Verslag bestuurlijk bezoek gemeente Amsterdam aan Berlijn Floris Beemster
Van 11 tot en met 13 april 2013 is een delegatie onder leiding van de Amsterdamse wethouder voor Wonen en Wijken, Freek Ossel op bezoek gegaan in Berlijn. Dit bezoek vond plaats in het kader van de bestuursopdracht hervorming stedelijke vernieuwing van het college van Amsterdam. Het gaat daarbij om de toekomst van de stedelijke vernieuwing en de wijkaanpak na 2014 wanneer veel van de middelen die in het verleden ter beschikking stonden, zowel van Rijk als corporaties, verdwenen zullen zijn. Hoe zal die toekomst er uit (kunnen) zien Het bezoek is tevens een vervolg op het eerder bezoek in 2012 aan Londen. Daarbij is gekeken hoe daar de overheid en de corporaties ondernemerschap stimuleren via vooral de trusts. Dit bezoek stond veel meer in het Angelsaksisch perspectief, en de problematiek die ontstaan is na het in “de uitverkoop doen” van de sociale sector door Thatcher. Berlijn heeft echter een hele andere ontstaansgeschiedenis. Vanuit het Rijnlandse model en ook nog wel getekend door de val van de muur. Daarbij is voor ons het Quartiersmanagement interessant. Het Quartiersmanagement, de wijkaanpak in Berlijn, dat in tientallen gebieden draait, heeft een prijs van de Europese Commissie gekregen. Maar voor ons gevoel is het toch ook snel ouderwets welzijnswerk. Is dat terecht of zegt dat iets over ons? Het Quartiersmanagement bevat voor Amsterdam diverse ingrediënten die wij kunnen meenemen in onze zoektocht naar een aanpak voor stedelijke vernieuwing in wijkaanpak na 2014. Dan is ook in Amsterdam veel van het geld dat er was dus weg en zullen we om moeten gaan met een nieuwe werkelijkheid van minder overheidsbemoeienis, meer laten gebeuren, maar ook willen voorkomen dat wijken door hun hoeven zakken. We bezochten op 12 april specifiek de Körnerkiez. Een wijk waar het Quartiersmanagement een van de successen in de buurt is. De buurt ligt tegen de S-bahnring in het zuiden van Berlijn in een stadsdeel dat een aantal jaar geleden een enorme slechte naam had ivm migrantenproblematiek, werkloosheid en verloedering. De laatste jaren is dit deel van Berlijn langzaam uit een dal gekropen. Nu zie je o.a. in de Körnerkiez dat er een kantelmoment aan het ontstaan is, waarbij de wijk wellicht over een aantal jaar op “eigen benen” kan staan. Samenvatting bezoek: Wat opviel was de openheid waarmee we in Berlijn ontvangen werden. Zowel door de Senator als tijdens de verschillende bezoeken aan medewerkers van de gemeente als bij de Ambassade. Iedereen was zeer bereidwillig om samen met ons een goed programma te ontwikkelen voor de Amsterdamse studiereis. Daarbij werd zowel vanuit de gemeente Berlijn
als de ambassade aangegeven dat ze zelf ook graag van het bezoek willen leren. Vooral met de gemeente Berlijn zijn er tal van mogelijkheden tot kennisuitwisseling. Indrukken tijdens de uitwisseling met de gemeente Berijn op 12 april: -
-
-
-
-
-
Berlijn heeft een goede naam waar het gaat om bewonersactivering en participatie Berlijn maakt een enorme ontwikkeling door op de woningmarkt (die steeds krapper wordt) De gentrification heeft een enorme vlucht binnen de S-bahnring van Berlijn en dit maakt dat de huren in rap tempo stijgen Heeft een enorme impact op verschillende wijken in de stad Oude bewoners worden naar de randen van de stad gedrongen, maar voormalige achterstandswijken bloeien op Berlijners zijn per definitie activistischer dan Nederlanders, komen snel in verzet, zijn wellicht ook wat conservatief. Willen het graag houden als het is. De stad wordt echt het culturele hart van Europa, met alle toestroom van bewoners van dien. De stad lijdt onder een verschuiving van geld van sociaal naar fysiek (overigens door toedoen van de Bund) Toch zijn er talloze goede voorbeelden van waar bewoners actief het heft in handen nemen. Loslaten is nooit een thema geweest. Het is historisch zo gekomen dat na de val van de muur, met weinig regelgeving en geld, bewoners zelf initiatief moesten nemen, maar dat dus ook gemakkelijk konden. Vooral in achterstandswijken is het ook in Berlijn erg moeilijk om mensen enthousiast te krijgen Daar heerst veel werkloosheid en is er vaak ook sprake van migrantenproblematiek Berlijn heeft veel minder sturingsinstrumenten dan Amsterdam waar het gaat om bijvoorbeeld wetgeving rond wonen of alleen handhaving op zaken als brandveiligheid en bestemmingsplannen. Berlijn heeft een aantal succesvolle formules in de wijken- en buurten Veel van wat wel bepaald wordt, vooral in programma’s rond stedelijke vernieuwing wordt top-down vanuit de “Bund” (centrale overheid) opgelegd. Hetzelfde geld voor het Sociale Stadt programma (vergelijkbaar met wijkaanpak) maar met het idee om het van onderop te laten bloeien. Bewoners krijgen stem en geld. Toch wordt het zo georganiseerd dat binnen de parameters die de “Bund” en Europa meegeven, Berlijn zelf zijn prioritering doet. Vervolgens gebeurt het in de stadsdelen. Stadsdelen hebben echter weinig mankracht. Uitvoering wordt vaak gedaan door “stadsplanningbureau’s” Het Quartiersmanagment is een van de meest aansprekende voorbeelden van een geslaagd wijk- en buurtenprogramma. Dit programma is gebaseerd op een fysiek filiaal in een door de stad op basis van (vooral sociale) indicatoren gekozen gebied. Vanuit dit filiaal worden verschillende programma’s in de buurt aangestuurd. Van kunst, tot leegstandsoplossingen en stimuleren van ondernemerschap tot armoedebestrijding Een van de grote successen is het Quartiersfonds, waarbij buurtbewoners een aanvraag in kunnen dienen voor een project. De aanvragen worden beoordeeld door een burgerraad die gekozen kan zijn, maar ook op basis van opkomst kan worden bepaald. Er zitten ook altijd voor bijna de helft professionals in Er ontstaat dus een democratisch gehalte in de keuzes die in een buurt gemaakt worden Vervolgens verbetert met de gesteunde initiatieven de leefbaarheid
