Visie Medisch en Zorg Rotterdam Een gezonde bedrijfstak Concept
Gemeente Rotterdam Ontwikkelingsbedrijf April 2008
Redactie: Team Medisch, Creatieve Economie en Vrijetijdseconomie Met medewerking van GGD, JOS, SoZaWe, dS+V en Stichting Zorgimpuls Vormgeving: Druk: Oplage:
Inhoudsopgave
1.
Samenvatting
2
Inleiding 1.1 Economische visie op 'medisch en zorg' 1.2 Waarom kiest Rotterdam voor apart beleid voor de medische en zorgsector? 1.3 Waarom zorgt 'medisch en zorg' voor economische groei? 1.4 Relatie met bestaand beleid 1.5 Leeswijzer en verantwoording
5 5 6 6 6 7
2.
De Rotterdamse zorgeconomie: omvang en betekenis 2.1 De grenzen van de zorgeconomie 2.2 Werkgelegenheid 2.3 Financiële betekenis 2.4 Vastgoed
8 8 9 12 13
3.
Trends en ontwikkelingen in de zorgeconomie 3.1 Maatschappelijke ontwikkelingen 3.2 Trends in de zorgsector
14 14 16
4.
Ambities, doel en speerpunten van beleid 4.1 Inleiding 4.2 Ambities en doelstelling 4.3 SWOT-analyse en speerpunten van beleid 4.4 Randvoorwaarden 4.5 Uitvoeringsprogramma Zorgeconomie Rotterdam
20 20 20 21 24 24
1
Samenvatting Zorgeconomie: groei en transitie versterken elkaar Met de vergrijzing van Nederland en de groei van het aantal chronisch zieken, stijgt de interesse in gezondheid en de gezondheidszorg. De zorgsector reageert daarop met onder meer aandacht voor preventie en nieuwe geavanceerde technieken. Bij de snelle groei van de zorgeconomie die hieruit voortvloeit, heeft Rotterdam een gunstige uitgangspositie. De meeste Rotterdamse instellingen hebben een verzorgingsgebied dat ook een groot deel van de directe regio en van het zuidwesten van Nederland beslaat. Het bovenregionale of zelfs landelijk verzorgingsgebied van sommige instellingen is aantrekkelijk voor bezoekers en bedrijven. Duidelijk is dat de zorgsector niet alleen groeit, maar ook een verandering doormaakt van aanbod- naar vraaggericht. De nieuwe producten en diensten en de bijbehorende nieuwe vormen van ondernemerschap zorgen ook weer voor economische groei. De 'verkleuring' van de Rotterdamse bevolking brengt extra mogelijkheden voor nieuw ondernemerschap met zich mee. Ook de medische sector in Rotterdam heeft gunstige perspectieven. De hoge kwaliteit maakt dat medische sector direct bijdraagt aan het ontwikkelen van een internationaal innovatief topklimaat, dat Rotterdam als kennishaven van wereldklasse op de kaart kan zetten. Spil hierin is het Erasmus MC, dat met zijn vele medische specialismen zowel landelijk als internationaal bekend staat als topvoorziening. Het Erasmus MC heeft de potentie veel medische bedrijvigheid naar Rotterdam te trekken. Omvang In 2040 zal, aldus op rekenmodellen gebaseerde voorspellingen, de zorgvraag in Nederland verdubbeld zijn ten opzichte van 2007. De gezondheids- en welzijnszorg, nu al de tweede werkverschaffer van Rotterdam, zal dan de grootste banenmotor van de stad zijn. Opmerkelijk is dat in deze brede sector rond de tien instellingen verantwoordelijk zijn voor meer dan driekwart van de werkgelegenheid. Lange tijd was de gezondheidszorg een grotendeels sterk gereguleerde sector. Met de omslag naar deregulering en meer marktwerking komen steeds meer financiële gegevens beschikbaar, zoals omzet en investeringscijfers. Naar schatting ligt de bruto-omzet van de sector in Rotterdam tussen de twee en drie miljard euro per jaar. Grote instellingen, zoals ziekenhuizen en (thuis)zorginstellingen, hebben hierin een belangrijk aandeel. Betekenis De zorgeconomie groeit met name in bepaalde segmenten. Op de consument gericht (BtoC, ofwel Business-to-Consumer) zijn op preventie gerichte bedrijven, ziekenhuiszorg, GGZ-zorg en sport en wellness. In de BtoB(Business-to-Business)-markt groeit vooral het R&D(Research & Development)segment sterk, net als de medisch- en zorggerelateerde productie. Nieuwe ondernemers spelen in op deze groeimarkten en introduceren steeds meer vernieuwende concepten. Ook hier ligt een groeikans voor het aandeel van het midden- en kleinbedrijf in de sector.
Trends en ontwikkelingen De toenemende vraag naar zorg biedt economisch grote kansen voor Rotterdam. Terwijl aan de onderkant van de economie bijvoorbeeld huishoudelijke hulpen doorgroeien tot verzorgenden, zullen aan de bovenkant onder andere hoogwaardige woonmilieus en goede voorzieningen ervoor zorgen dat de stad de zilveren golf kan vasthouden of naar zich toe trekken. Kritische zorgconsument Een van de belangrijkste algemene trends van dit moment is de opkomst van nieuwe en koopkrachtige doelgroepen, zoals de 'zilveren golf' (vitale, koopkrachtige senioren). Terwijl de zorgsector verandert van aanbod- naar vraaggestuurd met op kwaliteit gebaseerde concurrentie, verandert de burger steeds meer in een kritische (zorg)consument. Men is op zoek naar zorg die het beste aansluit bij de behoeften en bereid daarvoor meer te betalen. ICT-innovaties Een belangrijke ICT-innovatie in zowel de gezondheidszorg als de jeugdzorg is de ontwikkeling van het EPD / EKD (Elektronisch Patiënten / Kind Dossier). Rotterdam, Amsterdam en de regio Twente zijn hierin koplopers. Daarnaast biedt Rotterdam met de aanleg van het glasvezelnet ook belangrijke randvoorwaarden voor andere innovaties op ICT-gebied. 2
Woonconcepten De zilveren golf en chronisch zieken hebben niet alleen behoefte aan meer en betere medische zorg en zorg- en welzijnsdiensten. Zij willen ook aantrekkelijke woonconcepten, waarbij ze zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Gemeentelijke diensten, deelgemeenten, corporaties en andere marktpartijen werken met elkaar samen om deze woonconcepten te ontwikkelen. Kansrijke gebieden kunnen hierdoor uitgroeien tot woon-zorgzones (wijken met een optimale zorginfrastructuur). De vraag is groot en de bouwopgave voor deze groepen is in Rotterdam dan ook fors. Corporaties, ontwikkelaars en zorgaanbieders zetten zich hiervoor in. Zorgcentra en zorgboulevards Nog een trend: de ontwikkeling van grote(re), commerciële(re) zorgcentra en zorgboulevards. De onderlinge concurrentie zet ziekenhuizen aan tot het ontwikkelen van consumentgerichte vernieuwingen en voorzieningen. Voorbeelden hiervan zijn fenomenen als ‘zorghotels’, en ‘zorgboulevards’. Vaak is de nieuwbouw van een ziekenhuis de aanleiding om dit soort extra voorzieningen te realiseren, zoals bij het Maasstad Ziekenhuis (voormalig Medisch Centrum Rijnmond Zuid, MCRZ). Zorgboulevards bestaan vaak uit medische voorzieningen en zorgvoorzieningen, aangevuld met bijvoorbeeld horeca, detailhandel en een zorghotel. Behalve voor deze BtoC-bedrijven kunnen de locaties rondom ziekenhuizen ook een aantrekkelijke vestigingsplaats zijn voor BtoB-bedrijven. Meer eerstelijn De trend naar marktwerking en concentratie op wijkniveau blijkt ook uit de toename van gezondheidscentra en eerstelijnscentra, waarin meerdere eerstelijnsdisciplines gezamenlijk een onderkomen hebben, zoals apothekers, huisartsen, praktijkverpleegkundigen, fysiotherapeuten en verloskundigen.
Ambities en doelstellingen De gemeente Rotterdam heeft met haar beleid voor de zorgeconomie vier ambities: - de zorgeconomie draagt bij aan een sterkere economische structuur en een beter vestigingsklimaat in Rotterdam; - Rotterdam heeft een goed functionerend proces van kennisvalorisatie, waarbij medische kennis wordt omgezet in een product en een bedrijf, zodat werkgelegenheid en omzet ontstaan; - scholieren en studenten kiezen bewust voor een loopbaan bij Rotterdamse medische en zorginstellingen en vinden in Rotterdam een passende baan; - Rotterdam is een aantrekkelijke woonstad voor alle groepen in de samenleving, met name voor de zilveren golf. Rotterdam zet deze ambities om in één centrale doelstelling: De Rotterdamse zorgeconomie is een gezonde economische sector met veel bedrijvigheid en werkgelegenheid. De gemeente heeft ook een aantal subdoelen geformuleerd: - de zorgeconomie draagt bij aan een innovatiever ondernemingsklimaat door de koppeling van de kennis bij kennisinstellingen aan het regionale bedrijfsleven; - door goede investerings- en vestigingsvoorwaarden kent Rotterdam meer en beter ondernemerschap in de gezondheidszorgsector en aanpalende sectoren als welzijn, sport en wellness; - de opleiding van het Rotterdamse arbeidspotentieel sluit beter aan bij de vraag in de gezondheids- en welzijnssector; - de basisvoorzieningen in de zorg zijn afgestemd op de veranderende maatschappelijke vraag. Om die doelen te bereiken, zet Rotterdam zich in voor: - passende huisvesting, zowel voor bewoners als voor bedrijven; - een goede opleidingsstructuur, die aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt; - het stimuleren van innovaties in de zorg;
3
- de vorming van netwerken tussen medische en zorginstellingen, kennis- en onderwijsinstellingen, medische bedrijvigheid en overheden; - het opbouwen van het imago van Rotterdam als medische en zorgstad.
