Verhandelingen 7e jaargang nr 1 - april 2003
Stichting Religieuzen Tegen Vrouwenhandel Emmaplein 19-21 - 5211 VZ Den Bosch
Een nieuw begin - Pasen Nooit zag ik zoveel sneeuwklokjes als dit jaar.
Overal kwamen ze voor mijn ogen opduiken, in voortuintjes en stadsparken, onder bomen en heggen. Uit de koude grond te voorschijn gekomen en in bosjes opeengepakt leken ze op al die plekken elkaar te verdringen. In al hun kwetsbaarheid, krachtig aanwezig als voorboden van een nieuwe lente. Vol belofte! Die sneeuwklokken zijn een mooi beeld voor het nieuwe begin dat de SRTV beleefde. Op 27 februari kwamen stafleden, medewerkers en bestuur bij elkaar voor een studie-/ werkdag. We keken naar de toekomst en bespraken wat ons in de komende tijd te doen staat. De doelstelling van de SRTV, voorlichting en bewustwording, kreeg opnieuw handen en voeten. De medewerk(st)ers kozen een nieuwe taak die bij haar of hem past, of voelden weer de uitdaging om een vertrouwde klus op te pakken. Op deze dag merkten we dat na een wat dorre periode de energie weer volop ging stromen. Dat gaf elkaar kracht. Een nieuw begin, een Paasmoment, zou je dit kunnen noemen. Want Pasen is weer licht zien, leven voelen, opstaan en aan het werk gaan. Maar het zijn de vrouwen om wie alles draait. Vrouwen waarvan we dikwijls slechts een vaag beeld hebben. Ieder van haar heeft echter een persoonlijk gezicht en een concreet verhaal dat vertelt over het kruis van uitbuiting en onderdrukking, over macht waar niet onder uit te komen is.
Als ik berichten lees, beelden en gezichten zie, doet het mij denken aan de woorden van Pilatus wanneer hij de gegeselde, bespotte en met doornen gekroonde Jezus toont aan het volk. Ziehier de mens! Zie de verhandelde vrouw ontluisterd en onteerd. Is deze aanblik genoeg om in beweging te komen? In het verhaal van Jezus niet! Een nieuw begin, ook voor haar? Wij als SRTV kunnen ons alleen maar laten leiden door een onuitputtelijke hoop en verlangen dat nieuw leed voorkomen kan worden, nu hier dan daar en dat soms voor iemand een nieuwe lente daagt en een ander, beter leven mogelijk wordt. Al blijft dit onzichtbaar voor onze ogen. Misschien mogen we ‘soms even’ een Kracht ervaren die de menselijke maat te boven gaat. Pasen houdt de hoop levend. Riet Spierings, Bestuurslid SRTV
1
Vernieuwing van de SRTV
Verhandelingen Colofon
Verhandelingen is een bijdrage in de strijd voor een rechtvaardige, democratische samenleving en verschijnt drie keer per jaar. Kopij voor de volgende Verhandelingen: vóór 1 juli 2003. Anonieme inzendingen kunnen niet worden geplaatst. Redactie Ivonne van de Kar Aad Morel
Gijs Lieffering Tonny Verhoeven
Redactieadres Redactie
Verhandelingen
Emmaplein 19-21 - 5211 VZ Den Bosch SRTV Emmaplein 19-21 - 5211 VZ Den Bosch tel. e-mail: fax: internet: Bank/Giro KvK: *
073 - 692 13 51 / 692 13 52
[email protected] 073 - 6921350 www.srtv.info (start ca. mei 2003) 420557 t.n.v. SRTV Den Bosch 34156001
Verhandelingen
wordt gratis verspreid.
Een vrijwillige bijdrage wordt echter zeer op prijs gesteld.
Zoals elk jaar sluiten we in het april-nummer van
Verhandelingen een acceptgirokaart in. Uiteraard bent u vrij om er al of niet gebruik van te maken. Met elke gift die wij ontvangen zijn wij natuurlijk blij. Op deze manier kunnen wij het werk blijvend voortzetten.
Een goede tip: Gooi na lezing deze
“Verhandelingen” niet bij het oud papier, maar geef deze ter kennismaking door aan vrienden, bekenden of familie
2
Niet alleen de naam van onze organisatie werd vernieuwd van WRTV naar SRTV, van Werkgroep naar Stichting, ook het logo werd een meer herkenbaar beeldmerk van deze tijd. Bovendien werd een nieuwe coördinator aangetrokken zoals u kunt lezen elders in dit blad. Tenslotte, de meest ingrijpende vernieuwing was de samenvoeging van de twee kantoren naar één werkplek. In het verhaal van Gijs Lieffering kunt u lezen hoe de WRTV ontstond en groeide, met werkzaamheden die op twee plaatsen werden uitgevoerd: het huis van Zr. Michel en Joke den Dulk, en later de kantoorruimte in Bennebroek en het secretariaat dat in Roermond gevestigd was. Per 1 december hebben we een kleine kantoorruimte betrokken in het gebouw van KNR te Den Bosch. Den Bosch bleek voor alle medewerkers centraler en beter bereikbaar te zijn dan een van de voormalige werkplekken. Op zoek naar een ruimte dicht bij het station in Den Bosch, wij allen zijn immers fervent openbaar vervoer reizigers, waren we blij te horen dat er op het Emmaplein nog een kamertje vrij was dat wij mochten huren. Want verschillende andere organisaties in de Bossche binnenstad waar we navraag deden, hadden geen ruimte voor ons vrij. De eerste taak van Yos Appelhof, de nieuwe coördinator, was samen met mij de beide kantoren inpakken en verhuizen. En u weet hoe dat gaat met verhuizingen; het duurde nog geruime tijd voordat we alles hadden opgeruimd, uitgezocht en gesorteerd. Nu zitten we samen in één kantoor, op een prima locatie, bij andere zielsverwante religieuze organisaties waar we ons al erg thuis voelen. Ivonne van de Kar
Het nieuwe logo Een enthousiaste jonge ontwerpster heeft voor ons een nieuw logo ontworpen. Zij heeft geprobeerd enkele facetten van de SRTV en haar werk tot uitdrukking te laten komen in dit logo. Op de eerste plaats is het een vrouwenteken omdat het vrouwen zijn die een hoofdrol spelen in onze stichting als bestrijdster, behoedster en beschermster, samen met mannelijke medestanders. In het vrouwenteken ziet u eerst een vrouwenfiguur die opgesloten is, daarnaast ziet u haar bevrijd , haar armen spreidend en dansend. Het kruisje dat deel uitmaakt van het vrouwenteken symboliseert ook de religieuze oorsprong, motivatie en levensvisie waarmee we ons werk uitvoeren. Wij zijn erg blij met de bijdragen van enkele trouwe krantenlezers die ons knipsels toesturen of attenderen op verschenen artikelen. Dank u hartelijk hiervoor. Zoals u regelmatig in ons blad kunt lezen maken wij graag gebruik van relevante artikelen.
