K MO OB BIILLIITTEEIITT KLLA AN NK KB BO OR RD DG GR RO OEEPP A AN ND DEER RS SB BEETTA ALLEEN NV VO OO OR RM
O O G E R C H O 3 1 O K O B E R 2 0 0 7 OPPPG GE ER RIIIC CH HTTT O OPPP 3 31 1O OK KTTTO OB BE ER R2 20 00 07 7
Aan de minister van Verkeer en Waterstaat Zijne Excellentie C.M.P.S. Eurlings Postbus 20901 2500 EX DEN HAAG Zoetermeer, 15 mei 2008 Geachte heer de Minister, Inmiddels is er enige tijd verstreken tussen het moment dat het kabinet op 30 november 2007 haar besluit openbaar maakte over de richting van de invoering van het systeem van Anders betalen voor Mobiliteit, en ons eerste aan u uitgebrachte gezamenlijke schriftelijk advies. U heeft de Klankbordgroep sindsdien twee keer geïnformeerd waarbij u de leden van de Klankbordgroep meenam in de meest recente ontwikkelingen op dat moment in de verdere uitwerking van de 30 novemberbrief. De Klankbordgroep Anders betalen voor Mobiliteit is door u ingesteld omdat u zeer veel waarde hecht aan het behoud van het begrip en het vertrouwen bij de organisaties en verenigingen die eerder betrokken waren bij het tot stand komen van het advies van het Platform Anders betalen voor Mobiliteit (P AbvM), of die later zijn toegevoegd vanwege hun positie en belang voor het met succes verder brengen van de uitgangspunten zoals verwoord in het Platformadvies en de Nota Mobiliteit. Vanuit deze betrokkenheid richten wij ons tot u met dit advies, welk advies wij in kopie zullen sturen aan de eveneens door u ingestelde Procesgroep AbvM. Vervangen van het systeem van (MRB en) Provinciale opcenten Een belangrijk aspect van het Platformadvies en de Nota Mobiliteit is, dat er duidelijk anders betaald zal moeten gaan worden voor het gebruik van de weg. Immers, het bezit van een motorvoertuig brengt momenteel in meer of mindere maten (bussen/vrachtauto’s) vaste lasten (BPM en de MRB) met zich mee. Daarnaast hangt nauw met de MRB samen de mogelijkheid voor provincies om middels provinciale opcenten een autonoom deel van hun inkomsten te verwerven. Provinciale opcenten en mobiliteitsbeleid hebben in principe niet meteen een relatie. Slechts doordat de provinciale opcenten gekoppeld zijn aan de MRB, en de MRB zal verdwijnen, is de relatie gelegd. In het kader van de invoering van de kilometerprijs voor motorvoertuigen zal het kabinet naar verwachting in de periode 2012-2016 de MRB afschaffen. De provinciale opcentenheffing zal gedurende deze periode nog blijven bestaan. Naar ons bericht is, voeren het kabinet en het IPO gezamenlijk nader onderzoek uit naar de mogelijkheden voor een vervangende provinciale belasting bij het loslaten van de provinciale opcentenheffing, welke belastingmodel nauw zal moeten aansluiten bij het provinciale takenpakket. Drs. Lucas H.M. Osterholt Nadinegang 15 2719 CZ ZOETERMEER
Tel 06 – 51 44 08 22 1 Email
[email protected]
K MO OB BIILLIITTEEIITT KLLA AN NK KB BO OR RD DG GR RO OEEPP A AN ND DEER RS SB BEETTA ALLEEN NV VO OO OR RM
O O G E R C H O 3 1 O K O B E R 2 0 0 7 OPPPG GE ER RIIIC CH HTTT O OPPP 3 31 1O OK KTTTO OB BE ER R2 20 00 07 7
Dit onderzoek zal uiterlijk in 2010 afgerond moeten zijn, waarbij het uitgangspunt is dat provincies een eigen belastinggebied behouden. Op het moment dat de MRB zal worden afgeschaft, dient er een voor partijen bevredigende oplossing overeen gekomen te zijn tussen de Kabinet en Provincies, zo adviseert de Klankbordgroep, en dient er wetgeving gereed te zijn die het mogelijk maakt het voor provincies het overeengekomen belastingmodel ook daadwerkelijk in te kunnen zetten. De Klankbordgroep wacht de uitkomsten van het onderzoek van kabinet en IPO graag af en zal deze, als de uitkomsten daar aanleiding toe geven bespreken en u over de uitkomsten inlichten. Voor de goede orde is opgemerkt dat de Klankbordgroep er vanuit gaat dat de provinciale opcenten dus niet meegenomen worden bij het variabiliseren van de MRB in een kilometerprijs. BPM Met betrekking tot het afschaffen van de belastingen ter zake van het bezit van het voertuig (BPM en MRB) is er op dit moment veel discussie, zowel in de media als tussen de diverse in dit dossier betrokken partijen, over de vraag in welk tempo en in welke mate de BPM moet worden afgebouwd. De Klankbordgroep heeft kennis genomen van de nieuwe berekeningsmodellen van de effecten van de invoering van kilometerbeprijzing, zoals onder meer gepresenteerd in de Klankbordgroep-vergadering van 13 mei 2008. Deze laten gunstige effecten zien op de bereikbaarheid en het milieu bij de invoering van de kilometerprijs en een 100% afbouw van de BPM (en de MRB). Eén partij, de Stichting Natuur en Milieu (SNM) pleit voor het handhaven van een belangrijk deel (75%) van de