4
1.
Inleiding
1.1
Economische visie op 'medisch en zorg'
De gezondheidszorg (kortweg ‘medisch en zorg’ of ‘cure en care’) strekt zich uit van het begeleiden van gehandicapten tot wetenschappelijke ontdekkingen en van medische wellness tot gecompliceerde operaties in ziekenhuizen. Deze Visie Medisch en Zorg Rotterdam 2015 bekijkt de sector als bedrijfstak: hoe kan de economische spin-off van alle medische en zorgactiviteiten worden vergroot? Het gaat daarbij om de spin-off van fysieke zorglocaties, maar ook om zaken als nieuw ondernemerschap en kennisvalorisatie en om de vraag of er voldoende gekwalificeerd personeel is om de groei van de sector te waarborgen. In deze visie brengen we medisch en zorg samen, omdat Rotterdam alleen het imago ‘medische en zorgstad’ kan krijgen als zowel medisch als zorg kwalitatief goed zijn ontwikkeld. Stuwende activiteiten zijn economische activiteiten die zorgen voor concentratie / agglomeratie. De stuwende activiteiten trekken mensen en geld aan uit andere regio's en vaak ook uit andere landen. Verzorgende activiteiten hangen meestal samen met stuwende activiteiten en zijn gericht op de bevolking van de eigen regio. De groei van een stuwende bedrijfstak zorgt voor de groei van andere, van deze bedrijfstak afgeleide, organisaties en bedrijven.
De gezondheidszorg is zowel een stuwende als een verzorgende bedrijfstak. Stuwend door de R&Dorganisaties en -bedrijven, ziekenhuizen en de farmaceutische industrie. Hun grootste klanten komen van buiten de stad en zorgen voor inkomsten binnen de stad. Verzorgend door de basisvoorzieningen in de wijken, zoals verpleeghuizen, woonzorgcentra, eerstelijnszorg en wellness. De organisaties in de verzorgende sector zijn vooral kleinschalig, het zijn de toeleveranciers van het stuwende deel van de gezondheidszorg. De werknemers komen vaak uit de stad zelf. De betekenis van de verzorgende tak neemt toe door de stijgende zorgvraag van de groeiende groep ouderen en chronisch zieken in de stad. Deze Visie Medisch en Zorg Rotterdam 2015 gaat zowel over de verzorgende als over de stuwende economie. Gezien de speerpunten uit de Stadsvisie Rotterdam 2030 en de Investeringsstrategie gaat deze ruimtelijk-economische visie ook in op de betekenis van de sector voor gebiedsontwikkelingen en op het maatschappelijke, economische en financiële hefboomeffect van een gebiedsgerichte aanpak.
1.2
Waarom kiest Rotterdam voor apart beleid voor de medische en zorgsector?
Werkgelegenheid, ruimte voor ondernemerschap, een aantrekkelijk vestigingsklimaat en het stimuleren van kennisontwikkeling, innovatie en samenwerking zijn belangrijke aandachtspunten in de Economische Visie 2020 van de gemeente Rotterdam, net als de quality of life in de stad. Om de hieronder genoemde redenen is het medisch cluster een van de drie speerpunten in het economisch beleid van het college. Een gezonde bevolking is een economisch productieve bevolking De meest basale economische reden om in te zetten op 'medisch en zorg' is dat een goede gezondheidszorg bijdraagt aan economische voorspoed: een gezonde bevolking is een economische productiefactor. Bovendien is een goed functionerend stedelijk stelsel van gezondheidszorg een economische aanwinst voor de stad: zorginstellingen trekken opleidingen en toegepaste bedrijvigheid aan. Krachtige groeisector en toenemende economische meerwaarde De sterk toenemende vergrijzing en de daarmee gepaard gaande meer dan gemiddelde groei van 'medisch en zorg' is een landelijk gegeven. Rotterdam kent een minder sterke vergrijzing dan de rest van Nederland maar in 2030/2040 heeft ook Rotterdam de landelijke cijfers bereikt. Nú investeren in deze ontwikkeling kan eraan bijdragen dat de Rotterdamse senioren in de stad blijven en dat senioren van buiten Rotterdam kiezen als woonstad. In het verleden was 'medisch en zorg' een sterk gereguleerde en daardoor economisch weinig interessante sector. Op dit moment is 'Medisch en zorg' de op één na grootste sector van Rotterdam en de belangrijkste banenmotor van de stad: een krachtige groeisector met steeds meer marktinitiatieven. Voor de komende jaren
5
wordt een sterke groei verwacht van zowel de markt voor gezondheidszorg als de markt voor welzijn en wellness. Er is dan ook steeds meer erkenning voor de economische meerwaarde van de sector voor de stad. De gemeente kan faciliteren en stimuleren Omdat de werkgelegenheid in onder meer de industriële sector afneemt, is het belangrijk nieuwe werkgelegenheid te stimuleren. Voor 'medisch en zorg' is de werkgelegenheidsverwachting positief en we mogen verwachten dat de werkgelegenheid en de omzet zullen groeien, ook zonder ingrijpen van de gemeentelijke overheid. De gemeente is echter in staat om deze groei te ondersteunen en te versterken met bijvoorbeeld beleid op werkgelegenheid en gronduitgifte & vastgoed, integrale gebiedsontwikkeling en procedures op het gebied van de ruimtelijke ordening (RO-procedures). Ook kan de gemeente de sector een impuls geven door gebruik te maken van de mogelijkheden die de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) biedt. Bovendien kan de gemeente optreden als publieke ontwikkelaar, partijen bij elkaar brengen en de gemeentelijke visie over de zorgeconomie uitdragen.
1.3
Waarom zorgt 'medisch en zorg' voor economische groei?
De economische groei waartoe 'medisch en zorg' leidt, heeft verschillende oorzaken. De twee belangrijkste zijn de verandering van de maatschappelijk vraag en innovaties in de medische sector. De maatschappelijke vraag naar zorg verandert Er zijn verschillende oorzaken voor de verandering van de maatschappelijke vraag naar zorg. Cliënten en patiënten zijn steeds onafhankelijker waardoor de verschuiving van aanbod- naar vraaggestuurde zorg is ontstaan. Resultaat daarvan is zorg-op-maat: de burger is de baas. Hier liggen economische kansen. - Door de dubbele vergrijzing (er komen meer ouderen die bovendien steeds ouder worden), de stijging van het aantal chronisch zieken en de groeiende aandacht voor preventie groeit de vraag naar zorg. Daarmee groeit ook de werkgelegenheid maar de beroepsbevolking groeit niet mee, waardoor niet kan worden voldaan aan de vraag. Er zijn technische en arbeidsbesparende innovaties nodig om voldoende zorg te kunnen bieden. Deze innovaties zorgen voor economische groei en maken de vraaggeoriënteerde zorg mogelijk. - In een multiculturele stad als Rotterdam vragen verschillende etnische groepen andere zorgdiensten. Tegelijkertijd is de consument, allochtoon én autochtoon, steeds meer bereid zelf te betalen voor goede zorg. Net als de achterblijvende groei van de beroepsbevolking leiden ook deze ontwikkelingen tot innovaties. De marktwerking in de zorg stimuleert die innovaties. Daarbij moet rekening worden gehouden met de (landelijke) ontwikkelingen op het gebied van de Zorgverzekeringswet en het verzekerde (basis-)pakket aan zorgdiensten. De medische sector innoveert Van oudsher is de medische sector bijzonder innovatief. Een constante stroom van wetenschappelijke ontdekkingen doet klachten verminderen en zorgt ervoor dat mensen genezen. Deze ontdekkingen krijgen een economische spin-off als ze worden omgezet in nieuwe producten en diensten die bedrijfsmatig op de markt worden gebracht. De toename van aangevraagde en erkende patenten vormt een goede basis voor meer werkgelegenheid en omzet in de stad. Het Rotterdamse academisch medisch centrum Erasmus MC telt internationaal mee op het gebied van life sciences. Het Sint Franciscus Gasthuis is het eerste en vooralsnog enige algemene ziekenhuis in Nederland met de status topkliniek.
