Verkiezingsprogramma 2013
1
Samenvatting
Fusie b` etafaculteiten LIEF maakt zich grote zorgen over de plannen voor een fusie tussen de b`etafaculteiten van de UvA en de VU. Er spelen op dit moment grote problemen op de VU met betrekking tot het niet halen van de instellingsaccreditatie en verstrekkende bezuinigingen. Daarnaast vreest LIEF voor te grote opleidingen en is het volgens LIEF onwenselijk dat de b`etawetenschappen over twee locaties worden verdeeld. Tenslotte voorziet LIEF grote problemen in de transitieperiode. Omdat de meerwaarde voor het onderwijs en voor de studenten vooralsnog niet duidelijk is, k´an LIEF zo niet voor de AFS zijn. Start van je studie Voor veel studenten is de overgang naar de universiteit behoorlijk wennen. LIEF pleit daarom voor meer ‘intake en matching’ voor aankomende studenten. Daarnaast is LIEF voorstander van een inhoudelijk tutoraat met veel nadruk op persoonlijke begeleiding en een vak waar op hoog niveau academische vaardigheden worden onderwezen. Onderwijskwaliteit LIEF is tegen de verschoolsing van het onderwijs aan de FNWI: verplichte werkgroepen en verplicht huiswerk moeten tot een minimum beperkt worden. Verder is LIEF van mening dat maatregelen als meer studieadviseurs, betere terugkoppeling van evaluaties en meer Engels in de bachelor zullen zorgen voor een significante verbetering van de onderwijskwaliteit. Tenslotte denkt LIEF dat de invoering van een BSA niet gunstig uit zal pakken voor de studenten. Actieve student Volgens LIEF is studeren meer dan 180 punten halen in 3 jaar. Activiteiten als het studeren in het buitenland, het volgen van honours- of keuzevakken, of een jaar als bestuurslid van een studieof studentenvereniging dragen volgens LIEF veel bij aan de ontwikkeling van de student. Betere informatievoorziening over het studenten in het buitenland en het honoursprogramma is volgens LIEF dan ook van groot belang. Cohesie binnen het Science Park Op het Science Park zitten alle b`etawetenschappen onder ´e´en dak en dit cre¨ert een academische gemeenschap die volgens LIEF hoe dan ook in stand moet worden gehouden. Dit wil LIEF in de FSR bereiken door veel contact te onderhouden met studieverenigingen en op te komen voor hun rechten. Daarnaast zouden het volgens LIEF goede ontwikkelingen zijn als er meer contact komt tussen de FSR en de Opleidingscommissies (OC’s) en als de FSR een grotere bekendheid zou krijgen onder studenten. Faciliteiten De faciliteiten op het Science Park zijn over het algemeen goed, maar zeker niet perfect. Zo zijn er, zeker in tentamenperiodes, te weinig studieplekken en zijn er problemen met de software die ge¨ınstalleerd staat op de computers. Ook zouden maatregelen als een intensiever gebruik van Datanose en een nog duurzamer gebouw ervoor zorgen dat het Science Park een nog betere studeerplek wordt.
1
Informatievoorziening Een goede informatievoorziening is essentieel voor een student. LIEF vindt het daarom van groot belang dat de roostersite, de studiegids en Blackboard gebruiksvriendelijk en helder zijn. Daarnaast vindt LIEF dat de faculteit betere informatievoorziening over de masterkeuze en verdere carri`ereperspectieven zou moeten faciliteren.
2
2
Inleiding
LIEF heeft zich de afgelopen jaren hard gemaakt voor de rechten van de student en gezorgd voor een nog betere studeeromgeving op het Science Park. Dit jaar heeft LIEF zich onder andere bezig gehouden met de AFS en het BSA; twee zaken die het (faculteits)bestuur van de UvA wat ons betreft veel te snel wil invoeren. LIEF is niet alleen de jongste partij op de FNWI, maar op dit moment ook de grootste. Door de goede vertegenwoordiging van de partij in de raad, zijn voorgaande programma’s ook grotendeels gerealiseerd. LIEF wil dit goede werk voortzetten, en zal daar alles aan doen binnen de Facultaire Studentenraad (FSR). LIEF is een partij v´ o´ or en d´ o´ or de studenten. De partij wil de stem van de studenten laten horen. Daarom zijn wij niet alleen tijdens de verkiezingen zichtbaar, maar houden we het hele jaar door acties. Tijdens deze acties krijgt LIEF rechtstreeks van de student te horen wat er speelt op de FNWI. LIEF vindt dat studenten de mogelijkheid moeten krijgen om het beste uit zichzelf te halen tijdens hun studietijd en hoopt studenten hier dan ook bij te kunnen ondersteunen. Terugkerende thema’s van LIEF zijn: inspirerend onderwijs, interdisciplinariteit, internationalisering en inzichtelijkheid. Deze thema’s zijn dan ook dit jaar terug te vinden in het verkiezingsprogramma. Wij brengen dit onder de aandacht door middel van zeven deelonderwerpen, te weten Fusie b`etafaculteiten UvA/VU, Start van de studie, Onderwijskwaliteit, Actieve student, Cohesie binnen het Science Park, Faciliteiten en Informatievoorziening. LIEF is er van overtuigd dat met het verkiezingsprogramma een goede leidraad is gespannen met haalbare doelen waar de FSR volgend jaar mee aan de slag kan. LIEF is er voor jou!
