Inspectie voor de Gezondheidszorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Rapport vervolgonderzoek leefstijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma
VieCuri Medisch Centrum voor Noord-Limburg te Venlo
Amsterdam, september 2013
Rapport vervolgonderzoek leefstijlbegeleidirig binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
Inhoudsopgave Inleiding. 3 2
Resultaten
5
2.1
Beleid inbedden van gezonde leefstiji
6
2.2
Scholing
7
2.3
Coördinator hartrevalidatie
7
2.4
Multidisciplinair team
8
2.5
Registratie
9
2.6
Inventariseren rookgedrag
9
2.7
Inventariseren overgewicht/lichamelijk activiteit
10
2.8
Intakegesprek
10
2.9
Behandelplan
11
2.10
Onderdelen van het hartrevalidatieprogramma
12
2.11
Aanbieden van modules
13
2.12
Informatieprogramma
14
2.13
Motiveren stoppen met roken
15
2.14
Activiteiten ondersteuning stoppen met roken
16
2.15
Activiteiten bij overgewicht
17
2.16
Activiteiten bij lichamelijke inactiviteit
18
2.17
Monitoring op patiëntniveau
19
2.18
Afstemming met andere hulpverleners
20
2.19
Nazorg
21
2.20
Systeem voor verwijzing
22
2.21
Overzicht van alle scores per onderwerp
23
3
Conclusie
24
4
Te nemen maatregelen en aanbevelingen
25
4.1
Maatregelen hartrevalidatieprogramma
25
4.2
Aanbevelingen instroom
25
5
Openbaarmaking rapporten
26
6
Bijlage: getalsmatige informatie
27
2
Rapport vervolgonderzoek leetstijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
1
Inleiding
In dit rapport staan de resultaten van het thematoezicht over de leefstijibegeleiding in uw hartrevalidatieprogramma. In dit hoofdstuk leest u meer over het vervolgonderzoek. Aanleiding en doel De Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: inspectie) is bezig met onderzoek naar leefstijlbegeleiding binnen hartrevalidatieprogramma’s. Met dit onderzoek wil de inspectie zorgen voor een goede naleving van de richtlijn op het gebied van structurele begeleiding naar een gezonde leefstijl in hartrevalidatieprogramma’s zodat uiteindelijk de leefstiji van hartpatiënten verbetert. In september 2010 heeft u hiervoor een webbased vragenlijst ingevuld. Het definitieve rapport met de resultaten van uw instelling heeft u in 2011 ontvangen. Daarin staat aangegeven dat de inspectie verwacht dat u de zorg verbetert zodat u uiterlijk maart 2012 aan alle voorwaarden voldoet. De inspectie kondigde ook aan dat zij vervolgonderzoek instelt om te toetsen of de richtlijn hartrevalidatie in 2012 wel structureel gevolgd wordt voor het onderwerp leefstijlbegeleiding. Het vervolgonderzoek De inspectie heeft de uitkomsten van het nitiële onderzoek besproken met de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC), Vereniging van Revalidatieartsen (VRA) en Revalidatie Nederland. In samenspraak met de NVVC heeft de inspectie het toetsingskader aangepast. Het grootste bezwaar van de beroepsgroep was dat de deelname van de patiënt aan specifieke leefstijlprogramma’s voor een groot deel afhankelijk is van de motivatie van de patiënt zelf. De eisen die zijn gesteld aan de deelname zijn daarom naar beneden bijgesteld. Dit aangepaste toetsingskader gebruikt de inspectie bij het vervolgonderzoek. In de resultaten zijn de aanpassingen in het toetsingskader weergegeven. Tijdens het onderzoek in 2010 bleek dat de instroom en deelname van de daartoe geïndiceerde patiënten bij veel instellingen knelpunten opleveren. Diverse partijen, waaronder de NVVC, maken zich sterk voor het vergroten van de instroom in hartrevalidatieprogramma’s op basis van de positieve resultaten die dit voor patiënten oplevert. De inspectie wil ook een bijdrage leveren en vraagt daarom extra informatie op over de instroom in het hartrevalidatieprogramma. Deze inventariserende vragen zijn opgenomen in het vervolgonderzoek. Bij dit vervolgonderzoek heeft de inspectie elke instelling die hartrevalidatie aanbiedt, gevraagd om een interne audit uit te voeren naar de voortgang van de implementatie van leefstijlbegeleiding volgens de richtlijn Hartrevalidatie. De inspectie stelt geen specifieke eisen aan de uitvoering van deze audit. Wel heeft de inspectie een auditformulier opgesteld aan de hand waarvan de resultaten van de audit aan de inspectie teruggekoppeld moeten worden. U heeft daarvoor op 14 december 2012 een uitnodigingsbrief ontvangen. De inspectie heeft u gevraagd om een audit uit te voeren en de resultaten uiterlijk 14 maart 2013 via een webbased vragenlijst terug te koppelen. Op 17 januari 2013 heeft u aanvullend een brief ontvangen over een correctie in het auditformulier. 3
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
De bevindingen over alle ziekenhuizen en revalidatiecentra legt de inspectie vast in een geaggregeerde rapportage die, zoals de individuele rapporten, openbaar is. Alle rapporten worden op de website van de inspectie geplaatst, www.iciz.nl. In dit rapport kunt u in hoofdstuk 2 uw score van het onderzoek in 2010 vergelijken met de recente score van het onderzoek in 2013. In hoofdstuk 3 staat de conclusie. In hoofdstuk 4 staan de te nemen maatregelen en aanbevelingen. Hoofdstuk 5 geeft uitleg over de publicatie van inspectierapporten.