1.4
Relatie met bestaand beleid
Het Ontwikkelingsbedrijf is betrokken bij het bevorderen van innovatie door versterking van het R&D-segment. Het gaat daarbij om de spin-off van het Erasmus MC, kort gezegd om het te gelde maken van kennis. Concreet gaat het daarbij om de Incubator en het Erasmus MC Biomedical Fund. Met business development en acquisitie wil het Ontwikkelingsbedrijf meer medische bedrijvigheid stimuleren. Ook de economische spin-off van twee grote nieuwbouwprojecten heeft de aandacht van het Ontwikkelingsbedrijf: het Erasmus MC op Hoboken en het Maasstad Ziekenhuis bij Lombardijen. De gebiedsontwikkeling in het kader van Science Port Holland maakt de vestiging
6
mogelijk van hoogwaardige en kennisintensieve medische bedrijven op Schieveen en Technopolis (gemeente Delft). Het glasvezelnet waarvan de aanleg wordt gestimuleerd door de gemeente Rotterdam, biedt 'medisch en zorg' de mogelijkheid verder te innoveren. Ook ander bestaand beleid is relevant voor de zorgsector. In deze visie houden we rekening met onder meer het beleid - in het kader van het Pact op Zuid - het programma Student City - de creatieve economie - de geactualiseerde Woonvisie - van de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SoZaWe) voor de uitvoering van de WMO - in het kader van preventie en zorgvoorzieningen op wijkniveau, van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD). Deze visie op 'medisch en zorg' zorgt voor samenhang in het bestaande gemeentelijke beleid en vult waar nodig witte vlekken op.
1.5
Leeswijzer en verantwoording
Vanuit de kerntaken van de gemeente Rotterdam wil het Ontwikkelingsbedrijf met deze Visie Medisch en Zorg Rotterdam een bijdrage leveren aan de verbetering van de economische structuur van de stad. De visie laat zien hoe de sector 'medisch en zorg' eruit ziet, wat de economische betekenis ervan is voor Rotterdam is, hoe ruimtelijk-economisch beleid van de gemeente extra kansen biedt voor de stad en welke doelstellingen en ambities de gemeente daarbij heeft. Bij het opstellen van de visie is gebruikgemaakt van de onderstaande studies. De onderzoeken zijn speciaal voor deze visie uitgevoerd in opdracht van het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam. Ruimtelijk Economische Analyse en Strategisch Advies Zorgeconomie Rotterdam, Stec Groep BV, juli 2007 (Bijlage 1). Presentatiemateriaal Analyse en Strategisch Advies Zorgeconomie Rotterdam, Stec Groep BV, juli 2007 (Bijlage 2). Kansenkaart MCRZ / Zorgboulevard Rotterdam, Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam en Adviespraktijk voor Stedelijke Ontwikkeling, juli 2007 (Bijlage 3). Kansenkaart Erasmus MC / Hoboken, Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam en Adviespraktijk voor Stedelijke Ontwikkeling, juli 2007 (Bijlage 4). Woon-zorgbeleving in Rotterdam, een multicliëntstudie uitgevoerd door Smart Agent. Het Ontwikkelingbedrijf Rotterdam was medeopdrachtgever (de inhoud van deze studie is niet openbaar).
7
2.
De Rotterdamse zorgeconomie - omvang en betekenis
2.1
De grenzen van de zorgeconomie
De zorgsector wordt vaak gezondheids- en welzijnssector genoemd: een op het aanbod gebaseerde indeling. De indeling die we hier hanteren, is gebaseerd op de vraag: dat wat zich afspeelt rond de individuele patiënt of cliënt. In de gezondheidszorgsector onderscheiden we zorg gericht op genezing ('cure' of 'medisch') en zorg gericht op verzorging ('care' of 'zorg'). Onder 'medisch' vallen bijvoorbeeld ziekenhuizen en medisch-specialisten, huisartsen, psychiaters, revalidatieartsen en farmaceuten. Onder zorg vallen onder meer verpleeghuizen, thuiszorginstellingen en instellingen voor verstandelijk gehandicaptenzorg. We komen er niet onderuit dat de scheidslijn tussen ‘medisch’ en ‘zorg’ soms wat diffuus is. Zoals bij instellingen voor geestelijke gezondheidszorg (GGZ) waar kortdurende, op genezing gerichte behandelingen worden afgewisseld met langdurige, op bescherming en verzorging gerichte woonvormen. Behandeling en verzorging lopen dan soms door elkaar heen. Naast 'medisch en zorg' is er nog de zeer brede sector 'welzijn'. Hier staat met name het welbevinden en de maatschappelijke deelname van burgers centraal. Denk bijvoorbeeld aan het maatschappelijk werk, het ouderenwerk en het opbouwwerk. Preventie is geen sector op zich en valt, afhankelijk van de aard, onder ‘medisch’, ‘zorg’ of ‘welzijn’. Kijken we naar wetgeving en geldstromen, dan komen we tot volgende indeling: ZORGSECTOR welzijn
preventie
financiering
gemeente
gemeente
wettelijke basis
WMO
WCPV
WMO:
WCPV: ZVW: AWBZ:
medisch
zorg
- zorgverzekeraar - eigen betalingen
- zorgverzekeraar - eigen betalingen
- zorgverzekeraar - eigen betalingen
ZVW
ZVW
AWBZ
Wet maatschappelijke ondersteuning (samenvoeging van Welzijnswet, Wet voorzieningen gehandicapten, huishoudelijke hulp uit de AWBZ en de openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ) uit de WCPV) Wet collectieve preventie volksgezondheid Zorgverzekeringswet Algemene wet bijzondere ziektekosten
In deze visie staat het begrip 'zorgeconomie' centraal. Onder zorgeconomie verstaan we ‘alle economische activiteiten die direct of indirect een relatie hebben met (gezondheids)zorg’. In figuur 1 is duidelijk de afbakening van de zorgeconomie te zien, met in de kern de gezondheidszorg en de welzijnszorg en eromheen de toeleverende segmenten. Figuur 1. Segmenten binnen de zorgeconomie.
Bron: Stec Groep, 2007 8
De Stec Groep onderscheidt acht segmenten in de zorgeconomie: gezondheidszorg
ziekenhuizen, klinieken, apotheken, verpleeghuizen e.d.
welzijnszorg
maatschappelijk werk, jeugdzorg, ouderenwerk
onderwijs
mbo, hbo, universitair en postacademisch
wonen en zorg
woningcorporaties, variaties aan woonconcepten en toeleveranciers van zorg aan huis
zakelijke en financiële dienstverlening
zorgverzekeringen, adviesbureaus en ICT- bedrijven
science based en R&D
academische ziekenhuizen, TNO en de farmaceutische industrie
productie, handel en distributie
bijvoorbeeld medicamenten en hulpmiddelen
leisure, toerisme, wellness, sport, preventie en de congresindustrie
voor zover er een relatie is met de zorgsector
We beperken ons hier zoveel mogelijk tot ‘medisch en zorg’.
2.2
Werkgelegenheid
In 2005 was de Rotterdamse gezondheidszorg goed voor 17% van de werkgelegenheid (50.000 mensen). 4 tot 6% hiervan wordt toegerekend aan de traditionele zorgsector (ziekenhuizen, zorginstellingen e.d.). Tabel 1. Werkgelegenheid Rotterdam (>12 uur per week) naar bedrijfstak in 2005 Bedrijfstak
Werkgelegenheid
Aandeel
Zakelijke diensten
55.751
19%
Gezondheids- en welzijnszorg
50.114
17%
Transport
31.647
11%
Industrie en nutsbedrijven
28.454
9%
Detailhandel en reparatie
22.830
8%
Onderwijs
24.373
8%
Openbaar bestuur en overheid
17.486
6%
Bouwnijverheid
15.646
5%
Financiële diensten
16.010
5%
Groothandel
12.524
4%
Overige dienstverlening
13.120
4%
Horeca
8.947
3%
Post en communicatie
3.341
1%
Totaal
300.243
100%
Bron: Werkgelegenheidsmonitor Ontwikkelingsbedrijf, 2007
9
De COS-gegevens zijn gebaseerd op de ‘oude’ SBI-codering. De Stec Groep hanteert de nieuwe SBI-codes, die eenduidiger zijn in hun definitie van ‘medisch’, ‘zorg’ en ‘welzijn’. Tabel 2 laat zien dat hierdoor nog eens 6000 Rotterdamse arbeidsplaatsen binnen de zorgeconomie vallen. Tabel 2. Werkgelegenheid naar deelsectoren van de zorgeconomie in Rotterdam (2006) Sector
Werkgelegenheid
Aandeel
Zorg
28.496
50,8%
Medisch intramuraal
15.083
26,9%
Medisch extra- en semimuraal
7.635
13,6%
Wellness en sport
1.891
3,4%
Detailhandel in medische of zorggerelateerde producten
1.792
3,2%
Medische en zorggerelateerde productie
724
1,3%
Groothandel in productie en zorggerelateerde producten
316
0,6%
R&D medisch en farmaceutisch
190
0,3%
Totaal
56.127
100,0%
Bron: Bedrijvenregister Zuid-Holland en de Stec Groep, eigen bewerking Omdat er onvoldoende betrouwbaar cijfermateriaal beschikbaar is, nemen we niet alle segmenten uit figuur 1 op. Als we ze wel meetellen, wordt het aantal arbeidsplaatsen nog veel hoger. Ook de indirecte werkgelegenheid bij schoonmaakbedrijven, cateringbedrijven en beveiligingsbedrijven nemen we niet op. De werkgelegenheid in de Rotterdamse zorgsector is goed voor 20 tot 22% van het totaal. Terwijl tussen 2000 en 2005 de totale werkgelegenheid 2% minder werd, groeide de werkgelegenheid in de gezondheidssector met 19%. De Werkgelegenheidsmonitor van het Ontwikkelingsbedrijf (voorjaar 2007) voorspelt dat de gezondheids- en welzijnssector in elk geval tot 2012 de grootste banenmotor van Rotterdam zal blijven. De groei uit figuur 2 is echter niet evenredig verdeeld over alle segmenten van de zorgeconomie. Figuur 2. Groei werkgelegenheid in Rotterdam totaal vs gezondheids- en welzijnszorg, 2000-2005
Bron: CBS, bewerking door de Stec Groep 10
Tabel 3. De groei van de werkgelegenheid naar deelsectoren van de zorgeconomie in Rotterdam (2006) Sector
Groei 2001-2006 (abs.)
