Geachte lezer, Dit nieuwsbulletin staat geheel in het teken van eindejaarstips 2006. Tips die voor u of uw medewerkers voordeel kunnen opleveren: privé of zakelijk. Sommige tips zijn nieuw, andere keren jaarlijks terug. Als u van één of meerdere voordelen gebruik wilt maken, dan adviseren wij u tijdig contact met ons op te nemen. Samen kunnen we dan bekijken hoe het voordeel het gunstigst voor u toegepast kan worden. Wij wensen u veel leesplezier en goede zaken!
november 2006
Jaargang 10
Vergeet de schenkingsvrijstellingen niet! Wilt u weten hoeveel u nog dit jaar belastingvrij aan uw kinderen kunt schenken? Of wilt u uw favoriete goede doel dit jaar met een maximaal vrijgesteld geldbedrag ondersteunen? Lees dan verder; hieronder vindt u de vrijstellingen zoals die in de Successiewet staan vermeld. • U kunt als ouder uw kind € 4.342 per kalenderjaar vrijgesteld schenken ongeacht de leeftijd en burgerlijke staat van uw kind. Eenmalig kunt u aan uw kinderen tussen 18 en 35 jaar € 21.700 belastingvrij schenken, mits bij de aangifte een beroep wordt gedaan op de verhoogde vrijstelling. Deze verhoogde vrijstelling geldt ook als het eigen kind 35 jaar of ouder is, maar diens echtgenoot wel tussen de 18 en 35 jaar is. • Aan ieder kleinkind kunt u jaarlijks vrijgesteld € 2.606 schenken. Schenkingen die in de loop van een
kalenderjaar worden gedaan aan dezelfde persoon, worden bij elkaar opgeteld. Lees verder op pagina 2
Is het zinvol om in 2006 nog een gift te doen? Ja, dat kan. Voor niet-periodieke giften geldt een drempel van 1% van het (gezamenlijk) inkomen vóór persoonsgebonden aftrek. Hierbij geldt een minimum van € 60 en een maximum van 10% van het (gezamenlijk) verzamelinkomen vóór persoonsgebonden aftrek. Indien u
verder autokosten maakt voor een goed doel, is er maximaal 19 eurocent per kilometer aftrekbaar als gift. Al u dit jaar géén kans maakt om een van de drempels te slechten, kan het zinvol zijn om de betaling van de toezeggingen uit te stellen tot volgend jaar. •
Vervolg van pagina 1 • Instellingen van algemeen nut, zoals kerkelijke en charitatieve, kunt u met alle bedragen vrij van schenkingsrecht ondersteunen.
Hiervoor geldt geen maximumbedrag, mits wordt voldaan aan de voorwaarde dat de verkrijging ten nutte van het algemeen belang komt. • Iedere andere partij dan hierboven vermeld, kunt u jaarlijks tot de
drempel van € 2.606 een bedrag geven zonder dat schenkingsrecht verschuldigd is. Schenkt u meer dan het drempelbedrag, dan vervalt de vrijstelling en moet er schenkingsrecht betaald worden over het hele geschonken bedrag. •
Hoe kunt u uw belastbaar vermogen verlagen? van de belastingplicht, 65 jaar of ouder, dan kunt u onder bepaalde voorwaarden gebruik maken van de zogenaamde ouderentoeslag. De onderstaande inkomensgrenzen gelden vóór inachtneming van de persoonsgebonden aftrek: • bij een inkomen van maximaal € 13.326 bedraagt de ouderentoeslag maximaal € 26.076; • bij een inkomen boven € 13.326 en maximaal € 18.539 bedraagt de ouderentoeslag maximaal € 13.038; • bij een inkomen boven € 18.539 komt men niet meer in aanmerking voor ouderentoeslag; • het vermogen mag (na aftrek van het heffingvrije vermogen) niet hoger zijn dan € 260.677. Voor belastingplichtige met eenzelfde partner gedurende geheel 2006 geldt een grondslag van € 521.354.
Hier zijn verschillende mogelijkheden voor. Wij geven deze weer. Voor iedereen geldt dat van het totale vermogen € 19.698 per persoon is vrijgesteld. Voor fiscale partners wordt dit bedrag verdubbeld. Dit is het zogenoemde ‘heffingvrije vermogen’. Indien u kinderen heeft, kunt u het heffingvrije vermogen verhogen met € 2.631 per minderjarig kind. Bent u eind 2006, of bij het eind
2
Dan zijn er nog bijzondere vrijstellingen Voor sommige bezittingen gelden bijzondere vrijstellingen zoals bossen, natuurterreinen en onbebouwde gedeelten van aangewezen landgoederen; verder voorwerpen van kunst en wetenschap niet bedoeld als belegging; tevens voorwerpen die niet van u zijn, maar die u volgens het erfrecht wel mag gebruiken (geen voorwerpen als belegging); rechten op kapitaalsuitkeringen bij overlijden van uzelf, uw partner of bloed- en aanverwanten, of op prestaties in natura voor een begrafenis (bijvoorbeeld uitvaart verzekeringen), voor zover het verzekerde kapitaal of de waarde van de polis niet meer bedraagt dan € 6.389 per persoon en ook rechten op kapitaalsuitkeringen bij invaliditeit, ziekte of ongeval.
