Visie op informele zorg “Basis voor samen leven”
1 Versie 1.0. 21 juli 2014
Inhoud Inleiding ....................................................................................................................................................... 3 Begripsomschrijvingen .............................................................................................................................. 3 1.
Achtergrond ......................................................................................................................................... 4 1.1 Missie en Visie Zorggroep Charim .................................................................................................. 4 1.2
Visie op zorg ................................................................................................................................... 4
1.3
Maatschappelijke en politieke ontwikkelingen ................................................................................. 5
1.4 Juridisch kader................................................................................................................................ 5 1.4.1 Vrijwilligers ............................................................................................................................... 5 1.4.2 Mantelzorgers .......................................................................................................................... 6 2.
Visie Zorggroep Charim op informele zorg ........................................................................................ 7 2.1 Vijf pijlers voor beleid informele zorg ............................................................................................... 7 2.1.1 Als thuis ................................................................................................................................... 7 2.1.2 Aanvullend ............................................................................................................................... 7 2.1.3 Autonomie ................................................................................................................................ 7 2.1.4 Substitutie ................................................................................................................................ 8 2.1.5 Faciliteren ................................................................................................................................ 8
3.
Conclusies............................................................................................................................................ 9
4.
Doelen voor verdere uitwerking in beleid en richtlijn. ..................................................................... 10 4.1
Doelen mantelzorg ........................................................................................................................ 10
4.2
Doelen vrijwilligers ........................................................................................................................ 10
2 Versie 1.0. 21 juli 2014
Inleiding Dit document beschrijft vanuit de missie en visie van Zorggroep Charim haar visie op informele zorg- en dienstverlening. Er wordt beschreven hoe Zorggroep Charim invulling wil geven aan informele zorg- en dienstverlening. Door de omslag van verzorgingsstaat naar de participatiesamenleving zal de informele zorg een andere rol krijgen. Deze visie komt voort uit de paradigmaverandering “Professionele zorg is aanvullend op de mogelijkheden van de cliënt en de informele zorg i.p.v. andersom”. Deze paradigmaverandering heeft een cultuuromslag tot gevolg. Deze notitie heeft als doel een brede basis te vormen voor de visie op informele zorg binnen Zorggroep Charim en een basis te vormen voor relevant beleid, richtlijnen en protocollen.
Begripsomschrijvingen Informele zorg Informele zorg verwijst naar zorg en ondersteuning die wordt verleend door mantelzorgers, familieleden, buren, vrienden en vrijwilligers aan mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben, zonder daarbij aanspraak te maken op betaling van loon. Vrijwilligerswerk1 Vrijwilligerswerk in de zorg is werk dat in enig georganiseerd verband wordt verricht ten behoeve van anderen die zorg en ondersteuning nodig hebben, geleverd door mensen die – bij aanvang van de werkzaamheden – geen persoonlijke betrekking hebben met de cliënt. Daarbij maken zij geen aanspraak op betaling van loon. Mantelzorg2 Mantelzorg is langdurende zorg (meer dan 3 maanden) die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende (thuis of in een zorginstelling) door personen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie. Sociaal Netwerk3 Het sociale netwerk is een verzamelnaam voor een netwerk van betekenisvolle mensen (familie, buren, vrienden, collega’s, kennissen) dat functioneert als ondersteuningsbron voor het eigen welzijn en welbehagen. De ondersteuning kan zowel emotioneel als praktisch zijn. “Betaalde mantelzorg / professionele mantelzorg”4 Zorg of dienstverlening die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende (thuis of in een zorginstelling) en waar een vergoeding tegenover staat.
