VLUGSCHRIFT VLUCHTELINGEN JRG. 10 NR. 7 augustus 2012 Geesje Werkman, Kerk in Actie, Postbus 456, 3500 AL Utrecht Tel. (030) 880 17 56 Fax (030) 880 17 67 E-mail:
[email protected]
Beste mensen, We hopen dat jullie een goede zomertijd hebben gehad, inmiddels is ook de verkiezingstijd aangebroken. Op 3 november 2012 is de beraadsdag van de projectgroep vluchtelingen van de Raad van Kerken in Nederland. Nadere informatie volgt nog, maar zet de datum alvast in uw agenda! De projectgroep Vluchtelingen van de Raad van Kerken start een campagne ‘Het gaat om mensen’ om duidelijk te maken dat het om concrete mensen gaat in de vragen rond vluchtelingen in Nederland. Met het motto ‘Hoe gevoelig ben je?’, op posters en in verhalen, doet men een appel op de kerkelijke achterban om zich te verdiepen in de persoonlijke consequenties van mensen die moeten vluchten. Lees verder meer op: http://www.raadvankerken.nl/pagina/1474/vluchtelingen Vreemdelingenbewaring: 2 rapporten, zie: a) http://www.nationaleombudsman-nieuws.nl/nieuws/2012/ombudsman-snelalternatieven-nodig-voor b) http://www.cpt.coe.int/documents/nld/2012-08-09-eng.htm Diaconale kieshulp 2012 Kerk in Actie online Kerk in Actie, het diaconale en zendingswerk van de Protestantse Kerk in Nederland, heeft met het oog op de komende verkiezingen een Diaconale kieshulp samengesteld. De programma’s van een groot aantal politieke partijen zijn hierin naast elkaar gelegd en worden vergeleken vanuit diaconaal standpunt. Het gaat hierbij niet om een kieswijzer, zoals de Stemwijzer of het Kieskompas, maar om een overzicht van onderwerpen waarbij het Diaconaat van de kerken zich nauw betrokken voelt. Uit deze vergelijking van standpunten kan de lezer zelf conclusies trekken. Welke ideeën hebben de politieke partijen om de toenemende armoede in te dammen? Hoe willen ze toegang tot goede zorg waarborgen en heeft men aandacht voor verlichting van taken van mantelzorgers? Willen politieke partijen het asielbeleid aanscherpen of de rechten van asielzoekerskinderen versterken? Wordt er klare wijn geschonken over investeren in een duurzame samenleving en worden forse maatregelen daarbij voorgesteld? Heeft de mondiale verantwoordelijkheid ook een centrale plek in het programma en welke visie heeft men op ontwikkelingssamenwerking? Bij de samenstelling van de kieshulp is uitgegaan van de algemene waarden die centraal staan in het werk van Kerk in Actie, zoals respect voor medemensen, recht op een menswaardig bestaan, gerechtigheid en behoud van de Schepping. Rondom vijf diaconale thema’s zijn actuele vraagstukken én de visie en ambities van Kerk in Actie benoemd. Deze vormden de leidraad voor de Diaconale kieshulp die stichting Oikos in opdracht van Kerk in Actie heeft samengesteld. Na de verkiezingen zal Kerk in Actie de totstandkoming en uitvoering van een nieuw overheidsbeleid alert blijven volgen, met de vraag of dit beleid een duurzame en solidaire samenleving versterkt. Een aantal plannen van de politieke partijen onderschrijft Kerk in Actie van harte. Tegelijkertijd laat het algemene beeld ook zien dat er in de politiek een eenzijdige gerichtheid is op de verantwoordelijkheid van het individu en er weinig aandacht is voor achterliggende oorzaken van problemen, hoe deze aan te pakken en tegenstellingen te overbruggen.
Wat opvalt is dat het bestaan van armoede en voedselbanken in onze rijke westerse samenleving niet meer benoemd worden als onrecht. Ook is er weinig oog voor het bestrijden van uitwassen waarbij winst wordt gemaakt ten koste van mensen in een kwetsbare positie. De kieshulp is te vinden op de website van Kerk in Actie, www.kerkinactie.nl/verkiezingswijzer2012 Agenda Foto's 'Transit', Den Haag Humanity House, 3 juli – 21 oktober 'Transit' laat aan de hand van foto's en video's het dagelijks leven zien van vluchtelingen uit tien landen, waaronder Afghanistan, Bangladesh, Democratische Republiek Congo, Colombia, Syrië en Jemen. Transit vertelt het verhaal dat symbool staat voor de miljoenen vluchtelingen en ontheemden wereldwijd, hun uitdagingen en dromen. Mensen die zijn gevlucht voor oorlog, politieke vervolging, onderdrukking en conflicten. Na een reis vol angst en verschrikkingen belanden zij in vluchtelingenkampen, sloppenwijken of vinden opvang bij familie of vrienden. Locatie: Humanity House, Prinsegracht 8, Den Haag. Website: www.humanityhouse.org Vrouwen eetcafé 25 augustus en 29 september 18.00 uur Amsterdam Elke laatste zaterdag van de maand vindt het vrouwen eetcafé plaats. Rond 19.00 uur is er (vegetarisch) eten en vanaf 20.00 uur volgt het informatieve deel. Locatie: 'de Peper', restaurant van de oude filmacademie, Overtoom 301, A’dam. Contact via Steungroep Vrouwen Zonder Verblijfsvergunning: www.svzv.nl Discussie Immi-gratis 29 augustus, 20.30 uur in de Balie Amsterdam Migratie is een gegeven van alle tijden, maar de discussie over de maatschappelijke kosten en baten van migratie is weinig gevoerd. Aan de hand van twee recente boeken wil De Balie deze discussie zo zakelijk mogelijk voeren. Met: Joost Niemöller, commentator voor NTR- en NCRV-radio en blogger bij De Dagelijkse Standaard, Leo Lucassen, hoogleraar sociale geschiedenis aan de Universiteit Leiden en schrijver van het boek Winnaar en verliezers. Een nuchtere balans van vijfhonderd jaar immigratie, Paul Scheffer, publicist, hoogleraar, Hans Roodenburg, voormalig hoofdonderzoeker van het CPB, Han Entzinger, hoogleraar integratie- en migratiestudies aan de Universiteit van Rotterdam en professor Jaap Dronkers, Universiteit Maastricht. Informatie: www.debalie.nl Debat over het vreemdelingenbeleid, 30 aug 20.00 uur, Rotterdam Het debat zal worden ingeleid door de voorzitter van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken en de projectleider bij de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) geeft haar visie op de effectiviteit van het huidige terugkeerbeleid. De woordvoerders Asiel en Vreemdelingenbeleid in de Tweede Kamer reageren op en debatteren over deze twee inhoudelijke bijdragen met hen en met de zaal. PvdA, SP, GroenLinks, CDA, de VVD en ChristenUnie hebben toegezegd aanwezig te zullen zijn. Het debat staat onder leiding van Willem Pekelder, journalist en televisiecriticus van Trouw. Inzet: een menswaardig bestaan voor elke vreemdeling, ongeacht zijn of haar verblijfsstatus. Plaats: Het Steiger, Hang 18, Rotterdam, informatie: www.pauluskerkrotterdam.nl Humanity House: museumnacht 1 september, Den Haag Het Humanity House doet mee aan de Haagse museumnacht op 1 september. Tijdens een nachtelijke reis door het prachtige pand aan de Prinsegracht kruipen museumgangers in de huid van een vluchteling. Op het prachtig gelegen terras van het Museum Café kunnen bezoekers de hele nacht aanschuiven bij een theatrale openluchtvoorstelling: As I left my Father’s House. Hierin vertellen vluchtelingen met verschillende culturele en religieuze achtergronden in korte
opvoeringen over hun wereld. Een wereld van mensen die leven met de gevolgen van vijandigheid, geweld, oorlog en extremisme. Asielbeleid, 5 jaar na pardon Op 7 september kijken we terug op vijf jaar asielbeleid sinds het pardon, en kijken we vooruit om te zien wat er moet gebeuren om te zorgen dat problemen zich niet blijven herhalen. We doen dit niet voor niets in de week voor de verkiezingen. Iedereen is welkom in de bibliotheek, Stationsstraat 2, Wageningen, op vrijdag 7 september vanaf 20.00 uur. Films bij het Jeannette Noëlhuis in Amsterdam, 7 september en 5 oktober, 20.00 uur Bij het Jeannette Noëlhuis in Amsterdam-Zuidoost wordt op deze data een film over migratie vertoond, met nagesprek. Het is mogelijk om 18.00 uur aan te schuiven voor het eten met de bewoners, na voorafgaande aanmelding. • 7 september: Le Havre, optimistische film over een Afrikaans jongetje dat in een Frans stadje strandt • 5 oktober: Terraferma, Italiaans drama over de inhumane omgang met bootvluchtelingen Contact: Dantestraat 202 Amsterdam, tel (020) 699 89 96,
[email protected] Fachtagung Dublin II und Kirchenasyl, 26-28 oktober 2012, Berlin Die Ökumenische Bundesarbeitsgemeinschaft Asyl in der Kirche e.V. plant eine Fachtagung unter dem Titel: Dublin II -die europäische Asylsackgasse; Kirchenasyl – ein symbolischer Einspruch? Wo: Berlin-Heilig Kreuz Kirche Info: www.kirchenasyl.de Herdenking overledenen aan de buitengrenzen van Europa, 2 november Amsterdam Op de feestdag van Allerzielen staan we stil bij de dood van de ontelbare onbekenden aan de Europese buitengrenzen, en bij ons eigen stelselmatig wegkijken van alle ellende die de strengere grensbewaking veroorzaakt. We doen dat tussen 17.30 – 18.30 uur aan de Amstel, voor de Hermitage. Jacobine Geel zal een overweging houden. Meer informatie op: www.schipholwakes.nl Wakes Wake Detentiecentrum Zeist, 2 september 16.30 uur Elke eerste zondag van de maand wordt gewaakt bij het Detentie Centrum Zeist, ook op zondag 1 juli, de 80ste wake! Het thema is: Vreemd Bestuur. Plaats: Detentiecentrum Kamp van Zeist, Richelleweg 13, Soesterberg Per auto: Afslag Soesterberg, richting Militair Luchtvaartmuseum OV: bus 56, halte Kampweg Soesterberg, 10 minuten lopen via Kampweg Raden van kerken Zeist en Soest/Soesterberg, informatie: 06 29025008 / 06-38795678 Wake bij het detentiecentrum Rotterdam, 2 september, 19.00-20.00 uur Op elke 1e zondag van de maand is er van 19-20 uur een wake voor het hek van Detentiecentrum Rotterdam aan de Portelabaan 7 (RET-bus 33). Informatie via Connie vd Broek: 06-25383472 of 010 – 4116085 Wake Detentiecentrum Schiphol-Oost. 9 september, 14.00 uur, Amsterdam In deze gevangenis pal naast de startbaan zitten veel mensen die niet in Nederland mogen (ver)blijven omdat ze niet over de juiste papieren beschikken. Met deze wakes willen we een teken van solidariteit aan de grensgevangenen geven. Ook willen we duidelijk maken dat wij grote vragen hebben bij het opsluiten van mensen die niets misdaan hebben. Adres: cellencomplex Schiphol-Oost: Ten Pol 64, 1438 AJ Oude Meer. Omdat dit Cellencomplex per openbaar vervoer moeilijk bereikbaar is, rijden we met auto’s naar het