4
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2
Resultaten
In dit hoofdstuk vindt u de resultaten van het vervolgonderzoek voor uw ziekenhuis en leest u hoe de inspectie uw audit per onderwerp beoordeelt. De resultaten zijn verdeeld in twee delen: 1: hartrevalidatieprogramma en 2: instroom in het programma. Alle onderwerpen hebben een score ‘afwezig’, ‘aanwezig’, ‘operationeel’ of ‘geborgd’. De inspectie beschouwt ‘afwezig’ en ‘aanwezig’ als onvoldoende en ‘operationeel’ en ‘geborgd’ als voldoende. De inspectie wijst u erop dat het wenselijk is om ook de onderdelen waarop u ‘operationeel’ scoort, te verbeteren tot ‘geborgd’. Zo kunt u de kwaliteit van de bevordering van de gezonde leefstijl maximaliseren. De scores zijn gebaseerd op de gegevens van het onderzoek in 2010 en de score die u zelf in het webbased auditformulier van 2013 heeft ingevuld. Uw eigen toelichting en het oordeel van de inspectie staan per onderwerp aangegeven. De inspectie heeft 5 van uw eigen audit scores aangepast omdat deze niet overeen kwam(en) met het toetsingskader. De motivatie daarvan staat bij de betreffende onderwerpen beschreven. In de bijlage staat de getalsmatige informatie die u heeft aangeleverd over het aanbieden en volgen van de verschillende leefstijlprogramma’s. Aan het einde van dit hoofdstuk vindt u een overzichtstabel met alle scores. In de overzichtstabel staat het oordeel van de inspectie van 2010 en 2013 naast elkaar, zodat u de vooruitgang kunt zien.
5
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
Deel 1: hartrevalidatieprogramma Hartrevalidatieprogramma randvoorwaarden
2.1
Beleid inbedden van gezonde leefstiji
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum heeft geen beleid voor leefstijl (stoppen met roken begeleiding, begeleiding bij overgewicht en lichamelijke inactiviteit) binnen hartrevalidatieprogramma’s.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum heeft beleid voor leefstiji (stoppen met roken begeleiding, begeleiding bij overgewicht en lichamelijke inactiviteit) binnen hartrevalidatieprogramma’s maar dit is niet schriftelijk vastgelegd,
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum heeft beleid vastgelegd voor leefstijl (stoppen met roken begeleiding, begeleiding bij overgewicht en lichamelijke inactiviteit) binnen hartrevalidatieprogramma’s.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum heeft beleid vastgelegd voor leefstijl (stoppen met roken begeleiding, begeleiding bij overgewicht en lichamelijke inactiviteit) binnen hartrevalidatie programma’s. Dit beleid wordt minimaal jaarlijks geëvalueerd en indien nodig wordt het beleid aangepast.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd operationeel operationeel
Toelichting instelling Beleid is deels, gefragmenteerd vastgelegd in: -Protocollen; de auditoren hebben 9 protocollen gezien -Een stroomschema hartrevalidatie 2012 -Overzicht hoofdproces Poli Hartrevalidatie -Website VieCuri: het doel van het hartrevalidatieprogramma -Informatieblad PEP-module -Uitleg bij actieplanformulier d.d. 3-1-2007 Het beleid wordt niet systematisch volgens een vaste frequentie door alle disciplines samen geëvalueerd. Bijsturing van beleid vindt plaats in het overleg tussen de hartrevalidatie coördinatoren onderling en de hartrevalidatie coördinatoren samen met de fysiotherapeuten. De aanpassingen worden besproken en ingevoerd maar niet vastgelegd.
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
6
Rapport vervolgonderzoek leetstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.2
Scholing
Afwezig
Aanwezig
Operationeel/Geborgd
De professionals hebben geen scholing gevolgd,
Een deel van de professionals uit het programma zijn geschoold.
Alle professionals uit het programma zijn geschoold.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
aanwezig aanwezig aanwezig
Toelichting instelling Een deel (2 van de 3 auditees) van de professionals is geschoold in motivational interviewing. Deze scholing is gericht op het tot stand brengen van gedragsverandering bij patiënten.
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt 2.3
Coördinator hartrevalidatie
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Er is geen coördinator hartrevalidatie.
Er is een coördinator hartrevalidatie.
De coördinator hartrevalidatie heeft met elke patiënt een intakegesprek om revalidatiedoelen te bepalen.
De coördinator hartrevalidatie heeft met elke patiënt een intakegesprek om revalidatiedoelen te bepalen. De coördinator blijft gedurende de behandeling betrokken bij de patiënt.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd geborgd geborgd
Toelichting instelling De coördinator hartrevalidatie heeft met elke patiënt een intakegesprek en blijft gedurende de behandeling op afroepbasis betrokken bij de patiënt, d.w.z. wanneer de behandeldisciplines vragen hebben of problemen ervaren, schakelen zij de coördinator in en zal de coördinator gericht actie ondernemen. Revalidatiedoelen worden beschreven door de afzonderlijke disciplines (de fysiotherapeut, de psycholoog of eventueel de revalidatiearts).