1
www.zorgbetermetvrijwilligers.nl Beleidsbrief van VWS 2009 “Naast en met elkaar” over de relatie tussen formele en informele zorg 3 Thesaurus Zorg en Welzijn. 4 Eigenlijk zijn dit verkeerde termen omdat mantelzorger iemand uit het sociale netwerk is van de cliënt. Vanuit mantelzorgers is er weerstand tegen de term. Er is nog geen definitie voor. 2
3 Versie 1.0. 21 juli 2014
1. Achtergrond 1.1 Missie en Visie Zorggroep Charim Missie: ‘Leven doen we samen.’ Charim wil ‘samen leven’ met ouderen die hulp nodig hebben. Onze ambitie is dat deze ouderen hun eigen leven zoveel mogelijk voortzetten, zoals ze gewend zijn. Samen met cliënten en hun omgeving zoeken we naar de beste manier waarop professionele zorg en ondersteuning kan worden geboden die past bij de persoonlijke levenssfeer en levensfase van de cliënt. Onze medewerkers zetten zich met toewijding in om deze zorg en ondersteuning af te stemmen op de persoonlijke vragen, wensen en dromen van de cliënt. Charim is een betrokken en betrouwbare partner van cliënten, familie, medewerkers, vrijwilligers en andere samenwerkingsrelaties. Zo dragen we bij aan een zorgzame samenleving. Visie: Toegewijd: Charim ondersteunt de cliënt, zodat hij zoveel mogelijk zijn leven kan voortzetten. Daarvoor bieden we kwalitatief goede ondersteuning en zorg, waar dat wenselijk is. Dat doen we met toewijding. Hierbij is er ruimte voor persoonlijke aandacht en zingeving. Samen: Wij willen de zelf- en samenredzaamheid van de cliënt zoveel mogelijk stimuleren. Samen zoeken we naar de manier waarop Charim een aanvulling kan geven op de mogelijkheden van de cliënt en zijn omgeving. Alleen waar wenselijk nemen we (professionele) zorg over. Professioneel: Charim vindt dat je als cliënt moet kunnen rekenen op kwalitatief goede zorg en ondersteuning. Daarom werken we continu aan het bevorderen van onze deskundigheid. We willen hierin een betrouwbare partner zijn, waar de cliënt met een gerust hart op terug kan vallen. Maar kwaliteit van zorg is meer. Ervaren van welbevinden en een positieve beleving bij de cliënt is ons hoogste doel.
1.2 Visie op zorg Zorggroep Charim biedt zorg vanuit de protestants-christelijke levensbeschouwing. Uit respect voor de cliënt zal dat wat Charim biedt slechts aanvullend zijn en ter bevordering van de zelfredzaamheid van de cliënt. De cliënt draagt zelf verantwoording voor zijn leven, welzijn en welbevinden: de cliënt geeft zelf zoveel mogelijk richting en inhoud aan zijn leven en leefstijl en de wijze waarop hij zijn huishouding voert. Continuering van wat de cliënt altijd gewend is geweest is voor Charim leidraad. Charim biedt zijn cliënten een veilige woonomgeving en zijn medewerkers een veilige werkomgeving5. De organisatie is hierbij gehouden aan professionele standaarden, die te herleiden zijn uit relevante wet- en regelgeving, “Normen Goede Zorg”, instructies van de Inspectie voor de gezondheidszorg en andere overheidsorganen en opleidingseisen. Dit betekent dat de organisatie moet toezien op kwaliteitscriteria voor de taken die door de informele zorg worden uitgevoerd.