cellencomplex. Vertrek om 13.30 uur vanaf NS Station Amsterdam-Zuid (naast restaurant Wagamama, Zuidplein 12). Voor meer informatie, kijk op www.schipholwakes.nl of bel 06 3029 5461 en 06 5162 6529 of schrijf naar de Amsterdamse Catholic Worker, Postbus 12622, 1100 AP Amsterdam. Wake detentieboten Zaandam, 16 september 14.00 uur In de detentieboten aan de Rijshoutweg 14 te Zaandam worden honderden vreemdelingen onder slechte omstandigheden opgesloten. Dit is in strijd met een Europese Richtlijn en een schending van de mensenrechten, aldus een rapport van Amnesty International. Elke derde zondag van de maand wordt om 14.00 uur een wake gehouden, afwisselend verzorgd door maatschappelijke en religieuze organisaties uit de Zaanstreek, zoals Amnesty International, vluchtelingenwerk en diverse kerken. Vooraankondiging Telefilm Op donderdag 26 juli 2012 zijn de opnames gestart van Cel 8, een Telefilm van producent KeyFilm en coproducent NCRV. De film toont de waargebeurde en dramatische nacht, waarin medewerkers van de Nederlandse Marechaussee, de politie, de IND (Immigratie- en Naturalisatiedienst) en de DV&O (Dienst Vervoer en Ondersteuning) een veldslag voeren met 5 uitgeprocedeerde en uit te zetten asielzoekers. Telefilms zijn speelfilms voor televisie, die inspelen op maatschappelijke thema's. De coproducties van onafhankelijke producenten en de publieke omroep krijgen financiële steun van het ministerie van OCW en het CoBO, de uitvoerder van het project. De NCRV, de coproducerende omroep, zendt de Telefilm in het voorjaar van 2013 uit op Nederland 2. Vraag van een filmmaakster: “Ik ben filmmaakster en bezig met een filmproject dat jullie misschien interessant vinden. Het is een project waarmee wij aandacht vragen voor de situatie van ongedocumenteerde mensen in Nederland. Zoals jullie waarschijnlijk weten, kent Nederland een hard en streng vreemdelingenbeleid. Ondanks het feit dat de minister al jarenlang op alternatieven wordt gewezen, verandert er niet veel aan de situatie van ongedocumenteerde mensen. Daarom benaderen wij organisaties en personen die zich betrokken voelen bij dit thema om mee te werken aan de volgende actie: wij willen zoveel mogelijk mensen mobiliseren die hun paspoortnummer op een witte blinddoek schrijven. Deze blinddoek 3 september, om 19:00 uur, op het plein voor Amsterdam CS voor te binden en vervolgens met tientallen mensen (nu al meer dan 100!) geblinddoekt naar de Dam te lopen (meer informatie over dit project staat hieronder). Hoe meer mensen hoe meer aandacht. Daarom vragen wij jullie mee te lopen en misschien mee te helpen met het mobiliseren van mensen. Een heel vriendelijke groet! Annerike Hekman, Onival Producties, 06 44 64 64 22, www.onivalproducties.nl” Ombudsman vindt vastzetten vreemdelingen inhumaan De vreemdelingenbewaring in Nederland is inhumaan. Dat vindt de Nationale ombudsman Alex Brenninkmeijer. Hij pleit in een dinsdag gepubliceerd rapport (pdf) voor volwaardige alternatieven voor de huidige vreemdelingenbewaring. ''Het is niet behoorlijk dat de overheid vreemdelingen die niet in Nederland mogen blijven, onderbrengt in een gevangenis met strafrechtelijke beperkingen. Mensen zonder veroordeling op deze manier opsluiten is niet humaan. De inperkingen op de mensenrechten zijn te groot", vindt Brenninkmeijer. In Nederland zouden zo'n 6.000 mensen in vreemdelingendetentie op hun uitzetting wachten. Dat gebeurt onder geestdodende omstandigheden, constateert Brenninkmeijer. ''Minstens 16 uur per dag met iemand anders opgesloten zitten in een ruimte van ongeveer 2 bij 5 meter. Twee uur per week bezoek mogen ontvangen. Niet kunnen werken. Niet zelf kunnen beslissen wanneer je naar buiten gaat. En bij dat alles niet weten hoe lang het gaat
duren, het kan oplopen tot 18 maanden. En bij herhaling achter slot en grendel vormt geen uitzondering.'' In het rapport staat dat mensen in hun vrijheid beperken om ze succesvol uit te zetten, in principe een legitiem doel is. ''De wijze waarop die vrijheidsbeperking vorm krijgt met het huidige regime van vreemdelingenbewaring tast die legitimiteit echter aan'', aldus Brenninkmeijer, die ziet dat op het vreemdelingenbeleid grote politieke druk staat. ''Die lijkt zich te vertalen in een kil ontmoedigingsbeleid.'' De ombudsman constateert wel dat detentiecentra de omstandigheden proberen te verbeteren, maar hij zegt zich tegelijkertijd zorgen te maken over het tempo waarmee dat gebeurt. Brenninkmeijer dringt er bij de verantwoordelijk ministers Ivo Opstelten en Gerd Leers op aan de omstandigheden in de vreemdelingendetentie te verbeteren. Hij denkt daarbij aan meer bewegingsvrijheid, zinvolle dagbesteding zoals opleiding of werk, toegang tot internet en telefoon en passende medische zorg. (bron: nu.nl) Kiezersgunst wint het van asielkritiek De detentie van vreemdelingen werd deze week fel bekritiseerd door de Nationale Ombudsman en de Raad van Europa. Eerder drongen organisaties als Amnesty International, VluchtelingenWerk en de Verenigde Naties bij minister Leers (asiel) aan op een minder streng regime, humaner beleid en meer aandacht voor de mensenrechten van uitgeprocedeerde asielzoekers en hun kinderen. Ombudsman Alex Brenninkmeijer presenteerde dinsdag zijn rapport over vreemdelingenbewaring. Het CPT (Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende Behandeling of Bestraffing) waarschuwde woensdag namens de Raad van Europa, dat het Nederlandse detentiebeleid discriminerend is, en bij het vastzetten van kinderen zelfs 'een grove schending van mensenrechten'. Amnesty wijst er sinds 2008 op dat vreemdelingen hier vaker en veel langer worden opgesloten dan humaan is en dat Nederland daarmee internationale mensenrechten schendt. Daarnaast is het regime in vreemdelingendetentie strenger dan in de gewone gevangenis. Leers legt in een reactie op alle kritiek de verantwoordelijkheid bij de uitgeprocedeerde asielzoeker. Detentie is de straf voor hij of zij die niet meewerkt bij uitzetting. Een zelfde reactie gaf minister Spies (binnenlandse zaken) begin juni in Genève, toen de Mensenrechtenraad van de VN commentaar leverde op het Nederlandse beleid. De minister wordt al jarenlang op alternatieven gewezen, bijvoorbeeld een periodieke meldplicht, borgsom of elektronisch toezicht. Hij startte pas onlangs vier kleine pilots, om die te testen. De evaluatie moet in 2013 plaatsvinden. Dat duurt te lang, vindt de ombudsman die de rigide vreemdelingendetentie als een politieke keuze ziet. In het huidige politieke klimaat willen ministers streng overkomen voor de kiezers. Uit angst ook voor aanzuigende werking, dus moeten eventuele nieuwkomers zoveel mogelijk worden afgeschrokken. Die overtuiging wint het al jaren van de steeds luider klinkende kritiek op de Nederlandse vreemdelingendetentie. (Trouw, Rob Pietersen − 10/08/2012) Lees volledig artikel: www.trouw.nl/tr/nl/4500/Politiek/article/detail/3298942/2012/08/10/Kiezersgunst-wint-het-vanasielkritiek.dhtml Vluchtelingen in getallen 2012 VluchtelingenWerk brengt jaarlijks rond Wereldvluchtelingendag (20 juni) de publicatie ‘Vluchtelingen in getallen’ uit. Daarin zijn cijfers te vinden over vluchtelingen en asielzoekers in Nederland, Europa en wereldwijd. Hier de hoofdpunten. In 2011 doen in Nederland 11.590 vreemdelingen een eerste asielverzoek. Een daling vergeleken bij de voorgaande jaren. De meeste asielzoekers zijn afkomstig uit Afghanistan (1.885), Irak (1.435) en Somalië (1.415). In 2009 is 40% en in 2010 ruim een kwart van de
asielaanvragen van Somaliërs. In 2011 is dat aandeel nog maar 12%. Op 43% van alle beslissingen op asielaanvragen wordt positief beslist. De bezetting van de centrale opvang is op het laagste punt aanbeland van deze eeuw: 16.114 bewoners. Niet eerder kwam de bezetting onder de 20.000. In 2002 was de bezetting nog ruim 80.000. In 2011 vragen 277.370 vreemdelingen asiel aan in de EU, ruim 30.000 meer dan de twee voorgaande jaren. Frankrijk, Duitsland, Italië en Zweden zijn gezamenlijk goed voor 60% van het totaal, Nederland ontvangt 4% van de aanvragen. De meeste aanvragen zijn van Afghanen, Serviërs en Russen. Het aantal personen dat wereldwijd op de vlucht is, is in 2011 gestegen met 800.000 tot 10,4 miljoen. Dat is de grootste toename sinds 2000. Aanhoudend geweld of recente opstanden in onder meer Ivoorkust, Libië, Somalië en Sudan zijn hier debet aan. De meeste vluchtelingen worden opgevangen in Pakistan, Iran en Syrië. De meeste vluchtelingen zijn afkomstig uit Afghanistan, Irak en Somalië. Hoorzitting Groenboek Gezinshereniging De Europese Commissie zal scherper gaan toezien op schendingen van de Europese Gezinsherenigingsrichtlijn en zo nodig inbreukprocedures tegen lidstaten starten. Ook zal de Commissie richtlijnen uitbrengen over de uitleg van specifieke bepalingen van de Gezinsherenigingsrichtlijn. Dit liet de Europese Commissie weten naar aanleiding van de hoorzitting over het Groenboek De Europese Commissie had het Groenboek Gezinshereniging uitgebracht als een discussiestuk met de hoofdvraag of de Gezinsherenigingrichtlijn aangepast zou moeten worden. Vooral Nederland toonde zich hiervan een voorstander. Binnen de Europese Unie bleek Nederland hier vrijwel alleen in te staan. Ook de Europese Commissie blijkt bij monde van Eurocommissaris Cecilia Malmström daar niet voor te zijn. De Commissie wil juist de huidige richtlijn beter gaan handhaven. Van te voren hadden zeventig Europese Ngo’s waaronder VluchtelingenWerk en CCME, waarvan kerk in Actie lid is een oproep gedaan aan de Commissie om bestaande belemmeringen zoals hoge leges voor gezinshereniging weg te nemen en inbreukprocedures te starten waar de praktijk van