SCHOOLREGLEMENT (versie 1 september 2015) De GVLO Sint-Paulus (Gesubsidieerde Vrije Lagere Oefenschool) http://www.sint-paulusnieuwgent.be Directie: Isabelle Dick E-mail:
[email protected]
Ebergiste De Deynestraat 2, 9000 Gent Tel. 09 222 11 68 Fax: 09 221 45 36
Rerum Novarumplein 188, 9000 Gent Tel. 09 221 54 75 Fax: 09 338 80 76
1.Algemene informatie 1.1 Verwelkoming 1.2 Visietekst directie 1.3 Wie is wie in onze school? 1.4 Onze samenwerking met het C.L.B 1.5 Omgaan met leerlinggegevens. 1.6 Inschrijven van leerlingen 1.7 Leerplicht 1.8 Screening niveau onderwijstaal
2.Ons opvoedingsproject 2.1 Wat meer duiding 2.2 Uitgangspunten van onze christelijke identiteit 2.3 Degelijk samenhangend onderwijsaanbod 2.4 Doeltreffend aanpak en stimulerend opvoedingsklimaat 2.5 De ontplooiing van elk kind vanuit brede zorg 2.6 Onze school als gemeenschap en als organisatie
3.Schoolreglement
3.1 Getuigschrift basisonderwijs 3.2 Afwezigheden 3.3 Problematische afwezigheden 3.4 Te laat komen 3.5 Onderwijs aan huis 3.6 Geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning die niet afkomstig is van de Vlaamse gemeenschap en de rechtspersonen die daar van afhangen.(reclame-en sponsorbeleid) 3.7 Ongevallen en schoolverzekering 3.8 Zittenblijven en vormen van leerlinggroepen. 3.9 Orde-en tuchtmaatregelen 3.10 Engagementsverklaring 4. Schoolafspraken 4.1 De organisatie van de schooluren 4.2 De voor-en naschoolse opvang 4.3 Communicatie : hoe de school contacteren ? 4.4 De organisatie van de oudercontacten 4.5 Huiswerk, agenda, rapporten 4.6 Lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen 4.7 Een- of meerdaagse uitstappen (extra-murosactiviteiten) 4.8 Bijdrageregeling ouders
4.9 Afspraken over betalingen 4.10 Studietoelage 4.11 Echtscheiding 4.12 Verboden 4.13 Medicatie 4.14 Schoolregels 4.15 Klasregels 4.16 Straffen en belonen 4.17 Grensoverschrijdend gedrag : agressie en geweld 4.18 Pest-actieplan 4.19 De nieuwe autoriteit
1.Algemene informatie 1.1 Verwelkoming Beste ouders, Beste leerling, U bent op zoek naar een goede onderwijsinrichting. We zijn blij onze school even aan u te kunnen voorstellen. Onze Sint-Paulusafdeling heeft aan de Gentse stadsrand twee vestigingen. De hoofdschool ligt in de Ebergiste De Deynestraat en de wijkafdeling vindt u op het Rerum Novarumplein. Op beide vestigingen wordt kleuter- en lager onderwijs aangeboden. De hoofdschool is gelegen in een enig mooi kader en met de talrijke sportvelden en andere. Door de kleinschaligheid van de wijkafdeling is het mogelijk bijzonder veel aandacht te besteden aan de individuele begeleiding van alle leerlingen. Er wordt trouwens volgens de nieuwste methodes en werkvormen lesgegeven. Een andere voorname doelstelling voor onze school is dat ze een gezellige, open school wil zijn. Daarvoor worden er meerdere ouderavonden ingelast en maken de leerkrachten graag tijd vrij om voor elk probleem van elke leerling een oplossing te zoeken. Men wil er net iets meer bereiken dan lesgeven of kennis doorgeven. Als school willen we onze kinderen opvoeden tot mooie, jonge mensen. Als school van de Broeders van Liefde leren we onze kinderen openstaan voor algemeen humanitaire en christelijke waarden als vriendelijkheid, sociale zin, eerlijkheid, wellevendheid, … Dit wordt trouwens onderschreven in het opvoedingsproject, dat u verder in deze brochure kunt vinden. U mag een christelijk geïnspireerde, eigentijdse opvoeding en degelijk onderwijs verwachten. Wij hopen goed met u te kunnen samenwerken. We hopen tevens dat u uw kind aanmoedigt de doelstellingen van onze school na te streven en de afspraken na te leven.
Op een paar bladzijden een volledig beeld van onze school ophangen is echter moeilijk, maar als u meer wil weten, zullen we u met open armen ontvangen. De kleinsten mogen bij ons een boeiende kleuterwereld verwachten, de lagere schoolkinderen willen we op een sportieve, ontspannende manier tot fijne, jonge mensen laten uitgroeien. Door de gezelligheid en open karakter verloopt de aanpassing van alle leerlingen bijzonder snel en voelen ze heel snel dat de leerkrachten echt begaan zijn met hen. Het schoolteam (directie en leerkrachten) zal zich ten volle inzetten voor opvoeding en onderwijs zodat uw kind een goed schooljaar doormaakt. Bij vragen en problemen staan we klaar om samen naar een oplossing te zoeken. We wensen iedereen een heel fijn schooljaar toe en wij zijn blij en dankbaar voor het vertrouwen dat u in onze school stelt. Directie en leerkrachten.
1.2 Visietekst: directie Ons talentgericht onderwijs is geïnspireerd door christelijke zingeving, vanuit observatie en professionele kennis en gericht op de harmonische ontwikkeling van elk kind,
doelbewust betekenisvolle en samenhangende situaties creëren waarin elk kind zoveel mogelijk kansen krijgt zelfwerkzaam en betrokken, ervaringen op te doen die fundamentele veranderingen kunnen teweegbrengen, op het vlak van de totale persoon,
zo voorbereid dat, zowel op de spontane ontwikkeling wordt ingespeeld, als dat ontwikkelingsprocessen op gang gezet, ondersteund en gestuurd worden,
in een positief sociaal-emotioneel klimaat, in een duidelijk gestructureerde omgeving, in een sfeervolle samenhorigheid en in samenwerking en overleg, met alle betrokken.
Kinderen nemen wij serieus. Hun positieve ingesteldheid is het uitgangspunt van onze opvoeding en onderwijs. Leren is in dat opzicht niet een vullen van vaten met alle mogelijke kennis. Kinderen zijn zelf actief betrokken in het leren. Ze bouwen nieuwe kennis, inzichten en vaardigheden op, voortbouwend op wat ze reeds kennen en kunnen. Leren is een krachtige motor voor ontwikkeling; de energie van onze leerlingen drijft de motor aan. Succesvol leren is leren dat drijft op die energie. Succesvol verworven kennis, vaardigheden en attitudes kunnen ingezet worden om met nieuwe uitdagingen, meningen om te gaan.
Als leren drijft op energie stijgt het welbevinden van onze kinderen en de motivatie om nieuwe dingen te leren, neemt toe. Als energie-voor-leren voor elk kind systematisch wordt ingezet, hebben we duurzaam leren en duurzaam onderwijs. Daarom willen wij uitgaan van de kracht, van de talenten van onze kinderen. Met ons talentgericht onderwijs willen wij meer tijd vrij maken voor holistische, betekenisvolle, interdisciplinaire opdrachten, - waarbij leerlingen samenwerken om een uitdagend en zinvol doel te bereiken - waarbij zij moeten omgaan met verschillende meningen en perspectieven, en met informatie die uit verschillende bronnen afkomstig is - waarin directe instructie en de expliciete aandacht voor deelvaardigheden en elementen verbonden wordt met betekenisvolle activiteit - waarbij de leerlingen feedback krijgen op de kwaliteit van hun werk en de vooruitgang die ze maken - en waarbij de leerlingen, terwijl ze complexe taken uitvoeren, ook leren HOE ze problemen (van sociale, cognitieve, affectieve of andere aard) kunnen oplossen
Als school van de Broeders van Liefde leren we onze kinderen hierbij openstaan voor algemeen humanitaire en christelijke waarden als vriendelijkheid, sociale zin, eerlijkheid, respect, …
Ons opvoedingsklimaat wordt gedragen door een visie op de mens en de toekomst: - De uniciteit van ieder kind. Het aanbod en het leerproces worden zoveel mogelijk afgestemd op de ontwikkeling van ieder kind - De pedagogie van verbondenheid. Leren is een sociaal gebeuren. Leren is samen leren, wederzijdse verrijking. - De pedagogie van de hoop. Dat is de optimistische visie op de ontwikkeling van kinderen. Het is het geloof in de groeikansen van kinderen, dat ze ondanks hun grenzen hun beperkingen, hun onmogelijkheden, toch kansen hebben en begeleid kunnen worden in hun groei.
- De pedagogie van het geduld. Onderwijs en opvoeding afstemmen op de mogelijkheden van kinderen vraagt veel geduld opdat de hoop niet zou omslaan in wanhoop, want dan is opvoeding onmogelijk.
1.3 Wie is wie in onze school? Structuur van de school : Onze school is een gemengde basisschool (kleuter en lager onderwijs) met twee vestigingsplaatsen: Ebergiste De Deynestraat 2, 9000 Gent Tel. 09 222 11 68 E-mail:
[email protected] http://sint-paulusnieuwgent.be Rerum Novarumplein 188, 9000 Gent Tel. 09 221 54 75 Fax: 09 338 80 76
Organisatie van de school Schoolbestuur Benaming: VZW Provincialaat der Broeders van Liefde, Stropstraat 119 te 9000 Gent. Gedelegeerd bestuurder: de heer Koen Oosterlinck Gemandateerde van het schoolbestuur: Yves Demaertelaere Congregationele pedagogische begeleiding: Deze staat als team van pedagogische begeleiders in voor de sector gewoon onderwijs (2,5 tot 20 jaar) met elk een eigen focus. - Website en contactgegevens: www.fracarita.org/nl/onderwijs Het schoolbestuur is de eigenlijke organisator van het onderwijs in onze school. Zij is verantwoordelijk voor het beleid en de beleidsvorming en schept de noodzakelijke voorwaarden voor een goed verloop van het onderwijs.
Scholengemeenschap Gent-Drongen Ann Gansbeke Coördinerend directie Gent-Drongen/Hakum
[email protected] In onze scholengemeenschap zitten 9 scholen waaronder 2 scholen voor buitengewoon
onderwijs (Sint-Jozef en Sint-Gregorius Gentbrugge). Verder zijn er 2 Drongense basisscholen (de Vuurtoren samen met de Bereboot en de GVB Baarledorp) En tot slot zijn er nog de 5 Sint-Paulusscholen: Smidsestraat, Ottergemsesteenweg, SintDenijs-Westrem (Oude Heerweg) Drongen (Gavergracht) en de GVLO Sint-Paulus in De Deynestraat en op het Rerum Novarumplein. Ook hebben we een middelbare afdeling waarnaar onze leerlingen kunnen doorstromen: meer info op www.sintpaulusgent.be Klassenraad Samenstelling Deze is samengesteld uit de directie + leerkrachten van de betrokken leerlingengroep, de zorgleerkrachten en/of de CLB-medewerkster Functie In overleg wordt besproken welke zorg het kind best krijgt zowel van interne als van externe hulpverleners. De klassenraad brengt nadien advies uit aan de ouders over aangepaste zorg / sticordimaatregelen , die de kinderen best krijgen.
Ouderraad: Samenstelling De oprichting van een ouderraad is verplicht wanneer ten minste tien procent van de ouders erom vraagt, voor zover dit percentage ten minste drie ouders betreft. De ouderraad heeft een informatierecht en adviesbevoegdheid ten aanzien van het schoolbestuur. De ouderraad bepaalt zelf in haar huishoudelijk reglement op welke wijze nieuwe leden kunnen toetreden tijdens de lopende mandaatperiode. Het oudercomité wordt voorgezeten door haar voorzitter. Hij wordt bijgestaan door de leden van het dagelijks bestuur. Jaarlijks worden deze leden door de leden van het oudercomité in hun functie herbevestigd. Bij het begin van elk schooljaar wordt de samenstelling van het oudercomité aan de ouders bekendgemaakt via de schoolwebsite. Elke ouder kan zich kandidaat stellen om deel uit te maken van het oudercomité van de school. Na kandidaatstelling wordt een ouder lid van de ouderraad. Functie
Het oudercomité is een schakel tussen de ouders en de school met als doel het opvoedings- en onderwijswelzijn van de kinderen te verbeteren. Het oudercomité van onze school heeft een ondersteunende functie en heeft als doel de ouderbetrokkenheid bij het schoolgebeuren te stimuleren en de goede samenwerking te bevorderen tussen ouder, school en leerkracht. Schoolraad: Samenstelling Een schoolraad is verplicht in iedere school. Ze bestaat uit 3 geledingen (oudergeleding, personeelsgeleding en lokale gemeenschap) en heeft een aantal overlegbevoegdheden evenals een informatie- en communicatierecht ten opzichte van de school en omgekeerd. Zij wordt samengesteld voor een periode van vier jaar. De schoolraad bepaalt zelf in haar huishoudelijk reglement op welke wijze nieuwe leden kunnen toetreden tijdens de lopende mandaatperiode. In onze school wordt de schoolraad samengesteld uit vertegenwoordigers aangeduid door de onderliggende ouderraad en pedagogische raad. De leden van de lokale gemeenschap worden vervolgens gekozen door de twee voornoemde geledingen. Functie Het mandaat van de leden van de schoolraad duurt vier jaar en is vernieuwbaar. De voorzitter is niet stemgerechtigd. De schoolraad overlegt over de vaststelling van de criteria voor de aanwending van het lestijdenpakket, het schoolreglement en de veiligheid en gezondheid van de leerlingen. Ze heeft informatierecht over alle aangelegenheden die weerslag hebben op het schoolleven, heeft adviesbevoegdheid voor de algemene organisatie en werking van de school, de planificatie van de school en de algemene criteria inzake begeleiding en evaluatie van de leerlingen. Bijlage nr 1 : Samenstelling oudercomité en schoolraad
Leerlingenraad: Samenstelling vertegenwoordigende leerlingen uit de klasgroepen Functie:
aankaarten van oplossingen op de school voor de leerlingen Beroepscommissie ( bij uitsluiting van een leerling ): Voorzitter van de beroepscommissie: de heer Yves Demaertelaere , Stropstraat 119 te 9000 Gent
LOP: Onze school maakt deel uit van het Lokaal Overlegplatform Gent. Het contactadres van het LOP is: www.lop.be Voorzitter: Dr. Jean Pierre Verhaeghe
[email protected] Deskundige: Els Bertels telefoon: 0492 722 808 e-mail:
[email protected]
Voor klachten rond weigeringen of doorverwijzingen kunt u steeds terecht bij de Commissie inzake Leerlingenrechten Commissie inzake Leerlingenrechten t.a.v. Sara De Meerleer (Basisonderwijs) H. Consiencegebouw 4M11 Koning Albert-II laan 15 1210 Brussel 02/553 92 12 e-mail:
[email protected]
-Commissie zorgvuldig Bestuur Adres: Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming AGODI t.a.v Marleen Broucke Adviseur Kamer 1C 24 Koning Albert II-laan 15 1210 Brussel 02/553 65 56 e-mail :
[email protected]
1.3 Onze samenwerking met het CLB Onze school wordt begeleid door: CLB Marialand, Marialand 29 9000 Gent tel 09 277 83 40 Contactpersoon: Mieke De Baere:
[email protected] tel: 0490 64 26 26 Ondersteuning psychologische discipline :Heleen Bollens contact:
[email protected] of tel: 0490 64 26 17 Centrum Leerlingenbegeleiding (CLB)1 Het centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB) heeft als opdracht bij te dragen tot het welbevinden van leerlingen, en situeert de begeleiding van leerlingen op vier domeinen: -
het leren en studeren
-
de onderwijsloopbaan
-
de preventieve gezondheidszorg
-
het psychisch en sociaal functioneren.
Relatie tussen CLB en school De school en het CLB hebben een gezamenlijk beleidscontract opgesteld dat de aandachtspunten voor de leerlingenbegeleiding vastlegt. Dit beleidscontract is met de ouders besproken in de schoolraad. Als de school aan het CLB vraagt om een leerling te begeleiden, zal het CLB een begeleidingsvoorstel doen. Het CLB zet de begeleiding slechts voort als de ouders van de leerling hiermee instemmen. Vanaf de leeftijd van 12 jaar vermoedt de regelgever dat een kind voldoende competent is om zelfstandig te beslissen of hij/zij wil instemmen met het voorgestelde begeleidingsplan. Hebben ouders bezwaren tegen een bepaalde arts van het CLB, dan kan in overleg een andere arts worden aangeduid. In dat geval zijn de kosten ten laste van de ouders.
Het centrum heeft recht op de relevante informatie die over de leerlingen in de school aanwezig is en de school heeft recht op de relevante informatie over de leerlingen in begeleiding. Ze houden allebei bij het doorgeven en het gebruik van deze informatie rekening met de geldende regels inzake het beroepsgeheim, de deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Relatie tussen CLB, de leerlingen en hun ouders Niet alleen de school, maar ook de leerlingen en ouders kunnen het CLB om hulp vragen. Het CLB werkt gratis en discreet. Het centrum, de school en de ouders dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Ouders zijn verplicht hun medewerking te verlenen aan: -
de begeleiding van leerlingen die spijbelen. Als de betrokken ouders niet ingaan op de initiatieven van het centrum, meldt het centrum dit aan de door de Vlaamse regering aangeduide instantie;
-
collectieve medische onderzoeken en/of preventieve gezondheidsmaatregelen i.v.m. besmettelijke ziekten2. De ouders of de leerling vanaf 12 jaar kunnen zich verzetten tegen het uitvoeren van een algemeen of gericht consult door een bepaalde arts van het CLB. Binnen een termijn van negentig dagen dient de persoon die verzet aantekent, het verplichte consult te laten uitvoeren door een andere arts van hetzelfde CLB, een arts van een ander CLB of een andere arts buiten het CLB die beschikt over het nodige bekwaamheidsbewijs. In dat laatste geval zijn de kosten ten laste van de ouders.
Het centrum maakt zijn werking bekend aan de ouders. Dat gebeurt minstens op het ogenblik dat de leerling voor de eerste keer wordt ingeschreven in de school. Ouders krijgen informatie over de rechten en plichten van ouders, leerlingen, de school en het centrum. De regering kan het centrum verplichten vormen van begeleiding voor deelgroepen van leerlingen, ouders en scholen voor te stellen. Het staat deze leerlingen, ouders en scholen vrij om al dan niet op dit verzekerd aanbod in te gaan. Als een leerling van school verandert, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot de leerling is ingeschreven in een school die door een ander centrum wordt bediend. Als een leerling voor een bepaalde periode niet ingeschreven is in de school, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot het einde van de periode van niet-inschrijving. Het multidisciplinair dossier Het centrum legt voor elke leerling voor wie een begeleiding wordt gestart, één multidisciplinair dossier aan. Het multidisciplinair dossier van de leerling bevat alle voorhanden zijnde gegevens die over de leerling op het centrum aanwezig zijn . Als een leerling van school verandert en onder toezicht van een ander CLB komt te staan, is het CLB dat de vorige school begeleidt, ervoor verantwoordelijk dat het CLB-
dossier de leerling volgt. Er is geen toestemming van de ouders of de leerling vereist om een multidisciplinair dossier over te dragen.3 Er bestaat maar één CLB-dossier en dit dossier is in principe een ondeelbaar geheel. Daarom wordt het bij veranderen van school in één zending overgemaakt. Elk CLB is eraan gehouden de ouders of de leerling te informeren over het doorgeven van het dossier. Er wordt een wachttijd van 10 dagen gerespecteerd na het informeren van de ouders of de leerling. De ouders of de leerling kunnen afzien van die wachttijd. Er kan binnen die 10 dagen verzet aangetekend worden tegen het overmaken van de nietverplichte gegevens uit het dossier. Er kan geen verzet aangetekend worden tegen de overdracht van volgende gegevens: identificatiegegevens, vaccinatie-gegevens, gegevens in het kader van de verplichte CLB-opdrachten, bijzondere consulten en de medische onderzoeken uitgevoerd als vorm van nazorg na een algemeen, een gericht of een bijzonder consult. Indien er verzet wordt aangetekend, verzendt het vorige CLB enkel de verplicht over te dragen gegevens samen met een kopie van het verzet. Het bewaart de gegevens waartegen verzet werd aangetekend tot 10 jaar na het laatste contact. Individuele leerlingbegeleiding Onze school voert een zorgbeleid. Dit houdt onder meer in dat we gericht de evolutie van uw kind volgen. Dit doen we door het werken met een leerlingvolgsysteem. Sommige kinderen hebben op bepaalde momenten nood aan gerichte individuele begeleiding. Andere kinderen hebben constant nood aan individuele zorg. We zullen in overleg met u als ouder vastleggen hoe de individuele begeleiding van uw kind zal georganiseerd worden. Daarbij zullen we aangeven wat u van de school kan verwachten en wat wij van u als ouder verwachten. Wij verwachten dat u ingaat op onze vraag tot overleg en de afspraken die we samen maken opvolgt en naleeft.