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
7
Rapport vervolgonderzoek leefstijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.4
Multidisciplinair team
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Het hartrevalidatieteam bestaat uit één of twee verschillende disciplines,
Het hartrevalidatieteam bestaat uit tenminste drie verschillende disciplines. Ook is er een multidisciplinair overleg,
Het hartrevalidatieteam bestaat uit tenminste drie verschillende disciplines. Er is een multidisciplinair overleg waarin elke patiënt besproken wordt,
Het hartrevalidatieteam bestaat uit tenminste drie verschillende disciplines, waaronder een cardioloog. Er is een multidisciplinair overleg waarin elke patiënt besproken wordt.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
aanwezig aanwezig aanwezig
Toelichting instelling Er is een multidisciplinair overleg, 1 maal per week waaraan 3 disciplines deelnemen: de coördinator, de cardioloog / arts assistent en de fysiotherapeut. De psycholoog neemt niet deel. In de praktijk blijkt dat de opkomst in het MDC sterk wisselt. Niet altijd is de cardioloog / arts assistent aanwezigen niet altijd zijn alle betrokken fysiotherapeuten aanwezig. De psycholoog wil graag aansluiten in het MDC maar door de wisselende opkomst is dat in de praktijk nog niet het geval. De psycholoog en de coördinator hartrevalidatie zijn nu voornemens een structureel (bilateraal) overleg te plannen. 2 Maal per jaar vindt een MDC in grotere samenstelling plaats, d.w.z. dat hieraan ook maatschappelijk werk, diëtetiek, psychologie, klinische verpleging en fysiotherapeuten uit de kliniek deelnemen naast de 3 hierboven genoemde disciplines. Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
8
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.5
Registratie
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum registreert geen gegevens over het revalidatieprogramma op geaggregeerd niveau,
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum registreert sommige gegevens over het revalidatieprogramma op geaggregeerd niveau (gegevens over het aantal patiënten dat aan het programma begint, doorloopt, afmaakt, aantal patiënten dat specifieke modules,/ interventies ontving en klinische uitkomstmaten).
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum registreert gegevens over het revalidatieprogramma op geaggregeerd niveau (gegevens over het aantal patiënten dat aan het programma begint, doorloopt, afmaakt, aantal patiënten dat specifieke modules/ interventies ontving en klinische uitkomstmaten).
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum registreert gegevens over het revalidatieprogramma op geaggregeerd niveau (gegevens over het aantal patiënten dat aan het programma begint, doorloopt, afmaakt, aantal patiënten dat specifieke modules! interventies ontving en klinische uitkomstmaten). Deze gegevens worden gebruikt om het beleid te evalueren.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
aanwezig aanwezig aanwezig
Toelichting instelling patiëntgegevens worden alle betrokken disciplines op individueel niveau geregistreerd. Registratie op geaggregeerd niveau is in ontwikkeling, nagenoeg alle relevante informatie kan gegenereerd worden uit EZIS en de afdeling ICT werkt aan een data extractie uit het EPD. Dit zal naar verwachting op korte termijn worden gerealiseerd (Cardss, 4e kwartaal 2013) Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt Hartrevalidatieprogramma inhoud 2.6
Inventariseren rookgedrag
Afwezig
Aanwezig
Operationeel/Geborgd
De professionals inventariseren het rookgedrag bij <100°h van de patiënten.
De professionals inventariseren het rookgedrag van alle patiënten, maar niet van alle partners.
De professionals inventariseren het rookgedrag van alle patiënten en hun partner.
Score IGZ 2010
aanwezig
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
operationeel/geborgd operationeel! geborgd
9
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
Toelichting instelling Het rookgedrag van zowel patiënten als van hun partners wordt geïnventariseerd en vastgelegd via het anamneseformulier hartrevalidatie / reconditionering
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt 2.7
Inventariseren overgewicht/lichamelijk activiteit
Afwezig
Aanwezig
Operationeel/Geborgd
De professionals inventariseren de BMI, buikomvang, het beweeggedrag en comorbiditeit niet..
De professionals inventariseren de BMI, buikomvang, het beweeggedrag en comorbiditeit niet altijd.
De professionals inventariseren de BMI, buikomvang, het beweeggedrag en comorbiditeit
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
aanwezig operationeel/geborgd operationeel! geborgd
altijd.
Toelichting instelling BMI, buikomvang, beweeggedrag en comorbiditeit worden door de coördinator hartrevalidatie geregistreerd in EZIS.
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt 28
Intakegesprek
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Patiënten krijgen geen intakegesprek om revalidatiedoelen te bepalen.
Alle patiënten krijgen een intakegesprek om revalidatiedoelen te bepalen.
Alle patiënten krijgen een intakegesprek om revalidatiedoelen te bepalen. Deze worden in het patiëntendossier genoteerd.
Alle patiënten krijgen een intakegesprek om revalidatiedoelen te bepalen. Deze worden in het patiëntendossier genoteerd en in het multidisciplinair overleg besproken.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
operationeel operationeel operationeel
Toelichting instelling Alle patiënten krijgen een intakegesprek met de coördinator hartrevalidatie. Tijdens deze intake wordt de indicatie voor deelname aan het beweegprogramma en eventueel de PEP module samen met de patiënt bepaald. Specifieke doelen van het beweegprogramma (bijvoorbeeld angstreductie, zelfstandigheid of conditieverbetering) of van de PEP module (bijvoorbeeld stressreductie, vermindering van angst) worden na de intake met de desbetreffende disciplines besproken en niet besproken in het MDC en niet vastgelegd in het
10
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
dossier. De afzonderlijke disciplines hebben op hun beurt een intake met de patiënt. Doelen worden vastgelegd in de dossiers van de afzonderlijke disciplines Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt 2.9
Behandelpian
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Patiënten hebben geen behandelplan op basis van de relevante patiëntgegevens, vastgestelde behandeldoelen en benodigde interventies om die doelen te behalen.
Bij alle patiënten stelt het revalidatieteam een individueel behandelplan op, op basis van de relevante patiëntgegevens, vastgestelde behandeldoelen en benodigde interventies om die doelen te behalen.
