Verschijnt 3-maandelijks www.ons-schilders.nl
Vereniging van oud-leerlingen der Nationale Schildersschool - Nimeto
C a p a ro l
der
Ove
e-mail
Burg. R
Ove
e-mail
D
e-ma
e-mail:
Re
oudet
Ove
Ad
e-mail:
Uw partner in bouwverven en lakken. Optimale dienstverlening aan de schilder.
e-m
2
Gewo o n
cap-ad olif A5 periodiek.indd 1
u nie k !
tel.: 033 247 50 00 e-mail:
[email protected] www.caparol.nl
01-06-2006 21:00:05
00 ol.nl
1:00:05
72e JAARGANG • NUMMER 4 • DECEMber 2009 Orgaan van de vereniging van gediplomeerde oud-leerlingen der nationale schildersschool Nimeto Verschijnt eens per 3 maanden Redactie, R.J.M. Kortekaas Overkroetenlaan 80, 4823 KA Breda Telefoon: 076-5418561 e-mail:
[email protected] J. Meinsma Burg. Reinenstraat 10, 8331 KD Steenwijk Telefoon: 0521-512609 Advertentie Acquisitie ONS R.J.M. Kortekaas Overkroetenlaan 80, 4823 KA Breda Telefoon: 076-5418561 e-mail:
[email protected] Dagelijks bestuur vereniging Mw. H. (Hanny) Kuin Vesting 71 3961 LN Wijk bij Duurstede Telefoon: 0343-575123 e-mail:
[email protected] Secretaris: Robert Koning Rietzanger 1 2957 ND Nieuw Lekkerland e-mail:
[email protected] Rekeningen t.n.v. penningmeester: M.A.M. Bartels Betsy Kerkstraat 44 1442 AN Purmerend Telefoon: 0299-425523 Fax: 0299-630640 Oude technieken:
[email protected] R.J.M. Kortekaas Overkroetenlaan 80, 4823 KA Breda Telefoon: 076-5418561 Administratie Vereniging ONS Robert Koning Rietzanger 1 2957 ND Nieuw Lekkerland Telefoon: 06-13 631597 e-mail:
[email protected] www.olnsmeesterschilders.nl Vormgeving en druk Koninklijke Drukkerij C.C. Callenbach B.V. Nijkerk e-mail:
[email protected]
www.olnsmeesterschilders.nl
Beste leden, De donkere dagen voor kerst zijn weer gestart. Hoewel de temperatuur nog niet wijst op een eventuele winter, heb ik de kachel iedere avond weer gezellig branden. Al s je dan zo gezellig bij elkaar zit, kijk je ook terug op het afgelopen jaar. We kunnen terugkijken op een goed jaar. De vereniging heeft weer een goede cursus oude technieken gedraaid. Er is een mooie film over de oude technieken gemaakt. We hebben een leuke Algemene Ledenvergadering in Lelystad gehad. Een dag met weer meer bezoekers als voorgaand jaar. Het boek over 85 jaar oud leerlingenvereniging begint al aardig te vorderen. Periodiek is regelmatig verschenen met daarin veel wetenswaardigheden over ons vak. Kortom een goed jaar dus. Tijdens de Algemene Ledenvergadering ben ik een paar keer aangeschoten door leden die vroegen hoe het nu met mijn zoon in Antwerpen ging. Ik was me er eerlijk gezegd niet van bewust dat veel mensen het voorwoord lezen dus ik zal proberen u een beetje op de hoogte te houden. Na een wat late start (in onze ogen althans) is Sjoerd half september begonnen in Antwerpen. We hadden voor de vakantie nog een kot (kamer) gevonden. De verhuizing was niet zo moeilijk. In Antwerpen worden de meeste kamers gemeubileerd verhuurd, dus het was een kwestie van wat persoonlijke dingen inpakken en wegwezen. Sjoerd is gestart in een klas met nog 2 leerlingen. De hele afdeling (4 leerjaren) bestaat uit totaal 11 leerlingen. De meeste lessen worden met z’n elfen tegelijk gevolgd. Dit is erg prettig, omdat je zo van de leerlingen die al wat verder zijn, het nodige kan opsteken. Ook kan je samen over het vak praten en discussiëren. De algemene theorielessen als scheikunde en wiskunde worden met alle eerstejaars van de diverse afdelingen gevolgd. Het bevalt Sjoerd erg goed. Hij is voor zijn eerste toetstweek (januari) een groot glas in loodraam aan het maken. Naast het daadwerkelijk maken van het raam houdt het ook in dat er de nodige werktekeningen gemaakt moeten worden. Daarnaast heeft hij als opdracht een fles wijn in de bankschroef fijngeknepen (de fles was leeg)en vervolgens weer helemaal in elkaar geplakt. Volgend voorwoord zal ik nog wat meer schrijven over de ervaringen van Sjoerd in Antwerpen. Rest mij u hele fijne kerstdagen en een gezond 2010 toe te wensen.
Hanny Kuin Voorzitter
Inhoudsopgave Nimeto-Nieuws Kalkovens in Nederland Verenigingsnieuws Foto's gezocht Het Twentse Ros Verslag ledendag en 82e ALV 17 oktober 2009
4 10 21 23 25 26 3
Nimeto-nieuws DOOR
ANDRIES GROSMAN,
OPLEIDINGSMANAGER
IDEB
Na in de laatste twee nummers aandacht aan de uitstroom decoratie en restauratie besteed te hebben is nu een andere uitstroom aan bod. In het eerste nummer van dit jaar schreef ik voer de ontwikkeling voor de uitstroom ondernemer, calculator/onderhoudsspecialist. Op het ogenblik is de opleiding die in opdracht van FOSAG door Nimeto samen met Cibap in Zwolle en SintLucas in Boxtel wordt ontwikkeld gestart. Op onze school zijn er 26 studenten gestart en bij Cibap in Zwolle 10. De opleiding wordt ontwikkeld met onderwijskundige ondersteuning van Savantis en we maken gebruik van de deskundige inbreng van de bedrijfstak. Met de bedrijfstak is afgesproken dat de opleiding gecommuniceerd gaat worden onder de naam “Middlemanager Vastgoedonderhoud”.