1.4 Omgaan met leerlinggegevens- Verwerken van
persoonsgegevens De school houdt rekening met de privacywetgeving. Ouders krijgen de garantie dat alle persoonlijke gegevens enkel door de directie aangewend worden onder de toepassing van de wet ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Documenten die gegevens opvragen krijgen de vermelding “Deze gegevens worden door de directie van de school strikt aangewend onder de toepassing van de wet ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer.” Ouders hebben het recht om informatie over hun kind op te vragen. Ook kan er in overleg met de school en met respect voor de privacy van het gezin een persoonlijk document opgemaakt worden om de overgang naar een andere school, een ander niveau optimaal te laten verlopen. Dit document kan relevante informatie bevatten over de onderwijsloopbaan van het kind zoals bijvoorbeeld gegevens over onderwijsproblemen, leerstoornissen, belangrijke gegevens medische aard, schoolrapporten, enz. (basofiche eind juni voor zesdeklassers)
Verwerken van persoonsgegevens De school verwerkt persoonsgegevens van alle ingeschreven leerlingen met behulp van de computer. Dat is nodig om de leerlingenadministratie en de leerlingenbegeleiding efficiënt te organiseren. Om gepast te kunnen optreden bij risicosituaties, verwerkt de school ook gegevens betreffende de gezondheidstoestand van sommige leerlingen, maar dat gebeurt enkel met de schriftelijke toestemming van de leerlingen of hun ouders. De privacywet geeft je het recht te weten welke gegevens de school verwerkt en het recht deze gegevens te laten verbeteren als ze fout zijn of ze te laten verwijderen als ze niet ter zake dienend zijn. Overdracht van leerlingengegevens bij schoolverandering Bij een schoolverandering worden leerlingengegevens overgedragen aan de nieuwe school onder de volgende voorwaarden: De gegevens hebben enkel betrekking op de leerlingspecifieke onderwijsloopbaan en de overdracht gebeurt enkel in het belang van de persoon op wie de onderwijsloopbaan betrekking heeft. Ouders kunnen –op verzoekdeze gegevens inzien. Ouders die niet wensen dat deze gegevens doorgegeven worden kunnen zich tegen de overdracht verzetten. Ze brengen de directie binnen de tien kalenderdagen na de schoolverandering hiervan schriftelijk op de hoogte.
Gegevens die betrekking hebben op schending van leefregels door je kind zijn nooit tussen scholen overdraagbaar. Recht op inzage en toelichting Ouders hebben recht op inzage in en toelichting bij de leerlingengegevens, waaronder de evaluatiegegevens, die verzameld worden door de school over hun kind. Indien na de toelichting blijkt dat de ouders een kopie willen, kan dat. De kosten die hiervoor gevraagd worden, zijn terug te vinden in de bijdrageregeling. De school kan geen gegevens doorgeven die betrekking hebben op medeleerlingen. Privacy inzake publicatie van foto’s De school publiceert geregeld foto’s van leerlingen op haar website, in de schoolkrant,… Voor de publicatie van gerichte foto’s vraagt de school bij het begin van het schooljaar een expliciete schriftelijke toestemming, overeenkomstig de privacywet. Voor de publicatie van niet-geposeerde, spontane foto’s en sfeerbeelden geldt de ondertekening van het schoolreglement als toestemming. Ouders die bezwaar hebben tegen de publicatie, delen dit schriftelijk mee aan de directie.. De pedagogische begeleidingsdienst verbonden aan de school en de leerkrachten kunnen filmopnames maken in de klassen om de onderwijskwaliteit te verbeteren. Deze beelden worden na intern gebruik gewist.
1.5. Inschrijven van leerlingen Toelatingsvoorwaarden4 Kinderen worden ingeschreven voor de hele basisschool. Ouders kiezen zelf de vestiging, tenzij de maximumcapaciteit in de leerlingengroep is bereikt. Een inschrijving kan pas gerealiseerd worden na instemming met het schoolreglement en het pedagogisch project van de school. Het schoolreglement wordt schriftelijk of via
elektronische drager aangeboden en de ouders moeten er zich schriftelijk akkoord mee verklaren. Het schoolbestuur vraagt of de ouders een papieren versie van het schoolreglement wensen te ontvangen. Eenmaal ingeschreven, blijft het kind bij ons ingeschreven. De inschrijving stopt enkel wanneer de ouders beslissen om het kind van school te veranderen of wanneer het kind wordt uitgesloten van de school. Bij elke wijziging van het schoolreglement zullen we terug jullie schriftelijk akkoord vragen. Indien jullie niet akkoord gaan met de wijziging, dan wordt de inschrijving van jullie kind beëindigd op 31 augustus van het lopende schooljaar. Bij de inschrijving van jullie kind, zullen we jullie bevragen over de organisatie van het ouderlijk gezag, de gezinssamenstelling, de verblijfsregeling,… We gaan ervan uit dat beide ouders instemmen met de inschrijving. Indien we op de hoogte zijn van het nietakkoord van een van beide ouders, kunnen we het kind niet inschrijven. We kunnen jullie kind pas inschrijven als beide ouders akkoord gaan. Bij de inschrijving vragen we je naar allerlei informatie voor onze administratieve schoolfiche van je kind.
Bij de inschrijving dient een officieel document te worden voorgelegd dat de identiteit van het kind bevestigt en de verwantschap aantoont (de ISI+-kaart, het trouwboekje, het geboortebewijs, een identiteitsstuk van het kind zoals een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister, een reispas). De inschrijving van een leerling geldt voor de duur van de hele schoolloopbaan in de school, tenzij de ouders zich niet akkoord verklaren met een wijziging van het schoolreglement (zie verder). Voor het kleuteronderwijs : Alle kleuters en leerlingen worden op de datum van de inschrijving opgenomen in het inschrijvingsregister. Zij worden slechts éénmaal ingeschreven volgens chronologie. Wanneer de kleuter voldoet aan de toelatingsvoorwaarde (2,5 jaar zijn), wordt de kleuter opgenomen in het stamboekregister. Vanaf de volgende instapdatum wordt de kleuter toegelaten in de school en wordt hij opgenomen in het aanwezigheidsregister van de klas. Kleuters zijn niet leerplichtig. Kleuters vanaf 2,5 tot 3 jaar mogen in het kleuteronderwijs op school aanwezig zijn op de volgende instapdagen:
de eerste schooldag na de zomervakantie; de eerste schooldag na de herfstvakantie; de eerste schooldag na de kerstvakantie; de eerste schooldag van februari; de eerste schooldag na de krokusvakantie; de eerste schooldag na de paasvakantie; de eerste schooldag na Hemelvaartsdag.
Als uw peuter nog niet zindelijk is doen wij op school inspanningen samen met u om dit aan te leren. Een kleuter die de leeftijd van drie jaar bereikt heeft, wordt volgens de inschrijvingsprocedure ingeschreven en in de school toegelaten zonder rekening te houden met de instapdagen. Je kind kan pas instappen in het eerste leerjaar als het aan de wettelijke toelatingsvoorwaarden voldoet. Voor het lager onderwijs: Om toegelaten te worden tot het lager onderwijs moet de leerling 6 jaar zijn voor 1 januari van het lopende schooljaar Als hij nog niet de leeftijd van zeven jaar heeft bereikt of zal bereiken voor 1 januari van het lopende schooljaar, moet hij bovendien aan een van de volgende voorwaarden voldoen: 1° het voorgaande schooljaar ingeschreven zijn geweest in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en gedurende die periode gedurende ten minste 220 halve dagen aanwezig zijn geweest; 2° toegelaten zijn door de klassenraad. De beslissing omtrent de toelating wordt aan de ouders meegedeeld uiterlijk de tiende schooldag van september bij inschrijving vóór 1 september van het lopende schooljaar, of, bij inschrijving vanaf 1 september, uiterlijk tien schooldagen na deze inschrijving. In afwachting van deze mededeling is de leerling ingeschreven onder opschortende voorwaarde.
Bij overschrijding van de genoemde termijn is de leerling ingeschreven. De schriftelijke mededeling aan de ouders van een negatieve beslissing bevat tevens de motivatie. Een leerling die 5 jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar kan in het lager onderwijs ingeschreven worden na advies van het CLB en na toelating door de klassenraad.
Bijlage nr 2 : inschrijvingsperiodes Voorrangsregeling
Voorrang broer en zus: periode voor de kerstvakantie
Voorrang indicator leerlingen of niet-indicatorleerlingen: periode tussen de kerst en paasvakantie
Algemene inschrijvingsperiode: na de paasvakantie
Aanmelden kan op school maar ook via internet op www.meldjeaan.gent.be Bij de aanmelding zullen we je bevragen naar enkele gegevens. Vul die eerlijk in, want bij foute informatie verlies je je recht op inschrijven dat je via de aanmeldingsprocedure verwerft. Na de aanmeldingsperiode ordenen we de aangemelde leerlingen met de criteria: 1. afstand van het domicilieadres van de leerling tot de school of vestigingsplaats 2. afstand van het werkadres van een van beide ouders tot de school of vestigingsplaats 3. toeval (enkel in combinatie met 1, 2 of 4) 4. de plaats van de school of vestigingsplaats binnen de rangorde gemaakt door de ouders (enkel in combinatie met 1, 2, of 3)
Na de ordening laten we je binnen vier werkdagen weten of je kind al dan niet gunstig gerangschikt is. Indien jouw kind gunstig gerangschikt is, word je schriftelijk of via elektronische drager op de hoogte gebracht wanneer je je kind mag komen inschrijven. Is je kind niet gunstig gerangschikt, dan ontvang je van ons een weigeringsdocument. Op dit weigeringsdocument staat waarom je geweigerd werd, op welke plaats in de wachtlijst je kind staat en waar je terecht kan met eventuele klachten.
Weigeren van leerlingen:
Ouders hebben het recht om hun kind in te schrijven in de school van hun keuze. Toch kan de school een leerling weigeren onder bepaalde omstandigheden. 1.Het schoolbestuur weigert de inschrijving van de betrokken leerling die het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar door een tuchtmaatregel definitief werd uitgesloten in de school. 2.Een kind dat beschikt over een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs, wordt ingeschreven onder ontbindende voorwaarde. Vervolgens organiseert de school overleg met de ouders, de klassenraad en het CLB, over de aanpassingen die nodig zijn om de leerling mee te nemen in het gemeenschappelijk curriculum of om de leerling studievoortgang te laten maken op basis van een individueel aangepast curriculum. Indien na het overleg de school de disproportionaliteit van de aanpassingen bevestigt, wordt de inschrijving ontbonden op het moment dat deze leerling in een andere school is ingeschreven en uiterlijk 1 maand, vakantieperioden niet inbegrepen, na de kennisgeving van de bevestiging van de disproportionaliteit. Wanneer de leerling niet beschikt over een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs, maar tijdens de schoolloopbaan de nood aan aanpassingen voor hem/haar wijzigt en de vastgestelde onderwijsbehoeften van die
aard zijn dat voormeld verslag nodig is, organiseert de school een overleg met de klassenraad, de ouders en het CLB. Op basis van dit overleg en nadat het verslag werd afgeleverd, beslist de school om de leerling op vraag van de ouders studievoortgang te laten maken op basis van een individueel aangepast curriculum of om de inschrijving van de leerling voor het daaropvolgende schooljaar te ontbinden. Een klachtenprocedure bij de Commissie inzake Leerlingenrechten is mogelijk. 3.Elk schoolbestuur moet per school, vestigingsplaats, niveau lager en kleuter een capaciteit invoeren. Het schoolbestuur kan er voor kiezen om de capaciteit ook per leerjaar of geboortejaar vast te leggen. Wanneer deze capaciteit overschreden wordt, moet de school de leerling weigeren. 4.Elke geweigerde leerling krijgt een weigeringsdocument en wordt als geweigerde leerling in het inschrijvingsregister geschreven. De volgorde van geweigerde leerlingen in het inschrijvingsregister valt weg op de vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking heeft. Voor de instappertjes blijft de volgorde van het inschrijvingsregister behouden tot 30 juni van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had. 5.Indien zijn betrokken scholen of vestigingsplaatsen gelegen zijn binnen eenzelfde of aaneensluitende percelen, of gescheiden zijn door maximaal twee kadastrale percelen hetzij door een weg, kan een schoolbestuur ervoor opteren om de desbetreffende scholen of vestigingsplaatsen als één geheel te beschouwen en één capaciteit te bepalen. 6.De beslissing tot weigering wordt binnen vier kalenderdagen (eventueel na onderzoek van de draagkracht van de school) bij aangetekend schrijven of tegen afgiftebewijs aan de ouders van de leerling bezorgd. Ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur. 7.Bij een weigering op draagkracht of bij weigering op basis van andere redenen wordt door het Lokaal Overlegplatform (LOP) op de vraag van de ouders, een bemiddelingsprocedure opgestart. Na de bemiddeling door het Lokaal Overleg Platform kunnen ouders alsnog een klacht indienen bij de Commissie inzake Leerlingenrechten.
De maximumcapaciteit van de school vindt u in onderstaande tabel *Onder voorbehoud van wijzigingen in samenspraak met LOP Gent
Niveau
Geboortejaar 2013 Geboortejaar 2012 Geboortejaar 2011 Geboortejaar.2010 Totaal kleuteronderwijs 1e leerjaar 2e leerjaar 3e leerjaar 4e leerjaar 5e leerjaar 6e leerjaar Totaal lager onderwijs Totaal vestigingsplaats Totaal school
2015-2016
2016-2017
DD 20 10 15 20 65
RN 20 20 20 22 82
20 20 20 20 17 10 107
32 20 20 20 9 10 111
172
193
DD
RN
onder voorbehoud*
365
Doorlopen van inschrijving Is je kind ingeschreven in onze kleuterschool dan hoeft het zich niet opnieuw in te schrijven bij de overgang naar het eerste leerjaar in Sint-Paulus. Niet doorlopen van inschrijving Aangezien in onze school de capaciteit van het kleuteronderwijs groter is dan die van het lager onderwijs, is een nieuwe inschrijving van de leerling nodig bij de overgang naar het eerste leerjaar. We brengen je tijdig op de hoogte wanneer de inschrijvingen voor
het eerste leerjaar van start gaan en je vindt ze ook terug in onze schoolbrochure, website, ….
1.6. Leerplicht In september van het jaar waarin het kind 6 jaar wordt, is het leerplichtig en wettelijk verplicht om les te volgen. Ook wanneer het op die leeftijd nog in het kleuteronderwijs blijft, is het dus net als elk ander leerplichtig kind onderworpen aan de controle op het regelmatig schoolbezoek. Voor leerplichtige leerlingen in het basisonderwijs is de leerplicht voltijds. Een jaar langer in de kleuterschool doorbrengen en een achtste jaar in de lagere school verblijven kan enkel na kennisgeving van en toelichting bij het advies van de klassenraad en van het CLB-centrum. De ouders nemen de uiteindelijke beslissing. In het gewoon onderwijs kan een leerling minimum 4 jaar en maximum 8 jaar in het lager onderwijs doorbrengen, met dien verstande dat een leerling die 15 jaar wordt vóór 1 januari geen lager onderwijs meer kan volgen. De leerlingen zijn verplicht om alle lessen en activiteiten van hun leerlingengroep te volgen. Om gezondheidsredenen kunnen er, in samenspraak met de directeur, eventueel aanpassingen gebeuren
1.7.Screening niveau onderwijstaal Onze school moet voor elke leerling die voor het eerst in het lager onderwijs instroomt een taalscreening uitvoeren. Deze dient niet als toelatingsproef, maar dient om de school in staat te stellen het kind beter te begeleiden. De taalscreening wordt in het eerste leerjaar afgenomen aan het eind van september. De resultaten daarvan zijn voor intern gebruik en worden niet aan ouders gecommuniceerd. Indien onze school op basis van de resultaten van de screening het nodig acht, wordt een taaltraject voorzien dat aansluit bij de specifieke noden van het kind, daarover zal u wel geïnformeerd worden. Bij nieuwkomers in de basisschool die nog geen Nederlands kregen of waarvan geen gegevens zijn van een andere Vlaamse school bekend zijn, zal een taalscreening plaatsvinden ongeveer een maand na aankomst in de school.
2. Ons opvoedingsproject Wij verwachten van alle ouders dat ze loyaal achter de identiteit en het opvoedingsproject van onze school staan en deze mee dragen. Hieronder vindt u een beschrijving van de uitgangspunten van ons opvoedingsproject. U kunt steeds terecht bij de directeur voor verdere informatie. Het opvoedingsproject steunt op de algemene missie van de Broeders van Liefde. Het opvoedingsproject van de basisscholen van de Broeders van Liefde wordt in de loop van het schooljaar 2015-2016 geactualiseerd en van kracht. Daarin zitten de 5 basisdoelen van het katholiek onderwijs vervat: 1. Zorg voor kwaliteitsonderwijs: maximale ontplooiingskansen aan elk kind. 2. Respect voor en aanvaarding van elk kind, met een voorkeur voor de kansarmen. 3. Aandacht voor de christelijke zingeving en beleving. 4. Een dynamische school met degelijke structuren en aandacht voor deskundigheid. 5. Een hechte school- en klasgemeenschap, geïntegreerd in de parochiegemeenschap.
2.1 Wat meer duiding: 2.1.1. Zorg voor kwaliteitsonderwijs: maximale ontplooiingskansen aan elk kind. Als school streven we ernaar om de kwaliteit van ons onderwijs hoog te houden en nog te verbeteren. Dit betekent voor ons dat we aan elk kind maximale ontplooiingskansen geven en dit zowel op het vlak van zijn lichaam, verstand en gevoel als op sociaal vlak, op het vlak van waardenbeleving en religie. We trachten de kinderen vanuit een grote betrokkenheid op al deze vlakken tot leren te brengen uitgaande van hun talenten. 2.1.2 Respect voor en aanvaarding van elk kind, met een voorkeur voor de kansarmen. We houden hierbij rekening met de mogelijkheden van elk kind afzonderlijk en streven een aangepaste aanpak op alle gebieden na. De kansarme kinderen, zowel financieel, verstandelijk, sociaal als verbaal, … genieten een voorkeursbehandeling binnen onze school. Zwakkere leerlingen, op welk gebied ook, krijgen onze bijzondere aandacht. 2.1.3 Aandacht voor christelijke zingeving en beleving
Onze inspiratiebron is de persoon van Jezus Christus. Met de beklemtoning van de accenten van onze stichter proberen we te streven naar een christelijk aanbod via de godsdienstlessen. We bieden een christelijk onderwijs, een christelijke houding en beleving aan. Ook in de lessen buiten de godsdienstlessen streven we naar christelijke zingeving. We verwachten dat de ouders zich hier tegenover loyaal opstellen. Van de leerlingen wordt verwacht dat zij positief inspelen op gebed, gebedsvieringen en sacramentele vieringen die in schoolverband worden gehouden. Wij respecteren de godsdienstige gezindheid van anderen zonder onze eigenheid prijs te geven. 2.1.4 Een dynamische school met degelijke structuren en aandacht voor deskundigheid We streven naar verbetering en uitbouw inzake deskundigheid. We staan open voor vernieuwing. Daarom krijgen de leerkrachten de kansen om zich op verschillende manieren bij te scholen. We streven een dynamische inzet van alle schoolparticipanten na. We streven een sanctiearme opvoeding na. 2.1.5 Een hechte school- en klasgemeenschap, geïntegreerd in de parochiegemeenschap. We besteden aandacht aan participatieve deelneming van allen die met de schoolgemeenschap te maken hebben in de geest van Jezus Christus zowel binnen als buiten de school. Binnen de school streven we naar optimale samenwerking tussen kinderen, leerkrachten, directie en ouders. We verwachten dat de leefregels door alle leden van de schoolgemeenschap worden gevolgd . We spelen in op initiatieven van de parochiegemeenschap en streven een integratie hierin na. Ouders die de volledige tekstbrochure van ons opvoedingsproject wensen, kunnen dit op aanvraag bij de directie bekomen. 2.1.6 Uitgangspunten van onze christelijke identiteit Wij zijn een katholieke school en willen een pedagogisch verantwoord onderwijs en kwaliteitsvolle opvoeding aanbieden. Onze inspiratie vinden wij in het evangelie en in de katholieke traditie. Vanuit onze verbondenheid met Go*d durven we als katholieke basisschool de toekomst hoopvol tegemoet zien en vertrouwen we erop dat onze inspanningen niet op niets uitlopen. Vanuit ons christelijk geïnspireerd mensbeeld geven we voorrang aan waarden als: de verantwoordelijkheid van ieder mens voor zijn handelen, genieten en dankbaar zijn voor wat ons gegeven is, vergeving kunnen geven en ontvangen als herstel van verbondenheid, … We bieden in onze school gevarieerde en zinvolle pastorale activiteiten aan.