Medewerkers van de Stichting Religieuzen Tegen Vrouwenhandel Toen zuster Michel Keesen in 1991 een begin maakte met de Werkgroep Religieuzen Tegen Vrouwenhandel heeft ze niet kunnen vermoeden, hoe die werkgroep uit zou groeien tot een Stichting. Geadviseerd en geholpen door haar huisgenote Joke den Dulk begon ze te zoeken naar medewerksters. Ze wilden, dat het een kleinschalige organisatie zou zijn van religieuzen. Door telefoneren, schrijven en praten met religieuzen van veel congregaties en religieuze instituten werden er ongeveer twintig zusters lid van de werkgroep. Deze vrouwen begonnen vrijwel onmiddellijk met ‘netwerken’. Velen van hen hadden dertig of meer jaren in landen gewerkt, waar verhandelde vrouwen vandaan komen. Daardoor kenden zij scholen, communiteiten van zusters, paters en broeders in die landen. Die kennis buitten zij uit. In een paar weken tijd was er een netwerk over meerdere continenten. Er werden folders ontworpen in de talen van de landen en streken, waar de bekenden van de zusters woonden, die naar de adressen van de netwerken verstuurd werden. Ook werden er folders in Nederland verspreid om de WRTV bij religieuze congregaties bekend te maken. Zuster Michel, Joke den Dulk en ook andere leden van de werkgroep bezochten vrouwensynodes, congressen en studiebijeenkomsten, waar het kwaad van de vrouwenhandel ter sprake kwam of door hen ter sprake gebracht werd. Door contacten met het COS (Centrum voor Ontwikkelingssamenwerking) in Roermond kon een secretaris aangetrokken worden, die parttime werkzaam kon zijn voor de WRTV. Er kwam subsidie van het PIN, een organisatie van religieuzen in Nederland, die projecten van vooral religieuzen subsidieert. In 1994 wisten een paar medewerksters onder de bezielende leiding van Michel en Joke op een 8 mei bijeenkomst in Zwolle een paar mannen te motiveren om activiteiten te ontwikkelen voor de WRTV. Deze ‘mannengroep’ werd later aangevuld met enkele vrouwen, die geen religieuzen zijn, en heette daarna ‘ondersteuningsgroep’. In september 1997 organiseerde de WRTV een Europese conferentie over vrouwenhandel in Amersfoort. De werkgroep wist daarvoor heel veel vrouwen te bereiken, die zich met de strijd tegen vrouwenhandel bezig hielden. Er waren tachtig vrouwen uit Europa, ook enkelen uit de Filippijnen en uit Ghana. Het was vooral een Europese conferentie. Je kunt zeggen, dat het doel ervan was om de strijd tegen vrouwenhandel in kaart te brengen en te stimuleren. De conferentie werd in alle opzichten een succes vooral ook dank zij het organisatietalent van de secretaris, Ivonne van de Kar, en de goede verzorging in het conferentieoord ‘Onze Lieve Vrouw ter Eem’.
Uit de conferentie zijn blijvende contacten voortgekomen met vrouwen, die strijden tegen vrouwenhandel onder andere in Tsjechië, Italië, Thailand, Ghana en in andere landen. Leden van de werkgroep en van de ondersteuningsgroep gaven en geven lezingen over het kwaad van de vrouwenhandel en wat daar tegen te doen is vooral voor vrouwengroepen, maar ook voor groepen mannelijke religieuzen, mov-groepen, in parochies en op middelbare scholen. Na verloop van tijd haakten sommige medewerksters af vanwege een hoge leeftijd, ziekte of om andere redenen. Soms zorgden zij voor opvolging. Helaas is de werkgroep wel iets kleiner geworden. Vanwege hun leeftijd en gezondheidsproblemen moesten ook Michel en Joke erover gaan denken om de leiding van de Werkgroep over te dragen aan opvolgers. Bovendien vonden werkgroep en ondersteuningsgroep het belangrijk om het werk te continueren. Na een periode van nadenken, adviezen inwinnen en een bestuur samenstellen kwam het tot een stichting: Stichting Religieuzen Tegen Vrouwenhandel. De leden van de werkgroep en van de ondersteuningsgroep zijn nu medewerkers van de SRTV. Deze Stichting heeft een bestuur onder voorzitterschap van Zuster Scholastica Alkemade jmj. De eerste coördinator die werd aangetrokken was Will Verhoef, die in 1 jaar tijd veel werk verzette en een nieuwe SRTV-structuur in de steigers zette. Er zijn nu projectgroepen gevormd met aandachtsgebieden: Afrika, Midden- en Oost Europa, LatijnsAmerika/Azië, nieuwe publicaties, Nieuwsbrieven, waaronder Verhandelingen, een projectgroep werving en training nieuwe vrijwilligers en een projectgroep Website. Er is een bureau in Den Bosch. Daar werken de coördinator, Yos Appelhof, en de studiesecretaris, Ivonne van de Kar. Het zal duidelijk zijn, dat de medewerkers van de Stichting, die hun werk op vrijwillige basis verrichten, eigenlijk met te weinigen zijn. Religieuzen, die nu nog meewerken, zijn veelal niet zo jong meer. Zij zijn echter vanwege hun langjarige missie-ervaringen nog onmisbaar voor het vooral preventieve werk van de Stichting. Maar er is nog zoveel te doen. Als u mee wilt werken en mee wilt denken in een van de werkgroepjes meldt u dan bij ons bureau: Stichting Religieuzen Tegen Vrouwenhandel, Emmaplein 19-21, 5211 VZ Den Bosch, tel. 073–6821351, fax. 073 – 6921350, e-mail:
[email protected] Gijs Lieffering, medewerker SRTV
3
