Verkeersveiligheid op het platteland Methodiek jongerenparticipatieproject
Inhoudsopgave INLEIDING
3
1. 2. 3. 4. 5.
Methodiek Jongeren Gemeente Peerraadpleging Verbetergroep 5.1 De manier van werken 5.2 De eerste bijeenkomst 5.3 De tweede bijeenkomst 5.4 De derde bijeenkomst
4 5 5 5 6 6 6 7 7
6. 7. 8.
Uitvoering oplossing Pilot Project in uw gemeente
8 9 9
C
INLEIDING Jongeren tussen de 12 en 24 jaar vormen een doelgroep die extra aandacht verdient als het gaat om verkeersveiligheid. Het is de leeftijd waarop ze zelfstandig deel gaan nemen aan het verkeer en de overstap maken van de fiets naar scooter en auto. Jongeren vormen daarmee een risicogroep binnen het verkeer. Bijkomende reden daarvoor is het risicogedrag van jongeren. Met hun geringe ervaring als weggebruiker vertonen ze daarnaast experimenteergedrag zoals het gebruiken van alcohol, drugs en tot laat in de nacht uitgaan. Hoewel het met cijfers moeilijk te onderbouwen is, kunnen jongeren op het platteland daarbij als extra risicogroep worden aangemerkt. Bij deze jongeren betekent uitgaan vaak een grote reisafstand terwijl er geen openbaar vervoer voorhanden is. Daarnaast zijn de wegen op het platteland vaak smal en minder goed verlicht. Om bovenstaande redenen hebben Plattelandsjongeren.nl en Veilig Verkeer Nederland District Noord-Brabant in opdracht van de Provincie Noord-Brabant de handen ineen geslagen om door middel van jongerenparticipatie het bovengeschetste probleem te onderzoeken, analyseren en er een product op te ontwikkelen. In deze pilot is gewerkt met het thema verkeersveiligheid op het platteland. De methodiek is echter toe te passen op elk mogelijk thema. Daarnaast kan met verschillende doelgroepen gewerkt worden. Door middel van een jongerenparticipatieproject kunnen verschillende doelen bereikt worden. - Allereerst wordt er onderzocht welke knelpunten met betrekking tot het thema er leven onder jongeren. Deze behoeften worden geïnventariseerd, maar er kan door het beschikbare budget ook direct op ingespeeld worden. - Door middel van jongerenparticipatie kunnen jongeren in alle fasen van het project betrokken worden. Zij constateren zelf welke knelpunten met betrekking tot het thema er spelen onder jongeren. Vervolgens reiken zij hier zelf oplossingen voor aan. Daarbij geven zij aan waar een oplossing aan moet voldoen om succesvol te zijn. De jongeren worden ook betrokken bij de uitvoering van de oplossing. Indien mogelijk nemen zij de uitvoering voor hun rekening. Hierdoor is draagvlak voor de oplossingen onder jongeren verzekerd. Door het inzetten van deze methodiek worden jongeren bewust en medeverantwoordelijk gemaakt voor het thema. Naast de oplossing die uitgevoerd wordt in een project en als voorbeeld ingezet kan worden, levert het project een schat aan informatie, ideeën en oplossingen op die aansluiten bij de groep jongeren die in veel gevallen moeilijk te betrekken zijn. In deze methodiekomschrijving wordt verder ingegaan op de gebruikte methodiek en de mogelijkheden ervan. Naast deze methodiekomschrijving is er een handreiking voor jongerenverenigingen en lokale vrijwilligersafdelingen van Veilig Verkeer Nederland beschikbaar waar zij direct mee aan de slag kunnen.
D
1.
