE EN BESTUUR………………9

HOOFDSTUK 5 RICHTLIJNEN VOETBALTECHNISCH BELEID………………………………10 5.1 SELECTIEBELEID SENIOREN. ............................................................................................10 5.2 UITGANGSPUNTEN VOETBALTECHNISCH BELEID .................................................................11 5.2.1 TOELICHTING UITGANGSPUNTEN .......................................................................................11 5.3 BIJSTUREN VAN HET VOETBALTECHNISCH BELEID ...............................................................11 HOOFDSTUK 6 UITVOERING VOETBALTECHNISCH BELEID............................................12 6.1 6.2

UITVOERING VOETBALTECHNISCH BELEID ..........................................................................12 INTERNE SCOUTING ..........................................................................................................12

HOOFDSTUK 7 INTERNE REGELS WZC ..............................................................................13 7.1 7.2 7.3 7.4

RICHTLIJNEN BEGELEIDING 1E-SELECTIE ..........................................................................13 GEDRAGSREGELS/INSTRUCTIES TRAINERS/SPELERS/BEGELEIDING 1E - EN 2E-SELECTIE .....14 "HUISREGELS" VOOR DE 1E- EN 2E-SELECTIE ....................................................................16 DOELSTELLING EN RICHTLIJNEN VOOR JONG WZC, ..........................................................17

HOOFDSTUK 8 FUNCTIEBESCHRIJVINGEN TECHNISCHE STAF .......................................18 8.1

FUNCTIEBESCHRIJVINGEN ................................................................................................18 TRAINER WZC-1 .............................................................................................................18 TRAINER WZC-2 .............................................................................................................19


Pagina 2

BIJLAGE 1 VERVROEGDE OVERGANG .................................................................................20 1.1

VERVROEGDE OVERGANG JEUGD NAAR SENIOREN OF JEUGD ONDERLING................20

1.2 1.3 1.4

VISIE VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE: ............................................................................20 WANNEER VERVROEGD OVER LATEN GAAN?.......................................................................20 BELEIDSPUNTEN VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE INZAKE VERVROEGDE OVERGANG:.........21

BIJLAGE 2 JEUGDBELEIDSPLAN 1. INLEIDING.................................................................................................................... 22 WAAROM EEN JEUGDPLAN? ..............................................................................................22 1.1 1.2 DE BELANGRIJKSTE FUNCTIES VAN EEN JEUGDPLAN ...........................................................22 EEN COMMUNICATIEVE FUNCTIE ........................................................................................22 1.2.1 1.2.2 EEN STURENDE/ONDERSTEUNENDE FUNCTIE .....................................................................22 EEN EVALUATIEVE FUNCTIE...............................................................................................22 1.2.3 DOELSTELLINGEN.......................................................................................................23 2. 2.1 DOELSTELLINGEN.............................................................................................................23 PRESTATIEF .....................................................................................................................23 2.1.1 RECREATIEF ....................................................................................................................23 2.1.2 2.1.3 EÉN GEMEENSCHAPPELIJK BELANG ……………………………………………………………23 3. ORGANISATORISCHE VOORWAARDEN ..................................................................24 DE TAKEN EN DE VERANTWOORDELIJKHEDEN VAN HET KADER ............................................24 3.1 3.1.1 HET JEUGDBESTUUR. .......................................................................................................24 HET TECHNISCH KADER. ...................................................................................................25 3.1.2 BIJLAGE 3 VOETBALTECHNISCH JEUGDBELEID WZC……………………………………… 26 EINDDOELSTELLINGEN F- EN E- PUPILLEN ...................................................................26 1. INLEIDING ........................................................................................................................26 1.1 1.2 F- PUPILLEN (6 – 8 JAAR) ................................................................................................26 EINDDOELSTELLINGEN BIJ DE OVERGANG VAN F- PUPILLEN NAAR E ....................................29 1.3 E- PUPILLEN (8 – 10 JAAR) ..............................................................................................30 1.4 1.5 EINDDOELSTELLINGEN BIJ DE OVERGANG VAN E- PUPILLEN NAAR D ...................................32 EINDDOELSTELLINGEN D- PUPILLEN, C- B- A- JUNIOREN ...................................................34 2. D- PUPILLEN (10 - 12 JAAR) .............................................................................................34 2.1 2.2 EINDDOELSTELLINGEN BIJ DE OVERGANG VAN D- PUPILLEN NAAR C....................................36 C- JUNIOREN (12 - 14 JAAR)............................................................................................37 2.3 EINDDOELSTELLINGEN BIJ DE OVERGANG VAN C- JUNIOREN NAAR B ...................................38 2.4 2.5 B- JUNIOREN (14-16 JAAR) ..............................................................................................39 EINDDOELSTELLINGEN BIJ DE OVERGANG VAN B- JUNIOREN NAAR A ...................................41 2.6 A- JUNIOREN (16-18 JAAR) ..............................................................................................42 2.7 2.8 Einddoelstellingen bij de overgang van A- junioren naar de senioren…………43


Pagina 3

HOOFDSTUK 1 INLEIDING 1.1

Aanleiding

WZC speelt momenteel in de 3e-klasse. Mede gelet op de recente ontwikkelingen in het amateurvoetbal, is het voor WZC belangrijk om ook op voetbaltechnisch gebied duidelijke doelstellingen te formuleren en uit te voeren.

1.2

Doelstelling

Om een zo breed mogelijk draagvlak binnen WZC te creëren, voor het uitvoeren van het technisch beleidsplan, moeten de leden van de vereniging zich achter de inhoud van dit technisch beleidsplan stellen. Aan dit technisch beleidsplan moeten bestuur, commissies, trainers, (bege)leiders, kader, leden en vrijwilligers van WZC zich conformeren en het als zodanig uitvoeren. De betrokkenen kunnen bij afwijking hiervan hierop worden aangesproken. Dit technisch beleidsplan dient dan ook als leidraad voor de komende jaren.

1.3

Verantwoordelijkheid voetbaltechnisch beleid

In tegenstelling tot wat de afgelopen jaren gebruikelijk was bij WZC berust de verantwoordelijkheid ten aanzien van de formulering van het technisch beleid niet meer bij de (hoofd)trainer, maar bij WZC. Hierdoor is het noodzakelijk om binnen WZC structuurwijzigingen door te voeren.


Pagina 4

HOOFDSTUK 2 OPZET VOETBALTECHNISCH BELEIDSPLAN 2.1

Doelstelling en randvoorwaarden

WZC is een ambitieuze vereniging. De doelstelling van WZC is, om binnen de financiële kaders, op een zo hoog mogelijk niveau de voetbalsport te beoefenen, uitgaande van een uit te voeren beleidsplan, met de volgende missie; “ Het 1e elftal van WZC brengen naar het niveau van een stabiele 2e klasser”. De recreatieve elftallen zijn van enorme waarde voor WZC, maar vallen buiten de opzet van deze doelstelling. Het plan is t.z.t. per prestatief elftal een doelstelling te formuleren en tevens aan te geven op welke wijze deze gerealiseerd kan worden. Alle faciliteiten worden in het collectief aan de spelers beschikbaar gesteld; De realisering van de doelstelling mag niet ten koste gaan van de recreatieve teams (zie paragraaf 2.3); De specifieke sfeer en identiteit van WZC moeten worden gewaarborgd. Om een volwaardige en gerespecteerde 2e-klasser te worden en te blijven wordt aan de doorstroming van de eigen getalenteerde jeugd een hoge prioriteit toegekend. Het is belangrijk te zorgen voor een goede trainersstaf en een organisatie ten behoeve van de jeugd. Daarom moet er veel tijd, energie en (geld)middelen in de jeugdopleiding worden gestoken, waardoor de binding met en de herkenbaarheid voor de achterban van WZC wordt versterkt. Hiervoor is nodig: Een gedegen en voor een ieder herkenbare organisatie; Gekwalificeerde en gemotiveerde trainers en jeugdcoördinatoren; Een goede algehele begeleiding (leiders, verzorgers, grensrechters e.d.); De bereidheid tot samenwerking binnen alle geledingen van de vereniging; Een positieve instelling van alle betrokkenen; Voldoende spelers met technische en mentale bagage; Gediplomeerde trainers op elke leeftijdsgroep.

2.2

Realisering doelstelling

In de eerste plaats zullen op basis van een goed jeugdplan talentvolle spelers in het 1e-elftal moeten komen, waarna ervoor moet worden gezorgd dat deze selectie bij elkaar wordt gehouden. De faciliteiten voor de 1e-selectie moeten binnen de financiële kaders optimaal en collectief zijn.