Ik heb aan Frits Smits van Smits Vastgoedzorg gevraagd om onze studenten duidelijk te maken waar de bedrijfstak behoefte aan heeft en wat de opleiding behelst. Frits Smits is één van de drie afgevaardigden uit de bedrijfstak die in de stuurgroep die de ontwikkeling van de opleiding monitoort. 4
Tijdens de kick-off gaf hij allereerst een schets hoe de ontwikkeling van schildersbedrijf naar vastgoedzorg is verlopen. Hij vertelde ook dat vastgoedbedrijven met een schildersachtergrond een voorsprong hebben op bouwbedrijven. Het creatief aanpakken van uitdagingen, daar gaat het om in vastgoedzorg. De uitdaging is om te denken vanuit “wat zou nodig zijn” en denken vanuit prestaties. Uitgangspunt is dat de kennis bij het vastgoedbedrijf zit en niet bij de opdrachtgever. Frits gaf aan de hand van twee voorbeelden aan wat hij bedoelt. Eén van die voorbeelden was het Unilever gebouw. Vooral de (on) bereikbaarheid was daar de grootste uitdaging. Hij besloot zijn inleiding aan de zeer geinteresseerde studenwww.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
ten met een opsomming van mogelijkheden die voor de studenten wegelegd zijn. In de bedrijfstak is plaats voor calculatoren, werkvoorbereiders, projectleiders, adviseurs voor kleur en vormgeving en bewonerscoördinatoren.
voor TopCalc/RVO centraal stond. De bijscholing is door Klaas Lodewijks en Anders Bartels gegeven. In de ochtend zijn we aan de slag gegaan met inspectie en ’s middags met houtrotsanering.
Nimeto heeft al jaren een goede band met Bartels Datastore Automatisering, kortweg BDA. Dit uit zich in het beschikbaar stellen van software voor de school en haar studenten. Maar bijscholing is altijd noodzakelijk. Op een bijscholingsbijeenkomst waar een vijftal docenten aan deelnamen Geeft Cor Piorunek, direkteur van BDA een korte toelichting op de studiedag waar een bijscholing www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
5
Nimeto is de eerste school die (samen met Cibap) gaat werken met dit programma. Als school schaffen we een aantal PDA’s aan en Bartels Datastore Automatisering zorgt voor de installatie en de implementatie van de software. Nimeto is van mening dat studenten die leren voor Middlemanager Vastgoedonderhoud met het oog op de toekomst moeten worden opgeleid. We willen de studenten leren denken in te leveren prestaties en daarbij de modernste middelen gebruiken. Daarom zijn we blij dat BDA onze partner is en dat onze docenten, als daar behoefte voor in twee keer per jaar kunnen worden bijgeschoold.
6
www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
Nieuwe campagne Sikkens: ‘Onder de streep beter uit’ RUBBOL PLUS ASSORTIMENT VERRIJKT MET NIEUWE PRODUCTEN
In september start Sikkens Bouwverven met haar nieuwe campagne: ‘Onder de streep beter uit’. Sikkens wil met deze campagne laten zien dat het hoogstaande, efficiënte producten verkoopt tegen een gunstige prijs. “De kwaliteit van de nieuwe Sikkens producten, de efficiënte verwerking en de concurrerende prijzen zorgen ervoor dat de klant uiteindelijk onder de streep beter uit is met Sikkens”, aldus Marketing Manager, Roderick Koé. Uitbreiding Rubbol plus assortiment Daarnaast komt Sikkens Bouwverven ook met nieuwe producten in het lakken assortiment: Rubbol SB plus en Rubbol plus Express additief. Rubbol SB plus, de opvolger van Rubbol SB, is een hoogglanzende aflak met een uniek glansbehoud. Rubbol SB plus is op meerdere punten verbeterd. Zo heeft het
www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
product een betere vloei en is het nog gemakkelijker te verwerken. Uiteraard voldoet Rubbol SB plus aan de VOC 2010 wetgeving. Doorwerken in de winter Het Rubbol plus Express additief maakt het mogelijk om ook bij temperaturen tot 0 'C te kunnen blijven werken. Deze speciale toevoeging zorgt er namelijk voor dat de droging en de verwerking bij lagere temperaturen gewaarborgd blijft. Zo kan de schilder het hele jaar doorwerken met dezelfde topkwaliteit. Het Rubbol plus Express additief kan in Rubbol SB plus en in alle andere dekkende Rubbol plus producten worden gebruikt. Voor meer informatie over de nieuwe Sikkens producten kunt u terecht bij een van de Sikkens Service Centers of op www.sikkens.nl.