METHODIEK
Plattelandsjongeren.nl heeft een methodiek ontwikkeld voor participatie van jongeren in beleidsvorming en zaken die betrekking hebben op de directe leefomgeving van jongeren. De methodiek combineert ‘jongerenraadpleging’ met zogeheten ‘verbetergroep’. Het raadplegen of onderzoeken van jongeren door jongeren is een afgeleide van de methode ‘peervoorlichting’. Peervoorlichting is een methode waarbij jongeren uit de doelgroep worden ingezet om hun leeftijd- of lotgenoten (peer group) te informeren over bepaalde onderwerpen, waarbij een belangrijke invloed uitgaat van de groep. Bij de peerraadpleging gaat het niet om het geven van informatie, maar om het verzamelen van informatie. De jongeren leveren zelf onderzoeksgegevens aan door leeftijdsgenoten te raadplegen (interviews) over een bepaald onderwerp. Voor de peerraadpleging krijgen de jongeren een communicatie- en interviewtraining. Deze vindt plaats tijdens een weekend in een jeugdherberg of conferentieoord. De training start met het inhoudelijk uitdiepen en bespreken van het thema. Vervolgens worden de jongeren getraind in verschillende interview- en gesprekstechnieken. Theorie wordt afgewisseld met veel oefenen (met gebruik van video-opnames). De jongeren stellen in dit weekend (deels) zelf de vragenlijst op. Aan de hand van de inbreng van de jongeren wordt een conceptvragenlijst aangevuld en bijgesteld. Behalve het verkrijgen van vaardigheden heeft de training ook groepsvorming als doel, als basis voor de verdere projectuitvoering. De training wordt verzorgd door Plattelandsjongeren.nl. Zij zijn bij de training aanwezig als vast contactpersoon en ondersteuner voor de jongeren gedurende de hele projectuitvoering. Daarnaast zullen zij ook het grootste deel van de training geven. Na de training nemen de jongeren aan de hand van de ontwikkelde vragenlijst met open en gesloten vragen gedurende een maand interviews af in hun eigen omgeving en vriendenkring. Op deze manier verzamelen de jongeren een heleboel recente informatie over het thema en over mogelijke aandachtspunten. Deze informatie geeft de jongeren deskundigheid die later benut kan worden in de verbetergroep. Ook tijdens deze fase spelen de contactpersonen van Plattelandsjongeren.nl een rol ter ondersteuning en stimulering van de jongeren. Dit voorkomt mogelijk uitval van jongeren. Alle interviews worden verzameld door de contactpersoon van Plattelandsjongeren.nl en geanalyseerd met behulp van een statistisch programma (SPSS). Het resultaat hiervan is een onderzoeksverslag dat wordt besproken met de jongeren, de opdrachtgever en betrokkenen. Aan de hand van deze besprekingen wordt een probleemstelling geformuleerd. Met deze probleemstelling gaat de ‘verbetergroep’ aan de slag. In een verbetergroep komen de jongeren die de interviews hebben afgenomen en volwassenen (beleidsmakers en uitvoerders) een aantal keren bij elkaar. De volwassen deelnemers worden uitgenodigd op basis van hun betrokkenheid, deskundigheid of ervaring met het betreffende onderwerp. Vanuit een positie van gelijkwaardigheid gaan zij met elkaar in gesprek. De verbetergroep levert veel informatie en oplossingen voor het probleem op. De beste oplossing wordt uitgekozen en direct uitgevoerd. In de volgende hoofdstukken zal verder worden ingegaan op de verschillende onderdelen van de methodiek.
E
2.
JONGEREN
In deze projectvorm worden jongeren zelf ingezet als ‘jonge onderzoekers’. Een groepsgrootte van 12 tot 16 jongeren is hiervoor het meest geschikt. Afhankelijk van het thema kan gekozen worden voor een bepaalde doelgroep onder de jongeren. Denk bijvoorbeeld aan plattelandsjongeren, stadsjongeren, jongens, meisjes, een bepaalde leeftijdsgroep, jongeren uit een bepaalde cultuur etc. Deze methodiek is zeer geschikt voor jongeren die in veel gevallen moeilijk te betrekken zijn.
3.
GEMEENTE
Een project vindt bij voorkeur plaats in een gemeente. Deze methodiek is uitermate geschikt voor gemeentes om thema’s of onderwerpen aan te dragen waar zij graag met de jongeren zelf mee aan de slag willen. Door te werken met één gemeente worden de (onderzoek)resultaten toegespitst op de lokale situatie. De jongeren die als onderzoeker optreden en de jongeren die worden geïnterviewd, komen (voor het grootste gedeelte) uit deze gemeente. In de loop van het project neemt er een beleidsmedewerker van de betreffende gemeente deel aan de verbetergroep en blijft betrokken bij het proces en de uitvoering van de gekozen oplossing.
4.