Pagina 5

2.3

Niet-prestatieve elftallen

WZC heeft ook een sociale en opvoedende taak om de jeugd faciliteiten te bieden om hun sport te kunnen beoefenen. Daarnaast moet aan de overige (senioren-)recreanten de nodige aandacht worden besteed. Deze (recreatieve) geledingen binnen de vereniging zijn ook gebaat bij het genereren van de nodige sponsorinkomsten. T.b.v. het recreatieve deel van de vereniging moeten uiterste inspanningen worden gepleegd. De accommodatie, de voorzieningen en het materiaal dienen kwantitatief en kwalitatief goed te zijn. Dat betekent: • • •

Voldoende en goede trainingsaccommodatie; Goed trainings- en wedstrijdmateriaal. Onder materiaal vallen in dit kader onder andere ballen, (verplaatsbare) doelen, pylonen, overgooiers et cetera. Een en ander in voldoende mate voor elk team. Douchegelegenheid;

•

Het clubhuis na de wedstrijden en trainingen open;

•

Voor een redelijke prijs een hapje en een drankje;

2.4

Voorwaarden voor continuïteit

Om de continuïteit van de uitvoering van het technisch beleid te waarborgen moet verder aan de volgende voorwaarden worden voldaan: De VTC zal de uitvoering van het technisch beleid door trainers en begeleiders coördineren, controleren en eventueel corrigeren. Dit doet zij met inachtneming van de taakomschrijvingen en tussentijds gemaakte afspraken; WZC zal de trainers en de begeleiders in staat stellen het technisch beleid uit te voeren; WZC bepaalt het beleid, de trainers en begeleiders zijn de uitvoerders ervan. Wisseling van trainers mag niet betekenen dat het technisch beleid van WZC zal wijzigen; De trainers en begeleiders van de selectie-elftallen moeten zich conformeren aan het technisch beleidsplan.


Pagina 6

HOOFDSTUK 3 SAMENSTELLING EN TAAKGEBIED VOETBALTECHNISCHE COMMISSIE 3.1

Instelling en samenstelling voetbaltechnische commissie

Om de doelstellingen in dit beleidsplan binnen de vereniging te realiseren is er een voetbaltechnische commissie (VTC) ingesteld. De VTC bestaat uit: Een voorzitter (tevens lid van het algemeen bestuur van de vereniging). Ten minste 4 leden, waaronder 2 vertegenwoordigers vanuit de jeugdafdeling en 2 vertegenwoordigers vanuit de seniorenafdeling. De vertegenwoordiging vanuit de jeugdafdeling betreft in ieder geval de jeugdcoördinatoren.

3.2

Taakgebieden voetbaltechnische commissie

De VTC heeft de volgende aandachtsgebieden: 1e- en 2e–selectie Senioren elftallen in het algemeen Standaard Jeugdelftallen Team onder de 23 jaar Team onder de 17 jaar Jeugdelftallen in het algemeen

3.3

De jeugd

Het voetbaltechnisch beleid met betrekking tot de jeugd is beschreven in het jeugdbeleidsplan WZC. Het is als bijlage (Bijlage 1) in dit algemene beleidsplan opgenomen.


Pagina 7

HOOFDSTUK 4 TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VOETBALTECHNISCHE commissie 4.1

Taken voetbaltechnische commissie

De leden van de voetbaltechnische commissie hebben een gezamenlijke taak en verschillende deeltaken: De gezamenlijke taken zijn: Corrigeren, controleren en het doen van voorstellen tot aanpassing van het technisch beleidsplan Beoordelen van de technische staf Bestuur adviseren over het aanstellen van trainers en eventuele contractverlengingen van de huidige trainers.

4.2

Bevoegdheden voetbaltechnische commissie

De VTC is verantwoordelijk voor het voetbaltechnisch beleid van de vereniging en als zodanig verantwoording verschuldigd aan het bestuur. In het voetbaltechnisch beleidsplan zijn de grondbeginselen beschreven hoe de teams van WZC moeten spelen. Met nadruk moet worden gesteld dat men zich hierbij niet alleen richt op de prestatieteams. Elk jaar wordt dit plan getoetst aan nieuwe ontwikkelingen en eventueel aangepast door de VTC en na goedkeuring door het bestuur vastgesteld. De VTC draagt er zorg voor dat de voetbalsport kan worden beoefend en dat de sportiviteit in teamverband uitgedragen en bevorderd wordt.

4.3

Organisatiestructuur

De verantwoordelijkheden voor het technisch beleid zijn als volgt gestructureerd: Het Hoofdbestuur is eindverantwoordelijk voor het voetbaltechnisch beleid; Het Hoofdbestuur laat zich ten aanzien van het voetbaltechnisch beleid adviseren door de VTC; Voordat het Hoofdbestuur overgaat tot het aanstellen van trainers en/of eventuele contractverlenging van de trainers en jeugdcoördinatoren, wordt het advies van de VTC gevraagd. De VTC is verantwoordelijk voor het formuleren, het bewaken en het toezicht op een correcte uitvoering van het voetbaltechnisch beleidsplan; De trainers zijn verantwoordelijk voor een juiste uitvoering van het voetbal-technische beleid op basis van dit plan; De VTC onderhoudt een nauwe samenwerking met de Jeugdcommissie en de Seniorencommissie. De hoofdverantwoordelijkheid van de VTC is het formuleren van het


Pagina 8

voetbaltechnisch beleid en het toezien op een correcte uitvoering daarvan. De hoofdverantwoordelijkheid van zowel Jeugdcommissie als Seniorencommissie is om samen met de trainers en leiders te komen tot een correcte uitvoering van het voetbaltechnisch beleidsplan. Bij de uitvoering van het beleidsplan kan blijken dat het beleid niet (meer) goed uitvoerbaar is of er ontstaan alternatieve ideeën inzake het voetbaltechnisch beleid. Om de communicatie tussen beleidsmakers en uitvoerders zo optimaal mogelijk te maken verdient het aanbeveling tenminste een lid van de jeugdcommissie (naast de jeugdcoördinatoren) en een lid van de seniorencommissie in de VTC op te nemen. Om tot eenheid van voetbaltechnisch beleid te komen is het van essentieel belang dat zowel de jeugd als de senioren in de VTC vertegenwoordigd zijn (zie ook samenstelling VTC, 3.1).

4.4

Communicatielijnen tussen VTC en bestuur

De VTC vergadert onder voorzitterschap van het lid dat is afgevaardigd vanuit het bestuur, periodiek , volgens een vooropgesteld vergaderschema. Door dit bestuurslid wordt het bestuur op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen.


Pagina 9

HOOFDSTUK 5 RICHTLIJNEN VOETBALTECHNISCH BELEID 5.1

Selectiebeleid senioren

De selectietrainers (1e en 2e selectie) dienen twee keer per seizoen (winterstop en begin mei) advies uit te brengen tijdens een bijeenkomst van de VTC. Dit advies zal ten minste bestaan uit: het geven van een overzicht van de kwaliteiten van de spelers van de huidige selectie; - het geven van een visie en het doen van aanbevelingen gericht op een verdere kwaliteitsverbetering op voetbaltechnisch/organisatorisch gebied. De trainers dienen voor 1 mei een lijst in bij de seniorencommissie waarbij de selectie op hoofdlijnen voor het komende seizoen is ingedeeld. De trainer bepaalt mede aan de hand van de inventarisatie een "voorlopige selectie" op basis van de kenmerken kwaliteit, mentaliteit, instelling en inzet. Bij "nieuwe" trainers kan de VTC als klankbord dienen als ook de collega-trainers. Als bij de vaststelling van de "voorlopige selectie" een speler in een lager team wordt ingedeeld geeft de trainer aan de betrokken speler een toelichting op de beslissing, alvorens dit bekend wordt gemaakt. De spelers die vanuit de A1-jeugd overkomen, worden aan de hand van de adviezen van de trainer van A1 ingedeeld. Als echter voor een speler de 1e selectie wordt geadviseerd dan beslist de trainer van het 1e elftal. Alle spelers van de selectieteams zijn verplicht om minimaal tweemaal per week actief deel te nemen aan de training. In incidentele gevallen kunnen trainers hiervan afwijken als de persoonlijke omstandigheden van een speler hierom vragen.. In het tweede team wordt gestreefd naar een goed evenwicht tussen ervaren, oudere, en nog onervaren, jongere spelers. In het tweede team worden in het algemeen slechts die spelers ingedeeld die de intentie en bereidheid hebben om in aanmerking te komen voor het eerste team of die na jaren voetbal in de 1ste selectie in de overgangsfase zitten naar recreatief voetbal. Een "voorlopige selectie" wordt schriftelijk aan de betrokken spelers meegedeeld waarbij WZC 1 en 2 als één groep worden gepresenteerd. Eerste elftal spelers worden geacht niet deel te nemen aan zaalvoetbalwedstrijden op vrijdag of voorafgaand aan een wedstrijddag. Dit met name gericht op het voorkomen van blessures. -


Pagina 10

5.2

Uitgangspunten voetbaltechnisch beleid

Om de doelstelling van WZC (zie 2.1) te kunnen verwezenlijken vormen de volgende punten de basis van het beleidsplan: Goede techniek; Herkenbare tactiek; Aanvallend concept; Goede discipline en wedstrijdmentaliteit; Strakke huisregels m.b.t. algehele normen en waarden; dit om de huidige tendens van normvervaging en vandalisme tegen te gaan.