Fiscaalvriendelijke beleggingen Maatschappelijke beleggingen en het verstrekken van venture capital (durf kapitaal) kunnen gebruikt worden om het heffingvrije vermogen te verhogen met maximaal € 52.579. Voor beide soorten beleggingen kan de verhoging apart verkregen worden en bij ‘fiscale partners’, zoals echtgenoten, mag het bedrag nog eens verdubbeld worden. De maximale verhoging van het heffingvrije vermogen komt daarmee op maximaal viermaal € 52.579 is € 210.316. ‘Maatschappelijke beleggingen’ zijn beleggingen in aangewezen groenfondsen en aangewezen sociaalethische fondsen. Onder ‘het verstrekken van durfkapitaal’ wordt op dit moment verstaan: een directe belegging in de vorm van een geregistreerde en achtergestelde lening aan een beginnend ondernemer (natuurlijk persoon of ‘kleine’ BV). Let op Naast de verhoging van het heffingvrije vermogen geldt voor dit soort beleggingen nog een extra heffingskorting van 1,3% over het vrijgestelde bedrag. De heffingskorting mag afgetrokken worden van de te betalen belasting. Stel dat u € 40.000 maatschappelijk belegd heeft, en dat u bovendien € 40.000 aan durfkapitaal heeft uitgezet. Aangezien beide bedragen binnen het maximum van € 52.579 vallen (en dus vrijgesteld zijn van de vermogensheffing in box 3), mag u nog tweemaal 1,3% van € 40.000 in mindering brengen op uw belastingafdracht. Dat is: tweemaal € 520 is € 1.040. Het hier bovenstaande kunt u altijd met ons bespreken. •
Betaal uw belastingen op het juiste moment Het is raadzaam om nog dit jaar uw privé-belastingschulden te betalen. Deze schulden mogen namelijk niet in mindering worden gebracht op de heffingsgrondslag voor de vermogensrendementsheffing (box 3). Indien u de belasting nog dit jaar betaalt, vermindert u uw vermogen per 31 december 2006. Betaalt u teveel belasting, dan levert u dat een vordering op die in box 3 is vrijgesteld van belastingheffing. Bovendien ontvangt u van de Belastingdienst heffingsrente. Dit alles maakt het vooruitbetalen van een te hoge (voorlopige) privé-belastingaanslag bijna aantrekkelijk! Let er wel op dat het alleen gaat om het betalen van vastgestelde belastingaanslagen. Als de aanslag nog niet is vastgesteld wordt het betaalde bedrag beschouwd als een onverschuldigde betaling, wat weer een vordering oplevert die belast is in box 3. •
IBAN en BIC Voor alle EU-lidstaten Het International Bank Account Number (IBAN) is speciaal ingevoerd voor het buitenlands betalingsverkeer. Voor binnenlandse betalingen wordt het niet gebruikt. Het IBAN is erg handig voor betalingsverkeer met alle EU-lidstaten en Zwitserland, Liechtenstein, Noorwegen en IJsland. Let op Vanaf 1 januari 2007 zullen de Europese banken grensoverschrijdende betalingen in euro’s zonder IBAN en BIC (Bank Identification Code) niet meer accepteren. Dit betekent dat u deze gegevens bij elke opdracht moet meegeven. Dit geldt voor alle eurobetalingen binnen de Europese Unie, ongeacht de hoogte van het bedrag en de muntsoort. •
Kerstpakketten en geschenken In deze periode van het jaar willen veel ondernemers een gebaar maken richting hun medewerkers en relaties. Dikwijls gebeurt dit in de vorm van een kerstpakket en/of relatiegeschenk. Vaak vergeet men dat hier ook enige fiscale consequenties aan verbonden zijn. In dit artikel zullen wij kort uiteenzetten welke consequenties dit zijn. Kerstpakketten voor uw medewerkers Voor geschenken in natura of cadeaubonnen geldt dat indien de waarde niet meer bedraagt dan € 35 (incl. BTW) u deze aan uw werknemers mag geven onder voorwaarde dat u hierover 15% eindheffing toepast. Deze regeling is alleen van toepassing op geschenken welke gegeven worden ter gelegenheid van algemeen erkende feestdagen of Sinterklaas. Een derde voorwaarde is dat van deze regeling maar eenmaal per jaar gebruik mag worden gemaakt. Indien de waarde van het geschenk meer dan € 35 bedraagt, kunt u gebruik maken van de regeling voor kleine verstrekkingen. Deze kleine verstrekkingenregeling houdt in dat voor geschenken met een waarde van maximaal € 136 de eindheffing mag worden toegepast onder gebruikmaking van het gebruteerde tabeltarief (voor meer informatie hierover kunt u uiteraard contact met ons opnemen). Een tweede voorwaarde is dat het gezamenlijke bedrag aan schenkingen