-
-
-
-
-
-
-
-
-
De initiatieven zijn er in alle soorten en maten, van toeleiden naar arbeid tot leesclubs, van jongerencentra tot een buitenbioscoop, van een kunstvereniging tot een kindercultuurmaand in de hele stad. Hier wordt ook gepoogd sociale en fysieke vernieuwing bij elkaar te brengen Ook het beleid om leegstand tegen te gaan door buro Coopolis over tijdelijke verhuur van lege ruimtes voor ondernemers, tegen lage instaptarieven is een succesformule gebleken. Verder valt nog op dat er verschillend gedacht wordt over of stedelijke vernieuwing en wijkaanpak dan echt geïntegreerd zijn in Berlijn. In de programma’s, mede door wat de “Bund” oplegt, is er vaak wel een flinke scheiding. Maar de programma’s draaien vervolgens vaak in dezelfde gebieden. Daar heeft de gemeente ook wel op gereageerd met een Actionräume + programma, waar de integrale aanpak meer plek moet krijgen. Berlijn noemt veel van wat ze doen “hulp bij zelfhulp”, maar ondernemerschap stimuleren is voor Berlijn ook een probleem en blijft soms wat klein. Dat heeft ook te maken met de economische situatie. Ze denken er in Berlijn echt met de wetenschap in de hand over na wat ze willen doen. Toch blijkt dat dit ook in Berlijn de praktijk vaak moeilijker is dan de theorie doet vermoeden. Uiteindelijk komt het net als overal neer op de mensen die het doen en is succes ook erg afhankelijk van wie de uitvoering onder handen heeft en hoe een buurt is opgebouwd. De mensen maken het uiteindelijk met meer of minder succes. De programma’s zoals Soziale Stadt en Quartiersmanagement worden door verschillende partijen gefinancierd: Europa, Bund en de Stad zijn de belangrijkste financiers. Berlijn haalt heel veel Europees geld op, mede omdat ze in Oost-Duitsland liggen. Berlijn is echter zelf echt arm en vanuit de Bund wordt er ook flink gesneden in vooral sociale gelden, een aantal succesvolle programma’s leiden daaronder. Het gebrek aan geld van de stad en ook de variërende eisen mbt besteding van het geld vanuit de “Bund” maakt dat het soms lastig is om goede programma’s door te zetten. Voor het Quartiermanagment, heeft gemeente dit jaar een prijs van de Europese Commissie gekregen in het kader van de RegioStars Awards 2013 : Commission awards innovative use of EU investment
Concreet bezochte projecten tijdens de excursies: -
-
We hebben een stedelijke vernieuwingsproject van woningcorporatie Gewobag bezocht. We hebben Markthalle Neun bezocht. Dit is een oude markthal die door buurtbewoners, gesteund door actie van buurtbewoners in eigendom is gekregen. We hebben in een buurthuis in de Körnerkiez presentaties van de gemeente Berlijn gehad. Er is een Quartiersmanagement buro in Neukölln en in Kreuzberg bezocht. En in deelgroepen hebben we een rondleiding gehad door de wijk, met bezoeken en gesprekken op vele plekken in de wijk. Er is met buro Coopolis gekeken naar de ondernemende kant van de Berlijnse aanpak. Een aantal ondernemers en andere stakeholders in de wijk is bezocht.
Impressie discussiepunten binnen de groep: -
Welke weg gaat Amsterdam nu op, met een toekomst van veel minder middelen? Is het overigens echt zo dat er geen geld meer is? Is Berlijn nu een model waar we eigenlijk op af stevenen door “terug naar de kerntaken” bij corporaties en het Rijk dat niet meer bijdraagt? Is dan de
-
(gemeentelijke) overheid de instantie die zich over welzijn en leefbaarheid ontfermt? Of zit er genoeg kracht in de stad en haar bewoners zodat het stimuleren van ondernemerschap en eigen initiatief genoeg is? Rol van de overheid, is die kanaliseren of moet het meer of misschien zelfs minder zijn? Hoe ziet dat er dan uit? Betrekken van burgers via een fondsenstructuur zoals bij Quartiersfonds, is dat ook interessant voor Amsterdam? Brengt democratisch gehalte in de wijk.
Overall: -
-
Berlijn is een metropool in constante wording Amsterdam kan heel veel leren van hoe je als overheid met weinig instrumenten toch zo effectief mogelijk wijk- en buurtvernieuwing met bottom- up elementen kunt organiseren. Daarbij ligt de nadruk in Berlijn op de netwerken. De schijnbare paradox van of “van bovenaf” of “van onderop”, Overheidsbemoeienis tegenover eigen initiatief, wordt in Berlijn doorbroken. Berlijn zou kunnen leren van de trustbeweging die in Amsterdam ontstaan is. Ook kan Berlijn leren van een minder bureaucratische aanpak, al is dat deels wel cultureel bepaald. Berlijn kan veel van Amsterdam leren op bijvoorbeeld het gebied van woningmarktproblematiek. Berlijn en Amsterdam kunnen met andere Europese steden samenwerken mbt. Vakantieverhuur. Amsterdam kan leren van het binnenhalen van Europees geld
Verdere aanknopingspunten met Berlijn: -
De stad Berlijn is heel geïnteresseerd in een goede verdere inhoudelijke kennisuitwisseling met Amsterdam, ook op het bredere thema wonen.
Het programma:
Dag 1 11 April 2013 Tijd
Waar
Programma
07.02 uur
Amsterdam Centraal Station
Treinreis naar Berlijn
13.13 uur
Berlin Hbf
Aankomst Berlin Hbf
14.00 uur
Stralauer Allee 3
Aankomst Nhow Hotel
15.00 uur
Hotellobby
Welkom door Hettie Politiek
15.15-18.00 uur
Vanaf hotel (met de bus)
Rondleiding Vincent Kompier (Amsterdammer in Berlijn, voorheen werkzaam bij SWD en Architecten Cie.)