5.2.1

Toelichting uitgangspunten

Bij WZC wordt er volgens een aanvallend en attractief spelconcept gespeeld. Jeugdspelers moeten worden opgeleid in de geest van "het willen winnen". Betere jeugdspelers moeten in hun elftal op de positie(s) worden opgesteld, waar zij zich kwalitatief het beste ontwikkelen. In het algemeen gesteld dus op die posities, waar zij de meeste weerstand ondervinden of wel waar hun minder sterke kwaliteiten beter ontwikkeld kunnen worden. De beste speler dus niet per definitie in de positie van zogenaamde "laatste man". In het kader van de opleiding is de ontwikkeling van de individuele speler belangrijker dan de prestaties van de elftallen, uitzonderingssituaties daargelaten, zoals bij belangrijke wedstrijden i.v.m. promotie of degradatie. Jong WZC moet puur worden beschouwd als een elftal dat de ontwikkeling van "aanstormend" en "aankomend" talent verder kan bespoedigen en vervolmaken door de nodige ervaring hiervoor op te laten doen.

5.3

Bijsturen van het voetbaltechnisch beleid

De opzet van het voetbaltechnisch beleidsplan moet periodiek op de werking en actualiteit worden gecontroleerd. Nieuwe ontwikkelingen moeten voor een ieder een bron van inspiratie zijn om het voetbaltechnische beleidsplan aan te passen. Alleen dan zal het beleidsplan het middel zijn om de gewenste doelstellingen daadwerkelijk te realiseren.


Pagina 11

HOOFDSTUK 6 UITVOERING VOETBALTECHNISCH BELEID 6.1

Uitvoering voetbaltechnisch beleid

De trainersstaf van de selectie-elftallen geeft, o.a. door gerichte training en wedstrijdbesprekingen uitvoering aan het voetbaltechnisch beleid. Regelmatig vinden besprekingen plaats om de nodige puntjes op de "i" te zetten. Periodiek (2 maal per jaar) vindt er een bespreking plaats met de selectietrainers van WZC op initiatief en onder leiding van de VTC.

6.2

Interne scouting

Van de trainers van de selectie-elftallen wordt verwacht, dat op basis van de kenmerken Techniek, Inzicht, Persoonlijkheid en Snelheid (TIPS) binnen WZC gericht wordt gescout. Dit heeft tot doel om onafhankelijk van welke groep en welk team of elftal dan ook "verborgen of nog niet ontdekte talenten" op te sporen in de niet-selectie-elftallen.


Pagina 12

Hoofdstuk 7 INTERNE REGELS WZC 7.1

Richtlijnen begeleiding 1e-selectie

Zorgen voor een goede interne en externe communicatie. Erop toezien dat zoveel mogelijk in groepsverband en op verantwoorde wijze naar uitwedstrijden wordt gereden. Zorgen voor het aanschaffen en het gebruiken van het kledingpakket. Zorgen voor reserveshirts en het tijdig weer gewassen inleveren. Fungeren als contactpersoon voor spelers, trainer, tegenstander, scheidsrechter en bestuur bij afgelastingen. Zorgen voor het oefenprogramma (ook bij afgelastingen), in overleg met de wedstrijdsecretaris senioren. Ontvangen en het begeleiden van de scheidsrechter en ervoor zorgen dat de wedstrijdbal en de vlaggetjes bij de scheidsrechter worden gebracht. Zorgen voor een elftalopstelling bij de wedstrijden. Zorgen voor het invullen van het wedstrijdformulier, incl. eventueel een verweerschrift. Bijhouden van het aantal gespeelde wedstrijden per speler. Organiseren van activiteiten ten behoeve van de trainer/spelers/begeleiding. Periodiek informeren van de spelers over voorkomende zaken. Zorgen voor begeleiding spelers naar een ziekenhuis. Zorgdragen voor lief en leed. Zorgen voor informatie ten behoeve van kabeltext en website. Streven om de spelvreugde in teamverband te stimuleren zodat de spelers zich ten opzichte van medespelers, tegenstanders en scheidsrechter, sportief en correct gedragen ook in woordgebruik en gebaar. De spelers in voorkomende gevallen hierop wijzen; hij neemt bij herhaling, passende maatregelen. Erop toezien dat niet-speelgerechtigde spelers, bijvoorbeeld geschorste spelers en spelers die een boete of contributie niet (tijdig) hebben betaald, buiten het team blijven. Erop toezien, dat de thuiswedstrijden tijdig en op het juiste veld een aanvang nemen. Voor zover mogelijk, bezoeken van de training, het stimuleren en het bijhouden van het trainingsbezoek. Aanwezig zijn bij de spelers tijdens het verblijf in de kleedkamer en het er op toezien, dat er geen vernielingen worden aangericht. Ervoor zorgen dat bij thuis- en uitwedstrijden de kleedkamer netjes wordt achtergelaten. Erop toezien dat in de kleedkamer niet wordt gerookt en geen alcoholische dranken worden gebruikt.


Pagina 13

7.2

Gedragsregels/instructies trainers/spelers/begeleiding 1e - en 2e-selectie

Gedragsregels/instructies, waaraan spelers, trainers en begeleiding van de 1e- en de 2eselectie van WZC zich dienen te houden:

Representatie Tijdens de trainingen en de wedstrijden moeten de spelers de door WZC voorgeschreven kleding dragen; Op de wedstrijddag moeten de begeleiders (incl. grensrechter), de trainer en de spelersgroep zich representatief kleden in de door WZC voorgeschreven uniforme kleding; Op andere dagen is het spelers en begeleiding niet toegestaan deze kleding te dragen. Bruikleen kleding Deze voor de representatie benodigde kleding wordt door WZC aan het begin van het seizoen in bruikleen ter beschikking gesteld; De kleding blijft eigendom van WZC; Uiterlijk voor het einde van het seizoen, of zoveel eerder indien niet meer uitkomende in de 1e-of 2e- selectie van WZC, moet de in bruikleen uitgereikte kleding aan WZC terug worden gegeven. Aanspreekpunten Voor vragen, problemen e.d. moeten de spelers zich in eerste instantie wenden tot de trainer, respectievelijk de begeleiding van de 1e- en 2e-selectie; Het aanspreekpunt van de trainer en de begeleiding m.b.t. de uitvoering van voetbaltechnische zaken is de seniorencommissie. Als het om (vragen over) het voetbaltechnische beleid gaat is de VTC aanspreekpunt. Positief gedrag Spelers, begeleiding en trainers moeten zich niet in negatieve zin over WZC uitlaten; Eventuele problemen moeten worden uitgepraat en binnenskamers worden gehouden. Zaalvoetbal Het is de spelers, die deel uitmaken van de 1e selectie niet toegestaan anders dan in verenigingsverband deel te nemen aan zaalvoetbal, tenzij vooraf met uitdrukkelijke toestemming van de trainer.


Pagina 14

Wild voetbal Zonder uitdrukkelijke toestemming vooraf van WZC mag (mede in verband met verzekering) niet worden deelgenomen aan voetbalwedstrijden in een ander verband.

Trainingen In principe moet aan elke training worden deelgenomen, tenzij er een gegronde reden aanwezig is om daarvan af te wijken. Gegronde redenen zijn bijvoorbeeld blessures, de werksituatie, studie of familieomstandigheden; De trainer moet tijdig en zo mogelijk één dag tevoren daarvan in kennis worden gesteld. Uitsluitend met voorafgaande toestemming van de trainer is dit een geoorloofd verzuim om niet aan de training deel te nemen. Geblesseerde spelers Van geblesseerde spelers wordt verwacht dat zij tijdens de trainingen, als zij geen enkele vorm van trainingsarbeid kunnen verrichten, zoveel mogelijk doch minimaal 1 maal per week aanwezig zijn, mits de blessure dit toelaat; Bovendien wordt van geblesseerde spelers verwacht dat zij bij thuis- en uitwedstrijden aanwezig zijn bij hun elftal, mits de blessure dit toelaat; Daarnaast moet de geblesseerde speler zijn blessure laten behandelen door of in overleg met de verzorger. Wisselspelers Spelers van de 1e en 2e- selectie moeten indien op hen een beroep wordt gedaan, zich onvoorwaardelijk beschikbaar stellen als wisselspelers voor het selectie elftal.

Vervoer bij uitwedstrijden Spelers en wisselspelers zijn bij uitwedstrijden verplicht om mee te reizen met het door WZC georganiseerde vervoer. Voor uitzonderingen is toestemming nodig van de begeleiding en deze moet dan uiterlijk op de laatste voorafgaande trainings- of wedstrijddag worden aangevraagd bij de verantwoordelijke trainer.

Benadering door andere clubs Van de spelers, die worden benaderd door andere amateurclubs en/of betaald voetbal organisaties, wordt verwacht dat zij de begeleiding, de trainer van het 1e-elftal en de VTC daarvan onmiddellijk in kennis stellen.