Groei 2001-2006 (%)
Research en development, medisch en farmaceutisch
133
233,3%
Medische en zorggerelateerde productie
331
84,2%
Medische extramuraal en semimuraal
2.016
35,9%
Zorg
3.896
15,8%
Detailhandel in medische of zorggerelateerde producten
172
10,6%
Medisch intramuraal
1.039
7,4%
Wellness en sport
92
5,1%
Groothandel in productie en zorggerelateerde producten
-173
-35,4%
Totaal
7.506
15,4%
Bron: Bedrijvenregister Zuid-Holland en de Stec Groep, eigen bewerking. Op de groothandel na zijn alle deelsectoren meer dan gemiddeld gegroeid. 'Zorg' leverde de meeste banen op, maar relatief gezien was de groei het grootst bij het R&D-segment (+233,3%, ofwel 133 banen). Ook de medische en zorggerelateerde productie (84,2 procent) en medisch extramuraal (35,9 procent) groeiden flink. Met 7,4% groeide 'medisch intramuraal' minder spectaculair, maar het ging al met al wel om 1.039 arbeidsplaatsen. Werkgevers in Rotterdamse zorgsector Binnen ‘zorg’ zijn Laurens Wonen Zorg Diensten, Thuiszorg Rotterdam, De Stromen en Humanitas de grote werkgevers. De werkgelegenheid in de medische tak in de stad wordt gedomineerd door de ziekenhuizen en de GGZ-instellingen. Sommige instellingen overschrijden door fusies de stadsgrenzen. Tabel 4. 'Zorg': de grootste werkgevers in Rotterdam, 2006 Organisatie
Arbeidsplaatsen
Verpleging en verzorging Laurens Wonen Zorg Diensten
4000
Thuiszorg Rotterdam BV / St. Zorggroep STR
4000 + 3000 alphahulpen
De Stromen
2400
Humanitas verpleging en verzorging
2000
Zorggroep Rijnmond
1400
ZorgCompas
1200
Humanitas thuiszorg
350
Hervormde Stichting Sonneburgh
300
11
Organisatie
Arbeidsplaatsen
Verstandelijk gehandicaptenzorg Pameijer
1283
ASVZ Zuid West
633
Bron: Jaarverslagen 2006 en informatie van de respectievelijke websites Tabel 5. 'Medisch': de grootste werkgevers in Rotterdam, 2006 Organisatie
Arbeidsplaatsen (inclusief medisch specialisten)
De drie locaties van het Erasmus MC, plus het Havenziekenhuis en de faculteiten Geneeskunde en Beleid & Management Gezondheidszorg (BMG)
10.430
Gemeente Rotterdam (= GGD, consultatiebureaus)
5.735
Maasstad Ziekenhuis (voorheen MCRZ)
3.202
Stichting Bavo Europoort
2.400
Sint Franciscus Gasthuis
2.110
Ikazia Ziekenhuis
1.253
Bouman GGZ (inclusief de vestigingen in Capelle a/d IJssel en Dordrecht)
824
Rijndam Revalidatiecentrum (inclusief de vestiging in Vlaardingen)
638
Oogziekenhuis Rotterdam
412
RIAGG Rijnmond NoordWest (inclusief de vestigingen in Vlaardingen en Maassluis)
300
Bron: Jaarverslagen 2006 en informatie van de respectievelijke websites Samen zijn ze goed voor ruim 50.000 arbeidsplaatsen. De dominantie van de grote spelers blijkt uit het feit dat de tien grootste werkgevers ruim 80% van de totale werkgelegenheid in de gezondheidssector voor hun rekening nemen.
2.3
Financiële betekenis
De zorgeconomie is financieel gezien bijzonder belangrijk. Uit figuur 4 blijkt dat de bruto toegevoegde waarde van de sector (de productie minus de kosten van de grond- en hulpstoffen en de diensten van derden) sterk toeneemt. In 2004 tot boven de drie miljard euro.
12
Figuur 4. Bruto toegevoegde waarde van de gezondheids- en welzijnszorg in de regio Rijnmond, 2001-2004 (in miljoenen euro’s)
Bron: CBS, 2007, bewerking door de Stec Groep We beschikken over steeds meer omzet- en investeringscijfers maar de totale hoeveelheid is nog steeds te summier. De gemeente heeft dan ook geen overzicht van de financieel-economische betekenis van de zorgsector. Wel zijn er schattingen van de omzet en gegevens over de bruto toegevoegde waarde van de sector op regioniveau. Zetten we de totale bruto toegevoegde waarde voor de regio Rijnmond af tegen het aantal werknemers in 'medisch en zorg' dan zal de bruto toegevoegde waarde naar verwachting tussen de twee en drie miljard euro liggen. De omzet van de totale Rotterdamse zorgeconomie zal (nog) hoger zijn.
PriceWaterhouseCoopers stelt jaarlijks de Top 100 Gezondheidszorg vast. Maatgevend voor een plaats in dit klassement is de omzet van de zorgaanbieders. De Rotterdamse instellingen scoren daarbij goed. Het Erasmus MC staat zelfs op de eerste plaats. Ook zijn zes andere Rotterdamse zorgaanbieders in deze top 100 vertegenwoordigd. De Rotterdamse 'top-zeven' is goed voor een omzet van bijna 1,35 miljard euro.
2.4
Vastgoed
Na de onderwijssector is de zorgsector de grootste vastgoedgebruiker van Rotterdam. Door de concentratie van zorgvoorzieningen, variërend van gezondheidscentra (waar meerdere eerstelijns zorgaanbieders onder één dak zitten) tot zorgboulevards en life science parken, zal de vraag naar ruimte en huisvesting verder toenemen. Het nieuw te bouwen Maasstad Ziekenhuis is zo'n voorbeeld van concentratie. Bij de nieuwbouw wordt ook een medimall (zorgboulevard) ontwikkeld. Het feit dat het ziekenhuis naast de deur ligt, trekt zorggerelateerde, mogelijk op preventie gerichte, bedrijven aan.
13
3
Trends en ontwikkelingen in de zorgeconomie
3.1
Maatschappelijke ontwikkelingen
Van oudsher was de zorgsector sterk gereguleerd met aanbodgerichte diensten en onder strike voorwaarden geleverde zorg, op basis van (medisch-)professionele criteria (onafhankelijke indicaties, verwijsbrieven en dergelijke). Maar de (gezondheids-)zorgmarkt is volop in beweging als gevolg van: - (dubbele) vergrijzing waardoor het steeds vaker voorkomt dat iemand lijdt aan meerdere ziekten of stoornissen (co-morbiditeit); - toename van leefstijlaandoeningen als gevolg van onder meer roken, verkeerde voedingsgewoonten en te weinig beweging, en van chronische ziekten als diabetes en COPD; - de vraag naar zorg-op-maat; - de wens zo lang mogelijk thuis te wonen; - nieuwe behandelmethoden en technologische ontwikkelingen; - wetgeving en politiek.
(Dubbele) vergrijzing Naar verwachting telt Nederland in 2040 25% 65-plussers (4,1 miljoen) tegenover 14% (2,3 miljoen) in 2007. Bovendien leven ouderen langer. Door deze 'dubbele vergrijzing' en de daarmee gepaard gaande co-morbiditeit zal de zorgvraag extra toenemen.
Figuur 4. Het aandeel 65plussers in 2005 en 2040 in de regio Rotterdam
Toename van leefstijlaandoeningen en chronische ziekten Onderzoek (waaronder de Zorgmonitor GGD uit 2005, de nota Gezond in de Stad uit 2007 en het onderzoek van L. Burdorf van Erasmus MC uit 2008) toont aan dat Rotterdammers op bijna alle leefstijlaspecten negatiever scoren dan de gemiddelde Nederlander. Rotterdammers roken meer, eten ongezonder en bewegen te weinig. Bovendien komen chronische ziekten als diabetes en astma / COPD relatief vaak voor, waarschijnlijk als gevolg van de hoge concentratie fijnstof. Ook de mentale gezondheid scoort gemiddeld minder goed. Vergeleken met de rest van Nederland zijn Rotterdammers vaker agressief, lijden ze vaker aan depressies en angststoornissen en hebben ze vaker psychosociale klachten.