7
prettige kerstdagen en een voorspoedig 2010 • prettige kerstdagen en een voorspoedig 2010 • prettige kerstdagen en een voo
De Redactie en het bestuur wenst u
Prettige kerstdagen & een
voorspoedig 2010 en en een voorspoedig 2010 • prettige kerstdagen en een voorspoedig 2010 • prettige kerstdagen en een voorspoedig 2010
Nieuwjaarsgroet.indd 1
08-12-2009 17:14:44
en een voo
g 2010
7:14:44
Kalkovens in Nederland DOOR: JAN VAN
GENT
De karakteristieke kalkovens voor het branden van schelpen staken door hun aparte vormen opvallend af tegen de horizon van het wijde landschap. Spottend werden zij in de omgeving van Alkmaar ook met “de flesjes” aangeduid door hun slanke golvende vorm. Met uitzondering van enkele museale of tot restaurant omgebouwde exemplaren, zijn deze typische bouwwerken uit ons landschap verdwenen. Eeuwenlang was schelpkalkmortel het aangewezen product voor het metselen van de eerste stenen gebouwen in het rijke Holland. Eerst was het dat voor de verdedigingswerken van de steden en de kastelen. Al snel volgde in de dichtbevolkte steden de vervanging van brandbare houten huizen met hun rieten daken door de bouw van stenen huizen met een harde dakbedekking. In een groot deel van Europa diende kalksteen als grondstof voor de kalkbereiding. Deze steensoort komt in ons land sporadisch voor en dit alleen in Zuid-Limburg en de Achterhoek. Daarentegen waren de kalkrijke schelpen van de Noordzeestranden en in het Waddengebied een goed alternatief voor onze regio. Voor het exploiteren van een kalkoven was de aanwezigheid van de grondstoffen van groot belang, in dit geval schelpen en turf. Het vaarwater was de levensader van de vele kalkovens waarover de nodige grondstoffen van de kust en de veenafgravingen werden aangevoerd. De verpakte 10
eindproducten vonden over het water de weg naar de bouwplaatsen in de directe omgeving. Het brandproces van de eerste ovens ging gepaard met veel stank- en rookoverlast, wat rond 1530 tot uitdrukking kwam door een regen van klachten over “excessive onnatuurlicke lucht ende stanck”. Door de dikke vette walm werden de kalkovens geweerd in de nabijheid van steden en dorpen en werden zij gebouwd op plaatsen waar de overheersende westenwind deze stinkende rook afvoerde over het dunbevolkte polderlandschap. De schelpenvissers uit Katwijk De schelpen werden verzameld door de schelpenvisser. Dat is een oeroud bedrijf, in 1494 wordt het al vermeld: “dat sij hem behelpen met schelpen te halen upten oever van der zee, daer men calck of brant”. Aan het eindpunt van de dichtgeslibde Rijn in Katwijk ontstond een ideale vervoersroute voor de verzamelde schelpen naar de vele schelpkalkbranderijen in de regio. Het is niet verwonderlijk dat www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
veel mannen in Katwijk het als een nevenactiviteit oppakten voor een extra inkomen voor hun gezin. De schelpenvissers waren veelal mannen die op de wal bleven en nauw verbonden waren met de visvangst. Als “karreman of voerman” hielpen zij met hun paarden de “bomschuiten” op het strand trekken, de gevangen vis naar de afslag brengen en de natte netten naar het wantveld om te laten drogen. Na het gereed maken van de bomschuiten voor de volgende visvangst, kwamen de mannen weer in actie om de schuit in zee te trekken. In Katwijk spreken ze liever over de schelpenbaggeraar of spottend de “skulper”, dan over de schelpenvisser. Feitelijk hebben zij gelijk, want de schelpenbaggeraar liep op de grens van de vloedlijn met een speciaal schepnet al trekkend achteruit door het water om zo de schelpen te
verzamelen. De stalen rand van het net schraapte over de zeebodem waarbij zand en schelpen in het net werden verzameld. Het zand spoelde weg en het met schelpen gevulde net werd met een grote zwaai in de schelpenkar geleegd. De meeste schelpen of liever schelpenbanken lagen op plekken waar de golven breken in uithollingen van het zandstrand. Bij gunstige aflandige (oosten)wind ontstond er een onderstroom in de richting van het strand, waardoor de schelpen werden opgewoeld en langs de vloedlijn in grote hoeveelheden afgezet. Het schelpen baggeren was sterk weersafhankelijk, het gebeurde al te vaak dat bij mooie zomers er geen schelp te zien was of alleen wat droge aangespoelde schelpen die eenvoudig in de schelpenkar werden geschept. Er werd veel gebruik gemaakt van oude legerkleren,
Een “Katteker schelpenbaggeraar” aan het werk in de branding van de Noordzee
www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
11
kunstenaars waren rond 1908 actief en de Katwijkse schelpenbaggeraars met hun hooggewielde karren gaven een fantastisch decor van het leven aan de zee. Wel erg romantisch werd het harde beroep uitgebeeld en de figuranten kregen meestal een fooitje van paar centen van de arme kunstenaars! Tot de Tweede Wereldoorlog waren nog zo een 40 Kattekers actief met het schelpenbaggeren. Alleen ging het meeste schelpengrit nu naar de kippenfokkerijen in Barneveld of werd het gebruikt voor de aanleg van schelpenpaden en de drainering van natte stukken grond.