Pagina 15

7.3

"Huisregels" voor de 1e- en 2e-selectie

Spelers moeten zich te allen tijde beschikbaar stellen voor een hoger selectieteam; Bij thuiswedstrijden moeten de spelers, de verzorging en de begeleiding uiterlijk 1 uur voor aanvang van de wedstrijd aanwezig zijn, dan wel op een ander afgesproken tijdstip. Voor uitwedstrijden wordt de vertrektijd door leider en trainer bepaald. Voor de training moeten spelers minimaal een kwartier voor aanvang aanwezig te zijn, daarbij rekening houdend met een eventuele verzorging van een blessure; Problemen worden binnenskamers besproken. Dit houdt in dat in geval van confrontaties of conflicten hierover niet met derden gesproken wordt. Kunnen problemen niet binnen de groep opgelost worden dan moet afhankelijk van de aard van de problematiek de hulp van de seniorencommissie dan wel de VTC ingeroepen worden; Roken en sterke drank in de kleedkamer is verboden; Het dragen van scheenbeschermers is verplicht; De medische begeleiding zo spoedig mogelijk consulteren bij blessures en de gegeven adviezen strikt opvolgen; Het houden van een goede warming-up voor de wedstrijden en de trainingen; Het zonodig houden van een cooling-down na de wedstrijden en de trainingen.


Pagina 16

7.4

Doelstelling en richtlijnen voor Jong WZC,

De doelstelling van Jong WZC is de volgende: Het bevorderen van een vlotte en goede doorstroming van de eigen jeugd naar het 1e- en 2e- elftal van WZC; Het laten wennen van de jeugdspelers aan het spelen “onder meer druk”; Het bespoedigen van de ontwikkeling van “aanstormend jeugdtalent”; Het wennen van de spelers aan het spelen op een andere positie. De richtlijnen voor Jong WZC zijn de volgende: Jong WZC bestaat uit een team, samengesteld uit spelers onder de 17 jaar, respectievelijk een team samengesteld uit spelers onder de 23 jaar; Jong WZC kan in een bijzondere situatie (bijvoorbeeld bij het opdoen van wedstrijdritme) worden aangevuld met 1 á 2 dispensatiespelers; Jong WZC heeft een eigen status binnen de vereniging; Jong WZC speelt per seizoen circa 6 wedstrijden tegen kwalitatief goede teams van andere clubs; De eindverantwoordelijken voor Jong WZC zijn de trainer van de 1e selectie (team <23) en de jeugdcoördinator A/B/C (team < 17) Voorafgaande aan de wedstrijd van Jong WZC wordt er een wedstrijdbespreking gehouden; De begeleiding van Jong WZC draagt zorg voor: een goed beheer van het tenue; het vervoer; het tijdig openen van het clubhuis; goede en tijdige bekendmaking van de wedstrijden intern en indien nodig extern; het correct achterlaten van de kleedkamers bij uit- en thuiswedstrijden. Het afmelden van een speler voor een wedstrijd van Jong WZC moet tijdig geschieden bij de begeleiding van Jong WZC.


Pagina 17

HOOFDSTUK 8 FUNCTIEBESCHRIJVINGEN TECHNISCHE STAF 8.1

Functiebeschrijvingen

Trainer WZC-1 Functie-eisen Diploma trainer-coach 2 Heeft de nodige ervaring op dit niveau Conformeert zich aan het voetbaltechnisch beleid Kan goed in teamverband werken en neemt deel aan overleg met de technische staf Beschikt over goede didactische, communicatieve en (sociaal) psychologische vaardigheden Heeft overwicht op de spelersgroep op basis van natuurlijk gezag Kan een strakke groepsdiscipline instellen en handhaven Kan belangstelling opbrengen voor de club WZC als geheel en niet alleen voor de 1e selectie Taken Traint en coacht WZC-1 Dient het maximale rendement uit WZC -1 te halen, rekening houdend met: Het spelen van herkenbaar en attractief voetbal; streeft ernaar WZC-1 een eigen gezicht te geven; het inpassen van jeugdspelers Dient het maximale rendement te halen uit de individuele speler, op technisch, tactisch, conditioneel en mentaal vlak Onderhoudt nauw contact met de trainers van WZC-2 en A1, de seniorencommissie en de VTC. Heeft een voorbeeldfunctie en dient dienovereenkomstig representatief over te komen en correct taalgebruik te hanteren


Pagina 18

Trainer WZC-2 Functie-eisen Minimaal diploma trainer-coach 3 Conformeert zich aan het voetbaltechnisch beleidsplan Moet goed in teamverband kunnen werken en neemt deel aan het overleg van de technische staf Bij voorkeur ervaring als jeugdtrainer Heeft een natuurlijke uitstraling en is communicatief sterk. Moet een strakke groepsdiscipline kunnen instellen en handhaven Voldoende eigen voetbalvaardigheden Taken: Traint en coacht WZC-2 Onderhoudt nauw contact met de trainers van WZC-1, A1 en het 3e elftal Is pedagogisch (t.b.v. jeugdspelers), tactisch en didactisch goed onderlegd. Dit komt tot uiting in: een goede opbouw van de oefenstof; een goede omgang met "teleurgestelde" spelers. Is correct in het taalgebruik en dient representatief over te komen


Pagina 19

BIJLAGE 1 VERVROEGDE OVERGANG 1.1 Vervroegde overgang jeugd naar senioren of jeugd onderling De overgang van jeugdvoetballers naar senioren blijkt in de praktijk voor veel jeugdspelers een grote stap te zijn. Daarom dient deze overgang van jeugdspelers met zorg en in goed overleg te geschieden om te voorkomen dat ze fysiek en/of mentaal overbelast worden dan wel gedemotiveerd raken. Het al dan niet vervroegd doorschuiven van een speler naar een hoger team is in het verleden vaak punt van discussie geweest en dat zal in de toekomst niet anders zijn. Dit geldt niet alleen voor de vervroegde overgang van A- junioren naar de 1e selectie senioren, maar ook voor de vervroegde overgang van het ene jeugdteam naar het andere. Bij vervroegde overgang gaat het veelal om een goede afweging van het belang van de (jeugd)speler en het verenigingsbelang. 1.2 Visie voetbaltechnische commissie Het is de verantwoordelijkheid van iedere (jeugd)trainer om ervoor te zorgen dat een speler altijd op het niveau speelt waar hij thuis hoort. Dat betekent niet boven zijn vermogen, maar zeker ook niet onder zijn vermogen spelen. In beide gevallen wordt de speler tekort gedaan. In het eerste geval wordt de speler gedwongen om op zijn tenen te lopen zonder uitzicht op verbetering, in het tweede geval wordt de speler geremd in zijn ontwikkeling. Bij de speler wordt een stuk spelvreugde ontnomen. 1.3 Wanneer vervroegd over laten gaan? Het is het overwegen waard om een speler vervroegd naar een hoger team door te schuiven wanneer hij aan de onderstaande 3 criteria voldoet: ● 1- een goede basis voor wat betreft techniek en tactisch inzicht ● 2- fysiek het hogere niveau aankunnen ● 3- mentaal het hogere niveau aankunnen

fysiek

mentaal

technisch/ tactisch Leeftijd is in deze geen criterium en dus niet van doorslaggevend belang. Het is de combinatie van de 3 bovengenoemde kwaliteiten die de doorslag moet geven. Wanneer niet aan alle criteria wordt voldaan is het vervroegd doorschuiven van de betreffende


Pagina 20

speler af te raden. De 3 selectiecriteria kunnen worden gezien als de 3 zijden van een gelijkzijdige driehoek: wanneer 1 van de zijden ontbreekt stort de driehoek in elkaar. De direct betrokken trainers en jeugdcoördinator beoordelen aan de hand van deze criteria voorkomende gevallen. Mochten de betrokken trainers en jeugdcoördinator geen oplossing vinden dan kan de voetbaltechnische commissie om een bindend advies gevraagd worden.

1.4 Beleidspunten voetbaltechnische commissie inzake vervroegde overgang: ◘ A- junioren gaan vervroegd over naar het 1e seniorenteam als ze een meerwaarde hebben voor dit team en ze dus aanspraak maken op een basisplaats. Dit wordt in principe bekeken bij aanvang van het nieuwe seizoen of rond de winterstop. ◘ 2x per week meetrainen met de 1e selectie betekent dat tevens in de (competitie) wedstrijden van het 1e seniorenteam wordt meegedaan. Er is dan sprake van een overgang naar de senioren. Als een speler tijdens het seizoen alvast een aantal wedstrijden meespeelt binnen de 1e selectie, maar de speler blijft in basis A junior, dan is het aan te bevelen deze speler alvast 1 maal per week met de seniorenselectie mee te laten trainen. ◘ Als de trainer van het 1e seniorenteam spelers nodig heeft om als wisselspeler te fungeren worden hiervoor in principe spelers uit het 2e seniorenteam voor gekozen. In overleg is het uiteraard ook mogelijk een A junior hiervoor in te zetten. ◘ Wanneer de trainer van het 2e seniorenteam aanvulling nodig heeft dient hij deze aanvulling in principe bij het 3e seniorenteam of in goed onderling overleg bij lagere elftallen te halen. Hij kan alleen hiervoor terecht bij het A1- team wanneer dit team geen (competitie) wedstrijd heeft. ◘ Om een goed beleid te kunnen voeren is het van groot belang dat de regels en richtlijnen van dit beleid duidelijk zijn. Ook is het van groot belang dat taken en bevoegdheden van alle betrokkenen helder zijn. Overleg dient altijd te geschieden op basis van gelijkwaardigheid. ◘ Indien in voorkomende gevallen de (jeugd)trainers en coördinatoren onderling niet tot overeenstemming komen heeft de voetbaltechnische commissie in deze het laatste woord. In bijzondere gevallen waarin bovengenoemde beleidsuitgangspunten niet voorzien beslist de VTC. Overige redenen voor vervroegde overgang bij de Jeugd. Het komt regelmatig voor dat een jeugdteam niet voldoende spelers heeft om als volledig team deel te nemen aan de competitie. In die gevallen wordt gekeken of spelers uit een lagere leeftijdscategorie vervroegd over kunnen gaan naar het betreffende team. Het is dan niet zozeer het belang van de individuele speler dat voorop staat maar het algemeen belang van WZC om zoveel mogelijk teams te laten spelen in de competitie. In ieder geval dient aan de hand van de drie eerder genoemde criteria getoetst te worden of de individuele speler het spelniveau van het team aan kan. Alleen dan kan sprake zijn van een verantwoorde vervroegde overgang.


