Voeding: middel tot expressie Een gesprek met Marijke de Waal Malefijt door Désirée L. Röver
© 2006
In oktober 2005 ontving diëtiste Marijke de Waal Malefijt de MBOG-trofee voor haar verdiensten op het gebied van de orthomoleculaire geneeskunde. Haar visie op voeding en gezondheid steunt echter op veel meer dan alleen deze biochemische insteek. Met haar nieuwsgierigheid gewekt in de dagelijkse praktijk, bestudeerde zij een grote verscheidenheid aan benaderingen van gezondheid. Gericht op verbinding tussen vakgenoten en bundeling van kennis, biedt zij op haar website www.natuurdietisten.nl zowel levensbevorderende informatie, alsook correctie en/of aanvulling op de informatie van de officiële voedingsinstanties. ’Wat het Voedingscentrum niet weet, en u ook niet wil vertellen!’
Vorming Ons gesprek begint in een feest der herkenning: allebei hebben we een vader die ’in de olie zat’, allebei zijn we tropenkinderen. We delen een achtergrond in Nederlands Indië, en Marijke de Waal beleefde daarnaast ook een onderdompeling in de culturen van respectievelijk Saoedi-Arabië, India, en Suriname. En iedere nieuwe omgeving bleek onveranderlijk de eigen normen en gewoonten beter te achten dan alles wat zij in alle voorgaande gastlanden aan ervaringen en opvoeding had verzameld. Dat leerde haar al vroeg om iedereen in zijn waarde te laten, onderwijl van het gebodene kennis te nemen, en van daaruit steeds haar eigen plan te vormen en te volgen. Eenmaal in Nederland kwam ze na de middelbare school terecht op de Academie voor Diëtiek, een plek waar zij opnieuw buiten de geaccepteerde kaders bleek te vallen: zo werd haar gebruik van extra vitamine C, in de tropen zo vanzelfsprekend, in deze voedingsopleiding zeer krachtdadig van de hand gewezen(!). Na vier jaar van gehoorzamen aan de verplichte figuren, vond zij na haar afstuderen als
een van de weinigen meteen een baan in haar nieuwe vak, en werd zij hoofd van het bureau voedingszaken van een psychiatrische instelling in Santpoort. Na twee jaar verruilde zij de logge en meedogenloze hiërarchie en regelgeving van dit instituut voor een natuurvoedingswinkel in het centrum van Haarlem. En alweer stond men klaar met vooroordelen. Inmiddels vol in het spoor van de orthomoleculaire benadering, bood zij op haar winkelschappen, naast onder meer homeopathische producten, ook een ruim assortiment vitamines en mineralen aan. Deze nieuwigheid was een doorn in het oog van de natuurgeneeskundig georiënteerden, terwijl de diversiteit in bijvoorbeeld haar tamari-aanbod weer tegenstand opriep bij de macrobiotische klanten… Open en leergierig Ook al had ze dan niet als laborante cellen willen gaan tellen, haar oorspronkelijke belangstelling voor biologie, scheikunde en bloed is aldoor een rol blijven spelen. Om haar honger naar kennis te stillen, liet ze zich privé-les geven door een bevriende chemisch analiste, en schreef ze zich in als dokter de Waal bij seminars van bijvoorbeeld specialisten in bloedchemie. Daarnaast bleef ze ook doorgaan met het onderzoeken van de goede dingen uit de vele verschillende werelden waarmee haar klantenkring haar in aanraking bracht. ”Wat dat betreft was die winkel een goudmijn”, lacht ze, ”mijn klanten vertelden mij wat zij hadden ontdekt en op zichzelf toepasten, kankerpatiënten legden mij haarfijn uit hoe zij met hun voeding omgingen. Ik was als een spons, zoog het allemaal op”. Haar collega’s bleken minder geïnteresseerd om buiten de bekende kaders te stappen. Tijdens haar lezing voor de Kring van Diëtisten over antioxidanten, liep een deel van haar gehoor gewoon weg, terwijl maar een klein gedeelte van de rest af kwam op de open avond die ze speciaal voor hen in haar winkel had georganiseerd. Pas nu, naar aanleiding van de MBOG-trofee, hoort ze hoe vreemd men haar destijds vond, en hoe verbaasd men is dat ze zich nooit door deze negatieve reacties vanuit de eigen beroepsgroep heeft laten ontmoedigen. ”Nee, natuurlijk niet”, lacht ze, ”voor mij was het volstrekt helder waar ik mee bezig was!” En ook nu blijkt haar talent om te verbinden krachtig genoeg om de non-Becel-types in diezelfde beroepsgroep via haar eigen, onafhankelijke website bijeen te brengen. Verbinding en communicatie Na haar opleiding orthomoleculaire geneeskunde bij Gert Schuitemaker, gaf Marijke de Waal een tijdlang ook les