14
Groeiende behoefte aan ’zorg op maat’ ‘Zorgshoppen'. Gezondheid en welbevinden worden steeds belangrijker. Steeds vaker vinden behandelingen plaats die vanuit medisch oogpunt niet noodzakelijk zijn, zoals puur cosmetische operaties, health checks en andere preventieactiviteiten, en de vraag om vergoeding hiervan, neemt toe. De patiënt is getransformeerd in een ‘kritische zorgshopper' die bereid is te reizen en vaal ook om zelf te betalen voor zorg die past bij zijn wensen en behoeften. Vitaal zijn wordt een kwestie van lifestyle en de markt speelt erop in. Er is immers geld in te verdienen: het aantal koopkrachtige ouderen neemt sterk toe. Vergeleken met andere steden blijft in Rotterdam echter de koopdracht achter. Zorgvraag van diverse bevolkingsgroepen. De Rotterdamse bevolking bestaat uit meer dan honderd verschillende nationaliteiten. Dat ook de omvang van het aantal mensen met een niet-Nederlandse nationaliteit toeneemt, heeft gevolgen voor zowel de aard van de zorgvraag als voor het aanbod. Ook ontstaan er mogelijkheden voor nieuwe ondernemerschap zoals het opzetten van woonzorgcentra voor Turkse of Surinaamse ouderen. Een aantal Rotterdamse wijken is sterk verkleurd. Er is sprake van sociaal-economische achterstand. Voorzieningen met verschillende aan elkaar gelinkte vormen van zorg, welzijn en maatschappelijke ondersteuning versterken elkaar en zijn daardoor zeer gewenst. De huidige praktijken en organisaties staan voor de uitdaging hun dienstverlening en aanbod op elkaar af te stemmen en te zorgen voor meer samenhang. Zorgaanbod. Hoewel het aantal oudere en zorgbehoevende allochtonen groeit, is de huidige zorgbehoevende Rotterdammer overwegend autochtoon. In de toekomst is echter een steeds groter deel van de Rotterdammers allochtoon. Zowel de zorgverlener als de zorgvrager van de toekomst zullen dus voornamelijk allochtoon zijn. De meeste beroepen beroepen in de zorg hebben onder allochtonen echter een lage status, wat mogelijk knelpunten gaat opleveren bij het verwerven van voldoende personeel. ‘Zo lang mogelijk thuis’. Ouderen willen zo lang mogelijk thuis blijven wonen en hun zelfstandigheid behouden. Dat kan ook steeds makkelijker, dankzij de toepassing van technologie in de woning en zorg op afstand (telemonitoring). Traditionele verzorgings- en verpleeghuizen maken plaats voor kleinschalige woonvormen en zorghotels waardoor de vraag naar grond voor het ontwikkelen en uitvoeren van dit soort passende woonconcepten groot is. Ook de bestaande woonvoorraad voor zelfstandig wonende ouderen (levensloopbestendige woningen) staat onder druk. Het uitbreiden van het aantal woningen voor ouderen heeft dan ook prioriteit, zowel in Rotterdam als landelijk.
Figuur 5. De behoefte aan nultredenwoningen en zorgwoningen tot 2015
Bron: VROM, 2003
15
Nieuwe behandelmethoden en technologische ontwikkelingen Nieuwe behandelmethoden. Wetenschappelijk onderzoek en nieuwe ontdekkingen maken nieuwe of effectievere behandelmethoden mogelijk. Ziekten die vroeger dodelijk waren, horen tegenwoordig tot de chronische ziekten met alle zorg die daarbij komt kijken. Voorbeelden hiervan zijn bepaalde vormen van kanker, HIV, transplantaties en zorg voor prematuren. Daarmee ontstaat nieuw aanbod in de gezondheidszorg. Gentherapie en biotechnologie. In de life sciences verschuift de aandacht naar preventie en vroegtijdige opsporing, en naar diagnose en behandeling door middel van gentherapie en biotechnologie. En de ontwikkeling van behandelmethoden gaat door, waarmee een nieuw aanbod in de gezondheidszorg ontstaat. ICT, telemedicine en domotica. Naar verwachting verloopt in 2020 ongeveer 20% van de patiëntencontacten en -controles via internet (bijvoorbeeld telemedicine). Nieuwe ideeën en therapieën verspreiden zich sneller dankzij internet en consumenten kunnen kwaliteit, kosten en resultaten van instellingen en behandelingen snel en makkelijk vergelijken. Ook op het gebied van technologische ontwikkelingen, zoals woonhuisautomatisering (domotica), liggen veel kansen. Samen met Amsterdam en de regio Twente is Rotterdam landelijk koploper in het ontwikkelen van het Elektronisch Patiënten Dossier, een project dat is opgenomen in de regeerafspraken. Wetgeving en politiek: liberaliseren en stimuleren van marktwerking. De (rijks)overheid streeft naar een gereguleerde marktwerking waarbij wordt geconcurreerd op basis van prijs en kwaliteit en zorgverzekeraars worden geprikkeld tot het inkopen van doelmatige zorg. Nieuwe zorgconcepten krijgen de kans zich te ontwikkelen. De WMO stimuleert participatie van alle burgers, met name de meest kwetsbare, aan de maatschappij. Dit biedt kansen voor innovatieve producten en diensten en daarmee voor ondernemerschap in de zorg. Nieuwe aanbieders ontwikkelen nieuwe ICTgerelateerde en persoonlijke diensten. Ditzelfde geldt voor voorzieningen in de AWBZ. Deze wet, oorspronkelijk bedoeld om onverzekerbare risico’s af te dekken, is uitgegroeid tot een zeer brede verzekering. Daarnaast kan de zorgconsument dankzij het persoonsgebonden budget (PGB) zelf zorg-op-maat inkopen. Het resultaat is meer marktwerking, concurrentie en ondernemerschap. Voor veel zorginstellingen een stimulans om te investeren in innovatie, kwaliteit en hospitality.
3.2
Trends in de zorgsector
De genoemde maatschappelijke ontwikkelingen leiden tot de specieke trends in de gezondheidszorg: - van aanbodgedreven naar vraaggestuurde markt; - nieuwe rol voor de zorgverzekeraars; - toenemend belang van ketenzorg; - toenemend gebruik van ICT in de zorg; - marktwerking en concentratie; - nieuwe woon-zorgconcepten; - krapte op de arbeidsmarkt: de mismatch tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Van aanbodgedreven naar vraaggestuurde markt Zoals gezegd ontwikkelt de markt van 'medisch en zorg' zich steeds meer in de richting van vraaggestuurd. De vraag naar zorg begint al in de huiskamer. Nu al maakt de ontwikkeling van technische toepassingen (onder meer via glasvezel) zorg-op-maat aan huis mogelijk. Daar komt bij dat dit soort innovaties ook interessant zijn voor zorgaanbieders, zowel in de eerste en de tweede, als in de derde lijn. Naarmate de zorgvraag complexer is, of een geïntegreerd aanbod efficiënter, wordt de zorg aangeboden op wijkniveau (via een gezondheidscentrum of eerstelijnscentrum) of op instellingsniveau (via bijvoorbeeld een ziekenhuis, een verpleeghuis of een instelling voor gehandicaptenzorg).
Dat ook zorginstellingen steeds vaker een consumentgerichte houding hebben, bewijst het belang dat bijvoorbeeld ziekenhuizen hechten aan klanttevredenheid. De consument kan de resultaten van klanttevredenheidsonderzoeken inzien op internet. Ook overzichten waarin ziekenhuizen met elkaar worden vergeleken, zijn toegankelijk via internet.
16
Nieuwe rol voor de zorgverzekeraars Tot voor kort was de zorgverzekeraar met name de betaler van de rekeningen, met weinig invloed op de hoogte van die rekeningen, maar ook met weinig risico. De Zorgverzekeringswet uit 2006 bracht daarin verandering. Zorgverzekeraars dragen nu zelf de risico's die de eerstelijnszorg met zich meebrengt, en inmiddels ook in beperkte mate de risico's van de ziekenhuiszorg. Verzekeraars worden hierdoor gestimuleerd om resultaatgerichte afspraken te maken met de zorgverleners. De concurrentie tussen de zorgverzekeraar neemt hierdoor toe, net als de concurrentie tussen de zorgverleners. Verwacht wordt dat de sturende rol van de zorgverzekeraars leidt tot minder kostenstijgingen. De gemeente kan via de zorgverzekeraars ook gewenste trends stimuleren. Met de zorgverzekeraars kunnen bijvoorbeeld afspraken worden gemaakt over het inrichten van zorgprogramma's voor bepaalde groepen Rotterdammers. Een voorbeeld hiervan is ’Van Klacht naar Kracht’. Toenemend belang invoering ketenzorg Voor een effectieve en efficiënte afstemming van het zorgaanbod op de vraag is de invoering van ketenzorg van groot belang. Ketenzorg is het op elkaar en op de wensen van de consument aansluiten van de eerste-, tweede- en derdelijnszorg. ICT speelt daarbij een belangrijke rol. Vanuit 'medisch en zorg' zijn - mede ondersteund door de Economic Development Board Rotterdam (EDBR) - al verschillende ICT-initiatieven opgepakt. Het stimuleren hiervan is een van de Rotterdamse aandachtspunten van beleid. Toenemend gebruik van ICT in de zorg Bij elke vorm van vernieuwing in 'medisch en zorg' vormt ICT een strategisch instrument. ICT speelt een rol bij innovatie, bij de ontwikkeling van doelmatiger werkprocessen, bij de ketenzorg en bij het ontwikkelen van nieuwe producten en gebruiksmogelijkheden. Denk bijvoorbeeld aan het eerdergenoemde EPD en het EKD. RijnmondNet, een netwerk van zorginstellingen in de Rotterdamse regio, voert inmiddels het EPD stapsgewijs in. ICT wordt ook wel gezien als mogelijk middel om fouten in de gezondheidszorg te voorkomen. Last but not least kan ICT worden ingezet om de zorg minder arbeidsintensief te maken en zorg op afstand mogelijk te maken (telemedicine en telemonitoring). Hierdoor verbetert de kwalieit van de zorg en neemt de druk op de arbeidsmarkt af. Arbeidsbesparende technologieën vragen echter wel een andere organisatie van de zorg.