Pagina 21

BIJLAGE 2:JEUGDBELEIDSPLAN WZC 1.

INLEIDING

1.1

Waarom een jeugdplan?

'Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst" is een gezegde, dat vooral in de voetbalwereld veelvuldig wordt gebruikt. Niet onbegrijpelijk overigens, als men bedenkt dat deze jongeren straks klaar moeten zijn om de senioren te vervangen. Twee termen die onherroepelijk bij dit jeugdplan horen, zijn: 1. visie op jeugdvoetbal; 2. de "rode draad" door de vereniging.

1.2

De belangrijkste functies van een jeugdplan

1.2.1

Een communicatieve functie

Een goede communicatie is het fundament voor een goed georganiseerde vereniging. Vaak zijn problemen te herleiden naar communicatieproblemen. Ontmoetingen spelen een rol hierbij. In dit kader proberen we zoveel mogelijk de interactie tussen mensen te bevorderen, een goed jeugdplan moet hierbij een bindende factor zijn. Dit kan echter alleen wanneer een ieder zich conformeert aan de inhoud van dit jeugdplan.

1.2.2

Een sturende/ondersteunende functie

Het plan moet een leidraad vormen voor de vereniging en dient het kader duidelijkheid en houvast te bieden bij de uit te voeren taken.

1.2.3

Een evaluatieve functie

Wanneer een plan in de kast geraakt, voldoet het op dat moment niet meer aan de behoefte van de gebruiker. Het moet dus voortdurend getoetst worden aan de praktijk en dient periodiek kritisch beoordeeld te worden en open te staan voor bijstellingen c.q veranderingen. Er is er voor gekozen om dit plan niet voor een vaste periode van bijvoorbeeld drie jaar te gebruiken, maar elk jaar aan te passen daar waar dat nodig mocht zijn.


Pagina 22

2.

DOELSTELLINGEN

2.1

Doelstellingen

Dit is het belangrijkste hoofdstuk van het jeugdplan.Het zijn de doelstellingen van de vereniging die richting geven aan het geheel. Alles wat volgt op dit hoofdstuk vloeit voort uit en is te herleiden tot wat onderstaand als doelstelling is verwoord. De volgende drie doelstellingen staan niet in volgorde van belangrijkheid, maar zijn gelijkwaardig.

2.1.1

Prestatief

Het streven is er op gericht om de selectie-elftallen van WZC op een zo hoog mogelijk niveau te laten voetballen. Een prestatieve benadering voor die elftallen staat voorop. Een goede jeugdopleiding dient als basis voor een goede doorstroming naar de seniorenselectieteams.

2.1.2

Recreatief

Het grootste deel van de voetballende leden kan gezien worden als recreatieve voetballers. Zij vormen de kurk waarop de vereniging drijft. Een goede organisatie, een goed kader en goede voorzieningen zijn voorwaarden om de vereniging aantrekkelijk te houden c.q te maken.

2.1.3

Eén gemeenschappelijk belang

Alle bestuursleden, de leiders, de trainers, de spelers e.a. vormen de voetbalvereniging WZC. Regelmatig contact tussen de leden en het kader en tussen het kader onderling voorkomt dat men zich uitsluitend met het eigen team bezig houdt ("eilandjesvorming"). Er is één gemeenschappelijk belang en dat is het belang van de vereniging WZC.


Pagina 23

3.

ORGANISATORISCHE VOORWAARDEN

3.1

De taken en de verantwoordelijkheden van het kader

3.1.1

Het jeugdbestuur.

De voorzitter • • • • • • • •

het zorg dragen dat er regelmatig en structureel bestuursvergaderingen plaatsvinden. het leiden van de bestuursvergaderingen van het jeugdbestuur. het namens het jeugdbestuur zitting nemen (of daarvoor een afgevaardigde aanwijzen) in het algemeen bestuur van de vereniging. het coördineren van de verschillende bestuurstaken. het vertegenwoordigen van de jeugdafdeling bij officiële gelegenheden naar buiten toe. het in overleg met de secretaris samenstellen van de agenda. het zorg dragen voor de taakverdeling. het zorg dragen voor de uitvoering van het beleid.

De secretaris • • • • • •

het maken van de agenda voor de vergadering van het jeugdbestuur. het zorg dragen voor de verslaglegging van de vergaderingen van het jeugdbestuur. het ter beschikking stellen van de verslagen van de vergaderingen van het jeugdbestuur aan het algemeen bestuur. het ter kennis brengen van de ingekomen stukken aan het jeugdbestuur. het verzorgen van de interne correspondentie. het opstellen van een overzichtelijk schema met namen, adressen en telefoonnummers van degenen, die op welke wijze dan ook functioneren binnen de jeugdafdeling

De wedstrijdsecretaris jeugd • • • • •

het zorg dragen voor het wedstrijdprogramma van de jeugd. het aanstellen van de scheidsrechters bij thuiswedstrijden van de jeugd. het doorgeven van afgelastingen bij de wedstrijden van de jeugd. het regelen, na opgave van de technische staf, van de oefenwedstrijden. het regelen van de toernooien voor de jeugd buiten WZC.


Pagina 24

3.1.2

Het technisch kader.

De jeugdcoördinator Functiebeschrijving: De jeugdcoördinator is verantwoordelijk voor de juiste uitvoering van het voetbaltechnisch beleid bij de jeugdteams die onder hem vallen. Hij coördineert daartoe de werkzaamheden van de trainers en leiders. Er is een jeugdcoördinator voor de pupillen (D/E/F) en een jeugdcoördinator voor de junioren (A/B/C). Hij legt voor zijn werkzaamheden verantwoording af aan het jeugdbestuur. Taken: • Is belast met de uitvoering van het voetbaltechnisch beleidsplan; stuurt de trainers aan; bewaakt en verhoogt waar mogelijk het niveau van de trainingen door middel van adviezen en het beleggen van voetbalinhoudelijke bijeenkomsten met de trainers; is op de trainingsavonden (2 per week) en de wedstrijddag (zaterdagochtend) aanwezig; • Beoordeelt werkzaamheden op effectiviteit, doelmatigheid en kwaliteit van de begeleiding / coaching; is betrokken bij de evaluatiegesprekken met de trainers. Is lid van de VTC en in die hoedanigheid mede beleidsvormend en betrokken bij de aanstelling van trainers • Heeft een beslissende stem bij de samenstelling van de jeugdteams. Functie-eisen • Diploma pupillentrainer (JC pupillen),respectievelijk TC III of JVT (JC junioren) • Jarenlange ervaring als trainer en visie op voetbaltechnisch beleid • Bestuurlijke kwaliteiten • Beschikt over communicatieve en didactische vaardigheden • Overtuigingskracht, Besluitvaardigheid en Initiatief. De selectietrainers • het minimaal twee keer per week trainen van de eigen selectie. • het coachen van de selectieteams tijdens de wedstrijden • het voeren van periodiek overleg met de jeugdcoördinator en de overige trainers • het dragen van verantwoordelijkheid voor de uitvoering van voetbaltechnische zaken.


Pagina 25

Bijlage 3 Voetbaltechnisch Jeugdbeleid WZC (Met dank aan Dik Hulleman)

1. Einddoelstellingen F- en E- pupillen 1.1 Inleiding De een is de ander niet. Dat geldt voor volwassenen, kinderen en dus ook voor jeugdvoetballers. De ene mens is stug, de ander openhartig. Het ene kind koestert argwaan, het andere staat meteen open voor alles wat er op hem of haar afkomt. Met elkaar omgaan is vaak een kwestie van ervaring opdoen. Er bestaan geen handleidingen voor en er is geen boek waarin oplossingen worden aangedragen om met iedereen goed op te kunnen schieten. Dat geeft meteen de problematiek aan waarmee een coach te maken krijgt. Al is dit natuurlijk niet specifiek een probleem voor hem of haar die met jeugd optrekt. Wie zich op de jeugd richt bemerkt al snel dat zekere gedragspatronen kenmerkend kunnen zijn voor de leeftijd waarin zich het kind bevindt. Kunnen zijn omdat dit lang niet in alle gevallen opgaat. Bij het ene kind komen bepaalde kenmerken sterk naar voren, in een ander geval is hiervan niet of nauwelijks sprake. Of deze kenmerken manifesteren zich bij het ene kind veel later of juist eerder dan bij het andere. Door de KNVB zijn jeugdspelers ingedeeld in 6 leeftijdscategorieën: F- E- en D- pupillen en C-, B- en A- junioren.

