Myria Koningstraat 138 1000 BRUSSEL
[email protected] www.myria.be
Verslag Contactvergadering Asiel 19 januari 2016 Aanwezig: AL SUHAIL Amrien (IOM), BAEYENS Petra (VwV), BONAMINI Claudia (VwV), BÜCHLER Alexandra (Myria), BUYCK Tim (Rode Kruis Vlaanderen), CLAES Marjan (UNHCR), CLAUS Carl (DVZ), DELWICHE Eline (Caritas International), DECLERCQ Astrid (BCHV), DERMAUX Damien (CGVS-CGRA), DEROO Céline (DVZ), GEORIS Bernard (Service Tutelles), GORIS Katleen (Myria), JANSSEN Indra (CAW BrusselFoyer-Agentschap I & I), KNIKMAN Meron (CAW Antwerpen), MACHIELS Bieke (Fedasil), MICHIELS Karel (IOM), REULENS Lysbeth (Agentschap I & I), SWANKAERT Joke (Myria), VAN DER HAERT Charlotte (CBAR – BCHV), VANDEVEN Evelien (BCHV), VANHOREN Tom (Myria), WISSING Ruben (BCHV) Verontschuldigd: JACOBS Rudi (RvV – CCE), DE RYCKERE Veronique (UNHCR), DHOOP Géraldine (IOM).
Opening van de contactvergadering van 19 januari 2016 1. François De Smet verwelkomt de aanwezigen die zich één voor één voorstellen. Hij licht de opdrachten van Myria toe: waken over het respect voor de grondrechten van vreemdelingen, informeren over migratiestromen, stimuleren van de strijd tegen mensenhandel en -smokkel. Myria is een onafhankelijke instelling bevoegd om andere soortgelijke dienstverlenende organisaties te ondersteunen en te begeleiden. Vandaar het voorstel om de coördinatie en het voorzitterschap van de contactvergaderingen Asiel over te nemen. François De Smet bedankt het BCHV en zijn medewerkers voor de inzet en de uitstekende wijze waarop ze deze vergadering heeft geleid. In het bijzonder bedankt hij Charlotte Van der Haert voor haar inzet en expertise. Hij bedankt ook Katleen Goris voor haar voorzitterschap en onderstreept het belang van de verderzetting van deze contactvergadering Asiel in de huidige context. 2. Katleen Goris deelt mee dat het stramien en de planning van de contactvergadering worden aangehouden. Het opzet blijft dat de asielinstanties en de organisaties die werken rond de asiel- en opvangmaterie elkaar op deze vergadering ontmoeten en informatie uitwisselen in een geest van dialoog en hoffelijkheid. Ze stipt aan dat vragen aan de officiële instanties ten laatste de eerste vrijdag van de maand moeten overgemaakt worden aan
[email protected] of
[email protected]. Op die manier kan Katleen ze ten laatste een week op voorhand overmaken aan de betrokken instanties.
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
Mededeling van de Dienst Vreemdelingenzaken (De heer Claus) 3. De heer Claus geeft de volgende cijfers i.v.m. de maand december 2015: Asielaanvragen december 2015 WTC Gesloten centra Grens Totaal
4.076 101 24 4.201
Aantal werkdagen december 2015 Aanvragen per werkdag (WTC) december 2015
22 185,27
November 2015 Werkdagen november 2015 Verschil per werkdag
217,00 19 -31,73
Absolute cijfers november 2015 Verschil t.o.v. november 2015 Absolute cijfers december 2014 Verschil t.o.v. december 2014
4.199 2 1.645 2.556
4. In december 2015 waren er 4.201 asielaanvragen, een stijging van 2 asielaanvragen in vergelijking met de maand voordien. Op 22 werkdagen betekende dit een gemiddelde van 185,27 aanvragen per werkdag op het grondgebied in december 2015. In vergelijking met december 2014 werden er 2.556 meer aanvragen ingediend. 5. In de top 10 van voornaamste landen van herkomst voor aanvragen op het grondgebied is de stijging van Iraniërs met 105 opmerkelijk. Ook de Afghanen stijgen met 225. Onder de onbepaalde nationaliteit vallen voornamelijk de Palestijnen. Top 10Land
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Afghanistan Syrië Irak Iran Rusland Somalië Guinee Congo DR Onbepaald
Aantal December 2015 1.955 718 335 155 90 90 80 73 69
Aantal November 2015 1.730 1.181 474 50 39 97 52 67 106
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
Verschil met November 2015 225 -463 -139 105 51 -7 28 6 -37
10
Albanië
52
33
19