3
Inhoudsopgave 1 Samenvatting
1
2 Inleiding
3
3 Fusie b` etafaculteiten 3.1 Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3.2 Transitieperiode . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5 5 6
4 Start van je studie 4.1 Intake en matching . . . 4.2 Tutoraat en academische 4.3 Basiswiskunde . . . . . . 4.4 Speciale omstandigheden
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
7 7 7 7 7
5 Onderwijskwaliteit 5.1 Verschoolsing universiteit . . . . . . . . 5.2 (Bindend) Studie Advies . . . . . . . . . 5.3 Evaluaties . . . . . . . . . . . . . . . . . 5.4 Studieadviseurs en loopbaanbegeleiding 5.5 Engels in de bachelor . . . . . . . . . . . 5.6 8-8-4 in de Master . . . . . . . . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
9 9 9 9 10 10 10
6 Actieve student 6.1 Honoursonderwijs . . . . . . 6.2 Excellentie in de master . . 6.3 Studeren in het buitenland 6.4 Keuzevakken . . . . . . . .
. . . . . . . . vaardigheden . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
11 11 11 11 12
7 Sociale cohesie op het Science Park 7.1 Samenwerking met Studieverenigingen 7.2 Contact met medewerkers . . . . . . . 7.3 Bekendheid FSR . . . . . . . . . . . . 7.4 Contact FSR en opleidingscommissies
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
13 13 13 13 14
8 Faciliteiten 8.1 Roostering . . . . . . . . . . . . 8.2 Duurzaamheid . . . . . . . . . 8.3 Beschikbaarheid studieplekken 8.4 Openingstijden . . . . . . . . . 8.5 Software . . . . . . . . . . . . . 8.6 Webcolleges . . . . . . . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
. . . . . .
15 15 15 15 15 16 16
. . . .
. . . .
. . . .
. . . . . .
. . . .
. . . . . .
. . . .
. . . . . .
. . . . . .
9 Informatievoorziening 17 9.1 Digitale informatievoorziening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 9.2 Voorlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
4
3
Fusie b` etafaculteiten
LIEF maakt zich zorgen over de AFS. Er zijn plannen voor een fusie van de b`etafaculteiten van de Universiteit van Amsterdam (UvA) en de Vrije Universiteit van Amsterdam (VU). Hierbij zou de fusie van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (FNWI) met de b`etafaculteiten van de VU leiden tot de oprichting van een nieuwe faculteit, de Amsterdam Faculty of Science (AFS). De VU verkeert op dit moment in een bestuurlijke crisis. De VU heeft zijn instellingsaccreditatie, een toets waarmee wordt gecontroleerd of een universiteit voldoende aandacht besteedt aan kwaliteitszorg, moeten uitstellen, omdat de verwachtingen zijn dat de VU op dit moment niet zou slagen voor de test. Als gevolg daarvan is de rector van de VU opgestapt. De VU is de laatste tijd regelmatig negatief in het nieuws geweest, vanwege de hierboven genoemde instellingstoets, de bestuurlijke crisis en de grote bezuinigingsmaatregelen die op dit moment worden ingevoerd. LIEF vindt het zeer zorgelijk dat de UvA intensiever wil gaan samenwerken met een universiteit waar zoveel problemen zijn. Voordat de VU zijn instellingsaccreditatie gehaald heeft, kunnen er geen besluiten worden gemaakt over de AFS.
3.1
Algemeen
Een belangrijk doel bij de oprichting van het Science Park was dat het “´e´en onderkomen voor alle b`etadisciplines die voorheen waren verspreid over verschillende gebouwen in de stad (footnote)” zou bieden. Er werd met de bouw nadruk gelegd op het belang van interdisciplinair onderzoek en op nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap die steeds vaker plaatsvinden op het snijvlak van verschillende disciplines. Nu het Science Park een aantal jaar bestaat, is er een heuse b`etacommunity ontstaan op het Science Park, die volgens LIEF erg belangrijk is voor het academische klimaat op het Science Park. De AFS zal hoogstwaarschijnlijk tot gevolg hebben dat de verschillende b`etadisciplines weer uit elkaar getrokken worden. De Human Life Sciences en Informatics zullen op de Zuidas gevestigd worden, terwijl de Fundamentals of Science en Science for Sustainability op het Science Park blijven. Dit brengt niet alleen problemen mee voor bijvoorbeeld studenten van de dubbele bachelor Wiskunde-Informatica, die op twee locaties colleges zullen hebben, ook zal dit voor de b`etastudenten in het algemeen het volgen van keuzevakken bij andere b`etaopleidingen bemoeilijken. Dit komt doordat zij op en neer zullen moeten fietsen, wat niet altijd in de roosters past. LIEF vindt het belangrijk dat het volgen van keuzevakken mogelijk en makkelijk is. Bovendien werkt het contact tussen studenten van de verschillende opleidingen verbredend voor de studenten op aan de FNWI. LIEF maakt zich zorgen over de grootte van de opleidingen op de AFS. Er mogen volgens LIEF niet al te grote studies ontstaan. Vollere collegezalen, werkgroepen en practicumzalen kunnen persoonlijke studiebegeleiding en binding met de faculteit verminderen. LIEF zet zich in voor persoonlijk onderwijs. De universiteit moet geen fabriek worden. Er zijn een aantal opleidingen op de FNWI die vergelijkbaar zijn met opleidingen aan de VU, maar die toch een heel eigen karakter hebben. LIEF maakt zich zorgen over het behoud van het eigen karakter van deze opleidingen. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om opleidingen als Biomedische wetenschappen, maar ook om Kunstmatige Intelligentie, dat vaak wordt vergeleken met Lifestyle Informatics aan de VU. Dergelijke opleidingen kunnen niet ‘zomaar’ worden samengevoegd. Volgens LIEF zou door samenvoeging namelijk het unieke karakter van deze opleidingen verloren kunnen
5
gaan. LIEF ziet ook enkele mogelijke voordelen in de plannen voor de AFS. Zo kunnen kleine studies misschien behouden worden, omdat ze kunnen worden samengevoegd. Dit zal bijvoorbeeld goed kunnen uitpakken voor de bachelor Scheikunde. De vraag is echter of een fusie de enige oplossing is voor het probleem van het behoud van kleine studies. Een ander voordeel is dat samengevoegde opleidingen een grotere docentenpool hebben om hun docenten uit te kiezen, hierdoor kunnen de beste docenten worden ingezet voor het onderwijs. Dit kan gunstig zijn voor de onderwijskwaliteit. Daarnaast zijn er enkele onderzoeksgroepen waarvoor een fusie eventueel gunstig kan uitpakken, wat de kwaliteit van het wetenschappelijk onderwijs aan de FNWI ten goede zou kunnen komen.