1.2 F- pupillen (6 – 8 jaar) Leeftijdsspecifieke kenmerken Snel afgeleid. Kan zich niet lang concentreren. Té speels om zo te voetballen als ouderen dat wèl van hem/ haar verlangen. Hij/ zij is individueel gericht: geen gevoel om dingen samen te doen.

Het voetballen van de F- pupillen Bij de jongste spelers is bijna iedereen op en om de bal. Een uitzondering vormen de keepers en één of twee jochies die bij voortdurende herhaling worden gemaand achter te blijven. Van voetbal is nauwelijks sprake. De bal wordt soms half of helemaal niet geraakt.


Pagina 26

De bal wordt door een rennende en schoppende horde voortbewogen. Een kluwen enthousiaste spelertjes achter een bal aan. Als de jongens en meisjes al langer op de club zijn, worden de eerste vormen van samenspel zichtbaar. De balbehandeling is gerichter. Niettemin beperkt het zich veelal ttot aannemen, dribbelen, drijven, een trap naar voren en een schot op het doel.

Consequenties voor de training Bij deze leeftijdscategorie gaat het vooral om het ontwikkelen van de techniek, het balgevoel. Kinderen moeten ‘de baas worden over de bal’, zodat de bal middel kan worden om de spelbedoelingen te realiseren.

Spelbedoelingen: • Balbezit: ° aanvallen en scoren ° mikken/ schieten ° individueel balbezit houden ° samen balbezit houden

• Balbezit tegenpartij: ° storen ° bal veroveren/ bal afpakken ° doelpunten voorkomen/ eigen doel verdedigen

Methodische aanpak: ° van balgewenning naar doelgerichtheid ° van bal als doel naar bal als middel


Pagina 27

De trainer/ coach dient te beschikken over kennis van en inzicht in alle voetbaltechnische handelingen, want: ‘jong (goed) geleerd is oud gedaan’.

Overige voorwaarden zijn: ° voor iedereen een bal beschikbaar ° veel afwisseling in de training ° veel herhalingen ° per training komen alle spelbedoelingen aan bod ° inspelen op de fantasiewereld van de kinderen ° rekening houden met gering concentratievermogen ° geen verwachtingen hebben van samenwerking tussen de spelers onderling ° zeer korte uitleg ° eenvoudige opdrachten geven ° tijd optimaal benutten ° geen lange rijen en geen lange wachttijden! ° zelf voordoen is beter dan uitleggen; F- pupillen kunnen prima imiteren praatje – plaatje – daadje

Geschikte oefenvormen ° basisvormen: 1 : 1, ° partijvormen: 3 : 2 diversen, 4 : 4 en variaties ° lijnvoetbal ° mik- en scoorvormen ° pingelvormen (dribbelen/ drijven) (voor meer info: KNVB Circuitmodel ‘Zo doen wij dat Effies’)

Voetbalweerstanden De bal vormt bij deze leeftijdsgroep de grootste weerstand. Daarnaast zijn voetbalweerstanden o.a. het speelveld (te groot/ te klein), het gras (te hoog/ te nat/ glibberig), de tegenstanders maar ook de medespelers; het is te druk op het veld.


Pagina 28

1.3 Einddoelstellingen bij de overgang van F- pupillen naar E Technisch • met een bal kunnen dribbelen en drijven • een bal kunnen aannemen met de voet; liefst links en rechts • met beide benen een bal binnenkant voet kunnen passen • op de juiste manier kunnen ingooien extra aandachtspunt: met het goede been een dieptepass of doelschot met de wreef leren geven extra aandachtspunt voor de keepers: terugspeelballen met de voet aannemen wanneer daar tijd en ruimte voor is

Tactisch • de beginselen kennen van het positiespel 3 : 1 bij balbezit; weten dat met elkaar samenspelen vaak beter is dan het alleen te doen bij balbezit kunnen samenspelen met teamgenoten

Aanvallers de ruimte zo groot mogelijk maken/ houden speler met de bal moet door zijn 2 vrije medespelers altijd in het midden worden genomen, zodat hij 2 afspeelmogelijkheden heeft de bal niet zomaar wegspelen wanneer er geen tegenstander is die hem af wil pakken de 2 medespelers zonder bal moeten op het goede moment de juiste loop-actie maken om zodoende met de balbezitter een driehoek te vormen de trainer/ coach dient de aanvallende 1 – 1 actie op de helft van de tegenstander te stimuleren

Verdedigers de ruimte zo klein mogelijk maken/ houden


Pagina 29

steeds proberen de ballijn aan één kant van de balbezitter af te schermen, zodat er nog maar 1 afspeelmogelijkheid overblijft. Dan proberen door een snelle loopactie de bal te veroveren niet voor elke bal gaan, maar schijnacties maken, de bal een bepaalde kant op dwingen en dan het juiste moment voor balverovering kiezen

Mentaal: • beseffen dat voetballen een teamsport is; winnen en verliezen doe je samen • leren accepteren dat ieder individu anders is en daar respect voor hebben • een winnaarsmentaliteit worden aangeleerd • leren dat er hard gewerkt (getraind) moet worden om een goede prestatie te kunnen leveren • beslissingen van trainers, leiders en scheidsrechters leren accepteren • wisselbeurten horen er ook bij; iedereen wil graag voetballen

1.4 E- pupillen (8 – 10 jaar) Leeftijdsspecifieke kenmerken De E- pupil is al veel meer bereid deel uit te maken van het team. Ziet het verschil tussen wie goed en wie minder goed kan voetballen. Kan het opbrengen om wat langer één en dezelfde oefening uit te voeren. De balbehandeling begint erop te lijken. Dit is de ideale leeftijd om de basisvaardigheden onder de knie te krijgen. Het oefenen van vaardigheden gebeurt veel bewuster en doelgerichter dan op jongere leeftijd.

Het voetballen van de E- pupillen Er is samenspel in de vorm van de eerste echte combinaties. Het dekken en vrijlopen gaan ze beter begrijpen. Ook het spelen in een formatie, 7 : 7, en de bijbehorende taken en functies gaan ze beter begrijpen.


Pagina 30

Consequenties voor de training Het gaat in deze categorie vooral om het ontwikkelen van de individuele technische vaardigheid binnen en middels vereenvoudigde voetbalsituaties: de basisvormen 4 : 4 en 7 : 7. Het accent ligt hierbij op de techniek.

De coaching dient vooral gericht te zijn op het verbeteren van de technische vaardigheid en de algehele lichaamscoördinatie. Om hieraan optimaal inhoud te kunnen geven zal voortdurend moeten worden bewaakt of het spel of de oefenvorm nog wordt gespeeld, of er nog plezier is en of er nog wat wordt geleerd. De coach moet dan ook kunnen omgaan met het aanpassen van de weerstanden.

Concreet betekent dit aandacht voor: ° keuze van de juiste oefenvorm ° het duidelijk maken van de spelbedoeling ° veldbezetting / teamorganisatie ° het manipuleren van de weerstanden; makkelijker of moeilijker maken ° het manipuleren van de speelveldgrootte; groter of kleiner maken ° het manipuleren met het aantal spelers/ tegenstanders; meer of minder ° het gebruiken en/ of aanpassen van de spelregels ° het coachen op een juiste technische uitvoering, algemeen en individueel

Geschikte oefenvormen ° basisvormen: 1 : 1, ° partijvormen: 3 : 2 diversen, 4 : 4 en variaties ° lijnvoetbal ° mik- en scoorvormen ° pingelvormen (dribbelen/ drijven)


Pagina 31

(voor meer info: KNVB Circuitmodel ‘E- tjes worden één met de bal’)

1.5 Einddoelstellingen bij de overgang van E- pupillen naar D Technisch • op snelheid en onder weerstand kunnen dribbelen en drijven • kunnen kappen en draaien • een bal op alle manieren kunnen aannemen; met beide voeten, (boven)benen, borst • met het goede been een dieptepass of doelschot met de wreef kunnen geven • een combinatie kunnen aangaan; 1 – 2, kaats • een goede voorzet kunnen geven • een bal kunnen koppen vanuit stand → lichte ballen gebruiken! • een 1 – 1 duel aan kunnen gaan • tenminste 1 schijnbeweging beheersen extra aandachtspunt voor de keepers: terugspeelballen met de voet aannemen wanneer daar tijd en ruimte voor is

Tactisch • het positiespel 3 : 1 kunnen spelen. • de beginselen kennen van het positiespel 4 : 2 zie 3 : 1, principes voor aanvallers en verdedigers blijven in grote lijnen gelijk

Als aanvaller de ruimte zo groot mogelijk maken/ houden de balbezitter nu ook de dieptepass door het midden moet kunnen spelen; deze speler heeft nu dus steeds 3 afspeelmogelijkheden

Als verdediger de ruimte zo klein mogelijk maken/ houden de 2 verdedigers elkaar steeds goed rugdekking moeten geven door schuin achter elkaar te verdedigen. Voetbaltechnisch beleidsplan WZC versie 2.0. Mei 2010

Pagina 32

de achterste speler coacht de voorste in de juiste richting en probeert de dieptepass te voorkomen waardoor de bal kort gespeeld moet worden. op het juiste moment een aanval op de bal doen ook nu is het weer van belang dat steeds één kant van de balbezittende speler moet worden afgeschermd, zodat de verdedigers kunnen sturen waar de bal heen zal worden gespeeld.

