VLAJO ONDERNEMERS VOOR DE KLAS (LESVOORBEREIDING VOOR TSO LEERLINGEN)
INHOUDSOPGAVE 1 De voorbereiding 1.1 Kort bedrijfsfilmpje 1.2 Ken je gastbedrijf
1 1 1
2 Het bedrijfsbezoek/bezoek gastspreker 2.1 Wie zijn wij? 2.2 Afspraken 2.3 Vragenlijst 2.4 Brochure 2.5 Kwartet
2 2 3 3 4 4
3 De afsluiter 3.1 Stellingspel 3.2 Kwartetspel
4 4 4
4 Materiaallijst 4.1 De voorbereiding 4.2 Het bedrijfsbezoek/bezoek gastspreker 4.3 De afsluiter
5 5 5 5
5 Evaluatie 5.1 Vaardigheden 5.2 Attitudes
5 5 7
1
1 De voorbereiding 1.1
Kort bedrijfsfilmpje
Als inleiding toont de leerkracht, indien dit voorhanden is, een kort filmpje over het bedrijf. Dit is vaak terug te vinden op de website van het bedrijf of kan verkregen worden bij het bedrijf. De bedoeling van dit filmpje is een eerste kennismaking met het bedrijf. Indien er geen filmpje van het bedrijf ter beschikking is, zal de leerkracht in het kort uitleggen wat de activiteiten van het bedrijf zijn.
1.2
Ken je gastbedrijf
De leerlingen worden in een aantal groepjes ingedeeld. De leerlingen hebben aan de hand van de bedrijfsfilm of de uitleg van de leerkracht kunnen kennismaken met de activiteiten van het gastbedrijf. Nu is het de bedoeling dat een aantal groepjes een collage (foto’s, krantenartikels, info website,…) maken om de verschillende activiteiten van het bedrijf voor te stellen. Iedere groep zal zich toespitsen op één (of eventueel meerdere) activiteit(en) van het bedrijf. De leerlingen mogen hier hun eigen creativiteit aanwenden en zelf bepalen hoe die collage eruit zal zien. Ze kunnen hiervoor informatie opzoeken op het internet. Deze collage moet niet enkel bestaan uit informatie en afbeeldingen gehaald van de website van het bedrijf, maar mag ook uit andere bronnen komen. Zo kunnen de leerlingen ook informatie halen uit kranten en tijdschriften die de ze zelf hebben meegebracht of die de leerkracht ter beschikking stelt. De bedoeling van deze collage is om de activiteiten van het bedrijf voor te stellen op een manier dat de andere leerlingen kunnen zien waar het om gaat. Het maken van de collage vereist dus veel knip- en plakwerk. Stel daarom scharen en lijm ter beschikking van de leerlingen. Wanneer de collage af is, kunnen de leerlingen deze scannen, zodat ze ook een digitale versie hebben. Een laatste groepje zoekt volgende informatie op over het bedrijf: Algemene informatie Wat is het ondernemingsnummer van het bedrijf? Onder welke ondernemingsvorm valt het bedrijf? Heeft het bedrijf een website? Wat is de URL? Onder welke sector valt het bedrijf? Heeft het bedrijf nog andere vestigingen? Wat is het logo van het bedrijf? Wat is de huisstijl/wat zijn de huiskleuren van het bedrijf? Wie zijn de belangrijkste klanten van het bedrijf? Historiek Wanneer en waar werd het bedrijf gesticht? Wie waren de oprichters? Hoe groeide het bedrijf? Personeel Hoeveel mensen zijn er tewerkgesteld? 2
Wie is de zaakvoerder/directeur? Hoe ziet het organogram er uit? Hoe is de verdeling tussen arbeiders en bedienden? Bekendheid Kwam/komt het bedrijf op één of andere manier regelmatig in het nieuws? Is reclame van het bedrijf je al opgevallen? Hoe? Welke reclame? Werkt het bedrijf samen met scholen? Hoe (stages, bedrijfsbezoeken, opleidingen, materiaal,…)? MVO (maatschappelijk verantwoord ondernemerschap) Besteedt het bedrijf op één of andere manier aandacht aan MVO? Mogelijke actiepunten: - Wordt er aandacht besteed aan een veilige en gezonde werkplek? - Wordt er gewerkt aan een evenwichtige relatie met de buurt? - Wordt er voldoende aandacht besteed aan het milieu? Voor het uitvoeren van deze opdrachten krijgen de leerlingen twee lesuren de tijd.