bij hem. Ze genoot ervan hoe daar de voetreflexologe naast de medisch specialist zat, en nodigde beiden uit om in de pauze vooral ervaringen uit te wisselen. Dat de reflexologe voor het examen zou slagen en de specialist niet, bevatte voor Marijke geen raadsel. ”Toen ik mijn orthomoleculaire studie deed, probeerde ik in mijzelf alles los te laten wat ik in andere benaderingen had geleerd: in dat stadium kun je verschillende paradigma’s nu eenmaal niet met elkaar vermengen. En ook daarna, iedere keer als ik een nieuw pad insloeg, begon ik steeds met een blanco bladzijde, om de sfeer, taal, kleur en denktrant van de desbetreffende insteek zo zuiver mogelijk in me op te kunnen nemen”. Om telkens weer zo intensief en met een schoon vizier een nieuwe benadering in te stappen – waaronder Ayurveda, Chinese elementenleer, natuurgeneeskunde – getuigt van een grote mate van bewustzijn, discipline en doorzettingsvermogen. Toen zij haar kennis daarvoor breed genoeg achtte, verruilde zij na 4 jaar haar winkel voor een diëtistenpraktijk in Zandvoort. Beginnend met nul, waren er daarin twintig jaar later maar liefst veertig huisartsen die maar al te graag met haar samenwerkten. Ze verduidelijkt: ”Ik wil de gesplitsheid eruit halen, het gaat om de onderlinge communicatie. Wanneer een antroposoof schimpt op mijn orthomoleculair voorschrijven van magnesiumcitraat, wijs ik hem erop dat hij met
verwreven amethist in feite hetzelfde doet: magnesium geven. Er is daarin voor mij geen verschil, behalve in de ’taal’. De antroposoof noemt iets vormkracht, de orthomoleculair heeft het over hypoglykemie, en bij de Ayurveed heet het dat de pitta-kracht is die verdwijnt – en in wezen gaat het steeds over hetzelfde”. Ze vervolgt: ”Het was mij duidelijk dat ik in ieder van die benaderingen telkens een eenzijdig verhaal te horen kreeg. Ik hoor alleen niet bij de groep die, als was die waarheid een goeroe, daar achteraan loopt”. Eigen verantwoordelijkheid Vanuit haar eigen openheid daarin kan ze zich soms verbazen over anderen: ”Zo vindt een huisarts een ijzerbepaling in het bloed doodgewoon en wetenschappelijk verantwoord, maar een zinkbepaling is ineens onzin”. Ze vervolgt: ”Ik werkte een poosje op een arbo-afdeling. Door de bloeduitslagen op mijn manier af te lezen – vooral in hun onderlinge relatie – kon ik voorspellen welke werknemers in de wacht stonden richting hartinfarct. Met voedingssupplementen en voedingsinterventies zoals suikervrij, geen koffie, cake, drank, etc., keerden hun waarden terug naar een gezonde balans. Maar waren ze met vakantie geweest, of voor hun werk een paar weken van huis, dan kon ik weer van voren af aan beginnen”. Gedecideerd zegt ze: ”Gezondheid begint met het zelf nemen van de verantwoordelijkheid daarvoor. Zo benader ik de patiënten in mijn praktijk ook. Om te beginnen moeten ze een lange lijst van vragen invullen en hun medisch dossier aanleggen. Het goed nadenken hierover en het nazoeken, levert vaak al verrassende conclusies op. Nog voordat we echt samen aan de slag gaan, hebben ze inzicht gekregen in hun verkeerde patronen”. Ze voegt daaraan toe: ”Eigenlijk werk ik nu alleen nog maar met mensen die met zichzelf werkelijk de diepte in willen gaan”. De ruimte die zij daarvoor geeft, hangt samen met haar uitgangspunt dat zij slechts begeleider is van het proces. Wanneer een patiënt iets heeft gehoord of gelezen en wil uitproberen, accepteert zij dat zonder oordeel, en als interessant experiment. Ze ondersteunt, en is wezenlijk benieuwd naar de uitkomst. Mocht de proefrit voor de betrokken patiënt niet het gehoopte resultaat opleveren, geeft zij steeds een optimistische impuls door erop te wijzen dat het experiment de weg naar de oplossing wèl weer iets duidelijker heeft gemaakt! Ook kan ze zich uitstekend inleven in de ontmoediging van een patiënt wanneer de zoektocht naar zijn specifieke oplossing erg lang duurt. En ook dan geeft ze steeds de zonnige zijde: ’nu weet je alwéér meer!’. Nuances Uit ons gesprek komen enkele belangrijke dingen bovendrijven. Naar haar patiënten stelt ze zich op als begeleider, niet als betweter. Ze gaat daarbij uit van de werkelijkheid, niet van aangeleerde theorieën en lijsten. Ze neemt heel goed waar, beziet iedereen als apart individu, en onderscheidt nuances. Zo ontdekte ze dat vitamine C, volgens de orthomoleculaire benadering een essentieel macronutriënt is dat iedereen in zeer ruime mate tot zich moet nemen, bij sommige mensen onrust en slapeloosheid oplevert. Door goed te kijken, leerde ze het type mens te onderscheiden bij wie dit gebeurt, en vond ze voor dit fysieke fenomeen later, en vanuit een geheel andere discipline, de energetische verklaring. Ze legt uit: ”Ik weet niet precies wat het technische mechanisme is, maar