Mentaal • leren coachen van medespelers • weten dat je een verplichting hebt naar je team voor wat betreft trainen, spelen en voor wat betreft het nakomen van regels • zijn winnaarsmentaliteit verder ontwikkelen • weten dat wisselbeurten ook kunnen afhangen van de trainingsopkomst, -inzet en van de wedstrijdinstelling en –beleving • overigens kan ook met het betreffende team de afspraak worden gemaakt dat bij toerbeurt iedereen een wisselbeurt krijgt • spelregelkennis op willen doen • zie ook bij F- pupillen


Pagina 33

2. Einddoelstellingen D- pupillen, C- B- A- junioren Vanaf de D- pupillen wordt over een heel veld 11 – 11 gespeeld. Daarom is er voor gekozen om de jeugdopleiding te verdelen in F / E- pupillen en D- pupillen t/m A- junioren. 2.1 D- pupillen (10 - 12 jaar) Leeftijdsspecifieke kenmerken De D- pupillen zijn meer geneigd zich te meten met anderen. Zij kunnen het aan om in teamverband een doel na te streven. Ze beheersen de eigen beweging en zijn bewust bezig hun prestatie op te vijzelen.

Het voetballen van de D- pupillen D- pupillen spelen 11 tegen 11. De basis van het leren van de technische vaardigheden is achter de rug, het gaat nu vooral om het ontwikkelen van inzicht in het spel. In de wedstrijd moeten ze leren omgaan met de grootte van het speelveld en de spelregels, (buitenspel), het spelen in een opstelling (1 : 4 : 3 : 3) en vooral de belangrijkste principes tijdens de 4 hoofdmomenten in de wedstrijd:

• Balbezit • Balbezit tegenpartij • Wisseling balbezit

Balbezit tegenpartij

• Wisseling balbezit tegenpartij

Balbezit

° Principes bij: Balbezit: opbouwen van achteruit/ veld breed en lang maken / vrijlopen/ pass voor medespeler mogelijk maken: diep gaat voor breed! Balbezit tegenpartij: veld klein maken/ dieptepass tegenstander verhinderen


Pagina 34

dwingen tot breedtespel/ je directe tegenstander opzoeken/ afspeelmogelijkheden van de tegenstander beperken/ afjagen- doorjagen op balbezittende tegenstander Wisseling balbezit: snel omschakelen

Consequenties voor de training Dit is de ideale leeftijd om het beheersen van de bal in de diverse voetbalsituaties (in combinatie met de andere probleemgebieden) onder de knie te krijgen. Het is in deze leeftijdsklasse vrij gemakkelijk voor de trainer om de relatie tussen het moment van de wedstrijd en de training aan te geven. De spelers/ speelsters zijn leergierig, ze willen voetballen en ze zijn in staat om het uit te voeren. Deze jongens/ meisjes hebben ook veel meer begrip waarom er dient te worden vrijgelopen bij balbezit. Tijdens de momenten dat ze de bal niet in de ploeg hebben zijn ze vaak uit zichzelf bereid de tegenstander te dekken. Gedurende de training dient hieraan aandacht besteed te worden.

Geschikte oefenvormen ° mik- en scoorvormen ° pingelvormen: dribbelen/ drijven, duel 1 : 1 ° partijvormen: 3 : 1 (in 1 vak/ in 2 vakken), 4 : 2, 5 : 3, 4 : 4, 8 : 4 in diverse variaties ° partijspel 7 : 7, 8 : 8 (voor meer info: KNVB Circuitmodel ‘D- pupillen, zo doe je dat!’)

Voetbalweerstanden Naast de probleemgebieden "bal" , "medespelers" en "tegenstanders" komt nu ook de "coaching" om de hoek kijken. Door het begrip voor de verschillende situaties in zowel balbezit als balbezit tegenpartij, kan er binnen deze leeftijdsgroep begonnen worden met het coachen van elkaar. In de einddoelstellingen voor de verschillende leeftijdscategorieën beschrijven we voor elke leeftijdsgroep wat de betreffende laatstejaars spelers zouden ‘moeten’ kunnen wanneer ze overgaan van de ene leeftijdsgroep naar de andere. Met opzet staat ‘moeten’ tussen aanhalingstekens; de beschreven einddoelstellingen dienen als richtlijn te worden gezien.


Pagina 35

NB: de opmerkingen die zijn gemaakt over de juiste uitvoering van de verschillende positiespelen zijn bedoeld als handvaten voor de jeugdtrainers. Wanneer zij deze basiskennis beheersen, kan deze weer aangepast gebruikt worden bij de betreffende leeftijdsgroep.

2.2 Einddoelstellingen bij de overgang van D- pupillen naar C Technisch • de algemene basistechnieken goed beheersen; ook in beweging en onder druk van een tegenstander ° deze basistechnieken zijn: twee- benigheid, passen/ trappen, balaanname op alle manieren, dribbelen/ drijven, schijnbeweging, koppen, ook vanuit beweging en sprong ° het 1x- raken beheersen ° een wisselpass kunnen geven

Tactisch spelbedoelingen en basistaken per linie van het 1 : 4 : 3 : 3- systeem aanleren • weten wat buitenspel is • het moment van 1x- raken herkennen • het moment van het geven van de wisselpass herkennen • het positiespel 3 : 1, 4 : 2 en 5 : 2 beheersen • de ‘basisvorm’ 4 : 4 beheersen Opmerking: bij het positiespel 5 : 2 heeft de balbezitter nu ook een 4e afspeelmoge-lijkheid • ook in de partijspelen het vrijlopen, aanbieden, ‘vrije man zien’ beheersen • een medespeler kunnen coachen


Pagina 36

Mentaal • leren dat er strenger wordt toegezien op wat bij de E- pupillen al is bescheven: discipline wordt aangehaald • weten dat wisselbeurten ook tactische redenen kunnen hebben, naast het bijvoorbeeld bij toerbeurt of om disciplinaire redenen wissel staan of gewisseld worden • ‘willen winnen’ (stimuleren!)

Nb: de genoemde einddoelstellingen dienen te worden beschouwd als richtlijnen. Wanneer de jeugdtrainers weten wat de doelstellingen/ richtlijnen zijn, is er al sprake van een rode draad. Dit biedt houvast aan alle trainers bij coaching en begeleiding tijdens trainingen en wedstrijden.

2.3 C- Junioren (12 - 14 Jaar) Leeftijdsspecifieke kenmerken Er treedt een verandering en bewustwording op van het eigen lichaam. Dit kan leiden tot een geestelijke en maatschappelijke spanning. De voornaamste kenmerken zijn: motivatiegebrek en kritische instelling tegenover gezag (de pubertijd).

Het voetballen van de C- junioren Er kan een onstabiele motoriek optreden, vooral in de dagelijkse beweging. De reeds geleerde vaardigheden blijven behouden, ook al vermindert de uitvoering tijdelijk. De C- speler is voornamelijk bezig met zaken als vrijlopen en samenspelen. De kopduels lijken serieuzer, er wordt minder gekopt met de ogen dicht. Ook is er verbetering in verdedigend opzicht. De taken die aan een bepaalde positie kleven worden zichtbaar en worden geleidelijk opgepikt.


Pagina 37

Consequenties voor de training Meer dan ooit kan hier de wedstrijd dienen als uitgangspunt voor de training. Het is verstandig als trainer oog te hebben voor individuele tekortkomingen en de problemen die ze op deze leeftijd kunnen hebben. Groei in de lengte kan er toe leiden dat sommige spelers stakerig en slungelachtig overkomen. Ze kunnen hierdoor minder gaan voetballen. In de beoordeling moet rekening gehouden worden met dit probleem dat veelal van tijdelijke aard is. C- junioren zijn wisselvallig in hun prestaties. Stel daarom de verwachting niet te hoog. De doelstelling kan zijn een fijn sfeertje te creëren. Gebruik oefeningen die erop gericht zijn vanuit momenten in de wedstrijd technische en tactische zaken nog meer te verbeteren. Het gebruik van bijvoorbeeld kracht- en looptrainingen is uit den boze. Met name op bij de C- junioren is geduld een schone zaak.

Voetbalweerstanden Naast de probleemgebieden "bal", "medespelers", "tegenstanders" en "coaching" ontstaan hier een probleemgebied van tijdelijke aard, n.l. "het eigen lichaam". Vaardigheden die reeds beheerst werden kunnen hierdoor tijdelijk in het gedrang komen.