2 Het bedrijfsbezoek/bezoek gastspreker Om de leerlingen verder kennis te laten maken met het bedrijf van de gastspreker, wordt er een bedrijfsbezoek gepland, indien het bedrijf dit toelaat. Ter voorbereiding van het bedrijfsbezoek moeten de leerlingen ook een aantal opdrachten uitvoeren. De groepjes worden hiervoor herverdeeld. Op deze manier leren de leerlingen met iedereen samenwerken. Elk groepje krijgt nu een nieuwe taak met betrekking tot het bedrijfsbezoek en ook het bezoek van de gastspreker.
2.1
Wie zij wij
Een eerste groep maakt een PowerPoint waarop de school, de klas(sen) en de leerkrachten die deelnemen aan de uiteenzetting van de gastspreker worden voorgesteld. Gegevens die zeker vermeld moeten worden: Algemene informatie over de school - naam - adres - telefoon - fax - website Begeleidende personen/leerkrachten - naam - functie Klas(sen) - studiejaar - studierichting - aantal leerlingen - namen van de leerlingen
3
Deze PowerPoint wordt naar het bedrijf van de gastspreker gestuurd zodat zij een idee hebben van wie er op bezoek komt. Daarnaast wordt de PowerPoint ook naar de gastspreker gestuurd, zodat hij een idee heeft van de doelgroep tijdens zijn uiteenzetting.
2.2
Afspraken
Een tweede groep maakt een overzicht van de afspraken. Indien bepaalde afspraken nog niet gemaakt zijn, wordt dit gemeld aan de leerkracht en wordt er samen besproken wie deze afspraak gaat maken. Volgende afspraken moeten vooraf reeds geregeld zijn: Waar moeten we zijn? Zorg eventueel voor een plannetje en/of een routebeschrijving Wanneer worden we verwacht? Zijn datum en uur afgesproken? Naar wie moeten we vragen bij het onthaal? Wie is onze contactpersoon? Welke duurtijd is voorzien voor het bedrijfsbezoek? Is er een programma opgesteld? Welke afspraken werden er gemaakt rond vervoer? (vervoermiddel, tijdstip van vertrek, plaats van vertrek, vervoer terug,…) Belangrijke telefoonnummers (in geval van problemen, contactpersoon op school, chauffeur,…) De leerlingen zetten de gemaakte afspraken op een fiche. Deze fiche kan dan meegenomen worden naar het bedrijfsbezoek
2.3
Vragenlijst
Een andere groep bereidt een vragenlijst voor de gastspreker voor. Deze vragenlijst bevat mogelijke vragen die de leerlingen aan de gastspreker kunnen stellen na zijn uiteenzetting. Natuurlijk kunnen ze op de dag zelf nog andere vragen stellen. Het is de bedoeling dat de leerlingen zelf vragen verzinnen. Wanneer de leerkracht echter merkt dat de leerlingen moeilijkheden hebben bij het opstellen van de vragen, kan hij aan de hand van onderstaande lijst enkele tips geven. Over welke eigenschappen moet een goed ondernemer beschikken? Waarom zou u het ondernemerschap willen aanraden? Om welke reden(en) zou u iemand afraden ondernemer te worden? Wat heeft u ertoe aangezet om voor het ondernemerschap te kiezen? Wat vindt u van de stelling: “ondernemers worden snel rijk door gesjoemel”? Klopt het dat een ondernemer niet kan stoppen en werkt tot hij er (bij wijze van spreken) bij neervalt? Heeft u op school leren ondernemen? Wat zijn de belangrijkste moeilijkheden waarmee een ondernemer geconfronteerd wordt? Werkt de overheid het ondernemerschap in de hand of eerder tegen? Kan je leren ondernemen of moet je als ondernemer geboren worden? Zijn kinderen van ondernemers beter voorbereid op het ondernemerschap? Wat kunnen scholen doen om jongeren beter voor te bereiden? Iemand die met een eigen zaak willen beginnen moet over een attest bedrijfsbeheer beschikken. Vindt u dat zinvol? Hoe kunnen scholen en bedrijven beter samenwerken rond ondernemerschap? Is een stage rond ondernemersvaardigheden haalbaar? Heeft ondernemen een grote invloed op het gezinsleven? 4
Men zegt vaak: “een ondernemer heeft nooit gedaan. Hij neemt zijn job mee naar huis, mee op vakantie,…”. Klopt deze stelling? Is een scheiding tussen privéleven en werk moeilijk te trekken bij ondernemen? Ondernemers leven ongezond, bent u het daar mee eens? Zou u het ondernemerschap aanraden aan uw kinderen/goede vrienden?
