Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
Verslag eerste bestuurderstafel Heemskerk d.d. 20 januari 2010 Locatie en tijdstip: Ministerie van Economische Zaken, den Haag 9.30 uur – 10.30 uur. Aanwezig: het overzicht van deelnemers staat onderaan in het verslag. De bijlagen bevatten de presentaties van de doorbraken en zijn als aparte documenten bijgevoegd. Bijlage 1:manifest leveranciers open standaarden Bijlage 2:impuls implementatie StUF Bijlage 3: open én gesloten source software in een win-win model Opening bijeenkomst Erik Gerritsen (NOiV ambassadeur) heet de aanwezigen hartelijk welkom en licht de aanloop naar deze eerste bestuurderstafel toe. Op 30 november zijn zes mogelijke doorbraken geindentificeerd. ‘Doorbraken’ geven een impuls aan de uitvoering van het actieplan en dat kan op diverse manieren zoals vandaag zal blijken. Op 11 januari is de stand van zaken van de zes doorbraken besproken en is de oogst voor deze eerste bestuurderstafel bepaald. Vandaag worden twee doorbraken gepresenteerd en van een derde doorbraak de tussenstand. Na deze bijeenkomst gaan we verder. Realisatie van de gepresenteerde doorbraken en de ontwikkeling van nieuwe doorbraken voor de volgende bestuurderstafel dit najaar. In de voorbereiding is veel energie losgekomen en deze moeten we vasthouden! Het debat is in de voorbereidende bijeenkomsten gevoerd terwijl nu het delen van de oogst centraal staat met natuurlijk ook ruimte voor gedachtenwisseling. De VNG spreekt haar zorg uit over het mogelijk ontstaan van een tweede bestuurlijk circuit voor de electronische overheid met deze bestuurderstafel. Deze zorg is ongegrond omdat Ank Bijleveld (BZK) en Frank Heemskerk (EZ) gezamenlijk opdrachtgever zijn van het actieplan NoiV en zij stemmen hun activiteiten voor dit programma af waardoor een dubbele sturing wordt voorkomen. De VNG zegt blij te zijn met het initiatief van deze bestuurderstafel. Doorbraak 1: Manifest leveranciers open standaarden De voorzitter van de werkgroep, Harrie Gooskens (algemeen directeur Pink Roccade Local Government) licht aan de hand van de sheets het manifest toe (bijlage 1). Het manifest is dankzij de enthouisiaste en intensieve medewerking van een grote groep leveranciers en gemeenten binnen dit korte tijdsbestek tot standgekomen. Iets om trots op te zijn. Leveranciers die het manifest ondertekenen verbinden zich aan de realisatie van interoperabiliteit, transparantie, controleerbaarheid, beheersbaarheid en digitale duurzaamheid Via de websites van de leveranciers wordt volgbaar hoe de leveranciers die het manifest ondertekenen, inhoud geven aan de realisatie van het manifest. Dit maakt het concreet en hanteerbaar. De staatssectretaris is blij met dit manifest. In 2007 is gas bijgegeven op het beleidsveld NOiV omdat de toepassing van open standaarden en open source software onvoldoende van de grond kwamen. ‘Den Haag’ kan wetten maken, geld beschikbaar stellen maar bij de 'koffie' gebeurt het. Ofwel wanneer mensen met elkaar aan de slag gaan komen de dingen voor elkaar en hij hecht dan ook grote waarde aan bijeenkomsten zoals deze. Het beleidsveld NOiV is belangrijk maar wordt niet overal als urgent ervaren. Het is een traject van lange adem waarbij mooie voorbeelden ‘een zwaan kleef aan effect’ kunnen bewerkstelligen. In de gemeentemarkt slaan open standaarden goed aan. Leveranciers doen een oproep aan de ministeries om de voor de decentrale overheden belangrijke standaarden ook toe te passen. De staatssecretaris biedt aan om - als hij signalen krijgt dat dit niet gebeurt - zijn collega’s een extra duwtje te geven.