2.4 Einddoelstellingen bij de overgang van C- junioren naar B Technisch • de algemene basistechnieken goed beheersen; ook in beweging en onder druk van een tegenstander ° deze basistechnieken zijn: twee- benigheid, passen/ trappen, balaanname op alle manieren, dribbelen/ drijven, schijnbeweging, koppen, ook vanuit beweging en sprong ° het 1x- raken beheersen ° een wisselpass kunnen geven


Pagina 38

• Algemeen: op deze leeftijd voorzetten van het grondig en bij herhaling oefenen van de techniek op een gave en juiste wijze; perfectionistisch werken en niet te veel ineens willen behandelen.

Tactisch spelbedoelingen en basistaken per linie 1 : 4 : 3 : 3- systeem uitbouwen • op buitenspel leren spelen • het moment van 1x- raken herkennen • het moment van het geven van de wisselpass herkennen • het positiespel 3 : 1, 4 : 2 en 5 : 2 beheersen • de ‘basisvorm’ 4 : 4 beheersen • ook in de partijspelen het vrijlopen, aanbieden, ‘vrije man zien’ beheersen • een medespeler kunnen coachen

• Algemeen: wedstrijdrijpheid dient verder te worden ontwikkeld; dus ‘voetballen meer zonder dan met bal meer met je hoofd (nadenken) dan met je benen’ De accenten liggen hier vooral op het gebied van Inzicht en Communicatie

Mentaal • coaching • discipline • ‘willen winnen’ (verder ontwikkelen)

2.5 B- Junioren (14-16 jaar) Leeftijdsspecifieke kenmerken De groei in de lengte zet door. Minder controle over de eigen ledematen lijkt daarvan het gevolg.


Pagina 39

Ook alle kenmerken van de pubertijd zoals lusteloosheid, onredelijkheid en humeurigheid zijn deze groep niet vreemd. Niettemin is winnen belangrijker dan ooit. Een soms te fanatieke houding heeft ermee te maken dat hij/ zij op zoek is naar de eigen grenzen.

Het voetballen van de B- junioren De B- junior is in staat echte wedstrijdsport te beoefenen. Hij waagt zich aan acties die voor het team weinig rendement hebben. Zijn soms te laat ingezette sliding en de wijze waarop hij buitenkant voet speelt hebben meer te maken met het feit dat hij zichzelf wil bewijzen. Het tempo is hoger, er wordt korter gedekt. De B- junior moet leren onder druk te spelen en dat gaat hem soms minder goed af. Zijn individuele mogelijkheden moeten meer rendement voor het team gaan opleveren. Hier moet hij/ zij in leren.

Consequenties voor de training Ook bij de B- junioren kan de trainer nog worden geconfronteerd met problemen als gevolg van de groeispurt. Toch leent deze leeftijdsgroep er zich juist voor het voetballen zelf te verbeteren. D.w.z. voetballen dat tijdens de wedstrijd de volwassenheid begint te benaderen en in fysiek opzicht een heel stuk forser lijkt dan dat van de C junioren. Ook hier geldt: trainen vanuit de wedstrijdsituatie. Daarbij is het mogelijk een beroep te doen op elftaltactiek (plaatsen in een elftal en de daarbij behorende taken). Op deze leeftijd kunnen spelers verantwoordelijkheid dragen. Buiten het veld blijkt dit op het gebied van de leefwijze, lichaamsverzorging en het taalgebruik. Binnen de witte lijnen kunnen ze dit ook aan.

Voetbalweerstanden


Pagina 40

Naast de probleemgebieden die uit de vorige leeftijdsgroepen zijn meegenomen heeft de Bjunior de moeilijke taak een evenwicht te zoeken tussen de eigen geldingsdrang en het leveren van rendement voor het team in het nastreven van het gezamenlijke prestatiedoel.

2.6 Einddoelstellingen bij de overgang van B- junioren naar A Technisch • de algemene basistechnieken goed beheersen; ook in beweging en onder druk van een tegenstander ° deze basistechnieken zijn: twee- benigheid, passen/ trappen, balaanname op alle manieren, dribbelen/ drijven, schijnbeweging, koppen, ook vanuit beweging en sprong ° het 1x- raken beheersen ° een wisselpass kunnen geven

Tactisch spelbedoelingen en basistaken per linie 1 : 4 : 3 : 3- systeem beheersen spelbedoelingen en basistaken per linie van het 1 : 4 : 4 : 2- systeem aanleren en indien mogelijk uitbouwen • op buitenspel kunnen spelen • het moment van 1x- raken herkennen • het moment van het geven van de wisselpass herkennen • het positiespel 3 : 1, 4 : 2 en 5 : 2 en de ‘basisvorm’ 4 : 4 beheersen • zich kunnen handhaven in grotere positie- en/ of partijspelen of in positie- partijspelen met over- en/ of ondertalsituaties • ook in de partijspelen het vrijlopen, aanbieden, ‘vrije man zien’ beheersen spelbedoelingen, taken per linie en taken per positie kennen • een medespeler kunnen coachen • ‘op resultaat’ kunnen spelen


Pagina 41

Mentaal • coaching • discipline • een winnaarsmentaliteit hebben • zich in dienst van het team willen stellen • verantwoordelijkheid voor het teambelang willen dragen • ‘op resultaat’ willen spelen • zijn/ haar specifieke kwaliteiten benutten om het wedstrijdresultaat te beïnvloeden

2.7 A- Junioren (16-18 jaar) Leeftijdsspecifieke kenmerken Zowel lichamelijk als geestelijk zijn deze jongeren op weg naar meer evenwicht. Een fysieke groei in de breedte en een meer zakelijke benadering van de gebeurtenissen zijn kenmerkend. In deze leeftijdsfase wordt meestal een keuze gemaakt voor prestatie- of recreatiesport.

Het voetballen van de A- Junioren De A- junior is beter bestand tegen de moeilijkheden die het spelen in de kleine ruimte met zich meebrengt. Zonder te beweren dat een A- junior volleerd is, kan worden gesteld dat het een kwestie is van rijpen. Het onrustige dat wat kenmerkend is voor de B- junior maakt plaats voor een beheerster optreden. Er wordt ook door de spelers onderling gelet op het spel van elkaar. Er ontstaat een zekere zelfcontrole binnen de groep.

Consequenties voor de training De fase van volwassenheid breekt aan.


Pagina 42

Een meer bewuste en evenwichtige houding is kenmerkend voor deze categorie. De speler streeft zichtbaar naar verbetering van zijn prestaties. Geldingsdrang en zucht naar erkenning zijn opvallend. Er kan veel aandacht besteed worden aan tactiek van het elftal, alsmede aan de taak van de spelers afzonderlijk. Hier is de relatie met de wedstrijd het meest voor de hand liggend.

Voetbalweerstanden Alle bij de vorige leeftijdsgroepen behandelde probleembieden zijn door de A- junioren doorlopen. Als het goed is weten ze daarmee om te gaan en voor passende oplossingen te zorgen. Nu is het tijd voor verdere rijping en het uitgroeien tot een complete voetbalspeler.

2.8 Einddoelstellingen bij de overgang van A- junioren naar de senioren Technisch • de algemene basistechnieken optimaal beheersen; zowel in beweging als onder druk van een tegenstander ° deze basistechnieken zijn: twee- benigheid, passen/ trappen, balaanname op alle manieren, dribbelen/ drijven, schijnbeweging, koppen, ook vanuit beweging en sprong ° het 1x- raken beheersen ° een wisselpass kunnen geven • technisch in staat zijn de stap naar de senioren te maken

Tactisch spelbedoelingen en basistaken per linie 1 : 4 : 3 : 3- systeem beheersen spelbedoelingen en basistaken per linie van het 1 : 4 : 4 : 2- systeem uitbouwen en uiteindelijk beheersen


Pagina 43

• op buitenspel kunnen spelen • het moment van 1x- raken herkennen • het moment van het geven van de wisselpass herkennen • het positiespel 3 : 1, 4 : 2 en 5 : 2 en de ‘basisvorm’ 4 : 4 beheersen • zich kunnen handhaven in grotere positie- en/ of partijspelen of in positie- partijspelen met over- en/ of ondertalsituaties • ook in de partijspelen het vrijlopen, aanbieden, ‘vrije man zien’ beheersen spelbedoelingen, taken per linie en taken per positie kennen • een medespeler kunnen coachen • gebruik maken van de tekortkomingen van de tegenstander en van de kwaliteiten van het eigen team • ‘op resultaat’ kunnen spelen • tactisch in staat zijn de stap naar senioren te maken

Mentaal • coaching • discipline • een winnaarsmentaliteit hebben • zich in dienst van het team willen stellen • verantwoordelijkheid voor het teambelang willen dragen • zijn/ haar specifieke kwaliteiten benutten om het wedstrijdresultaat te beïnvloeden • ‘op resultaat’ willen spelen • mentaal in staat zijn de stap naar de senioren te maken


Pagina 44

Voetbaltechnisch Beleidsplan WZC Wapenveld

Recommend Documents