6. In de gesloten centra werden voornamelijk asielaanvragen ingediend door Afghanen (42), en op de tweede plaats Marokkanen (12). Aan de grens werd asiel aangevraagd door 4 Iraniërs. 7. In december 2015 werden 303 meervoudige asielaanvragen ingediend: 176 tweede aanvragen, 73 derde aanvragen en 54 vierde, vijfde, of meer. 303 is een verdubbeling ten opzichte van november 2015. In november 2015 was er wel een bijzonder laag aantal meervoudige aanvragen, met name 146. De top 4 van de nationaliteiten van meervoudige asielaanvragers zijn: Afghanistan (49), Rusland (32), Guinee (18) en China (12). Onder China vallen meestal de Tibetanen. 8. De Dienst Vreemdelingenzaken nam in december 2015 4.154 beslissingen. 4.070 beslissingen werden genomen op het grondgebied, waarvan in 3.888 gevallen het dossier werd overgemaakt aan het CGVS, 151 weigeringsbeslissingen werden genomen op basis van de Dublin-Verordening en 31 aanvragen werden zonder voorwerp verklaard. Aan de grens ging het om 22 dossiers tot overdracht aan het CGVS en 1 op basis van de Dublin-Verordening. Tot slot werden er in de gesloten centra 53 dossiers overgemaakt aan het CGVS en 8 beslissingen zonder voorwerp genomen. 9. In december 2015 werd er 1 keer overgegaan tot opsluiting op grond van artikel 74/6 §1bis van de Vreemdelingenwet (bijlage 39bis – in afwachting van de beoordeling van de asielmotieven door het CGVS). In het kader van de toepassing van de Dublin-Verordening was er 1 opsluiting op basis van art. 51/5 §1 Vreemdelingenwet (bijlage 39ter – in afwachting van een beslissing over de verantwoordelijke Lidstaat) en 68 opsluitingen in afwachting van de overdracht aan de verantwoordelijke Lidstaat. In dit verband werd de top van landen van bestemming gevormd door Duitsland (34) en Frankrijk (9). In de terugkeerhuizen werd 1 alleenstaande ouder met 1 kind vastgehouden. 10. Op het moment van de contactvergadering waren er nog geen gegevens beschikbaar over de Eurodac-hits. 11. Een recordaantal van 804 niet-begeleide minderjarige vreemdelingen werden in december 2015 geregistreerd bij de DVZ, waarvan 33 meisjes en 771 jongens. 66 waren tussen 0-13 jaar oud, de 14 tot 15-jarigen vormden de grootste groep met 402 en 336 NBMV waren tussen 16-18 jaar. Zoals gekend komen de meeste niet begeleide minderjarigen uit Afghanistan (698). Daarnaast vervolledigen Syrië (31), Guinee (16) en Somalië (10) de top vier. 12. Mevrouw Janssen vraagt wat het profiel voor Iran is? DVZ kan dit niet specifiek zeggen. Bij een steekproef was er een opmerkelijk aantal bekeerlingen, waarbij het aantal protestanten opviel. 13. Mevrouw Bonamini vraagt hoelang het duurt alvorens men een interview krijgt bij de DVZ vanaf de registratie. De heer Claus antwoordt dat de termijn afhangt van de taal en de nationaliteit van de asielzoeker. Voor Congo, Rusland of Guinee is dat bijvoorbeeld binnen de
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
maand, voor interviews in het Arabisch is de termijn iets langer. Dublin-dossiers krijgen voorrang omdat deze dossiers binnen een bepaalde termijn verwerkt moeten worden.
Mededelingen van het CGVS (De heer Dermaux) 14. Voor een volledig overzicht verwijst de heer Dermaux naar de maandcijfers van het CGVS, die beschikbaar zijn op de website van het CGVS (http://www.cgvs.be/sites/default/files/ asielstatistieken_ december_2015_0.pdf). Het CGVS nam in december 2015 in totaal 1.732 beslissingen waarvan 1.095 positieve, meer bepaald 909 beslissingen tot erkenning van de vluchtelingenstatus en 186 tot toekenning van het statuut van subsidiaire bescherming. Dit geeft voor december 2015 een erkenningsgraad van 71%.
December 2015 Asielaanvragen Aantal asielaanvragen
Aantal dossiers
% dossiers versus totaal aantal asielaanvragen
4.201
Enkelvoudige asielaanvragen
3.898
92,8%
Meervoudige asielaanvragen
303
7,2%
Niet-begeleide minderjarige vreemdelingen
804
19,1%
Aantal beslissingen
Beslissingen % versus totaal aantal beslissingen
Beslissingen van het CGVS
Beslissingen meervoudige asielaanvragen Inoverwegingname van een asielaanvraag (Meervoudige aanvraag)
71
Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (Meervoudige aanvraag)
118
Beslissingen ten gronde
1.543
Erkenning van de vluchtelingenstatus (VS)
909
58,9%
Toekenning van de subsidiaire beschermingsstatus (SB)
186
12,1%
Weigering van de VS en SB + technische weigering
409
26,5%
1
0,1%
5
0,3%
3
0,2%
Uitsluiting van de VS en/of SB
4
0,3%
Afstand, art. 55 (regularisatie), intrekking statuut, opheffing statuut
26
1,7%
Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (EU) Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (Veilig land van herkomst) Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (Vluchteling andere EU lidstaat)
Totaal aantal beslissingen van het CGVS
1.732
Totale werkvoorraad van het CGVS
11.305
15. De heer Dermaux stelt dat over het hele jaar 2015 de erkenningsgraad historisch hoog is. Waar het CGVS eind 2014 al sprak over een hoge erkenningsgraad van 46,8%, is er voor 2015 een erkenningsgraad van 60,7%. Dit was nog nooit zo hoog.