2.4
Brochure
Een laatste groep werkt aan het samenstellen van een brochure van het bedrijf. Ze maken hiervoor gebruik van de digitale versies van de verschillende collages die eerder gemaakt zijn. Ze nemen delen van de collages, maken eventueel een woordenwolk en voegen alles samen tot een mooi geheel. Eén brochure wordt afgeprint en overhandigd aan de gastspreker na zijn uiteenzetting.
2.5
Kwartet
Ten laatste werken de verschillende groepjes samen aan een kwartetspel met betrekking tot het bedrijf. Eerst wordt er op het internet gezocht wat een kwartetspel precies is, hoe het gespeeld wordt en wat de spelregels zijn. In bijlage staat een voorbeeld van hoe een kwartetspel gespeeld wordt. Dan gaat iedere groep aan de slag om zelf een gedeelte van het kwartetspel te maken. Elke groep krijgt één of meerdere activiteiten/producten/afdelingen/… van het bedrijf toegewezen, waarvoor ze een kwartet (= vier kaarten per activiteit/product/afdeling/…) samenstellen. In het geval dat de leerlingen niet op bedrijfsbezoek kunnen gaan, krijgt enkel de groep die anders verantwoordelijk is voor de afspraken met betrekking tot het bedrijfsbezoek, deze opdracht.
3
Afsluiter
Als afsluiting van het project “Ondernemer voor de klas”, wordt er een stellingenspel gedaan en gaan de leerlingen het zelfgemaakte kwartetspel spelen.
3.1
Stellingspel
Na het bezoek van de gastspreker wordt er een stellingenspel georganiseerd. Iedere leerling krijgt van de leerkracht een groene en een rode kaart waarmee ze kunnen aantonen of ze wel of niet akkoord zijn met de opgegeven stelling. De leerkracht maakt een aantal stellingen aan de hand van de informatie die de gastspreker heeft gegeven en legt die voor aan de leerlingen. Bij elke stelling moeten de leerlingen dan de groene kaart omhoogsteken wanneer ze akkoord zijn met de stelling en de rode kaart wanneer ze niet akkoord zijn met de stelling. De leerkracht kan zo van elke leerling zien of ze wel of niet akkoord zijn met de stelling en op deze manier een discussie in gang zetten tussen de leerlingen.
3.2
Kwartetspel
Tenslotte mogen de leerlingen het kwartetspel, dat ze eerder zelf samengesteld hebben, spelen. Op deze manier herhalen ze de opgedane kennis in verband met het bedrijf en is er een ontspanningsmoment als afsluiter van het project. Het kwartetspel kan best in groepjes van vier of vijf personen gespeeld worden, dus er moeten meerdere spellen beschikbaar zijn. De leerkracht zorgt er dan ook voor dat het spel een aantal keren uitgeprint wordt. Om het een beetje competitief te maken, kan de leerkracht de winnaars van iedere 5
groep het spel nog eens tegen elkaar laten spelen om ze tot één grote winnaar te komen, die dan een soort ‘trofee’ krijgt. Hiervoor kan misschien aan het bedrijf gevraagd worden of ze geen gadgets of relatiegeschenk hebben waar ze één exemplaar aan de winnende leerling willen schenken.