Beste lezers van Verhandelingen. In dit nummer van Verhandelingen ga ik mezelf aan u voorstellen. Mijn naam is Yos Appelhof en sinds 1 december 2002 ben ik, door het bestuur van de SRTV, aangesteld als coördinator, als opvolger van Wil Verhoef. Mijn taak: samen met Ivonne de stichting te leiden, voort te gaan op de al ingeslagen weg en eventuele vernieuwingen in te zetten. Een hele klus, maar ook een grote uitdaging in mijn ogen. Voordat ik naar deze functie solliciteerde, had ik me al een beetje verdiept in het werk van de stichting, vanaf de oprichting door Zr. Michel, toen de stichting nog WRTV was. Ik las en hoorde en begreep dat er al heel veel werk verricht was door Zr. Michel en haar medewerkers. Het leek me een uitdaging en ik werd aangenomen. Mezelf voorstellen, hoe zal ik dat doen? Ik kan in dit nummer mijn CV. uitschrijven, maar dat is maar een deel van mijn vorming, ik kies ervoor om een soort beschrijving te geven van wat ik tot nu toe in mijn leven tegengekomen ben. Heel vaak in mijn leven ben ik op grote klussen en uitdagingen ingegaan, tenslotte "loop ik al een poosje mee op deze wereld", hebben veel Afrikanen me vaak geantwoord, als ik naar hun leeftijd vroeg, ze noemden meestal geen jaartallen! Ik vind dat een goed gezegde en volg hen daarin. Als oudste van negen kinderen, heb ik hard moeten werken, zowel in het gezin als op de boerderij. Naast mijn studie waren er nog minstens zoveel verantwoordelijkheden. Er werd me nooit gevraagd of ik iets "kon", maar er werd gezegd en verwacht dat ik het zou doen. Een belangrijk uitgangspunt in onze opvoeding thuis was vooral de zorg voor anderen! Voor iedereen en alles wat op je weg kwam. Ongeacht of mensen zwart of blank waren, of van welke geloofsovertuiging dan ook. "Iedereen is een kind van God", zei mijn vader altijd en keek streng toe of we dat ook in praktijk brachten. Het was een uitdaging voor mij om te leren communiceren met mensen die gehoorgestoord zijn, dus vond ik na mijn opleiding werk als groepsleidster op het Instituut voor Doven, (“Viataal” is de huidige naam) in een groep van dove jongeren van 16 tot 18 jaar. Ongeveer twaalf jaar werkte en studeerde ik daar. Een andere uitdaging kwam op mijn weg door de vriendschap en een gezamenlijke studie met een "witte zuster", een vriendin van mij. Ik bezocht haar in Algerije waar ze al lang werkte en keek toe en leerde van haar. Na die periode begon ik me voor te bereiden op een uitzending naar Namibië. De fraters van Tilburg hadden daar een schoolinternaat waar ze me konden gebruiken. Helaas door de politieke situatie kon de uitzending naar dat land niet plaatsvinden. Maar ook in Indonesië was ik inzetbaar, dus begon ik de taal te leren in Tilburg. En het werd Manado op Sulawesi. Het bisdom had daar een sociaalcentrum opgericht met Indonesische medewerkers, er was een kamer voor mij, en veel werk in de krottenwijken rondom die stad. We gingen samenwerken met de
4
zusters van J.M.J, bezochten gezinnen en gaven voorlichting en opleiding aan de vrouwen en gezinnen. Dat leven en werken was goed en ik leerde minstens zoveel van hen als de vrouwen van mij konden leren. Na drie jaar was dat project afgelopen, de mensen van het sociaalcentrum konden zonder mij verder. Na een half jaartje in Nederland ben ik een goede vriend achterna gegaan die al een jaar werkzaam was aan een project in het toenmalige Zaïre in het bisdom Bondo. De Kruisheren hadden hem al eerder uitgezonden en wilden mij ook uitzenden. Er was werk genoeg voor mij. Een nieuwe uitdaging, eerlijk gezegd twee! Die goede vriend zou daar ook mijn levenspartner worden, we zouden daar zelfs kunnen trouwen. Dat hebben we dan ook gedaan. Ik was op die dag pas een week in Congo en sprak nog maar drie woorden Lingala! Ik had de taak om daar de gezondheidszorg in de broussedorpen op te zetten en een kader te vormen van (traditionele) vrouwelijke leiders uit de dorpen. Tevens leerde ik aan andere vrouwen het vak van naaister, zodat ze meer zelfstandig hun inkomsten konden genereren. En weer leerde ik minstens zoveel van hen als zij van mij. We leefden en werkten daar zo'n 8 jaar en toen moesten we om gezondheidsredenen terug naar Nederland. Het was een uitdaging, maar wel een zware, om weer te gaan wennen in dit land, maar een andere keuze was er niet. Terug in Nederland vond ik werk, deels als maatschappelijkwerker voor vluchtelingen en asielzoekers en deels als tolk en beëdigd vertaler voor het Lingala (de taal van Congo). Er was zoveel te doen, zelfs ‘s avonds en ‘s nachts kan men een beroep doen op een tolk. Tevens volgde ik een opleiding tot trainer in Interculturele Communicatie en management. Deels gaf ik dus ook trainingen, advies en consultatie. Tot ik de advertentie las waarin de SRTV een coördinator zocht, een nieuwe uitdaging waar ik graag op reageerde. En zo geschiedde. Inmiddels heb ik samen met Ivonne al veel werk moeten verzetten, stel je voor twee kantoren leeg te maken, ordenen, sorteren, adreswijzigingen maken enz enz. Daarna: inwerken, thuis raken in wat de SRTV doet, gedaan heeft en nog zou kunnen doen. Een aantrekkelijke klus in mijn ogen. Ook ontmoette ik de medewerkers, een stel zeer
gemotiveerde en betrokken mensen die erg veel weten en veel willen doen, ook zij "lopen al wat langer mee op deze wereld". Concreet zijn we al op weg gegaan: er is een nieuw kantoor, een nieuw logo, de werkverdeling en de structuur van de stichting zijn wat aangepast. Kortom we zien nu duidelijker dat we gezamenlijk de stichting kunnen dragen en uit kunnen breiden. Elk vanuit onze eigen positie.