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
2015 Asielaanvragen
Aantal dossiers
% dossiers versus totaal aantal asielaanvragen
Aantal asielaanvragen
35.476
Enkelvoudige asielaanvragen
31.285
88,2%
Meervoudige asielaanvragen
4.191
11,8%
Niet-begeleide minderjarige vreemdelingen
3.099
8,7%
Aantal beslissingen
Beslissingen % versus totaal aantal beslissingen
Beslissingen van het CGVS
Beslissingen meervoudige asielaanvragen Inoverwegingname van een asielaanvraag (Meervoudige aanvraag)
1.470
Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (Meervoudige aanvraag)
2.098
Beslissingen ten gronde
13.369
Erkenning van de vluchtelingenstatus (VS)
6.757
50,5%
Toekenning van de subsidiaire beschermingsstatus (SB)
1.365
10,2%
Weigering van de VS en SB + technische weigering
4.576
34,2%
28
0,2%
288
2,2%
48
0,4%
Uitsluiting van de VS en/of SB
67
0,5%
Afstand, art. 55 (regularisatie), intrekking statuut, opheffing statuut
240
1,8%
Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (EU) Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (Veilig land van herkomst) Weigering van inoverwegingname van een asielaanvraag (Vluchteling andere EU lidstaat)
Totaal aantal beslissingen van het CGVS
16.937
Totale werkvoorraad van het CGVS
11.305
16. In 2015 waren de voornaamste nationaliteiten aan wie een vluchtelingenstatus toegekend werd: Syrië (87,5%), Eritrea (94%), Onbepaald (82,1%; voornamelijk Palestina), Irak (46,8%) en Afghanistan (40,4%). De beschermingsgraad toegekend aan Syriërs maakt dat het algemeen percentage sterk gestegen is. Voor het statuut van subsidiaire bescherming betreffen dit voornamelijk Afghanistan (36,9%), Irak (25,4%), Syrië (10,1%) en Somalië (47,3%). 17. De hoge instroom in 2015 plaatst het CGVS voor de uitdaging om de komende maanden meer beslissingen te nemen dan gemiddeld (zie daarover ook het persbericht van het CGVS). Doel is om tegen juni 2016 2.500 beslissingen per maand te nemen. Reeds 120 nieuwe medewerkers zijn aan de slag en binnenkort worden nog bijkomende vacatures opengesteld om de verhoogde werklast op te vangen. 18. Daarna antwoordt de heer Dermaux op een vraag die op voorhand werd overgemaakt. Historiek: sinds enige tijd is er een versnelde procedure voor Syriërs. Enkele Protection Officers van het CGVS nemen interviews af bij de DVZ, met het doel de Syrische nationaliteit te
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
verifiëren en na te gaan of er geen uitsluitingsindicatoren of indicatoren die wijzen op een gevaar voor de nationale veiligheid zijn. Het betreft hier evenwel geen interview op het niveau van het CGVS, maar een interview op niveau van de DVZ. Dit impliceert dat daarbij geen recht op bijstand is van een advocaat. Indien de nationaliteit niet in vraag wordt gesteld en er geen andere uitsluitings- of veiligheidsindicatoren zijn, zal het dossier worden overgemaakt aan het CGVS zonder dat hierna een gehoor op niveau van het CGVS volgt. Een positieve beslissing kan dan verwacht worden na een 15-tal dagen. Indien er daarentegen twijfels zijn over de nationaliteit, of als er wel uitsluitings- of veiligheidsindicatoren zijn, dan volgt er een bijkomend interview op het niveau van het CGVS. (verslag contactvergadering oktober 2015). Vraag: er komen nu de eerste signalen dat er in die versnelde procedure ook subsidiaire bescherming wordt toegekend. Dus de vluchtelingenstatus wordt afgewezen. De beslissingen zijn ook summier gemotiveerd (1 pagina). Wordt er bijgevolg wel een negatieve beslissing genomen, zonder dat er een gehoor volgt op niveau van het CGVS? Is er een verandering in de praktijk? De heer Dermaux geeft aan dat dit een tijdelijk project was dat na een evaluatie omwille van praktische redenen werd stopgezet. De Syriërs krijgen nu opnieuw een interview bij het CGVS, waarna het CGVS zijn beslissing neemt. 19. Mevrouw Vandeven vraagt wat het profiel is van de Syriërs die subsidiaire bescherming krijgen. De heer Dermaux antwoordt dat het gaat over mensen die al lang niet meer in Syrië wonen of die een meervoudige asielaanvraag indienden. 20. Mevrouw Janssen komt terug op de vraag die gesteld werd aan het CGVS en stelt dat bij toekenning van het subsidiair beschermingsstatuut en weigering van de vluchtelingenstatus de afwezigheid van een advocaat bij het interview op DVZ problematisch is? Mijnheer Dermaux antwoordt dat het project nu in ieder geval werd stopgezet. 