In de godsdienstlessen die door alle leerlingen verplicht gevolgd worden komt de christelijke levensbeschouwing uitdrukkelijk ter sprake. 2.1.7 Een degelijk, samenhangend inhoudelijk aanbod Als school staan we stil bij wat kinderen moeten leren om op te groeien tot ‘goede’ mensen. Ons aanbod is gericht op de harmonische ontwikkeling van de totale persoon: hoofd, hart en handen. Doorheen ons aanbod brengen we kinderen in contact met alle componenten van de cultuur. In ons aanbod is een logische samenhang te vinden. We werken met leerlijnen, waardoor dus verder gebouwd wordt op wat kinderen reeds beheersen. We willen dat het leren van onze kinderen zin heeft en zin geeft en dat ze de dingen die ze leren kunnen plaatsen en gebruiken in hun leven. 2.1.8 Een doeltreffende aanpak en stimulerend opvoedingsklimaat We zoeken naar de beste aanpak om het leren van de kinderen te ondersteunen en te begeleiden. Leren is niet een vullen van vaten met alle mogelijke kennis, maar vooral verwerven van inzichten en vaardigheden. Onze opvoeding wordt gedragen door: Onze gerichtheid op de uniekheid van ieder kind De pedagogie van verbondenheid De pedagogie van het geduld Van onze leerkrachten verwachten wij dat ze: Model staan voor goed leren Strategische vragen stellen Aansluiten bij wat de leerlingen reeds beheersen Zinvolle contexten aanbieden Interactieve processen begeleiden Peilen naar de vorderingen Helpen en coachen 2.1.9 De ontplooiing van elk kind vanuit een brede zorg We streven ernaar elk kind centraal te stellen. We omringen kinderen daarom met brede zorg. Onze zorg heeft twee dimensies: We hebben aandacht voor de ‘gewone zorgvragen’ van alle kinderen.
-
We verbreden onze zorgen voor kinderen wiens ontwikkeling anders verloopt dan verwacht : sneller, trager, beperkter, moeilijker en te maken krijgen met obstakels.
2.1.10 Onze school als gemeenschap en als organisatie We erkennen onze partners in de opvoeding en het onderwijs van kinderen. We respecteren ieders verantwoordelijkheid en we zorgen voor een goede organisatie. Onze school wordt gedragen door het hele team onder de leiding van de directie. We werken samen, overleggen en streven naar een voortdurende kwaliteitsbewaking en – verbetering. We delen onze zorg voor kwaliteitsvol onderwijs met: de ouders als eerste verantwoordelijken voor de opvoeding ; het schoolbestuur dat de eindverantwoordelijkheid draagt ; externe begeleiders die ons ondersteunen ; de lokale kerkgemeenschap die verwijst naar de traditie en het geloof de lokale gemeenschap waarin we gestalte geven aan onze opvoedings- en onderwijsopdracht.
3. Schoolreglement (regelgeving) 3.1.Getuigschrift basisonderwijs Uitreiken van het getuigschrift Het schoolbestuur kan, op voordracht en na beslissing van de klassenraad, een getuigschrift basisonderwijs uitreiken aan een regelmatige leerling uit het gewoon lager onderwijs. Een regelmatige leerling is volgens het Decreet Basisonderwijs een leerling die slechts in één school ingeschreven is. In het basisonderwijs, of als leerplichtige in het kleuteronderwijs, moet de leerling daarenboven aanwezig zijn, behoudens gewettigde afwezigheid, en deelnemen aan alle onderwijsactiviteiten die voor hem of zijn leergroep worden georganiseerd. De klassenraad oordeelt autonoom op basis van een brede evaluatie, of een regelmatige leerling in voldoende mate, die doelen uit het leerplan die het bereiken van de eindtermen beogen heeft bereikt, om een getuigschrift basisonderwijs te bekomen. . Daarbij zal de groei die de leerling doorheen de schoolloopbaan maakte, en de zelfsturing die hij toont, zeker een rol spelen. Indien na toelichting blijkt dat de ouders
een kopie wensen, dan kan dat. De kosten die hiervoor gevraagd worden, zijn terug te vinden in de bijdrageregeling. De beslissing van de klassenraad is steeds het resultaat van een weloverwogen evaluatie in het belang van de leerling. Wanneer een leerling overlijdt in het schooljaar waarin hij normaliter het getuigschrift basisonderwijs zou ontvangen hebben, dan kan de klassenraad alsnog beslissen om het getuigschrift basisonderwijs postuum aan deze leerling toe te kennen. De school zal gedurende de hele schoolloopbaan van uw kind communiceren over zijn leervorderingen. Deze communicatie zal verlopen via rapportering, portfolio’s, leerlingenwerken, evaluaties op product, maar ook op processen, via leerling gesprekken, oudergesprekken, oudercontacten….. Ouders kunnen inzage in en toelichting bij de evaluatiegegevens krijgen. Indien na toelichting blijkt dat de ouders een kopie wensen, dan kan dat. Tussentijdse schriftelijke verslagen kunnen ter ondertekening worden aangeboden. Na 20 juni beslist de klassenraad op basis van onderstaande criteria of uw kind al dan niet het getuigschrift basisonderwijs kan krijgen. De beslissing wordt uiterlijk op 30 juni aan de ouders meegedeeld. De ouders worden geacht de beslissing omtrent het getuigschrift basisonderwijs uiterlijk op 1 juli in ontvangst te hebben genomen. Bij niet ontvangst, wordt het getuigschrift geacht op 1 juli te zijn ontvangen. De klassenraad houdt onder andere rekening met onderstaande criteria: -
De schoolrapporten van het lopende en voorafgaande schooljaar;
-
De evaluaties van het lopende en voorafgaande schooljaar;
-
De gegevens uit het LVS;
-
Het verslag van de leerkracht die tijdens het laatste schooljaar het hoogste aantal lestijden heeft gegeven aan de leerling.
-
IDP’s
De voorzitter en alle leden van de klassenraad ondertekenen het schriftelijk verslag.
Niet uitreiken van het getuigschrift. Iedere leerling die bij het voltooien van het lager onderwijs geen getuigschrift basisonderwijs krijgt, heeft recht op een attest afgeleverd door de directie met de vermelding van het aantal en de soort van gevolgde leerjaren lager onderwijs. Ouders die niet akkoord gaan met het niet toekennen van een getuigschrift basisonderwijs aan hun kind, hebben toegang tot een beroepsprocedure. De beroepsprocedure is vastgelegd in het schoolreglement. Ouders kunnen evenwel slechts een beroep instellen na een overleg met de directeur en zijn afgevaardigde binnen een termijn vastgelegd in het schoolreglement. De ouders stellen het beroep in bij het schoolbestuur. Het beroep wordt gedateerd en ondertekend en vermeldt ten minste het voorwerp van het beroep met beschrijving van de feiten en motivering van de ingeroepen bezwaren. Bij deze beschrijving kunnen overtuigingsstukken worden gevoegd. Het beroep tegen het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs dat behandeld wordt door de beroepscommissie leidt tot: 1. hetzij de gemotiveerde afwijzing van het beroep op grond van onontvankelijkheid als: a) de termijn voor indiening van het beroep, opgenomen in het schoolreglement, is overschreden; b) het beroep niet voldoet aan de vormvereisten opgenomen in het schoolreglement; 2. hetzij de bevestiging van het niet toekennen van het getuigschrift basisonderwijs, 3. hetzij de toekenning van het getuigschrift basisonderwijs. Het schoolbestuur aanvaardt de verantwoordelijkheid voor de beslissing van de beroepscommissie.
Beroepsprocedure: Let op:
-
wanneer we in dit punt spreken over ‘dagen’, bedoelen we telkens alle dagen (zaterdagen, zondagen, wettelijke en reglementaire feestdagen niet meegerekend). wanneer we spreken over directeur, hebben we het over de directeur of zijn afgevaardigde.
1.Ouders die een beroepsprocedure wensen op te starten, vragen binnen drie dagen na ontvangst van de beslissing tot het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs, een overleg aan bij de directeur. 2.Dit verplicht overleg met de directeur vindt plaats ten laatste de zesde dag na de dag waarop de rapporten werden uitgedeeld. Van dit overleg wordt een verslag gemaakt. 3.Na het overleg beslist de directeur om de klassenraad al dan niet opnieuw te laten samenkomen om het niet toekennen van het getuigschrift basisonderwijs te bevestigen of te wijzigen. 4.De directeur of de klassenraad brengen de ouders met een aangetekende brief op de hoogte van de beslissing via een grondige motivatie. 5.Binnen drie dagen na ontvangst van de beslissing van de directeur of van de klassenraad kunnen ouders met een aangetekende brief beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur. (Yves Demaertelaere Vzw Provincialaat Broeders van Liefde Stropstraat 119 9000 Gent) 6.Het verzoekschrift wordt aangetekend verstuurd en moet aan de volgende voorwaarden voldoen.
Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend; Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met feitelijke omschrijving en motivering waarom het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs betwist wordt. Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden. 7.Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie samenstellen. In de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel mensen
die aan de school of het schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken. 8.De ouders worden binnen tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen, uitgenodigd voor een gesprek. Zij kunnen zich daarbij laten bijstaan door een vertrouwenspersoon. In de brief met de uitnodiging zal staan wie de leden van de beroepscommissie zijn. De schoolvakanties schorten de termijn van tien dagen op. 9.De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus. De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen ofwel het getuigschrift basisonderwijs toekennen ofwel het beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten. 10.Het resultaat van het beroep wordt uiterlijk op 15 september via een aangetekende brief door de voorzitter van de beroepscommissie aan de ouders ter kennis gebracht.
3.2.Afwezigheden De school vindt de aanwezigheid van je kind belangrijk. Dit heeft immers gevolgen voor het verkrijgen en behouden van de schooltoelage. Alsook voor de toelating tot het eerste leerjaar. Leerlingen die ingeschreven zijn in een school en die leerplichtig zijn, moeten regelmatig aanwezig zijn in de school. Leerlingen die onwettig afwezig zijn, verliezen het statuut van regelmatige leerling. Zij kunnen tevens hun recht op schooltoelagen verliezen. De regelgeving bepaalt in welke situaties leerplichtige kinderen gewettigd afwezig kunnen zijn en welke de verplichtingen van de ouders en de school zijn. De regelgeving op afwezigheden is van toepassing op leerplichtige kinderen in het gewoon basisonderwijs. De regelgeving is ook van toepassing op leerlingen die, wegens verlengd kleuterschoolbezoek, op zesjarige leeftijd nog in het kleuteronderwijs zitten. Zij zijn op basis van hun leeftijd leerplichtig. Ook leerlingen die reeds op vijfjarige leeftijd zijn overgestapt naar het lager onderwijs vallen onder de reglementering.
Niet-leerplichtige leerlingen in het kleuteronderwijs kunnen niet onwettig afwezig zijn, aangezien ze niet onderworpen zijn aan de leerplicht en dus niet steeds op school moeten aanwezig zijn. Het is belangrijk dat kleuters regelmatig naar school komen. Kinderen die activiteiten missen, lopen meer risico om te mislukken en raken minder goed geïntegreerd in de klasgroep. We verwachten dat de ouders ook de afwezigheden van hun kleuter onmiddellijk melden omwille van veiligheidsoverwegingen. De minimale aanwezigheidsdrempel om het recht op een studietoelage te behouden, is afhankelijk van de leeftijd van de niet-leerplichtige kleuter. Kinderen die gedurende 2 schooljaren op rij “onvoldoende” op school aanwezig zijn, verliezen voor het tweede jaar het recht op een schooltoelage. Voor de kinderen die 5 jaar waren op 31/12/2014 speelt voldoende aanwezigheid in het kleuteronderwijs nog steeds een rol met het oog op de toelatingsvoorwaarden in het lager onderwijs. LEEFTIJD
Minimale aanwezigheidsdrempel
Nog geen 3 jaar op 31/12/2014
Minstens 100 halve dagen aanwezig op school
3 jaar op 31/12/2014
Minstens 150 halve dagen aanwezig op school
4 jaar op 31/12/2014
Minstens 185 halve dagen aanwezig op school
5 jaar op 31/12/2014
Minstens 220 halve dagen aanwezig op school
6 jaar en ouder op 31/12/2014
Maximaal 29 halve dagen ongewettigd afwezig
Afwezigheden wegens ziekte Voor ziekte tot en met drie opeenvolgende kalenderdagen volstaat een briefje van de ouders. Dergelijk briefje kan slechts vier keer per schooljaar door de ouders zelf geschreven worden. Vanaf de vijfde keer is een medisch attest vereist. Is een kind méér dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek dan is steeds een medisch attest vereist. Dat attest kan afkomstig zijn van een geneesheer, een geneesheerspecialist, een psychiater, een tandarts, een orthodontist en de administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo. Consultaties (zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts), moeten zoveel mogelijk buiten de schooluren plaatsvinden. De ouders verwittigen de school zo vlug mogelijk en bezorgen ook het attest zo vlug mogelijk. Wanneer een kind een chronische ziekte heeft die leidt tot verschillende afwezigheden zonder dat telkens een doktersconsultatie noodzakelijk is (bijv. astma, migraine,...) is het goed contact op te nemen met de school en het CLB. Het CLB kan dan een medisch attest opmaken dat de ziekte bevestigt. Wanneer een afwezigheid om deze reden zich dan effectief voordoet, volstaat een attest van de ouders. Een medisch attest wordt beschouwd als twijfelachtig in volgende gevallen: -
het attest geeft zelf de twijfel van de geneesheer aan wanneer deze schrijft “dixit de patiënt”; het attest is geantedateerd of begin- en einddatum werden ogenschijnlijk vervalst; het attest vermeldt een reden die niets met de medische toestand van de leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishouden.
De school zal het CLB contacteren telkens ze twijfels heeft over een medisch attest. Van rechtswege gewettigde afwezigheden In volgende situaties kan een kind gewettigd afwezig zijn. De ouders moeten een document met officieel karakter (1 - 5) of een verklaring (6) kunnen voorleggen ter
staving van de afwezigheid. Voor deze afwezigheden is geen voorafgaand akkoord van de directeur nodig. De ouders verwittigen de school vooraf van dergelijke afwezigheden.
1. het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van iemand die onder hetzelfde dak woont als het kind, of van een bloed- of aanverwant van het kind; 2. het bijwonen van een familieraad; 3. de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank (bijvoorbeeld wanneer het kind in het kader van een echtscheiding moet verschijnen voor de jeugdrechtbank); 4. het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg (bijvoorbeeld opname in een onthaal-, observatie- en oriëntatiecentrum); 5. de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht (bijvoorbeeld door staking van het openbaar vervoer, door overstroming,...); 6. het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling (anglicaanse, islamitische, joodse, katholieke, orthodoxe, protestants-evangelische godsdienst) Concreet gaat het over: - islamitische feesten: het Suikerfeest en het Offerfeest ( telkens 1 dag); - joodse feesten: het joods Nieuwjaar ( 2 dagen), de Grote Verzoendag (1 dag),het Loofhuttenfeest (2 dagen), het Slotfeest (2 laatste dagen), de Kleine Verzoendag (1 dag), het feest van Esther (1 dag), het Paasfeest (4 dagen), het Wekenfeest (2 dagen); - orthodoxe feesten: Kerstfeest (2 dagen), voor de jaren waarin het orthodox Kerstfeest niet samenvalt met het katholiek Kerstfeest, Paasmaandag, Hemelvaart en Pinksteren voor de jaren waarin het orthodox Paasfeest niet samenvalt met het katholieke Paasfeest. De katholieke feestdagen zijn reeds vervat in de wettelijk vastgelegde vakanties. De protestants-evangelische en de anglicaanse godsdienst hebben geen feestdagen die hiervan afwijken. 7. het actief deelnemen in het kader van een individuele selectie of lidmaatschap van een vereniging als topsportbelofte aan sportieve manifestaties. Het gaat over het kunnen deelnemen aan wedstrijden/tornooien of stages. De unisportfederatie dient een document af te leveren. Dit document is geldig voor één schooljaar en dient elk schooljaar vernieuwd te worden.
De afwezigheid kan maximaal 10 al dan niet gespreide halve schooldagen per schooljaar bedragen. Afwezigheden waarvoor de toestemming van de directeur nodig is Deze categorie afwezigheden verleent de specifieke situaties die niet altijd door de directeur akkoord is en mits voorlegging document of een verklaring van de ouders, één van de onderstaande redenen:
school autonomie om in te spelen op regelgeving op te vangen zijn. Indien de van, naargelang het geval, een officieel kan de leerling gewettigd afwezig zijn om
1. het overlijden van een persoon die onder hetzelfde dak woont als het kind of van een bloed- of aanverwant tot en met de tweede graad. (Voor de dag van de begrafenis zelf is geen toestemming van de directeur nodig. Het gaat hier over een periode die het kind eventueel nodig heeft om emotioneel evenwicht terug te vinden (rouwperiode)). Mits toestemming van de directeur kan zo ook een begrafenis van een bloed- of aanverwant in het buitenland bijgewoond worden. 2. het actief deelnemen aan een culturele of sportieve manifestatie, indien het kind hiervoor als individu of als lid van een club geselecteerd is. Het bijwonen van trainingen komt niet in aanmerking, wel bijv. de deelname aan een kampioenschap/competitie. 3. Het kind kan maximaal 10 halve schooldagen per schooljaar hiervoor afwezig zijn (hetzij achtereenvolgend, hetzij gespreid over het schooljaar). 4. de deelname aan time-out-projecten. Deze afwezigheden komen in het basisonderwijs zelden voor, maar in die situaties waarin voor een leerling een timeoutproject aangewezen is, is het in het belang van de leerling aangewezen om dit als een gewettigde afwezigheid te beschouwen. Voor sommige leerlingen is er geen andere oplossing dan hen tijdelijk te laten begeleiden door een externe gespecialiseerde instantie; 5. in echt uitzonderlijke omstandigheden afwezigheden voor persoonlijke redenen. Voor deze afwezigheden moet de directeur op voorhand zijn akkoord verleend hebben.. 6. afwezigheden wegens topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek. (sporttrainingen)
Dit kan slechts toegestaan worden voor maximaal 6 lestijden per week, mits het vooraf indienen van een dossier met de volgende elementen: - een gemotiveerde aanvraag van de ouders; - een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie; - een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap; - een akkoord van de directie.
Deze vijf categorieën van afwezigheden zijn geen automatisme, geen recht dat ouders kunnen opeisen. Enkel de directeur kan autonoom beslissen om deze afwezigheden toe te staan. De directeur mag onder geen beding toestemming geven om vroeger op vakantie te vertrekken of later terug te keren. De leerplicht veronderstelt dat een kind op school is van 1 september tot en met 30 juni. Afwezigheden van kinderen van trekkende bevolking, in zeer uitzonderlijke omstandigheden De volgende regels zijn van toepassing op de kinderen van binnenschippers, kermis- en circusexploitanten en -artiesten en woonwagenbewoners. Ze zijn niet van toepassing op kinderen die behoren tot de trekkende bevolking maar die ter plaatse verblijven (bijvoorbeeld in een woonwagenpark). Die kinderen moeten elke dag op school aanwezig zijn. Ouders behorend tot de categorie trekkende bevolking die hun kind inschrijven in een school, moeten er - net als alle andere ouders - op toezien dat hun kind elke dag op school aanwezig is. In uitzonderlijke omstandigheden kunnen zich situaties voordoen waarbij het onvermijdelijk is dat het kind tijdelijk met de ouders meereist. Deze situaties moeten op voorhand goed met de school besproken worden. De ouders maken samen met de school duidelijke afspraken over hoe het kind in die periode met behulp van de school verder de onderwijstaken zal vervullen (de school zorgt voor een vorm van onderwijs op afstand) en over hoe de ouders met de school in contact zullen blijven. Deze afspraken moeten in een overeenkomst tussen de ouders en de school neergeschreven worden. Enkel als de ouders hun engagementen naleven is het kind gewettigd afwezig.