Figuur 6. De impact van trends op domeinen binnen de zorgeconomie Langer thuis
Oud en nieuw ondernemerschap
Compact ziekenhuis
Domotica Telemedicine Telemonitoring Zorg aan huis Woon-zorgzones Woonomgeving
Eerstelijns preventiezorgcentra Klinieken Wellness Gemaksdiensten
Outsourcing Kwaliteit Zorgboulevard Imago / beleving Vestigingslocatie bedrijven
Het belang van goede samenhang tussen en integratie van medische diensten en zorgdiensten neemt toe. ICT speelt hierin een rol. Toenemende concurrentie en consumentgerichtheid bevorderen de kwaliteit.
Marktwerking en concentratie De algemene trend is die naar marktwerking en concentratie. De aanbesteding van de thuiszorg in het kader van de WMO heeft in Rotterdam geleid tot grote verschuivingen bij de thuiszorgaanbieders. De recente wijzigingen in de AWBZ en de Zorgverzekeringswet hebben 'medisch en zorg' een eigen dynamiek gegeven. Zeker in Rotterdam is de groeiende concurrentie tussen zorginstellingen merkbaar. Aandacht voor samenhang, innovatie, ontmoeting en clustervorming is van belang om in de toekomst kwalitatief goede én bedrijfsmatig goede zorg te kunnen bieden. Segmenten waar al economische groei plaatsvindt, zijn preventie (health checks), sport en wellness. Het gaat vaak om kleinere ondernemingen met een focus op vitaal, gezond en fit. Een lifestyle die steeds meer terrein wint. 17
Concentratie van medische en zorgvoorzieningen. De concentratie op wijkniveau blijkt onder meer uit de toename van eerstelijnssamenwerkingsverbanden (zoals HOED, AHOED, GOED, gezondheidscentrum e.d.) en kleinschalige woonzorgcentra. Daarnaast zien we een trend naar grote(re), meer commerciële zorgcentra (combinaties van een gezondheidscentrum en polikliniek van een ziekenhuis) en zorgboulevards. HOED = Huisartsen Onder Eén Dak AHOED = Apotheek en Huisartsen Onder Eén Dak GOED = Gezondheidszorg Onder Eén Dak
Concurrentie, lokaal tot internationaal. Ziekenhuizen concurreren met elkaar op lokaal, landelijk en internationaal niveau. Nederlanders wijken voor een bepaalde behandeling uit naar België of Duitsland, omgekeerd komen Belgen en Duitsers naar Rotterdamse zorginstellingen voor specifieke behandelingen. Wat dit laatste betreft, maakt de Europese Commissie zich hard om de Dienstenrichtlijn uit te breiden naar de gezondheidszorgsector. Het resultaat is dat ziekenhuizen zich steeds meer op hun kerntaken richten, zich specialiseren en niet-noodzakelijke activiteiten afstoten (outsourcing) of in aparte rechtspersonen onderbrengen. Patiënten verlaten na een operatie of behandeling zo snel mogelijk het ziekenhuis en herstellen thuis of in een zogenoemd zorghotel, eventueel met hulp van thuiszorg. Consumentgericht. Zorghotels, zorgcentra en zorgboulevards zijn het resultaat van de meer consumentgerichte benadering. Vaak treden de ziekenhuizen zelf op als vastgoedontwikkelaar en verleiden ondernemers en instellingen zich te vestigen op ‘hun’ zorgboulevard. Afhankelijk van de visie van het ziekenhuis gaat het dan meestal om BtoC-bedrijven. Het accent kan liggen op het verbreden of verbeteren van het aanbod aan medisch specialistische zorg, maar een zorgboulevard kan patiënten en bezoekers ook extra voorzieningen bieden volgens het ‘one-stop-shopping’concept. (Lees hierover meer in de Rapportage Definitiestudie Zorgboulevard uit 2004 van Van Wagenberg Associates.) De locaties rondom de ziekenhuizen lijken vooral aantrekkelijk voor BtoBbedrijven. Al deze ontwikkelingen maken dat het ziekenhuis steeds meer functioneert als landmark. Het is vaak goed bereikbaar, trekt een groot publiek en heeft uitstraling. Het ziekenhuis en het complex eromheen groeien steeds meer uit tot een stuwende economische bedrijfstak, die het imago van de stad als zorgstad versterkt. Voor Rotterdam zijn met name de locaties rondom Hoboken en het Maasstad Ziekenhuis kansrijk. Nieuwe woon-zorgconcepten De wens langer thuis te wonen zal naar verwachting zorgen voor een nieuwe generatie van (commerciële) zorg- en gemaksdiensten waarmee vooral het midden- en kleinbedrijf zijn voordeel kan doen. Woonzorgzones (gebieden waarin zorg, welzijn en wonen op gebiedsniveau worden geïntegreerd) zijn bij uitstek geschikt om te voldoen aan de vraag van zorgbehoevenden. Rotterdam telt tien gebieden die geschikt zijn voor een ontwikkeling tot woon-zorgzone. Onder regie van de dienst SoZaWe werkt de gemeente hard aan het ontwikkelen van deze zones. De Stichting Zorgimpuls, gefinancierd door de GGD en Zilveren Kruis-Achmea, maakt zich sterk voor de vorming van de eerder genoemde eerstelijnscentra. In economisch opzicht is de zilveren golf van belang. Met hoogwaardige woonmilieus en goede voorzieningen kan Rotterdam de zilveren golf vasthouden en naar zich toe trekken. Voor de collegeperiode 2006-2010 is het doel 1500 zelfstandige woningen voor ouderen te realiseren. De uitdaging is deze opgave een hoge kwaliteit te geven, zodat aantrekkelijke woningbouwprojecten en woonmilieus voor de zilveren golf ontstaan. Met woningcorporaties zijn kwantitatieve gebiedsafspraken gemaakt over op de doelgroep gerichte ouderenwoningen. Hierover voeren het Ontwikkelingsbedrijf en de dS+V de regie. Krapte op de arbeidsmarkt: de mismatch tussen onderwijs en arbeidsmarkt Krapte op de arbeidsmarkt doet zich voor in allerlei sectoren maar vooral in de zorgsector. Het gaat daarbij om functies op hbo- en op mbo-niveau. Rotterdam is de komende tien jaar nog een relatief jonge stad met een jong arbeidspotentieel. De uitdaging is de grote vraag naar werknemers in de zorg te koppelen aan het verschaffen van werk aan jonge en/of laagopgeleide Rotterdammers. Juist de zorg biedt mogelijkheden om te groeien: iemand die via de WMO begint als huishoudelijke hulp kan bijvoorbeeld doorgroeien tot tandartsassistent. Tabel 6 geeft een overzicht van het verwachte en het benodigde aantal leerlingen in 2010. Duidelijk is dat er niet alleen te weinig leerlingen zijn, ook het opleidingsniveau is niet hoog genoeg. Er wordt een tekort verwacht op de mbo-niveaus 3 en 4 en een overschot op niveau 2.
18
Tabel 6. Verwachte en benodigde aantallen leerlingen in 2010 naar kwalificatie Verpleegkundigen t/m helpenden Verpleegkundige niveau 5
Verpleegkundige niveau 4
Verpleegkundige niveau 3
Helpende niveau 2
Aantal verwachte leerlingen
835
1.418
1.265
608
Aantal benodigde leerlingen
833
1.843
1.913
431
Balans
2
-425
-648
177
Sociaalpedagogisch werkers (SPW) t/m helpenden SPW niveau 5
SPW niveau 4
SPW niveau 3
Helpende niveau 2
Aantal verwachte leerlingen
1.082
1.641
2.113
1.675
Aantal benodigde leerlingen
3.254
1.558
2.128
266
Balans
-2.172
83
-15
1.409
Bron: BPV Balans, bewerking door OBR, 2007 Bij veel zorginstellingen zijn de laagste functies (mbo-niveaus 1 en 2) weggesaneerd op het moment dat de arbeidsmarkt ruimer was. Ook zien we dat het onderwijs met name bij de theoretische leerwegen niet goed aansluit op dat wat de sector nodig heeft. Leerlingen die tijdens hun opleiding veel praktijkervaring opdoen, vinden sneller een baan. Verder is bij met name allochtonen het imago van de zorgsector als werkgever niet sterk waardoor zorgopleidingen relatief weinig leerlingen trekken uit deze groep. Daar komt de grootstedelijke problematiek nog bij: de stad telt relatief veel leerlingen uit probleemwijken die vaak kampen met onder meer een taalachterstand. Alle betrokken partijen zijn zich bewust van de urgentie van deze problematiek en van het feit dat een brede inzet nodig is om de trend te breken. Het beleid van Rotterdam zal zich zeker moeten richten op een betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Bij een ruime arbeidsmarkt kiezen minder mensen voor een baan in de zorg. Functies op lagere niveaus, zoals mbo 1 en 2, worden niet vervuld zodat men andere oplossingen zoekt. Op het moment dat de arbeidsmarkt weer krapper wordt, zijn de functies niet meer beschikbaar waardoor er geen banen zijn voor mensen met niveau mbo-1 en mbo-2.