21. Mevrouw Reulens vraagt of er cijfers zijn over hoeveel Syriërs er de pre-screening en versnelde procedure hebben doorlopen. De heer Dermaux zal deze cijfers nagaan. 22. Mevrouw Janssen vraagt of er een voorbeeld bestaat van toekenning van het subsidiaire beschermingsstatuut op basis van art. 48/4 §2, a) (doodstraf of executie). De heer Dermaux zegt dat deze categorie zelden voorkomt, maar zal dit toch intern nagaan. Op basis van art. 48/4 §2, b) bestaan er wel meerdere toekenningen van het subsidiaire beschermingsstatuut, maar op basis van a) is echt zeldzaam. Omwille van de vertrouwelijkheid van een asielaanvraag zal er enkel een theoretisch kader geschetst kunnen worden. 23. Mevrouw Van Der Haert vraagt naar de achterstand van het CGVS. De heer Dermaux geeft aan dat de werklast door het verhoogde aantal asielaanvragen van Afghanen, Irakezen en Syriërs nog zal vergroten. Momenteel wordt er veel tijd gestoken in het opleiden van nieuw personeel. Op 1 januari 2016 was er een totale werkvoorraad van het CGVS van 11.305 dossiers. De laatste jaren was er een afslanking van het personeel met 25%, met de nieuwe aanwervingen komt het personeelsniveau ondertussen terug overeen met dat van 2011. Mevrouw Van Der Haert vraagt hoelang het duurt vooraleer het nieuwe personeel operationeel kan zijn. De heer Dermaux antwoordt dat er verschillende opleidingsmodules voorzien zijn en dit ongeveer 4 tot 6 weken duurt. Nadien moet de betrokkene gecoacht
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
worden door de supervisor en is er een nauwe opvolging vereist. Pas na enkele maanden kan de protection officer aan de slag. 24. Mevrouw Delwiche vraagt of er een tijdelijke beslissingsstop is voor alle Afghaanse minderjarige asielzoekers? Zo ja, voor álle niet begeleide minderjarigen, ook de heel jonge leeftijdscategorie? En wat is het beleid indien het vragenformulier niet volledig wordt ingevuld? Is dit beleid identiek voor de héél jonge minderjarigen? De heer Dermaux antwoordt dat dit een mooi voorbeeld is van een vraag die op voorhand kan gesteld worden, waardoor het CGVS de informatie tijdig kan verzamelen. Voor deze vraag zal hij de informatie nagaan tegen de volgende vergadering. 25. De heer Wissing verwijst naar het hoge aantal positieve beslissingen en vraagt of de ‘gemakkelijke’ dossiers voorrang krijgen op de moeilijkere? De heer Dermaux antwoordt dat dit niet kan geconcludeerd worden en dat dit zeker niet de bedoeling is. Een duidelijk dossier afhandelen gaat weliswaar sneller, maar alle dossiers moeten sowieso intern gemotiveerd worden. De behandeling blijft dus gelijk. 26. De heer Wissing vraagt of er al weigeringen zijn omwille van gevaar voor de samenleving. De heer Dermaux antwoordt dat hij dit zal nagaan. 27. De heer Wissing vraagt naar de projecten van het CGVS (kwaliteit van het interview, het hoger belang van het kind) die on hold werden gezet door het groot aantal asielaanvragen. Mijnheer Dermaux stelt dat de prioriteiten inderdaad zijn herschikt, maar de projecten over de kwaliteit van het interview en over de procedure lopen gewoon door. De heer Dermaux antwoordt dat er bijvoorbeeld binnenkort intern een gids wordt verspreid over de kwaliteit van het interview. De heer Wissing vraagt naar het ANIF-project en of er nieuwe projecten zijn goedgekeurd. De heer Dermaux antwoordt dat het ANIF-project on hold stond, maar dat dit binnenkort wordt opgevolgd. Daarnaast vermeldt de heer Dermaux dat het CGVS lid is gebleven van EASO, waar er deze maand een nieuwe voorzitter wordt verkozen, dat het CGVS werknemers heeft uitgestuurd naar de hotspots en dat de internationale cel ook actief is gebleven.
Mededelingen van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen 28. Aangezien de RvV zich verontschuldigde voor deze vergadering, overloopt de voorzitster zelf de cijfers die de Raad doorstuurde. 29. Wat de cijfers van het asielcontentieux betreft, werden er in november 2015 526 beroepen ingediend en 511 arresten gewezen. Dit maakt een voorlopig totaal voor 2015 van 5.524 beroepen en 7.191 arresten. 30. De top 5 van nationaliteiten die in november 2015 de meeste beroepen indienden zijn Congo (RDC) met 48 beroepen, Afghanistan met 46, Albanië met 38, Guinee met 35 en Rusland met 32.