O.a. project woningcorporatie Gewobag met directeur Hendrik Jellema (van Nederlandse afkomst) 18.15 uur
Nederlandse Ambassade
Buffet voor delegatie
19.00 - 21.15 uur
Nederlandse Ambassade
Lezing door Prof. Dr. Hans Boutellier verschuivende verhouding Overheid – Bewoners – Bewonersinitiatief arrangementen Vervolgens discussie. Ook aanwezig Berlijns netwerk en gemeente Berlijn. Gevolg door borrel.
21.30 uur
Bus naar hotel
Dag 2 12 April 2013 12 april
Waar
Programma
08.30
Taxi hotel
Freek Ossel richting ontbijt met Senator Müller
09.00 – 10.30 uur
Am Frühstück Wethouder Ossel met Senator Körnerpark/Neukölln Müller
09.30 uur
Voor hotel
Groep met bus naar Neukölln
10.00- 12.00 uur
Nachbarschaftsheim Neukölln in der Turnhalle
Plenaire sessie met de gemeente Berlijn over de organisatie Wijk- en buurtvernieuwing, en bewonersinitiatief: bijzondere aandacht voor Quartiersmanagment.
http://www.nbhneukoelln.de/ Schierker Str. 35 12051 Berlin
12.00 uur
Körnerkiez/Neukölln
Vanuit Berlijn aanwezig Philipp Mühlberg, Leiter der Gruppe Grundsatzfragen und Öffentlichkeitsarbeit des Referats Soziale Stadt ( - Reinhard Fischer, Referent Koordination Quartiersverfahren Lunch en inleiding deelprogramma’s -
13.30 uur
16.00 uur
Körnerkiez/Neukölln
Deelprogramma’s in Neukölln
Nachbarschaftsheim Neukölln in der Turnhalle
1. De sociale stad, de praktijk van het Quartiersmanagment (door Berlijn): Soziale Stadt: Bezoek QM-Büro Körnerkiez met rondwandeling door de Kiez met Quartiersmanager Uli Lautenschläger. 2. De ondernemende stad, hoe wordt de lokale economie gestimuleerd (door buro Coopolis): Met Stefanie Raab van buro Coopolis. 3. Relatie sociale-fysieke stad, bewonersinitiatief (Woningbouwvereniging GEWOBAG) „Zukunftswerkstatt Mehringplatz“ Omzetten van openbare ruimte met deelname van de bewoners Woningbouwcorporatie GEWOBAG. Met Gewobagdirecteur Hendrik Jellema Plenaire terugkoppeling 3 columns/recensies uit de groepen. Vervolgens gesprek met Berlijn.
http://www.nbhneukoelln.de/ Schierker Str. 35 19.00
Restaurant e.t.a. Hoffmann in Yorkstraße 83 (Riehmers Hoffgarten)
21.00
Diner
Einde programma
Dag 3 13 April 2013 Tijd
Waar
Wat
10.00-11.30 uur
Nhow hotel
Spiegelsessie in aanwezigheid van de
Zaal:
gemeente Berlijn: Wat hebben we gezien en wat nemen we mee richting een nieuwe aanpak voor de komende periode.
12.27 uur
Berlin Ostbahnhof
19.20 uur
Terugreis Aankomst Amsterdam CS
Deelnemerslijst Naam 1 Freek Ossel
Organisatie
Functie
Gemeente Amsterdam
Wethouder SV en Wijken
2 Emil Jaensch Gemeente Amsterdam
Stadsdeelbestuurder Zuidoost
3 Jesse Bos
Gemeente Amsterdam
Stadsdeelbestuurder Nieuw-West
4 Inge Vossenaar
Ministerie BZK
Directeur Woon- en Leefomgeving
5 Paulien van der Hoeven
Ministerie BZK
Projectleider economisch denken in de wijk
6 Rob Haans
de Key
Directeur
7 Pieter de Jong
Ymere
Raad van bestuur
8 Rob Hoogeveen
de Alliantie
Manager gebiedsontwikkeling
9 Eva de Klerk
O.a. NDSM-werf
Projectbooster
10 Hans Boutellier
VU/Verwey-Jonker instituut
Bijzonder hoogleraar Veiligheid en Burgerschap
11 Eric Buckens
ABN AMRO
Fondsmanager
12 Nathalie van Hoeven
MidWest
Sociale ondernemer
13 Somicha Bouzitoun
Resto van Harte
Programmaontwikkelaar
14 Martin
Zone3
Directeur
Heuzeveldt 15 Mirjam Lammers
Oranjefonds
Projectadviseur
16 Loes Leatemia
Schleijpen & Leatemia
Maatschappelijke verbinder, wijkondernemingen
17 Floor Ziegler
Noorderparkkamer
Culturele ondernemer
18 Marcus Fernhout
CODUM
Directeur
19 Hettie Politiek Gemeente Amsterdam
Programmamanager Wijkaanpak
20 Piet Keijzer
Gemeente Amsterdam
Afdelingshoofd programma’s en ontwikkelingen, WZS
21 Patrick van Beveren
Gemeente Amsterdam
Clustermanager wijken en welzijn, WZS
22 Annius Hoornstra
Gemeente Amsterdam
Directielid OGA
23 Hetty Vlug
Gemeente Amsterdam
Armoederegisseur, DWI
24 Jaap Schoufour
Gemeente Amsterdam
Broedplaatsen, PMB
25 Laila Frank
Gemeente Amsterdam
Politiekadviseur wethouder Ossel
26 Floris Beemster
Gemeente Amsterdam
Organisatie/stedelijke vernieuwing WZS
27 Ada Alberts
Gemeente Amsterdam
Organisatie/programmasecretaris Wijkaanpak
Uitgebreid verslag van het bezoek:
Donderdag 11 april
Bustour door Kreuzberg/Friedrichshain Onder leiding van Vincent Kompier, Berlijnkenner en voormalig medewerker bij de gemeente Amsterdam, is per bus een introducerende tour gemaakt langs een aantal belangrijke stedelijke vernieuwingsprojecten en bewonersinitiatieven gemaakt. Daarbij viel vooral de ogenschijnlijke regelvrijheid in het gebied op. Op veel plekken poppen activiteiten en initiatieven op waar de overheid weinig tot geen bemoeienis mee heeft. Kreuzberg maakt dat al decennia lang tot een levendige wijk. Specifiek hebben we een project van de woningcorporatie Gewobag aan de Chamizoplatz bij de Bergmannstrasse bezocht. Woningcorporatiedirecteur Hendrik Jellema heeft daar uitleg gegeven over de situatie op de Berlijnse woningmarkt en de positie van de corporaties daarbij. Jarenlang hebben corporaties zich vooral beperkt tot het verhuren. Sinds kort worden ze ook weer gevraagd om te bouwen. Daarbij valt op dat de woningmarkt in Berlijn steeds krapper wordt, waardoor ze opeens na jarenlange leegloop, zich met krapte geconfronteerd zien. De doorloop op de Berlijnse markt is groot, aldus Jellema. Corporaties worden aangestuurd door de gemeente en bezitten maar een relatief klein deel van de markt. Er is de laatste decennia enorm geïnvesteerd in de stedelijke vernieuwing en de stad is er zienderogen op vooruitgegaan. De m2 prijzen zijn voor Nederlandse begrippen nog steeds laag, maar in Berlijn is er veel protest tegen de stijgende “Mieten”. “Gentrifizierung” wordt als bedreiging gezien in veel wijken, vooral binnen de S-bahn Ring. Na de uitleg van Jellema zijn we door een opgeknapt complex van Gewobag geleid. Ze weten hoe ze woningen mooi kunnen vernieuwen. Berlijn heeft qua kwaliteit een totaal ander bestand dan Amsterdam. Veel grotere woningen. Na het bezoek aan de Bergmannkiez zijn we doorgereden naar de Eisenbahstrasse, waar een aantal ondernemende bewoners met de buurt aan de slag zijn gegaan om een oude markthal uit handen van en grote supermarktketen te houden door in te zetten op het zelf ontwikkelen van de locatie. Na een aantal jaren is dat, zonder korting op de vraagprijs van stadsdeel, gelukt en is er een alternatieve, vooral op food gerichte, markthal ontstaan, die draait en uit heel Berlijn mensen trekt. Het is een oude markthal die door buurtbewoners,