Bij alle patiënten stelt het revalidatieteam een individueel behandelplan op, op basis van de relevante patiëntgegevens, vastgestelde behandeldoelen en benodigde interventies om die doelen te behalen. Dit plan wordt met de patiënt besproken.
Bij alle patiënten stelt het revalidatieteam een individueel behandelplan op, op basis van de relevante patiëntgegevens, vastgestelde behandeldoelen en benodigde interventies om die doelen te behalen. Dit plan wordt met de patiënt besproken. Het plan wordt ook met de coördinator hartrevalidatie of in het multidisciplinair overleg besproken.
Score IGZ 2010
operationeel
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd geborgd
Toelichting instelling Behandeiplannen worden deels door het revalidatieteam opgesteld en deels door de afzonderlijke disciplines, in alle gevallen in samenspraak met de patiënt. Zowel de coördinator hartrevalidatie, de cardioloog en het MDC worden ingeschakeld bij specifieke vragen van behandelaren of indien zich problemen voordoen. Zowel de fysiotherapeut als de psycholoog evalueren behandeldoelen met de patiënt. De fysiotherapeut stuurt de evaluatiebevindingen naar de cardioloog; de psycholoog stuurt na intake van de patiënt een brief naar de cardioloog maar rapporteert niet achteraf over behaalde / niet behaalde doelstellingen.
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
11
Rapport vervolgonderzoek leefstijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.10
Onderdelen van het hartrevalidatieprogramma
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Het revalidatieprogramma bevat (zelf aanbieden of verwijzen) geen of slechts één subprogramma (beweging, ontspanning, info of leefstijl).
Het revalidatieprogramma bevat (zelf aanbieden of verwijzen) enkele maar niet alle programma’s (beweging, ontspanning, info of leefstijl).
Het revalidatieprogramma bevat (zelf aanbieden of verwijzen) alle programma’s (beweging, ontspanning, info of leefstijl).
Het revalidatieprogramma bevat (zelf aanbieden of verwijzen) alle programma’s (beweging, ontspanning, info of leefstijl). Alle geïndiceerde patiënten hebben deze programma’s aangeboden gekregen.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
aanwezig geborgd geborgd
Toelichting instelling Het revalidatieprogramma omvat 3 modules welke op indicatie worden aangeboden aan patiënten, conform de richtlijn uit het toetsingskader: 1.1 nfomod u le 2.Fit module (beweegprogramma) 3.PEP module, gericht op angst, depressie, somberheid, perfectionisme en sociale omgeving. Binnen de Fit module wordt informatie gegeven over ontspanning en leefstijl en worden, afhankelijk van de groeps-samenstelling ontspanningsoefeningen gedaan. Er is een DVD beschikbaar met ontspanningsoefeningen die patiënten desgewenst kunnen krijgen. Daarnaast vindt op indicatie verwijzing plaats naar -de revalidatiearts -de diëtiste -de psycholoog (voor individue behandeling i.p.v. PEP) -de lifestylepoli binnen VieCuri;
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
12
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.11
Aanbieden van modules
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt de FIT-!pEp!INFO module niet aan! verwijst hier niet naar.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt één van de drie modules aan! verwijst hiernaar.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt twee van de drie modules aan! verwijst hiernaar, waaronder de INFO module.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt de FIT- PEP en INFO modules aan.
Score IGZ 2010
operationeel
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt de FIT-!PEP!INFO module niet aan! verwijst hier niet naar.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt één van de drie modules aan! verwijst hiernaar.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt twee van de drie modules aan! verwijst hiernaar, waaronder de INFO module.
Het ziekenhuis! revalidatiecentrum biedt de FIT- PEP en INFO modules aan! verwijst hiernaar.
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd geborgd
Toelichting instelling De 3 modules worden op basis van: -de anamnese en -de wensen van de patiënt door de coördinator hartrevalidatie aangeboden aan de patiënt. Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
13
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.12
1 Informatieprogramma
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Niet alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden of <30% van de patiënten heeft het informatieprogramma gevolgd.
Alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden maar 3090% heeft dit ook gevolgd.
Alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden en 90%95% heeft dit ook gevolgd,
Alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden en hebben dit ook gevolgd.
Score IGZ 2010
aanwezig
Niet alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden of <30% van de patiënten heeft het informatieprogramma gevolgd.
Alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden en 30-50% heeft dit ook gevolgd.
Alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden en 50%70% heeft dit ook gevolgd,
Alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden en 70% heeft dit ook gevolgd.
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd operationeel
Toelichting instelling Alle patiënten krijgen het informatieprogramma aangeboden; de coördinator hartrevalidatie heeft een centrale rol in het systematisch bevorderen van de
instroom vanuit zowel de kliniek als de polikliniek in het informatieprogramma. Er vinden in de kliniek systematisch checks plaats door de coördinator en de artsassistent op het includeren van alle patiënten die in aanmerking komen. De verwijzingen vanuit de polikliniek zijn (persoons)afhankelijk van de verwijzend cardioloog. De patiënten ontvangen daarnaast persoonlijk en schriftelijk een uitnodiging voor de 3 informatiebijeenkomsten. De opkomst is door deze maatregelen aanzienlijk verhoogd, van 30°h in 2011 naar 60 65°h nu —
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel De cijfers komen niet overeen met de toelichting.
1
De inspectie heeft na overleg met de NVVC de percentages in het onderzoek van 2013 aangepast 14
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.13
Motiveren stoppen met roken
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
De professionals ondernemen geen activiteiten bij patiënten die niet gemotiveerd zijn om te stoppen.