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
31. De top 5 van nationaliteiten die in november 2015 de meeste beroepen tegen een weigering van een meervoudige asielaanvraag indienden, zijn Afghanistan en Rusland met elk 10 beroepen, Guinee met 9, Pakistan met 6 en Albanië met 5. 32. In november werden er 105 beroepen in uiterst dringende noodzakelijkheid en 25 beroepen in de versnelde procedure op basis van art. 39/77 ingediend. 33. Het werkvolume betreffende de hangende beroepen in het asielcontentieux betreft 2.404 op 1 december 2015. 34. De historische achterstand van de VBV betreft 43 hangende beroepen op 1 december 2015. 35. In november 2015 werden er in totaal 398 arresten gewezen. Dit betrof 80,9% weigeringen, 3,3% erkenningen van de vluchtelingenstatus, 0,3% toekenningen van de subsidiaire beschermingsstatus en 15,6% annulaties. ∑ in november 2015
%
Weigering
322
80,9%
Erkenning Genève (art.48/3)
13
3,3%
Weigering erkenning Genève (art. 48/3) – toekenning subsidiaire bescherming (art.48/4) Annulatie (art. 39/2, §1er,alinea 2, 2° en 39/2, §1, alinea 3 en 39/2, §2) ∑
1
0,3%
62
15,6%
398
100%
Arrest per dictum
36. Betreffende de cijfers in het migratiecontentieux werden er in november 2015 879 beroepen ingediend en 1.016 arresten gewezen. Voor 2015 komt dit op een voorlopig totaal van 10.469 ingediende beroepen en 13.772 gewezen arresten. 37. Het aantal ingediende beroepen tegen een weigeringsbeslissing inzake regularisatie op basis van artikel 9bis was 163 en op basis van artikel 9ter 109. In totaal betrof dit 272 ingediende beroepen. 38. Het werkvolume betreffende de hangende beroepen in het migratiecontentieux betreft op 1 december 2015 24.143 zaken.
Mededelingen van de Dienst Voogdij (De heer Georis) 39. In december 2015 ontving de Dienst Voogdij 955 signalementen voor de begeleiding van nieuw aangekomen niet-begeleide minderjarigen, waaronder 111 van de politiediensten en 781 via bureau Asiel van de DVZ. Deze aanvragen waren voornamelijk voor minderjarigen afkomstig uit Afghanistan (727), Syrië (37), Irak (29), Iran (26) en Guinee (21). Het betrof 908 jongens en 48 meisjes. Voor december 2015 hebben de meisjes een aandeel van 5% terwijl zij in januari 2015 nog bijna 25% van het totaal aantal NBMV uitmaakten. Over het jaar 2015
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
waren er gemiddeld 12% meisjes in het totaal aantal nieuw aangekomen niet-begeleide minderjarigen. 40. In 2015 ontving de Dienst Voogdij 5.796 signalementen van niet-begeleide minderjarigen, waarvan 5.091 nieuw aangekomen niet-begeleide minderjarigen. Sommige NBMV worden immers meermaals gesignaleerd. In december 2015 stelt de Dienst Voogdij een vermeerdering vast van de jongeren tussen de 14 en 15 jaar, zij nemen met name 40% in van het totaal aantal. Voor het hele jaar 2015 was dit aandeel lager, met name 30%. 41. In 2015 werden er bijna 2.000 onderzoeken aangevraagd voor de leeftijdsbepaling, waarvan nog niet alle resultaten gekend zijn. Er werden over het hele jaar 1.490 beslissingen genomen. Sinds kort werkt de Dienst Voogdij met meer ziekenhuizen samen voor het uitvoeren van de leeftijdstest. De nieuwe ziekenhuizen (Sint Lucas & Hasselt) moeten nog even inlopen waardoor er een vertraging is in het bekomen van de resultaten. Aangezien het aantal signalementen van nieuw aangekomen NBMV veel hoger ligt, worden er ook veel meer vragen voor leeftijdstests ingediend. 42. In 2015 zijn er 1.448 voogdijen aangewezen, waarvan 86 in december. Ook hier is er een vertraging waarbij 912 jongeren wachten op een voogd. Er zijn 4 nieuwe aanwervingen bij de Dienst Voogdij, waaronder 1 attaché en 2 sociaal assistenten. Zij beginnen volgende maand. 43. De Dienst Voogdij heeft net een tachtigtal nieuwe privé-voogden aangeworven en gevormd. Zij doen dit op privé-basis, het aantal NBMV dat zij kunnen aannemen is bijgevolg beperkt. Elke voogd neemt gemiddeld 1 tot 5 NBMV op zich, soms meer. De reserve telt ongeveer 300 actieve privé voogden en blijft groeien op maat van de rekruteringen. De Dienst Voogdij werkt ook samen met Caritas en het Rode Kruis om bijkomende, professionele voogden aan te werven. Dit kan tijdelijk een oplossing bieden. Nadien wordt er geëvalueerd of een bijkomende tussenkomst aan de regering aangevraagd moet worden. 44. Factoren als de aanhoudende toestroom en de leeftijd van de minderjarigen spelen mee of de NBMV zullen blijven. De Afghaanse NBMV zullen zich waarschijnlijk op langere termijn integreren, gezien o.a. hun jonge leeftijd bij aankomst. In november en december 2015 was er een enorme verhoging van Afghaanse minderjarigen. De heer Dermaux bevestigt dat 86% van de nieuwe aanvragen afkomstig waren van Afghanen, dit is een spectaculaire stijging. 45. De heer Wissing vraagt of deze Afghanen via Turkije zijn gekomen? De heer Georis zal dit navragen.