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 1 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
De VNG onderstreept het belang van regievoering op dat wat op de gemeenten afkomt vanuit de verschillende ministeries. De gemeenten zijn nu aan de slag met de 25 projecten waar open standaarden en open source (NOiV) onderdeel van zijn (NUP). De staatssecretaris vraagt of de afstemming tussen hem en Ank Bijleveld op het punt van NOiV voldoende is en hij hoort graag de punten waarop dat niet het geval zou zijn. De intentie om het manifest te waarderen bij opdrachtverstrekking wordt uitgesproken door: de gemeenten Rotterdam, Den Haag, Gouda, Nieuwegein, Amsterdam, Enschede, Hilversum, Leeuwarden, Pijnacker-Nootdorp, Nunspeet. Het samenwerkingsverband Drechtsteden, de Gebruikersvereniging PinkRoccade, GovUnited, D!mpact en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Doorbraak 2: een impuls voor de implementatie StUF Math Muijres, CIO Drechtsteden, licht toe hoe de implementatie van StUF een impuls kan krijgen (bijlage 2a onderaan dit document en 2b). Er is veel ontworpen en bedacht maar het proces van implementeren van StUF stokt. Dat komt omdat de gemeenten bij het implementeren van deze open standaard nog heel veel keuzes moeten maken. Dat is een intensief proces. De koppelvlakken – de plaatsen in het proces van gegevensuitwisseling – maken onderdeel uit van een werkproces. Het exacte werkproces en de inhoudelijke context daarvan bepaalt welke keuzes gemaakt (moeten) worden. De werkprocessen verschillen per gemeente en zo wordt de implementatie van deze standaard complex en kostbaar. Deze doorbraak beoogt om voor vijf processen een standaard implementatie te ontwikkelen: van standaardisatie van het werkproces via een technische koppeling tot een compliance voorziening waarin de werking van de geimplemeerde standaard wordt vastgesteld. De doorbraak is nu om vijf processen helemaal uit te werken. De kracht zit in de focus op een beperkt aantal processen én op het gehele proces. Implementatie start bij de leden van de projectgroep. Een valkuil voor deze doorbraak is het streven naar compleetheid en het te groot maken. Een overzichtelijke groep kopkopers met snelle volgers. De VNG vraagt om bij de realisatie van de doorbraak oog te hebben voor het feit dat er een grote groep middelgrote gemeenten is dus als de resulaten voor hen bruikbaar zijn is dat grote winst. De voorzitter van de manifestgroep zegt toe mee te gaan doen en ook de open gemeenten en de gemeente Amsterdam sluiten zich aan bij deze werkgroep. Ook Centric geeft aan mee te willen doen in de werkgroep; PinkRoccade is al in de werkgroep vertegenwoordigd. KING werpt zich op om het ankerpunt punt te zijn. Hier is duidelijk een “coaliton of the willing” gevormd met veel draagvlak. Ook de leveranicers zijn blij met deze doorbraak. De vergadering geeft de werkgroep de volgende aandachtspunten mee: - maak de werkgroep niet te groot - houd bij het proces ontwerp rekening met de grote groep middelgrote gemeenten - kosten compliancy voorziening: gemeenten, rijk en leveranciers - streef niet naar compleetheid maar beperk de doorbraak tot enkele processen - communiceer over deze doorbraak, verspreid de leerpunten en creeer draagvlak - Het beheer en onderhoud van de compliancyvoorziening moet vanaf de start geborgd worden; de kopgroep zal dit bij de aanvang oppakken (‘ambtelijk ondernemen’). De staatssecretaris is blij met deze doorbraak. Doorbraak 3: Open én closed source software in win – win. Erik Gerritsen, voorzitter van deze werkgroep, presenteert de tussenstand. De werkgroep verkende mogelijke win-win situaties tussen leveranciers van open en closed source en tussen softwaremarkt en opdrachtgevende overheden met het oog op het realiseren van de doelstellingen van de Eoverheid en betere dienstverlening, het oplossen van complexe maatschappelijke problemen en een versterking van de positie van de Nederlandse softwaresector in internationaal verband. Waarom deze poging? Het feitelijke beleid voor open source software is genuanceerder dan de manier waarop overheidsorganisaties er in de praktijk uitvoering aan geven. Het beleid “bij gelijke geschiktheid heeft open source sofware de voorkeur” wordt in de praktijk op verschillende manieren toegepast en krijgt soms de lading dat open source ‘moet’. Een aantal gemeenten bijvoorbeeld, ervaren sterke politiek druk op het toepassen van open source sofftware waarbij soms voorbij gegaan