3.2
Transitieperiode
LIEF maakt zich zorgen over de overgangsperiode van FNWI naar AFS. LIEF vindt dat de huidige studenten op geen enkele manier last mogen ondervinden van de fusie van de faculteiten. Er zijn verschillende factoren die volgens LIEF grote problemen kunnen veroorzaken in de transitieperiode. LIEF wil er dan ook voor zorgen dat deze risico’s in kaart worden gebracht en dat er oplossingen worden gezocht. Zo moeten de administratiesystemen voor studenten geharmoniseerd worden, maar ook andere faciliteiten zoals Blackboard, roostersites en studiegidsen moeten helemaal op elkaar afgestemd zijn voordat de samengevoegde opleidingen van start gaan. Studenten mogen niet de dupe worden van administratieve rompslomp en problemen die de fusie mogelijk met zich mee brengt. Ook moet er voor worden gewaakt dat de onderwijskwaliteit behouden blijft tijdens de overgangsfase. Er zullen nieuwe gebouwen in gebruik genomen worden en er moeten ontzettend veel opleidingen en onderzoeksinstituten gaan verhuizen. Het kan jaren gaan duren voordat iedereen op de juiste plek zit. In de tussentijd zullen misschien al een aantal opleidingen verhuizen naar de Zuidas, maar over het algemeen zijn de faciliteiten daar veel minder goed dan op het Science Park, zeker zolang de nieuwbouw nog niet af is. Als de AFS-opleidingen met nieuwe curricula van start gaan, moet er een overgangsregeling worden ingesteld voor studenten van de oude opleidingen die nog vakken moeten inhalen.
Samenvattend ziet LIEF een aantal gevaren en grote nadelen aan de fusie, zoals het splitsen van een faculteit over twee locaties waardoor de b`etawetenschappen niet meer samen onder ´e´en dak zitten. Daarnaast heeft LIEF veel zorgen rondom het samenvoegen van opleidingen en de verdere invulling van de nieuwe faculteit. Het faculteitsbestuur schetst veel mogelijke, vaak speculatieve voordelen van de AFS, LIEF is van mening dat goed moet worden bekeken of een fusie wel de beste optie is om deze voordelen te verwezenlijken. LIEF wil via de studentenraad graag actief meedenken met het bestuur om tot de best mogelijke oplossing te komen. LIEF ziet daarnaast veel gevaren voor studenten tijdens de transitieperiode, en zolang deze niet opgelost worden is een fusie geen goed plan. Voor LIEF is de meerwaarde voor het onderwijs en voor de studenten nog niet duidelijk. Kortom: LIEF k´ an zo niet voor de AFS zijn.
6
4
Start van je studie
Een studie uitkiezen waar je ´echt in verder wil is vaak lastig. En als je eenmaal gekozen hebt, blijkt de overgang van middelbare school naar universiteit soms even wennen. LIEF vindt het belangrijk dat deze overgang zo soepel mogelijk wordt gemaakt voor iedereen, dus ook voor studenten met speciale omstandigheden.
4.1
Intake en matching
Het komt vaak voor dat studenten er in het eerste jaar achter komen dat de studie die ze hebben gekozen toch niets voor hen blijkt te zijn, om vervolgens te stoppen met hun studie. Dit is vervelend, zowel voor de studenten als voor de opleidingen. LIEF vindt het daarom een goed idee om te kijken wat de mogelijkheden tot intake en matching zijn bij de opleidingen aan de FNWI. Het zou goed zijn als studenten eerst een intakegesprek moeten voeren bij de opleiding, voordat ze zich officieel kunnen inschrijven. Een dergelijke intakeprocedure met een niet-bindend advies bestaat al bij enkele opleidingen aan de FNWI. LIEF vindt het een goede zaak dat deze adviezen niet bindend zijn en wil dat behouden. Het voordeel van intake en matching is dat er beter voor kan worden gezorgd dat studenten sneller bij de juiste opleiding terecht komen, wat zou kunnen zorgen voor een verhoging van het studiesucces.