Mededelingen IOM (De heer Michiels) 46. De heer Michiels deelt mee dat IOM in 2015 een lichte stijging waarnam van personen die vrijwillig terugkeerden, 3.870 in 2015 t.o.v. 3.459 in 2014. 1.948 personen die in 2015 vrijwillig terugkeerden waren zonder wettig verblijf, 1.053 hadden afstand genomen van hun asielaanvraag en 869 personen zagen hun asielaanvraag definitief afgewezen worden. De
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
voornaamste landen van terugkeer waren Irak (1.014), Oekraïne (539), Roemenië (537), de Russische Federatie (256), Brazilië (184), Kosovo (125), Georgië (120) en Mongolië (115). 47. Van de groep vrijwillige terugkeerders in 2015 werden 1.945 personen doorgestuurd door Fedasil, 1.517 door de ngo’s, 312 door het Rode Kruis, 31 door IOM, 29 door de DVZ en 36 door de steden. Ze waren voornamelijk afkomstig uit Brussel (1.741), Antwerpen (850) en Luik (294). 35% van de vrijwillige terugkeerders is vrouw, 65% man. Dit hoge percentage aan mannen kan onder andere verklaard worden door het hoge aantal alleenstaande mannen uit Irak. 48. In 2015 maakten 1.263 personen gebruik van de re-integratieondersteuning met IOM. Dit is een stijging van 945 dossiers in vergelijking met de vorige jaren. Een tendens van de laatste maanden is dat veel ex-NBMV terug keren. 568 personen keerden met ondersteuning terug naar Irak, zij nemen 45% in van het totaal aantal dossiers. Daarnaast tekenden ook 151 Russen, 57 Georgiërs, 49 Kosovaren en 35 Afghanen in voor deze bijkomende ondersteuning. Van de kwetsbare profielen waren er 223 personen met een medisch probleem, 9 personen kregen medische ondersteuning met een escorte, 185 families met kinderen kregen een bijkomende ondersteuning, 12 zwangere vrouwen, 24 alleenstaande ouders, 11 niet begeleide minderjarige vreemdelingen, 5 ex-niet begeleide minderjarigen tussen 18 en 21 jaar oud en 6 slachtoffers van mensenhandel. 49. De heer Michiels verwijst vervolgens naar twee nieuwe publicaties van IOM: Informatie over de samenwerking tussen België en IOM werd gebundeld in een boekje “Supporting Migrants, Fostering Development and Improving Migration Policies. Belgium and IOM”. Dit zal binnenkort op de IOM website verschijnen. Geïnteresseerden kunnen ook een gedrukt exemplaar aanvragen (beperkte oplage). Daarnaast publiceerde IOM het World Migration Report 2015: Migrants and cities: New partnerships to manage mobility. Dit kan via de volgende link gratis gedownload worden: http://www.iom.int/world-migration-report-2015. 50. De heer Michiels geeft het woord aan mevrouw Al Suhail die de nieuwe campagne van IOM toelicht. In september 2015 startte IOM haar globale campagne, met de steun van Facebook: www.iamamigrant.org. IAMAMIGRANT wil inspelen op de xenofobie door een wereldwijd virtueel museum te creëren met (levens)verhalen van personen met een migratieachtergrond. Mevrouw Al Suhail doet een warme oproep aan alle personen met een migratieachtergrond om hun verhaal te delen op deze website. 51. Mevrouw De Clerck vraagt wat de factoren zijn waarom Irakezen terugkeren? Vorige vergadering werden al motieven als het minder snel verlopen van gezinshereniging, of het eigendom in Irak aangekaart. Heeft men hier ondertussen al meer zicht op? Wordt er naar de redenen gepeild door IOM? Op welke manier wordt er hier onderzoek naar gedaan? De heer Michiels antwoordt dat er niet systematisch informatie wordt bijgehouden of interviews genomen om de redenen te achterhalen. Voornamelijk via de re-integratie tegemoetkoming kan er een profiel worden opgemaakt. Niet iedereen tekent echter in op deze tegemoetkoming. Men kan dus maar van een beperkt aantal personen de motieven achterhalen. En dan blijkt dat het meestal gaat om basisbehoeften: gezinshereniging,
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
familiesituaties, men was verkeerd geïnformeerd, de situatie in de opvangcentra is anders dan men verwachtte, men had een bepaald tijdsframe voor ogen, werksituatie in Irak, men komt in noodopvangcentra… Het is altijd een combinatie van redenen, maar familieredenen lijken het meest naar boven te komen. Men wil sneller terug om de familie te ondersteunen, of soms omwille van andere factoren zoals eigendom of werk. Mevrouw De Clerck geeft aan dat het interessant zou zijn om inzicht te krijgen of het door de moeilijke gezinsherenigingsprocedure komt. 52. De heer Wissing vraagt of er al resultaten zijn van de follow-upgesprekken na re-integratie. De heer Michiels antwoordt dat zijn collega’s in Irak er volop mee bezig zijn. De heer Wissing vraagt nog of er (zoals vroeger) enkel naar Noord-Irak werd teruggekeerd met reintegratieondersteuning, of er momenteel ook naar Bagdad wordt teruggekeerd met reintegratieondersteuning? De heer Michiels licht toe dat voorheen inderdaad voornamelijk Noord-Irak de bestemming van re-integratie was, de laatste maanden is dit ook Bagdad. Ook in Bagdad is IOM nu bezig met het versterken van de capaciteit en is er dus meer opvolging op het terrein. De heer Michiels verduidelijkt nog dat het in België – voor het vertrek – niet altijd gemakkelijk is om de beweegredenen voor vrijwillig vertrek na te gaan. Eenmaal terug in het herkomstland, is het soms eenvoudiger om tijdens individuele sessies dieper in te gaan op de beweegredenen. 53. De heer Wissing vraagt naar de kwetsbare profielen van de teruggekeerde niet begeleide minderjarige vluchtelingen, is dit iets nieuws? Wat is hun profiel? De heer Michiels antwoordt dat dit al lang bestaat. Er is wel een stijging van de Albanezen met een 6-tal dossiers in 2015.