lidstaten in strijd is met de richtlijn. Een inbreukprocedure van de Commissie tegen een lidstaat kan uiteindelijk leiden tot een veroordeling van het Hof van Justitie van de EU zoals onlangs tegen Nederland is gebeurd vanwege de hoge leges voor de status langdurig ingezetene en gezinsleden waardoor Nederland nu haar legesstelsel moet aanpassen. Wie kent (de familie van) Kosar Mohamad Kosar Mohamad (23) is geboren en opgegroeid in Chula op de Bajuni eilanden. Zij spreekt geen Somalisch maar Bajuni (Swahili) en daardoor gelooft de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) niet dat zij uit Somalië komt. Kosar zoekt mensen die haar of haar familie kenden op Chula en die dit officieel willen verklaren. Kosar is geboren op 2 maart 1989. Ze heeft geen broers of zussen en haar ouders en grootouders zijn inmiddels overleden. De naam van haar vader was Mohamad Yusuf. Hij was visser van beroep, net als haar opa Masoud Saidi. Haar moeder heette Tahiya Suleiman, haar oma Maryam Saidi. Kosar Mohamad woonde op Msikiti Mkuu vlakbij de markt Shamsa. Mensen die Kosar Mohamad, haar ouders of grootouders kennen en bereid zijn dit te verklaren, kunnen contact opnemen met VluchtelingenWerk AZC Utrecht, via nummer (030) 294 92 03 ‘Beleid’ Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid: stages leerlingen zonder verblijfsrecht tijdelijk niet beboet Ik zal daarom hoger beroep instellen tegen het vonnis van de rechtbank Den Haag, zodat duidelijkheid kan worden verkregen over de verhouding tussen de verplichtingen op basis van het recht op onderwijs van artikel 2 Eerste Protocol EVRM en de beoordelingsvrijheid die
aan de Staat toekomt om voorwaarden aan dit recht te stellen die voortvloeien uit andere legitieme belangen. Gedurende het hoger beroep zal niet actief worden gehandhaafd door de Inspectie SZW. Dat wil zeggen dat de Inspectie SZW geen gerichte onderzoeken zal verrichten naar het stage lopen door jongeren die hier illegaal verblijven. Als de Inspectie SZW tijdens een reguliere controle een stagiair zonder verblijfsvergunning aantreft zal de Inspectie niet overgaan tot het opleggen van een boete. Indien de Staat in het gelijk wordt gesteld in hoger beroep, zal de handhaving binnen het geldende beleidskader worden hervat. (Kamerstuk 32144 nr. 16, 25.6.12) Aanscherpingen gezinsmigratie pas 1 oktober in werking De aanscherpingen gezinsmigratie die per 1 juli in werking zouden treden, worden door minister Leers uitgesteld tot 1 oktober. Dit maakte de minister bekend tijdens het Algemeen Overleg met de Tweede Kamer op 21 juni. De aanscherpingen betreffen in principe reguliere gezinsmigratie en gaan onder andere over het niet meer toelaten van ongehuwde partners, afschaffing van verruimde gezinshereniging (zoals het ouderenbeleid), verlenging van de periode waarna een echtgeno(o)t(e) voortgezet verblijf kan krijgen van drie naar vijf jaar en de introductie van een wachttermijn voor gezinshereniging. Doordat de minister de inwerkingtreding uitstelt tot 1 oktober, krijgt de nieuwe Tweede Kamer die na 12 september zal worden geïnstalleerd, de kans de inwerkingtreding van de maatregelen tegen te gaan. Een ruime minderheid in de huidige Tweede Kamer was tegen de voorgenomen aanscherpingen. Het was echter niet gelukt de voorgenomen aanscherpingen controversieel te laten verklaren. Uit ‘coulance’ heeft de demissionaire minister nu voor deze oplossing gekozen. Leges vergunning onbepaalde tijd verlaagd De minister verlaagt de leges voor de vergunning voor onbepaalde tijd regulier van 401 naar 130 euro. De verlaging gaat in, met terugwerkende kracht, per 26 april 2012. De verlaging is een gevolg van het arrest van het Hof van Justitie van 26 april. De minister doet nog onderzoek naar de gevolgen van de uitspraak voor andere leges. De uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 26 april heeft betrekking op de leges voor de vergunning van langdurig ingezeten ‘derdelanders’. Het Hof vond deze leges ‘overdreven en onevenredig hoog’. De leges voor deze vergunning gaan ook omlaag naar 130 euro. Juist omdat de betreffende Europese richtlijn niets regelt over leges mogen lidstaten niet zomaar hoge leges gaan vragen, zoals Nederland deed. Ook voor gezinshereniging geldt dat de Europese Richtlijn voor gezinshereniging niets regelt over leges, terwijl Nederland een bedrag van 1.250 euro hanteert. Naar verwachting moeten deze leges ook omlaag. In de brief van 4 juli aan de Tweede Kamer stelt de minister dat hij hiernaar nog onderzoek doet. Op de website van de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) staat sinds kort een klein bericht dat de leges voor de vergunning onbepaalde tijd en voor langdurig ingezeten derdelanders zijn verlaagd. Wie te veel heeft betaald en voor terugbetaling in aanmerking komt, krijgt van de IND een brief hierover. Ministerie van Immigratie en Asiel: asielaanvragen Irakese homo’s aangehouden Op 25 juni jl. heeft mijn ambtgenoot van Buitenlandse Zaken een thematisch ambtsbericht uitgebracht over de situatie van lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (LHBT’s) in Irak. Daarnaast heeft de minister van Buitenlandse Zaken mij per brief geïnformeerd over het asielbeleid in België, Denemarken, Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Zweden ten aanzien van deze groep. Ik ben voornemens op zo kort mogelijke termijn dit ambtsbericht op consequenties voor het toelatingsbeleid te bezien, en uw Kamer daarover te informeren. Totdat uw Kamer is geïnformeerd, wordt niet beslist op asielaanvragen van Iraakse LHBT’s en worden deze zaken aangehouden, behoudens op zaken waarin contra-indicaties bestaan of waarbij Nederland niet verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag. Verder zal ik geen onomkeerbare stappen zetten ten
aanzien van Iraakse LHBT’s die een asielverzoek hebben ingediend en waarvan de behandeling de verantwoordelijkheid van Nederland is, tot dat uw Kamer zich over mijn besluit heeft kunnen uitspreken. Zaken waarin openbare orde contra-indicaties worden tegengeworpen zijn van deze toezegging uitgezonderd. (kamerstuk 19637: 1552, 28.6.12) Bezoek Iraakse minister voor migratie De Iraakse minister voor migratie heeft de afgelopen maand een bezoek gebracht aan Nederland en gesproken met minister Leers voor Immigratie, Integratie en Asiel over de situatie van de zogenoemde ‘tentenkampers’. Dit zijn voornamelijk Irakezen die niet van plan zijn vrijwillig terug te keren naar Irak. Gedwongen terugkeer accepteert Irak niet. Begin mei sloeg een groot aantal Irakezen een tentenkamp op in Ter Apel uit protest tegen hun uitzichtloze situatie. Deze Irakezen kunnen niet gedwongen worden uitgezet omdat Irak niet meewerkt aan gedwongen uitzetting. En de situatie in Irak is volgens de Irakezen nog dusdanig onveilig, dat ze niet van plan zijn vrijwillig terug te keren (Zie ook Compact nr. 10&11). Minister Leers besloot daarop om zijn Iraakse ambtsgenoot Shafiq Duski uit te nodigen en de ex-tentenkampers voorlopig onderdak te verlenen. Op 19, 20 en 21 juni vonden de gesprekken tussen Leers en Duski plaats. Het belangrijkste punt was de groep Irakezen die onder het categoriale beschermingsbeleid een vergunning hebben gekregen en van wie de vergunning later is ingetrokken. Dit zijn ongeveer 1300 personen. Duski geeft aan dat de gedwongen terugkeer van deze groep een grote druk legt op zijn land omdat zij ongemotiveerd zijn en weinig perspectief hebben op het vinden van werk en huisvesting. Minister Leers geeft in zijn brief van 2 juli 2012 aan dat hij Irak tegemoet wil komen door het aanbieden van reïntegratiegelden (5, 5 miljoen euro) en het bieden van onderwijs en beurzen. Hier staat tegenover dat Irak dan wel gedwongen terugkeer moet accepteren. Duski heeft aangegeven dit voorstel in beraad te nemen en het te bespreken met het Iraakse parlement. De ex-tentenkampers hebben een ex art. 56 Vw maatregel opgelegd gekregen, waardoor ze recht hebben op opvang. Normaal gesproken wordt deze maatregel opgelegd aan uitgeprocedeerde asielzoekers die meewerken aan hun vertrek. Zij worden dan naar de VBL gestuurd, de vrijheidsbeperkende locatie, in afwachting van hun vertrek. Aangezien de groep Irakezen niet echt meewerkt aan het vertrek – dat is immers de kern van hun protest – is dit een uitzondering en daarom ook uitdrukkelijk alleen van toepassing op deze extentenkampers en niet op alle uitgeprocedeerde Irakezen. De minister heeft in de brief van 2 juli aangegeven dat de ex-tentenkampers onderdak krijgen – ook al hebben ze daar geen recht op – tot het moment dat de vertrekprocedure door de DT&V is afgerond. Ministerie van Immigratie en Asiel: afspraken over terugkeer Irakezen Samenvattend komt het erop neer dat ik met minister Duski het volgende heb afgesproken: 1. Nederland stelt 5,5 miljoen euro beschikbaar voor een oplossing van de problematiek met betrekking tot de binnenlands ontheemden en voor de terugkeer en re-integratie van de groep van circa 1.300 Irakezen die van 2003 tot 2009 een tijdelijke verblijfsvergunning ontving op basis van het categoriaal beschermingsbeleid (d-grond), maar die na intrekking van die vergunning nu moeten terugkeren naar Irak. 2. Dit bedrag krijgt in goed overleg met de Irakese overheid een bestemming die voldoet aan de vigerende regelgeving voor besteding van ontwikkelingsgelden. 3. Nederland biedt Irakese migranten uit de ‘oude’ groep die Nederland moeten verlaten, maar die een opleiding zijn gestart aan een hogere onderwijsinstelling in Nederland, de gelegenheid die opleiding af te maken, indien nodig met verstrekking van een beurs. 4. Nederland faciliteert Irakese burgers die zich aanmelden voor het volgen van een opleiding bij een hoger onderwijsinstelling in Nederland. Indien nodig eveneens met een beurs. 5. Het totaal aantal van de onder 3. en 4. genoemde studenten dat een beurs kan ontvangen bedraagt maximaal vijftig.