In de medewerkers herken ik de zorg voor anderen, voor de vrouwen die steeds weer in die benarde positie komen, waarin de rechten op hun vrouwelijke waardigheid geschonden worden. Ik wil me graag met hen inzetten in de strijd voor bevrijding, zodat de vrouwen van onze doelgroep in hun eigen waardigheid een keuze kunnen maken. Voor het leven, zoals het aan ons mensen oorspronkelijk gegeven is, door de Grote Moeder, de Schepper, God, Jahweh, Allah, Boeddha, of hoe wij mensen onze oorsprong ook willen noemen. Yos Appelhof, Coördinator SRTV
Voorlichting in Malawi Eind december ontvingen we de volgende wens voor het nieuwe jaar van Zr. Raymunda die zeer actief is in de voorlichting over vrouwenhandel op haar meisjesschool ‘Stella Maris’ in Malawi. Allereerst wens ik u een heel Gezegend en voorspoedig Nieuwjaar toe met alle goeds en vooral succes in uw werk tegen de mensonterende praktijken van de handel in vrouwen. We horen steeds meer over deze manier van “slavernij”, want zo noem ik het. Hier in ons kleine maar arme land, met te weinig werkgelegenheid, met zoveel armoede, is er voor zulke praktijken een vruchtbare grond, vooral omdat er vaak mooie beloften worden gemaakt over een goede baan, studie, etc. en dat aan mensen die goedgelovig zijn. Op onze eigen manier proberen we er wat aan te doen. We waarschuwen de meisjes, vertellen over wat er allemaal kan gebeuren, geven ze allemaal een folder mee en discussiëren erover. We vragen na of ze ook voorbeelden kennen en dan horen we dat het in ons land ook op een plaatselijke manier gebeurd, waar de meisjes werk in de huishouding wordt beloofd, maar in de prostitutie terechtkomen in een plaatselijke bar, ver van huis. Ze hebben dan soms het reisgeld niet om weer naar huis te kunnen want het verdiende geld gaat dan naar hun ouders. In oktober/november heb ik aan verschillende groepen een inleiding hierover gegeven: op 18 oktober aan 61 meisjes van Stella Maris Secundary School (schoolverlaters); op 28 oktober aan 48 meisjes van Stella Maris Secundary School (schoolverlaters); op 23 oktober aan 100 meisjes van Chichiri Secundary School;. op 29 oktober aan 26 meisjes die school op visite waren. We hebben in elk geval het gevoel, dat we weer 235 meisjes hebben gewaarschuwd en informatie gegeven die ze hard nodig hebben. Zelf ben ik tijdens mijn verlof met een vriendin (op haar aanraden!) naar de beruchte buurt in Amsterdam geweest en daar was ik ‘kaduk’ van om het maar eerlijk te zeggen. Ik zag daar al die jonge meisjes achter die grote ramen “te koop“ zitten, en het waren allemaal donkere meisjes, zodat het leek alsof daar een hele groep van onze studenten zat. Ik heb er nachten van gedroomd en dat helpt me om er tegen te vechten, denk ik. Intussen wens ik u alle succes met uw werk en een heel goed Nieuwjaar, Met een vriendelijke groet, Zr. Raymunda. Meisjesschool Stella Maris, Malawi
[email protected] Ingezonden brief:---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Ik wilde Zuster Michel Keesen nog eens hartelijk danken voor haar start en inzet t.a.v. de organisatie SRTV. Dit pioniersinitiatief is na 12,5 jaar uitgegroeid tot een landelijk en internationaal netwerk, waar ook de politiek niet meer om heen kan. Vrouwenhandel is onderdeel van Mensenrechtenschendingen en moet evenals kinderhandel bestreden worden. Ik ben blij en dankbaar dat u en velen met u deze vorm van mensenrechtenschendingen heeft opgepakt. Ik zal de ontwikkelingen met grote belangstelling blijven volgen, ook in het pand van de KNR in Den Bosch, met Yos Appelhof. Op de eerste pagina van Verhandelingen nr 3. schrijft Zuster Michel dat vrouwen niet zo gauw vermoord worden, maar wel uitgeschakeld. Ik wil u laten weten dat het juist meer vrouwen zijn, die t.a.v Mensenrechtenschendingen (geweld tegen hen), eerder de dupe worden. Per jaar overlijden er gemiddeld alleen al in Nederland 80 vrouwen, 50 kinderen en 25 mannen in de relationele sfeer, dus door geweld van een dader die bij het slachtoffer bekend is. Veel moed en doorzettingsvermogen weer in het Nieuwe Jaar 2003! Corrie Hendrickx Provinciaal coördinator Huiselijk Geweld Provincie Noord-Brabant (
[email protected])
De Zrs. Dochters der Wijsheid (Filles de la Sagesse) vierden hun 300 jarig bestaan. Ter ere darvan mochten wij over ons werk komen spreken. Wij zijn heel blij met de gift, die zij, als jarigen, ons gaven voor de voortzetting van ons werk. Lieve zusters, heel erg bedankt!
5
Zusters van de Goede Herder in Thailand Op radio Zeeland werd in het programma ‘Veelstromenland’ een interview uitgezonden met pater Jan Scheffers, kapucijn en Martine Buitink. Zij waren toen juist terug uit Thailand. Zij maakten deel uit van een groepje van acht mensen, die projecten van en voor vrouwen in Thailand bezochten. Deze projecten zijn opgezet door Ierse zusters van de congregatie van de Goede Herder. De paters kapucijnen ondersteunen deze projecten financieel. De zusters van de Goede Herder zitten in de hele wereld. In Thailand werken ze nu samen met Thaise medezusters. Ze zijn een Rooms Katholieke organisatie in een Boeddhistisch land. In hun werk komen de zusters er openlijk voor uit, dat ze religieuzen zijn. Dat levert geen moeilijkheden op, want Boeddhisten zijn zeer tolerant. Jan Scheffers en Martine Buitink hebben zelf kunnen zien, dat de zusters samen met de vrouwen goed werk doen. In nogal wat situaties moeten vrouwen de kost verdienen voor hun familie. De zusters stelden vast, dat vrouwen van het platteland allerlei werk aannemen en zelfs de prostitutie in gaan. Het werk van de zusters concentreert zich daarom op onderwijs, werk en gezondheidszorg. De groep uit Nederland werd hartelijk welkom geheten met feestelijke dansen. Daarbij werden de leden omhangen met bloemenkransen. Touwtjes, die om de rechterpols gedaan werden benadrukten dat welkom nog eens. Bangkok is een stad met 6 miljoen inwoners en de vele auto’s verspreiden een enorme benzinestank. Thailand heeft 60 miljoen inwoners en is nooit een kolonie geweest. Het is een koninkrijk, geregeerd door koning Bumipol en koningin Sirikit. De Amerikanen hadden hun militaire bases in Thailand. Dat was het begin van het sekstoerisme. Nu zijn het vooral Europeanen, die naar Thailand komen voor de seks. Helaas wordt er veel betaalde seks bedreven zonder condooms, want dat vinden klanten niet ‘lekker’. Mede hierdoor heeft Thailand 1 miljoen mensen die aids hebben of HIV-geïnfecteerd zijn. Jan Scheffers, Martine Buitink en hun mensen vlogen van Bangkok naar het Noord Oosten van Thailand. Daar zagen ze hoe vrouwen geschoold worden in ateliers. Een ander initiatief probeert boerderijen rendabel te maken; de boeren kunnen koeien leasen. Het eerste kalf, dat een koe ter wereld brengt, mag de boer zelf houden. De volgende kalveren geeft hij terug aan het project. Er zijn champignonkwekerijen opgezet, potten-bakkerijen en een kippenhouderij. Behalve deze projecten van de Zusters zijn er ook projecten die gefinancierd worden door Cordaid en het Nederlandse ministerie van Ontwikkelingssamenwerking. Maar Thailand staat niet meer op de lijst van landen die de Nederlandse overheid ondersteunt, de projecten moeten zich nu helemaal zelf bedruipen.