Afwezigheden omwille van revalidatie tijdens de lestijden De directeur kan de afwezigheid van een leerling toestaan voor revalidatie tijdens de schooluren voor specifieke situaties en dit gedurende 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen.
Revalidatie op initiatief van de ouders kan enkel tijdens de schooluren als er een gemotiveerd verslag is. De toestemming van de directie is verplicht Na ziekte of ongeval De school heeft een dossier met daarin: - Een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lessen moet plaatsvinden. - Een medisch attest met de frequentie en de duur van de revalidatie. - Een advies van het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders. - De toestemming van de directeur. De 150 minuten kunnen uitzonderlijk overschreden worden mits een gunstig advies van de arts van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders. Een stoornis die vastgelegd is in een officiële diagnose De school heeft een dossier met daarin: - Een akkoord van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lessen moet plaatsvinden. - Een advies van het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders. Dit advies moet motiveren waarom het zorgbeleid van de school daarop geen antwoord kan geven en dat de revalidatietussenkomsten niet beschouwd kunnen worden als een schoolgebonden aanbod. - Een samenwerkingsovereenkomst tussen de school en de revalidatieverstrekker over de manier waarop de revalidatie het onderwijs aanvult, en hoe de informatie-uitwisseling zal verlopen. De revalidatieverstrekker bezorgt op het einde van het schooljaar een evaluatieverslag aan de directie van de school en van het CLB. - De toestemming van de directeur. De 150 minuten kunnen uitzonderlijk overschreden worden voor leerplichtige kleuters (dit zijn de kinderen in het kleuteronderwijs die de leeftijd van zes jaar hebben bereikt)
tot 200 minuten, verplaatsing inbegrepen mits een gunstig advies van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders. Voor leerlingen die vallen onder de toepassing van het Besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2003 betreffende de integratie van leerlingen met een matige of ernstige verstandelijke handicap in het gewoon lager onderwijs kan de afwezigheid maximaal 250 minuten per week bedragen, verplaatsing inbegrepen. De verzekering van de leerlingen die tijdens de lestijden revalidatie krijgen buiten de school, wordt tijdens de revalidatie en tijdens de verplaatsingen gedekt door de revalidatieverstrekker. Logopedie op school De therapeut betaalt een huurvergoeding voor de lokalen aan de school. Dit kan niet worden doorgerekend aan de ouders. De kinderen zijn gedekt door de verzekering BA van de logopediste die dit aan de directie elk schooljaar moet voorleggen. 2 .Afwezigheden ingevolge preventieve schorsing en tijdelijke en definitieve uitsluiting Het algemeen principe is dat de school bij preventieve schorsing en tijdelijke of definitieve uitsluiting in opvang voorziet. Enkel als de school aan de ouders schriftelijk motiveert waarom dit niet haalbaar is, moet de school niet voor opvang zorgen. Een afwezigheid ingevolge een preventieve schorsing, een tijdelijke of een definitieve uitsluiting en waarbij de school gemotiveerd heeft dat opvang niet haalbaar is, is een gewettigde afwezigheid
3.3 Problematische afwezigheden Alle afwezigheden die niet opgesomd en gewettigd kunnen worden zoals hierboven beschreven zijn te beschouwen als problematische afwezigheden. De school zal de ouders onmiddellijk contacteren bij elke problematische afwezigheid. Van zodra het kind meer dan 10 halve schooldagen problematisch afwezig is, stelt de school samen met het CLB een begeleidingsdossier op dat ter inzage is voor de verificateurs. School en CLB zullen in communicatie met de betrokken ouders een
begeleidingsplan opstellen voor de betrokken ouders en hun kinderen. U kan zich niet onttrekken aan deze begeleiding. Wij zullen op de volgende wijze samenwerken met u en met het CLB: onze CLBmedewerkster zal bij u op thuisbezoek komen of u uitnodigen voor een gesprek op school of op het CLB-centrum. U kan steeds bij ons terecht bij problemen. We zullen samen naar de meest geschikte aanpak zoeken. Na 30 halve dagen problematische afwezigheden verwittigt de school het Agentschap voor Onderwijsdiensten. Leerlingen die ongewettigd afwezig zijn (d.w.z. problematische afwezigheden die niet omgezet worden in gewettigde afwezigheden) verliezen hun statuut van regelmatige leerling overeenkomstig van het decreet basisonderwijs. Daartoe moeten wij de afwezigheden van uw kind doorgeven aan het departement onderwijs en aan het CLB. De aanwezigheid van uw kind op school heeft gevolgen voor het verkrijgen en behouden van de schooltoelage en voor de toelating tot het eerste leerjaar. Dit houdt in dat de betrokken leerling in het zesde leerjaar geen getuigschrift basisonderwijs kan krijgen
3.4Te laat komen Wij verwachten dat uw kind dagelijks en op tijd op school is. Wij verwachten dat u ons voor 9 uur verwittigt bij afwezigheid van uw kind. Te laat komen stoort het klasgebeuren. Ouders zien er op toe dat hun kind tijdig op school toekomt. Leerlingen die te laat komen, kunnen een sanctie oplopen van de klastitularis of directie. Leerlingen die (minimum 15 minuten) te laat zijn, melden zich vooraf bij het secretariaat, brugfiguur of directie.
3.5. Onderwijs aan huis Leerlingen vanaf 5 jaar (d.w.z. leerlingen die vijf jaar of ouder geworden zijn vóór 1 januari van het lopende schooljaar) hebben recht op tijdelijk onderwijs aan huis, synchroon internet onderwijs (bednet) of een combinatie van beiden. (kleuter- of lager onderwijs; 4 lestijden per week) indien volgende voorwaarden gelijktijdig zijn vervuld:
de leerling is meer dan 21 kalenderdagen ononderbroken afwezig wegens ziekte of ongeval (vakantieperiodes meegerekend);
de ouders hebben een schriftelijke aanvraag ingediend bij de directeur van de thuisschool; de aanvraag is vergezeld van een medisch attest waaruit blijkt dat het kind de school niet of minder dan halftijds kan bezoeken en dat het toch onderwijs mag volgen.
de afstand tussen de school (vestigingsplaats) en de verblijfplaats van betrokken leerling bedraagt ten hoogste 10 km.
voor chronisch zieke kinderen vervalt de wachttijd van 21 kalenderdagen. Deze kinderen hebben recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis na 9 halve schooldagen afwezigheid (moeten niet in een ononderbroken periode doorlopen). Telkens het kind daarop opnieuw 9 halve schooldagen afwezigheid heeft opgebouwd, heeft het opnieuw recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis;
voor chronisch zieke leerlingen moet bij de eerste aanvraag tijdens het betrokken schooljaar een medisch attest worden gevoegd, uitgereikt door een geneesheerspecialist, dat het chronisch ziektebeeld bevestigt en waaruit blijkt dat het kind onderwijs mag krijgen. Bij een nieuwe afwezigheid ten gevolge van deze chronische ziekte tijdens hetzelfde schooljaar is geen nieuw medisch attest vereist. Er dient wel een nieuwe aanvraag voor tijdelijk onderwijs aan huis ingediend te worden. Scholen die vrijwillig onderwijs aan huis organiseren op meer dan 10 km kunnen dit hier vermelden.
3.6. Geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning die niet afkomstig is van de Vlaamse Gemeenschap en de rechtspersonen die daarvan afhangen (reclame- en sponsorbeleid)
Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een schoolbestuur, directie, leraren, niet-onderwijzend personeel of leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt in schoolverband. Tegenprestaties zijn bijvoorbeeld het noemen van de sponsor in de schoolkrant of een opdruk op t-shirts. Voorbeelden van sponsoring zijn:
gesponsorde materialen zoals boekjes, video’s, folders, posters en spellen; gratis producten die winkels of bedrijven uitdelen aan leerlingen of ouders; gesponsorde activiteiten zoals schoolfeesten, sportdagen, schoolzwemmen en schoolreisjes; sponsoring van het schoolgebouw, bijvoorbeeld een leslokaal, de inrichting, computerapparatuur of cateringactiviteiten. Schenkingen, waar geen tegenprestatie tegenover staat, vallen dus niet onder het begrip sponsoring. Bij het sluiten van een sponsorovereenkomst worden de volgende regels als uitgangspunt gebruikt: sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen; sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school; sponsoring mag niet in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die een school aan het onderwijs stelt; sponsoring mag de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs niet beïnvloeden; sponsoring mag geen aantasting betekenen van de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen; sponsoring mag geen schade berokkenen aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Het schoolbestuur is altijd verantwoordelijk voor wat er in schoolverband plaatsvindt. Zelfs als het gaat om bijvoorbeeld de oudervereniging die een sponsorovereenkomst aangaat waarbij een tegenprestatie wordt gevraagd waarmee ouders of leerlingen in schoolverband worden geconfronteerd. Het schoolbestuur moet ook in zulke gevallen beoordelen of de sponsorovereenkomst verantwoord is. Als ouders het niet eens zijn met beslissingen van de school over sponsoring, kunnen zij daarover een klacht indienen bij de Commissie Zorgvuldig Bestuur -
3.7. Ongevallen en de schoolverzekering De schoolverzekering
1.De schoolverzekering is van toepassing wanneer de leerling zich in het schoolleven bevindt. Dit zijn alle schoolse en buitenschoolse activiteiten die met de school verband houden of zij gebeuren binnen of buiten de school, tijdens of na de lesuren, gedurende de schooldagen of tijdens de verlofdagen en vakantieperiodes. 2.Op de weg van en naar school: dit is het normale traject (de veiligste weg binnen de normaal voorziene tijd) dat de leerling dient af te leggen om zich van de woonplaats naar de school of naar elke andere plaats te begeven waar de verschillende activiteiten van het schoolleven plaatsvinden en omgekeerd. De lichamelijke letsels van de leerlingen zijn gedekt door de schoolverzekering. De leerlingen zijn verzekerd zowel op de school als op de weg van huis naar school en omgekeerd .Ze nemen in gelijk welke omstandigheid steeds de veiligste weg tussen school en thuis (dit is niet noodzakelijk de kortste). We vragen om jonge kleuters niet alleen met de rij te laten gaan, maar deze aan de schoolpoort te komen ophalen. De kinderen mogen enkel en alleen de school verlaten indien ze van de ouders een schriftelijk bewijs kunnen voorleggen aan de toeziende leerkracht of verantwoordelijke.
3.De ouders blijven op de weg van en naar de school aansprakelijk voor hun kinderen wanneer zich een ongeval voordoet met schade aan derden. Hiervoor wordt de familiale verzekering van de ouders aangesproken. Wanneer leerlingen persoonlijk aansprakelijk zijn voor schade aan medeleerlingen of derden komt de familiale verzekering van de ouders tussen. We raden daarom de ouders aan een familiale verzekering af te sluiten voor hun kinderen. Ongevallen De verzekering dekt alleen lichamelijke verwondingen. Stoffelijke schade (bijv.gescheurde klederen, gebroken brilmontuur...) wordt niet vergoed. De verzekering dekt ook alle leeruitstappen in schoolverband onder begeleiding van de leerkrachten. Ook door de school erkende of georganiseerde naschoolse en buitenschoolse activiteiten zoals kleutergym, vakantiekampen, …vallen onder de schoolverzekering. Wat doet onze school wanneer een kind zich bezeerd heeft? 1.
Lichte kwetsuren (vb. schaafwonden)
Worden door de leerkrachten zelf verzorgd. Er is een EHBO voorziening voor de
kleuterschool en voor de lagere school. Eventueel komt een dokter of de schoolarts naar de school om de eerste zorgen toe te dienen. 2.
Zwaardere kwetsuren (vb. verstuikingen, breuken, ernstige wonden,…)
De ouders of grootouders worden zo vlug mogelijk verwittigd. De school mag zelf niet instaan voor vervoer naar het ziekenhuis. Er wordt aan de ouders gevraagd het kind te komen halen en zelf te begeleiden naar de spoed van het dichtst gelegen ziekenhuis. Bij ernstige ongevallen wordt uiteraard een beroep gedaan op een ziekenwagen. 3.
In geval van twijfel wordt er steeds een dokter geraadpleegd.
4.
Verzorging
Het toedienen van medicatie wordt herleid tot het strikte minimum. In de meeste gevallen zullen we eerst de ouders raadplegen. Mocht uw kind allergisch zijn aan bepaalde ontsmettingsmiddelen, gelieve dit dan aan de school te melden (bij inschrijving of aan het begin van het schooljaar). De school voorziet in een ontsmettingsmiddel met 10 procent desinfecterende HAC. Bij toedienen in de klas (tijdens de schooluren of op de middag) van medicatie is ook een medisch attest van de huisarts en een schriftelijke goedkeuring van de ouders nodig! Bijlage 3 : medicatiefiche Het financiële U ontvangt steeds een medisch attest voor de dokter dat u laat invullen en zo snel mogelijk aan de school bezorgt. Het tweede formulier is een uitgavenstaat dat u ondertekent en met uw rekeningnummer aan de school bezorgt als de mutualiteit het ongeval heeft afgesloten. Formulieren van de schoolverzekering zijn te verkrijgen bij de directie. Deze worden steeds meegegeven bij een ongeval. 1. 2. 3. 4.
Als ouder betaalt u eerst alle kosten. De school doet na melding van het ongeval aangifte bij de schoolverzekering. De dokter vult het medisch attest in (blad 1 van het formulier). Achteraf gaat u als ouder met alle onkostennota’s naar uw ziekenfonds.
U krijgt een deel van de kosten terugbetaald door het ziekenfonds en u laat blad 2 van het formulier door uw ziekenfonds invullen (ofwel niet u er een kwijtschrift van het ziekenfonds aan). 6. Blad 2 van het formulier vervolledigt u met andere kosten (b.v. apothekerskosten) bezorgt u terug aan de school. Gelieve ook de gegevens i.v.m. het rekeningnummer in te vullen en te ondertekenen. 7. De school stuurt alles door naar de verzekering en normaal binnen een drietal weken krijgt u het verschuldigde bedrag (gedane kosten – teruggave ziekenfonds). 5.
De omvang van de waarborg -
-
-
-
Burgerlijke aansprakelijkheid (per gebeurtenis) Lichamelijke schade (€ 14 873 611,49) Materiële schade (€ 2 478 935,20) Lichamelijke ongevallen Behandelingskosten (€ 24 789,35 boven mutualiteitsbijdrage) met inbegrip van: Tandprothese (€ 1859,20) met max. per tand (€ 458,60) Verzorging in buitenland (max. € 4957,87) Begrafeniskosten (max. € 2478,94) Opzoekings– en repatriëringskosten (€ 2478,93) Overlijden Per slachtoffer (€ 2478,94) Invaliditeit Blijvende invaliditeit aan 100 % per slachtoffer (€ 12 394,67) Gerechtelijke bescherming (€ 12 394,67). Materiële schade wordt niet vergoed. Uitzondering zijn de prothesen (brilglazen, oorapparaten, contactlenzen) bij een lichamelijk ongeval.
Autoverzekering Personen die met de eigen wagen rijden in dienst van de school: dit valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de chauffeur: dit betekent dat men in geval van een autoongeval de eigen verzekering dient aan te spreken. De schade aan derden dient in eerste instantie geregeld te worden via de verplichte verzekering BA auto. Indien de verplaatsing in opdracht van de school gebeurt, kan voor de eigen materiële schade aan de auto beroep gedaan worden op de verzekering omnium dienstverplaatsingen. Voorwaarde is wel dat de verplaatsing ingeschreven werd in het register en dat bij schade zonder tegenpartij aangifte wordt gedaan bij de politie. Er is wel een franchise en een maximum tussenkomst voorzien.
Polissen zijn steeds ter inzage bij de directie Vrijwilligers De school maakt bij de organisatie van verschillende activiteiten gebruik van vrijwilligers. De nieuwe wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van de vrijwilligers verplicht o.m. de scholen om aan de vrijwilligers een organisatienota voor te leggen. Onze school heeft een verzekering afgesloten voor alle vrijwilligers die activiteiten uitvoeren op school of op een plaats gelijkgesteld aan de school. B.v. om een karwei uit te voeren, een klas te helpen begeleiden, … Verplichte verzekering De school heeft de schoolpolis uitgebreid tot dekking van de burgerlijke aansprakelijkheid, met uitzondering van de contractuele aansprakelijkheid, van de organisatie en de vrijwilliger. Het verzekeringscontract werd afgesloten bij de maatschappij Fortis onder het polisnummer (63110218). Tevens heeft de school de polis arbeidsongevallen uitgebreid tot dekking van de lichamelijke schade die geleden is door vrijwilligers bij ongevallen tijdens de uitvoering van het vrijwilligerswerk of op weg naar en van de activiteiten. Het verzekeringscontract werd afgesloten bij de maatschappij Fortis onder het polisnummer (63110218). Beide polissen liggen ter inzage op het schoolsecretariaat. Vergoedingen De activiteit wordt onbezoldigd en onverplicht verricht. De organisatie voorziet in geen enkele vergoeding voor vrijwilligersactiviteiten. Aansprakelijkheid De school is aansprakelijk voor de schade die de vrijwilliger aan derden veroorzaakt bij het verrichten van vrijwilligerswerk. Ingeval de vrijwilliger bij het verrichten van vrijwilligerswerk de school of derden schade berokkent, is hij enkel aansprakelijk voor zijn bedrog en zijn zware fout. Voor zijn lichte fout is hij enkel aansprakelijk als die hem eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt.
Geheimhoudingsplicht Het vrijwilligerswerk houdt in dat de vrijwilliger geheimen kan vernemen ten aanzien waarvan hij gehouden is tot de geheimhoudingsplicht.. Deze bepaling richt zich vooral tot vrijwilligers die actief zijn binnen telefonische hulpverlening zoals Tele-Onthaal, de Zelfmoordlijn en andere vormen van hulpverlening waarbij vrijwilligers in contact komen met vertrouwelijke informatie.
3.8.Zittenblijven en vormen van leerlingengroepen De klassenraad beslist, in overleg en in samenwerking met het CLB dat onze school begeleidt, of je kind kan overgaan naar een volgende leerlingengroep. Beslist de school dat je kind een jaar overdoet, dan is dit omdat ze ervan overtuigd is dat dit voor je kind de beste oplossing is. De genomen beslissing wordt ten aanzien van de ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht. De school geeft ook aan welke bijzondere aandachtspunten er in het daaropvolgende schooljaar voor je kind zijn. De school neemt deze beslissing dus in het belang van je kind. Het is de school die beslist in welke leerlingengroep je kind, die in de loop van zijn schoolloopbaan van school verandert, terechtkomt. Leerlingengroepen kunnen heringedeeld worden op basis van een gewijzigde instroom. (Bijvoorbeeld in de kleuterschool na een instapdatum). Nieuwe pedagogische inzichten maken het ook mogelijk om groepen flexibel te gaan inrichten: menggroepen, niveaugroepen, differentiatiegroepen... De school zal de ouders daar steeds over informeren, maar behoudt het recht daar zelf in te beslissen. Het is ook de school die beslist welke leerlingen in een taalbadklas zullen zitten en hoelang dit traject zal duren. Indien een individueel leertraject nodig zou zijn, gaat de school hierover in overleg met de ouders.
3.9 Orde- en tuchtmaatregelen Het orde- en tuchtreglement is een middel om de goede gang van zaken in onze opvoedingsgemeenschap te vrijwaren. Ordemaatregels.
Wanneer een leerling de goede werking van de school hindert of het lesverloop stoort, kan er een ordemaatregel worden genomen (en/of kunnen er meer bindende gedragsregels worden vastgelegd in een geschreven begeleidingsplan). Mogelijke ordemaatregelen zijn:
een verwittiging strafwerk een tijdelijke verwijdering uit de les gevolgd door aanmelding bij de directie.
Deze ordemaatregelen kunnen genomen worden door elk personeelslid van de school in samenspraak met de directie. Tegen een ordemaatregel is geen beroep mogelijk. Preventieve schorsing als bewarende maatregel 1.In uitzonderlijke situaties kan de directeur of zijn afgevaardigde bij het begin van de tuchtprocedure beslissen om je kind preventief te schorsen. Deze bewarende maatregel dient om te kunnen nagaan of een tuchtsanctie aangewezen is. Een preventieve schorsing kan meermaals worden herhaald. 2.De beslissing tot preventieve schorsing wordt schriftelijk en gemotiveerd meegedeeld aan de ouders van de betrokken leerling. De directeur bevestigt deze beslissing in de brief waarmee de tuchtprocedure wordt opgestart. De preventieve schorsing gaat onmiddellijk in en duurt in principe niet langer dan vijf opeenvolgende schooldagen. Uitzonderlijk kan deze periode eenmalig met vijf opeenvolgende schooldagen verlengd worden, indien door externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste periode kan worden afgerond. De directeur motiveert deze beslissing.