6. Irak werkt mee aan het ultimum remedium van alternatieven voor vrijwillige terugkeer wanneer Irakese vreemdelingen uit de ‘oude’ groep geen gebruik maken van de aangeboden ondersteuning. 7. De onder 6. genoemde medewerking is voorwaardelijk voor de punten genoemd onder 1. tot en met 5. Over uitgeprocedeerde asielzoekers uit Irak die ná november 2008 in Nederland zijn aangekomen, is afgesproken dat deze groep zo snel mogelijk, en bij voorkeur vrijwillig, zou moeten terugkeren. Ik heb voorts met minister Duski besproken dat zij gebruik kunnen blijven maken van de bestaande ondersteuningsregeling teneinde vrijwillige terugkeer naar Irak te stimuleren en dat gedwongen terugkeer van deze vreemdelingen mogelijk is als zij beschikken over een geldig paspoort. Voor personen zonder geldig paspoort zal in gezamenlijk overleg een oplossing worden gevonden. (Kamerstuk 19637 nr. 1553, 2.7.12) Alleenstaande minderjarige vreemdelingen sneller terug Minister Leers voor Immigratie, Integratie en Asiel heeft de Tweede Kamer op 22 juni een brief gestuurd met daarin zijn voorstel tot aanpassing van het beleid inzake alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s). Als een amv geen asielvergunning krijgt, moet deze voortaan direct terug naar het land van herkomst, onder voorwaarde dat er adequate opvang is in het eigen land. De speciale amv-vergunning waarmee amv’s tot hun 18e jaar in Nederland mogen blijven, wordt afgeschaft. Volgens de minister geeft het huidige beleid een verkeerd signaal af. Ook nu wordt gekeken of er adequate opvang in het land van herkomst is, maar dit gebeurt slechts eenmaal, meteen bij de aanvraag van de amv-vergunning. Bij de amv wordt daardoor volgens de minister de verwachting gewekt dat hij/zij ook na het bereiken van de leeftijd van 18 jaar in Nederland mag blijven, terwijl alleen de amv’s die vóór hun 15e in Nederland een amvvergunning hebben gekregen na hun 18e mogen blijven. Het gros van de amv’s arriveert in Nederland na zijn of haar 15e en moet dus terug naar het land van herkomst zodra ze 18 zijn geworden. Alleenstaande minderjarige vreemdelingen die bescherming in Nederland nodig hebben, krijgen een asielvergunning. Maar amv’s die niet in aanmerking komen voor een asielvergunning, moeten in principe terug. Daarbij wordt eerst gezocht naar ouders of familieleden in het land van herkomst. Als die er niet zijn, wordt gekeken naar lokale opvang in bijvoorbeeld een opvanghuis. Pas als terugkeer naar goede opvang in eigen land maximaal drie jaar lang niet is gelukt buiten de schuld van de minderjarige, kan een verblijfsvergunning gegeven worden. Maar dit is dan een buitenschuldvergunning speciaal voor amv’s. Als amv’s meewerken aan vertrek maar buiten hun schuld niet terug kunnen, komen zij dus voortaan na uiterlijk drie jaar in aanmerking voor een buitenschuldvergunning als zij nog geen 18 zijn. Na hun 18e zijn amv’s meerderjarig en dus geen amv’er meer. De Nederlandse staat hoeft dan niet meer voor opvang te zorgen. Ook voor deze vergunning geldt dus dat de vreemdeling voor zijn 15e in Nederland moet zijn gearriveerd. Al die jaren moet het de overheid dus niet gelukt zijn om adequate opvang voor de amv in het land van herkomst te regelen Voor de groep amv’s en ex-amv’s die nu al in Nederland zijn, verandert er niets. Als zij geen verblijfsvergunning krijgen, zullen zij terug moeten naar hun land van herkomst. Voortaan vaker DNA-onderzoek bij nareizende kinderen Nareizende minderjarige biologische kinderen (en hun ouders) krijgen geen identificerend interview meer, maar aan hen wordt direct een DNA-onderzoek aangeboden. Deze versoepeling van de uitvoering van het nareisbeleid schrijft minister Leers in een brief van 16 juli jl. aan de Tweede Kamer. In bepaalde situaties zullen echter nog wel identificerende interviews gehouden worden. De minister geeft aan dat er niet meer in alle gevallen reden is om identificerende interviews te houden. Bij biologische ‘kerngezinsleden’ geven de verklaringen van de hoofdpersoon in Nederland samen met de uitslag van een DNA-onderzoek voldoende indicatie over de
zogeheten ‘feitelijke gezinsband’. Het gaat dan om nareisaanvragen waarbij zowel de man, vrouw als de biologische minderjarige kinderen betrokken zijn. Voor alle overige gezinsleden zal volgens de minister nog wel naast het DNA-onderzoek (als het gaat om biologische gezinsleden) een identificerend interview plaatsvinden om de gezinsband vast te stellen. De minister noemt dit ‘complex samengestelde gezinnen’. Het gaat dan bijvoorbeeld om biologische minderjarige kinderen van wie een ouder achterblijft, of bij wie er een indicatie is dat het kind inmiddels een eigen gezin heeft gevormd. Ook minderjarige biologische kinderen bij wie mogelijk sprake is van leeftijdsfraude krijgen een gehoor. En bij meerderjarige biologische kinderen moet vastgesteld worden of er een afhankelijkheidsrelatie bestaat met de hoofdpersoon. Verder blijven er identificerende interviews bestaan met partners of echtgenoten van de hoofdpersoon met wie hij of zij geen kinderen heeft, met kinderen uit een eerdere relatie van de hoofdpersoon of van de partner en met pleegkinderen en overige gezinsleden. Geen DNA-onderzoek is nodig als op voorhand vaststaat dat een gezinslid aan alle voorwaarden voldoet. Dit is bijvoorbeeld het geval als alle documenten compleet zijn en echt zijn bevonden. De aanvraag wordt dan direct ingewilligd. Als van tevoren duidelijk is dat het gezinslid niet aan de voorwaarden voldoet, wordt de aanvraag (eveneens) zonder DNAonderzoek afgewezen. Dit is bijvoorbeeld het geval als het gezinsleven in een ander land is ontstaan. Ten slotte schrijft de minister dat de identificerende interviews op een paar punten worden verbeterd. Er zal gedetailleerder verslag worden gelegd van de gehoren en gezinsleden zullen vooraf beter worden geïnformeerd over de procedure. Ministerie van Veiligheid en Justitie: veel gezinnen vertrokken uit Gezinslocatie Het AVR FC 1-project is inmiddels afgerond en de resultaten zijn positief. De gestelde doelstelling om in totaal 150 gezinnen met minderjarige kinderen te ondersteunen in hun terugkeer is behaald. Medio juni 2012 zijn circa 135 gezinnen teruggekeerd naar hun land van herkomst, de overige circa 15 gezinnen staan op het punt om uit Nederland te vertrekken. Op 1 januari 2012 is het Subsidiekader Vrijwillige Terugkeer in werking getreden. Binnen dit kader heeft de Nederlandse overheid een vergelijkbaar project gefinancierd dat gericht is op gezinnen met minderjarige kinderen en dit project AVR FC 2 is op 1 mei 2012 van start gegaan. De stand van zaken is dat circa tien gezinnen zich al hebben aangemeld voor dit AVR FC 2 project. De verwachting is dat de eerste gezinnen spoedig zullen vertrekken. (kamerstuk 19637: 1566, 6.7.12) Raad van State: geen zicht op uitzetting van Somaliërs naar Noord- en Zuid-Somalië De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een zaak van een Somalische vreemdeling geoordeeld dat er op dit moment geen zicht op uitzetting binnen een redelijke termijn bestaat naar Somalië. Dit is een voorwaarde om een vreemdeling die geen verblijfsrecht heeft in Nederland, in zogenoemde vreemdelingenbewaring te mogen stellen. De bewaring van de Somalische vreemdeling is daarom onrechtmatig. Dit blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van vandaag (17 juli 2012) op een hoger beroep van de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel tegen een uitspraak van de rechtbank Zwolle. Tegen de uitspraak van de Raad van State is geen hoger beroep mogelijk. De Raad van State is van oordeel dat het nu voor de Somaliër niet mogelijk is om via de stad Mogadishu door te reizen naar Zuid- en Centraal-Somalië. Daarbij heeft de hoogste bestuursrechter van belang geacht dat volgens minister Leers een vreemdeling 'louter door zijn aanwezigheid' in Mogadishu het risico loopt slachtoffer te worden van 'willekeurig geweld' vanwege het gewapende conflict in die stad. In zo'n situatie mag volgens Europees en internationaal recht niet tot uitzetting worden overgegaan. Dit geldt naar het oordeel van de Raad van State niet alleen voor vreemdelingen die zich in Mogadishu willen vestigen, zoals de minister stelt, maar ook voor vreemdelingen die slechts op doorreis zijn.