6
Er zijn in dit gebied ook projecten voor vrouwen, mannen en kinderen, die aids hebben. Mensen met aids worden buitengesloten. In Thailand is het geven van een hand geen gewoonte. Mensen begroeten elkaar met gevouwen handen voor hun gezicht. Jan Scheffers gaf zeer tegen de gebruiken in een aidspatiënt een hand. De patiënt en zijn omgeving zijn daar erg blij mee, want Jan had een aids-patiënt aangeraakt. Jan was er nu ook voor hen. De zusters proberen vrouwen uit de seksindustrie te houden. Er is echter grote armoede mede door de droogte en de werkeloosheid. Om aan de kost te komen gaan veel vrouwen naar de grote steden. Grootmoeders moeten dan voor de kinderen zorgen. Veel vrouwen komen helemaal uit Birma, Laos en Cambodja naar Thailand om uiteindelijk in de prostitutie terecht te komen. Als ze in de steden dankzij de zusters een beroep leren zoals naaien, pottenbakken of weven kunnen ze daarmee terug naar de dorpen zodat ze zichzelf en hun familie kunnen onderhouden. De groep uit Nederland heeft die dorpen ook bezocht en gezien, dat preventie en zorg daar samen gaan. Er zijn door de oorlogen veel vluchtelingen uit Vietnam en Laos naar Thailand gekomen. Een vrouw van 27 jaar leidde, in de open lucht naast een Boeddhistische tempel, een bijeenkomst van honderden kinderen met hun ouders, vluchtelingen uit Laos. De kinderen krijgen een gulden of zes. Zij moeten daar veertien dagen van leven én onderwijs volgen. Voor onderwijs hebben ze een uniform en leermiddelen nodig. De kinderen moeten telkens als ze zo’n bijeenkomst meemaken hun handtekening zetten. Als ze maar genoeg van die bijeenkomsten meemaken en handtekeningen hebben gezet kunnen ze aantonen, dat ze onderwijs gevolgd hebben. Ze mogen dan in Thailand blijven. Dit onderwijs is een eerste stap op weg naar zelfrespect. Jan en Martine waren er heel erg onder de indruk van die bijeenkomst. Wat de zusters in Thailand doen lijkt een druppel op een gloeiende plaat. Martine en Jan vinden dat ze gewoon door moeten gaan. De vrouwen helpen elkaar ook om hun motivatie levend te houden. De Thaise zusters werken in hun projecten met de SRTV folder die ze aldaar in het Thai vertaald hebben. Zo vormen de projecten van de Zusters in Thailand een onderdeel van het wereldwijde netwerk van religieuzen voor een beter leven voor vrouwen en hun families. Het radio-interview werd kort weergegeven door Gijs Lieffering • Meer informatie over het werk van de zusters van de Goede Herder kunt u krijgen via Mw. Joke Kok van de Nederlandse tak van de ‘Fountain of Life’, de stichting die het werk van de zusters in Thailand, Birma en Vietnam ondersteunt. Haar adresgegevens kunt u krijgen bij de redactie.
Asja wint prijs voor bestrijding seksueel geweld De "Tegen haar wil" trofee is dit jaar naar Asja in Leeuwarden gegaan, een opvanghuis voor meisjes die via Loverboys of vrouwenhandelaren in de prostitutie terecht zijn gekomen. Dit is een prijs die jaarlijks in het Noorden wordt uitgereikt aan een instelling die zich inzet voor de bestrijding van seksueel geweld. De jury vond Asja een actueel onderwerp en een vernieuwend initiatief. Asja begon in 1999 als een driejarig experiment met vier bedden. Inmiddels is de opvang permanent geworden. Asja heeft nu tien bedden en krijgt per jaar structureel geld. Directeur mevrouw T. Stegenga is blij met de prijs, een geldbedrag van 500 euro en een wisseltrofee. Asja is verbonden aan het Blijf-van-mijn-lijfhuis en biedt opvang aan meisjes tussen de 16 en 23 die tegen hun zin in de prostitutie zijn beland. De tien bedden zijn bij lange na niet genoeg en geregeld moeten meisjes geweigerd worden wegens ruimtegebrek. Volgens Stegenga zijn sommige meisjes jonger dan zestien. Zij maakte het al mee dat meisjes van veertien en twaalf bij Asja aanklopten. De Nederlandse meisjes die bij Asja zitten, zijn in de meeste gevallen in de prostitutie gerold door een zogenoemde loverboy . Dit zijn jongens die zorgen dat jonge meisjes verliefd op hen worden en het contact met hun ouders verbreken. De meeste buitenlandse meisjes zijn via vrouwenhandelaars onder valse voorwendselen naar Nederland gekomen en in de prostitutie beland. Zij komen veelal uit Afrikaanse landen en uit Oost-Europa. De meisjes wonen zo’n drie tot zes maanden bij Asja. In die tijd worden ze begeleid om terug naar school te gaan of een baan te zoeken. Sommige meisjes verlaten de opvang om toch weer terug te keren in het prostitutiewereldje. Volgens de directeur moet het expertisecentrum ook een preventieve functie krijgen, om gedwongen prostitutie in de toekomst te voorkomen.