het is wel een ervaringsfeit, ook bij Ayurvedische artsen”. Ze vervolgt: ”Ik zie het zelf als ’overprikkeling’. Wanneer je overwegend Vata (Ayurveda, lucht/ether type, red.) bent, dan is je zenuwstelsel zeer gevoelig. Deze mensen zijn sowieso hoog sensitief. Ze kunnen deze (yang) prikkel niet meer ’verteren’. Reacties die ik vaak zie bij hoge dosis orthomoleculaire middelen: migraine/hoofdpijn, buikklachten, maagpijn, misselijk, vage pijnscheuten die ze afwisselend en verspringend op diverse plekken op het lichaam waarnemen. Kortom, volgens de Ayurveda zijn dit klachten vanwege een overmaat aan Vata. Stopzetting van de suppletie doet de klachten verdwijnen. Meditatie, rust, en regelmaat geven verbetering; dat beschrijf ik ook in mijn boek ’t Went zo’n element. Dezelfde nuance hanteert ze bij de beoordeling van modische of profijtelijke ’oplossingen’: ”Het slikken van dure probiotica is een heilloze weg wanneer je daarbij de prebiotica vergeet – de voeding voor de darmbacteriën. Het enige dat je krijgt, is dure ontlasting!”. Voeding: middel tot expressie Voeding vormt met sfeer een belangrijke twee-eenheid. In sommige culturen staat eten voor gezelligheid, verbinding. Marijke: ”Op de Antillen kwam ik ergens binnen en dan werd er meteen gevraagd ’Wat zal ik eens lekker voor je koken, meisje?’ En na afloop kreeg ik een resterend hapje in een gezellig servetje mee naar huis – tastbare echo van het plezierig samenzijn”. Maar het gaat verder, niet alleen lichamelijk, maar ook geestelijk en mentaal. Je bent wat je eet. En je doet wat je eet. Dat hebben de onderzoeken van Stephen Schoenthaler meermalen duidelijk aangetoond, met studies in gevangenissen en op scholen naar het effect van suppletie van vitamines, of van veranderingen in het voedingspatroon. Marijke: ”Voeding biedt je mogelijkheden tot expressie. Een gehaktbal helpt je om een straat mooi te klinkeren. Laat je die gehaktbal staan, dan zit je in een hogere frequentie achter je computer misschien ineens een mooi gedicht te schrijven…”. Voeding is een keuze, geen dictaat. Voor Marijke is de manier om met voeding om te gaan dan ook niet die van de lijstjes en het rekenwerk vanuit haar opleiding. Liever motiveert zij mensen om eten niet te zien als straf of als ’moeten’, maar als een manier om in hun leven tot de hoogste expressie van zichzelf te komen. ”In de topsport waarin ik heb gezeten – volleybal – heb ik gezien dat je met voeding in je prestaties grenzen kunt verleggen. Dus wanneer je merkt dat een bepaalde voedingstof je psychisch in de kreukels brengt, laat je die stof los, en ga je kijken naar waar je je beter bij voelt. Als je een mank been hebt, moet je met die beperking ook rekening houden. En zo is voeding voor mij altijd een gesprekspunt in de breedste zin van het woord. Ik zal dus nooit het woord ’dieet’ noemen”. Ze vervolgt: ”Ik heb een hekel aan hèt reumadieet, hèt kankerdieet. Zowel regulier als complementair wil ik dat mensen van die gedachte loskomen. Ik zeg tegen mijn cliënten ’het gaat niet om wat er allemaal niet mag’. Van mij mogen ze alles: het gaat om de ervaring”. Ze vervolgt: ”En als er problemen zijn, ga ik samen met hen als een soort Sherlock Holmes op onderzoek uit. En dan zeg ik ’Probeer eens dat te eten, en kijk eens hoe dat gaat’. En gaat het niet, dan ga je daarin net zo lang verfijnen tot je kunt zeggen ’dit is een sport om te doen – en ondertussen zit ik helder achter mijn computer, of wat het ook is dat ik moet doen’”. En verder heeft voeding natuurlijk ook een invloed op DNA-niveau. En wie weet dat beter dan Jeffrey Bland, de Amerikaanse biochemicus die voedingstoffen ’informatie voor de genen’ noemt. Jaarlijks treffen Marijke en ik elkaar op zijn Brusselse seminar. Ademloos hangen we dan aan zijn lippen. De man verveelt nooit, is altijd glashelder en heeft ieder jaar weer een verdere verdieping of interessante wending te delen.