Uit de uitspraak volgt verder dat gedwongen terugkeer naar Noord-Somalië (Somaliland) op dit moment evenmin mogelijk is. Somalilandse autoriteiten hebben in juli 2009 afspraken met de minister opgeschort over rechtstreekse terugkeer van Somalische vreemdelingen. De minister heeft alternatieve terugkeerroutes naar Somaliland onderzocht, waaronder de mogelijkheid om vreemdelingen uit Somaliland via een binnenlandse vlucht van Mogadishu naar Somaliland uit te zetten. In april 2012 is hij echter tot de conclusie gekomen dat terugkeer via een binnenlandse vlucht van Mogadishu naar Somaliland niet tot de mogelijkheden behoort. Dit betekent dat op dit moment geen Somalische vreemdelingen naar hun land van herkomst kunnen worden uitgezet. (rechtspraak.nl Raad van State 201202473/1/V3, 17.7.12) Leers moet verwestersing Somaliërs meewegen Minister Leers van Immigratie en Asiel moet bij asielaanvragen van Somalische vreemdelingen beoordelen of zij te verwesterd zijn om zich bij terugkeer in Somalië te kunnen handhaven onder de strenge leefregels van de islamitische groepering Al Shabaab. Dit heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State geoordeeld in een uitspraak van 31 juli 2012 (nr. 201200969/1/V2). Sinds 1991 heeft Somalië geen functionerende centrale regering. De controle wordt uitgeoefend door feitelijke machthebbers, zoals de groepering Al Shabaab. In gebieden die Al Shabaab controleert, is sprake van repressieve sociale controle. Wie niet aan de strenge leefregels voldoet, kan ernstige lijfstraffen krijgen. Somalische asielzoekers kunnen een asielstatus krijgen als van hen niet kan worden verwacht dat zij zich bij terugkeer aanpassen aan deze leefregels. Dit is bijvoorbeeld het geval als zij geen ervaring hebben met het leven onder Al Shabaab. Omdat ze de leefregels niet kennen, vallen ze op en lopen ze gevaar. In het beleid en expliciet ter zitting van genoemde uitspraak heeft de minister benadrukt dat tijdsverloop sinds het vertrek uit Somalië en eventuele verwestersing niet van belang zijn voor de vraag of iemand zich kan aanpassen aan de leefregels van Al Shabaab. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is het niet eens met dit beleid. De Afdeling oordeelt dat dit beleid in strijd is met een uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens van 28 juni 2011 (Sufi en Elmi tegen het Verenigd Koninkrijk, nummers. 8319/07 en 11449/07). In deze uitspraak oordeelt het Hof namelijk dat Somaliërs die moeten reizen door of terugkeren naar door Al Shabaab gecontroleerd gebied, een groter risico lopen onder de aandacht van Al Shabaab te komen als zij zo lang uit het land zijn weggeweest dat zij verwesterd zijn. Volgens de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State blijkt hieruit wel degelijk dat de minister bij zijn vraag of iemand kan terugkeren naar Al Shabaab-gebied moet betrekken of diegene door tijdsverloop mogelijk is verwesterd. Het beroep van de vreemdeling is gegrond. Rechtbank: Somalisch paspoort is novum in zesde asielaanvraag Een echt bevonden paspoort afgegeven door Somalische autoriteiten in Saoedi-Arabië is een novum. Dit ondanks een taalanalyse waaruit blijkt dat hij uit Kenia komt en ondanks het feit dat de wijze van verkrijgen volgens de Immigratie en Naturalisatiedienst bevreemding wekkend is. Deze uitspraak kan ook van belang zijn voor Somaliërs die bij de Somalische ambassade in Brussel een paspoort aanvragen. (rechtspraak.nl Vzr rechtbank Haarlem AWB 12/20843, 12/20845, 26.7.12) Rechtbank: geen zicht op uitzetting naar China Gelet op het feit dat de Chinese autoriteiten sinds eind juni 2012 geen uitzettingen op basis van een EU-staat meer accepteren en op de zeer summiere afgifte van laissez passers (LP’s) door de Chinese autoriteiten in de afgelopen jaren, alsmede gelet op het feit dat aan Chinese vreemdelingen die redelijk goed gedocumenteerd zijn (in het bezit van een kopie paspoort zijn) geen laissez passers worden verstrekt, is de rechtbank van oordeel dat thans
niet valt te verwachten dat binnen een redelijke termijn een laissez passer zal worden afgegeven ten behoeve van eiser, dan wel dat eiser kan worden uitgezet naar China met behulp van een EU-staat. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat gesteld noch gebleken is dat het overleg met de Chinese autoriteiten tot een andere opstelling van deze autoriteiten zal leiden en dat in ieder geval in augustus 2012 geen presentaties in persoon worden gepland bij de Chinese autoriteiten. Dat Chinese vreemdelingen eventueel met behulp van een advocaat in China aan originele documenten zouden kunnen komen, doet naar het oordeel van de rechtbank aan het voorgaande niet af. De rechtbank is echter van oordeel dat de voortduring van eisers bewaring tot op heden niet onrechtmatig is, nu niet kon worden uitgesloten dat eiser alsnog een geldig en origineel Chinees paspoort aan verweerder zou kunnen overleggen waarop hij zonder vervangend reisdocument kon worden uitgezet. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat op eiser de rechtsplicht rust om zijn volledige medewerking te verlenen aan zijn terugkeer naar het land van herkomst en dat eiser weliswaar enkele pogingen heeft ondernomen om aan documenten te komen, doch dat niet kan worden gezegd dat eiser alles wat in zijn macht ligt heeft gedaan om aan dergelijke documenten te komen. Thans duurt de bewaring echter al meer dan vier maanden voort. Gelet hierop, evenals op de omstandigheden dat er geen concrete aanknopingspunten zijn die aanleiding geven voor het oordeel dat eiser in het bezit is of is geweest van een origineel en geldig Chinees paspoort, overweegt de rechtbank dat het thans weinig waarschijnlijk is dat eiser binnen een redelijke termijn kan worden uitgezet naar China. (rechtspraak.nl Rechtbank ’s-Gravenhage 12/24025, 10.8.12) Rechtbank: informatie van British High Court is novum voor Tamils uit Sri Lanka De vreemdeling heeft aangevoerd dat uitzetting naar zijn land van herkomst een schending van art. 3 EVRM oplevert, onder verwijzing naar een uitspraak van British High Court of Justice. De minister stelt dat de door de vreemdeling overgelegde stukken niet kunnen leiden tot de conclusie dat de voorgenomen uitzetting naar Sri Lanka onrechtmatig is. De minister heeft gewezen op het feit dat is geoordeeld dat het asielrelaas van de vreemdeling ongeloofwaardig is en stelt zicht op het standpunt dat het enkele feit dat verzoeker Tamil is, onvoldoende is voor de conclusie dat de vrees voor schending van art. 3 EVRM gerechtvaardigd is. De voorzieningenrechter stelt vast dat niet in geschil is dat verzoeker uit Sri Lanka afkomstig is en Tamil is. De door de verzoeker overgelegde stukken zien op de problemen die Tamils mogelijkerwijs bij terugkeer zouden kunnen krijgen en een schending van voorgenoemd artikel zouden kunnen opleveren. De voorzieningenrechter is van oordeel dat het belang van verzoeker om de beslissing op zijn bezwaarschrift in Nederland af te wachten onder deze omstandigheden zwaarder dient te wegen dan het belang van de minister om de vreemdeling uit te zetten. Vovo toegewezen. (rechtspraak.nl Vzr Zwolle 12/19952, 19.6.12) Rechtbank: stoppen noodopvang is besluit waartegen geprocedeerd kan worden De voorzieningenrechter is allereerst van oordeel dat de brief van 13 maart 2012 van de Toetsingscommissie NOA gemeente Arnhem onder de verantwoordelijkheid van verweerder valt en daarmee is aan te merken als een besluit van verweerder. Het bezwaarschrift is naar het oordeel van de voorzieningenrechter in zoverre dan ook ontvankelijk. De voorzieningenrechter acht, mede gelet op de inhoud van het bezwaarschrift, nader onderzoek wenselijk en ziet in de gegeven omstandigheden, waarbij de noodopvang van verzoekster binnen enkele dagen zal eindigen, aanleiding om het besluit van 13 maart 2012 te schorsen, voor zover daarin is bepaald dat de noodopvang voor verzoekster eindigt eindigt per 1 juli 2012, zodat de noodopvang voor verzoekster ook na deze datum dient te worden voortgezet, totdat uitspraak is gedaan op het voorliggende verzoek om voorlopige voorziening. (Pim Fischer, Rechtbank Arnhem AWB 12/3026, 29.6.12) Dienst Terugkeer &Vertrek, folder terugkeer: Informatieblad Ondersteuning zelfstandige terugkeer, 26-07-2012