4.2
Tutoraat en academische vaardigheden
Alle bacheloropleidingen aan de FNWI hebben een vorm van tutoraat. Er bestaan veel verschillende vormen van het tutoraat en afhankelijk van de frequentie en inhoud ervan zijn studenten wisselend enthousiast. LIEF pleit voor een zinvolle inrichting van het tutoraat. Meer inhoud en goede begeleiding zijn hierbij zaken die voorop staan, zodat het tutoraat daadwerkelijk iets bijdraagt aan de studie. Een student moet zich kunnen presenteren als een academicus. Op wetenschappelijke congressen en conferenties, maar ook in het bedrijfsleven, zijn academische basisvaardigheden van groot belang. Dit hoeft niet knullig of schools onderwezen te worden, maar kan serieus en uitdagend opgepakt worden. LIEF is voor professionele begeleiding en inspirerende opdrachten.
4.3
Basiswiskunde
Het blijkt dat de overstap van middelbare school naar universiteit niet altijd even makkelijk verloopt voor zover het de wiskundekennis betreft. Daarom pleit LIEF voor de invoer van een facultatieve cursus basiswiskunde in het eerste jaar. Het is de bedoeling dat studenten die moeite hebben met statistiek of algebra deze cursus kunnen volgen om hun kennis bij te spijkeren. LIEF wil de mogelijkheden hiertoe verkennen en hoopt dat dit voor iedere student kan worden gefaciliteerd door de FNWI.
4.4
Speciale omstandigheden
LIEF wil zich inzetten voor studenten die zich door omstandigheden niet volledig op hun studie kunnen richten. Voor mensen die bijvoorbeeld topsport bedrijven of te maken hebben met een chronische ziekte, moeten regelingen worden getroffen zodat ook zij normaal kunnen studeren. Op dit moment bestaan er wel regelingen, maar deze zijn minimaal. LIEF wil dat deze regelingen 7
verbeterd worden en dat er meer helderheid is voor de student.
Concluderend is LIEF voor het invoeren van intake en matching bij opleidingen aan de FNWI. Op deze manier komen studenten sneller op de juiste plek terecht, wat voordelig is voor zowel de student als de faculteit. Vakken als het tutoraat, academische basisvaardigheden en een facultatieve cursus basiswiskunde moeten de overgang van middelbare school naar universiteit versoepelen. Voorwaarde is wel dat deze vakken een zinvolle invulling krijgen met goede persoonlijke begeleiding. Ten slotte wil LIEF de regelingen voor bijzondere gevallen nader bekijken. Zo kan iedereen met een goede start aan zijn/haar academische loopbaan beginnen.
8
5
Onderwijskwaliteit
LIEF vindt dat met een aantal veranderingen studeren aan de FNWI significant kan worden verbeterd.
5.1
Verschoolsing universiteit
Door verplichte werkcolleges, huiswerk, of opdrachten voor een tutoraat lijkt het volgen van een wetenschappelijke studie soms meer op een ‘VWO 7’ dan op studeren. LIEF is hierop tegen. Het is aan de student of deze gebruik wil maken van dergelijke ondersteunende didactische middelen. Dit zou geen negatieve rol mogen spelen bij het bepalen van een eindcijfer. Een universiteit is geen middelbare school, maar een omgeving waar je als student je eigen identiteit en vrijheid moet kunnen hebben om je te kunnen ontplooien.
5.2
(Bindend) Studie Advies
LIEF denkt niet dat de invoering van het Bindend Studie Advies (BSA) positief zal uitpakken voor studenten. LIEF vindt dat studenten de mogelijkheid moeten hebben om fouten te maken. Studeren is een academische vaardigheid en sommige mensen moeten dit leren, die tijd moet ze gegund worden. LIEF vindt echter ook dat dit valt onder de eigen verantwoordelijkheid van de student en dat inzet mag worden verwacht. Daarnaast dient het aangeboden onderwijs eerst goed beoordeeld te worden, voordat de deelnemende studenten op hun prestaties kunnen worden afgerekend. Dit is momenteel vaak niet het geval. Daarom heeft LIEF, samen met de andere fracties in de raad, ervoor gezorgd dat het BSA bij enkele opleidingen is uitgesteld en dat de scherpe randen van de regeling af zijn. LIEF blijft kritisch over het BSA en zal zich in de raad ook zo opstellen tegenover de verdere invoering daarvan bij opleidingen op de FNWI. Bij studies waar het BSA is ingevoerd wil LIEF dat studieadviseurs studenten begeleiden bij het behalen van hun BSA. Dit betekent ook dat studenten tijdig en goed worden ge¨ınformeerd over hun kansen om het BSA te halen. Studenten waarvoor een negatief BSA dreigt, kunnen zich namelijk nog voor februari uitschrijven, waardoor zij minder zware financi¨ele gevolgen van het BSA zullen dragen. Ingangseisen voor vakken maken het voor studenten lastig om snel hun vakken te halen. Zodra een vak waarvan je de ingangseis niet hebt gehaald, weer een ingangseis is voor een ander vak, valt je propedeuse als dominostenen om. Dit is een nog groter probleem met het oog op het BSA. LIEF wil de huidige ingangseisen goed onder de loep nemen, want veel ingangseisen zijn onredelijk.