Voor de arbeidsmarktkrapte op hbo-niveau pakt de analyse anders uit. Daar is het vooral de vraag hoe Rotterdam hogeropgeleiden naar zich kan toetrekken en vasthouden. De aantrekkelijkheid van Rotterdam als woonstad is daarbij een belangrijke secundaire arbeidsvoorwaarde. Het aantrekken en vasthouden van hogere inkomens, een hoge prioriteit voor de stad, is al sterk verankerd in allerlei gemeentelijke beleidsstukken en programma’s.
19
4
Ambities, doelstellingen en speerpunten van beleid
4.1
Inleiding
Duidelijk is dat de markt voor gezondheidszorg en welzijn sterk groeit door de (dubbele) vergrijzing en dat het de grootste groeisector is voor wat betreft de werkgelegenheid. Door de toenemende marktwerking neemt het ondernemerschap toe. De gemeente beschikt over instrumenten om deze groei te faciliteren en een bijdrage te leveren aan een (nog) voorspoediger groei. Deze instrumenten liggen op het gebied van beleid op werkgelegenheid, gronduitgifte en vastgoedbeheer, integrale gebiedsontwikkeling en ruimtelijke ordening (RO)-procedures. Daarnaast kan de gemeente een rol spelen als publieke ontwikkelaar. Verder kan zij partijen bij elkaar brengen en haar visie op de zorgeconomie uitdragen. Binnen de gemeente Rotterdam richten verschillende diensten zich vanuit hun kerntaken direct of indirect op de zorgsector en de zorgeconomie. Uiteraard geldt dit ook voor het Ontwikkelingsbedrijf. De sector 'medisch en zorg' vormt immers een speerpunt in het economisch beleid. Daarnaast zijn de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) met het programma Gezond in de Stad en de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SoZaWe) sterk betrokken bij de sector. De dienst Jeugd, Onderwijs en Samenleving (JOS) speelt een rol bij de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. Door het aanbrengen van onderlinge samenhang ontstaat succes. In deze Visie Medisch en Zorg Rotterdam en in het bijbehorende actieprogramma wordt gestuurd op deze onderlinge samenhang.
4.2
Ambities en doelstelling
De Economische Visie 2020 zet in op de ontwikkeling van Rotterdam als stad die de internationale concurrentie kan aangaan en de mentale omslag maakt van traditionele werknemersstad naar ondernemende stad. Door in te zetten op het ontwikkelen en delen van kennis, kan een innovatief topklimaat ontstaan. Door het effectief benutten van kennis en door een betere aansluiting van de opleidingen op de arbeidsmarkt, kunnen 'medisch en zorg' en 'welzijn' zich economisch ontwikkelen. Daarnaast is het realiseren van goede basiszorgvoorzieningen van belang, omdat de ontwikkeling van de zorgeconomie daarmee samenhangt (zie 1.1). Hiermee wordt meteen voldaan aan het thema ‘Samenleven’ uit de Economische Visie 2020. Op het gebied van de zorgeconomie heeft Rotterdam vier ambities: 1. de zorgeconomie draagt bij aan een sterkere economische structuur en een beter vestigingsklimaat in Rotterdam; 2. Rotterdam heeft een goed functionerend systeem van kennisvalorisatie, waarbij medische kennis effectief wordt omgezet in producten en bedrijven, zodat werkgelegenheid en omzet ontstaan; 3. scholieren en studenten kiezen bewust voor een loopbaan bij Rotterdamse medische en zorginstellingen en vinden in Rotterdam een passende baan; 4. Rotterdam is, door haar goede zorgfaciliteiten, een aantrekkelijke woonstad voor alle groepen in de samenleving en met name voor de zilveren golf. Rotterdam zet deze ambities om in één centrale doelstelling: De Rotterdam se zorgeconom ie is een gezonde econom ische sector m et veel bedrijvigheid en werkgelegenheid. De gemeente heeft ook een aantal subdoelen geformuleerd: 1. de zorgeconomie draagt bij aan een innovatiever ondernemingsklimaat door de koppeling van de kennis bij kennisinstellingen aan het regionale bedrijfsleven; 2. door goede investerings- en vestigingsvoorwaarden kent Rotterdam meer en beter ondernemerschap in de gezondheids- en welzijnssector; 3. de opleiding van het Rotterdamse arbeidspotentieel sluit beter aan bij de vraag in de gezondheids- en welzijnssector; 4. de basisvoorzieningen in de zorg zijn beter afgestemd op de veranderende maatschappelijke vraag.
20
1. De zorgeconomie draagt bij aan een innovatiever ondernemingsklimaat door de koppeling van de kennis bij kennisinstellingen aan het regionale bedrijfsleven De Economische Visie 2020 besteedt veel aandacht aan het creëren van een innovatief topklimaat in Rotterdam. De medische sector is hiervoor bij uitstek geschikt: door toponderzoek te koppelen aan regionale bedrijven, overheden en kennis- en zorginstellingen ontstaat het gewenste innovatieve topklimaat. Om dit klimaat blijvend te versterken, wil Rotterdam middelgrote en kleinere bedrijven steunen bij hun investeringen in innovatie en kennisuitwisseling. Het Erasmus MC is een medisch complex van wereldklasse, dat een bijzondere combinatie biedt van internationaal toponderzoek, patiëntenzorg en universitair onderwijs. De nabijheid van het Sint Franciscus Gasthuis, eveneens een topklinisch ziekenhuis, en de TU Delft, het Leids Universitair Medisch Centrum en TNO maken van Rotterdam een aantrekkelijke plek voor internationale bedrijvigheid.
Innovatie heeft echter niet alleen betrekking op R&D van topniveau. Voor veel Rotterdamse bedrijven ligt de uitdaging juist op het gebied van pragmatische en direct toepasbare innovaties. Het slim combineren van bestaande producten, kennis of technieken en het bedenken van nieuwe toepassingen van bestaande producten of diensten biedt grote kansen. Ook hieruit ontstaat nieuw ondernemerschap. 2. Door goede investerings- en vestigingsvoorwaarden kent Rotterdam meer en beter ondernemerschap in de gezondheids- en welzijnssector Hierbij gaat het vooral om: - een glasvezelnetwerk, zodat data snel en veilig kunnen worden uitgewisseld; - geschikte vestigingslocaties in wijken voor eerstelijnszorgcentra; - goede huisvesting, met voldoende geconditioneerde ruimten voor het uitvoeren van laboratoriumwerk; - voldoende financieringsmogelijkheden voor innovaties in de zorg en voor het vermarkten van wetenschappelijke kennis. 3. De opleiding van het Rotterdamse arbeidspotentieel sluit beter aan bij de vraag in de gezondheids- en welzijnssector Bij het afstemmen van opleidingen op de behoeften van welzijnssector spelen de gemeentelijke diensten JOS en SoZaWe, en natuurlijk de instellingen en bedrijven uit de sector zelf, een belangrijke rol. Vanuit het Beraad Scholing & Arbeidsmarkt, waarbij veel instellingen en bedrijven zijn aangesloten, wordt gewerkt aan oplossingen. Ook voor de aansluiting van werklozen op de arbeidsmarkt is aandacht binnen deze subdoelstelling. In de gezondheidszorg speelt vooral het tekort aan hbo- en universitair geschoolde kenniswerkers. Op dit vlak zijn andere acties nodig. Het gaat hier om het aantrekken en vasthouden van studenten, starters op de arbeidsmarkt en startende ondernemers, door middel van een aantrekkelijk woon- en werkklimaat. 4. De basisvoorzieningen in de zorg zijn beter afgestemd op de veranderende maatschappelijke vraag Patiënten willen steeds vaker hun eigen zorgvraag aansturen. Innovaties in de zorg maken dat mogelijk maar zijn nog niet voor alle Rotterdammers toegankelijk. Als de zorgvraag niet kan worden geregeld vanuit de huiskamer, is het praktisch een zorgverlener op korte afstand van het huis te hebben (eerstelijnscentrum in de wijk of woon-zorgzones). Aanverwante diensten zijn vooral doelmatig als ze zich dicht bij het ziekenhuis bevinden, bijvoorbeeld op een zorgboulevard. Het EPD maakt de basisvoorzieningen in de zorg compleet: elke zorgverlener in de keten heeft – indien nodig – toegang tot de medische gegevens van elke patiënt. Het programma Zorgeconomie Rotterdam zorgt voor een sterkere economische structuur van de sector 'medisch en zorg'. Voor wat betreft de klinische zorg wordt deze structuur vooral zichtbaar op twee locaties: Hoboken (Erasmus MC) en Lombardijen (Zorgboulevard Rotterdam). De zorg voor ouderen en kwetsbare groepen zal met name op het niveau van de wijk verder ontwikkeld worden.
4.3
SWOT-analyse en speerpunten van beleid
De sterke en zwakke punten die de gemeente constateert in de Rotterdamse zorgeconomie, zijn mede gebaseerd op de Ruimtelijke Economische Analyse en het Strategisch Advies Zorgeconomie
21
Rotterdam van de Stec Groep BV, het rapport Propositiebepaling & Marketingplan Businesspark Schieveen van Buck Consultants International en de gebiedsinventarisaties van MCRZ en omgeving en Hoboken (bijlagen 3 en 4 van deze visie).
Sterkten
Zwakten
Een groot verzorgingsgebied betekent een grote markt.
Welzijnszorg was lange tijd een onderbelichte sector. Er is weinig integraal beleid op gezondheidszorg en maatschappelijke (welzijns-)zorg.