Tuchtmaatregels. Wanneer het gedrag van een leerplichtige leerling in het lager onderwijs een gevaar of ernstige belemmering vormt voor de goede werking van school of voor de fysieke of psychische veiligheid en integriteit van medeleerlingen, van zichzelf, personeelsleden of anderen, dan kan de directeur een tuchtmaatregel nemen.
Let op: wanneer we spreken over directeur, hebben we het over de directeur of zijn afgevaardigde. Mogelijke tuchtmaatregelen zijn: -
een tijdelijke uitsluiting van minimaal één schooldag en maximaal vijftien opeenvolgende schooldagen;
-
een definitieve uitsluiting.
Procedure tot tijdelijke en definitieve uitsluiting Let op: wanneer we in dit punt spreken over ‘dagen’, bedoelen we telkens alle dagen (zaterdagen, zondagen, wettelijke en reglementaire feestdagen niet meegerekend.) Bij het nemen van een beslissing tot tijdelijke en definitieve uitsluiting wordt de volgende procedure gevolgd: 1.De directeur wint het advies van de klassenraad in en stelt een tuchtdossier samen. In geval van een definitieve uitsluiting wordt de klassenraad uitgebreid met een vertegenwoordiger van het CLB die een adviserende stem heeft. 2.De leerling, zijn ouders en eventueel een vertrouwenspersoon worden per aangetekende brief uitgenodigd voor een gesprek met de directeur. De uitnodiging moet minstens vijf dagen vooraf bezorgd worden aan de ouders. Een personeelslid van de school of van het CLB kan bij een tuchtprocedure niet optreden als vertrouwenspersoon van jou en je ouders. 3.Intussen hebben de ouders en hun vertrouwenspersoon inzage in het tuchtdossier, met inbegrip van het advies van de klassenraad. 4.Na het gesprek neemt de directeur een beslissing. Deze beslissing wordt schriftelijk gemotiveerd en binnen een termijn van vijf dagen aangetekend aan de ouders van de betrokken leerling bezorgd. De beslissing vermeldt de beroepsmogelijkheden. Als ouders geen inspanning doen om hun kind in een andere school in te schrijven, krijgt de definitieve uitsluiting effectief uitwerking na één maand (vakantiedagen niet meegerekend). Is het kind één maand na de schriftelijke kennisgeving nog niet in een
andere school ingeschreven, dan is onze school niet langer verantwoordelijk voor de opvang van de uitgesloten leerling. Het zijn de ouders die erop moeten toezien dat hun kind aan de leerplicht voldoet. Het CLB zoekt mee naar een andere school. Ten gevolge van een definitieve uitsluiting het huidige, het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar kan het schoolbestuur de betrokken leerling weigeren terug in te schrijven. Opvang op school in geval van preventieve schorsing en (tijdelijke en definitieve) uitsluiting Wanneer je kind tijdens een tuchtprocedure preventief geschorst wordt of na de tuchtprocedure tijdelijk wordt uitgesloten, is je kind in principe op school aanwezig, maar neemt die geen deel aan de activiteiten van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang van je kind niet haalbaar is voor de school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend gemaakt aan de ouders. In geval van een definitieve uitsluiting heeft de uitgesloten leerling één maand de tijd om zich in een andere school in te schrijven. In afwachting van deze inschrijving is je kind in principe op school aanwezig, maar neemt die geen deel aan de activiteiten van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang van je kind niet haalbaar is voor de school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend gemaakt aan de ouders. Beroepsprocedures tegen tuchtmaatregelen Beroepsprocedure na een tijdelijke uitsluiting Ouders kunnen tegen de beslissing tot tijdelijke uitsluiting beroep aantekenen. De procedure gaat als volgt: 1.Binnen vijf dagen na ontvangst van de beslissing tot tijdelijke uitsluiting kunnen ouders schriftelijk beroep indienen bij de voorzitter van de interne beroepscommissie 2.De interne beroepscommissie komt samen binnen vijf dagen na ontvangst van het beroep. De leerling en de ouders worden opgeroepen om te verschijnen voor deze interne beroepscommissie.
3.Intussen hebben de ouders inzage in het dossier. 4.De interne beroepscommissie brengt de ouders binnen vijf dagen per aangetekende brief op de hoogte van haar gemotiveerde beslissing. Deze beslissing is bindend voor alle partijen.
Beroepsprocedure na een definitieve uitsluiting Ouders kunnen tegen de beslissing tot definitieve uitsluiting beroep aantekenen. De procedure gaat als volgt: 1.Binnen vijf dagen na ontvangst van de beslissing tot definitieve uitsluiting kunnen ouders via een aangetekend schrijven beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur. (Yves Demaertelaere Vzw Broeders van Liefde Stropstraat 119 9000 Gent) Het verzoekschrift wordt aangetekend verstuurd en moet aan de volgende voorwaarden voldoen.
Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend; Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met feitelijke omschrijving en motivering waarom het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs betwist wordt. Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden. 2.Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie samenstellen. In de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel mensen die aan de school of het schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken.
3.De ouders worden binnen tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen uitgenodigd voor een gesprek. De beroepscommissie zal steeds jou en je ouders uitnodigen voor een gesprek. Jullie kunnen je daarbij laten bijstaan door een vertrouwenspersoon. In de brief met de uitnodiging zal staan wie de leden van de
beroepscommissie zijn. het gesprek gebeurt ten laatste tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen. De schoolvakanties schorten te termijn van tien dagen op. 4.De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus. De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen ofwel vernietigen ofwel het beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten. 5.De voorzitter van de beroepscommissie zal de gemotiveerde beslissing binnen een termijn van vijf dagen met een aangetekende brief aan de ouders meedelen. De beslissing is bindend voor alle partijen. Het beroep schort de uitvoering van de beslissing tot uitsluiting niet op.
3.10.Engagementsverklaring Ouders hebben hoge verwachtingen van de school voor de opleiding en opvoeding van hun kinderen. Onze school zet zich elke dag in om dit engagement waar te maken, maar in ruil verwachten we wel de volle steun van de ouders. Daarom maken we in onderstaande engagementsverklaring wederzijdse afspraken. Zo weten we duidelijk wat we van elkaar mogen verwachten. Ouders en school zullen op afgesproken momenten de engagementen en het effect ervan evalueren. Onze school kiest voor een intense samenwerking met de ouders. We doen dat omdat we partners zijn in de opvoeding van uw kind. Het is goed dat u zicht hebt op de werking van de school. Daarvoor plannen we bij het begin van elk schooljaar een ouderavond in de klas van uw kind. U kan er kennis maken met de leerkracht van uw kind en met de manier van werken). We willen u op geregelde tijden informeren over de evolutie van uw kind. We organiseren ook geregeld individuele oudercontacten. Bij het begin van elk schooljaar laten we u weten op welke data die doorgaan. Wie niet op het oudercontact kan aanwezig zijn kan een gesprek aanvragen op een ander moment. Als u zich zorgen maakt over uw kind of vragen hebt over de aanpak dan kan u op elke moment zelf een gesprek aanvragen met de leerkracht van uw kind. Dat doet u via een afspraak bij de directie of klasleerkracht. Wij verwachten dat u zich als ouder samen met ons engageert om nauw samen te werken rond de opvoeding van uw kind en steeds ingaat op onze uitnodigingen tot oudercontact.
Wij engageren ons om steeds te zoeken naar een alternatief overlegmoment indien u niet op de geplande oudercontactmomenten kan aanwezig zijn. Wij verwachten dat u met ons contact opneemt bij vragen of zorgen t.a.v. uw kind. Wij engageren ons om met u in gesprek te gaan over uw zorgen en vragen t.a.v. de evolutie van uw kind.
Positief engagement ten aanzien van de onderwijstaal. (toegevoegd op 20 sept 2009 na lopoverleg) Onze school is een Nederlandstalige school. Niet alle ouders voeden hun kind op in het Nederlands. Dit kan ertoe leiden dat hun kind het wat moeilijker heeft bij het leren. Wij als school engageren er ons toe alle kinderen zo goed mogelijk te begeleiden bij hun taalontwikkeling. Wij verwachten van de ouders dat ze positief staan ten aanzien van extra initiatieven en maatregelen (taaltraject en/of taalbad) die de school neemt om de taalachterstand van hun kind weg te werken en dat ze er alles aan doen om hun kind, ook in de vrije tijd, te stimuleren bij het leren van Nederlands. De school kan op maat van de ouders de volgende tips geven: Tips voor ouders om het Nederlands te stimuleren bij hun kinderen: zelf Nederlandse lessen volgen : een CVO of het Provinciaal avondonderwijs. Intake :bij Huis van het Nederlands (Kongostraat 42, 9000 Gent) uw kind laten aansluiten bij een Nederlandstalige jeugdbeweging, sportclub, cultuurgroep of academie voor muziek of kunst, uw kind in zijn vrije tijd geregeld laten spelen met Nederlandstalige vriendjes uw kind inschrijven in Nederlandstalige vakantiekampen / taalkampen uw kind naschools extra Nederlandse lessen laten volgen gebruik te maken van mogelijkheden tot Nederlandstalige begeleiding van uw kind bij het maken van zijn huistaak, leren van lessen, … b.v. door uw kind in de studie te laten blijven, boek op bezoek, huistaakbegeleiding,… uw kind geregeld naar Nederlandstalige tv-programma’s te laten kijken en er samen over praten uw kind geregeld naar Nederlandstalige radioprogramma’s te laten luisteren uw kind Nederlandstalige computerspelletjes laten spelen indien u Nederlands leest, voorlezen uit een Nederlandstalig jeugdboek
-
-
(Nederlandstalige boeken) ontlenen in de bibliotheek en eruit voorlezen of uw kind zelf laten lezen binnen de school zoveel mogelijk Nederlands praten met uw kind, andere kinderen, schoolpersoneel, andere ouders bij contact met de school zelf Nederlands proberen praten of de school verwittigen zodat zij een tolk kunnen voorzien. De school van haar kant engageert er zich toe de keuze van de thuistaal van de ouders te eerbiedigen, begrip op te brengen voor de eigen gezinssituatie van de leerlingen en de ouders te ondersteunen, met name door: nuttige informatie over Nederlandstalige vrijetijdsactiviteiten en organisaties door te geven, indien nodig en mogelijk, te voorzien in een tolk bij contacten met de ouders, actief kennismaken met de bib, spelotheek, andere activiteiten van de Brede school
4.Schoolreglement (afspraken) 4.1 De organisatie van de schooluren 4.2 Voor- en naschoolse opvang De kleuteractiviteiten en de lessen in de lagere school worden gegeven van 8.25 u. tot 12.00 uur in de voormiddag en van 13.15u. tot 15.20 uur in de namiddag op de vijf werkdagen, behalve op woensdagnamiddag en in de schoolvakanties. Kleuters en lagereschoolkinderen dienen 5 minuten voor de aanvang van de activiteiten aanwezig te zijn. Leerlingen die niet in de opvang blijven, kunnen zich ‘s morgens ten vroegste om 8 uur en ‘s middags ten vroegste om 13.00 uur aanmelden op de speelplaats, waar vanaf die momenten toezicht is voorzien. Op tijd komen is belangrijk voor uw kind. Laatkomers storen de les. De schoolpoort gaat voor de kinderen open: ’s morgens om 8.00u ’s middags om 13.00u Afspraken kunnen per vestiging verschillen. Bijlage 4:welkombrochures RN/DD
De leerlingen kunnen zowel voor- als naschools opgevangen worden op school, tegen een vaste vergoeding die maandelijks verrekend wordt. De tarieven hiervoor worden jaarlijks meegedeeld via een afzonderlijke brief, of in de loop van het schooljaar bij elke wijziging ervan. Middagtoezicht tussen 12 en 13u is betalend ! (prijzen: zie prijslijst) U ontvangt elke schooljaar een attest voor de belastingen met uw betalingsoverzicht voor de opvangkosten! U krijgt hierop een deel terugbetaald door de belastingen. Het spreekt voor zich dat uiteraard de leerlingenrekeningen dienen vereffend te zijn alvorens u recht hebt op het verkrijgen van het attest i.f.v. de terugbetaling via de belastingen voor de opvangkosten. Tijdens de vakanties gaan er FREETIME-kampen door op De Deynestraat. Leerlingen van Sint-Paulus (De Deyne en Rerum Novarumplein) betalen €40 (enkel cash betalen) per extern kamp! Deze kampen worden niet door de school georganiseerd. Inschrijven kan wel via de school i.s.m. Freetime!
Maandag-dinsdag-donderdag-vrijdag: opvang op het Rerum Novarumplein en De Deynestraat van 7.00u - 8.00u van 15.30u - 18.00u (vrijdag op RN/DD tot 17u) Woensdagnamiddagopvang: Van 11.35u-14.00u: !!!Opgelet: opvang op E. De Deynestraat 2. De kinderen dienen daar afgehaald te worden (ook deze van Rerum Novarum). Vanaf 14.00 kunnen de kleuters terecht in het stibo op de Panda; kinderen van de lagere school kunnen terecht op de Leebeek.
4.3
Hoe de school contacteren: communicatie
Directie: Isabelle Dick: telefonische afspraak 09 222 11 68 of via mail:
[email protected] Brugfiguur RN : Nathalie Van de Voorde: aan de schoolpoort of telefonisch 09/221.54.75 of 0473 54 27 11 of
[email protected] Brugfiguur DD Kaat Van Wouwe via
[email protected] tel 0477 87 27 95 Zorgcoördinator lager DD/RN Christa Devoldere: 0473 54 31 39 via
[email protected] Zorgleerkracht :lager DD Kathleen Gillis : 0476 96 31 17of
[email protected]
Zorgcoördinatoren kleuter DD Iris Severens : 0477 87 27 83
[email protected] Zorgcoördinator kleuter RN Evelien Jacobs : 0477 87 27 86
[email protected] Zorgleerkracht :kleuter RN Annie Mortier :
[email protected] De klasleerkrachten zijn steeds een kwartier voor- en naschools aanwezig en kunnen dan aangesproken worden in dringende gevallen. Iedereen is ook via email bereikbaar. Maak liefst via de leerlingenagenda of telefonisch een afspraak. Zo kan de leerkracht voldoende tijd voor u vrijmaken. Bijlage 5 : contactgegevens
4.4. De organisatie van de oudercontacten 1.Georganiseerde oudercontacten Elk schooljaar wordt per trimester een oudercontact georganiseerd: Begin van het schooljaar: klassikaal oudercontact
-
Na de herfstvakantie : individueel oudercontact Kort na nieuwjaar: individueel oudercontact Einde schooljaar: individueel oudercontact
2.Niet-georganiseerde oudercontacten De leerkracht en ouders kunnen tussentijds evenwel een bijkomend gesprek organiseren. De uitnodiging hiervoor kan schriftelijk, mondeling of telefonisch gebeuren. (eventueel ook door de zorgcoördinator) We kunnen niet toestaan dat ouders zonder afspraak naar de klas stappen, zeker niet tijdens de lesuren.
4.5. Huiswerk, agenda’s en rapporten 4.5.1 Leerlingen systematisch opvolgen. 4.5.1.1 Uitgangspunten en visie : 1.Door de ontwikkeling van alle leerlingen systematisch op te volgen, kunnen Leerkrachten evalueren of de eigen onderwijsaanpak kwaliteitsvol genoeg is in functie van het leren van alle leerlingen. Daardoor kan er gericht ingespeeld worden op de onderwijsbehoeften van elke leerling Leerlingen evalueren heeft dus een dubbel doel. Zien hoe de leerling evolueert en functioneert. Kijken naar het effect van de klaspraktijk? Evaluatie kan zo gebruikt worden als hefboom om de leeromgeving krachtiger te maken 2.Op een brede manier de stappen opvolgen die leerlingen in hun ontwikkeling zetten, kan bijvoorbeeld via: observaties van de manier waarop leerlingen opdrachten uitvoeren; observaties van het totaalbeeld van alle leerlingen; signaleringslijsten voor de totale ontwikkeling; resultaten van harde en zachte evaluatie; portfolio’s, toetsen en rapporten; analyses om sterktes van leerlingen in beeld te brengen; foutenanalyses om het didactisch handelen te richten. Breed kijken naar leerlingen en hen opvolgen kan niet zonder dat je gegevens verzamelt en registreert. Het leerlingendossier brengt de ontwikkeling van de leerling zo ruim mogelijk in kaart. Alle leerlingen worden systematisch gevolgd.
3.Evalueren is een cyclisch proces dat uit verschillende stappen bestaat. Het zit verweven in het hele leerproces: vaststellen: observeren, gegevens (data) verzamelen, analyseren, informatie opzoeken beoordelen: interpreteren, reflecteren, expliciteren, rapporteren, communiceren handelen: nieuwe doelen en acties bepalen, acties uitvoeren, bijsturen.Bij het beoordelen houden we ook rekening met de contextgegevens van de leerlingen (opvoedingssituatie) en met de leerlingenkenmerken. Evalueren is gericht op het eigenlijke leerproces en op het product, het resultaat. Over beide wordt er ook geïnformeerd en gerapporteerd. 4.Elke leerling wordt opgevolgd door observaties en toetsen. Dat resulteert meestal in een rapport. De klemtoon ligt daarbij meestal op summatieve evaluatie. Men beoordeelt of de leerlingen de leerdoelen heeft bereikt. Formatieve evaluatie, waarbij het leerproces van de leerling in kaart wordt gebracht, is minstens even belangrijk. Rapporteren is de communicatie tussen alle betrokkenen over het leerproces en mag niet verengd worden tot resultaten op het schoolrapport. Het rapport dient om de verdere ontwikkeling van de leerling te ondersteunen 5.Vanuit het M-decreet wordt duidelijk dat je bij het opvolgen van leerlingen ook rekening houdt met verschillen in onderwijsbehoeften. Dit betekent dat men breed naar leerlingen kijkt. Het accent van het observeren van tekorten wordt verlegd naar het opmerken van talenten (geloof in groei). 6.Vanuit het M-decreet betekent systematisch opvolgen ook het noteren van die maatregelen die je voor een leerling treft, om zijn leerproces zo goed mogelijk te laten verlopen. Remediërende, differentiërende, compenserende en dispenserende maatregelen worden meestal gelinkt aan de fase van de verhoogde zorg.(redelijke aanpassingen/sticordi) 7.Stimulerende maatregelen behoren tot de brede basiszorg. Met een brede kijk en de nodige creativiteit worden er verschillende vormen van stimulerende maatregelen toegepast. De leerkracht denkt er bewust over na hoe ze elke leerling kan blijven motiveren en stimuleren om verder te ontwikkelen. De positieve kenmerken van de leerling worden expliciet bevestigd.
8.Evaluatie is een kwestie van dialoog .Leerlingen krijgen systematisch feedback op hun prestaties en vorderingen – bij voorkeur het soort feedback dat energie voor leren geeft. De kinderen leren gaandeweg om zichzelf kritisch en objectief te evalueren, en om conclusies te trekken over de stappen in hun leerproces die ze zouden moeten zetten. 4.5.1.2 Daarom willen we… -Ons leerlingvolgsysteem afstemmen op breed observeren en breed evalueren doorheen alle fasen van het zorgcontinuüm -Op lange termijn op zoek gaan naar passende observatie- en evaluatiesystemen die een beeld geven van de totale persoon en van de ontwikkelingsprocessen van het kind. Dergelijke evaluatiesystemen stellen ons ook beter in staat om het kind beter te oriënteren. De evaluatie richt zich niet alleen op het product, maar ook op het proces van taakuitvoering; niet alleen op individuele prestaties en verdiensten, maar ook op gezamenlijk en gedeeld werk. -Reflectie van het kind bij de evaluatie inbouwen. Kinderen gaandeweg leren om zichzelf kritisch en objectief te evalueren, en om conclusies te trekken over de stappen in hun leerproces die ze zouden moeten zetten. -Ook aan ouders volop de kans geven om hun ideeën, zorgen en gevoelens omtrent het welbevinden, de groei, talenten en de beperkingen van hun kind te uiten. Ouders en schoolteams zijn partners in het gezamenlijk project dat erop gericht is om de energieleren-cyclus van ‘hun’ kinderen volop draaiende te houden. 4.5.1.3 Praktische afspraken : De school werkte een huistaakbeleid uit. (zie bijlage 7) Elke leerkracht formuleert hierin de afspraken rond taken en lessen. Een opgelegd schriftelijk strafwerk wordt door de ouders niet tegengewerkt en dient door hen ondertekend te worden. a)
Agenda
De schoolagenda wordt door de ouders regelmatig nagekeken. Leerkrachten kunnen vragen om de agenda dagelijks te ondertekenen, deze afspraak wordt o.a. meegedeeld tijdens het eerste klassikale oudercontact. Het is evident dat leerlingen de plicht hebben de voorziene taken en lessen netjes en degelijk uit te voeren.