De professionals geven een stopadvies bij patiënten die niet gemotiveerd zijn om te stoppen.
De professionals geven een stopadvies bij patiënten die niet gemotiveerd zijn om te stoppen en voeren tenminste één activiteit uit om de motivatie te verhogen (website stivoro, informatiemateriaal uitdelen, verwijzen naar cardioloog, extra consult inplannen).
De professionals geven een stopadvies bij patiënten die niet gemotiveerd zijn om te stoppen en voeren > één activiteit uit om de motivatie te verhogen (website stivoro, informatiemateriaal uitdelen, verwijzen naar cardioloog, extra consult inplannen).
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd aanwezig geborgd
Toelichting instelling Er wordt geinventariseerd of de patiënt rookt. Tijdens de informatiemiddagen wordt aandacht besteed aan stoppen met roken. Er wordt in het ziekenhuis geen
begeleiding noch nicotinevervangende medicatie aangeboden bij het stoppen met roken, ook niet binnen de PEP module. Wel wordt verwezen naar de website van Stivoro en naar de huisarts. Het ziekenhuis is van mening dat dit ook prima in de le
lijn past. Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel Uit de toelichting blijkt dat er aandacht is voor roken en naar informatie of huisarts wordt verwezen.
15
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.14
Activiteiten ondersteuning stoppen met roken’
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
De professionals ondernemen geen activiteiten bij patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen. <30% van de patiënten hebben hun programma voor roken gevolgd.
Patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen krijgen het informatieprogramma aangeboden. 30-90% van de patiënten hebben hun programma gevolgd.
Patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen krijgen het informatieprogramma, leefstijiprogramma/PEP en bewegingsprogramma aangeboden met indien geïndiceerd nicotinevervangende middelen. 90-95% van de patiënten hebben hun programma gevolgd,
Patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen krijgen het informatieprogramma
Score IGZ 2010
afwezig
De professionals ondernemen geen activiteiten bij patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen. Geen van de patiënten heeft hun programma voor roken gevolgd,
De professionals ondernemen activiteiten bij patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen. Patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen krijgen het informatieprogramma 0% 3 aangeboden. < van de patiënten heeft hun programma gevolgd,
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
operationeel afwezig
De professionals ondernemen activiteiten bij patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen. Patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen krijgen het informatieprogramma, leefstijlprogramma/PEP en bewegingsprogramma aangeboden met indien geïndiceerd nicotinevervangende middelen. 30-50% van de patiënten heeft hun programma gevolgd.
leefstijlprogramma/PE P en bewegingsprogramma aangeboden met indien geïndiceerd nicotinevervangende middelen. 95% van de patiënten hebben hun programma gevolgd.
De professionals ondernemen activiteiten bij patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen. Patiënten die roken en gemotiveerd zijn om te stoppen krijgen het informatieprogramma, leefstijlprogramma/PE P en bewegings programma aangeboden met indien geïndiceerd nicotinevervangende middelen. 50% van de patiënten heeft hun programma gevolgd.
Toelichting instelling Er wordt: -informatie gegeven
-verwezen naar Stivoro en/of de huisarts (zie ook 13) -gebruik gemaakt van de gesprekstechniek van motivational interviewing tijdens de screening om de patiënt te motiveren om te stoppen; de fysiotherapeut stelt stoppen met roken eveneens aan de orde.
1 De inspectie heeft na overleg met de NVVC de percentages in het onderzoek van 2013 aangepast
16
Rapport vervolgonderzoek IeestijIbegeIeiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
Op de COPD poli welke ressorteert onder het specialisme longgeneeskunde, wordt ook begeleiding gegeven bij stoppen met roken. Hiernaar wordt niet rechtstreeks verwezen. Dit komt omdat verwijzing via de huisarts moet lopen.
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel Uit de cijfers blijken geen percentages bekend. 2.15
Activiteiten bij overgewicht 1
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
De professionals ondernemen geen activiteiten om gezonde voeding en bewegen te stimuleren bij patiënten met overgewicht/ obesitas. <30% van de patiënten hebben hun programma voor overgewicht/obesitas gevolgd,
De professionals bieden het informatieprogramma aan bij patiënten met overgewicht/ obesitas. 30_90% van de patiënten hebben hun programma voor overgewicht/obesitas gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramma en gecombineerde leefstijlinterventies aan met indien geïndiceerd medicatie en chirurgie bij patiënten met overgewicht/ obesitas. 90-95% van de patiënten hebben hun programma voor overgewicht/obesitas gevolgd,
De professionals bieden het informatieprogramma en gecombineerde leefstijlinterventies aan met indien geïndiceerd medicatie en chirurgie bij patiënten met overgewicht/ obesitas. 95% van de patiënten hebben hun programma voor overgewicht/obesitas gevolgd.
Score IGZ 2010
aanwezig
De professionals ondernemen geen activiteiten om gezonde voeding en bewegen te stimuleren bij patiënten met overgewicht/ obesitas. Geen van de patiënten heeft hun programma voor overgewicht/obesitas gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramma aan bij patiënten met overgewicht/ obesitas. <30% van de patiënten heeft hun programma voor overgewicht/ obesitas gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramma en gecombineerde leefstijlinterventies aan met indien geïndiceerd medicatie en chirurgie bij patiënten met overgewicht/ obesitas. 30_500/o van de patiënten heeft hun programma voor overgewicht/obesitas gevolgd,
De professionals bieden het informatieprogramma en gecombineerde leefstijlinterventies aan met indien geïndiceerd medicatie en chirurgie bij patiënten met overgewicht/ obesitas. 50% van de patiënten heeft hun programma voor overgewicht/obesitas gevolgd.