Willy Sluiters schilderde karakteristiek een schelpenvisser met de door meekrap gekleurde oude legerkleding
vooral de door de rode meekrap gekleurde kleding was favoriet. Men geloofde dat de met meekrap gekleurde kleding goed was tegen reuma! In de wintermaanden was het baggeren in de branding een natte en koude klus. Na het baggeren moest iedere volle beugel met natte schelpen worden geleegd in de kar en dat voor het schamele bedrag van 35 cent per kar (1935 midden in de crisistijd). De schelpenvissers verdienden gemakkelijker als zij poseerden voor de Kunstvereniging Katwijk met bekende schilders zoals Willy Sluyters en Jan Toorop. De 12
De eerste kalkovens aan de boorden van de Rijn Het was vooral de bovenlaag van de stedelijke bevolking van Leiden die de bouw van de kalkovens financierde, de inkopen van de schelpen en de turf voor hun rekening namen en de verkoop van het eindproduct. Het werkvolk werd betaald per oven, dit naar gelang van de kwaliteit van het eindproduct. Zo was rond 1409 een potoven (kalkoven) gebouwd in het westen van het grondgebied van de stad Leiden, dat eigendom was één van de vele burgemeesters van Leiden. Deze was ook eigenaar van een turfveenderij, dus de gedolven turf werd voordelig doorgeschoven naar het proces van het branden van de schelpen. In deze periode had de hier geproduceerde schelpkalk al een goede naam en stond bekend als “Leyts kalcx” volgens rekeningen van de Dom in Utrecht uit 1469. Langs de (Oude) Rijn stonden vanaf www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
Katwijk tot Alphen a/d Rijn wel op ruim tien plaatsen kalkovens stonden voor het branden van de schelpen. Maar ook grote concentraties van kalkovens waren te vinden in Noord Holland en bij de Zuiderzeesteden. Al deze terreinen met de fabricage van schelpkalk waren te vinden langs het water, om zo verzekerd te zijn van het transport van de grondstoffen en de gereedgekomen schelpkalk. De kalkovens zelf De eerste kalkovens, de zogenaamde Hollandse of Katwijker ovens, hadden de vorm van een afgeknotte kegel. De plattegrond was cirkelvormig en om de stevigheid te waarborgen was de muur taps toelopend
gemetseld. In de muren bevonden zich op de begane grond brandgaten voor het aansteken van de ovens, die als ventilatieopeningen dienst deden bij het brandproces en waar de gebrande schelpen werden uitgeschept. De oven was van boven open en werd ook van hieruit afwisselend gevuld met turf en schelpen. Allereerst werden natuurlijk de brandgaten afgesloten, dit samen met een grondlaag van turf. Met behulp van takkenbossen werd het vuur aangestoken en bij gunstige weersomstandigheden duurde het brandproces met een temperatuur van 1000 tot 1200 graden Celsius ongeveer 2 weken. Dan moest de hete schelpenmassa afkoelen. Daarom was niet zo verwonderlijk dat er
Het prototype van de eerst kalkovens in de omgeving van Leiden, vastgelegd door de kunstenaar Jan de Bisschop (1629-1671)
www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
13
Een doorsnede van een kalkoven in het Zuid Limburgse heuvellandschap
meerdere ovens in de nabijheid stonden. Zo werd één oven gevuld, in een tweede oven was het brandproces en een derde oven werd leeggehaald. Op deze manier kon het personeel steeds doorgaan met het werk op het kalkoventerrein. De kalkoven werd leeggeschept uit de twee tegenover elkaar liggende brand- of losgaten en met kruiwagens naar de lesschuur gereden. Hier werd de gevulde kruiwagen overgoten met twee of tweeënhalve emmers water en nu gebeurde iets wonderlijks! Met een temperatuurstijging van tegen de 100 graden veranderden de schelpen in een witte poedervorm; dit ging met veel stoom- en stofontwikkeling gepaard. De stoom en stof verdwenen door 14
openingen in het onbeschoten dak met extra ventilatiesleuven en het is niet zo verbazend dat de dakpannen van de lesschuur een witte gloed uitstraalden van de kalkstof. Het personeel had als enige voorzorgmaatregel een zakdoek voor het gezicht en verder waren het witte mannetjes door de kalkstof! Het leegscheppen van de oven werd voortgezet met de daarop volgende tegenover elkaar liggende brandgaten. De poederkalk werd op een staande zeef geworpen, waarna het gezuiverde kalkpoeder in juten zakken van 50 kg werden verpakt voor het vervoer naar de bouwplaatsen in het hele land. Met het branden van de eerste kalkovens was men geheel afhankelijk van de weersomstandigheden. Dit resulteerde in een onstabiel eindproduct. Ook de tijd van het
brandproces varieerde steeds. Gelukkig kwam er rond 1850 een oplossing door het aanbrengen van een schoorsteen op de bestaande ringmuur, die borg stond voor een betere trek met een korter brandproces en een stabieler eindproduct. Oorspronkelijk kenden de ovens vlakke bodems die in de loop van de jaren in het midden kegelvorming werden verhoogd en soms voorzien van extra luchtkanalen voor een gelijkmatige warmteverdeling. Door de combinatie van deze verbeteringen verliep het brandproces veel efficiënter en dit duurde onder gunstige weersomstandigheden daardoor slechts twee à drie dagen. De kegelvormige vloer zorgde ook voor een gunstige stroming van de gebrande schelpen naar de losgaten, dus men kon de oven makkelijker leegscheppen. In het begin van de 20e eeuw kwamen de “doorbranders” in gebruik, dit waren ovens die een technisch hoogtepunt hadden bereikt met extra luchtkanalen, een verkleinde brandruimte en een hogere schoorsteen van wel vijftien tot twintig meter. De ovens waren continu in gebruik met laden en lossen en terwijl men onderin de gebrande kalk verwijderde, voegde men aan de bovenkant schelpen met antracietgruis toe. Antracietgruis was een restproduct van de kolenhandel en werd in verhouding van één deel met tien delen schelpen vermengd. De turf was niet helemaal verdwenen: ze werd gebruikt bij het aansteken van de oven en op zondag om de oven brandend te houden. www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