BPM. Differentiatie in de BPM is een belangrijk instrument gebleken ter stimulering van de aankoop van zuiniger auto’s. De Stichting Natuur en Milieu meent dat deze sturingsmogelijkheid moet worden behouden. Daarnaast plaatst de Stichting Natuur en Milieu kanttekeningen bij bovengenoemde modeluitkomsten, onder andere omdat de gehanteerde modellen de zogenoemde “wagenparkeffecten” onderschatten. Tenslotte meent SNM dat een gedeeltelijke afbouw van de BPM goed aan de consument is uit te leggen, waardoor het maatschappelijk draagvlak niet in gevaar hoeft te komen. De meerderheid van de Klankbordgroep i is van mening dat bij invoering van de kilometerbeprijzing een volledige afschaffing van de vaste belastingen (derhalve een 100 % afbouw van de BPM) gewenst is. De hiervoor genoemde effecten op bereikbaarheid en milieu sterken de Klankbordgroep in deze overtuiging. Daarnaast wijst zij erop dat het maatschappelijk draagvlak zwaar zal lijden indien er naast de kilometerbeprijzing belastingen voor de koop en bezit van voertuigen blijven bestaan. De Klankbordgroep is voorstander van een eenduidige instrumentkeuze. De Klankbordgroep bepleit het (wettelijk) vastleggen van een tijdpad (einddoel en stappen) voor afbouw van de vaste belastingen en opbouw van de kilometerbeprijzing. Daarin zal ook moeten worden voorzien in meetmomenten ten einde te bezien of de huidige modelmatig voorziene effecten op bereikbaarheid en milieu en het gebruik van openbaar vervoer zich in de praktijk ook zo voltrekken. Nadere criteria voor de beoordeling hiervan zullen daartoe moeten worden ontwikkeld.
Drs. Lucas H.M. Osterholt Nadinegang 15 2719 CZ ZOETERMEER
Tel 06 – 51 44 08 22 2 Email
[email protected]
K MO OB BIILLIITTEEIITT KLLA AN NK KB BO OR RD DG GR RO OEEPP A AN ND DEER RS SB BEETTA ALLEEN NV VO OO OR RM
O O G E R C H O 3 1 O K O B E R 2 0 0 7 OPPPG GE ER RIIIC CH HTTT O OPPP 3 31 1O OK KTTTO OB BE ER R2 20 00 07 7
Indien de bereikte effecten sterk negatief zouden afwijken, dan is de Klankbordgroep van mening dat eventuele bijsturing per definitie moet gebeuren met het instrument van de kilometerbeprijzing. De Klankbordgroep wil voorts de passage uit de brief van de minister van 30 november in herinnering roepen, die meldt dat een besluit over de afschaffing van de MRB en de BPM zal worden genomen, rekening houdend (…) met de effecten van de afschaffing voor vlooteigenaren. Ten aanzien van de wijze waarop de BPM wordt afgebouwd bepleit de Klankbordgroep een aanpak op meso-niveau, dus binnen groepen voertuigcategorieën. Derhalve dient de bedrijfsauto niet betrokken te worden bij de verschuiving van BPM naar MRB ter voorbereiding van de invoering van Anders Betalen voor Mobiliteit. De Klankbordgroep wijst er voorts op dat een keuze voor een 100 % afbouw van de BPM niet moet worden doorkruist door de introductie van een "nieuwe" aanschafbelasting op CO2 basis in de komende jaren (de zogenoemde ombouw van de BPM). Twee partijen, de Stichting Natuur en Milieu en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) zijn daarentegen van mening dat een CO2 belasting gunstig kan zijn. De Klankbordgroep heeft in haar vergadering van 13 mei jl. kennis genomen van de mogelijke koopkrachteffecten bij invoering van de kilometerbeprijzing. Deze effecten worden negatiever indien van meet af aan de tarieven worden verhoogd op grond van de invloed van gunstige gedragseffecten op de (macro-)opbrengst van de kilometerbeprijzing (en acciijnzen). Deze tariefsverhoging die gebaseerd is op het feit dat de bedoelde gedragseffecten worden gehaald is niet aan de weggebruiker uit te leggen. Voor budgettaire "uitverdieneffecten" wordt wel gecorrigeerd, maar de gunstige economische doorwerking voor de overheidsbegroting blijft buiten beschouwing. De Klankbordgroep acht het ongewenst bij invoering van de kilometerbeprijzing selectief te winkelen in de gedrags- en economische effecten. Multiple Service Providermodel (MSP-model) Het kabinet zal naar verwachting er voor kiezen om de organisatie van de uitvoering van Anders betalen voor Mobiliteit, in concurrentie binnen het private domein te laten uitvoeren middels het Multiple Service Provider model (MSP).Het kabinet heeft verder het voornemen om, in het geval de private markt zich onverhoopt niet adequaat ontwikkelt, als terugvalscenario te werken aan het ontwikkelen van een back office onder publiek beheer. Deze keuze (MSP-model als hoofdroute en backoffice onder publiek beheer als fall back scenario) wordt door de Klankbordgroep onderschreven, vooropgesteld dat er ook duidelijke criteria worden geformuleerd op grond waarvan kan worden beoordeeld wanneer het inschakelen van de terugvaloptie opportuun is.