PEERRAADPLEGING
Door middel van een peerraadpleging gaan we uit van de kracht en mogelijkheden van jongeren. De jongeren houden zelf interviews om aan het licht te brengen wat er leeft onder jongeren. In totaal worden er 120 tot 180 jongeren geïnterviewd. Een interview begint met een aantal algemene vragen (leeftijd, achtergrond, geslacht, woonplaats, opleiding etc.) om een goed beeld te krijgen van de achtergrond van de doelgroep. Daarnaast worden er vragen gesteld aan de hand van een aantal onderwerpen, die aansluiten bij het gekozen thema. Het interview heeft een juiste balans tussen open en gesloten vragen. Hierbij wordt rekening gehouden met de duur van de vragenlijst. Een vragenlijst mag niet te lang zijn om de concentratie van de jongeren te behouden en zo de kwaliteit van de interviews te waarborgen. Gesloten vragen zijn belangrijk voor de statistische analyses. De open vragen geven een specifieker beeld over de zienswijze van jongeren. De interviews leveren veel informatie op, dit komt vooral door de grote inzet en motivatie van de interviewers die gedurende het project ontstaat. Alle gegevens uit de interviews worden verwerkt en geanalyseerd door de projectleider van Plattelandsjongeren.nl. Het onderzoeksverslag bestaat uit statistische analyses en citaten van de jongeren. De resultaten geven een goed beeld van de kijk van de jongeren op eventuele problematiek. Uit deze analyses komen verschillende knelpunten tot stand. De knelpunten zijn ongenuanceerd en vrij zwart-wit gesteld. Dit om de duidelijkheid te vergroten. Eén van deze knelpunten wordt gekozen en direct opgelost in een verbetergroep. Hiervoor is al budget beschikbaar zodat deze meteen uitgevoerd kan worden. De andere knelpunten, oplossingen en bijzonderheden kunnen door de gemeente, de jongeren en andere organisaties opgepakt worden.
F
5.
VERBETERGROEP
5.1
DE MANIER VAN WERKEN
Een verbetergroep is een instrument uit het kwaliteitsmanagement. In een verbetergroep werken jongeren en volwassenen samen aan het oplossen van een probleem, volgens een bepaald stappenplan. Het probleem kan liggen op beleidsmatig of uitvoerend niveau. Ze worden daarbij begeleid door twee procesbegeleiders, die ervoor zorgen dat de jongeren en volwassenen een gelijkwaardige positie hebben. De procesbegeleiders hebben de training tot procesbegeleider gevolgd. De verbetergroep komt driemaal bijeen. In overleg met de jongeren is voorafgaand aan de eerste verbetergroep een knelpunt dat uit de raadpleging is gekomen gekozen om mee te werken in de verbetergroep. Tijdens de eerste bijeenkomst worden alle oorzaken van het probleem benoemd en uiteindelijk de hoofdoorzaak bepaald. Tijdens de tweede bijeenkomst worden er oplossingen bedacht voor deze hoofdoorzaak. In de laatste bijeenkomst wordt de beste oplossing gekozen en uitgewerkt. Deze beste oplossing moet zo snel mogelijk uitgevoerd worden. In een verbetergroep wordt een probleem in stappen opgelost door mensen die betrokken zijn bij het gekozen knelpunt. Naast de jongeren zelf nemen er ook volwassenen aan deel. Hierbij kan gedacht worden aan een gemeentewerker, jongerenwerker, inhoudelijk expert etc. De verhouding tussen jongeren en volwassenen is bij voorkeur 8 – 4. Gevoel van gelijkwaardigheid tussen volwassenen en jongeren is in een verbetergroep van uiterst belang. Deze verhouding draagt hier aan bij. Daarnaast worden er afspraken gemaakt die gedurende de hele verbetergroep voor iedereen gelden: • • • • • • •
Iedereen is gelijkwaardig Wees optimistisch Fouten maken mag ‘Van elkaar leren’ is goed Oordeel niet te snel Respecteer elkaars mening Discussieer niet, maar argumenteer
In de volgende paragrafen wordt verder ingegaan op de drie bijeenkomsten van de verbetergroep. Er wordt gebruik gemaakt van voorbeelden uit het project: “Verkeersveiligheid op het Platteland”. 5.2
DE EERSTE BIJEENKOMST
De eerste stap in deze bijeenkomst is het duidelijk maken van de begrippen die genoemd zijn in de probleemstelling. Elk begrip zal apart behandeld worden, alle deelnemers laten weten wat zij onder de begrippen verstaan en dit wordt allemaal zo letterlijk mogelijk genoteerd.