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 2 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
wordt aan het doel van dit beleid. Andere gemeenten ervaren dat de feitelijke afweging voor open source software voor bijvoorbeeld een werkplek moeilijk is. Voor Dimpact is het denken in termen van open source dagelijkse praktijk. Hoe zorgen we er nu voor dat het open source softwarebeleid niet leidt tot contraproductieve polarisatie in de Nederlandse softwaremarkt? De werkgroep heeft draagvlak voor de volgende uitgangspunten gevonden: - het principe van level playing field: eerlijke marktkansen voor iedereen - open Source “moet” is niet de boodschap van het kabinetsbeleid - doelstellingen e-overheid moeten centraal staan en niet de ICT-techniek - belang van goede ontwikkeling van hele Nederlandse software markt - open en closed source software zijn twee verschillende - maar beiden legitieme businessmodellen die naar alle waarschijnlijkheid naast elkaar zullen blijven bestaan, Niet alle producten en/of markten lenen zich voor beide businessmodellen - de klant moet maximale keuzevrijheid hebben en kunnen kiezen voor de beste prijs/kwaliteit oplossing in zijn situatie - de kosten van open source software zijn niet als regel lager want er zijn ook kosten voor ontwikkeling, onderhoud, implementatie - als opdrachtgever betaal je altijd, al is niet uitgesloten dat totale kosten bij open source lager zijn door inzet van professionele vrijwilligers in communities Overeenstemming bestaat over de volgende (korte termijn) acties: - breng de communicatie in lijn met de genuanceerde boodschap van het kabinetsbeleid zo raakt de beeldvorming meer in overeenstemming met het feitelijke beleid - dus ‘niet OSS “moet” maar ‘OSS moet eerlijke gelijkwaardige kans krijgen’; deze boodschap levert bijdrage aan normalisering van verhoudingen en kan vanaf vandaag! - uitwerking van een praktisch, niet ideologisch afwegingskader en handleiding voor realistische meerjarige implementatiestrategie voor overheidsopdrachtgevers. Dat is huiswerk voor werkgroep voor de volgende bestuurderstafel. Daarnaast wil de werkgroep verder nadenken over de lange termijn. Sinds 2002 is er veel veranderd op de softwaremarkt. De volwaardige en krachtige open source alternatieven maakten veel (deel)markten competitiever. Dat de pakketleveranciers zich laten zich horen onderstreept dit. De verandering in (deel)markten zou gezien kunnen worden als het bewijs van het succes van het kabinetsbeleid..In welke mate is al sprake van level playing field? Is de ‘open source beweging’ al zo krachtig dat deze niet meer te stoppen is en dat alle software leveranciers er goed aan doen hier op te anticiperen willen ze in business blijven? ICT-Office meldt de staatssecretaris in dit verband dat zij i.s.m. de wetenschap de softwaremarkt in kaart gaat brengen. Kortom, de discussie over dit onderwerp is nog niet “af”en komt daarom tijdens de volgende bestuurderstafel terug op de agenda Tot slot Tot slot zet Erik de ‘bijvangst” van deze bestuurderstafel op een rij. Er is met deze groep een grote leergemeenschap die
-
doorbraken realiseert en ook monitort Nieuwe thema ‘s omzet in doorbraken krachtdadiger en professioneler opdrachtgeverschap van de overheid vorm geeft door meer samenwerking in e-overheid o.a. door samen ontwikkelen van (open source) software en voor hergebruik beschikbaar stellen: combinatie bottom up standaardisering en top down afzegenen a la digid.
De staatssecretaris kijkt terug op een geslaagde eerste betuurderstafel decentrale overheden en koerst af op juni voor wat de volgende tweede bestuurders tafel. Na afloop van deze vergadering heeft de staatsecretaris nog tijd om informeel na te praten en om een foto met de ondertekenaars van het manifest te maken.