De strip is afkomstig uit het boekje “Gevaarlijke liefde…”, dat verkrijgbaar is bij: Stichting Humanitas afd. P. en W. Pieter de Hoochweg 110, 3024 BH Rotterdam
Bende van loverboys opgerold, tien arrestaties Zwolle – De aanklacht van een 18-jarig meisje uit Zwolle tegen de man die haar prostitueerde heeft geleid tot de arrestatie van tien zogeheten loverboys. De arrestaties werden onder meer in Zwolle, Amsterdam, Leiden en Haarlem verricht. In totaal hebben acht jonge vrouwen aangifte gedaan wegens mensenhandel. De meisjes moesten de 500 tot 1000 euro, die ze per dag verdienden aan hun eigenaren afgeven. De zaak tegen de loverboys komt op 27 maart voor. De inwoonster van Zwolle deed vorig jaar op 18 april aangifte tegen de man die haar tot prostitutie dwong. De politie stuitte tijdens het onderzoek op een netwerk van loverboys en verrichtte onlangs de serie aanhoudingen. De aanklachten tegen de loverboys variëren van mensenhandel tot wapenbezit en heling. Volgens het Openbaar Ministerie hanteerden de mannen de gebruikelijke tactieken om hun slachtoffers tot prostitutie te dwingen. Ze kapselden de meisjes in met aandacht en dure cadeaus en maakten ze emotioneel en financieel van hen afhankelijk. Daarbij dreigden ze met geweld of pasten dat daadwerkelijk toe. De slachtoffers werkten zes of zeven dagen per week voor de loverboys, vaak tien tot vijftien uur aaneen, en mochten geen contacten hebben met familie of vrienden. Uit het onderzoek bleek, dat de meisjes 500 tot 1000 euro per dag verdienden. Volgens persofficier Vermeulen van het Openbaar Ministerie werden nagenoeg alle verdiensten door de loverboys in beslag genomen. Van de tien arrestanten zitten er momenteel nog twee in preventieve hechtenis. In Zwolle is de afgelopen maanden gewerkt met een experimenteel project voor het aanpakken van loverboys. Het project behelst o.m. een telefonisch meldpunt en preventielessen op scholen. In totaal is er nu ruim € 90.000 in dit door het Ministerie van binnenlandse zaken gesubsidieerde project gestoken. Scholen in Harderwijk zijn onlangs opnieuw in verhoogde staat van paraatheid, omdat ze bang zijn voor loverboys. Uit voorzorg wordt door leerkrachten en ouders rond scholen gesurveilleerd. De Gelderlander, maart 2003
7
Hoe vrijwillig is vrijwillige prostitutie?’ BREDA - Het stoort de Bredase officier van justitie mr. W. Korver keer op keer. “Wat is dat toch voor een niet uit te roeien verschijnsel dat een vrouw die vrijwillig naar Nederland komt om in de prostitutie te werken, achteraf niet moet zeuren?” Terwijl die dames volgens Korver vaak reden genoeg tot klagen hebben. “Ze komen uit verre landen waar ze economisch in een uitzichtloze positie zitten. Ze bezwijken vervolgens heel begrijpelijk voor de verlokkingen die hen geboden worden en belanden in Nederland opnieuw in een ellendige, afhankelijke situatie. Hoe vrijwillig is die vrijwillige prostitutie dan nog?” De officier reageerde getergd toen advocaat mr. A. van den Biezenbos in de strafzaak tegen de 27-jarige Thaise eigenaresse van een voormalige seksclub in Roosendaal de betrouwbaarheid van de verhalen van twee prostituees in die club onderuit probeerde te halen. Juist die vrouwen werkten volgens de advocaat in 2001 vrijwillig in Thai Privé Roosendaal. En dan verlaat justitie zich enkel op hún verklaringen om te bewijzen dat mijn cliënte schuldig zou zijn aan mensenhandel en mensensmokkel vanuit Thailand.” Het mag zo zijn dat de twee ook vertelden over meisjes die in de Roosendaalse club tegen hun zin vastgehouden werden, zelfs mishandeld werden, maar hoe geloofwaardig is dat uit hún mond? Officier Korver bracht de Bredase rechtbank in herinnering hoe twee meisjes bij de doorzoeking van het pand in december 2001 werden aangetroffen:
de een zat verstopt tussen een dakschot en een kamerwandje, de ander in een vochtige bergruimte onder de vloer. “Een van die vrouwen die vrijwillig naar Nederland gekomen zou zijn, zat onder dat luik verborgen. Hoe vrij is een vrouw die zich moet verstoppen in een hok waar de ratten lopen?” Ook uit de verklaringen van de reeds veroordeelde (ex)-echtgenoot van de Thaise seksonderneemster is justitie in Breda gebleken dat de meisjes aan de Hulsdonksestraat in Roosendaal letterlijk en figuurlijk gevangen zaten. “Hun paspoorten waren ingenomen, de meesten mochten overdag niet naar buiten en ze zagen geen cent terug voor hun werk”, somt Korver op. Hij eist twee jaar gevangenisstraf tegen de 27-jarige Thaise, waarvan een half jaar voorwaardelijk. Haar man kreeg vorig jaar achttien maanden, waarvan zes voorwaardelijk opgelegd. Volgens Korver is het aandeel van de vrouw in de mensensmokkel groter. Advocaat Van den Biezenbos gelooft daar niets van. Het is toch volstrekt onaannemelijk dat de man die naar Thailand reisde om vrouwtjes te regelen in Roosendaal, ineens zielig en afhankelijk van zijn vrouw is?” De rechtbank doet over twee weken uitspraak. BN/De Stem 8-1-2003
Bazin van sekshuis moet één jaar cel in BREDA/ ROOSENDAAL - De Thaise P.P. (27), in 2001 eigenaresse van seksclub Thai Privé Roosendaal, is voor mensenhandel en -smokkel door de Bredase rechtbank veroordeeld tot anderhalf jaar gevangenisstraf waarvan zes maanden voorwaardelijk. De straf, die een halfjaar lager uitvalt dan justitie vorderde, is gelijk aan de veroordeling van P’s (ex)man vorig jaar. De rechtbank gaat uit van een ‘evenredige rol’ van beiden in het bestieren van de privé-club en escortservice aan de Hulsdonkse-straat. De twee maakten volgens de rechtbank ‘ernstig misbruik’ van de slechte economische positie van de Thaise prostituees in hun moederland. De vrouwen raakten van de regen in de drup, toen zij in de Roosendaalse club belandden, aldus het vonnis.