De kleuters hebben een heen- en weerschriftje. b) Rapportering
Maandelijks ontvangen de leerlingen een opvoedingsrapport of leefrapport. Het leerrapport wordt vijf maal per jaar meegegeven. Het leefrapport refereert naar de aandachtspunten van het opvoedingsplan en naar de leerattitude. Er is ruimte voorzien voor communicatie tussen thuis en school. Voor de leerlingen van de derde graad is zelfs zelfevaluatie voorzien. Het leerrapport in de lagere school geeft een cijfermatige of andere beoordeling van de leervakken. Dit rapport wordt twee keer in het eerste trimester uitgedeeld, en in de overige trimesters telkens een of twee keer. De data van de rapporteringen worden ieder schooljaar in september meegedeeld. Beide rapporten dienen telkens door de ouders ondertekend te worden. Het resultaat van een rapport kan een basis zijn voor contact name met de leerkracht.
4.6. Lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen -
-
-
De lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen maken integraal deel uit van ons aanbod. De deelname is verplicht, tenzij men een doktersbriefje kan voorleggen ter verontschuldiging. Zonder doktersbriefje gaat de leerling mee naar het zwembad en betaalt busverplaatsing en toegang! Gymkledij bestaat uit een oranje T-shirt met het logo van de school en een blauw broekje (aan te kopen op school). Gymschoenen (liefst zonder veters) en witte sportkousen worden door de ouders vrij aangekocht. De leerlingen krijgen een gymzak om hun gerei op te bergen. Regelmatig zal er gevraagd worden om de gymkledij te wassen. Gymkledij is door de schoolraad uit de maximumfactuur gestemd. De gymzak wordt op het einde van het schooljaar gewassen terugbezorgd. Om de 14 dagen gaat de klasgroep zwemmen. Conform de nieuwe wetgeving wordt het zwemmen gratis aangeboden voor het eerste leerjaar (beslissing schoolraad). De andere leerjaren blijven betalend zwemmen.
4.7. Eén- of meerdaagse schooluitstappen (Extra-muros activiteiten) Voor deelname aan een extra-muros activiteit is de schriftelijke toestemming van de ouders vereist. Het streefdoel is dat alle leerlingen deelnemen aan de extra-muros activiteiten. Bij ééndaagse uitstappen geldt de ondertekening van dit schoolreglement als principiële toestemming voor deelname aan die ééndaagse uitstappen. Indien de ouders de toestemming bij een ééndaagse extra-muros activiteit weigeren, dienen zij dat vooraf aan de school te melden. Bij een meerdaagse extra-muros activiteit is een afzonderlijke schriftelijke toestemming van de ouders vereist. Leerlingen die niet deelnemen aan extra-murosactiviteiten dienen tijdens de duur van deze activiteiten op de school aanwezig te zijn.
4.8.Bijdrageregeling (ouders) Voor scholen van het gesubsidieerd basisonderwijs kan geen direct of indirect inschrijvingsgeld gevraagd worden. Evenmin kunnen er bijdragen worden gevraagd voor materialen die gebruikt worden om de eindtermen te realiseren of de ontwikkelingsdoelen na te streven. Het Vlaams Parlement heeft een lijst vastgelegd met materialen die kosteloos ter beschikking moeten worden gesteld om de eindtermen te realiseren of de ontwikkelingsdoelen na te streven. Bijlage : 6 : Lijst met kosteloze materialen
Het schoolbestuur kan wel een bijdrage vragen voor: -Activiteiten of verplichte materialen die niet noodzakelijk zijn voor de eindtermen en ontwikkelingsdoelen en waarvan de ouders het te besteden bedrag niet zelf kunnen bepalen. Voor deze categorie dient de school een scherpe maximumfactuur te respecteren. Voor het schooljaar 2015-2016 bedraagt het geïndexeerd plafond: - voor kleuters € 45 - voor lagere schoolkinderen €85
De bedragen gelden per leerjaar. Bij verlies en beschadiging van materiaal worden de kosten aan de ouders doorgerekend. -Meerdaagse uitstappen. Voor deze categorie dient de school voor het schooljaar 20152016 een maximumfactuur van €410 per kind voor de volledige loopbaan lager onderwijs te respecteren. Voor het kleuteronderwijs mag geen bijdrage gevraagd worden. -Diensten die de school aanbiedt en die buiten de kosteloosheid en de maximumfacturen vallen. Voor deze categorie worden de kosten opgenomen in een bijdrageregeling. Deze bijdrageregeling wordt besproken in de schoolraad en wordt bij het begin van het schooljaar meegedeeld aan de ouders. De kosten die aan de ouders worden doorgerekend moeten in verhouding zijn tot de geleverde prestatie. In bijlage vindt u een lijst met een raming van de financiële bijdragen die we kunnen vragen. Bijlage 6 : bijdrageregeling Deze lijst bevat zowel verplichte als niet verplichte uitgaven. Verplichte uitgaven zijn uitgaven die u zeker zult moeten doen. Zaken die de school als enige aanbiedt, koopt u verplicht op school. Er zijn ook zaken die u zowel op school als ergens anders kunt aankopen. Niet verplichte uitgaven zijn uitgaven voor zaken die u niet verplicht moet aankopen of activiteiten waar u niet verplicht aan moet deelnemen, maar als u ze aankoopt of eraan deelneemt moet u er wel een bijdrage voor betalen. Voor sommige posten vermeldt de lijst vaste prijzen, voor andere zijn enkel richtprijzen vermeld. Voor een aantal posten kennen we de kostprijs niet vooraf. We geven daarvoor richtprijzen. Dat betekent dat het te betalen bedrag in de buurt van de richtprijs zal liggen, het kan iets meer maar het kan ook iets minder zijn. Het schoolbestuur baseert zich voor het bepalen van de richtprijs op de prijs die de zaak of activiteit vorig schooljaar kostte. Bij afwezigheden en annulaties kunnen kosten worden aangerekend. Dat gebeurt als de school kosten heeft gemaakt en deze niet kan recupereren.Deze lijst werd overlegd in de schoolraad.
4.9.Afspraken over betalingen : 1.Bij ontvangst van de factuur dient deze betaald te worden binnen de 14 dagen. Dit staat vermeld op de factuur. Gelieve steeds het juiste mededelingsnummer te vermelden bij overschrijving via uw bank! U kunt ook een formulier aanvragen op het secretariaat voor een domiciliëring. Zo dient u de maandelijkse overschrijving niet meer te doen en wordt het bedrag automatisch van uw rekening afgehouden. U krijgt wel nog vooraf de factuur. 2.Bij niet betaling wordt u een herinnering van onbetaalde schoolrekeningen toegestuurd. Deze achterstallen dienen betaald te worden binnen de 14 dagen na ontvangst. 3. Indien u problemen ondervindt met het betalen van de schoolrekening, kunt u contact opnemen met de directie of met de brugfiguren. Brugfiguur: E.de Deynestraat: Kaat van Wouwe: 0477/87 27 95 Brugfiguur Rerum Novarumplein: Nathalie Van De Voorde: 0473/54 27 11 Gespreide betalingen kunnen besproken worden. Wij verzekeren een discrete behandeling van uw vraag. De school kan er ook voor kiezen te werken met een kaartensysteem die op een vaste dag in de week kunnen worden aangekocht op school. (maaltijdkaart, soepkaart)
Stappen die het schoolbestuur zal zetten bij niet-tijdig betalen: Als we vaststellen dat de schoolrekening geheel of gedeeltelijk onbetaald blijft zonder dat er financiële problemen zijn of omdat de gemaakte afspraken niet worden nageleefd, zal de school verdere stappen ondernemen. 1.Uw dossier wordt doorverwezen aan een bevoegd incassobureau. De factuur aan het incassobureau wordt binnen de 7 dagen betaald. -Wordt de factuur niet binnen de 7 dagen betaald dan wordt de factuur verhoogd met 75 euro voor administratiekosten.
-Er worden ook nalatigheidsintresten aangerekend (8.5 procent) -Er wordt bovendien ook nog een inningscommissie van 15 procent aangerekend. 2.Voorbeeld van een onbetaalde rekening bij een incassobureau met verhoogde kosten: Indien een factuur van 50 euro wordt doorgegeven aan het incassobureau en niet wordt betaald, wordt het factuurbedrag verhoogd met 75 euro. Het factuurbedrag is dan 125 euro; dit is meer dan het dubbele van de oorspronkelijke factuur. Hier komen dan ook nog eens nalatigheidsintresten en inningskosten bij. 3.Blijft uw factuur onbetaald, dan wordt uw dossier doorgegeven aan een advocaat en aan de rechtbank. Alle gerechtelijke kosten zijn ten uwe laste. Enkel de rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement Veurne zijn bevoegd. 4.Ouders zijn, ongeacht hun burgerlijke staat, hoofdelijk gehouden tot het betalen van de schoolrekening. Dat betekent dat we beide ouders kunnen aanspreken om de volledige rekening te betalen. We kunnen dus niet ingaan op een vraag om de schoolrekening te splitsen. Als ouders het niet eens zijn over het betalen van de schoolrekening, bezorgen we jullie beiden een identieke schoolrekening. Zolang die rekening niet volledig betaald is, blijven beide ouders elk het volledige resterende saldo verschuldigd, ongeacht de afspraken die ze met elkaar gemaakt hebben.
4.10.Studietoelagen U kan op school documenten verkrijgen om een schooltoelage aan te vragen (meer info op www.studietoelagen.be) Contacteer daarvoor de brugfiguur . De einddatum voor het indienen van de studietoelagen is 30 juni.
4.11. Echtscheiding 1.
Zorg en aandacht voor het kind
Scheiden is een emotioneel proces. Voor kinderen die deze ‘verliessituatie’ moeten verwerken, wil de school een luisterend oor, openheid , begrip en wat extra aandacht bieden.
2.
Neutrale houding tegenover de ouders
De school is bij een echtscheiding geen betrokken partij. Beide ouders, samenlevend of niet, staan gezamenlijk in voor de opvoeding van hun kinderen, binnen de grenzen die met betrekking tot het ouderlijk gezag gebeurlijk door een rechter bepaald zijn. Wanneer de ouders niet meer samenleven, maakt de school met beide ouders afspraken over de wijze van informatiedoorstroming en de manier waarop beslissingen over het kind worden genomen. Er zijn juridische documenten nodig als er discussie is over omgangsrecht. Zolang deze niet op school aanwezig zijn kan de leerling door beide ouders worden afgehaald. Op aanvraag worden rapporten, brieven en uitnodigingen voor oudercontacten en schoolactiviteiten aan beide ouders bezorgd (kan via de post).
3.Co-schoolschap Het kind tijdens het schooljaar op twee plaatsen school laten lopen, afhankelijk van bij welke ouder het verblijft, kan niet. Om de verbondenheid met de klasgroep en de continuïteit van het leren te garanderen, weigert de school mee te werken aan het coschoolschap.
4.12. Verboden Rookverbod Er geldt een algemeen rookverbod voor iedereen in alle gesloten ruimten op school. In open plaatsen geldt dit verbod op weekdagen tussen 6.30u ’s morgens en 18.30u ‘s avonds. Tijdens extra-murosactiviteiten is het elke dag verboden te roken tussen 6.30u ’s morgens en 18.30u ‘s avonds. Ook tijdens schoolfeesten en schoolactiviteiten tijdens het weekend wordt er niet gerookt. Ook niet op de speelplaats in open lucht. Bij overtredingen van dit rookverbod kunnen er orde- en tuchtmaatregelen getroffen worden. Leerlingen die zich niet houden aan het rookverbod krijgen een sanctie en hun ouders worden op de hoogte gebracht.
Wapens en voorwerpen die als wapen kunnen gebruikt worden, zijn ten strengste verboden. Juwelen zijn niet toegelaten en niet verzekerd.
4.13. Medicatie De school mag op eigen initiatief geen medicatie aan de kinderen toedienen, geen pilletje, geen oog- of neusdruppels e.a.. Dit mag enkel onder toezicht van een geneesheer of mits schriftelijke toestemming van de ouders en schriftelijk advies van een arts. (zie hierboven). Enkel bij lichte schaafwonden zal de school ervoor zorgen dat de wonde gereinigd en ontsmet wordt met H.A.C 1%. Mochten ouders bezwaar hebben tegen het gebruik van dit ontsmettingsmiddel, dan dienen zij de school daarvan schriftelijk op de hoogte te brengen. De school zal bij elk voorval waarbij het kind medisch moet geholpen worden, steeds en onmiddellijk het nodige doen om de gezondheid en de veiligheid van de kinderen te waarborgen. Wanneer de medicatie ’s morgens en/of ’s avonds toegediend moet worden, gebeurt dit door de ouders thuis. Indien tijdens de schooluren of het opvangmoment medicatie toegediend moet worden, brengen de ouders de medicatie samen met een doktersattest mee. Het doktersattest bevat de volgende informatie: 1 Datum 2 Naam van het kind 3 Naam medicatie 4 Dosering 5 Wijze van toedienen 6 Duur van de behandeling Op de fles/flacon/tube of andere verpakking van de medicatie dient duidelijk het volgende terug te vinden zijn (op de verpakking en/of bijsluiter): 1 Naam apotheker/dokter 2 Naam kind 3 Vervaldatum 4 Dosering 5 Wijze van toedienen 6 Wijze van bewaren
De toestemming van de ouders wordt schriftelijk vastgelegd en door de ouders ondertekend, waarmee zij verklaren volledig verantwoordelijk en aansprakelijk te zijn en te blijven voor eventuele nadelige gevolgen van de medicijnen voor het kind. De volgende zaken legt de school schriftelijk vast op basis van een ondertekende verklaring door de ouders overlegd aan de school: -Om welke medicijnen het gaat -Hoe vaak het gegeven moet worden -In welke hoeveelheden (dosering) -Op welke manier het geneesmiddel moet worden gebruikt -De periode waarin de geneesmiddelen worden verstrekt -De wijze van bewaren en opbergen -De wijze van controle op de vervaldatum Door het vastleggen van deze gegevens geven ouders duidelijk aan wat zij van de school verwachten en weet de school op haar beurt precies wat zij moet doen en waar zij verantwoordelijk voor is. Wanneer het gaat om het verstrekken van medicijnen gedurende een lange periode moet regelmatig met ouders worden overlegd over de ziekte en het daarbij behorende medicijnengebruik op school. Een goed moment om te overleggen is wanneer ouders een nieuwe voorraad medicijnen komen brengen.
4.14. Schoolregels / 4.15.Klasregels Doelen : • Kinderen ervaren dat thuis, op school en op straat verschillende regels, afspraken en conventies met betrekking tot het samenleven nodig zijn. (RV5.1) • Kinderen beseffen dat regels en afspraken betreffende de omgang met elkaar door mensen zijn bepaald en ook kunnen worden veranderd. (RV5.2) Kinderen betrekken bij regels en afspraken We vinden het heel belangrijk om kinderen inspraak te geven bij het bepalen van de afspraken en regels die de grenzen aangeven tussen wat wenselijk en niet wenselijk is. De regels moeten gedragen worden door de leerlingen en de leerkrachten. Als
leerlingen de regels zelf hebben bedacht, hebben ze meer het gevoel dat het hun regels zijn en zijn ze meer gemotiveerd om zich aan die regels te houden. Bijvoorbeeld: Wanneer is onder elkaar praten oké en wanneer niet? Op welke manier lossen we een ruzie op? Zowel in de klas als buiten de klas, blijft het team van leerlingen verantwoordelijk voor de naleving van de regels. In de klas worden teams samengesteld door de leerkracht en op de speelplaats vormt elke klas een groepsteam. Bij conflicten kunnen er bemiddelaars worden aangesteld. Kinderen borgen ook best de regels en afspraken door deze visueel zichtbaar te maken in de klas en op de speelplaats en creatief te verwerken in bijvoorbeeld een affiche, een reclamespot of een cartoon. Dat zorgt ervoor dat de regels en afspraken beklijven, wat bijdraagt tot het naleven ervan. ( Tuckman & Monetti (2011)) Groepsreflectie Om de doelstellingen bij de leerlingen te realiseren, moet er veel tijd vrij gemaakt worden om met hen over regels en afspraken na te denken of, nog beter, om samen met hen de regels op te stellen. Zo worden ze er mede-eigenaar van, wat de intrinsieke motivatie om ze na te leven gevoelig verhoogt. Om uit dat ontwerpproces ook echt te leren, is een reflectie absoluut noodzakelijk. Door de PDCA- cirkel te doorlopen, bijvoorbeeld tijdens klasgesprekken, proberen we doel RV5.1 en RV5.2 te realiseren : School- en klasregels worden in overleg bepaald en worden veelvuldig herhaald bij de leerlingen. De algemene schoolregels gelden voor elke leerling van de school; de klasregels zijn klaseigen . Deze regels worden in een infomoment ook aan de ouders gecommuniceerd. SCHOOLREGELS a)
Kledij en uiterlijk
Omdat we een stijlvolle school willen zijn, vragen we dat onze kinderen behoorlijk, netjes en onopvallend gekleed naar school komen. Het dragen van stevig schoeisel is daarenboven gezond en hygiënisch. Sportschoeisel trekken we aan tijdens sport- of
speelmomenten. De kinderen dragen kousen, enkel bij warm weer en bij het dragen van sandalen kan daar van afgeweken worden. Om de zelfredzaamheid te stimuleren wordt aangeraden gemakkelijke kledij te dragen, zeker bij kleuters. Naamtekenen is geen overbodige luxe. Voor verlies van waardevolle voorwerpen kan noch de school verantwoordelijk gesteld worden, noch de verzekering ingeroepen worden. Uiterlijk, kledij en opsmuk zijn altijd een bron van verschil in mening. De één vindt leuk wat de ander afstoot. Je drukt je ook uit, soms zonder dat je het wil, in je kledij of uiterlijk. Opzichtige of aanstootgevende kledij, haartooi of make-up horen niet thuis in de school als opvoedingsmilieu. Evenmin zijn allerlei opvallende accessoires of attributen gewenst. Hoofddeksels worden afgezet bij het binnenkomen van de schoolgebouwen. Hoofddeksels voor jongens en meisjes worden niet toegelaten in de klas. Uiteindelijk beslist de directie wat op het vlak van kledij en voorkomen kan worden toegelaten. b) Omgangsvormen
---Speelplaats -
-
De speelplaats is er voor de kinderen en de toezichters. Maak het afscheid daarom kort met een aanmoedigend woordje naar uw kind toe. Ouders zetten hun kinderen af aan de schoolpoort. ’s Avonds wachten ouders hun kinderen op aan de schoolpoort. Op teken van de leerkracht gaan kinderen nar hun ouders toe. Fietsers plaatsen hun fiets in de voorziene rekken. Bij aankomst plaatsen de leerlingen hun schooltassen in de voorziene rekken. De leerlingen verlaten de speelplaats enkel na toestemming van de leerkracht met toezicht. De leerlingen houden de speelplaats netjes. Afval hoort thuis in de voorziene bakken en containers. Leerlingen die een kwetsuur oplopen, melden dit aan de leerkracht met toezicht. Bij het fluitsignaal wordt er stilte geëist. Ook op de speelplaats hanteren de leerlingen een verzorgd en beleefd taalgebruik. Spelen staat niet gelijk met trekken en sleuren. Plagen of pesten worden niet getolereerd.
---Gangen en toiletten -
De leerlingen gaan in stilte in rij en onder begeleiding naar de klas.