Fedasil (Mevrouw Machiels) 54. Mevrouw Machiels licht het maandrapport van november 2015 toe. De totale instroom in het opvangnetwerk bedroeg 5.705 personen. Daartegenover stond een uitstroom van 2.335 personen, wat een netto-instroom van 3.370 personen betekent. Het profiel van de personen die in de opvang kwamen, was 50,5% gezinnen, 35,1% alleenstaande mannen, 11,1% alleenstaande vrouwen en 3,2% NBMV. De top 5 van de voornaamste nationaliteiten die in november 2015 in het opvangnetwerk stroomden, is Afghanistan (42%), Syrië (29%), Irak (13%), Onbepaald (2%), Somalië (2%). De voornaamste nationaliteiten die in november het opvangnetwerk bezetten zijn Irak (24,6%), Syrië (20,3%), Afghanistan (16,9%) Somalië (5,9%) en Rusland (2,5%). 55. Wat de procedurestand of categorie van de bewoners betreft, was de verdeling in november 2015 als volgt: 88,7% van de bewoners had een lopende asielprocedure, 2,9% bezit een verblijfstitel (in november 2014 was dit nog 9,6%), 0,1% had nog een hangend beroep bij de Raad van State, 0,3% waren families in onwettig verblijf (een 20 à 30-tal gezinnen), 0,2% NBMV buiten asiel, 1,9% waren uitgeprocedeerde asielzoekers met een verlenging van hun recht op opvang, 3% waren uitgeprocedeerde asielzoekers binnen de termijn van een BGV of wachtte op de afgifte van een BGV en tot slot zat 0,2% in een terugkeertraject (OTP).
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
56. Mevrouw Machiels licht de kerncijfers van december 2015 toe. Zij geeft aan dat in december 2015 de totale instroom in het opvangnetwerk 5.177 personen bedroeg. Daartegenover stond een uitstroom van 2.457 personen. Dat geeft een netto-instroom van 2.720 personen. 57. De bezettingsgraad op 31 december 2015 was 96,93%. In absolute cijfers betekent dit een bezetting van 32.344 personen op een totaal van 33.370 plaatsen. De bezettingsgraad van de collectieve centra bedroeg 97,84%, de individuele opvang 96,28%. Van de 170 terugkeer- en Dublinplaatsen waren er 148 bezet. Zowel de structurele capaciteit (16.200) als de bufferplaatsen (1.983) zijn bijna niet gewijzigd. In de tijdelijke opvang waren er 11.925 plaatsen, in de noodopvang 2.450 en in de mobiele units 812. Van de nieuwe opvangstructuren is de grootste in Lommel gevestigd. Deze structuur bestaat uit vakantiewoningen, waar een 700-tal plaatsen voorzien zijn. De volledige capaciteit wordt hier niet benut. 58. Voor de NBMV is er een opvangcapaciteit van 2.291 plaatsen waarvan er 1.976 bezet zijn. Dit geeft een bezettingsgraad van 86%. De jongeren waarvoor een leeftijdstwijfel geldt worden apart opgevangen. 59. In december 2015 waren er 5.104 opvangaanvragen waarvan 283 no show. DVZ registreerde 4.444 aanvragen en Fedasil 733. De totale instroom komt op 5.177 t.o.v. 1.478 in december 2014. Het saldo in/uit daalde van 3.370 in november 2015 naar 2.720 op 31 december 2015. Deze daling houdt aan begin januari 2016. Met 694 binnenkomende NBMV in december 2015 wordt de stijgende trend van november 2015 met 635 NBMV bevestigd. 60. Op voorhand werd de volgende vraag aan Fedasil overgemaakt. Wordt de verlenging van 2 maanden inzake exit opvang na verwerven verblijfsrecht misschien iets soepeler toegekend gezien de schaarste hier en daar op de huisvestingsmarkt of kijken ze hier door de instroom van nieuwe asielzoekers toch nog steeds zoals vroeger naar? Mevrouw Machiels bevestigt dat er enige tijd terug een soepelere periode van 3 maand werd toegepast, maar dat momenteel de standaard termijn van 2 maanden geldt. Mevrouw Machiels beaamt dat het vinden van huisvesting altijd al moeilijk is geweest. Uitstel van de vertrektermijn kan bekomen worden op voorwaarde van (een combinatie van) de volgende elementen: een huurovereenkomst die binnen korte termijn in werking treedt, gezinnen met een groot aantal minderjarige