gesteund door actie van buurtbewoners in eigendom is gekregen. Nadat in eerste instantie een supermarkt het van de gemeente mocht kopen, kwam de buurt in opstand. De druk die ontstond deed ook het stadsdeel besluiten achter de bewoners te staan en de stad ging mee met een nieuwe manier van verkoop. Er was een open inschrijving en uit een groslijst van 18 werd via een shortlist van 3 uiteindelijk een bewonersidee voor een versmarkt gehonoreerd. Wel moesten de bewoners het volle pond betalen, maar werden verder vanuit de stad en stadsdeel enorm geholpen. Het is nu vooral in het weekend een groot succes. Een vergeten wijk in Kreuzberg heeft een nieuw hart gekregen. Er worden veel manifestaties en andere activiteiten georganiseerd. Inspirerend hoe een lokaal initiatief gedragen door een buurt en vervolgens het stadsdeel ondernemend een succes kan worden. Lezing Hans Boutellier op Nederlandse Ambassade
In samenwerking met de Nederlandse Ambassade in Berlijn is er in het beroemde Ambassadegebouw van Rem Koolhaas aan de Spree, een lezing georganiseerd, waarbij naast de delegatie ook contacten in Berlijn zijn uitgenodigd om mee te discussiëren over hoe in de veranderende wereld naar een netwerkmaatschappij de overheid zich zou kunnen verhouden. Er waren ongeveer 50 aanwezigen. Boutellier ging in zijn lezing in op de complexiteit van de huidige samenleving, waar grenzen vervagen, waarin vele actoren zijn, en er sprake is van permanente verandering (liquid society). Dit heeft als gevolg dat onzekerheid in alle lagen toeneemt. Bij politici, bij professionals en bij bewoners. Dit brengt juist het verlangen naar zekerheid en structuur met zich mee (safe new world). Boutellier kijkt graag naar de complexiteitstheorieën in de natuurkunde. Die gaat paradoxaal genoeg uit van structuren, van netwerken, van verbindingen en verbindingspunten. Ook van dynamiek, een geordende dynamiek. Daarbij ook continuïteit. Deze dynamische continuïteit kenmerkt ook de huidige maatschappij. Het is volgens hem analoog met de Jazz muziek een georganiseerde vrijheid. Deze nieuwe wereld zou kunnen leiden tot een (be)sturen van en vanuit netwerken (nodal governance). Daarbij moet een overheid weten wat er is en speelt, via thema’s en principes duidelijkheid geven, beleid zien als kanaliseren, de problemen en mogelijkheden detecteren en daar consensus op organiseren, inzetten op vertrouwen en controleren, verwachtingen helder hebben en maken, er moet wederkerigheid zijn en
experimenteren moet en op tijd stoppen als iets echt niet werkt, en als laatste zijn nabijheid en een-op-een contact belangrijk! Na afloop ontspon zich een discussie en vooral over wat dat praktisch betekent. Wat de rol van de politiek zou moeten zijn. Hoe manage je (vanuit) een overheid in deze maatschappij? En hoe breng je vertrouwen. Juist ook de Duitsers die vragen stelden waren benieuwd naar de politieke implicaties en lazen de presentatie vooral politiek. In de Berlijnse context is er ook veel verzet tegen de overheid. Boutellier wilde dat bewust niet invullen. Het meer abstracte verhaal is juist ook een spiegel voor de groep toehoorders die vooral in de concrete werkelijkheid van alledag in stadsdelen en binnen organisaties het beste voor een wijk proberen te doen. Soms is daar even wat afstand van nemen ook belangrijk om weer te zien waar je eigenlijk mee bezig bent en hoe je je werk structureert of andersom, hoe het werk ons structureert. Structuren zijn dus niet negatief, ze moeten alleen wel passen bij de fluïde maatschappij waar we in leven. Juist ook de overheid moet zich daaraan durven aanpassen (Iets wat we later terugzien bij het Quartiersmanagement dat juist erg uitgaat van netwerken en het onderhouden daarvan). Een mooie aftrap om de volgende dag de praktijk van Berlijn in te duiken. Vrijdag 12 april Körnerkiez/Neukölln Inleiding in het Quartiersmanagement
Philip Mühlberg en Reinhard Fisscher van de Senatsverwaltung Stadtentwicklung Berlijn
Basis van het Quartiesmanagment Sinds de val van de Berlijnse muur evolueren de Berlijnse stadsdelen in hun sociale en demografische samenstelling allemaal anders. Meer en meer huishoudens met een hoger inkomen verhuisden uit bepaalde wijken van Berlijn. Achterblijvende gezinnen werden zwaar getroffen door banenverlies, zodat het dagelijks leven in bepaalde wijken steeds meer door sociale problemen gekenmerkt werd. Straten, pleinen en parken ontkwamen niet aan verwaarlozing en aanzienlijke tekorten waren zichtbaar in de sociale infrastructuur van deze wijken. In 1999 reageerde de Berlijnse Senaat op deze negatieve ontwikkeling met de instelling van het Berlijnse Quartiersmanagment (QM). Het QM heeft als functie buurten weer op te bouwen en te stabiliseren, structurele ontwikkeling en kwaliteit van onderwijsinstellingen te bevorderen en helpt met ondersteuning en financiering van gebouwen en complexen die bijdragen de sociale coherentie in een stadsdeel.