De kalkbranders Dat het hard werken was op het kalkoventerrein blijkt uit alle gegevens die hierover bekend zijn. Ze waren in het verleden zeker een onderdeel van de exploitatie van de financiers. Die waren heel kritisch op het eindproduct, ondanks dat het personeel geheel afhankelijk was van de weersomstandigheden. In 1812 was dit nog van toepassing met de volgende omschrijving:“Het volk wordt betaald per oven, en zulks na het voordelig uitbranden meer of minder. De scheppers worden uitbetaald per hoed, per gedeelte en geheele lading”. Rond 1925 waren de inkomsten iets verbeterd door een uurloon voor de vaste arbeiders en met de mogelijkheid van een aantal werkzaamheden op basis van aangenomen werk. Voor het lossen van een schip bijvoorbeeld werd een ploeg aangewezen, die voor een vast bedrag het schip moest lossen. Dit werd niet gelijk uitbetaald! Gedurende het jaar kregen zij voorschotten en eenmaal per jaar werd een totaalrekening gemaakt. Er waren jaren bij dat de arbeiders op die manier een mooi spaarcentje kregen tegen de slechte jaren van minder ontvangsten. In de kalkoven Hasselt werd op zaterdagmiddag het loon uitbetaald en de baas had een klein kruikje jenever bij zich waar de werklieden tegen betaling van één gulden twee borrels kregen geschonken. Je zou bijna zeggen: gedwongen cafénering! De laatste nog werkende schelpenbranderij van West-Europa, in het Overijsselse Hasselt, sloot in 1990 15
haar deuren. Daarmee stierf het beroep van kalkbrander uit. Dat gold ook voor Jan Buter. Hij was de vierde generatie Buter die als kalkbrander verantwoordelijk was voor een goed product. In zijn periode waren de drie ovens al ingericht als “doorbranders” en hij kan de periode omschrijven van rond 1950. Met de start van zijn werk op het kalkoventerrein werkte hij van zes uur tot half zes en op zaterdag tot half twee. De werk-
Het streekmuseum “De Kalkovens”in Dedemsvaart geeft een duidelijk beeld van de evolutie van de kalkovens. De twee achterste ovens zijn voorzien van een schoorsteen voor een betere trek tijdens het brandproces. De voorste is een zogenaamde “doorbrander” met extra luchtgaten rond de losopeningen en met een hogere schoorsteen voor het continu branden van schelpen. 16
dag begon met het handmatig zeven van de gebrande schelpen van de vorige dag. Dat zeven was nodig om een mooie gladde kalk te krijgen, die werd verpakt in jutezakken met een gewicht van 50 kg. Daarna werd de oven leeggehaald om meteen te blussen in het blushuis. In de middag werd de oven gevuld met een mengsel van schelpen en antracietgruis en alles klaar gezet voor de volgende morgen. Het werken met hete ovens kon ook gevaarlijk zijn, zo herinnerde Jan Buter zich: “Onder in de oven zaten acht gaten die vier om vier werden geleegd. Na de eerste keer legen moest iemand de brandende oven in om het vuur over de acht gaten verdelen. Soms moest ik meteen mijn laarzen uittrekken als ik eruit kwam omdat zij dan gloeiend heet aanvoelden. Mijn vader was bij een controle van de smeulende massa onderuit gegaan en kwam als een brandende fakkel uit de oven. Ik dacht geen seconde na en gooide een emmer modderig bluswater over hem heen”. In de laatste jaren van de schelpkalkbranderijen kwamen steeds meer mechanische hulpmiddelen bij de kalkovens, zoals transportbanden en roterende zeven. Ook de verplichte verpakking met een gewicht van 25 kg droeg bij aan een snellere en gezondere werkvloer. De schelpen voor de kalkovens van Hasselt kwamen van de Waddenzee en voor de kalkovens van het hoogveengebied in Drente van de Noordzeestranden. De turfvaarders brachten hun lading turf naar de steden in Holland en namen als betaalde retourvracht de schelpen als lading www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
Het omwerken van de gebluste schelpen met op de achtergrond het uiteenvallen in poedervorm tijdens het eenmalig branden van oven in het Zuiderzeemuseum in 1996
mee. Op deze wijze werd de ontbrekende grondstof van de schelpen bij de overvloedige hoeveelheid van turf als brandstof samengevoegd voor de productie. Op de Waddenzee werd met kleine schepen met een bemanning van twee vissers op de schelpen gevist (gebaggerd). Het risico dat hier rottende visresten met de scheepslading mee kwam is aannemelijk en dat veroorzaakte tijdens het brandproces een verschrikkelijke stank! Een algemeen gebruik was dat tegen de wintermaanden extra vrachten schelpen werden aangevoerd, om te voorkomen dat aanvoer stil kwam te liggen. Bij aanhoudende vorst kwam het werk op de kalkoventerreinen stil te leggen, door bevriezing van de www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
schelpenvoorraad en het bluswater. Dit mocht niet te lang duren, want dan werd het een financiële strop voor de eigenaren en hun werknemers! Het gebruik van de kalk op de bouwplaats De schelpkalk werd hoofdzakelijk gebruikt als metselspecie in de verhouding van 2 delen kalk en 1 deel zand. Het zand of baksteengruis werd als toeslagmiddel gebruikt om de vette specie te verschralen en het overtollige water daaruit te verbinden. De kalkspecie verhardde door verdamping van het water en door koolzuurgas opname. Dit proces veroorzaakt een langzame uitharding van de metselspecie en 17
was daardoor heel kwetsbaar in de vorstperiode. Om een homogene pasta te krijgen, werd de met water gemengde schelpkalk enige tijd in de week gezet. In vaktermen heet dat “in de rot zetten”! Een afdekkend laagje water beschermde de kalkpasta tegen uitdroging. Dat was ook van toepassing bij de kalkputten bij menig metselaar. In het voorjaar, met de grote schoonmaak, werd dan een emmertje kalk gehaald voor het “witten” van de plafonds en wanden. Zonder toevoeging van zand, was de kalkpasta een ideaal pleistermateriaal met wel een groot nadeel van de langzame droging en de hoge alkaliteit. Dat weten wij als schilder of behanger nog heel duidelijk te herinneren! Met het goedkope nieuwbouwbehang waarmee de wanden werden beplakt of de testjes met lakmoespapier of het veilig was om de gestuukte wanden te schilderen. De sluitingen... Het hoogtepunt van de kalkbranderijen lag in het midden van de 19e eeuw voor het oude type ovens. Door de toevoeging van de schoorsteen op de open ring bleven deze aangepaste ovens zorgen voor de productie van kalkproducten. Deze ovens werden opgevolgd door de “doorbranders” die voor een continu brandproces zorgde. Maar ook deze ovens kregen last van de goedkopere kalk uit België en Duitsland en niet te vergeten van het Portland cement! Het Portland cement verhardde door een chemische reactie en sinds zijn 18