Europees en Internationaal recht en het thema integratie De notitie ‘Europees en Internationaal recht en het thema integratie geeft op een tiental thema’s een overzicht van de meest relevante Europese en internationaalrechtelijke bepalingen. Het document verwijst bijvoorbeeld naar internationale bepalingen die betrekking hebben op het inburgeringsvereiste, het recht op bijstand, en het heffen van (hoge) leges. Een belangrijk doel van dit overzicht is de landelijke lobby op het terrein van de integratie van vluchtelingen te ondersteunen. De informatie kan verder nuttig zijn voor rechtshulpverleners. Landeninformatie Uitzetten naar Somalië onmogelijk wegens veiligheidssituatie Het hoogste rechtscollege binnen het vreemdelingrecht, de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling), heeft op 17 juli 2012 geoordeeld dat minister Leers voor Immigratie, Integratie en Asiel, geen Somaliërs mag uitzetten naar Somalië via Mogadishu. Deze uitspraak van de Afdeling heeft tot gevolg dat het voor de minister onmogelijk is om Somaliërs in vreemdelingenbewaring te stellen of te houden. Dit geldt ook voor Somaliërs die naar Noord-Somalië worden uitgezet omdat rechtstreekse uitzetting naar Noord-Somalië op dit moment juridisch niet mogelijk is en dus via Mogadishu gereisd moet worden. Het betekent echter niet dat de minister op basis van deze uitspraak een vergunning moet verstrekken. Ook hoeft er (wettelijk gezien) geen opvang te worden verleend. Vreemdelingenbewaring moet opgeheven wegens art. 15c Dri In deze zaak gaat het om een Somaliër die in vreemdelingenbewaring zit om uitgezet te worden naar Centraal-ZuidSomalië. De Afdeling overweegt dat de vreemdeling op dit moment niet uitgezet kan worden omdat hij zijn verblijfsplaats niet anders kan bereiken dan door Mogadishu te reizen, waar sprake is van een situatie zoals bedoeld in art. 15c Definitierichtlijn (Dri). Dit artikel bepaalt dat het in een bepaald gebied zo gevaarlijk is dat iemand door louter zijn aanwezigheid daar gevaar loopt voor lijf en leden. In het verleden is bepaald dat in Mogadishu sprake is van een dergelijke situatie. De kern van het geschil draait nu om de vraag wanneer art. 15 c Definitierichtlijn van toepassing is. De minister stelt dat dit alleen het geval is als het gaat om vestiging en niet om doorreizen. De Afdeling overweegt dat de enkele aanwezigheid van een persoon in het betreffende gebied bepalend is en verwijst hier naar het bekende Elgafaji arrest van 17 februari 2009. Er is op grond van dit arrest volgens de Afdeling geen plaats voor onderscheid tussen lang verblijf (vestigen) en kort verblijf (doorreizen) nu een persoon die bij terugkeer naar Mogadishu louter door zijn aanwezigheid in die stad een risico loopt op de in artikel 15c Dri bedoelde schade. Notitie over bekendheid en risico activiteiten Oeigoeren in Nederland In beschikkingen en uitspraken wordt soms het argument gebruikt dat niet aangetoond is dat de Chinese autoriteiten op de hoogte zijn van de activiteiten van een specifieke Oeigoer in Nederland. Dat iemand bijvoorbeeld heeft deelgenomen aan demonstraties of op YouTube staat, betekent niet dat de Chinese autoriteiten dat weten, zo luidt het argument. In een notitie van 8 augustus 2012 bespreekt VluchtelingenWerk deze kwestie. Daarnaast biedt de notitie aanvullende informatie over de risico’s bij terugkeer voor Oeigoeren. De notitie geeft een kort overzicht van algemene landeninformatie over het in de gaten houden van Oeigoeren in Nederland. Ook is een aantal experts benaderd voor informatie over deze kwestie. De Chinese autoriteiten houden Oeigoeren in het buitenland nauwlettend in de gaten, blijkt uit de notitie. Zo filmen zij demonstranten en vergelijken ze de opnames van de gezichten met de foto’s in de database van identiteitskaarten van alle Chinezen. Er zijn functionarissen in de Chinese ambassades en consulaten over de hele wereld, die als taak hebben om deze gemeenschappen en hun activiteiten te monitoren. Ook heeft de Chinese overheid een uitgebreid spionagenetwerk in het buitenland. Volgens het getuigenis van een voormalige Chinese consul in Australië bestond het spionagenetwerk in Australië bijvoorbeeld uit zo’n 1.000 informanten.
Uit de notitie blijkt dat de Chinese overheid zeer veel inspanningen verricht om het internet in de gaten te houden: de Chinese internetpolitiemacht telt 30.000 tot 40.000 mensen. Een eerdere notitie van VluchtelingenWerk van januari 2012 en een brief van Amnesty van maart 2012 gaan uitgebreid in op de risico’s voor terugkerende Oeigoeren. Deze nieuwe notitie van 8 augustus geeft enige aanvullende informatie over de risico’s bij terugkeer voor Oeigoeren. Elke Oeigoer die heeft deelgenomen aan protesten loopt een ‘huge risk’ bij uitzetting naar China, met name op marteling. Dit stelt Nicholas Bequelin, senior researcher van de Asia Division van Human Rights Watch, over een zaak van een Oeigoer die had gedemonstreerd bij de Chinese ambassade in Nederland. Ook het terugsturen van Oeigoeren zonder paspoort levert een extra risico op mensenrechtenschendingen op, zo stellen diverse experts. Van Oeigoeren zonder paspoort zal worden aangenomen dat zij asiel hebben aangevraagd of China illegaal hebben verlaten. De Helpdesk Landeninformatie beschikt overigens over nog meer informatie uit Zweden die cruciaal kan zijn in Oeigoerse procedures. Het is raadzaam contact op te nemen met de Helpdesk Landeninformatie, telefoon (020) 346 72 50. Nieuw asielbeleid voor Syrië Syrische asielzoekers die geen actief aanhanger zijn van het huidige Syrische regime, lopen bij terugkeer een reëel risico op schending van artikel 3 EVRM. Dit staat in een brief van de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel van 2 augustus 2012 aan de Tweede Kamer. Deze asielzoekers kunnen in aanmerking komen voor een asielvergunning op grond van artikel 29b Vreemdelingenwet. Op 6 juli 2012 zijn de besluit- en vertrekmoratoria voor Syrië verlopen en dus zullen asielaanvragen van Syrische asielzoekers opnieuw in behandeling worden genomen. Volgens het ambtsbericht van mei 2012 zijn er in Syrië grootschalige en ernstige mensenrechtenschendingen door de autoriteiten. Het is daarom aannemelijk dat bij terugkeer een reëel risico op schending van artikel 3 EVRM bestaat voor asielzoekers bij wie niet uit het asielrelaas blijkt dat zij actief aanhanger zijn van het Syrische regime. Deze asielzoekers kunnen in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd op grond van artikel 29b van de Vreemdelingenwet, behalve bij contra-indicaties. Syrische vreemdelingen die om individuele redenen te vrezen hebben voor vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag of voor een behandeling zoals beschreven in artikel 3 EVRM krijgen bescherming in Nederland. Als een asielzoeker aannemelijk maakt dat hij problemen heeft en de dreiging uitgaat van de (lokale of centrale) Syrische autoriteiten zelf, wordt er niet van hem verwacht dat hij bescherming heeft gezocht in Syrië. Ook krijgen Syrische asielzoekers geen vlucht- en vestigingsalternatief in Syrië tegengeworpen. De brief spreekt niet over de algemene veiligheidssituatie in Syrië. Er is nog geen Wijzigingsbesluit Vreemdelingencirculaire (WBV) uitgebracht, dat het asielbeleid voor Syrische asielzoekers nader uitwerkt. Nieuw ambtsbericht over christenen in Egypte Het aantal geweldsincidenten tussen moslims en christenen is sinds de revolutie van februari 2011 toegenomen. Dit staat in een thematisch ambtsbericht over christenen in Egypte dat op 22 juni 2012 is verschenen. Er is een hoge mate van straffeloosheid in verband met het geweld tegen christenen. Bekeerlingen worden vaak verstoten door hun familie en kunnen te maken krijgen met geweld. De verslagperiode van het ambtsbericht loopt tot en met mei 2012. Van januari 2008 tot januari 2010 waren er meer dan 50 incidenten van sektarisch geweld in verschillende provincies, meestal aanvallen van moslims op christenen en hun kerken en bezittingen. In 2010 en begin 2011 nam het aantal confrontaties tussen moslims en christenen af, maar de incidenten waren wel gewelddadiger. Onder andere door het gebrekkige veiligheidsapparaat is het aantal geweldsincidenten tussen moslims en christenen sinds de revolutie van februari 2011 toegenomen.