Maar het Quartiersmanagement is meer dan deze abstractie Voorwaarde voor nieuwe, stabiele gemeenschappen is de betrokkenheid van de bewoners. Het stabiliseren van de wijkstructuren en samenleven worden geassocieerd met structurele verbetering. De alliantie tussen bewoners, overheid en buurtorganisaties vormt de basis voor een nieuw, solidair samenleven in de buurt. De keuze van de “Quarrtiersraden” en hun doorslaggevende bijdrage die zij leveren in de besteding van de middelen die ter beschikking staan, is daarom voor de Berlijnse QM uiterst belangrijk. De kennis en kunde van de mensen in de wijken en buurten is het scharnierpunt van de gezamenlijke inspanningen. Dit vraagt om een intensieve uitwisseling van vertrouwde en betrouwbare structuren. Het QM organiseert daarvoor nieuwe vormen van communicatie, stimuleert nieuwe samenwerkingsvormen en (niet onbelangrijk) hun voortbestaan. In de overlegorganen worden de vakcompetenties van de gemeentelijke instellingen met de competenties van de bewoners, die het dagelijks leven in de wijk vormgeven, productief aan elkaar geknoopt. Het Quartiersmanagment van Berlijn is een voortdurend proces van verandering en structurele aanpassing op vele niveaus. De gefinancierde projecten, initiatieven en activiteiten in de wijk zelf vormen een belangrijk, maar relatief klein onderdeel van de totale strategie. Het is gebleken dat de doelstellingen hoofdzakelijk verwezenlijkt worden door de inzet op onderwijsmogelijkheden en toenemende sociale en etnische integratie. Sinds 2005 richt het Berlijnse QM zich daarom vooral op het verbeteren van de levenskansen. De structurele maatregelen dragen ook bij aan de stabilisatie van de flankerende gebieden, bijvoorbeeld programma’s als “Plaats voor meer Buurt” en “Werken met Anderen op de Straten en Pleinen” - kortom, daar waar een bank is, kan men zitten en praten met elkaar! De basis van een succesvol Quartiersmanagment is:
Een Quartiersmanagementteams als centrale organisator in het stadsdeel Actieve vakoverstijgende samenwerking tussen de verschillende overheidsdiensten. Een geïntegreerd Handelings- en ontwikkelconcept voor een stadsdeel Hulp bij eigen initiatief door het Quartiersfonds Vormen van directe democratie met de Quartiersraden (Empowerment) Een budget voor motivering en financiering van aanpassingen in de structuren Een veelvoud van projecten in de drie handelingsvelden Onderwijs, Arbeid en sociale alswel etnische integratie Draagvlak bij het maatschappelijk middenveld voor een solidair stadsdeel
Partners en coalities Iedereen die belang heeft bij een stabiele omgeving in de wijk is een welkome partner. Woningcorporaties, buurthuizen en scholen hebben door hun grote belang in en een sterke verbondenheid met de wijk, een bijzonder belangrijke rol. Door de prominente verantwoordelijkheid en middelen die hen ter beschikking staan, zijn zij als vanzelfsprekend "sterke partners” in de wijken en buurten waar het QM actief is. Al deze partners (belangrijke schakels met betrekking tot solidariteit en saamhorigheid) in de buurt met elkaar verbinden, is de basisgedachte bij Netwerkidee van het Quartiersmanagment.
Het is belangrijk en daarmee de opzet de vrijwillige belangstelling en betrokkenheid van de lokale bevolking te behouden en deze te versterken door middel van empowerment. Het doel is om zo veel mogelijk verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van de wijk direct te verankeren in de wijk: zelforganiserend vermogen op te wekken en hulp bij “zelfhulp” zijn door het QM ook te sturen. Het Berlijnse Quartiersmanagement verandert niet alleen het samenleven in de wijk, maar ook de samenwerking van de verschillende afdelingen van het stadsdeel. Interdepartementale samenwerking en wederzijds respect zal helpen een meer geïntegreerde sociaal-ruimtelijke analyse in het vaak discipline georiënteerde management te bewerkstelligen. Het oplossen van problemen heeft meer succes als rekening gehouden wordt met de complexiteit van de alledaagse werkelijkheid. Bedreigingen: In het begin was er veel geld voor dit beleid, dat is gestaag minder geworden. In het begin miste het richting, maar in de loop van de jaren is de goede richting gevonden. Het is een echte lange termijninvestering. In de stad is er brede (dus ook bij conservatieven) steun voor het Soziale Stadt beleid, maar Duitslandbreed ligt dat in de rijkere Bundesländer iets anders. Dat maakt dat er gesneden moet worden in de aanpak. Wat ook aan de orde kwam is dat de Quartiersraden die bestaan uit bewoners en professionals in de avonduren bijeenkomen. Het is, per wijk ook weer verschillend, soms moeilijk om genoeg bewoners hiervoor te mobiliseren. Dan is het ook lastig om grote groepen te mobiliseren. Dat is niet anders als bij ons. Al zijn er veel wijken waar Berlijn er wel goed in slaagt om de buurt mee te krijgen. De Körnerkiez waar we zijn gaan kijken lijkt daar bijvoorbeeld goed in te slagen.