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 3 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
Lijst van deelnemers
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 4 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 5 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
Bijlagen 1, 2b en 3: zijn aparte bestanden Bijlage 2a bevat de tekst van doorbraak 2 Open standaarden zijn noodzakelijk voor het bewerkstelligen van interoperabiliteit tussen systemen. Door het College Standaardisatie zijn een aantal standaarden vastgesteld. Deze standaarden zijn door verschillende partijen na een gedegen ontwerpperiode tot stand gekomen. Het vaststellen van de standaard is, in het geval van een complexe standaard zoals het Standaard UitwisselingsFormaat (StUF), niet voldoende om deze geoperationaliseerd te krijgen. StUF wordt gebruikt om gegevens te bevragen en uit te wisselen binnen gemeenten, tussen gemeenten onderling en tussen gemeenten en ketenpartijen. Dit vanwege de positie die gemeenten willen in nemen als toegangspoort tot de gehele overheid geldt dit gebruik voor veel (keten)processen. EGEM/KING heeft hard gewerkt aan de StUF-standaard en doen dit nog steeds om de in de praktijk ervaren problemen op te lossen. Een actieve sturing en directe betrokkenheid op de operationalisering van een open standaard (zoals StUF) kan een doorbraak zijn voor een versnelling in de adoptie van zo’n open standaard. Deze doorbraak kan invulling krijgen door: Vraag
Aanbod
Vraag/Aanbod proces
Een scherpe vraagarticulatie (top 5 koppelvlakken). Gemeenten en ketenpartijen voldoen aan kwaliteitseisen (gegeven en proces). Commitment van leveranciers om te voldoen aan Open Standaarden (resultaat werkgroep 1). Een onafhankelijke compliance-voorziening (toetsing en certificering) Directe betrokkenheid op operationalisering door koplopers van vraag, aanbod en KING als ankerpunt
Op dit moment is en wordt er al op onderdelen invulling gegeven aan een aantal van de bovenstaande punten, maar is dit nog onvoldoende gesteund en/of zichtbaar. Daarnaast kunnen best practices een bijdrage leveren aan de adoptie van een open standaard. Voor het operationaliseren van de doorbraak hebben de volgende partijen toegezegd een bijdrage te willen leveren: Overheid Gemeente Rotterdam Gemeente Den Haag De Drechtsteden gemeenten Gemeente Nieuwegein (o.v.b.) Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden Tevens is er belangstelling van enkele ZBO’s Leveranciers Dimpact Circle Software PinkRoccade Local Government (i.o.v. Midoffice Community Gebruikersvereniging) Ankerpunt KwaliteitsInstituut Nederlandse Gemeenten (KING) Partijen die aangegeven hebben bestrokken te willen worden in het vervolgtraject
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 6 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
Gemeente Rotterdam: H. Nijman, CIO Gemeente Den Haag: H. Miessen De Drechtsteden Gemeenten: M. Muijres, CIO Gemeente Nieuwegein: P. v.d. Hoog (onder voorbehoud) Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden, D. Beukers Midoffice Community van de Gebruikersvereniging Pink Roccade Local Government: E.H. van der Geest (wethouder Nunspeet en voorzitter Gebruikersvereniging) Dimpact: R. Bal Circle Software: R. Coenegracht KING: I. Hoogstrate (op 20/1 hebben de gemeente Amsterdam, de open gemeenten en Centric zich aangemeld voor deze werkgroep) Uitwerking Groep 2 Vanuit NOiV is de uitnodiging gekomen voor het vinden van doorbraken in de implementatie van open standaarden. Eén van de beoogde doorbraken is de keuze van een aantal koppelingen gebaseerd op open standaarden met de hoogste prioriteit en deze d.m.v. vraagbundeling laten ontwikkelen. Deze vraagstelling is aangepakt in groep 2, bestaande uit:
V. Mathu, Gemeente Almere R. Coengracht, Circle Software R. Bal, Dimpact M. Meijs, Gemeente Enschede B. Keulen, Gemeente Houten R. Wijnands, Red Nose A. Koppenhol, Sun P. Weeber, Pink Roccade K. Duyvelaar, VNG D. Beukers, Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden J. van Ernst, Waterschapshuis Y. Fonk, AT Computing S. Rispens, Gemeente Leeuwarden M. Muijres (voorzitter), Service Centrum Drechtsteden M. Slooff, Service Centrum Drechtsteden
Probleemstelling Het NUP staat voor een groot deel in het teken van het anders organiseren van de overheid. Deze in sommige gevallen verregaande veranderingen (denk aan Antwoord, Omgevingsvergunning, enz.) hebben niet alleen hun weerslag op organisaties en processen, maar ook op systemen die lange tijd verkokerd zijn ingericht. Processen gaan verder dan de afdelings- en/of organisatiegrenzen. Hierdoor ontstaat de vraag naar het koppelen van systemen. Hierbij blijkt dat er nog veel koppelingen ontwikkeld moeten worden en deels (uitontwikkelde) open standaarden ontbreken. Het doel wat we nastreven is interoperabiliteit. Het gebruik van Open Standaarden is de manier om dit te bereiken. Het College Standaardisatie heeft een aantal standaarden als verplicht open standaard vastgesteld (comply-or-explain). Het Standaard UitwisselingsFormaat (StUF) is zo’n standaard en wordt gebruikt om gegevens te bevragen en uit te wisselen binnen gemeenten, tussen gemeenten onderling en tussen gemeenten en ketenpartijen. Dit vanwege de positie die gemeenten willen in nemen als toegangspoort tot de gehele overheid geldt dit dus voor veel (keten)processen. Bij de ontwikkeling van StUF als standaard is heel veel goed werk verricht. Bij de “toetsing” in het gebruik worden knelpunten ervaren. Deze knelpunten worden veroorzaakt door verschillende interpretaties van de standaard en onvoldoende uitwerking van de context waarbinnen de uitwisseling plaats vindt.