G
Voorbeeld probleemstelling en begrippen: Plattelandsjongeren zijn zich niet bewust van de gevolgen van risicovol gedrag in het verkeer. Oorzaken van het probleem De volgende stap in deze bijeenkomst is het benoemen van oorzaken van het probleem. De deelnemers van de verbetergroep noemen om de beurt een oorzaak. Oorzaken die een zelfde vorm of thema hebben worden meteen geclusterd onder een kopje. Mogelijke clusters zijn bijvoorbeeld jongeren, communicatie, volwassenen en platteland. Op deze manier denkt iedereen goed na over waarom er sprake is van het probleem en kunnen de belangrijkste oorzaken gevonden worden. Elke genoemde oorzaak wordt zo letterlijk mogelijk genoteerd. Op deze manier worden alle oorzaken genoemd. Na analyse van deze oorzaken komt een hoofdoorzaak naar voren waarmee in de tweede bijeenkomst verder wordt gewerkt. Voorbeeld hoofdoorzaak: Omdat het plattelandsjongeren aan ervaring en kennis ontbreekt. 5.3
DE TWEEDE BIJEENKOMST
De verbetergroep heeft in de eerste sessie veel oorzaken genoemd voor het gekozen knelpunt. Uit alle oorzaken is de belangrijke hoofdoorzaak naar voren gekomen. Deze wordt in de tweede bijeenkomst van de verbetergroep behandeld. De volgende stap is deelnemers laten noemen wat zij onder de onderstreepte begrippen van de hoofdoorzaak verstaan. Dit wordt wederom allemaal zo letterlijk mogelijk genoteerd. Voorbeeld begrippen hoofdoorzaak Omdat het plattelandsjongeren aan ervaring en kennis ontbreekt. Oplossingen De volgende stap is dat de deelnemers oplossingen gaat bedenken voor het probleem. Dat moeten er zoveel mogelijk zijn, met als achterliggend idee dat de beste oplossing er dan in ieder geval tussen zit. Net als bij de oorzaken is het ook bij het bedenken van oplossingen zo, dat de deelnemers om de beurt een oplossing mogen aandragen. Elke oplossing mag genoemd worden ook al lijkt het misschien niet altijd haalbaar. De oplossingen worden vervolgens geclusterd aan de hand van thema’s (bijvoorbeeld: evenementen, activiteiten, wet & regelgeving, voorlichting, communicatie, rijlessen en overige). In totaal worden er minimaal 100 oplossingen bedacht. 5.4
DE DERDE BIJEENKOMST
Er zijn meer dan 100 oplossingen genoemd in de vorige bijeenkomst. De stap die nu genomen wordt, is het kiezen van de beste oplossing. De beste oplossing moet voldoen aan beleidskaders, dit zijn de grenzen waarbinnen de gekozen oplossing moet voldoen om uitgevoerd te worden. Als de gekozen oplossing binnen deze beleidskaders past, is de oplossing geschikt en kan hij direct uitgevoerd worden. De beleidskaders worden bepaald door de opdrachtgever. In veel gevallen zal dat de gemeente zijn.
H
Voorbeeld beleidskaders: • • • • • • •
De oplossing moet specifiek voor plattelandsjongeren herkenbaar zijn. De oplossing moet door andere plattelandsjongeren organisaties uit te voeren zijn. De oplossing moet niet conflicteren met de missie van Veilig Verkeer Nederland: ‘Iedereen veilig over straat’. De oplossing moet binnen nu en 4 maanden uitgevoerd worden. Het succes van de oplossing moet achteraf meetbaar zijn. De organisatie van de oplossing wordt uitgevoerd door KPJ in samenwerking met andere lokale partner(s) Voor de oplossing is een budget van maximaal €2.500 beschikbaar
De beste oplossing Het kiezen van de beste oplossing gebeurt volgens de zogenaamde ‘songfestivalmethode’: alle deelnemers mogen individueel stemmen door punten te geven aan oplossingen. Iedere deelnemer stelt een top-drie van beste oplossingen samen en geeft achtereenvolgens 5 punten, 3 punten en 1 punt. Op deze manier komt de ‘beste oplossing’ naar voren: de oplossing die de meeste punten heeft gekregen én binnen de beleidskaders valt. Wanneer de beste oplossing duidelijk is, wordt bepaald hoe aan deze oplossing verder invulling gegeven kan worden en voor welke doelgroep deze oplossing geschikt is. Daarnaast wordt gekeken of er mogelijkheden zijn om de beste oplossing te combineren met andere oplossingen die hoog eindigen. Om te laten zien dat het echt de beste oplossing is, en dat er goed over nagedacht is, worden zoveel mogelijk voor- en nadelen van deze oplossing benoemd en genoteerd. Vervolgens kijken we naar hoe deze benoemde nadelen één voor één weggewerkt kunnen worden. Een aantal nadelen kunnen weggewerkt worden door de doelgroep te specificeren. Voor de overige nadelen worden oplossingen bedacht en argumenten genoemd waarom het geen nadeel hoeft te zijn. Als dit lukt, is het inderdaad nog steeds de beste oplossing. Om ervoor te zorgen dat de beste oplossing zo snel mogelijk wordt uitgevoerd, wordt direct actie ondernomen. Uit de groep deelnemers van de verbetergroep wordt een werkgroep geformeerd van twee jongeren en twee volwassenen die verder aan de slag gaan met de uitvoering en coördinatie van de oplossing.