Er is een hoge mate van straffeloosheid in verband met bovengenoemde incidenten. Met aangiftes door christenen wordt in de praktijk nauwelijks iets gedaan. Volgens Human Rights First heeft de trend van toenemende aanvallen op christenen zich na februari 2011 doorgezet. Er bestaat geen officiële straf voor apostasie (afvalligheid), maar bekeerlingen kunnen wel op andere gronden vervolgd worden. Er zijn diverse arrestaties en (tijdelijke) detenties bekend en het is voorgekomen dat bekeerlingen in detentie werden gemarteld. Als een afvallige niet terugkeert tot de islam wordt hij vaak uit de familie verstoten. Verder is de reactie van de omgeving afhankelijk van verschillende factoren, maar mishandeling en moord in verband met eerkwesties zijn in Egypte niet onbekend. Ook kan iemand de veiligheidsdiensten of een fundamentalistische organisatie inlichten. De meeste bekeerlingen zijn christenen die zich vanwege familierechtelijke problemen eerder bekeerden tot de islam. Vervolgens keren zij terug tot het christendom. De problemen van deze ‘dubbel bekeerde’ christenen kunnen als ‘kleiner’ worden ingeschat. Van christelijke asielzoekers uit Egypte die aannemelijk maken problemen te hebben ondervonden die samenhangen met hun religie, wordt niet verlangd dat zij bij de autoriteiten van Egypte bescherming hebben gevraagd tegen deze problemen. Dit schrijft minister Leers in een brief van 11 juli 2012 aan de Tweede Kamer, naar aanleiding van het hierboven beschreven ambtsbericht over christenen in Egypte. Bij de individuele beoordeling wordt wel betrokken of deze voorkomen hadden kunnen worden door zich elders in Egypte te vestigen. Nieuw Wijzigingsbesluit Vreemdelingencirculaire (WBV) Libië Homoseksuelen uit Libië worden aangemerkt als kwetsbare minderheidsgroep. Dit staat in het nieuwe WBV 2012/15 van 13 juli 2012 over het asielbeleid voor Libië. Het besluit- en vertrekmoratorium zijn op 24 mei 2012 beëindigd. Al verleende tijdelijke asielvergunningen op de a- of b-grond zullen worden herbeoordeeld. Het WBV treedt in werking op 20 juli 2012. Voor Libische asielzoekers geldt geen besluit- en vertrekmoratorium meer. De verandering van omstandigheden in Libië heeft een voldoende ingrijpend en niet voorbijgaand karakter. Er is een duidelijke regimewijziging. In het algemeen zijn er ook geen beperkingen voor Libiërs om het land in en uit te reizen. Vergunningen voor bepaalde tijd die zijn verleend vanwege een vrees voor vervolging of art. 3 EVRM-schending van de zijde van het voormalige Khadaffi-regime worden heroverwogen. Lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (LHBT) uit Libië worden aangemerkt als kwetsbare minderheidsgroep. Het verrichten van homoseksuele handelingen is een strafbaar feit en homoseksualiteit wordt doorgaans beschouwd als een schande voor de familie. Ook na val van Khadaffi lijkt de kans klein dat de Libische samenleving op korte termijn homoseksualiteit anders zal benaderen. Als Libische asielzoekers aannemelijk maken dat ze te vrezen hebben voor vervolging of schending van artikel 3 EVRM, wordt niet verlangd dat zij zich tot de Libische autoriteiten wenden voor bescherming Bij de feitelijke terugkeer van alleenstaande minderjarige asielzoekers moet de toegang tot een concrete opvangplaats geregeld zijn. Nieuw ambtsbericht Democratische Republiek Congo In de Democratische Republiek Congo is nog altijd sprake van wijdverbreide en stelselmatige schendingen van mensenrechten, zo blijkt uit het algemeen ambtsbericht van 14 juni 2012. Het leger, de politie en veiligheidsdiensten maken zich hieraan schuldig, net als gewapende groeperingen. Seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes komt in het hele land op grote schaal voor. Het ambtsbericht gaat over de periode juni 2011 tot en met april 2012. De Congolese autoriteiten zijn in grote delen van het land nog altijd niet in staat om controle over het grondgebied uit te oefenen. Ook zijn zij niet in staat de veiligheid van burgers te garanderen. Het ambtsbericht gaat uitgebreid in op de veiligheidssituatie per provincie. In Oost-Congo was het volgens de bevolking in mei 2011 niet veiliger geworden ten opzichte van dezelfde periode in 2010. De vele incidenten die in de hoofdstad Kinshasa
plaatsvonden, waren vooral gerelateerd aan de verkiezingen. Daarnaast is de criminaliteit in Kinshasa nog altijd hoog. In het hele land was sprake van wijdverbreide en stelselmatige mensenrechtenschendingen. Het leger, de politie en de veiligheidsdiensten maakten zich schuldig aan ernstige mensenrechtenschendingen, zoals buitengerechtelijke executies, willekeurige arrestaties, mishandeling en marteling van burgers. Daarnaast pleegden gewapende groeperingen, waaronder FDLR, LRA en Maï-Maï groepen, ernstige schendingen van de mensenrechten. Een groot probleem vormt de hoge mate van straffeloosheid in de DR Congo. De positie van vrouwen blijft slecht. In het hele land komt seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes op grote schaal voor. Het seksueel geweld in oorlogsgebieden gaat gepaard met verminking, marteling en extreem geweld. Voor de meeste vrouwen is het moeilijk bescherming in te roepen tegen seksueel geweld. Alleenstaande vrouwen hebben een kwetsbare positie. In steden is er echter tegenwoordig meer acceptatie van alleenstaande vrouwen. Mensenrechtenactivisten en journalisten die zich kritisch uitlieten over de autoriteiten of aandacht vroegen voor misstanden, werden geregeld bedreigd, gearresteerd en/of gedetineerd door politie of veiligheidsdiensten. Lokale autoriteiten en de veiligheidsdiensten verboden geregeld demonstraties of sloegen ze uit elkaar. Tutsi’s (of personen met een Tutsi-uiterlijk) liepen in de Kivu-provincies en daarbuiten niet een groter risico slachtoffer te worden van mensenrechtenschendingen dan andere etnische groepen. Van stelselmatige discriminatie van Tutsi’s was geen sprake. Wel bestaat er bij leden van andere etnische groepen wrok en wantrouwen tegen Tutsi’s Richtlijnen UNHCR over Ivoorkust Op 15 juni 2012 heeft de UNHCR nieuwe richtlijnen uitgebracht met betrekking tot Ivoorkust (de zgn. ‘Eligibility Guidelines’). Deze richtlijnen benoemen de belangrijkste profielen van personen die mogelijk bescherming nodig hebben sinds de gebeurtenissen tijdens en na de verkiezingen van november 2010. Deze richtlijnen vervangen die van 20 januari 2011, waarin de UNHCR nog adviseerde afgewezen asielzoekers uit Ivoorkust voorlopig niet terug te sturen. Hieronder volgt een korte samenvatting van de belangrijkste onderwerpen uit de richtlijnen van 15 juni 2012. Door het geweld na de betwiste uitslag van de presidentsverkiezingen in november 2010 kwamen zo’n 3000 mensen om het leven en ontvluchtten meer dan 200.000 mensen het land. Sinds april 2011 is de algemene veiligheidssituatie in Ivoorkust verbeterd, maar de situatie blijft fragiel. Zo zijn er ernstige zorgen over mensenrechtenschendingen die worden begaan door de aan de regering gelieerde Forces Républicaines de Côte d’Ivoire (FRCI). De mogelijkheden voor de staat om burgers te beschermen is verzwakt. Daarnaast is er weinig vooruitgang geboekt in de ontwapening van milities die vochten tijdens de verkiezingscrisis. Asielaanvragen van personen met de volgende profielen moeten volgens de UNHCR bijzonder zorgvuldig worden beoordeeld. Deze lijst met risicoprofielen is niet uitputtend. – personen die tot specifieke etnische groepen behoren (uit het westen of Abidjan); – leden en aanhangers van oppositiepartijen met vermeende banden met voormalig president Gbagbo; – journalisten en medewerkers van andere media die verdacht worden van vijandigheid ten aanzien van de regering-Ouattara; – personen die verdacht worden van banden met pro-Gbagbo-milities; – vrouwen en kinderen met specifieke profielen. Vanwege de instabiele situatie in delen van Ivoorkust, moet zorgvuldig en op individuele basis geoordeeld worden over asielaanvragen waarbij de asielzoeker zich beroept op ernstige schade vanwege willekeurig geweld. De UNHCR doet geen uitspraak of er een situatie zoals in artikel 15c van de Definitierichtlijn in Ivoorkust bestaat of bestaan heeft. Bij vervolging door de overheid gaat de UNHCR er van uit dat er geen binnenlands vlucht- of vestigingsalternatief is. Bij vervolging door ‘niet-statelijke actoren’ moet op individuele basis gekeken worden of er een vlucht- of vestigingsalternatief is.
Nieuw ambtsbericht Afghanistan Het aantal burgerslachtoffers als gevolg van het conflict in Afghanistan, is in 2012 voor het eerst in jaren gedaald. In 2011 was het nog gestegen. In de eerste vier maanden van 2012 ligt het aantal burgerslachtoffers 21% lager dan het aantal over dezelfde periode in 2011. Dit staat in het ambtsbericht van 4 juli 2012, dat gaat over de periode van september 2011 tot en met juni 2012. De toename van het geweld in 2011 was vooral toe te schrijven aan de toename van het aantal aanvallen van opstandelingen in de eerste helft van dat jaar. Vanaf juli 2011 leek de geweldscampagne te stagneren en was een daling in het aantal aanvallen te zien. Het eerste kwartaal van 2012 liet een verdere daling in geweld zien. Deze daling is deels toe te schrijven aan de strenge en aanhoudende winter van 2011/2012. In de verslagperiode is de focus van opstandelingen verschoven van aanvallen in het onstabiele zuiden naar aanvallen in het oosten van het land. Ondanks de verschuiving van het gewapend conflict naar het oosten blijft het zuiden, ook in deze verslagperiode, het meest onveilige gebied. In de tweede helft van 2011 steeg het aantal burgerdoden in de centrale regio met 80% ten opzichte van 2010. Deze toename vond vooral plaats in de provincie Kabul en was het gevolg van een aantal grote zelfmoordaanslagen. Sinds de vorige verslagperiode blijft het onveilig in de provincie Ghazni. In de verslagperiode zet de trend door van gerichte aanvallen door opstandelingen op de ANSF (Afghanistan’s National Security Forces), op (hooggeplaatste) Afghaanse ambtenaren en op mensen die de Afghaanse overheid steunen. Te denken valt aan stamoudsten, religieuze leiders, individuen die deelnemen aan het APRP en hun familieleden, gouverneurs en leden van het kabinet, parlement en de vredesraden. Daarnaast moesten mensen die buitenlandse troepen assisteren of in verband gebracht worden met de internationale gemeenschap (tolken, chauffeurs, aannemers) vrezen voor represailles. Geweld tegen vrouwen komt in heel Afghanistan op grote schaal voor. Ook in de steden Kabul, Herat en Mazari-Sharif. Geweld tegen vrouwen wordt gezien als een privézaak. De misdrijven waarvan vrouwen en meisjes het slachtoffer worden zijn divers. Vrouwen hebben vooral te lijden onder huiselijk geweld dat in 95% van de Afghaanse huishoudens voorkomt. Nieuw ambtsbericht Sudan (excl. Zuid-Sudan) De mensenrechtensituatie in Sudan is slecht, zo blijkt uit het ambtsbericht dat op 27 juni 2012 verscheen. Personen die verdacht werden van betrokkenheid bij rebellengroepen, mensenrechtenactivisten en kritische journalisten liepen een groot risico slachtoffer te worden van schendingen van de mensenrechten. In Darfur bleef de veiligheidssituatie slecht. Het ambtsbericht beschrijft de situatie in Sudan exclusief Zuid-Sudan (dat zich op 9 juli 2011 formeel heeft afgescheiden van Sudan). Wel besteedt het ambtsbericht aandacht aan de positie van Zuid-Sudanezen in Sudan. Het algemeen ambtsbericht gaat over de periode medio april 2011 tot medio mei 2012. In Darfur bleef de veiligheidssituatie slecht. Deze onveiligheid wordt veroorzaakt door gevechten tussen het regeringsleger en rebellengroepen, stammenconflicten en wijdverbreide gewapende criminaliteit. De veiligheidssituatie in de betwiste regio’s Abyei, Zuid-Kordofan en Blue Nile is verder verslechterd. Toenemende politieke en militaire spanningen leidden in de verslagperiode tot ernstige uitbarstingen van geweld. De mensenrechtensituatie in Sudan is slecht. Vooral personen die verdacht werden van betrokkenheid bij rebellengroepen, mensenrechtenactivisten kritische journalisten, politiek actieve studenten en andere personen die zich uitspraken tegen het regime, liepen een groot risico slachtoffer te worden van mensenrechtenschendingen. Ook in de conflictgebieden (Darfur, Abyei, Zuid-Kordofan en Blue Nile) schonden de strijdende partijen op grote schaal de mensenrechten. Genitale verminking wordt in Sudan op grote schaal uitgevoerd. In de praktijk worden plegers hiervan niet vervolgd. In heel Sudan wordt het gebruik van geweld tegen vrouwen niet gezien als een misdaad. Hiertegen treedt de overheid dan ook niet op. In Sudan is nauwelijks of geen bescherming tegen seksueel geweld. In Darfur is seksueel geweld wijdverbreid.