Eenmaal in Nederland kregen de meisjes de aanbetaling voor de reis vanuit Thailand niet terugbetaald. Ze kregen nauwelijks geld voor hun werk in handen, persoonlijke papieren werden hen afgenomen en de vrouwen mochten overdag niet naar buiten. De rechtbank toont zich niet gevoelig voor het argument van de verdediging dat een aantal vrouwen vrijwillig naar Roosendaal kwam om in de prostitutie te werken. Bij een politie-inval eind 2001 trof de politie luiken in de grond aan om er vrouwen te ver stoppen. BN/De Stem 22-01-2003
Theehuizen centra van prostitutie Politie ontmantelt illegale vrouwenhandel De Eindhovense politie heeft deze week massaal invallen gedaan in Turkse theehuizen waar vrouwen uit OostEuropa en Afrika werden gedwongen tot prostitutie. In tien theehuizen werden negentien vrouwen ‘bevrijd’. De politie heeft nog vijftien theehuizen en andere ontmoetingscentra voor Turken op het oog die zich schuldig maken aan illegale prostitutie. Volgens de politie worden de theehuizen steeds meer gebruikt als dekmantel voor maffia-achtige praktijken. Buitenlandse vrouwen worden in Oost-Europa en Afrika geronseld onder het mom van horecawerk in Nederland. Eenmaal hier aangekomen, wordt hen het paspoort afgenomen en worden ze gedwongen tot prostitutie. W
8
Volgens R. Coster, projectleider prostitutie en mensenhandel bij het korps Haaglanden, kan deze situatie zich ook in andere steden voordoen, al wil hij vooralsnog niet spreken van een landelijke tendens. Al een jaar geleden kreeg de ‘vreemdelingenpolitie tips over illegale praktijken via theehuizen. De politie besloot afgelopen dinsdag tot de eerste invallen. Acht Bulgaarse vrouwen werden samen met illegale Bulgaren uit Den Haag op het vliegtuig naar Bulgarije gezet. Daarnaast werden tien Poolse vrouwen en een Russische opgepakt. De politie heeft nog geen daders gearresteerd. Wel kregen de exploitanten van de theehuizen een proces-verbaal wegens overtreding van de Wet Arbeid Vreemdelingen. Zij moeten tweeduizend euro betalen. ‘We weten niet of zij ook betrokken waren bij de organisatie van de mensenhandel’, zegt politiewoordvoerder Van Pinxteren. ‘Daarvoor zijn nog geen harde bewijzen te vinden.’ Van Pinxteren onderstreept dat het niet in alle gevallen om café-achtige theehuizen gaat. Ook gewone huiskamers waar Turkse mannen thee drinken of buurthuizen vallen onder de categorie theehuis. Van Pinxteren sluit niet uit dat andere theehuizen zijn gealarmeerd door de invallen en hun illegale activiteiten snel zullen beëindigen. Volgens hem heeft de politie door personeelsgebrek en doordat niet overal de bewijzen rond waren, een selectie moeten maken bij de eerste invallen. De Turkse gemeenschap in Eindhoven heeft geschrokken gereageerd. Volgens Palet, steunpunt voor multiculturele samenwerking in Brabant, was het veel Turken wel opgevallen dat er steeds vaker mooie vrouwen in de theehuizen werkten. Maar zij meenden dat dat slechts was om theedrinkende klandizie te trekken. Volgens Palet is de Turkse gemeenschap voorstander van keihard ingrijpen door de politie. Volkskrant 28-februari 2003 Peter de Graaf
Nauwelijks aangifte van vrouwenhandel---------------------------------------------------------------------Slechts 5 procent van de buitenlandse vrouwen die naar Nederland gelokt zijn om in de seksindustrie te werken, doet uiteindelijk aangifte bij de politie. Het aantal afgeronde opsporingsonderzoeken neemt echter wel toe. Dat blijkt uit een rapport dat A. Korvinus, de nationale rapporteur mensenhandel, aan minister Donner (Justitie) heeft aangeboden. In mei kwam Korvinus met haar eerste rapport. De belangrijkste aanbeveling was toen dat alle strafbare vormen van sociaal-economische uitbuiting met behulp van dwang, misleiding of geweld strafbaar moeten worden gesteld als mensenhandel. De Tweede Kamer moet zich nog over het onderwerp buigen. In haar tweede rapport zet Korvinus een aantal cijfers op een rij. In 2001 rondde de politie 48 onderzoeken af naar vrouwenhandel, 23 meer dan het jaar ervoor. Uiteindelijk moesten in 2001 86 verdachten voor de rechter verschijnen, waarvan de meesten de bak indraaiden. Bijna de helft van de verdachten kwam uit Nederland. De rest komt vooral uit Centraal- en Oost-Europa en Nigeria. Uit deze gebieden komen ook de meeste slachtoffers, die onder bedreiging van geweld, opsluiting, innemen van paspoorten of het opleggen van fictieve schulden naar Nederland worden gelokt, meestal door mannen. Eenderde van de politieonderzoeken begon na aangifte door een slachtoffer. Naar schatting doet echter niet meer dan 5 procent van de naar Nederland gesmokkelde prostituees aangifte. Korvinus definieert mensenhandel als een vorm van moderne slavernij waarbij sprake is van fundamentele schending van mensenrechten. In Nederland staat mensenhandel gelijk aan uitbuiting in de seksindustrie. Het gaat daarbij om exploitatie van minderjarigen, exploitatie onder dwang of misleiding of het werven van prostituees over de grens. Volgens Korvinus wordt mensenhandel vaak verward met mensensmokkel. Dat laatste betekent echter hulp aan migranten bij illegale grensoverschrijding. BN/deStem 27 januari 2003