-
De toiletten zijn geen speelplaats. Bij het begin van iedere speeltijd gaan de leerlingen onder begeleiding naar het toilet. Tijdens de klastijd wordt slechts bij hoogdringendheid toelating gegeven om naar het toilet te gaan. Noch in gangen, op trappen of toiletten wordt gelopen of gerend. Kleren en gymzakken dienen ordelijk aan de kapstokken in de gangen te worden opgehangen. -
-
-
De kinderen nemen een warme maaltijd of brengen een lunchpakket mee naar school. Warme maaltijden kunnen slechts per week besteld worden. De leerlingen gaan onder begeleiding naar de eetzaal en zitten op een vaste, toegewezen plaats. Tijdens het middageten volgen de kinderen de instructies van de leerkrachten op. Er wordt geijverd om in een rustige en hygiënische omgeving te kunnen tafelen. Een nette eetzaal met beleefde kinderen staat centraal. Om die reden mogen de leerlingen niet praten of vrij rondlopen. Na het eten gaan de leerlingen naar het toilet, plaatsen hun schooltassen in de rekken en kunnen ze spelen. Er wordt enkel water gedronken op school. De kinderen brengen een flesje mee van thuis dat steeds opnieuw kan opgevuld worden. -
-
Klaslokalen
Tijdens de klasuren wordt aan ouders gevraagd de lessen niet te storen. Dringende boodschappen kunnen via de directie, brugfiguur of secretariaat gemeld worden. De leerlingen mogen zonder begeleiding niet in de klassen achterblijven. De klasdeuren gaan ‘s avonds op slot. Vergeten schoolmateriaal kan via de studieverantwoordelijke mits begeleiding opgehaald worden. Maar dit kan ook om redenen (klasafspraken) geweigerd worden. c)
-
In de eetzaal
Schoolmateriaal
Bij het begin van ieder schooljaar krijgen de leerlingen de nodige handboeken, schriften en ander materiaal ter beschikking. De boeken dienen gekaft te worden en uiteraard wordt met de nodige zorg voor dit materiaal omgesprongen. Eenzelfde regeling geldt voor boeken van de klasbibliotheek.
-
Voor materiaal dat zwaar beschadigd of kwijtgeraakt is, wordt aan de ouders de nieuwwaarde aangerekend. De herstelling van opzettelijke beschadigen aan gebouwen, meubilair, kledingstukken of personen zal door de ouders vergoed worden. Enkel als een leerkracht erom vraagt, wordt speelgoed meegebracht naar school. Een schooltas dient niet om allerlei prullen in op te bergen. Regelmatig nazicht van de schooltassen door de ouders is wenselijk. Er wordt op toegezien dat de leerlingen een gezonde rughygiëne ontwikkelen. Let op het gewicht van de boekentas. d) Veiligheid en hygiëne
-
-
-
Een schriftelijk seintje aan de leerkracht is aangewezen als uw kind bepaalde geneesmiddelen dient in te nemen of met vervelende lichamelijke ongemakjes zit. Kauwgom is ten strengste verboden. Er wordt op school niet gesnoept, een droge koek of fruit is wel toegelaten. Dinsdag en donderdag is fruitdag, dan wordt alleen fruit toegelaten. Aan het einde van elke lesperiode, ‘s middags of ‘s avonds, moeten de leerlingen die niet afgehaald worden met de rij onder toezicht naar huis. Leerlingen die afgehaald worden vallen op dat moment onder de verantwoordelijkheid van diegene die hen afhaalt. Kleutertjes lopen liefst niet alleen in de rijen huiswaarts, maar worden bij voorkeur aan de schoolpoort afgehaald. De leerlingen volgen steeds de kortste of veiligste weg naar huis. Regelmatig worden er op school evacuatieoefeningen georganiseerd, zodat de leerlingen vertrouwd worden met de vluchtweg die ze moeten nemen. De leerlingen dienen steeds de gemaakte afspraken op te volgen. e)
Nieuwe media worden niet toegelaten op school: GSM’s, smartphones, tablets, MP3-spelers, media om mee te fotograferen of filmen (MP4) en media om op internet te surfen (nintendo, playstation, wifi-apparaten, …) worden op school niet toegelaten. Om veiligheidsredenen kan de GSM mee mits schriftelijke toestemming van de ouders, (naschools bereikbaar) maar tijdens de schooluren is het toestel uitgeschakeld en blijft het in de boekentas. De school is niet verantwoordelijk voor verlies of diefstal van deze toestellen. Bij betrapping wordt het toestel afgenomen en kunnen de ouders het na afspraak komen afhalen bij de directie.
4.16 Straffen en belonen Gewenst gedrag belonen “Operante conditionering” is een begrip uit de onderwijskunde dat verwijst naar een instructieaanpak waarbij opvoeders gebruik maken van bekrachtigers (stimuli) om het gedrag van kinderen te controleren. Bij dergelijke aanpak leren kinderen het verband te zien tussen een handeling en het gevolg daarvan. Gedrag waarop een aangename reactie volgt, bijvoorbeeld in de vorm van een complimentje of een beloning, ervaren kinderen al snel als wenselijk gedrag. Gedrag dat enkel negatieve gevolgen uitlokt, denk aan een berisping of een sanctie, ervaren ze als ongewenst gedrag. De bedoeling van conditionering is vanzelfsprekend te komen tot een herhaling van gewenst gedrag. Het effect van belonen het krachtigst is wanneer je: • snel beloont, meteen wanneer het gewenste gedrag zich voordoet; • niet alles en voortdurend beloont, maar net dat wat er echt toe doet; • tijd maakt om het belang van goed gedrag vooraf te bespreken met de leerlingen; • ervoor zorgt dat de beloning de goede sfeer ten goede komt; • kinderen mee de beloning laat bepalen; • zowel het positief sociaal gedrag als de goede leerprestaties beloont; • specifieke waardering geeft, zo nodig met toelichting van wat je precies waardeert. (Skinner 1984, Tuckman & Monetti 2011) Bij kinderen met een laag zelfbeeld, wordt de ‘5 op 1-regel’ best toegepast. Die komt daarop neer: tegenover één sanctie of negatieve ervaring zouden vijf beloningen of positieve acties moeten staan. Het zijn het belangrijkere en effectievere bekrachtigers dan straf. (Reflectieboek Leer-kracht, Veer-kracht ) Elke leerkracht werkt een beloningssysteem uit in de klas en ook voor goed gedrag buiten de klas wordt er een beloningssysteem voorzien.
Straffen. 1 Een alternatief voor straf Niet elk protestgedrag van kinderen vraagt om een straf. In vele gevallen is het gedrag slechts een signaal van protest, ontevredenheid, boosheid of frustratie. Daarom is het vaak beter om tijd te maken voor een goed gesprek dat niet enkel inzet op het getoonde gedrag, maar ook en vooral op de onderliggende oorzaken van de negatieve motivatie van de leerling. Door aandacht te hebben voor de onderliggende zorgen van de kinderen en samen met hen naar oplossingen te zoeken, houdt het negatieve gedrag meestal vanzelf op. 2 Een werkzame straf Desondanks kunnen straffen of ordemaatregelen toch helpen om grenzen te stellen. Leerlingen vertonen ongewenst gedrag in de hoop dat ze daarmee iets bereiken. Ze hebben er met andere woorden iets bij te winnen. Soms proberen ze een taak te ontvluchten, iets te verwerven, recht te doen aan een situatie of te ontsnappen aan een gestelde eis. Door te bruuskeren, te protesteren, te demonstreren of actie te voeren proberen ze hun gelijk te halen. Daarbij kunnen ze ongewenst gedrag vertonen zoals brutaal zijn, schelden, agressief worden, pesten of vechten. Wanneer ze met zulk gedrag hun slag thuis halen, voelen ze zich beloond. De kans dat ze het negatieve gedrag herhalen, is groot, want het is succesrijk. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Wil je zulke situaties op een effectieve manier aanpakken, dan is het belangrijk om het negatieve gedrag te stoppen zonder toegevingen op het niveau van de eis.. Een goede straf beantwoordt aan vier criteria: • Ze is onaangenaam. • Ze levert inzicht op. • Ze is gericht op herstel. • Ze beëindigt het dispuut.
In onze school is een teamgedreven visie ontworpen omtrent omgangsvormen in de basisschool en omtrent een positief bekrachtigingsbeleid als opstap naar meer
gewenst gedrag. (raadpleegbaar op de site)
4.17 Grensoverschrijdend gedrag, agressie en geweld. In de omgang tussen leerkrachten en kinderen stellen we eerbied en respect centraal. Dat respect is wederzijds en uit zich in alle omgangsvormen: in woorden (door het aanmoedigen van respectvol taalgebruik), in daden, in het samenwerken en in het samenleven Kinderen benaderen we steeds vanuit onze rol als leerkracht en opvoeder en we respecteren het individuele kind in zijn eigenheid, zijn mogelijkheden en zijn kwetsbaarheid. Als school streven we ernaar dat kinderen kunnen opgroeien in een veilige en stabiele omgeving die vrij is van grensoverschrijdend gedrag, agressie en geweld. Voor alle vormen van lichamelijk of psychisch geweld of (seksueel) misbruik, waarbij leerkrachten, ouders hun machtspositie misbruiken, geldt een nultolerantie. Al wie op dat vlak inbreuken vaststelt, heeft meldingsplicht bij de directeur of iemand die daarvoor is aangesteld. Als opvoeder vinden we het belangrijk de analyse : oorzaak-gevolg te maken, vooraleer tot actie over te gaan. Ze zal niet alleen bepalen in welke mate men begrip zal of kan opbrengen voor bepaald gedrag, maar ook aangeven wie betrokken is en wat werkelijk moet aangepakt worden. We gaan samen op zoek naar de mogelijke oorzaak van dit gedrag: hoe is de positieve ingesteldheid van het kind, hoe zijn de sociale relaties, welke status heeft het kind in de groep, hoe is zijn zelfbeeld, welke kenmerken uit de sociale of materiële omgeving van het kind beïnvloeden zijn gedrag...? Dat zijn gegevens die we verzamelen via observatie, via gesprekken met ouders en collega’s en via een kindvolgsysteem. We gaan na wanneer en hoe vaak het gedrag zich voordoet. Wanneer gedraagt het kind zich goed? Welke factoren dragen daartoe bij? Via de positieve eigenschappen van het kind kan je beter aan de knelpunten werken. We gaan met de ouders in gesprek over hun
ervaringen. Wat werkt bij hen? En we maken concrete afspraken om samen te werken aan het gedrag van het kind. Er zijn verschillende strategieën mogelijk. Tegelijk zoeken we tijdens multidisciplinair overleg naar manieren om met kinderen met gedragsmoeilijkheden om te gaan.. We blijven zoeken naar een voor dat specifieke kind gepaste oplossing. Soms is onze aanpak succesvol, soms loopt het moeilijk. We hechten veel belang aan communicatie met de kinderen en met de ouders. Indien nodig verwijzen we door naar bevoegde diensten in verband met opvoedingsondersteuning.
4.18 Pest-actieplan
Als school vinden we het welbevinden van onze leerlingen zeer belangrijk! Adhv de preventiepiramide rond pestgedrag willen wij op verschillende niveaus voorkomen dat het tot pestgedrag komt. Er is sprake van pestgedrag: - als iemand langdurig en aanhoudend het slachtoffer is - van bewust uitgeoefend - (pijnlijk, kwetsend, schadelijk, vernederend, … =) gewelddadig gedrag van één of meerdere personen - in een situatie waarin het slachtoffer onmachtig is om het pesten te keren (ongelijke machtsbalans)
1)
2)
3)
Zowel op klas- als op schoolniveau, zowel bij onze jongste kleuters als bij onze schoolverlaters zorgen we op verschillende manieren voor een aangenaam klas- en schoolklimaat door o.a. ,middagactiviteiten en -sport, klasoverschrijdende activiteiten, spelkoffers, kringgesprekken doos vol gevoelens, specifieke prentenboeken, klasbrievenbus, godsdienstthema’s als vergeven en verzoenen,, themalessen … .
Indien het toch tot pestgedrag komt, zullen de klasleerkracht, de zorgleerkracht en directie via de ‘herstelaanpakmethode’ tot een oplossing proberen te komen en zo het gedrag van zowel de pester(s) als gepeste leerling(en) positief te beïnvloeden. Ook de middengroep wordt hierbij betrokken. Hoe werkt die aanpak? Op het moment dat het pesten gemeld wordt (door gelijk wie) zal de zorgleerkracht eerst een gesprek doen met het gepeste kind en luisteren of het werkelijk om pesten gaat. De aanpak wordt toegelicht en aan het kind wordt gevraagd of het wil dat een groepje helpt. Indien de toestemming van het kind er is (veelal ook in samenspraak met de ouders), kunnen we verder werken. Aan het gepeste kind wordt gevraagd hoe het zich voelt en wat het meest lastig is. Het kind mag dit noteren in een brief, een gedicht, een tekening, … De zorgleerkracht stelt samen met het gepeste kind een groepje samen waarin de pester(s), de vriend(innet)jes en nog enkele andere kinderen (meelopers) zitten.
De zorgleerkracht roept het groepje een eerste keer samen en legt uit dat we samen zijn om elkaar te helpen en omwille van het feit dat het gepeste kind zich niet meer zo goed, veilig voelt op school. De brief, gedicht, … wordt voorgelezen en op die manier doen we beroep op de empathie van de kinderen. De vraag wordt aan het groepje gesteld om te zoeken naar oplossingen voor het kind. Elk kind van het groepje wordt persoonlijk aangesproken en gevraagd wat hij/zij er zal aan doen om ervoor te zorgen dat het gepeste kind zich beter gaat voelen op school. Er wordt een periode vooropgesteld waarin ze kunnen toepassen wat ze beloven. Na die bepaalde periode wordt iedereen terug individueel bij de zorgleerkracht geroepen om te evalueren hoe de voorbije periode werd ervaren. Meestal loopt dit goed af en hebben kinderen ook in latere periodes meer oog voor elkaar.
Heel belangrijk hierbij is dat pestgedrag gemeld wordt! Mogelijke meldpunten op onze school: de klasleerkracht, gelijk welke leerkracht, de zorgleerkracht, de directie, de -brievenbus: briefje met naam. Wij moedigen de leerlingen aan om steeds te melden als ze zien dat kinderen gepest worden, of als ze zelf gepest worden! MELDEN MOET! Pas dan werken we samen om pestgedrag te doen stoppen, dan pas kunnen we met de pester(s), de meelopers en de gepeste(n) werken tot we terug een positief en veilig klas- en schoolklimaat bekomen. Ook verwachten we van de ouders dat ze ons komen melden als ze weet hebben dat er gepest wordt. Een telefoontje naar de school kan zorgen voor het begin van een beter welbevinden. Ook van onze kant zullen we jullie, ouders, op de hoogte brengen als er met de herstelaanpakmethode gestart wordt bij jullie kind. Indien de pester alsnog niet stopt, zullen ook die ouders aangesproken worden en om samenwerking worden gevraagd.
In onze school is een pest-actieplan ontworpen; raadpleegbaar op de site.
4.19 De nieuwe autoriteit.
Haim Omer, hoogleraar psychologie in Tel Aviv, ontwikkelde een nieuwe vorm van gezag die niet autoritair noch bestraffend is: de Nieuwe Autoriteit. Zijn inzichten zijn voor ons een leidraad voor onze pedagogische aanpak van de leerlingen . De pijlers zijn: 1.Escalatie vermijden: straf niet onmiddellijk, maar maak duidelijk dat je het ongewenste gedrag hebt opgemerkt en dat je er later op terug zal komen. 2. Aanwezig zijn: laat aan je leerlingen merken dat je hen ziet, toon dat je gelooft in wat je doet en dat je er niet alleen voor staat. 3. Waakzaam zorgen: weet wat je leerlingen bezighoudt en grijp in als je probleemgedrag opmerkt. 4. Netwerken: communiceer open met collega’s, ouders, externen. Dan ondersteunen zij ook jouw gezag. 5. De relatie blijven versterken: laat via kleine gebaren merken dat je de leerling graag hebt, ook al gedraagt hij zich niet. Zo haal je het positieve in de jongere meer naar boven.
Bij elke inschrijving en bij de aanvang van een nieuw schooljaar, wordt het instemmingsformulier met het schoolreglement door de ouders ondertekend. Bij elke wijziging van het schoolreglement informeert het schoolbestuur de ouders schriftelijk of via elektronische drager over die wijziging en geven de ouders opnieuw schriftelijk akkoord. Indien de ouders zich met de wijziging niet akkoord verklaren, dan wordt aan de inschrijving van het kind een einde gesteld op 31 augustus van het lopende schooljaar.5 5 Onderwijsdecreet XXI
Bijlage 8 : instemmingsformulier
Bijlagen werking schooljaar 2015-2016 1. Overzicht contactadressen ouderraad en schoolraad 2. Inschrijvingsperiodes 2015-2016 3. Medicatieformulieren 4. Schoolafspraken per vestiging 5. Klasorganisatie en contact leerkrachten 6. Prijslijst 7. Huistaakbeleid 8. Instemmingsformulier schoolreglement (1 ex aan school terug te bezorgen)
Bijlage 1 Contactgegevens Ouderraad:
[email protected] : voorzitter
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Contactgegevens Schoolraad: Voorzitter: Herman Vandensteen
[email protected] Oudergeleding:
[email protected] [email protected] Personeelsgeleding: Inge Van Hamme Greet Knockaert Isabelle Dick Lokale gemeenschap:
[email protected] [email protected]
Bijlage 2 Wanneer kan mijn kleuter starten op school?
SCHOOLJAAR 2015-2016 geboren tot en met
instapdatum
1 maart 2013
1 september 2015
9 mei 2013
9 november 2015
4 juli 2013
4 januari 2016
1 augustus 2013
1 februari 2016
15 augustus 2013
15 februari 2016
11 oktober 2013
11 april 2016
9 november 2013
9 mei 2016
31 december 2012
1 september 2016
Of vanaf 3 jaar.
Bijlage 3
MEDISCHE FICHE
MIJN KIND IS ZIEK: Gelieve de kinderen NIET ziek naar school te sturen!
MIJN KIND MAG NAAR SCHOOL MAAR MOET MEDICATIE NEMEN: AKKOORD VAN DE OUDER: Ik , ouder van …………………………………………………………………………………………………………….. Vraagt om volgende medicatie toe te dienen aan ……………………………………………………… NAAM MEDICATIE
WANNEER TE GEVEN?
HOEVEEL?
IK VERKLAAR ALS OUDER VOLLEDIG VERANTWOORDELIJK EN AANSPRAKELIJK TE ZIJN EN TE BLIJVEN VOOR EVENTUELE NADELIGE GEVOLGEN VAN DE MEDICATIE VOOR HET KIND. DATUM,
HANDTEKENING: …………………………………………………………………………………….
AKKOORD VAN DE DOKTER ATTEST VAN DE DOKTER NAAM VAN HET KIND: …………………………………………………………………………………….
NAAM MEDICATIE
WANNEER TE GEVEN?
HOEVEEL?
Periode van toediening op school; Hoe te bewaren: STEMPEL EN HANDTEKENING DOKTER
HANDTEKEING OUDERS
DATUM
Logboek van gegeven medicatie: Naam
Datum
Uur 1e gift
Uur 2e gift
Uur 3e
Bijlage 4
Op tijd komen is belangrijk voor uw kind. Laatkomers storen de les. De schoolpoort gaat voor de kinderen open: ’s morgens om 8.00u ’s middags om 13.00u
VOORSCHOOLSE- EN NASCHOOLSE OPVANG De kinderen kunnen zowel voor- als naschools opgevangen worden op school tegen een vaste vergoeding die maandelijks verrekend wordt. (prijzen: zie prijslijst)
3.1Maandag-dinsdag-donderdag-vrijdag: opvang op de E. De Deynestraat / Rerum Novarumplein van 7.00u - 8.00u (op aanvraag)
Van 15.30u - 18.00u (opgepast: vrijdag tot 17u) BIJ TE LAAT AFHALEN WORDT EEN MEERPRIJS GEVRAAGD: 6 euro per halfuur per kind
3.2Woensdagnamiddagopvang:
-
Opvang nodig tot 14u? E. De Deynestraat BIJ TE LAAT AFHALEN WORDT EEN MEERPRIJS GEVRAAGD: 6 euro per halfuur per kind
-
Opvang nodig na 14u? KLEUTERS Opvang in Stedelijke Kinderopvang (STIBO) De Panda. Deze opvang is mogelijk tot 18u. De kinderen worden naar de opvang gebracht door een leerkracht van onze school om 11u45. U komt uw kindje in STIBO de Panda ophalen! Vooraf inschrijven is noodzakelijk! De Panda, August Vermeylenstraat 2, 9000 Gent. 09/2208158 of via www.tinkelbel.be
LAGERE SCHOOL
Opvang in ’t Leebeekje. Deze opvang is mogelijk tot 18u. De kinderen worden naar ’t Leebeekje gebracht door een leerkracht van onze school om 14u. U komt uw kind in ’t Leebeekje ophalen! Vooraf inschrijven is noodzakelijk! Een lidkaart van ’t Leebeekje kost €4. Hiermee hebt u opvang voor een heel schooljaar. ’t Leebeekje, E. De Deynestraat 2E, 9000 Gent. 09/279 58 67 of via
[email protected]
CONTACT TUSSEN DE SCHOOL EN DE OUDERS
GEORGANISEERDE OUDERCONTACTEN: 3x per jaar wordt een oudercontact georganiseerd. 1.1 NIET-GEORGANISEERDE OUDERCONTACTEN: 1.2 Wil je de leerkracht spreken? Maak een afspraak met de leerkracht via de schoolagenda of telefonisch. De leerkrachten worden NIET gestoord tijdens de lesuren.