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
aanwezig afwezig
Toelichting instelling De auditees hebben geen gecombineerde leefstijlinterventies benoemd. Er wordt op
1 De inspectie heeft na overleg met de NVVC de percentages in het onderzoek van 2013 aangepast
17
Rapport vervolgonderzoek Ieestijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
basis van de anamnese door de coördinator hartrevalidatie bij overgewicht of obesitas verwezen naar de diëtiste of de obesitas poli, welke een gecombineerde lifestylemodule aanbiedt. Het percentage obese patiënten is overigens laag.
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel Uit de cijfers blijken geen percentages bekend.
2.16
Activiteiten bij lichamelijke inactiviteit 1
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
De professionals ondernemen geen activiteiten om een actieve leefstijl te stimuleren bij patiënten met een inactieve leefstijl. <30% van de patiënten hebben hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramma aan bil patiënten met een inactieve leefstijl. 30_90% van de patiënten hebben hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd,
De professionals bieden het informatieprogramma en leefstijlprogramma/ fysiek programma aan bij patiënten met een inactieve leefstijl. 9O-95% van de patiënten hebben hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramma en leefstijlprogramma/ fysiek programma aan bij patiënten met een inactieve leefstijl. 95% van de patiënten hebben hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd.
Score IGZ 2010
geborgd
De professionals ondernemen geen activiteiten om een actieve leefstijl te stimuleren bij patiënten met een inactieve leefstijl. <30% van de patiënten heeft hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramma aan bij patiënten met een inactieve leefstijl. 30_50% van de patiënten heeft hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramma en leefstijlprogramma/ fysiek programma aan bij patiënten met een inactieve leefstijl. 50_70% van de patiënten heeft hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd.
De professionals bieden het informatieprogramm a en leefstijlprogramma/ fysiek programma aan bij patiënten met een inactieve leefstijl. 70% van de patiënten heeft hun programma voor inactieve leefstijl gevolgd.
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd
afwezig
Toelichting instelling Het informatieprogramma en het beweegprogramma worden altijd aangeboden. Er zijn nog geen gegevens op geaggregeerd niveau beschikbaar over het percentage dat het programma daadwerkelijk heeft gevolgd. 1 Auditee geeft aan (indicatief) dat 73% in VieCuri en 7% extern het programma volgt, 1 auditee geeft aan (eveneens indicatief) dat 90% het geïndiceerde programma daadwerkelijk volgt.
1
De inspectie heeft na overleg met de NWC de percentages in het onderzoek van 2013 aangepast 18
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel Uit de cijfers blijkt dat niet alle geïndiceerde patiënten het programma aangeboden krijgen. 2.17
Monitoring op patiëntniveau
Afwezig
Aanwezig
Operationeel
Geborgd
De voortgang van de patiënt wordt niet gemonitord.
De voortgang van de patiënt wordt gemonitord aan de hand van patiëntgegevens.
De voortgang van de patiënt wordt gemonitord aan de hand van patiëntgegevens. In het patiëntdossier worden de gegevens bijgehouden over de voortgang van het individueel programma.
De professional monitort de voortgang van de patiënt aan de hand van patiëntgegevens. In het patiëntdossier worden de gegevens bijgehouden over de voortgang van het individueel programma. Indien worden de behandeldoelen aangepast.
Score IGZ 2010 Eigen score 2013 Score IGZ 2013
geborgd geborgd geborgd
Toelichting instelling Voortgang wordt gemonitord door de afzonderlijke professionals en indien nodig worden de behandeldoelen bijgesteld. Vastiegging vindt plaats in de afzonderlijke dossiers. Dit gebeurt deels op papier en deels in EZIS. Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
19
Rapport vervolgonderzoek leetstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.18
Afstemming met andere hulpverleners
Afwezig/Aanwezig
Operationeel
Geborgd
De professional uit het revalidatie team heeft
De professional uit het
De professional uit het
geen contact met de huisarts van de patiënt
revalidatie team heeft
revalidatie team heeft
gedurende het programma en bij het
contact met de
contact met de huisarts
beëindigen van het programma.
huisarts van de
van de patiënt gedurende
patiënt aan het eind
en aan het eind van de
van de behandeling,
behandeling. Ook met
Ook met andere
andere betrokken
betrokken
zorgverleners (zoals bij
zorgverleners (zoals
verwijzing naar
bij verwijzing naar
fysiotherapeut, betrokken
fysiotherapeut,
bedrijfsarts) van buiten
betrokken bedrijfsarts)
het hartrevalidatie
van buiten het
programma vindt er
hartrevalidatie-
afstemming plaats. Aan
programma vindt er
het eind van de
afstemming plaats.
behandeling vindt overdracht plaats naar de huisarts en/of een gezondheids (sport)centrum.
Score IGZ 2010
operationeel
Afwezig
Aanwezig
Operationeel/Geborgd
De professional uit
De professional uit het revalidatieteam
Het revalidatieteam communiceert via de cardioloog met de huisarts van de patiënt tenminste aan het eind van de behandeling. Ook
het revalidatie team heeft geen communicatie met de huisarts en ook niet met andere betrokken zorgverleners (zoals bij verwijzing naar fysiotherapeut, betrokken bedrijfsarts) van de patiënt.