Bekendheid en statuur academisch Erasmus MC, aanwezigheid van topklinisch ziekenhuis Sint Franciscus Gasthuis en andere medische kenniscentra.
Slechte positie als woonstad (met name voor de zilveren golf en de hogere inkomensgroepen).
Diverse sterke (bestuurlijke) initiatieven zoals Pact op Zuid, EDBR en Beraad Scholing en Arbeidsmarkt.
Rotterdam heeft geen zorgimago.
Erasmus MC Incubator en Biomedical Fund genereren omzet en werkgelegenheid.
Werken in de zorg scoort laag bij allochtonen.
Rotterdam heeft al 27 gezondheidscentra.
Het opleidingsniveau van het Rotterdamse arbeidspotentieel is (te) laag. Er is een tekort aan geschikte bedrijfsruimte. Partijen in de medische en zorgsector doen te weinig aan netwerken en kennisuitwisseling.
Kansen
Bedreigingen
De zorg is een banenmotor.
Buitenlandse zorgaanbieders en andere steden zitten niet stil.
Twee sterke ontwikkellocaties: Hoboken en Maasstad Ziekenhuis.
De langzame invoering van EPD en EKD.
Jong arbeidspotentieel.
Er dreigt een tekort aan arbeidspotentieel in niet (ver)zorgende beroepen.
Spin-off door nieuwbouw van Maasstad Ziekenhuis en de Zorgboulevard
De multifunctionele accommodaties ontwikkelen zich niet snel genoeg.
Ontwikkeling van VIP-project Erasmus MCHoboken Het midden- en kleinbedrijf kan profiteren van commercialisering. Rotterdam kent tien kansrijke gebieden voor de ontwikkeling van woonzorgzones. Er komt arbeidsbesparende technologie beschikbaar.
Speerpunten Op basis van de doelstelling en de sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen benoemen we de volgende speerpunten: 1. Het stimuleren van innovaties in de zorg. 2. De vorming van netwerken tussen medische instellingen en zorginstellingen, 22
3. 4. 5.
maatschappelijke organisaties en welzijnsorganisaties, kennis- en onderwijsinstellingen, medische bedrijvigheid en overheden. Een goede opleidingsstructuur, die aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt. Passende huisvesting, zowel voor bewoners als voor bedrijven. Het opbouwen van een imago van Rotterdam als medische en zorgstad.
1. Het stimuleren van innovaties in de zorg Glasvezel ligt aan de basis van innovaties in de zorg. ICT levert een belangrijke bijdrage aan de ketenzorg waardoor patiënten en cliënten beter en sneller geholpen kunnen worden. Ook nieuwe persoonlijke diensten kunnen worden aangeboden via het glasvezelnet. Het Ontwikkelingsbedrijf van de gemeente Rotterdam zet in zijn ICT-beleid in op het ontwikkelen van een glasvezelnetwerk. 2. De vorming van netwerken tussen medische en zorginstellingen, kennis- en onderwijsinstellingen, medische bedrijvigheid en overheden Ontmoeting en kennisuitwisseling staan aan de basis van innovatie. Het Ontwikkelingsbedrijf van de gemeente Rotterdam versterkt samen met het Erasmus MC de Rotterdamse positie op het gebied van hoogwaardige, medisch-wetenschappelijke bedrijvigheid door het stimuleren van de spin-off van het Erasmus MC. Daartoe zijn de Incubator en het Erasmus MC Biomedical Fund opgericht. In het verlengde daarvan is (inter)nationale acquisitie gepleegd om hoogwaardige bedrijven in de gezondheidszorg naar Rotterdam te trekken. Dit beleid wordt verder uitgebouwd door het stimuleren van nog meer ontmoeting en kennisuitwisseling. 3. Een goede opleidingsstructuur die aansluit op de vraag van de arbeidsmarkt Het college van B&W heeft eind 2006 het werkprogramma Beroepsonderwijs Werkt vastgesteld. Daarnaast heeft het college het Beraad Scholing en Arbeidsmarkt ingesteld. Doel van dit beraad is met werkgevers en onderwijsinstellingen een oplossing te bedenken voor het probleem van de krapte op de arbeidsmarkt, onder meer door de opleidingen beter te laten aansluiten op die arbeidsmarkt. De dienst JOS is de trekker van dit beraad. Andere diensten hebben zich erbij aangesloten. Vanuit de dienst SoZaWe is de stichting DAAD opgericht. Deze stichting organiseert onder meer stageplaatsen in zorginstellingen en zorgbedrijven, maar staat ook werkgevers bij met werving & selectie en met scholing en reïntegratietrajecten aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Naast de aansluiting van onderwijs op arbeidsmarkt, helpt ook het terugbrengen van werklozen op de arbeidsmarkt bij het oplossen van kwantitatieve tekorten. Voor de gezondheidszorg is het Student City-beleid belangrijk. Student City heeft als doel de stad zo aantrekkelijk te maken dat studenten er ook na afronding van hun studie blijven wonen. 4. Passende huisvesting, zowel voor bewoners als voor bedrijven De Stadsvisie, de Investeringsstrategie en de Woonvisie van de dS+V en het Ontwikkelingsbedrijf van de gemeente Rotterdam vormen het kader voor de ruimtelijk-economische ontwikkeling en de woningbouw in de stad. De Stadsvisie Rotterdam 2030 vraagt om versterking van de economische structuur en de aantrekkelijkheid van de stad. Tegelijkertijd steekt de gemeente veel energie in een aantal voor de stad belangrijke projecten met VIP-status. Hoboken met het Erasmus MC is zo'n VIPproject. De Kanskaart die het Maassstad Ziekenhuis op de nieuwe locatie bij Lombardijen kreeg van het Pact op Zuid is ermee te vergelijken. Op deze twee locaties wordt niet alleen zorg aangeboden, maar ontstaat ook ruimte voor medische bedrijvigheid. Ook Science Port Holland, een bedrijvenpark voor kennisintensieve en R&D-bedrijven, is een aantrekkelijke vestigingsplek voor medische bedrijven. Zowel de Stadsvisie als de Woonvisie noemen de zilveren golf als belangrijke doelgroep. De dienst SoZaWe is nauw betrokken bij de ontwikkeling van kansrijke gebieden tot woon-zorgzones voor deze senioren. De dienst werkt daarbij nauw samen met deelgemeenten, andere gemeentelijke diensten en woningcorporaties. Het Ontwikkelingsbedrijf van de gemeente Rotterdam en de dS+V maken daarnaast kwantitatieve afspraken met woningcorporaties voor de productie van 1500 specifieke ouderenwoningen, bij voorkeur in de woon-zorgzones. Samen met Zilveren Kruis Achmea heeft de GGD de stichting Zorgimpuls opgericht. Zorgimpuls fungeert inmiddels als regionale ondersteuningsstructuur (ROS) en ondersteunt huisartsen, verloskundigen, fysiotherapeuten, oefentherapeuten en logopedisten op het gebied van samenwerking, continuïteit, kwaliteit, deskundigheidsbevordering en zorgvernieuwing. Zorgimpuls stimuleert de samenhang van en samenwerking tussen zorgvoorzieningen op wijkniveau. Een voorbeeld daarvan zijn de eerstelijnscentra en gezondheidscentra.
23
5. Het opbouwen van het imago van Rotterdam als 'medisch en zorg'stad Sinds een aantal jaren is de zorgeconomie in Rotterdam een stevige groeier maar dat is nog onvoldoende bekend. Rotterdam moet worden neergezet als medische en zorgstad. De marketingcommunicatie over onder meer - Rotterdam als aantrekkelijke woonstad voor de zilveren golf - aantrekkelijke werkstad voor zorgverleners - het Maasstad Ziekenhuis (de Zorgboulevard) en Hoboken (nieuwbouw Erasmus MC) als vestigingslocaties voor medische bedrijven kan bijdragen aan het opbouwen van dit imago.
4.4
Randvoorwaarden
Om het maximale economische effect uit de genoemde speerpunten te halen, is het noodzakelijk voor een aantal andere sectoren de randvoorwaarden goed te regelen. Zo is de bereikbaarheid van zorginstellingen geen thema in deze visie, maar wel onontbeerlijk: de locaties moeten zowel per auto als met het openbaar vervoer goed bereikbaar zijn en er moet voldoende parkeergelegenheid zijn. Ook goede jeugdzorg kan ertoe bijdragen dat tekorten op de arbeidsmarkt minder worden. Ten slotte speelt ook veiligheid een belangrijke rol. Zorgverleners moeten hun beroep altijd veilig kunnen uitoefenen.
4.5
Uitvoeringsprogramma Zorgeconomie Rotterdam
Het Ontwikkelingsbedrijf van de gemeente Rotterdam voert samen met andere gemeentelijke diensten een beleid dat stevige aanknopingspunten biedt voor het realiseren van de in deze visie benoemde kansen. Ook andere partijen, zoals zorginstellingen en kennis- en onderwijsinstellingen, voeren veel activiteiten uit die bijdragen aan het realiseren van de ambities uit deze visie. Voor het bereiken van de doelstellingen en het realiseren van de speerpunten zoeken de gemeentelijke diensten samenwerking met al die andere partijen in de stad. In een uitvoeringsprogramma worden alle maatregelen en activiteiten van het beleid in onderlinge samenhang uitgewerkt. De regie over de uitvoering ligt bij het Ontwikkelingsbedrijf van de gemeente Rotterdam.
24