5.3
Evaluaties
Om de kwaliteit van vakken te waarborgen worden deze na afsluiting ge¨evalueerd door studenten. LIEF vindt vakevaluaties heel belangrijk, omdat evaluaties een waardevolle manier zijn om vakken en opleidingen continu te blijven verbeteren. Helaas zien studenten vaak niets terug van hun eigen evaluaties. LIEF wil hier verandering in brengen: de resultaten van vakevaluaties kunnen bijvoorbeeld via Blackboard teruggekoppeld worden. Dit kan na de afsluiting van een vak, maar ook kunnen de resultaten van evaluaties van vorig jaar voorafgaand aan een vak op Blackboard worden gezet. Om te controleren of evaluaties ook daadwerkelijk leiden tot verbetering van het vak, zouden evaluaties van verschillende jaren met elkaar vergeleken kunnen worden. Op deze manier kan gemakkelijk worden gezien of de naar aanleiding van de evaluaties getroffen maatregelen effect 9
hebben gehad. Naast de vakevaluaties vindt LIEF het belangrijk dat er elk jaar ook een algemene evaluatie plaatsvindt, waarin zaken als roostering, studielast per periode en het curriculum als geheel aan bod komen. Bij studies waar dit al gebeurt in de vorm van evalutaties in het Student Response System (SRS), kunnen dit soort onderwerpen explicieter aan bod komen.
5.4
Studieadviseurs en loopbaanbegeleiding
LIEF vindt het van groot belang dat studenten op de hele FNWI kunnen beschikken over snelle, persoonlijke en effici¨ente hulp van studieadviseurs. Bij veel opleidingen is er een tekort aan studieadviseurs waardoor er te weinig ruimte is voor persoonlijke begeleiding. Daarom wil LIEF zich inzetten voor meer studieadviseurs, zodat elke student op een persoonlijke manier geholpen kan worden. Daarnaast hebben studieadviseurs vaak weinig kennis van keuzevakken, honoursprogramma’s, of ander onderwijs dat buiten het curriculum wordt aangeboden. LIEF is voor het aanstellen van facultaire studieadviseurs; zodat studieswitchers, keuzevakkers, en breed geori¨enteerde studenten goed geholpen kunnen worden.
5.5
Engels in de bachelor
Volgens LIEF valt onder een goede academische opleiding ook education die je voorbereidt op de internationale wetenschappelijke wereld. Voor een internationale career is het beschikken over wetenschappelijk Engels als skill een echte must. LIEF is dan ook voor een faculteitsbreed vak Academic English, meer vakken die in het Engels worden aangeboden, en de mogelijkheid om tentamens in het Engels te maken. Hierdoor zullen ook meer internationale studenten involved raken. Een belangrijke constraint is wel dat de docenten behoorlijk Engels spreken. Het maakt niet zoveel uit of een docent nou thenk, fenk, venk, of thank you zegt. Maar Engelse colleges die door de gebrekkige grammatica nauwelijks meer te volgen zijn, zouden verleden tijd moeten zijn.
5.6
8-8-4 in de Master
Een aantal jaar geleden is het 8-8-4 systeem UvA-breed ingevoerd. LIEF is van mening dat het 8-8-4 systeem in de Master niet optimaal functioneert. Masteropleidingen zijn research-based, waardoor het tot problemen kan leiden als vakken slechts 8 weken duren. Bovendien werkt de planning en roostering bij veel masters nog niet optimaal.
Kortom, met maatregelen als meer studieadviseurs, meer Engels in de bachelor, betere terugkoppeling van evaluaties en terughoudende invoer van het BSA denkt LIEF dat de studies en de studie-ervaring aan de FNWI sterk verbeterd worden.
10
6
Actieve student
Het algemene beeld van studenten is tegenwoordig niet meer zo goed. Studenten zijn lui, er heerst een zesjescultuur op universiteiten en studenten maken hun studiefinanciering op aan bier. Volgens LIEF is dit beeld totaal verkeerd. Studeren is m´e´er dan alleen punten halen, vindt LIEF. Studenten moeten gestimuleerd worden om zich op verschillende vlakken te ontplooien. Dit kan door het volgen van interessante keuzevakken, een periode studeren in het buitenland of deelname aan het honoursprogramma.
6.1
Honoursonderwijs
Gemotiveerde studenten die meer willen en kunnen dan het volgen van het reguliere programma, kunnen deelnemen aan het honoursprogramma. Helaas worden studenten vaak nauwelijks of slecht voorgelicht over deze mogelijkheid en bestaat er veel onduidelijkheid omtrent de eisen voor het behalen van een honourscertificaat. LIEF vindt het belangrijk dat studenten al vanaf het begin van het eerste jaar voldoende voorlichting krijgen over het honoursprogramma. Zo moet duidelijk zijn wat het precies inhoudt en welke voorwaarden gelden om deel te kunnen nemen. De studieadviseurs zouden hier een grote rol in kunnen spelen en ook het uitdelen van flyers kan voor een betere informatievoorziening zorgen. Daarnaast worden er in verschillende documenten verschillende eisen genoemd voor het behalen van een honourscertificaat, ook zijn deze eisen de afgelopen jaren nog wel eens veranderd. Concreet blijkt er veel onduidelijk te zijn over wat het gewogen gemiddelde cijfer moet zijn om een honourscertificaat te halen, wanneer een uitzondering wordt gemaakt voor studievertraging en welke vakken verplicht zijn om te volgen. LIEF vindt dat de eisen die gelden wanneer een student begint aan het programma, moeten blijven gelden tot het eind en niet tussentijds veranderd mogen worden. Bovendien moeten deze eisen worden vastgelegd in de OER.