De website Marijke: ”Ik wilde een website maken waar mensen op een heel andere manier naar voeding kunnen kijken, zowel vanuit de wetenschap als vanuit de ervaringen. Want vanuit welke discipline ook bezien, het zijn steeds ervaringen. Ik wil de gesplitsheid eruit halen en van mijn website een plek van verbinding van maken, waar je bijvoorbeeld de chakravoeding naast het biochemische plaatje kunt leggen. En waar het orthomoleculaire, of het antroposofische beeld zich kan verbinden met Ayurveda en PNI (het psycho-neuro-immuno-netwerk). Het is in wezen allemaal hetzelfde, maar de mensen hebben er een splitsing van gemaakt. Op deze aarde, de planeet van de dualiteit, willen mensen altijd alles splitsen, zwart/ wit, goed/slecht, etc. Mijn uitgangspunt is: ’Wat bindt ons? De natuur!’”. Ze vervolgt:”Ik ben dus maar gewoon met die website begonnen, en gaandeweg kwamen er steeds meer mensen die het leuk vonden er ook in mee te doen. En dat zijn er steeds meer. Zo zijn er uitwisselingen, bijvoorbeeld over het bloedgroependieet. En iedereen kan vrijuit praten en ervaringen met elkaar delen. Als mens zijn we immers allemaal projecten in wording. En je mag zelf weten hoe je dat in wording wilt laten treden!”. Enerzijds is de website een plaats waar diëtistes met behoud van eigen kleur hun informatie kunnen delen. Anderzijds is dit een plaats waar mensen over al de verschillende benaderingen iets aan de weet kunnen komen, op diverse niveaus, en ook over kunnen uitwisselen. En dat gebeurt inmiddels ook. Ze lacht: ”De vragen zijn soms komisch. Zo schreef een onderwijzeres mij dat zij op haar school biologische voeding wilde introduceren. De tegenstanders daarvan gebruikten het argument dat er ’in biologische voeding geen bestrijdingsmiddelen zitten, waardoor het voedsel bederft, en de kinderen ziek worden’… Haar vraag was: ’Help, kunt u mij munitie geven dit recht te zetten?’ Tot slot Marijke: ”Wat op mijn website staat, zijn dingen die nooit terechtkomen op de site van het Voedingscentrum”. Ze vervolgt: ”Vernieuwende gedachten maken met elkaar, kun je alleen maar doen door vernieuwend bezig te zijn”. Ze benadrukt: ”Ik heb niet de wijsheid in pacht, en een mens is ook nooit oorspronkelijk, maar om mijn visie over het delen van kennis over voeding in de breedst zin neer te zetten, ben ik maar gewoon begonnen! En ik hoop dat er velen zijn die zullen aanhaken, en elkaar inspireren. En voor mensen die vragen ’Welke richting gaat die site nou op?’ antwoord ik: ’Ik hoop een brede!’”. Literatuur • http://www.natuurdietisten.nl/ • ’t Went zo’n element – Tessa Gottschal, Marijke de Waal, ISBN 90.5179.245.x; • Migraine en hoofdpijn – Tessa Gottschal, Marijke de Waal, ISBN 90.202.0662.1; • Wat heb je op je lever? – Marijke de Waal Malefijt, ISBN 90.202.4302.2; • Suikers, schimmels en Allergie – Marijke de Waal Malefijt, Anna Kruyswijk-van der Heijden, Ankertjesserie 160, ISBN 90.202.0737.7; • Ik heb er mijn buik van vol – Marijke de Waal Malefijt, ISBN 90.202.4318.7; • Op een laag pitje – Marijke de Waal Malefijt, Lisette Dierick, Margo Jansen-Pasman, ISBN 90.202.0645.1.
RE: Antw: RE: Interview A&A Datum: 17-5-2006 8:30:56 West-Europa (standaardtijd)
From:
[email protected] (Marijke de Waal) To:
[email protected]
Hoi Desiree, Ik heb de exemplaren arts&apotheker binnen. Ik sta er weer gekleurd op! Het ziet er fantastisch uit!! Ik ben zeer tevreden hoe je het interview uitgewerkt hebt. Ik ben nog nooit zo goed geïnterviewd.(in de afgelopen 30 jaar). Ik ben je zeer dankbaar. Lieve groet.