6. UITVOERING OPLOSSING
Uit de beste oplossingen komen een aantal concrete activiteiten tot stand. Deze worden georganiseerd en uitgevoerd onder leiding van de werkgroep die in de laatste verbetergroep bijeenkomst samengesteld is. De draaiboeken voor de activiteiten die binnen het project “Verkeersveiligheid op het Platteland” zijn uitgevoerd, zijn op te vragen bij Plattelandsjongeren.nl of het VVN steunpunt in NoordBrabant. Daarnaast is er een handzaam boekje beschikbaar waarmee jongerenverenigingen en lokale afdelingen van VVN direct aan de slag kunnen.
I
7.
PILOT
In 2010 heeft er in Brabant een dergelijk jongerenparticipatieproject plaats gevonden met plattelandsjongeren. Deze pilot is uitgevoerd in de gemeente Halderberge. Het uitgangspunt van dit project is dat jongeren in een vroeg stadium betrokken worden bij beleidsontwikkeling die hen aangaat. Door de opzet van het project is het mogelijk dat jongeren zelf meten en bepalen wat belangrijk voor hen is en dat ze zelf aangeven hoe de geconstateerde knelpunten en problemen aangepakt dienen te worden. Om dit mogelijk te maken hebben 16 Brabantse plattelandsjongeren de training gevolgd en de interviews afgenomen. Er zijn veel belangrijke knelpunten, problemen, ideeën en oplossingen uit de peerraadpleging naar voren gekomen. De jongeren die deel hebben genomen aan dit project geven nu zelf al het goede voorbeeld door samen te werken met VVN Halderberge. Om op korte termijn al resultaat te boeken is in een verbetergroep één probleem opgelost. Om dit probleem op te lossen is van tevoren budget beschikbaar gesteld. Vier volwassen deskundigen en acht jongeren hebben veel oplossingen bedacht, hieruit een beste gekozen en deze verder uitgewerkt. Op het trekkertrek-evenement van de jongerenorganisatie een kantelsimulator geplaatst waaraan de jongeren na een quiz en/of discussie over de onderzoeksresultaten deel konden nemen. Op deze manier konden zij ervaren wat alcohol in het verkeer met hen kan doen. Daarnaast hebben de jongeren zelf een filmpje gemaakt waarmee ze jongeren bewust willen maken over de invloed van alcohol in het verkeer. Dit wordt afgespeeld op een groot feest dat de jongeren organiseren. Daarnaast geeft de brandweer op dit feest met het wrak uit het filmpje een demonstratie. Dit alles wordt aangezet met de kreet “Je bent een rund als je met je vrienden stunt”. Dit is terug te zien in het filmpje, op spandoeken en op bierviltjes die tijdens het feest gebruikt worden. Hierbij is gedacht aan communicatiemiddelen die werken voor jongeren en zo de bewustwording kunnen vergroten. De jongeren die dit project hebben gedragen hebben door hun grote motivatie binnen korte tijd veel werk verzet en ook veel teweeggebracht in gemeente Halderberge. Het is nu aan de volwassenen, beleidsmakers en jongeren om er voortgang aan te geven. Hierover zijn onderling al enkele afspraken gemaakt.
8.
PROJECT IN UW GEMEENTE
In deze pilot is gewerkt met het thema “verkeersveiligheid op het platteland”. De methodiek is echter toe te passen op elk mogelijk thema. Daarnaast kan met verschillende doelgroepen gewerkt worden. Wilt u in uw gemeente ook dat jongeren zelf aan de slag gaan met een maatschappelijk onderwerp door ze zelf onderzoek te laten doen en ze er ook daadwerkelijk mee aan de slag te laten gaan? Heeft u interesse in een soortgelijk project in uw gemeente of bent u geïnteresseerd naar de mogelijkheden van deze methodiek, dan kunt u contact opnemen met: Plattelansjongeren.nl (Suzanne Borgharts,
[email protected] / 030-2769876) of Veilig Verkeer Nederland District Noord-Brabant (Mirjam Lommerse,
[email protected] / 013-5110190).
J