kinderen, medische redenen, het einde van het schooljaar, vertraging bij het OCMW, zwangerschap of geboorte, andere kwetsbaarheden zoals gebrek aan autonomie… 61. Een tweede vraag die op voorhand aan Fedasil werd overgemaakt: Hoeveel personen met verworven verblijfsrecht na positieve beslissing verlaten verhoudingsgewijs het OC door gevonden huisvesting / niets gevonden / systeem maaltijdcheques. Met andere woorden, hoeveel personen tekenden in op het aanbod om het opvangcentrum na het verkrijgen van een beschermingsstatuut vroegtijdig te verlaten mits toekenning van twee maanden maaltijdcheques? Mevrouw Machiels stelt dat 8 personen, voornamelijk alleenstaanden, ingingen op het systeem van de maaltijdcheques (aanvulling na de vergadering: intussen reeds 16 personen). Dit geringe aantal is waarschijnlijk te wijten aan de onbekendheid van de maatregel. In de huidige omstandigheden is het zeer moeilijk om alle nieuwe maatregelen uit te leggen in de centra. De heer Buyck meldt dat het Rode Kruis 8 personen had voor maaltijdcheques en bevestigt dat het systeem van maaltijdcheques moeilijk is om uit te
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
leggen. Mevrouw Machiels geeft aan dat het om een noodmaatregel gaat die het huisvestingsprobleem niet aanpakt. 62. Mevrouw Janssen vraagt wie er wordt opgevangen in de mobiele units. Mevrouw Machiels antwoordt dat in eerste instantie de nieuwkomers in het centrum in de units terecht komen en nadien eventueel doorstromen binnen het centrum. Vooral alleenstaande mannen komen er terecht. Mevrouw Janssen vraagt of deze mobiele units aan een opvangcentrum zijn gekoppeld. Mevrouw Machiels verduidelijkt dat mobiele units steeds aan een opvangcentrum verbonden zijn. 63. De heer Wissing vraagt of asielzoekers met een Dublin-procedure bijlage 26quater nog worden opgevangen, zoals een Afghaanse jongen had afgedwongen. Hij zat in een gesloten centrum, wat is er met hem gebeurd? Mevrouw Machiels antwoordt dat de personen met een Dublin-beslissing bijlage 26quater in een open terugkeerplaats worden opgevangen. Ze gaat navragen waar de Afghaanse jongen is terecht gekomen. 64. De heer Buyck vraagt naar de opvang van minderjarige meisjes die getrouwd zijn met een meerderjarige man. Mevrouw Machiels antwoordt dat deze apart worden opgevangen tot het meisje 18 jaar is, omdat het huwelijk niet erkend wordt in België.
Varia 65. Mevrouw Van der Haert bedankt Myria voor de opvolging van de contactvergadering. Ze meldt dat het BCHV financiële steun van het UNHCR, het Waals Gewest en een aantal lidorganisaties heeft toegezegd gekregen en bepaalde opdrachten verder kan zetten. Mevrouw Vandeven (Asiel), Mevrouw Declercq (Gezinshereniging) en Mevrouw Claes (Asiel en detentie) blijven er werken. De opvolging van individuele dossiers, juridische bijstand en gezinshereniging is dus verzekerd, weliswaar met een beperkter aantal personeel. Het BCHV bekijkt nog op welke wijze ze haar werk zal organiseren en welke strategie het zal volgen en zal vanaf februari hierover communiceren. Er staat een vacature open voor coördinator. In tussentijd ondersteunt een vrijwillige consultant het team en de Raad van Bestuur. Vanaf februari verhuist het BCHV tijdelijk naar de kantoren van Vluchtelingenwerk. 66. Mevrouw Jansen vraagt naar de verderzetting van de contactvergadering bis over gezinshereniging. Mevrouw Declercq antwoordt dat het nog niet zeker is of deze wordt verder gezet.
De volgende contactvergadering vindt plaats op 16 februari 2016 om 9u30 Bij Myria, Koningstraat 138, 1000 BRUSSEL (ingang via de Lignestraat 37)
Vragen aan de officiële instanties? Ten laatste op 5/2 overmaken aan
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016
[email protected] of
[email protected]
Verslag van de contactvergadering Asiel van 19 januari 2016