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
communiceert met de huisarts van de patiënt. Ook met andere betrokken zorgverleners (zoals bij verwijzing naar fysiotherapeut, betrokken bedrijfsarts) van buiten het hartrevalidatie
met andere betrokken zorgverleners (zoals bij verwijzing naar fysiotherapeut, betrokken bedrijfsarts) van buiten het hartrevalidatieprogramma vindt er communicatie plaats. Aan het eind van de behandeling vindt overdracht plaats naar de huisarts.
programma vindt er communicatie plaats.
operationeel/geborgd operationeel/geborgd
Toelichting instelling De fysiotherapeut stelt een evaluatierapport (inclusief een actieplan waarin de patiënt zijn vervolgdoelen heeft vastgelegd) op aan het eind van het programma. De evaluatie wordt toegestuurd aan de cardioloog. De cardioloog stelt een brief op voor
de huisarts. De psycholoog stuurt na intake een brief naar
de
cardioloog en naar de huisarts met
daarin: -
-
deelname van de patiënt doelstelling van
de
module.
20
Rapport vervolgonderzoek leefstijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
Specifieke rapportage achteraf over het behalen van de doelstelling vindt niet plaats. Wel wordt dit door de psycholoog vastgelegd middels een eigen eva luatieformu 1 ier. Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt 2.19
Nazorg
Afwezig/Aanwezig
Operationeel
Geborgd
Er is geen nazorg na afloop van het programma.
De patiënten krijgen tenminste één nazorg afspraak aangeboden na afloop van het programma.
De patiënten krijgen op vaste momenten nazorg aangeboden na afloop van het programma.
Score IGZ 2010
geborgd
Eigen score 2013 Score IGZ 2013
afwezig/aanwezig afwezig/aanwezig
Toelichting instelling Er is geen nazorg op vaste momenten na afloop van het programma. Leefstijlelementen worden niet besproken in het vervolgconsult bij de cardioloog. Wel wordt patiënten aangeboden om na afronding van het beweegprogramma tegen een gering tarief sportactiviteiten voort te zetten onder begeleiding van een sportarts bij VieCuri Vitaal. Vanuit de PEP module is er geen nazorg na afronding (wel is er een mogelijkheid voor de patiënt om zich binnen 6 maanden met eventuele vragen opnieuw te wenden aan de psycholoog). Behoefte aan nazorg is door psychologie wel geinventariseerd. Hieruit bleek dat patiënten die de PEP module volgden zelden behoefte hebben aan nazorg. Een enkele keer vindt nog wel een gesprek plaats met de patiënt na afronding van de PEP-module. Dit geldt niet voor patiënten die individueel begeleid worden door de psycholoog. Dit is in ontwikkeling. Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
21
Rapport vervolgonderzoek leefstijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
Deel 2: instroom in het programma 2.20
Systeem voor verwijzing
Afwezig
Aanwezig
Operationeel/Geborgd
Het ziekenhuis heeft geen systeem voor verwijzing naar de hartrevalidatie door de cardioloog en systematische indicatiestelling door de coördinator,
Er is een systeem voor verwijzing naar de hartrevalidatie door de cardioloog, maar systematische indicatiestelling door de coördinator maakt hier geen deel van uit.
Het ziekenhuis heeft een systeem voor verwijzing naar het hartrevalidatieprogramma door de cardioloog en systematische indicatiestelling door de coördinator.
Eigen score 2013
operationeel? geborgd operationeel/geborgd
IGZ score 2013
Toelichting instelling Er is een systeem voor verwijzing naar het hartrevalidatieprogramma. Indicatiestelling vindt plaats tijdens de opname of op de polikliniek. Hierop vinden in de kliniek systematisch checks plaats door de coördinator hartrevalidatie en door de arts / arts assistent. Ook bij verwijzing vanuit een ander ziekenhuis wordt gecontroleerd of de patiënt instroomt. Toelichting op eindoordeel inspectie over audit onderdeel nvt
Getalsmatige informatie instroom programma Jaar Aantal patiënten met hartinfarct opgenomen Aantal opgenomen patiënten gestart met hartrevalidatie Percentage
2009
2010
2011
410
561
532
2012 581
207
361
460
481
50
64
86
83
Oordeel inspectie getalsmatige informatie wisselend
22
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
2.21
Overzicht van alle scores per onderwerp Score IGZ 2010
Score IGZ 2013
Deel 1: hartrevalidatieprogramma Hartrevalidatieprog ram ma randvoorwaarden
1. Beleid inbedden van gezonde leefstiji 2. Scholing in stoppen met roken begeleiding 3. Coördinator hartrevalidatie 4. Multidisciplinair team 5. Registratie
geborgd aanwezig
operationeel aanwezig
geborgd aanwezig aanwezig
geborgd aanwezig aanwezig
aanwezig aanwezig
operationeel! geborgd operationeel! geborgd
operationeel operationeel aanwezig
operationeel geborgd geborgd
operationeel aanwezig geborgd afwezig
geborgd operationeel geborgd afwezig
aanwezig geborgd
afwezig afwezig
geborgd operationeel
geborgd operationeel! geborgd
geborgd
afwezig/aanwezig
Hartrevalidatieprogramma inhoud
6. Inventariseren rookgedrag 7. Inventariseren overgewicht/ lichamelijke inactiviteit 8. Intakegesprek 9. Behandelpian 10. Onderdelen van het ha rtreva 1 idatiep rog ram ma 11. Aanbieden van modules 12. Informatieprogramma 13. Motiveren stoppen met roken 14. Activiteiten ondersteuning stoppen met roken 15. Activiteiten bij overgewicht 16. Activiteiten bij lichamelijke inactiviteit 17. Monitoring op patiëntniveau 18. Afstemming met andere hulpverleners 19. Nazorg Deel 2: instroom in het programma
20. Systeem voor verwijzing Getalsmatige informatie instroom programma
-
-
operationeel/geborgd wisselend
Algemene toelichting ziekenhuis
De gegevens in deze vragenlijst zijn gebaseerd op een audit die wij hebben laten uitvoeren door een auditteam vanuit het Maxima Medisch Centrum. Wij hebben een audit uitgevoerd bij het MMC.