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 7 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
Dit maakt de standaard op zicht niet minder bruikbaar. Deze moet aangescherpt worden. StUF-Standaard StUF staat op de lijst met open standaarden van het Forum Standaardisatie en is hiermee erkend als overheidsbrede open standaard. Binnen het toepassings- en werkingsgebied geldt het 'pas toe of leg uit'-regime. StUF-familie bestaat uit een basis (berichtenstandaard) met daarbovenop horizontaal en verticaal gepositioneerde sectormodellen. De meest courante versie van StUF (BG 2.04) heeft als nadeel dat deze niet gebaseerd is op de gegevensmodellen van het Stelsel van Basisregistraties en dat er interpretatieverschillen mogelijk zijn bij de implementatie. Onlangs heeft EGEM de basislaag StUF 3.01 en de horizontale sectormodellen StUF-BG 3.10 en StUF-Zaken 3.10 vastgesteld. Deze sectormodellen lopen in de pas met actuele inzichten en zijn ondermeer ingericht op de komst van de basisregistraties en Zaakgericht werken (evenals StUF een GEMMA-uitwerking). Voor het verplicht gebruik van de gegevens uit de Basisregistraties kan er op twee manieren gegevens worden uitgewisseld. Het zenden en ontvangen van de gegevens (push/distributie) en vraag-antwoord-berichten (pull). De context van het bericht is hier in mindere mate van belang. In het geval van zaken wordt de context waarbinnen berichten wordt verstuurd erg belangrijk. Wanneer wordt op welk moment in het proces welk bericht verstuurd. De in ‘de Geo-sector’ veel gebruikte standaard voor informatie-overdracht is NEN3610 (van GeoNovum). Momenteel werken EGEM en GeoNovum aan afstemming tussen beide families van standaarden zodat uitwisseling en bevraging van geografische en andere gegevens in mengvormen kan plaatsvinden. Vraagzijde Concrete businessvragen voor koppelingen komen voort uit:
Inrichting één-loket/Klant Contact Centrum: Relatie tussen Frontoffice (KCC) en Midoffice. Denk hierbij aan prefill van webformulieren, triggeren “zaak” door ingevuld formulier en statusinformatie van een zaak. Inrichting één-loket/Klant Contact Centrum: Relatie tussen Midoffice en Backoffice. Uitwisseling van proces in de backoffice naar zaakniveau in het midoffice en vice versa. Invoering Basisregistraties: Verplicht gebruik van gegevens uit de basisregistraties. Denk hierbij aan het foutloos overnemen (door mid- en back-office-componenten) van gegevens uit de basisregistraties. Uitwisselen van informatie met een financieel beheersysteem. Denk hierbij aan de aanlevering van financiële bulkgegevens, zoals journaalposten en memorialen. Multi-kaart-gebruik. Denk daarbij aan het kunnen combineren van geografische informatie (‘kaarten’) van allerlei instanties zonder deze telkens te hoeven kopiëren en vast te leggen.
Aanbodzijde Leveranciers hebben in een groot aantal gevallen uitwisseling bewerkstelligd op basis van StUF 2.04. Het interpretatieverschil welke mogelijk is, resulteert tot problemen. We spreken allemaal Esperanto, maar geven een andere betekenis aan de woorden. Met StUF 3.xx is een doorontwikkeling gemaakt waarbij betekenissen dichter bij elkaar zijn gebracht. De moeilijkheid om de vertaling te maken van standaard naar product zit ‘m in het ontwerp van het koppelvlak. Op welk moment in een proces wordt welk bericht (gebaseerd op StUF) verstuurd en indien van toepassing welk antwoord komt daar op terug. Oftewel de context van het bericht is van doorslaggevend belang voor de operationalisering van de standaard. Conclusie Het bovenstaande overziend kunnen we concluderen dat: er een grote behoefte voor een standaard koppeling moet zijn om zowel de vrager als de aanbieder te mobiliseren (er is dan namelijk een markt);
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 8 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
het proces (wanneer wordt wat verstuurd met welk resultaat) duidelijk moet zijn; directe betrokkenheid van alle partijen bij het operationaliseren van een standaard georganiseerd moet worden. het vaststellen van de standaard is, in het geval van een complexe standaard zoals StUF, niet voldoende om deze geoperationaliseerd te krijgen.