introductie in 1824 nam het met gelijkwaardige cementproducten een grote vlucht. Omstreeks 1930 waren in Nederland nog 300 plaatsen waar kalkovens stonden, in 1945 nog maar 180 en na een korte opleving van de bouwactiviteiten met de wederopbouw ging het snel bergafwaarts tot slechts enkele plaatsen. Dit waren onder andere in Katwijk, Akersloot, Harlingen en Hasselt. De ovens van Akersloot zijn samen met het leshuis uit Hasselt herbouwd in het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen. Verder zijn er museale exemplaren in Hasselt en Dedemsvaart. In Meppel en Huizen zijn de kalkovens omgebouwd tot restaurants en hebben zo een nieuwe functie gekregen met behoud van de karakteristieke vormen. In het kader “Jaar van het industriële erfgoed” werd in 1996 voor één keer één van de kalkovens van het Zuiderzeemuseum aangestoken. Zo kon je het proces volgen van de aanvoer van de schelpen, het stoken van de ovens en het blussen van de kalk in het leshuis. Ik heb dit meegemaakt en een blik geworpen op de gloeiende schelpenmassa in de oven, het uitscheppen van de ovens en het blussen met veel stoom en stof in het leshuis. Dan zie je de schelpen na verloop van tijd in poedervorm uiteenvallen, zoals het jaren geleden gebeurde op vele kalkoventerreinen in ons land. Kalkovens in ’t mergelaand In de Eerste Wereldoorlog waren de grenzen met België gesloten voor de www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
import van de Belgische kluitkalk. De kluitkalk was van hoge kwaliteit, wat verband hield met een betere soort kalksteen tegenover de gewonnen kalksteen in Zuid-Limburg. Ons land was in deze periode geheel op eigen grondstoffen aangewezen en de kalkovens schoten in deze regio als paddestoelen uit de grond. De kalkovens werden tegen de heuvels aangebouwd met vuurvaste mergelsteen en als specie gebruikte men leem. Ze hadden een hoogte van 6 tot 7 meter, met een gemiddelde doorsnede van 3 meter. De wanden werden zo gemetseld dat deze naar beneden conisch toeliepen tot het beweegbare rooster dat op manshoogte was aangebracht. Deze vorm zorgde voor goede doorbranding en doorstroming tijdens het brandproces. De bovenzijde van de oven lag gelijk met de top van de heuvel, hetgeen een groot voordeel was voor het vullen van de oven. Voor het aansteken van de oven werd gebruik gemaakt van takkenbossen, aangevuld met een partij droog rondhout tot wel een dikte van 2 á 3 meter. Hierop kwamen afwisselende lagen mergelblokken en kolengruis tot de hele oven gevuld was om met het brandproces te starten. In de oven sloeg de brand automatisch over van de ene brandstoflaag op de andere. Met dezelfde temperaturen als bij het schelpen branden, werden de mergelblokken gebrand en door het bewegen van het rooster kwamen de ongebluste kluitkalkbrokken vrij voor verdere bewerking. Voor de landbouwsector werden de brokken geblust en www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
gezeefd, en diende zo als toevoeging bij de bemesting van het weiland. Voor de bouwsector ging de ongebluste kluitkalk naar de bouwmaterialenhandel, waar het in grote kalkputten werd geblust en men het onder een waterlaag liet “rotten” tot een smeuïge pasta. Ook hier was de opkomst van het cement de oorzaak dat kalkovens één voor één stopten met het brandproces van de Limburgse kalksteen. Vele voormalige kalkovens zijn gerestaureerd en een fraai exemplaar is te vinden bij Cadier en Keer. De Limburgers hadden ontdekt dat witkalk een uitstekend product was om de lemen vakvullingen van hun huizen waterdicht te maken, dit met de eigenschap dat het niet luchtdicht afsloot. Voor de jaarlijkse grote processie werd “mit de wietkwas” de buitenzijde van het woonhuis “gewit” en hierbij werd het houtskelet meegenomen. Door dit elk jaar te herhalen ontstond een harde laag die men met ketelsteen kan vergelijken en zo op den duur een waterafstotende laag werd die bleef ademen ten gunste van het houtwerk. Voor hinderlijke vochtplekken werd met zakjes Reckitts kleurstof de kalk iets blauw getint, die daardoor de indruk gaf van een heldere witte kleur. Het bekende blauwwit gestreepte pakje werd in het verleden door de huismoeders gebruikt bij de witte was om dezelfde reden! Het is verrassend dat de harde schelpen en kalkstenen door het brandproces en het blussen, in poeder uiteen vallen en door toevoeging van water weer verharden! Bronnen: Suetan 153 / Oet vreuger jaore deel 2 H.W.A. Lemmerling
19
GRUNO BREDA B.V. Groothandel in kwasten -penselen en schildersbenodigdheden Druivenstraat 57 4816 KB Breda Tel. 076-5218864 Fax.076-5200424 E-mail:
[email protected]
Ook leverancier van T&S kwasten
www.grunobreda.nl
T&S
SCHILDERSKWASTEN
Adverteren in periodiek? Neem contact op met: R.J.M. Kortekaas Overkroetenlaan 80, 4823 KA Breda Telefoon: 076-5418561 e-mail:
[email protected]
A-Level Hoogwerksystemen B.V. Meulenbroek 18 2971 XD BLESKENSGRAAF Tel.: 0184-694022 Fax: 0184-694047
• Hangbrug installaties • Aluminium Rolsteigers • Stalen Steigers • Winterafscherming • Ladders en Trappen
“Veilig en sterk in Hoogwerk”
De Beer Service De Huufkes 10 5674 TM Nuenen Tel. 040 2845573 Fax 040 2845722 20
Logtenburg 8 4841 PA Prinsenbeek Tel. 076 5414202 Fax 076 5412092
A-Level Hoogwerksystemen Uw adres voor VERKOOP en VERHUUR van: * ladders, trappen * rolsteigers, kamersteigers, loopbruggen ed. * gevelsteigers, hekwerken ed. * hangbruginstallaties * veiligheidsmateriaal * hoogwerkers Tevens kunnen wij voor u verzorgen: * Cursus Veilig werken met de Hoogwerker * Jaarlijkse Keuring en Inspectie van uw klimmaterialen Bel ons voor een onafhankelijk, deskundig en vrijblijvend advies op de werkplek. Wij zijn u graag van dienst!