6.2
Excellentie in de master
Op dit moment zijn er op de FNWI weinig mogelijkheden voor excellente masterstudenten om zich te onderscheiden. LIEF is van mening dat het volgen van een speciaal excellentieprogramma zowel in de bachelor- als masterfase mogelijk moet zijn. LIEF wil zich daarom inzetten voor het introduceren van excellentieonderwijs in de master. Hierbij kan gedacht worden aan het volgen van een aantal extra vakken, waarna de student aan het eind van de studie een speciaal certificaat krijgt uitgereikt. Deze extra vakken kunnen uit het reguliere programma komen, maar bij voorkeur worden er ook een aantal extracurriculaire vakken speciaal voor masterstudenten opgezet.
6.3
Studeren in het buitenland
Internationalisering is een speerpunt van LIEF. LIEF vindt dat een periode studeren in het buitenland een waardevolle bijdrage kan leveren aan de academische ontwikkeling van een student. De FNWI moet studeren in het buitenland daarom meer aanmoedigen door middel van meer voorlichting en betere begeleiding. Het Bureau Internationale Studentenzaken (BIS) is verantwoordelijk voor uitwisselingen en buitenlandse stages, maar is slecht te bereiken. Daarnaast is het moeilijk om snel een goed overzicht te krijgen van wat er mogelijk is op het gebied van uitwisselingen, wat vooral wordt veroorzaakt door de onoverzichtelijke site van de UvA. Op de site zouden de volgende punten duidelijker moeten terugkomen: het aangeven van de eisen om in het buitenland te mogen 11
studeren, de plekken waar dit mogelijk is, de procedure die moet worden doorlopen en de personen en instanties die daarvoor geraadpleegd moeten worden. Voorlichting over studeren in het buitenland vindt op dit moment slechts ´e´en keer per jaar plaats, wat LIEF veel te weinig vindt voor zo’n ingewikkeld onderwerp. Verder ontbreekt goede begeleiding tijdens het proces van het regelen van een uitwisseling of buitenlandstage. Wel wil LIEF opmerken dat zij niet vindt dat iedereen zomaar in het buitenland kan studeren: dit is een voorrecht en moet ook worden verdiend. Dit betekent echter niet dat de procedure overbodig onoverzichtelijk en ingewikkeld moet zijn.
6.4
Keuzevakken
LIEF vindt dat interdisciplinariteit een verrijking is voor de academische ontwikkeling. Grensoverschrijdend onderwijs moet worden gestimuleerd en toegankelijk gemaakt voor alle studenten. Elke student mag naast het vastgestelde bachelorprogramma zoveel keuzevakken als gewenst volgen, binnen en buiten de vrije keuzeruimte van zijn of haar studie. Studenten zijn vaak slecht op de hoogte van de mogelijkheid om ook buiten het eigen vakgebied keuzevakken te volgen bij andere opleidingen en faculteiten. Daarnaast blijkt de daadwerkelijke inschrijving in de praktijk erg lastig, vanwege de administratieve problemen die hierbij komen kijken. Het volgen van een minor buiten de FNWI is ingewikkeld, in het bijzonder voor masterstudenten. LIEF vindt dat hier verandering in moet komen. Interdisciplinair onderwijs moet toegankelijker worden door middel van meer voorlichting en minder moeilijkheden rondom de inschrijvingen.
Naast de bovengenoemde punten vindt LIEF dat studenten ook ge¨enthousiasmeerd moeten worden om betrokken te zijn bij de universiteit. Denk hierbij bijvoorbeeld aan deelname in commissies, een jaar in het bestuur van een studie- of studentenvereniging of actief worden in de medezeggenschap. Ook buiten de universiteit zijn er diverse mogelijkheden om je als student te ontplooien, bijvoorbeeld in de (top)sport, bij politieke organisaties of door vrijwilligerswerk te doen. Je studietijd is een periode waarin je de mogelijkheid moet hebben om je op verschillende vlakken te ontwikkelen, dus om jezelf te ontplooien op andere manieren dan alleen het behalen van studiepunten binnen je eigen discipline. Kortom: LIEF is van mening dat er op de FNWI een klimaat moet heersen waarin studenten gemotiveerd worden om actief te zijn en zich breed te ontwikkelen.
12
7
Sociale cohesie op het Science Park
LIEF vindt het een positieve ontwikkeling dat tegenwoordig alle b`etastudies zijn gecentraliseerd op ´e´en plaats: het Science Park. Dit levert meer dwarsverbindingen op tussen de verschillende velden van de FNWI. LIEF denkt dat dit de academische gemeenschap ten goede komt. Er is echter ruimte voor verbetering, zodat studenten en medewerkers zich meer verbonden zullen voelen met het Science Park en met elkaar.