5
De zorgvisie, conceptversie 1, november 2013
4 Versie 1.0. 21 juli 2014
1.3 Maatschappelijke en politieke ontwikkelingen Door de participatiegedachte (regeerakkoord 2012 en zorgakkoord 2013) wordt er een groter beroep gedaan op de mogelijkheden van de cliënt zelf en zijn netwerk (cliëntsysteem). Vanuit VWS zijn middels de kamerbrief van 20 juli 2013 ‘versterken, verlichten en verbinden’ de uitgangspunten voor informele zorg benoemd. Meer verantwoordelijkheid en een groeiende participatie van de burger zijn uitgangspunten bij de decentralisatie van de AWBZ. De inzet van informele zorg levert een belangrijke bijdrage aan de zelfstandigheid en zelfregie van de cliënt. De professionele zorg die geboden moet worden zal aansluitend zijn op de mogelijkheden van de cliënt en zijn netwerk. Voor de zorgaanbieder ligt er de uitdaging om zorgarrangementen aan te bieden waarbij de samenwerking met mantelzorg en vrijwilligers geboden is. Gemeenten hebben de plicht zorg te dragen voor ondersteuning van vrijwilligers en mantelzorgers. Maar ook zorgaanbieders hebben daarin een belangrijke rol. Als de zorgaanbieder de cliënt en zijn netwerk faciliteert (ondersteunen en empoweren), kan het cliëntsysteem optimaal participeren en is de professionele zorg aanvullend hierop. De verwachting is dat in de toekomst ongeveer 20% van de inzet van professionals gericht is op faciliteren van het cliëntsysteem. Ook in de Beleidsbrief Mantelzorg van VWS wordt het toenemende belang van de informele zorg onderstreept. VWS stimuleert een optimale samenwerking tussen klanten, mantelzorg, vrijwilligers en professionals. Daarnaast onderstreept zij het belang van ondersteuning aan mantelzorgers. Kerken hebben de afgelopen 30 jaar een afnemende rol gekregen in het zorglandschap. Met de nieuwste maatschappelijke ontwikkelingen komt de rol van kerken in de zorg weer meer naar voren. Zorginstellingen en kerken hebben elkaar nodig om toenemende zorg- en hulpvraag en afnemende professionele zorginzet op te kunnen vangen. Kerken gaan weer meer betekenen in de ondersteuning van ouderen uit hun gemeente en de naaste omgeving. Zorginstellingen zullen hierin een faciliterende rol naar de kerken kunnen bieden, omdat daar veel kennis en expertise is op het gebied van ouderen en hun zorg- en hulpvraag.
1.4 Juridisch kader 1.4.1 Vrijwilligers Een cliënt mag van een zorgaanbieder verwachten dat zij hem verantwoorde zorg levert. Dat geldt ook voor vrijwilligers die via de zorgaanbieder worden ingezet. Als de vrijwilliger een fout maakt waardoor de cliënt schade lijdt is de zorgaanbieder daarvoor aansprakelijk. (art. 6:76BW) Als de vrijwilliger een fout maakt die verwijtbaar is, is hij daar ook zelf verantwoordelijk voor. De verhouding tussen zorgaanbieder en vrijwilliger wordt vastgelegd in een vrijwilligersovereenkomst die zowel door de zorgaanbieder als de vrijwilliger getekend moet worden. De zorgaanbieder beschrijft wat iemand moet weten en kunnen om bepaalde taken uit te voeren. Kwaliteitskader Verantwoorde Zorg (Kwaliteitswet zorginstellingen) Een vrijwilliger die over dezelfde kwalificaties, kennis en vaardigheden beschikt als een beroepskracht kan dezelfde taken verrichten als een beroepskracht. Wet BIG Wanneer vrijwilligers werkzaam zijn voor een zorgaanbieder, die wel beroepsmatig handelt, ligt het voor de hand dat zij, wanneer zij voorbehouden handelingen verrichten, daarbij aan dezelfde zorgvuldigheidseisen behoren te voldoen als beroepskrachten. 5 Versie 1.0. 21 juli 2014