4 Materiaallijst De materialen die nodig zijn voor de voor tijdens en na het bezoek van de gastspreker zijn de volgende:
4.1 De voorbereiding Voor het tonen van het bedrijfsfilmpje is er een beamer nodig waarop het filmpje geprojecteerd kan worden. Tevens hebben de leerlingen computers nodig omdat ze bepaalde informatie op het internet moeten opzoeken, zowel voor het maken van de collages als voor de informatie over het bedrijf. Daarnaast moet er ook een printer ter beschikking zijn voor de groepjes die de collages maken, aangezien ze de collage op papier moeten zetten. De leerlingen moeten dus bepaalde afbeeldingen, tekst,…kunnen uitprinten. Voor het maken van de collages is er daarenboven papier, scharen, lijm, … nodig. De leerkracht zorgt daarnaast voor tijdschriften, kranten, reclamefolders en dergelijke, waar de leerlingen ook beeldmateriaal kunnen halen voor hun collage.
4.2 Het bedrijfsbezoek/bezoek gastspreker Voor de verschillende opdrachten zijn telkens computers nodig. Het is dus best er aan deze opdrachten in een computerlokaal gewerkt wordt.
4.3 De afsluiter De leerkracht stelt rode en groene kaarten ter beschikking aan de leerlingen voor het stellingenspel. Een alternatief hiervoor is dat de leerlingen een rode en groene pen nemen om aan te geven of ze wel of niet akkoord zijn met de gegeven stellingen. Om het kwartetspel te kunnen spelen, moeten er een aantal kwartetspellen ter beschikking zijn. Hoeveel spellen er uitgeprint moeten worden hangt af van de grootte van de groep. Zorg er als leerkracht voor dat de groepjes uit vier of vijf personen bestaan.
5 Evaluatie 5.1
Vaardigheden
1 De leerling beheerst de vaardigheid totaal niet, zelfs niet met begeleiding van de leraar 2 De leerling kan opdrachten i.v.m. deze vaardigheid uitvoeren onder sterke begeleiding van de leraar of met hulp van medeleerlingen 3 De leerling kan opdrachten i.v.m. deze vaardigheid redelijk zelfstandig uitvoeren maar laat af en toe nog een steekje vallen 4 De leerling kan opdrachten i.v.m. deze vaardigheid volledig zelfstandig uitvoeren 6
1
2
3
4
Ken je gastbedrijf Kan een zoekmachine gebruiken om informatie op te zoeken Kan onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken Kan de bedrijfsfiche uitwerken met de pc Kan verzamelde informatie verwerken tot een overzichtelijk geheel Kan efficiënt informatie opzoeke Kan de verschillende media naar waarde inschatten Weet het gastbedrijf wie jullie zijn? Kan onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken Kan de informatiefiche uitwerken met de pc Kan verzamelde informatie verwerken tot een overzichtelijk geheel Kan efficiënt informatie opzoeken Afspraken Kan afspraken maken met externen Kan communiceren met externen Kan zich schriftelijk goed uitdrukken Kan de Bin-normen respecteren en toepassen
Brochure / kwartet Kan foto’s en beelden verwerken tot een presentatie Kan creativiteit uiten Kan verzamelde informatie verwerken Kan communiceren met derden (ICT-coördinator) Kan afspraken maken met derden (ICT-coördinator) 7
5.2
Attitudes
1 De attitude is meerdere keren niet aanwezig 2 De attitude is minstens één keer niet aanwezig 3 De attitude is steeds aanwezig 1
2
3
Schuift minder interessante taken niet van zich af Luistert naar anderen en laat hen uitspreken Is niet te vlug tevreden. Het werk is af Heeft respect voor de infrastructuur Kan zelfstandig werken Stelt hoge eisen aan zichzelf en zijn resultaten Bereidt de opdracht voor Is ordelijk en nauwkeurig Werkt goed samen, kan kritiek aanvaarden, is collegiaal Staat open voor de visie van anderen Kan zich neerleggen bij het standpunt van de meerderheid Gaat respectvol om met medeleerlingen
8