7.1
Samenwerking met Studieverenigingen
Een groot deel van de studenten van de FNWI is lid van een studievereniging. LIEF heeft kandidaten vanuit veel verschillende studierichtingen, waarvan een groot aantal actief is bij een studievereniging. LIEF vindt studieverenigingen van zeer groot belang, want ze organiseren activiteiten die zorgen voor binding van studenten met hun studie en studiegenoten en zo een bijdrage leveren aan de academische gemeenschap. LIEF vindt dat de faculteit studieverenigingen moet ondersteunen bij het realiseren van studiegerelateerde activiteiten. De rechten van studieverenigingen zijn vastgelegd, maar afgelopen jaar is gebleken dat de faculteit hun meerwaarde niet altijd even serieus neemt. De FSR kan een grote rol spelen bij het versterken van de gezamenlijke positie van de verenigingen. LIEF wil vanuit de FSR de belangen van alle studieverenigingen behartigen. Daartoe is een goede samenwerking en regelmatig overleg zeer belangrijk.
7.2
Contact met medewerkers
Ook wil LIEF zorgen voor meer contact tussen studenten en docenten. De afscherming van sommige onderzoeksgroepen en aparte medewerkersvleugels heeft er voor gezorgd dat studenten hun docenten niet meer buiten de collegezalen zien. LIEF wil dit veranderen, bijvoorbeeld door de komst van een gedeelde loungeruimte met een uitnodigend karakter waar actief gebruik van kan worden gemaakt. Ook kan het contact tussen medewerkers en studenten formeler geregeld worden, bijvoorbeeld door maandelijkse bijeenkomsten waarin onderzoeken of aanverwante activiteiten op een toegankelijke manier worden gepresenteerd. Dit zou kunnen worden gedaan met verschillende korte lezingen uit alle geledingen van de faculteit, gehouden door hoogleraren tot en met eerstejaars studenten.
7.3
Bekendheid FSR
LIEF denkt dat de relatie tussen de FSR en de studenten beter kan. Veelal is niet bekend wat de taken en verantwoordelijkheden zijn van de FSR, of juist wat deze niet zijn. De slagkracht van de FSR als medezeggenschapsorgaan binnen het facultaire bestuur is vaak onbekend. Om dit te verbeteren, wil LIEF de communicatie tussen de studenten en de FSR verbeteren, zodat de FSR representatief kan zijn voor het gedachtegoed van de studenten. LIEF denkt hierbij onder andere aan het organiseren van informerende activiteiten en het houden van enquˆetes. Hierdoor zou het contact tussen de FSR en de andere studenten beter verlopen. Dit leidt aan de ene kant tot meer input vanuit de studenten zodat de FSR hen beter kan vertegenwoordigen, en aan de andere kant tot meer waardering richting de studentenraad.
13
7.4
Contact FSR en opleidingscommissies
LIEF pleit voor een betere samenwerking tussen de FSR en de opleidingscommissies (OC’s) door intensiever contact via contactpersonen en gezamenlijke vergaderingen. Zo kan de FSR de belangen van meerdere OC’s tegelijk behartigen en omdat de FSR soms inspraakrecht heeft op dingen waar een OC alleen maar adviesrecht op heeft, is dat een belangrijke ontwikkeling. Daarnaast kan contact tussen verschillende OC’s ook voor goede idee¨en zorgen en kunnen problemen worden opgelost.
Een goede sfeer op het Science Park is volgens LIEF van groot belang. Op verschillende manieren kan hier verbetering in worden gebracht, onder andere door meer contact met de opleidingscommissies en medewerkers en meer bekendheid van de facultaire studentenraad en een nauwere samenwerking met studieverenigingen.
14
8
Faciliteiten
Op het Science Park zijn fantastische faciliteiten, maar er zijn ook beperkingen: studieplekken die altijd volzitten en computers zonder de juiste software. Volgens LIEF zou het Science Park een nog betere en nog meer duurzame studeerplek kunnen zijn.
8.1
Roostering
Volgens LIEF is het van belang dat roosters op tijd bekend zijn. Dit is zowel voor studenten als docenten belangrijk, studenten kunnen hierdoor namelijk beter rekening houden met het inplannen van andere activiteiten zoals werk, sport of keuzevakken, waardoor de afwezigheid tijdens colleges zal afnemen. Daarnaast blijkt dat het vaak onduidelijk is wanneer de hertentamens in de zomer plaatsvinden, wat zorgt voor onnodige problemen met het plannen van andere activiteiten. Bij studies die te maken hebben met onderwijs op de UvA en de VU, blijkt dat studenten hun vakken die ze op de VU volgen niet altijd terug kunnen vinden in Datanose. LIEF zal zich sterk maken om ook deze pendelstudenten te voorzien van alle gemakken van Datanose.
8.2
Duurzaamheid
Met het invoeren van biologisch voedsel bij Eurest blijkt dat de FNWI duurzaamheid hoog in het vaandel heeft, maar er is altijd ruimte voor verbetering. Zo blijven sommige computers ’s nachts aanstaan, op slaapstand weliswaar, maar ze gebruiken nog steeds onnodig energie. LIEF wil ervoor zorgen dat dit zinloze energieverbruik zoveel mogelijk wordt teruggedrongen. Printen op normaal formaat, A4, is sinds dit jaar niet meer gratis. Er is hierdoor veel verspilling voorkomen, er is maar liefst 85 procent minder geprint, en het heeft daarmee bijgedragen aan een duurzamer Science Park.