1.4.2 Mantelzorgers Tussen de zorgaanbieder en de mantelzorger en mensen uit het sociale netwerk bestaat geen formele relatie. De zorgaanbieder is daarom niet verantwoordelijk voor wat de mantelzorger en/of mensen uit het sociale netwerk doen en evenmin aansprakelijk voor schade die de cliënt lijdt door hun fouten.6 Ook is de zorgaanbieder niet verantwoordelijk voor iemand die spontaan een handje helpt (iemand is op bezoek en helpt een andere cliënt.) Uitzondering hierop is de situatie waar van de zorgaanbieder verwacht mag worden dat hij had kunnen voorkomen dat iemand spontaan hulp verleent, bijvoorbeeld als dit te riskant is. Kwaliteitskader Verantwoorde Zorg (Kwaliteitswet zorginstellingen) Indien de cliënt het wenst, wordt de mantelzorger nadrukkelijk betrokken in het zorgproces. De zorgaanbieder vraagt de cliënt en de mantelzorger naar de gewenste en mogelijk hulp van de mantelzorgers. De zorgverlener stemt de professionele zorg hierop af. De zorgverleners leggen alle afspraken met de cliënt en de zorgverleners vast in het zorgleefplan. De wet beperkt de werkzaamheden van de mantelzorgers niet en houdt nadrukkelijk rekening met voortzetten mantelzorg na opname in een instelling en waardeert dit positief. Wet BIG De wet BIG is niet van toepassing op mantelzorgers. Zij kunnen dus ook zonder tussenkomst van een arts voorbehouden handelingen uitvoeren en de arts behoeft zich niet van hun bekwaamheid te vergewissen. Aansprakelijkheidsrecht Maakt een mantelzorger een fout, dan is hij zelf aansprakelijk voor de schade die daardoor ontstaat. De zorgaanbieder is alleen aansprakelijk als hij tekortschoot als toezichthouder. Als zorgaanbieder en mantelzorger het niet eens worden over de inzet van de mantelzorger omdat de zorgaanbieder van mening is dat de kwaliteit van de mantelzorg onvoldoende is, verdient het aanbeveling dat de zorgaanbieder dit goed aantekent in het zorgdossier: - onderwerp van bespreking - wat het voorstel is - wat er gedaan is om de mantelzorger te overtuigen - hoe de inzet van de mantelzorger wordt gemonitord Hiermee maakt de zorgaanbieder toetsbaar dat hij aan haar zorgplicht heeft voldaan.
6
Brochure Actiz (versie 2012)
6 Versie 1.0. 21 juli 2014
2. Visie Zorggroep Charim op informele zorg Uitgangspunt is dat de cliënt die zorg en dienstverlening van Zorggroep Charim ontvangt zelf de regie houdt.
2.1
Vijf pijlers voor beleid informele zorg
Wij onderscheiden 5 belangrijke pijlers voor de informele zorg: 1. Als thuis; informele zorg zorgt er voor dat de cliënt zoveel mogelijk zijn eigen omgeving met eigen gewoontes en levensstijl behoudt. 2. Aanvullend; professionele zorg sluit aan op de informele zorg. 3. Autonomie; informele zorg draagt bij aan de zelfregie van de cliënt. 4. Substitutie; informele zorg zorgt er voor dat professionele zorg later/minder wordt ingezet. 5. Faciliteren; de professionele zorg faciliteert de informele zorg zodat deze optimaal kan functioneren. 2.1.1 Als thuis Cliënten hebben het meest het “thuisgevoel” als alles zoveel mogelijk gaat als men gewend was voordat er professionele zorgverlening ingeschakeld werd. Zorggroep Charim heeft daarom de overtuiging dat de informele zorg de rol die zij vervulde zoveel mogelijk blijft vervullen. Mantelzorgers en vrijwilligers leveren een onmisbare bijdrage aan het ervaren van kwaliteit van leven. Zij doen dat in de eerste plaats door een relatie te onderhouden of aan te gaan met de cliënt. Dat bevestigt iemand in zijn mens zijn en houdt sociale betrekkingen in stand. Dat kan bijdragen aan een optimaal beleven van welzijn bij de cliënt en het zoveel mogelijk continueren van de gewoonte en levensstijl van de cliënt. Onderstaand schema7 geeft weer hoe een mantelzorger de afwegingen kan maken.