SCHOOLAGENDA: De schoolagenda vormt een schakel tussen de ouders en de school. De schoolagenda wordt door de ouders ondertekend.
Directie Isabelle Dick: telefonische afspraak 09/222.11.68 of
[email protected] Brugfiguur E. De Deynestraat: Kaat Van Wouwe: aan de schoolpoort of telefonisch 09/222 11 68- 0477 87 27 95 (niet na 17u)
Brugfiguur Rerum Novarumplein: Nathalie Van de Voorde: aan de schoolpoort of telefonisch 09/221.54.75- 0473 54 27 11 (niet na 17u) Zorgcoördinator Lager E. De Deynestraat/ Rerum Novarumplein: Christa Devoldere: 09/222.11.68 – 0473 54 31 39 (niet na 17u) Zorgcoördinator Kleuter E. De Deynestraat: Iris Severens: 09/222 11 68– 0477 87 27 83 (niet na 17u) Zorgcoördinator Kleuter Rerum Novarumplein: Evelien Jacobs: 09/221.54.75 – 0477 87 27 86 (niet na 17u)
AFWEZIGHEDEN
Leerlingen die ingeschreven zijn in een school en die leerplichtig zijn, moeten regelmatig aanwezig zijn op school. Uw kind is leerplichtig vanaf 1 september van het kalenderjaar waarin het 6 jaar wordt. Kleuters: Kleuters zijn niet verplicht om naar school te gaan. Maar we verwachten dat de ouders ook de afwezigheden van de kleuter melden aan de school. De school vindt het belangrijk dat de kleuters regelmatig naar school komen.
Om de schooltoelage te ontvangen dienen de kleuters voldoende aanwezig te zijn. (www.schooltoelage.be)
Afwezigheid door ZIEKTE:
Uw kind is ziek?
Wat heb je nodig?
Uw kind is méér dan 3 opeenvolgende kalenderdagen medisch attest ziek
opmerkingen van een dokter, psychiater, tandarts, administratieve diensten van een ziekenhuis
Voor ziekte tot en met 3 opeenvolgende kalenderdagen
max. 4 briefjes van de ouders per schooljaar briefje van de ouders
e
Vanaf 5 keer: medisch attest
SCHOOLKOSTEN IK MOET BETALEN VOOR:
HOEVEEL?
ZWEMLESSEN (verplicht) e
1 leerjaar e
Gratis e
2 leerjaar – 6 leerjaar
2 euro/les
Schooluitstappen: schoolreis, sportdagen
Afhankelijk van de uitstap: 3 euro tot maximum 14 euro
e
e
Bosklas voor 5 en 6 leerjaar (om de 2 jaar)
200 euro (vervoer, overnachting, maaltijd, activiteit)
Gymkledij met logo st paulus
T-shirt tussen 7 euro en 8 euro Donkerblauw broekje 6,50 - 8,50 euro of eigen donkerblauw broekje
IK KAN BETALEN voor mijn kind MAALTIJDEN Volle maaltijd kleuters
€ 3,20
Volle maaltijd LAGER
€ 3,75
Soep
€ 1,25
MIDDAGTOEZICHT
€ 0,60
OPVANG Vanaf 7u
€2
-
€1
Vanaf 7.30u
Tot 16.30u
€ 1 - €0,80
Tot 17.00u
€ 1,50 - € 1,30
Tot 17.30u
€2
Tot 18.00u
€ 2,5 - € 2,30
- € 1,80
TE LAAT = 6 euro per halfuur per kind WOENSDAGNAMIDDAGOPVANG TOT 14u
WOENSDAGNAMIDDAGOPVANG NA 14u -
Tot 12.00u € 0,50 Tot 13.00u € 1,50
Tot 14.00u € 2,50
TE LAAT = 6 euro per halfuur per kind
Kleuters: info bij STIBO De Panda, August Vermeylenstraat 2, 9000 Gent. 09/2208158 of via www.tinkelbel.be Lagere school: info bij ’t Leebeekje, E. De Deynestraat 2E, 9000 Gent. 09/279 58 67 of via
[email protected]
MAANDELIJKS OP FACTUUR . DOMICILIERING KAN OOK! VRAAG
PAPIEREN
op SECRETARIAAT
KALENDER VAKANTIEDAGEN EN
VRIJE DAGEN SCHOOLJAAR 2015--2016
Maandag 5 oktober 2015: geen school, facultatieve vrije dag Zaterdag 31 oktober t.e.m. zondag 8 november 2015: herfstvakantie Maandag 9 november 2015: geen school, conferentie Woensdag 11 november 2015: geen school, Wapenstilstand Woensdag 18 november 2015: geen school, conferentie Zaterdag 19 december 2015 t.e.m. zondag 3 januari 2016: kerstvakantie Zaterdag 6 februari t.e.m. zondag 22 februari 2016: krokusvakantie Vrijdag 11 maart 2016: geen school, facultatieve vrije dag Zaterdag 26 maart t.e.m. zondag 10 april 2016: paasvakantie Donderdag 5 mei en vrijdag 6 mei 2016: geen school, O.L.H. Hemelvaart Maandag 16 mei 2016: geen school, Pinkstermaandag Donderdag 30 juni 2016 om 12u: einde schooljaar (De directie geeft GEEN toestemming voor luxeverzuim : op reis vertrekken tijdens het schooljaar!! Leerlingen zijn dan onwettig afwezig!)
OUDERCOMITE We zoeken helpende handen! Wilt u een vergadering bijwonen en/of meehelpen op het schoolfeest? Word dan lid van het oudercomité! Contacteer de brugfiguur Kaat op
[email protected] of 0477 87 27 95 voor De Deynestraat Contacteer de brugfiguur Nathalie op
[email protected] of 0473 54 27 11 voor Rerum Novarum
MEER INFO OVER DE SCHOOL VINDT U IN HET SCHOOLREGLEMENT
Pedagogisch project van de school Het schoolreglement: afspraken en regels Schoolbestuur: Provincialaat Broeders van Liefde, Stropstraat 119, 9000 Gent Samenwerking met het CLB Marialand, Marialand 29 9000 Gent, tel. 09/277.83.40 Contactpersoon: Mieke De Baere:
[email protected] of 0490 64 26 26
Sint-Paulus is een katholieke school met een hart voor het unieke van elk kind
Bijlage 5 BASISSCHOOL GVLO SINT - PAULUS E-mail:
[email protected]
DIRECTIE: Dick Isabelle SCHOOLBESTUUR: Provincialaat der Broeders van Liefde vzw CENTRAAL SECRETARIAAT SG GENT: 09 221 45 36 Coördinerend directeur van de scholengemeenschap: Ann Gansbeke E. De Deynestraat 2
KLEUTERSCHOOL
101
Peuter /
Evelien De Cock
1e kleuterklas
[email protected]
2e kleuterklas
Caroline De Schuyter
[email protected]
3e kleuterklas
Iemke Aernaut
[email protected]
3 Evelien Remue
Rerum Novarumplein 188
Peuterklas
Daphné Focquaert
[email protected]
102
1e – 2e kleuterklas
Heidi Marynissen
[email protected]
1e – 2e kleuterklas
Tine Grammens
[email protected]
3e kleuterklas
Annelies De Wulf
[email protected]
103
Zorg kleuter RN: zorgco: Evelien Jacobs
[email protected] zorglkr: Heidi Marynissen
[email protected] zorglkr : Annie Mortier
[email protected]
Zorg kleuter DD: Iris Severens
[email protected]
KINDERVERZORGSTER: Carine Deproost
[email protected]
104
BEWEGINGSOPV.: Kleuter + lager: Kleuter: Jo De Temmerman
[email protected] Lager:Lieven Vanborm
[email protected] Kleuter: Wouter Remy
[email protected]
LAGERE SCHOOL De De Deynestraat 2 1
Caroline Van Liedekerke
[email protected]
2
Els Raes/Christophe Clerc
[email protected] [email protected]
105
3
Inge Vanhamme
4
[email protected] Matthias Beelaert
[email protected]
5
Thalassa Rombaut
[email protected]
6
Tom Smet
[email protected]
ICT: Ward Poppe
ZORGCO lager: Christa Devoldere
[email protected] ZORGLKR: Kathleen Gillis
[email protected]
106
Rerum Novarum plein 188 1A
Rita Verhoeven
[email protected]
1B
Femke Cabuy
[email protected]
2
Annelies Deswarte / Christophe Clerc
[email protected] [email protected]
3
Greet Knockaert
[email protected]
4
Kimberly de Smet
[email protected]
Zorgco
Christa Devoldere
SECRETARIAAT: Jo Buyssens Tina Smeets Anne Boone Tania Haerts Sarah Vanderweeën 107
BRUGFIG. RN:. Nathalie Van de Voorde
[email protected] BRUGLEERKACHT DD: Kaat Vander Wouwe
[email protected] ONDERHOUD: Pharailde Raes, Addie Van Nispen- Martine De Clercq
108
Bijlage 6
Gesubsidieerde Vrije Lagere Oefenschool Sint-Paulus Broeders van Liefde E. De Deynestraat 2, 9000 Gent Rerum Novarumplein 188, 9000 Gent Tel.: 09 222 11 68 - 09 221 54 75 Fax.: 09 221 45 36 - 09 338 80 76
[email protected] www.sint-paulusnieuwgent.be
IK MOET BETALEN VOOR:
HOEVEEL?
Zwemlessen: (verplicht) 1e leerjaar 2e leerjaar – 6e leerjaar
Gratis € 2 per les
Schooluitstappen: schoolreis, sportdagen
Afhankelijk van de uitstap: € 3 tot max. € 14
109
Bosklas voor 5e en 6e leerjaar: (om de 2 jaar)
€ 200 (vervoer, overnachting, maaltijd, activiteit)
Gymkledij met logo sint-Paulus:
T-shirt tussen 7 euro en 8 euro Donkerblauw broekje 6,50 - 8,50 euro
SCHOOLKOSTEN
IK KAN BETALEN:
HOEVEEL?
Maaltijden: Volle maaltijd KLEUTERS Volle maaltijd LAGER Soep
€ 3,20 € 3,75 € 1,25
Middagtoezicht:
€ 0,60
110
Opvang: (op aanvraag) Vanaf 7u Vanaf 7.30u Tot 16.30u Tot 17.00u Tot 17.30u Tot 18.00u
€2 €1 € 1 - € 0,80 € 1,50 - € 1,30 € 2 - € 1,80 € 2,5 - € 2,30
TE LAAT = 6 euro per halfuur per kind Woensdagnamiddagopvang: Tot 12.00u Tot 13.00u Tot 14.00u
€ 0,50 € 1,50 € 2,50
TE LAAT = 6 euro per halfuur per kind
MAANDELIJKS OP FACTUUR
Domiciliering kan ook! Vraag de papieren aan de directie of op het secretariaat
Voor scholen van het gesubsidieerd basisonderwijs kan geen direct of indirect inschrijvingsgeld gevraagd worden. Evenmin kunnen er 111
bijdragen worden gevraagd voor materialen die gebruikt worden om de eindtermen te realiseren of de ontwikkelingsdoelen na te streven. Het Vlaams Parlement heeft een lijst vastgelegd met materialen die kosteloos ter beschikking moeten worden gesteld om de eindtermen te realiseren of de ontwikkelingsdoelen na te streven. Lijst met materialen - Bewegingsmateriaal - Constructiemateriaal - Handboeken, schriften, werkboeken en –blaadjes, fotokopieën, software - ICT- materiaal - Informatiebronnen - Kinderliteratuur - Knutselmateriaal - Leer- en ontwikkelingsmateriaal - Meetmateriaal - Multimediamateriaal - Muziekinstrumenten - Planningsmateriaal - Schrijfgerief - Tekengerief - Atlas - Globe - Kaarten - Kompas - Passer 112
- Tweetalige alfabetische woordenlijst - Zakrekenmachine
Het schoolbestuur kan wel een bijdrage vragen voor: -
Activiteiten of verplichte materialen die niet noodzakelijk zijn voor de eindtermen en ontwikkelingsdoelen en waarvan de ouders het te besteden bedrag niet zelf kunnen bepalen. Voor deze categorie dient de school een scherpe maximumfactuur te respecteren. Voor het schooljaar 2015-2016 bedraagt het geïndexeerd plafond: - voor kleuters € 45 - voor lagere schoolkinderen €85
-
Meerdaagse uitstappen. Voor deze categorie dient de school voor het schooljaar 2015-2016 een maximumfactuur van €410 per kind voor de volledige loopbaan lager onderwijs te respecteren. Voor het kleuteronderwijs mag geen bijdrage gevraagd worden.
-
Diensten die de school aanbiedt en die buiten de kosteloosheid en de maximumfacturen vallen. Voor deze categorie worden de kosten opgenomen in een bijdrageregeling. Deze bijdrageregeling wordt besproken in de schoolraad en wordt bij het begin van het schooljaar meegedeeld aan de ouders. De kosten die aan de ouders 113
worden doorgerekend moeten in verhouding zijn tot de geleverde prestatie.
114
Bijlage 7 : Huistaakbeleid
Schooleigen visietekst – tekst VSKO – leerlijnen – afspraken naar ouders
115
116
117
HUISTAKEN 1 DD Toon steeds belangstelling voor wat je kind doet, waardeer het geleverde werk. Help mee een positieve en aangename werksfeer creëren. In het eerste leerjaar is de huistaak een verwerking van wat gebeurde in de klas. Overschat het belang van de taak niet, heb vooral aandacht voor de manier waarop en de omstandigheden waarin een taak gemaakt wordt.
De huistaak mag niet langer duren dan 15 à 20 minuten. Er zijn taken op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag. Op woensdag is er nooit een huistaak. Leesopdrachten komen regelmatig aan bod. Volg mee met je kind als het luidop leest. Doe dit op een rustig moment, op een rustige plaats. Kies een vaste, propere plaats voor het maken van de taken. Goed schrijfmateriaal is belangrijk. Een dik potlood met ergonomische greep is ideaal schrijfmateriaal in het eerste 118
trimester. Vanaf het tweede trimester schakelen we over naar een ergonomische rollerpen. Even uitblazen na schooltijd is aan te raden. Daarna wordt aan de taak begonnen. Als je kind het nodig vindt, mag het bij de rekentaken de rekendoos gebruiken. Ook voor het lezen, krijgt je kind soms de leesdoosjes mee naar huis. De reken- en leesdozen moeten telkens terug meegegeven worden naar school. Beperk het televisiekijken en het computergebruik: (buiten) spelen is véél gezonder! Er wordt niet verwacht dat de ouders de taken verbeteren. Aanmoedigen mag wel. Laat uw kind verwoorden wat het moet doen. Als de taak niet vlot, vermeld het in de agenda. De klasagenda is het communicatiemiddel bij uitstek tussen thuis en school. Teken dagelijks de klasagenda.
119
Huiswerkbeleid 1 RN – 2 RN Toon steeds belangstelling voor watje kind doet, waardeer het geleverde werk. Help mee een positieve en aangename werksfeer creëren. Zeker in de eerste leerjaren is een taak een verwerking van wat gebeurde in de klas. Overschat het belang van een taak niet, heb vooral aandacht voor de manier waarop en de omstandigheden waarin een taak gemaakt wordt. Als je vindt datje kind echt geregeld problemen heeft met een taak, contacteer dan de leerkracht. Er zijn taken op maandag, dinsdag en donderdag. Een leesopdracht kan elke dag. De huistaak (effectieve werktijd) mag niet langer dan 20 minuten duren. Eerst wordt de taak gemaakt, daarna wordt gelezen. Volg met je kind mee als het luidop leest. Doe dit op een rustig moment, op een rustige plaats. Oefenen van tafels is een frequent voorkomende opdracht in het tweede leerjaar: samen oefenen is steeds meegenomen. Teken dagelijks de schoolagenda van je kind.
120
Kies een vaste plaats voor het maken van de taken. Een rustig plekje gaat boven alles. Zorg voor voldoende licht en warmte. Goed schrijfmateriaal is belangrijk. Even uitblazen na schooltijd kan, daarna wordt meteen met de taak begonnen, Bij rekentaken mag, net als in de klas, de rekendoos gebruikt worden als je kind dat nodig vindt. Beperk televisie kijken en computerspelletjes: leuk (buiten) spelen is véél gezonder dan een avondje televisie. Er wordt niet verwacht dat de ouders de taken verbeteren. Aanmoedigen, graag! Laat uw kind verwoorden wat het moet doen. Als de taak niet vlot, vermeld het op de huistaak of in de agenda of geef een briefje mee.
121
Huiswerkbeleid 3 DD - RN 1. Weet dat je ELKE DAG taken of lessen kan hebben. 2. Zoek een rustige plaats waar jij elke dag je huiswerk kan
maken 3. Leg je agenda open, lees wat je taken zijn, leg je materiaal
klaar. 4. Begin zo snel mogelijk aan je taak.
5. Werk net en ordevol. 6. Werk alleen, raad vragen mag wel.
7. Verbeteren doen we samen met de juf. 122
8. Stel niet uit: aan een les voor overmorgen begin je best ook al vandaag. 9. Werk door tot je huistaak helemaal af is.
10. Er is meer dan TV en computer, (buiten) spelen is leuk en
gezond !
123
Huiswerkbeleid 4 DD – 4 RN Er kunnen elke dag taken of toetsen worden opgegeven. Toetsen worden meestal een paar dagen op voorhand aangekondigd. Toetsen worden schriftelijk voorbereid. Toetsen bekijk/studeer je best al wat op voorhand in plaats van enkel de avond ervoor. Werk alleen, raad vragen mag. Werk door tot je huistaak helemaal is afgewerkt. Zorg voor een rustige werkplek waar je niet wordt afgeleid. Werk net, ordevol. Het huiswerk eens vergeten maken kan gebeuren, maar moet je tijdens de speeltijd inhalen.
124
Huiswerkbeleid 5 DD – RN en 6 DD – RN Toon vooral belangstelling voor wat je kind doet, waardeer het geleverde werk. Help mee een positieve en aangename werksfeer creëren. In de derde graad is studeren belangrijk. Elke dag een uurtje huistaken maken is een goede gewoonte. Huistaken kunnen elke dag. Sommige taken worden op voorhand gegeven zodat de kinderen leren plannen. In het lessenschrift worden planningen genoteerd, belangrijke leerinhouden en het schrift kan ook als controlemiddel worden gebruikt. De leerkracht kan nagaan of de lessen worden gestudeerd. Maak samen eerst een avondplanning. Plaats het moeilijkste of wat je kind minst graag doet voorop. De planning dient gerespecteerd! Ontspanning komt na het werk. Help alleen wanneer er een echte vraag is. Dring je niet op, stimuleer de zelfstandigheid van je kind. Bespreek rustig in overleg. Toon een gezonde interesse voor wat je kind doet en controleer. Geef je kind de kans om te groeien. Er wordt niet verwacht dat de ouders de taken verbeteren. Zoek evenwicht tussen studie en andere activiteiten. Ook ontspanning is belangrijk voor jouw kind.
125
Een rustige werkruimte met een minimum aan afleiding is een beste keuze. Het weekend is een ideaal moment om een moeilijk vak te herhalen. Controleer samen met je kind aan het eind van de avond of alle taken uitgevoerd zijn. Handteken de agenda zeker wekelijks, liefst dagelijks.
126
Bijlage 8
Gesubsidieerde Vrije Lagere Oefenschool Sint-Paulus Broeders van Liefde E. De Deynestraat 2, 9000 Gent Rerum Novarumplein 188, 9000 Gent Tel.: 09 222 11 68 - 09 221 54 75 Fax.: 09 221 45 36 - 09 338 80 76
[email protected] www.sint-paulusnieuwgent.be
Ondertekenen en terug afgeven aan de school AKKOORD VOOR SCHOOLREGLEMENT 20..-20.. Ik, ouder van ………………………………………………………………………………………………..…., ga akkoord met de inhoud van de schoolbrochure, met het opvoedingsproject en schoolreglement van GVLO Sint –Paulus, E. De Deynestraat 2 9000 Gent voor het schooljaar 20..– 20... U vindt het schoolreglement op www.sint-paulusnieuwgent.be Wenst u een papieren versie, vraag het aan de brugfiguur of op het secretariaat. 127
Voor akkoord, Datum:
Handtekening:
Bedankt voor uw vertrouwen in onze school! Met vriendelijke groeten, de directie
128