‘Politie moet meer tijd aan mensenhandel besteden’----------------------------------------------------Mensenhandel levert criminelen in Nederland jaarlijks naar schatting zo’n 85 miljoen euro op. De ‘gemiddelde’ mensenhandelaar hield in 2001 ongeveer 210.000 euro over aan zijn praktijken. Dit staat in een rapport dat A. Korvinus, de nationale rapporteur mensenhandel, gisteren aan minister Donner van justitie aanbood. Volgens Korvinus moet de politie meer tijd en geld besteden aan de bestrijding van mensenhandel. De nationaal rapporteur beschouwt de huidige inspanningen slechts als een ‘flinke druppel’ op een gloeiende plaat. “De politie krijgt er moeilijk vat op omdat allerlei criminele netwerken in verschillende landen actief zijn. Lang niet altijd worden alle betrokkenen aangehouden. Het blijft beperkt tot een enkeling die tot een hele keten behoort. De reden daarvan is ons niet bekend”, aldus Korvinus. In 2001 rondde de politie 48 onderzoeken af naar vrouwenhandel. Dat zijn er 23 meer dan het jaar ervoor. In 2001 moesten 86 verdachten voor de rechter verschijnen. De meeste werden veroordeeld tot een gevangenisstraf. Bijna de helft van de aangehouden verdachten is afkomstig uit Nederland, een kwart van hen is vrouw. Verder komen de verdachten vooral uit het voormalige Joegoslavië, Nigeria, Turkije, Albanië, Bulgarije en de voormalige Sovjetunie. Eenderde van de verdachten zonder Nederlandse nationaliteit verbleef illegaal in ons land. Met het rapport wil Korvinus benadrukken dat niet alleen in de wapen- en drugshandel veel geld wordt verdiend. “En natuurlijk is mensenhandel uit humanitair oogpunt verwerpelijk”, aldus Korvinus. De straffen voor mensenhandel liggen tussen de zes jaar en de maximumstraf van tien jaar. Haarlems Dagblad, 22 januari 2003
9
Oecumenische Vrouwensynode Tijdens de vierde Oecumenische vrouwensynode, gehouden van 14 t/m 16 februari 2003 in Elspeet, werkte de SRTV mee aan de internationale workshop “VROUWENHANDEL”. De workshop werd georganiseerd door ‘Vriendinnen van Europa’, een werkgroep van het oecumenisch netwerk ‘Vrouw en Geloof NoordHolland’, die bijna 15 jaar bestaat en enkele weken geleden een landelijke prijs voor hun werk ontvingen. Aan de internationale workshop deden 17 deelneemsters mee, waaronder zes vrouwen uit Litouwen, en twee uit Engeland. De workshop werd geopend met het aansteken van een kaars en de tekst uit Lucas 8: 16 en 17. ‘Niemand steekt een kaars aan en verbergt hem onder een pot of zet hem onder een bed. Nee, je zet hem op een standaard, zodat iedereen die binnenkomt het licht kan zien. Want niets is verborgen dat niet aan het licht zal komen, niets is geheim dat niet bekend zal worden en aan het licht zal komen. De kaars als symbool van licht is onze gids gedurende deze bijeenkomst. De weg uit de duisternis naar dit licht.
Aukje Vonk vertelde over geweld in Nederland en de wereld. Iedere vijf minuten wordt er ergens in de wereld geweld gebruikt tegen vrouwen en kinderen. Het gebeurt vaak op een onopvallende manier zodat de omgeving het niet opmerkt. Per jaar is één op de tien Nederlanders slachtoffer van geweld. We hebben gesproken over de oorzaken van verachting, discriminatie en gewelddadigheid. Verspreid over de hele wereld is er een sterke minachting voor vrouwen. Inferioriteit tegenover superioriteit, macht tegenover onmacht hetgeen speelt op alle terreinen van het leven. Catharina Halkes laat ons via de feministische theologie die een plaats heeft veroverd in onze vrouwenbeweging, een cultuur historisch geluid horen. Dankzij emancipatie en feminisme hebben we meer inzicht in deze maatschappijverhoudingen gekregen en is ons gevoel van eigenwaarde, ook in theologisch opzicht is sterk gestegen. Truus de Nie, vertelde over seksueel geweld tegen vrouwen en seksueel misbruik van kinderen. Ze noemde de seksueel getinte advertenties in kranten, tijdschriften en Internet. Seksueel geweld komt in alle bevolkingsgroepen voor. Door te dreigen wordt kinderen verboden over seksueel misbruik te praten, zeker in de huiselijke sfeer. Godsdiensten worden vaak als excuus gebruikt. De kreet ‘eert uw vader en uw moeder’ komt bij incest veel voor. De Litouwse vrouwen merken op dat in hun land wel wordt geschreven over mishandeling maar niet over
seksueel misbruik van kinderen. Over geweld tegen vrouwen binnen het gezin, op het werk en binnen de kerken wordt met geen woord gerept. De Engelse vrouwen noemen het theaterprogramma “Vagina monologen’, waarin vrouwen vertellen over het geweld dat ze hebben ondervonden. Voor veel mensen is dit theaterprogramma een eye-opener. Als derde inleidster vertelde Ivonne van de Kar over vrouwenhandel. Alle deelneemsters ontvingen een informatiemap ’Vrouwenhandel’ met daarin de doelstelling, werkwijze en folders van de SRTV en algemene informatie over vrouwenhandel. Vrouwenhandel gaat vaak gepaard met veel geweld. Het zijn vaak criminele organisaties die met deze handel veel geld verdienen en die geen methode schuwen om vrouwen onder druk te zetten. Veel vrouwen in Oost Europa willen graag naar het westen vanwege werkloosheid en armoede. Na de inleiding volgde een gesprek. De meeste vrouwen die er zijn hebben wel veel over vrouwenhandel gehoord ook de Litouwse deelneemsters weten er van. Enkele van hen werken met slachtoffers die terug keren naar Litouwen of met vrouwen die op andere wijzen slachtoffer van seksueel geweld zijn. Tot slot nemen we deel aan een ritueel door stenen in een ‘stroom’ te leggen en zo uit te beelden op welke manier wij mee kunnen werken aan een wereldwijde beweging. Door zelf een steentje in de stroom te leggen kun je de loop van de stroom beïnvloeden.
De workshop schreef enkele aanbevelingen voor Mw. Korvinus (Nationaal Rapporteur Mensenhandel) en Mw. K Ferrier (CDA Tweede Kamerlid), die waren uitgenodigd voor de afsluiting van de Synode. Aanbeveling uit de Workshop Vrouwenhandel: “Wij juichen het toe dat de minister van Buitenlandse Zaken, als voorzitter van de OVSE, bestrijding van vrouwenhandel als één van de speerpunten heeft genoemd. Bovendien vragen wij in huidige en komende oorlogssituaties zijn blijvende aandacht voor seksueel geweld tegen vrouwen en kinderen.” “Voor de komende beleidsperiode vragen wij aan het nieuw te vormen kabinet, (erkende) slachtoffers van vrouwenhandel, die justitie bijstaan in processen tegen daders, te vergoeden met een permanente verblijfsvergunning, zoals in België en Italië al het geval is.” Aanbevelingen van de Litouwse vrouwen: “We believe in equality for all people of the world; We encourage the women’s synod to show their solidarity with Lithuania; We show our solidarity by being here today. “ • •
•
10
Ivonne van de Kar, Aukje Vonk Janny Boerhave