Winnaar van de RegioStar Award van de Europese Commissie Vanuit Europees perspectief, is dit beleid van Berlijn cohesiebeleid: versterken van cohesie, het bevorderen van sociale en etnische integratie, en het implementeren van interdisciplinaire geïntegreerde stedelijke participatie! Daar heeft Berlijn onlangs in januari met het Quartiersmanagment de RegioStar Award van de Europese Commissie voor gekregen in de CITYSTAR CATEGORY: Integrated approaches to sustainable urban development Voor meer (digitale) info: http://ec.europa.eu/regional_policy/cooperate/regions_for_economic_change/regiostars_13_ en.cfm en http://www.stadtentwicklung.berlin.de/wohnen/quartiersmanagement/index_en.shtml
Deelsessies
Na de ochtendsessie ging de groep uiteen in drie deelgroepen. Dat leverde ook verschillende indrukken op. Een aantal deelnemers heeft in de terugkoppeling een column uitgesproken. Daarin bleek ook maar weer dat het heel erg afhangt van waar je bent en welke mensen een project trekken of iets succesvol is, of dat er juist te weinig energie is. De mensen die het doen zijn de dragers, en als dat lukt is het vaak succesvol en fantastisch, als het niet lukt, dan loopt alle energie ook weg en projecten dood. Deelsessie 1, Quartiersmanagementbüro Körnerkiez, korte impressie column Anius Hoornstra Verhaal van Boutellier ging over de netwerksamenleving. Een Stofwolk waarin orde zit. In de tour die groep 1 gemaakt heeft met Quartiersmanager Uli Lautenschläger, kon je cynisch zijn, en het welzijnswerk in Berlijn schattig vinden, maar het is ook een spiegel over hoe je met complexiteit, zoals beschreven door Boutellier, omgaat. 10 bewoners en 9 stakeholders beslissen mede hoe de wijk zich ontwikkeld. Ze hebben geld en regelen het gewoon. Dat kan in Amsterdam ook. Eigenlijk zou Quartiersmanagement in meer of mindere mate in elke buurt een plek moeten hebben.
In 2015 staan om zes uur tafels in 30 gebieden in Amsterdam. Daar worden beslissingen genomen met een score van 98 staat tot 2. 98 initiatieven gaan goed. Wat doen wij dan beter? Regels weg, verantwoording eenvoudiger, ondernemers moeten nog goede voorstellen doen. Politiek moet stoppen met kiezen. Kans op succes is dan juist klein. Mensen kiezen, dat genereert succes. Deelsessie 2, ondernemende stad met Stefanie Raab (Coopolis) Korte impressie Column nathalie Van Hoeven Stefanie raab van Coopolis heeft haar groep door de wijk Körnerkiez geleid. Hun succes van de afgelopen jaren was Zwischennutzung. Er zijn vier ondernemers bezocht. Ingrediënten voor succes zijn beschikbaar. Je moet alleen ook letterlijk ruimte beschikbaar stellen. Bedrijven die kunnen groeien in de huur met goede huurcontracten. Goed begeleid in ondernemerschap. Coopolis ondersteunt dit soort initiatieven, van subsidies tot uitvoering. Eigenaars van panden investeren voor waardecreatie. Potentieel is zichtbaar gemaakt. En Neukölln verliest zijn slechte imago. Maken werkt. Idee, naar businessplan, naar werk. Dat werkt. Zwischenützung (tussengebruik) heeft de wijk echt verder geholpen. Deelsessie 2, Korte impressie Column Erik Buckens Levensvatbaarheid bedrijven is moeilijk in te schatten. Maar er is veel bereikt in korte tijd. Er is door leegstandsbestrijding weer leven in de buurt. Succes trekt succes aan. Individueel waren de ondenemingen ok, maar wat is de volgende stap? Veel werk verzet, maar hoe zet je het om in een duurzaam businessmodel. De Werkstatt is bruisend, maar niet profitable. Was ook niet de bedoeling. Ze bieden ondersteuning aan ondernemers en projecten. Sociale effect heb je al, maar financieel is het er nog niet. Een aantal voorbeelden zoals de porseleinondernemer. Hij kan van porselein bestaan, maar er zat weinig groeipotentie in. Ook voor de tassenmaken was het lastig. Hoe kun je dat verder brengen? Is er kapitaal nodig of kan begeleiding helpen? Kun je ook zoiets doen met een bakker en de slager? Misschien ontstaat er nu een kantelmoment, waarbij er investeerders instappen. Opmerking Stefanie Raab Je moet in Berlijn naar huurregulering kijken om immobillienbel niet op te pompen. Deelsessie 3, woningbouwcorporaties Gewobag en QM in de Mehringkiez (Kreuzberg), Korte impressie Column Pieter de Jong Verwondering. Wat is het nut van een excursie? We hebben fantastich referaat over QM gehad van de collega’s uit Berlijn in de ochtendsessie. Maar Gewobag kan geen sociale projecten overnemen als het geld wegvalt. Mehringplatz is de op drie na slechtste wijk in Berlijn. Verzameling van lieve zachte activiteiten. Veel immigranten. Wat je niet ziet is Sloop-nieuwbouw. Wordt niet naar gekeken. Plein ziet er rommelig uit. Pieter was daarom niet positief over wat hij van het QM aan de Mehringplatz gezien had.