23
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
3
Conclusie
De inspectie ziet een geringe vooruitgang ten opzichte van het onderzoek in 2010. In 2010 scoorde u op 10 van de 19 onderdelen voldoende. In 2013 scoort u op 12 voldoende. De inspectie heeft 5 van uw eigen audit scores aangepast omdat deze niet overeen kwam(en) met het toetsingskader. U behoort tot één van de 11 slechtst scorende instellingen. De deelname aan de stoppen met roken en overgewicht programmas wordt nu niet geregistreerd. Hierdoor is de kwaliteitscyclus niet operationeel. U kunt doorverwijzen, maar dient dan wel te zorgen voor een terugkoppeling over de deelname en het wel of niet behalen van de doelen. U geeft aan voor de individuele begeleiding bij stoppen met roken door te verwijzen naar de huisarts. Maar de inspectie beveelt aan de begeleiding zelf uit te voeren. Opvallend is dat de verschillende disciplines eigen dossiers bijhouden en de doelen niet in een gezamenlijk dossier vast liggen. Daarnaast worden de doelen niet besproken in het MDC. Uw instroom naar een hartrevalidatieprogramma is wisselend. U heeft het systeem voor verwijzing naar een hartrevalidatieprogramma (onderwerp 20) voldoende op orde. Uit dit onderzoek blijkt dat ziekenhuizen in 2012 gemiddeld circa 64% (min 17°h; max lOO%) van de opgenomen patiënten met een doorgemaakt hartinfarct doorverwezen naar een hartrevalidatieprogramma. Uw instroompercentage ligt boven het gemiddelde, dit is een mooi resultaat.
24
Rapport vervolgonderzoek leestijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
4
Te nemen maatregelen en aanbevelingen
4.1
Maatregelen hartrevalidatieprogramma
De inspectie constateert dat u niet op alle onderwerpen 1 t/m 19 minimaal operationeel’ scoort en verwacht van u dat u véér 2014 maatregelen treft om deze naar het niveau van ‘operationeel’ of ‘geborgd’ te brengen. De inspectie wijst u erop dat het wenselijk is om ook de onderdelen waarop u ‘operationeel’ scoort, te verbeteren tot ‘geborgd’. Zo kunt u de de effecten van het programma ma xi mali se ren. De inspectie verwacht uiterlijk 1 januari 2014 een rapportage over de genomen maatregelen.
4.2
Aanbevelingen instroom
De inspectie adviseert u daar waar mogelijk de instroom te verhogen.
De inspectie heeft de indicator ‘Hartrevalidatie na een ST-elevatie myocardinfarct’ opgenomen in de basisset kwaliteitsindicatoren ziekenhuizen 2014. Op deze wijze wil de inspectie ook na dit onderzoek de instroom naar hartrevalidatieprogramma’s bevorderen.
25
Rapport vervolgonderzoek leefstijibegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
5
Openbaarmaking rapporten
Voor de volledigheid maakt de inspectie u er op attent dat zij in principe alle eindrapporten van thematoezicht actief openbaar maakt. Dit omvat dus ook de openbaarmaking van het definitieve rapport naar aanleiding van dit onderzoek. Actief openbaar maken, betekent dat de inspectie het rapport op haar website www.igz.nl plaatst. De inspectie doet dit niet eerder dan drie weken na vaststelling van het rapport gelijktijdig met het geaggregeerde rapport. Bij actieve openbaarmaking neemt de inspectie de wettelijke normen in acht, zoals gesteld in de Wet openbaarheid van bestuur en de Wet bescherming persoonsgegevens. Dit betekent dat de inspectie in haar rapporten waar mogelijk- geen persoonsgegevens opneemt, zoals medische gegevens van uw patiënten of cliënten. De functionarissen van de instelling zullen zo nodig met hun functieaanduiding in het rapport worden genoemd. -
Meer informatie over actieve openbaarmaking van documenten door de inspectie kunt u vinden op onze website (www.iciz.nl/onderweren).
26
Rapport vervolgonderzoek leetstijlbegeleiding binnen het hartrevalidatieprogramma Inspectie voor de Gezondheidszorg 2013
6
Bijlage: getaismatige informatie
Percentage
% van de patiënten in het hartrevalidatieprogramma dat in 2012 het infoprogramma kreeg aangeboden % van de patiënten in het hartrevalidatieprogramma dat in 2012 het infoprogramma heeft gevolgd % van de geïndiceerde patiënten in het hartrevalidatieprogramma dat in 2012 een stoppen met roken programma kreeg aangeboden % van de geïndiceerde patiënten in het hartrevalidatieprogramma dat in 2012 een stoppen met roken programma heeft gevolgd % van de geïndiceerde patiënten in het hartrevalidatieprogramma dat in 2012 een overgewicht programma kreeg aangeboden % van de geïndiceerde patiënten in het hartrevalidatieprogramma dat in 2012 een overgewicht programma heeft gevolgd % van de geïndiceerde patiënten in het hartrevalidatieprogramma in 2012 een beweegprogramma kreeg aangeboden % van de geïndiceerde patiënten in het hartrevalidatieprogramma dat in 2012 een beweegprogramma heeft gevolgd
100 82 0 0 0 0 99 80
27