2.1.2 Aanvullend Jarenlang mocht de informele zorg aanvullend functioneren op de professionele zorg. Als de professionele zorg het goed vond of als zij ergens niet aan toekwam mocht de informele zorg dat doen. Zorggroep Charim zet aanvullend op de informele zorg haar professionals in. Bij datgene wat de cliënt of de informele zorg niet (meer) kan doen wordt gekeken welke rol de professionele zorg hierin kan vervullen. Allereerst kijken of de cliënt of de informele zorg het met of na ondersteuning (uitleg, samen doen, tijdelijk overnemen e.d.) zelf kan doen. In andere situaties zal de professionele zorg het overnemen. Bij de zorginventarisatie wordt uitgegaan van: wat kan cliënt zelf nog, wat kan de mantelzorger of vrijwilliger voor u betekenen, wat kunnen wij als zorgaanbieder of professional voor u betekenen. In deze volgorde. 2.1.3 Autonomie Door de informele zorg houdt het cliëntsysteem meer regie. Zij bepaalt waar en op welke manier de cliënt zelf, de informele zorg of de professional een bijdrage levert, die het meest aansluit op de gewoonten / het levensritme van de cliënt. De cliënt bepaalt wanneer de professional in beeld komt. De hieruit voortvloeiende afspraken worden vastgelegd in het zorgleefplan. 7
Informele zorg 3.0 Schuivende panelen en krakend fundament. Rede prof. dr. M.I. Broerse van Groenou
7 Versie 1.0. 21 juli 2014
2.1.4 Substitutie Door de inzet van de informele zorg kan de professionele zorg pas later of in mindere mate nodig zijn. Hierdoor kan de professional zich richten op de hogere complexe zorg en cliënten met een klein/geen sociaal netwerk. Op deze manier worden de schaarse middelen (financiën voor de professional) optimaal ingezet. 2.1.5 Faciliteren Zorggroep Charim faciliteert de informele zorg. Door ondersteuning van de informele zorg kan de mantelzorg of vrijwilliger meer zorg en ondersteuning aan de cliënt (blijven) bieden. Mantelzorgers De facilitering van de mantelzorg kan worden gekoppeld aan de verschillende rollen van een mantelzorger. - Partner in zorg = samenwerken - Hulpvrager = ondersteunen - Persoonlijke relatie = faciliteren - Expert = afstemmen Partner in zorg; Zorggroep Charim werkt optimaal samen met de mantelzorger en werkt aanvullend op de mogelijkheden van de cliënt en de mantelzorger. Hulpvrager; De mantelzorger kan verschillende hulpvragen hebben. Wij ondersteunen deze hulpvragen. Bij dreigende overbelasting zijn er mogelijkheden van ondersteuning door het team, een psycholoog of een andere professional. Waar nodig geven wij instructie aan cliënt en/of mantelzorger om zijn taken goed uit te kunnen voeren. Een hulpvraag nemen wij altijd serieus en we proberen samen met de mantelzorger de beste ondersteuning te vinden. Persoonlijke relatie; Wij faciliteren de mantelzorger optimaal om ook zijn rol als relatie van de cliënt te kunnen blijven vervullen. Hiertoe houden wij bijvoorbeeld rekening met de privacy als cliënt en mantelzorger samen zijn. Ook kunnen we bij de verzorging bepaalde taken overnemen omdat bijvoorbeeld een dochter vanuit een persoonlijke relatie met haar vader dit lastig of vervelend vindt. Dit respecteren wij. Expert; De mantelzorger zien wij als een expert in het kennen van de cliënt. Zij leven vaak al heel lang samen met de cliënt en kennen zijn gewoontes en leefstijl het beste. Zeker als de cliënt dit niet meer zelf aan kan geven gebruiken wij de ervaring van de mantelzorger en nemen deze zoveel mogelijk over. Vrijwilligers Beide eerste rollen van de mantelzorgers gelden ook voor de vrijwilligers. Partner in zorg; Zorggroep Charim werkt optimaal samen met de vrijwilliger. Samen werken zij aanvullend op de mogelijkheden van de cliënt en de mantelzorger. Om deze taken goed uit te kunnen voeren biedt Zorggroep Charim vrijwilligers scholing en ondersteuning aan. Ook brengt zij vrijwilligers op de hoogte van belangrijke informatie over de organisatie. Hulpvrager; De vrijwilliger kan verschillende hulpvragen hebben. Wij ondersteunen deze hulpvragen. Waar nodig geven wij instructie aan cliënt en/of vrijwilliger om zijn taken goed uit te kunnen voeren. Een hulpvraag nemen wij altijd serieus en we proberen samen met de vrijwilliger de beste ondersteuning te vinden.