Drs. Lucas H.M. Osterholt Nadinegang 15 2719 CZ ZOETERMEER
Tel 06 – 51 44 08 22 3 Email
[email protected]
K MO OB BIILLIITTEEIITT KLLA AN NK KB BO OR RD DG GR RO OEEPP A AN ND DEER RS SB BEETTA ALLEEN NV VO OO OR RM
O O G E R C H O 3 1 O K O B E R 2 0 0 7 OPPPG GE ER RIIIC CH HTTT O OPPP 3 31 1O OK KTTTO OB BE ER R2 20 00 07 7
Bovendien wordt aangetekend dat er op korte termijn nu wel echt duidelijkheid aan marktpartijen moet worden gegeven door middel van een implementatieplan voor het MSP-model, waarin tenminste de volgende elementen een plaats krijgen: - de voorziene experimenten met end- to-end oplossingen, uit te voeren op regionaal niveau onder centrale regie en kennisuitwisseling (zie ook hierna) - het formuleren van de functionele eisen aan service providers en het opzetten van een erkenningensysteem, opdat service providers in een open marktmodel kunnen opereren - de (normatieve) vergoeding voor de uitvoeringskosten aan service providers (ten einde binnen de maximale 5 % te blijven) - het te ontwikkelen toezicht - de waarborgen in het MSP-model voor overstap naar andere service providers (switching en switching kosten) met het oog op de concurrentie in het MSP-model - de ijkmomenten van beoordeling van de noodzaak tot investeren in en inzet van het fall backscenario (back office onder publiek beheer). De VNG vindt het op dit moment nog te vroeg om uitspraken te doen over de opzet en organisatie van een eventueel Multiple Service Model. Mobiliteitsprojecten in het kader van AbvM Vooruitlopend op de start in 2012 en om ervaring op te doen met de mogelijkheden van AbvM en de kilometerprijs zullen er experimenten worden gestart, onder meer in de Metropoolregio Amsterdam die de diverse aspecten van het kilometerbeprijzingssysteem moeten testen. Daarbij hoort, naar de mening van de Klankbordgroep, ook het uittesten van de techniek, onder centrale regie van het Rijk en met kennisuitwisseling tussen alle betrokken partijen, met als belangrijk doel de (snelle) verbetering van de bereikbaarheid en het verkrijgen van (praktijk-)inzicht in de effecten van invoering van prijsbeleid. Overigens moeten experimenten ook het onderliggend wegennet omvatten, om zodoende ook hier over (verkeers- en gedrags) effecten te kunnen leren. Privacy van de weggebruiker in het systeem van AbvM Alle aspecten van privacybescherming van de weggebruiker moeten in het systeem van AbvM worden gewaarborgd, zo is de opvatting van de Klankbordgroep. In welke vorm en op welke wijze moet nog nader worden onderzocht, onder meer door middel van gesprekken met het CBP, maar de Klankbordgroepleden zijn ervan overtuigd dat deze privacybescherming een voorwaarde is voor het behouden van het vertrouwen van burgers in het systeem van AbvM.
Drs. Lucas H.M. Osterholt Nadinegang 15 2719 CZ ZOETERMEER
Tel 06 – 51 44 08 22 4 Email
[email protected]
K MO OB BIILLIITTEEIITT KLLA AN NK KB BO OR RD DG GR RO OEEPP A AN ND DEER RS SB BEETTA ALLEEN NV VO OO OR RM
O O G E R C H O 3 1 O K O B E R 2 0 0 7 OPPPG GE ER RIIIC CH HTTT O OPPP 3 31 1O OK KTTTO OB BE ER R2 20 00 07 7
De Klankbordgroepleden hopen door deze brief het Kabinet stevige support te geven op de weg naar de invoering van het systeem van Anders betalen voor Mobiliteit, met behoud van het begrip en het vertrouwen bij de betrokken partijen. Met vriendelijke groet, mede namens de leden van de Klankbordgroep,
Drs. L.M.L.H.A. Hermans Voorzitter
i
Daar waar in deze alinea staat de Klankbordgroep moet gelezen worden een meerderheid van de Klankbordgroep
Drs. Lucas H.M. Osterholt Nadinegang 15 2719 CZ ZOETERMEER
Tel 06 – 51 44 08 22 5 Email
[email protected]