Een katalysator voor de realisatie van op open standaarden gebaseerde koppelingen ligt in het organiseren van een proces voor het operationaliseren van de standaard, resulterend in de certificering. Op landelijk niveau inzicht geven in de openheid van leveranciers (prestige?) aan de ene kant en aan de andere kant promotie van leveranciers die voldoen aan open standaarden kan mogelijk de gewenste hefboom zijn. Voor de doorbraak van StUF is een compliance voorziening waar leveranciers hun producten en diensten kunnen certificeren een absolute noodzaak. Doorbraak Zoals eerder is aangegeven is StUF een complexe standaard waar al veel aan gebeurd is. De doorbraak is: Actieve sturing en directe betrokkenheid op de operationalisering van StUF. Deze doorbraak kan invulling krijgen door:
Een onafhankelijke compliance-voorziening zijn waar ontwikkelde koppelvlakken getoetst kunnen worden (inclusief certificering) waarvoor commitment is bij gemeenten, gemeentelijke ketenpartners en leveranciers. Een scherpe articulatie van de vraag van gemeenten in de vorm van een top 5 van geprioriteerde koppelvlakken. Het commitment van leveranciers om te voldoen aan de StUF-standaard. Dit wordt gedaan vanuit groep 1 d.m.v. het opstellen van het manifest en de ondertekening van leveranciers. Het voldoen aan de eisen die worden gesteld aan de kwaliteit van gegevens en het standaardiseren van zaken door gemeenten en ketenpartijen.
De beschreven doorbraak kan ook voor andere open standaarden hanteerbaar zijn. Voorstel De voorgestelde interventies kunnen alleen succesvol zijn als er vanuit de partijen voldoende commitment is om daadwerkelijk tot een resultaat te komen.
Gemeenten en ketenpartners: o Komen tot een gezamenlijk vraagstelling richting leveranciers o Beschikbaarstellen van capaciteit rond het proces (context van de gegevens uitwisseling) voor de werkgroep. o Intentie tot afname van de koppeling bij oplevering o Beschikbaarstellen van StUF-expert(s)
EGEM/KING: o Beschikbaarstellen van StUF-expert(s) om in de werkgroepen te participeren (o.a. als vraagbaak voor leveranciers) o Kaderbewaking GEMMA o Bewaking generaliteit van de vraagstelling en oplossingsrichting o (Voor)financiering en opdrachtgeving voor ontwikkeling compliance voorziening.
Leveranciers: o Inzet van capaciteit (tijd, geld, kennis) voor de ontwikkeling van de koppelvlakken binnen eigen organisatie en prioritering op releasekalender. o Commitment aan ontwikkeling van een generieke oplossingsrichting.
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 9 van 10
Programmabureau Nederland Open in Verbinding (NOiV)
o
Beschikbaarstellen van StUF-expert(s)
NOiV: o Regie op het proces (bestuurstafel) o Faciliteren van het proces tijdens de doorbraakperiode
Om direct invulling te geven aan de interventie aan de vraagzijde zouden de volgende koppelvlakken uitgewerkt kunnen worden in volgorde van prioritering: 1. Uitwisselen van persoons- en adresgegevens op basis van de laatste StUF-BG versie. Hiermee kan directe invulling gegeven worden aan de doelstellingen van het verplicht gebruik van gegevens in de gehele informatievoorziening en specifiek ter ondersteuning van het frontoffice-proces (pre-fill, controle functie, pro-actieve dienstverlening). 2. Uitwerking maken van StUF-zaken voor de volgende producten/diensten: 1. Doorgeven verhuizing 2. Aanvraag bijstandsuitkering/arbeidsmarktpositieversterking (sollicitatie training, enz.) 3. meldingen woon-werk en leefomgeving (openbare ruimte) 4. aanvraag uittreksel 5. Indienen bezwaar gemeentelijke belastingen
NOiV
bestuurstafel_20012010.doc
pagina 10 van 10