8 Versie 1.0. 21 juli 2014
3. Conclusies -
Mantelzorgers en vrijwilligers krijgen een steeds belangrijkere rol om bij te dragen aan het ervaren van kwaliteit van leven van de cliënt, waarbij de cliënt de regie voert en het leven zoveel mogelijk kan voorzetten zoals hij gewend was.
-
Professionele zorg is aanvullend op cliënt en informele zorg.
-
Wettelijke kaders geven voldoende mogelijkheden voor de inzet van mantelzorgers en vrijwilligers voor meer taken.
-
Ondersteunen en begeleiden van mantelzorgers en vrijwilligers is een taak voor professionals die steeds meer tijd zal vragen.
-
Om aan genoemde visie en doelen inhoud te kunnen geven is een cultuuromslag nodig.
-
Om aan genoemde visie en doelen inhoud te kunnen is verdere uitwerking nodig van beleid, en richtlijnen rond mantelzorg en vrijwilligerswerk.
9 Versie 1.0. 21 juli 2014
4. Doelen voor verdere uitwerking in beleid en richtlijn. 4.1 Doelen mantelzorg 1. Duidelijke rol voor de mantelzorger, waarbij het ervaren van kwaliteit van leven voor de cliënt toeneemt. Deze rol wordt geïnventariseerd bij het intakegesprek en vastgelegd in het zorgleefplan. 2. Mantelzorgers krijgen ondersteuning en begeleiding als zij dit nodig vinden. a. Professionals hebben oog voor wensen en mogelijkheden van de mantelzorger en betrekken de mantelzorger. b. De EVV-er heeft oog voor de draagkracht en draaglast van de mantelzorger en voor de behoefte aan ondersteuning. c. Mantelzorgers krijgen informatie die zij nodig vinden/hebben. Dit gebeurt zowel proactief als op vraag van de mantelzorger.
4.2 Doelen vrijwilligers 1. Taken en verantwoordelijkheden van de verschillende vrijwilligersactiviteiten zijn beschreven. 2. Van de meest voorkomende soorten activiteiten van vrijwilligers zijn functieprofielen beschreven en werving, selectie- en behoud beleid worden opgesteld. 3. Activiteiten worden gematcht op kennis en wensen van de vrijwilliger en de vraag van de cliënt. 4. Vrijwilligers worden door de professionals ondersteund, begeleid en opgeleid om hun taken goed uit te kunnen voeren. Hiertoe zijn wij regelmatig met de vrijwilligers in gesprek, zowel groepsgewijs als individueel. 5. De afspraken met de vrijwilligers zijn vastgelegd in een vrijwilligersovereenkomst waarin de rechten en plichten van de vrijwilligers en de organisatie zijn vastgelegd. 6. Programma’s en cursussen die vrijwilligers ondersteunen bij het uitvoeren van hun taak worden ontwikkeld. Hiermee wordt beoogd vrijwilligers aan te trekken en te behouden die passen bij de missie, visie en ambities van de organisatie.
10 Versie 1.0. 21 juli 2014