- Geen huurharmonisatie - Geen inzet op ondernemersschap - QM deed eigenlijk niets Conclusie: Lieve voorzichtige aanpak en geen richting Opmerking Stefanie Raab Er is weinig financiële kracht. Gebiedsontwikkeling is niet existent. Trust gedachte is er niet. Het is of subsidie of private economie.
Zaterdag 13 april Slotsessie Tijdens de slotsessie op 13 april hebben we als groep gekeken wat Berlijn ons nu leert, of wat we onszelf leren tijdens deze reis. Dat is niet gemakkelijk. Berlijn is een grote stad, we hebben een uitsnede gezien van een stad in ontwikkeling. Getekend door weinig geld, een Rijnlands model, structurele aanpak, soms voor ons idee wat ouderwets in die aanpak. Ook hangt het van de manier af hoe je kijkt naar investeren, zelfinitiatief, wat mensen zelf kunnen hoe je naar Berlijn en de Berlijnse aanpak die we gezien hebben kijkt. Veel gebeurt buiten overheidsbemoeienis om. Regelvrij is, in ieder geval in haar uitwerking, op veel plekken in Berlijn van toepassing. Maar in de achterstandswijken is de stad aanwezig via o.a. het Quartiersmanagement. De gemeente Berlijn richt zich met relatief kleine budgetten op activering in de buurten en van de bewoners. Dat is gestuurd, van bovenaf, maar heeft als doel om van onderop bewoners een kans te geven. Het is gestructureerder dan wij gewend zijn. Het lijkt soms minder effectief in het volledig benutten van ondernemend vermogen, maar er is ook minder geld. Het gaat in Berlijn nog veel meer dan bij ons over het voorkomen dat wijken door hun hoeven zakken. De een was verbaasd over de structuur die van bovenaf opgelegd werd. De ander zag dat juist als een verfrissende manier van overheidssturing. Het Quartiersmanagement heeft in
ieder geval duidelijk gemaakt dat we er in Amsterdam nog niet uit zijn wat de toekomst van de wijkaanpak nu moet inhouden, wat de verhouding moet zijn tussen overheid en initiatiefnemers. Het leerde in die zin ook om weer eens scherp naar onszelf te kijken. Anderzijds kwamen we er ook achter dat Amsterdam via “Vertrouwen in de Stad” en de “Focusaanpak” wel een beweging in gang heeft gezet waaruit nu geoogst kan worden. Er is veel lof voor hoe initiatieven in verschillende stadsdelen in korte tijd nu van de grond komen. Het verhaal ligt er nog niet, maar er is zeker een (goed) verhaal neergezet in de afgelopen paar jaren. We zijn echt opgeschoten en doen het goed, maar moeten nu richting een nieuwe gegeven situatie van veel minder geld verder doorpakken. Hieronder een korte impressie van de gemaakte bespiegelingen en opmerkingen tijdens de slotsessie: Aftrap Hans Boutellier Boutellier heeft complimenten voor de inspirerende groep. Berlijn is een jonge stad qua inwoners, maar heeft geen geld. De Deutsche Grundlickeit is systematisch werkwijze. Selectief inzetten daar dat nodig is. Als er geen netwerkstructuur is dan heb je de inzet overheid nodig om dat te ontwikkelen: Inzetten op sociale infrastructuur – sociale veerkracht bouwen (improvisatie vraagt veel voorbereiding). Bas van Stokkumm: trusties -> representant zijn van wat leeft -> councils, directe democratie. Faciliteer wat zich voordoet. Conclusie is doorgaan met Nederlandse wijkaanpak -> oog houden voor opbouwen sociale infrastructuur. Dat doen die Duitsers best goed. Jaap Shoufour Hoge kwetsbaarheid van wat er gebeurd. Als overheid stopt in Berlijn, valt er een hoop weg. Werkbaarheid van organisatie vergroten lijkt moeilijk. Rob Haans Project versus lange termijn. Innovatie kan niet maar kort. Je moet doorgaan en zelf het netwerk onderhouden. Zet nu in op investeren en niet op factuurtjes naar elkaar. Hettie Politiek De werkelijkheid in Londen was veel harder. Daardoor werden mensen gedwongen eigenaarschap op zich te nemen. Dat is in Berlijn anders. Daar is ook de overheid nog een speler, althans in de achterstandswijken waar ze met het QM actief zijn. Loes Leatemia Investeringen moeten naar de wijk, lokale investeringen zijn geld in de wijk en circuleert in de wijk. Nu pomp je er geld in, maar is de uitvoering extern. Rob Haans We gaan in Nederland naar een minimale situatie, beginnen vanaf nul. Corporaties in Berlijn doen buiten verhuren in vergelijking tot de Nederlandse situatie niets tot niet veel. QM is echt van de overheid. We moeten niet vergeten dat wij in de komende jaren wel eens richting zo’n situatie kunnen groeien: In budgettaire lijnen, nieuwe rolverdeling, is dan alleen overheid aan zet?