De positie van zuiderlingen is sinds de onafhankelijkheid van Zuid-Sudan en de gewijzigde Sudanese nationaliteitswetgeving in Sudan sterk verslechterd. Het gevolg van de wetgeving is dat alle personen die recht hebben op het Zuid-Sudanese staatsburgerschap automatisch hun Sudanese nationaliteit verliezen. Hierdoor zijn vrijwel alle zuiderlingen in Sudan feitelijk buitenlander geworden. Zij hebben daardoor onder andere geen of moeizaam toegang tot overheidsdiensten. Ook zouden zuiderlingen meer het doelwit zijn van intimidatie, bedreiging en geweld door de autoriteiten en lokale gemeenschappen. Nieuw thematisch ambtsbericht Irak Het geweld tegen lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (LHBT’s) in Irak heeft een cyclisch karakter. Dit staat in een thematisch ambtsbericht over LHBT’s dat op 25 juni verschenen is. LHBT’s kunnen niet rekenen op bescherming van de autoriteiten tegen discriminatie of geweld. Het is niet mogelijk openlijk een homoseksuele relatie aan te gaan. Het Iraakse Wetboek van Strafrecht stelt homoseksuele handelingen met wederzijds instemmen tussen twee volwassenen niet expliciet strafbaar, maar een aantal artikelen geeft ruimte voor vervolging en actieve discriminatie van LHBT’s. Het geweld tegen LHBT’s in Centraal- en Zuid-Irak lijkt een cyclisch patroon te hebben. In tijden van verminderd gericht geweld gaan LHBT’s zich vrijer uiten waardoor het geweldsniveau stijgt, en in reactie daarop houdt de LHBT-gemeenschap zich doorgaans weer meer gedeisd. Volgens een bron is het aanpassen van het uiterlijk en het gedrag naar aanleiding van bedreigingen geen garantie voor het ontkomen aan geweld. Eer gerelateerd geweld en eerwraak, omdat een familielid (vermoedelijk) behoort tot de LHBT-gemeenschap, komt voor in geheel Irak. LHBT’s kunnen niet rekenen op bescherming van de autoriteiten tegen discriminatie of geweld. Volgens een bron kan het doen van aangifte door LHBT’s leiden tot problemen. Volgens de VN-missie in Irak wordt de homoseksuele geaardheid van een slachtoffer geregeld gebruikt als reden voor strafvermindering van de dader. In het KRG-gebied is de situatie voor LHBT’s sinds 2003 niet zo sterk verslechterd als in de rest van Irak. Dit neemt niet weg dat ook in het KRG-gebied LHBT’s het slachtoffer kunnen worden van eerwraak en maatschappelijke discriminatie of van geweldsincidenten. Een homoseksuele geaardheid wordt in het algemeen niet geaccepteerd door de omgeving, waardoor LHBT’s hun geaardheid doorgaans verborgen houden en in constante angst leven voor discriminatie, afwijzing door familieleden, sociale isolatie en geweld. Volgens het ambtsbericht is het niet mogelijk om in Irak openlijk een homoseksuele relatie aan te gaan. Er zullen voorlopig geen uitzettingen en beslissingen plaatsvinden in zaken van lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender asielzoekers uit Irak. Dit staat in een brief van minister Leers van 28 juni 2012 aan de Tweede Kamer. De minister wil het hierboven beschreven nieuwe thematische ambtsbericht van 25 juni 2012 over LHBT’s uit Irak op zo kort mogelijke termijn bezien op consequenties voor het toelatingsbeleid. Totdat de Tweede Kamer zich daarover heeft uitgesproken zal de minister geen besluiten nemen of onomkeerbare stappen zetten ten aanzien van Iraakse LHBT’s. Individuele beoordeling asielverzoeken Libiërs Libische asielzoekers worden voortaan weer individueel beoordeeld, zo schrijft minister Leers in een brief van 26 juni 2012 aan de Tweede Kamer. Homoseksuelen worden aangemerkt als kwetsbare minderheidsgroep. (Gedwongen) terugkeer is weer aan de orde voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Vergunningen voor bepaalde tijd die zijn verleend vanwege een vrees voor vervolging of 3 EVRM-schending van de zijde van het voormalige Kadhafi-regime worden heroverwogen. De beleidsbrief is geschreven op basis van het ambtsbericht van 25 mei 2012 dat is verschenen na het aflopen van het besluit- en vertrekmoratorium voor Libië. De minister zegt dat de situatie in Libië precair is, maar niet zodanig dat elke Libische vreemdeling bij terugkeer naar Libië, louter door zijn aanwezigheid daar een risico loopt op schending van artikel 3 EVRM. Er zijn geen beperkingen om het land in en uit te reizen, mits de vreemdeling
niet op een lijst staat van gezochte Kadhafi- sympathisanten. Homoseksuelen uit Libië worden aangemerkt als kwetsbare minderheidsgroep. Vanwege het ontbreken van een functionerend justitieel - en politieapparaat, wordt van asielzoekers die aannemelijk hebben gemaakt te vrezen voor vervolging of een behandeling in strijd met artikel 3 EVRM, niet verlangd dat zij zich tot de Libische autoriteiten hebben gewend voor bescherming. Doordat in Libië een regimewijziging heeft plaatsgevonden die kan worden gekenmerkt als ingrijpend en van niet-voorbijgaande aard, worden alle zaken heroverwogen waarin eerder een vergunning voor bepaalde tijd is verleend vanwege een vrees voor vervolging en/of risico op schending van artikel 3 EVRM van de zijde van het voormalige Kadhafi-regime. Vreemdelingen uit Libië met een vergunning voor bepaalde tijd zullen, indien de heroverweging daartoe aanleiding geeft, eerst een voornemen tot intrekking krijgen. UNHCR: "Guidelines on Statelessness No. 3: The Status of Stateless Persons at the National Level" . Available at http://www.unhcr.org/refworld/docid/5005520f2.html Borderline, The EU's New Border Surveillance Initiatives: Assessing the Costs and Fundamental Rights Implications of EUROSUR and the "Smart Borders" Proposals (83 pages) One of the fundamental findings of the study is that the EU's new border regime would not only infringe fundamental rights, it would also, in spite of its questionable benefits, cost billions - and that against the background of pervasive budget cuts and austerity measures. Above all, this would profit Europe's defence contractors, as they would receive EU funding for "smart gates," UAVs, and other surveillance technologies. The technological upgrading of the EU's external borders will obviously open up new markets to European security and armament companies. What we witness is a convergence of business interests and the aims of political hardliners who view migration as a threat to the EU's homeland security. Unable to tackle the root of the problem, the member states are upgrading the Union's external borders. Such a highly parochial approach taken to a massive scale threatens some of the EU's fundamental values - under the pretence that one's own interests are at stake. Such an approach borders on the inhumane. The document is available at: http://www.tni.org/report/borderline Detention guidelines available online The Equal Rights Trust Guidelines to Protect Stateless Persons from Arbitrary Detention are now available online. The Guidelines provide detailed guidance on how states should treat stateless persons in the context of immigration detention in order to comply with their obligations under international human rights law, in particular the rights to equality and nondiscrimination and the right to be free from arbitrary detention. The Guidelines were drafted through a consultation process which sought to be comprehensive and inclusive. They have been reviewed by experts in the complementary fields of human rights, equality, immigration, detention, refugees and statelessness. The Guidelines have been welcomed by many key individuals and organizations, and ERT intends to use them both as a practical protection tool to assist those representing stateless persons in detention and as an advocacy tool to influence policy and legislative change. • To visit the Guidelines web page, click here. • To read the Guidelines, click here. • To read the commentary to the Guidelines, click here. • To read selected endorsements of the Guidelines, click here. The Guidelines are open for further endorsement from both individuals and organizations. Everyone who wishes to support the Guidelines and their purpose is invited to send a message to
[email protected] copying
[email protected]. Equal Rights Trust: Guidelines to Protect Stateless Persons from Arbitrary Detention
These Guidelines provide detailed guidance on how states should treat stateless persons in the context of immigration detention in order to comply with their obligations under international human rights law, in particular the rights to equality and non-discrimination and the right to be free from arbitrary detention. To visit the Guidelines web page, click here, to read the Guidelines, click here. U kunt dit Vlugschrift Vluchtelingen en eerdere edities ook lezen via www.kerkinactie.nl/vlugschrift. De in dit Vlugschrift gepubliceerde berichten zijn onder andere afkomstig uit de Nieuwsbrief van het Landelijk Ongedocumenteerden Steunpunt en Compact van VluchtelingenWerk Nederland.