• www.alevel.nl •
[email protected] www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
VERENIGINGS nieuws Nieuwe Leden: F. (Frank) Buijtendorp, Elzas 10, Utrecht Weg gevallen Leden: Cornelis van Groeningen (Kees) geboren op 14 januari 1925 te Leiden heeft op 20 november na een lange strijd tegen kanker het moeten opgeven. Kees was een van de geestenvaders van de Guldenschildersprijs welk hij ook voor zijn inzet voor vele andere functies welke hij met veel plezier vervulde heeft ontvangen. Hij was houder van Wout Strietman vaandel en erelid van onze vereniging. Kees rust zacht. Onze oprechte deelneming gaat naar zijn vrouw, kinderen, en kleinkinderen. Kennedylaan 53 2324 ET Leiden. Ingekomen berichten Cock Scheer bijna toe aan zijn VUT heeft zijn functie als directeur van het NIMETO neergelegd. Wij wensen Cock en zijn echtgenoot vele leuke momenten toe in het verdere leven. Uit de hand van de Meesterschilder. Ergens in de afgelopen weken heeft u hem op de mat gevonden: de film “Uit de hand van de meesterschilder”. Wij hopen dat u net als ons heeft genoten van dit prachtige document. Het bestuur is naast de tot stand koming van deze film ook druk doende met het maken van een boek over het 85 jarig bestaan van de vereniging. Wij zijn nog op zoek naar leden die mee willen werken aan dit document of leden die iets toe willen voegen in de vorm van foto’s of verhalen. Als u ons kunt helpen dan horen wij dat graag via
[email protected]. Cursus oude technieken Op 24 oktober is de cursus oude technieken weer van start gegaan. Dit jaar met iets minder aanmeldingen als in de voorgaande jaren maar dat maakt het er natuurlijk niet minder gezellig om. Kom eens langs en proef de sfeer of gewoon een kopje koffie.
www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
21
WAA RO M WACH TEN TOT 2 010 ?
NI e UW
2 006 VOC 2010
2007 2008
2009
klaar Voor de toekomst! Compleet VoC 2010 Verfsysteem
Kijk voor méér informatie op: www.waaromwachtentot2010.nl
Teamwork met Sikkens 003-429 adv regelmaat a5(148x210)-1.indd 1
12-05-2009 09:41:15
9:41:15
Foto’s gezocht! VOOR HET JUBILEUMBOEK (85 JAAR OUD-LEERLINGEN VERENIGING) Wij zoeken nog allerlei soorten afbeeldingen; te denken valt aan foto’s van reünies, alg. vergaderingen, technische dagen enz. enz. die dit boek kunnen verrijken. Heeft u nog foto’s van deze activiteiten van de vereniging, stuur die dan naar: Hanny Kuin, Vesting 71, 3961 LN Wijk bij Duurstede (voor 15 januari 2010 s.v.p.) Graag op de achterkant van de foto de namen van de personen die op de foto staan, de datum en het soort activiteit vermelden. Zorg dat uw adresgegevens op de envelop vermeld staan. U krijgt de foto’s na het scannen door de drukker weer terug. Alvast onze hartelijke dank.
Ambachtelijke Verfproducten Bestel nu gemakkelijk via onze site: www.linova.nl
Bladgoud dubbel torengoud Die Sphinx hoge kwaliteit, garantie, scherpe prijs en een degelijk advies
Herfst & Helder / Evert Koning de beste verf voor de beste schilders
Goudhaantje handgemaakte kwasten Verder in ons assortiment: Leonard penselen, Materialen voor hout & marmerimitatie, Grondstoffen, Schildersgereedschap, Linova, Zutphen Verguldmateriaal, Behangerslinnen T 0575 - 542300 F 0575 - 542311 E info @ linova . nl
www.linova.nl
www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
23
kent de eisen van vandaag en geeft zekerheid voor morgen. De Vos Verf is sinds 1905 een begrip op het gebied van kwaliteitsverven voor onderhoud van vastgoed. De Vos Verf biedt u volledige service met: • een breed pakket producten • klantgerichte technische adviezen • doelmatige distributie
• plamuur • lakken • vernissen • muurverven • vloerverven
Verffabriek H. de Vos & Zn b.v. Saturnusstraat 15-17 2516 AD Den Haag Telefoon: (070) 347 36 31 Fax: (070) 381 95 35 E-mail:
[email protected] 24
www.olnsmeesterschilders.nl
Het Twentse Ros DOOR:
WILLEM REP.