8.3
Beschikbaarheid studieplekken
LIEF vindt dat er voor iedereen op het Science Park plek moet zijn om rustig te studeren. Met een toenemend aantal studenten op het Science Park is het belangrijk dat de faciliteiten in orde zijn. Met name studieplekken met computers en stilteplekken zijn vaak bezet. Rond de tentamentijd worden de studieplekken nog drukker bezocht. LIEF vindt dat verbetering hier dringend nodig is. Daarom wil LIEF zich het aankomend jaar inzetten voor meer studieplekken zodat iedereen rustig kan studeren op het Science Park. Science Park beschikt over een aantal samenwerkruimtes. LIEF is groot voorstander van deze ’hokjes’, maar zou graag zien dat de ruimtes beter geventileerd worden. LIEF vind het belangrijk dat deze werkruimtes prettig zijn om in te vergaderen, samen te werken of studeren.
8.4
Openingstijden
De FSR heeft de laatste jaren veel vooruitgang geboekt wat betreft de openingstijden van het Science Park, zo is het studiecentrum op zondag voor iedere tentamenweek geopend. LIEF vindt het een goed idee om de openingstijden op zondag te verlengen van 18.00 uur tot bijvoorbeeld 22.00 uur en de doordeweekse openingstijden te verruimen tot 00.00 uur.
15
8.5
Software
Het is voor studenten lastig om eigen programma’s te installeren op het Science Park. Niet alle computers op het Science Park hebben alle benodigde software voor studenten en het prettig is als er zowel in Linux als op Windows mee gewerkt kan worden. Daarom vindt LIEF dat het voor iedere student gemakkelijker zou moeten zijn om programma’s te installeren.
8.6
Webcolleges
LIEF is voor de mogelijkheid om colleges online te kunnen bekijken via Blackboard. In de zalen waar al benodigdheden voor webcolleges aanwezig zijn, zouden vaker colleges moeten worden opgenomen. In de overige zalen zouden faciliteiten moeten komen. Zo kan de student die niet aanwezig kon zijn bij het hoorcollege, de stof alsnog bekijken. LIEF zou graag zien dat het aantal webcolleges wordt uitgebreid.
Samenvattend zou LIEF graag zien dat er verder ge¨ınvesteerd wordt in Datanose en het ontwikkelen van webcolleges. LIEF is voor meer studieplekken op het Science Park en langere openingstijden. Daarnaast vindt LIEF dat het Science Park duurzamer kan.
16
9
Informatievoorziening
Een student heeft behoefte aan overzicht en duidelijkheid als het gaat om informatievoorziening. Om goed te kunnen studeren, is het belangrijk dat Blackboard, de studiegids en de roostersite gebruiksvriendelijk en helder zijn. Daarnaast heeft de faculteit ook de taak om studenten voor te lichten over de masterkeuze en carri`ereperspectieven.
9.1
Digitale informatievoorziening
LIEF vindt dat de roostering en de studiegids van vakken online te vinden moeten zijn op het moment dat een student zich in wil schrijven voor een vak. Hierdoor wordt het kiezen en plannen van minor-, honoursvakken en andere activiteiten gemakkelijker. De roosters mogen na de inschrijftermijn niet meer veranderen, zodat de planning van de student niet meer in de war wordt gegooid. Studenten halen hun informatie over een vak uit de studiegids, dus de richtlijnen gegeven in de studiegids moeten gevolgd worden. Om er op toe te zien dat dit gebeurt, zouden opleidingscommissies betrokken kunnen worden bij het opstellen van de studiegids. Ook moet er meer uniformiteit tussen de Blackboardpagina’s van verschillende vakken komen zodat het voor elk vak duidelijk is waar bepaalde informatie gevonden kan worden.
9.2
Voorlichting
LIEF vindt het belangrijk dat studenten zich al tijdens hun studie voorbereiden op de toekomst. De faculteit moet studenten voorlichten over het masteraanbod, stages en carri`eremogelijkheden. Het is belangrijk dat studenten al vroeg in hun bachelor op de hoogte zijn van keuzemogelijkheden en ingangseisen voor bepaalde masters. Digitale voorlichting over masters vormt hierbij een belangrijke bron van informatie, omdat dit meestal de manier is waarop studenten zich voor het eerst gaan ori¨enteren. Echter, informatie over het masteraanbod op de UvA-website is vaak onvolledig of verouderd en de beschikbare informatie verschilt per opleiding. Volgens LIEF is er dus nog ruimte voor verbetering van de voorlichting en LIEF pleit er dan ook voor dat de mastervoorlichting onder de loep genomen wordt. Naast voorlichting over de beschikbare masteropleidingen vindt LIEF dat een faculteit ook de taak heeft om voorlichting te geven over carri`ereperspectieven. Hier zou meer ruimte voor moeten komen binnen het curriculum. Voorlichting over toekomstperspectieven kan bijvoorbeeld door alumni uit te nodigen of door het organiseren van carri`eredagen en excursies.
Kortom, de informatievoorziening vanuit de faculteit naar studenten is niet altijd optimaal. Er zijn een aantal punten waarvan LIEF vindt dat het goed zou zijn om die te verbeteren, zoals de eisen die worden gesteld aan het vaststellen van rooster en studiegidsen, voorlichting over masteropleidingen en de terugkoppeling van evaluaties.
17