Corpo's hebben ook in Nederland straks geen capaciteit meer. Investerend vermogen moet je op peil houden. Wat doe je in het sociale domein op gebied van funding? Goed om met ondernemersschap na te denken over wat er mogelijk is, maar alles overlaten aan ondernemers lijkt heel lastig. Openbare ruimte is niet meer iets dat een corpo hoeft/kan doen. Wat voor gevolgen heeft het dan. Wordt naar de overheid gekeken. Sociale ondernemers en overheidsbudgetten stroomlijnen. Pieter de Jong Overeind houden van investeringscapaciteit is belangrijk. Grappig dat zowel Londen als Berlin allebei helemaal overtuigd zijn van hun aanpak. De clichés over hun aanpakken kloppen ook. En leuk dat wij twijfelen en we dus keuzes kunnen maken. We moeten differentiëren. Niet allemaal overal. Dat we kunnen kiezen is heel fijn. Versterken van zelfredzaamheid. Vraag is waar de balans ligt tussen markt en sociaal beleid. Huren verhogen voor investeringen of juist andersom. Allebei kan kansen geven. Maar mensen stimuleren is sowieso goed! Moet je als gemeente door willen gaan met grondbeleid of juist zelfredzaamheid stimuleren (?). Mogelijkheid van lange termijninvesteringen. Wijkaanpak door corporaties staat ter discussie. Doe je dat dan traditioneel? Op plekken inzetten waar het slecht is, maar de rest wegschuiven en daar ondernemerschap? Emil Jaensch Geschrokken van de staat van Berlijn. Verzorgingsstaat is verder doorgevoerd dan bij ons. Armoede druipt er van af. Afhankelijkheid van uitkering is groot. Miste het grotere kader en plan en waar is de grens. Andere manieren van wijkaanpak lijken onbespreekbaar. In Amsterdam zit veel meer vitaliteit in mensen dan gedacht. Gaan we niet te ver in schuldsanering. Wij zijn op de goede weg. Buurt gister zag er mooi uit, maar… Schoon heel veilig belangrijk. Projectencarrousel was uiteindelijk een ramp. Werd ipv structureel incidenteel. Behoefte aan basisstructuur en vervolgen gerichte acupunctuur. Huis van de wijk. Duitsers hadden oog voor structuur. In tegenstelling tot Londen en de kaalslag. Martin Heuzeveldt Cultuurshock van de val van de muur is er een die ze nog niet te boven zijn. Er is geen geld en ondernemersgeest, tandenloze corporaties, terwijl sterke corporaties belangrijk zijn. Integrale aanpak leken ze wel na te streven, maar probeer het kapitaal ook in wijk vast te houden. Met minder geld meer kunnen doen. Nathalie van Hoeven Niet eens met de negatieve kijk op Berlijn. Het is erg inspirerend hoe de gemeente Berlijn naar burgers toegaat. Er is een poging tot meebeslissen van burgers. Daar gaan ze best ver voor en in. Social kapitaal is belangrijk. Qartiersmanagers zijn erg belangrijk. Lange adem is ook belangrijk. (Enschede is een voorbeeld. Je moet het opbouwen) Floor Ziegler We komen wat verward terug. Als subsidie ophoudt, houdt het ook op. Er wordt niet gekeken naar een verdienmodel in Berijn. Het lijkt soms op Nederland in de jaren 80. In amsterdam
moeten we naar zelfwerkzaamheid. Uit Londen kom je bevlogener terug omdat de trust een nieuw instrument is. In Berlijn is het meer zoeken naar jezelf. Piet Keijzer Verschuiving van euro's. Er verandert op het moment heel veel. De zorg en WMO zijn sturingsmiddelen. Onze opgave ligt veel meer in het sociale domein. Het gaat om netwerken. Je moet preciezer zijn in loslaten. Hoe kunnen we dat ook verantwoorden. Soms bewust niet ingrijpen. Dat betekent niet dat je niets doet, maar je stuurt anders. Je hebt een publiek domein en een collectief domein. Kinderopvang is een goed voorbeeld, van hoe mensen zelf kunnen organiseren. Dus het collectieve zelfinitiatief is ook meer terreinen toepasbaar. Erik: Combineren Big Society gedache en sociale structuren. Aansluiten bij initiatieven. Wat is dat? Partijen rond de tafel brengen. Kan in verschillende vormen. Samenleving met ondernemers en investeringsstromen samen brengen. Floor Specialiteiten waar we het over hebben die je niet zomaar geleerd hebt en als ondernemer heb je ook niet altijd tijd. Zoveel tijd om systemen uit te pluizen om geld te vinden. Eric Buckens Daarom rond de tafel zitten. Floor Ziegler Het verbinden is een kunst. Een aanspreekpunt bij de overheid is belangrijk. Jaap Schoufour Bij broedplaatsen gebeurt dat. Engineers. Geldstromen verleggen, daar is nog helemaal niets over besloten en gebeurt ook niet gemakkelijk Patrick van Beveren Die Duitsers proberen de samenleving te begrijpen. Zou goed zijn om in de hele investeringschaal te koppelen aan sociologische invalshoek. Die werelden hebben elkaar bij ons niet gevonden. Verdienmodel is wel erg prominent geworden in ons denken. Annius Hoornstra We hebben het idee dat we ergens naar kijken wat we achter ons gelaten hebben. Maar cultuur is verschillend. Culturele vernieuwers hebben overheid niet nodig, dat ziet Berlijn wel. We gaan ons richten op netwerk, nieuwe vorm opbouwwerk in stoffig jasje. Hoe vertaal je dat naar onze situatie. Wat een gezeur dat er geen geld is. Bijzonder is, is het zetten van een wig in het grote geheel, dan zijn er genoeg geldbronnen, die we vervolgens door ondersteuning moeten inzetten. Veel meer zelf doen dan je denkt. Overheid zegt dat er geld is dat je vervolgens in de buurt mag gebruiken. Dat is slim. Je ondersteund de netwerken. Dat is een koppeling met verhaal Boutellier. Als je wil dat zelforganisatie vergroot, moet de
overheid veranderen. Wij hebben een maatschappij gericht op maakbare samenleving. Hier is een economie van zonder geld. Er is een schaduw economie. Overheid heeft invloed. Loes Leatemia Reizen leer je elkaar kennen. Overheid moet veranderen. Complexe processen in de stad. Buurtbegrotingen schept bijvoorbeeld helderheid. Mooie voorbeelden. Dit soort bijeenkomsten zijn goed om het daar over te hebben met elkaar. Marcus Fernhout Het is anders dan verwacht. Er is hier zo'n potentie. Hoe krijg je onderscheidend vermogen. Marcus wil hier een paar maanden zitten. Inspiratiebron Rob Hoogeveen Beleid is gestold handelen. Geld is taal van activiteit. Freek Ossel Wat we zien gaat ook over onszelf. Ze hebben hier een probleem en wij ook. Ze weten niet hoe ze Turkse achtergrond. Gesterkt in bevorderen ondernemerschap. Waardeer netwerken, bouwen. Overheid weet waar je vanaf blijft. Bewijsvoering. Het doen is hier ook goed. Dank voor de reis. Was van waarde. Pieter de Jong dankte namens de groep de gemeente voor het organiseren van dit soort reizen. Die zijn enorm belangrijk om jezelf een spiegel voor te houden en met een groep als deze als netwerk je te buigen over waar de stad voor staat.