Wanneer je de nieuwe opdrachten van de Centrale Club Leiding (CCL) in handen krijgt gaan de hersenradertjes draaien. Ieder jaar slaagt de CCL er weer in opdrachten te verzinnen en op papier te zetten. Voor het clubjaar 2008/2009 werden de opdrachten uitgereikt op 18 oktober in Martini Plaza te Groningen. Hoe werkt dat nu in mijn geval? Bij het doorbladeren van de vakwedstrijd boekjes ontstaat er meteen een oordeel. Impulsief reageren is niet altijd goed, maar bij mij begint het vaak zo. C-1 Het provincie-embleem van Overijssel. Wat is er mee gebeurd?! C-2a/2c De opdracht, hout en marmer. Satijn en St’anna, ik weet het nog niet. C-3 De vrije techniek dan? C-3 Een vrij werkstuk, met als thema “Twente” In de afwerking, vorm, kleur en materiaalkeuze is men vrij. Nu is het zo dat mijn schoondochter uit het Twentse komt. En dat kon wel eens de doorslag geweest zijn om voor het eerst mee te doen aan dit onderdeel. Tijdens de gesprekken kwam steeds het Twentse Ros ter spraken. Aan de uitvoering werkten de hersenradertjes al. Het resultaat: een uit het stof opdoemend ros met handgeschreven sierletters. De technieken: een afwikkeltechniek in purper rood. Tamponeer werk voor het oplichten. De sierletter aangevuld met krullen met een schrijfwit gemengd met olieverf en alkydverf. Op een warmrode achtergrond. De beoordeling van de vakwedstrijd www.olNsMEEstERsChilDERs.Nl
jury: Verrassend mooi wikkelwerk, kleur goed op elkaar afgestemd. Penseelwerk verreist nog meer oefening. Zeer goede afwerking. 2e prijs Op verzoek van mijn vrouw doe ik nog een eerste poging. C-1 een aangepast wapen van Overijssel. Hier boven reageerde ik al met WAT IS ER MEE GEBEURD. De oorspronkelijke schildsteunen (dragers) zijn bruut verwijderd en daar zijn silhouetten van paardenhoofden voor terug gezet, tot overmaat van ramp ook nog een prijsrozet met linten. Heel stout draaiden de hersenradertjes. Ik maak het lekker nog bonter. Dat de opdracht niet alleen bij mij een schrikreactie veroorzaakte bleek wel uit de inzendingen. De jury heeft hier gaan mening over. Wel het publiek, het embleem werd gewaardeerd met een gedeelde derde prijs. , zeg ik steeds tegen me zelf en de leerlingen waar ik me over ontferm. Maar het voelt erg lekker als je een brief ontvangt met de mededeling dat je behoort tot de genomineerden. , totdat je wint. Dat is een erg leuk gevoel als je op het podium staat. Zeven jaar heeft het geduurd en het is gelukt. Voor het clubjaar 2009/2010 werden de opdrachten uitgereikt op 3 oktober in het CSM van Rijssen. Ik ga er het komende jaar weer voor maar, 25
Verslag ledendag en 82e ALV 17 oktober 2009 Dit jaar hebben we als locatie voor de ledendag en ALV gekozen voor het Aviodrome in Lelystad. De afgelopen jaren waren de reacties zeer positief, dus hoopten we weer op een enthousiaste groep mensen. In de reacties die binnendruppelden zagen we al weer de bekende namen, maar ook nog onbekende. Toch wel spannend, welk gezicht hoorde ook alweer bij de naam en wie zijn de onbekenden? Het vooruitzicht was in ieder geval goed. In totaal 72 aanmeldingen, een tamelijk grote groep.
Bij binnenkomst toch wel weer herkenning, er werd druk gepraat met elkaar onder het genot van een kopje koffie of thee met wat lekkers erbij. De indeling van de dag werd bekendgemaakt en in drie groepen werd er een zeer interessante rondleiding door het Aviodrome gegeven. Door deze rondleiding hebben we een heel andere kijk op de luchtvaartindustrie gekregen, het heden en het verleden werden op een zeer leuke manier gepresenteerd. Na de rondleiding was het al weer tijd voor de 82e ALV, welke gehouden werd in de Davinci zaal. Partners en niet-geïnteresseerden hadden even de tijd om op eigen gelegenheid het museum te bezoeken. Tijdens de ALV werd de toekomst van de vereniging besproken, het is duidelijk dat het ledenaantal aanzienlijk terugloopt, hetgeen onvermijdelijk lijkt omdat de pas afgestu26
deerde jeugd vaak het nut van een dergelijke verenging niet inziet. Ook zijn er leden die opzeggen omdat ze, naar eigen zeggen, er niet veel belang bij hebben om lid van een dergelijke vereniging te zijn. Dit betreuren wij zeer, en we hopen dan ook door middel van leuke activiteiten en een gezellige ledendag onze leden te behouden. Suggesties hiervoor zijn altijd welkom via www.olnsmeesterschilders.nl Ook werden de jaarverslagen en de financiële stukken besproken, de vereniging is gezond en er zijn voldoende financiële middelen om een boekwerk ter ere van het aankomende 85-jarig bestaan van de vereniging te realiseren. Als u hiervoor nog foto’s of aanvullende informatie heeft, ook deze zijn welkom op bovenstaand e-mailadres. Verder werd de erelid benoeming van dhr. Harrie van Kuijk besproken en positief bevonden. www.olnsmeesterschilders.nl
Dhr. Van Kuijk is voorgedragen voor dit erelidmaatschap omdat hij al vele jaren betrokken is bij de vereniging als docent voor de gevorderden van de cursus oude technieken en zijn inzet hiervoor. Later op de dag zou Hanny Kuin als voorzitter hierop terugkomen. Als afsluiting van de ALV werd de korte film “uit de hand van de meester-schilder” vertoond voor alle aanwezigen. Deze korte film heeft u inmiddels allemaal ontvangen en hopelijk ook bekeken. U zult waarschijnlijk net als alle aanwezigen bij de ledendag met volle aandacht en enigszins geëmotioneerd deze film hebben bekeken. Nadat de film was afgelopen werden de makers en hoofdpersonen naar voren geroepen en voorzien van dank en een mooie bos bloemen. Als volgende werd Harrie van Kuijk naar voren geroepen, deze wist echter van niets en was onder het mom van “een speciale gast” voor deze dag uitgenodigd. Hij was dan ook zeer blij verrast dat hij werd benoemd tot erelid van onze vereniging en ontving met passende trots de bijbehorende oorkonde, gemaakt door dhr. Berghuis en de gouden speld. Onder groot applaus werd hierbij het officiële gedeelte afgesloten. Inmiddels was het warme en koude buffet klaargezet en kon ook de inwendige mens voorzien worden. Het zag er allemaal zeer smakelijk uit en er werd heerlijk van gegeten. Onder het buffet werden er weer gezellige gesprekken gevoerd tussen www.olnsmeesterschilders.nl
oude en nieuwe contacten, echt zoals het op een ledendag behoort te zijn. Om ongeveer 21:00 uur was de ledendag dan toch echt ten einde en werd er afscheid genomen. Wij als organisatoren kunnen spreken van een zeer geslaagde dag en we hopen dan ook dat het aantal aanmeldingen voor de volgende ALV met ledendag op 9 Oktober 2010 (schrijf maar vast in de agenda) weer zeer groot zal zijn. Tot volgend jaar! Robert Koning en Jolanda den Boef 27