in een jaar niet meer mag bedragen dan € 272. Mocht ook de kleine verstrekkingenregeling geen uitkomst bieden, dan dient een en ander op de gebruikelijke wijze in de loonadministratie verwerkt te worden als loon in natura. Geschenken en/of verstrekkingen aan anderen dan uw werknemers Als u een relatie een geschenk wilt geven is het natuurlijk vervelend als die daar de verplichte belasting over moet betalen. Het is echter mogelijk om voor uw zakelijke relaties de verschuldigde inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor uw rekening te nemen wanneer u hen een geschenk geeft. Dit is mogelijk middels de eindheffing met als gevolg dat uw relaties geen belasting meer hoeven te betalen. Uiteraard is ook aan deze regeling weer een aantal voorwaarden verbonden: 1 de regeling geldt alleen voor geschenken die u ook aan uw werknemers geeft; 2 voor een geschenk met een waarde van maximaal € 136 past u een eindheffingtarief van 45% toe; 3 voor een geschenk met een waarde tussen de € 136 en € 272 past u een tarief toe van 75% over de gehele waarde; 4 u vermeldt aan de ontvanger dat u de eindeheffing heeft toegepast en dus de belasting heeft betaald en daarnaast legt u vast wie de ontvanger van het geschenk is geweest. •
VOOR MEER INFORMATIE OVER DEZE ARTIKELEN KUNT U CONTACT OPNEMEN MET UW CONTACTPERSOON VIA TEL. (076) 572 09 00.
3
Wijzigingen in de WW per 1 januari 2007 Met ingang van 1 januari introduceren UWV en CWI meer maatwerk in de begeleiding van WW’ers. Elke werknemer die werkloos wordt krijgt een re-integratiecoach en persoonlijke kansen en mogelijkheden staan daarbij centraal. De werkloze wordt nauwgezet gevolgd en moet natuurlijk goed zijn best doen om nieuw werk te vinden. De beoordeling daarvan gebeurt door de re-integratiecoach in een zogenaamd poortwachter gesprek en als afspraken niet zijn nagekomen kan dat een korting op de uitkering opleveren. Overigens is per 1 oktober 2006 de maximale duur van de WW-regeling al
U heeft als werkgever enkele werknemers die deelnemer zijn in de levensloop of spaarloon.
teruggebracht tot 38 maanden en is de hoogte van de uitkering in de eerste twee maanden 75% van het (dag)loon en daarna 70%. •
T-biljet 2001 en later Tot en met 31 december 2006 kan nog een teruggave van inkomstenbelasting worden gevraagd voor 2001 en latere jaren.
De oude eis dat het bij teruggaven over jaren die meer dan drie jaar zijn geleden moet gaan om bedragen van € 454 of meer is dit jaar met terugwerkende kracht tot 2001 komen te vervallen. De Belastingdienst zal dan een ambtshalve teruggave kunnen verlenen. Het nadeel van een dergelijke ambtshalve teruggave is dat u niet naar de rechter kunt stappen
4
Levensloop of spaarloon?
als u het niet eens bent met de teruggave. Wel kunt u, ten aanzien van een verzoek om teruggaaf over één van deze jaren dat eerder is afgewezen omdat de drempel van € 454 niet werd overschreden, opnieuw een verzoek indienen. Het voordeel van het indienen van een T-biljet is er niet alleen voor degenen die voor een korte periode inkomen hebben genoten, zoals vakantiewerkers. Als u achteraf recht blijkt te hebben op een hogere heffingskorting is het indienen van een T-biljet ook zinvol. Deze faciliteiten kunnen van toepassing zijn als u alleenverdiener of alleenstaande ouder bent geworden. Alleen bedragen boven € 13 komen in aanmerking voor teruggave. Waarschuwing Maak voor het indienen van een T-biljet tijdig een proefberekening om te kijken of het indienen wel zinvol is. Bij onnadenkend indienen van een T-biljet, kunt u een aanslag krijgen, in plaats van een teruggave. •
Wat te doen? • U laat de werknemer aan het begin van ieder kalenderjaar uiterlijk voor 1 februari bevestigen bij wie (kan bijvoorbeeld bij parttimers ook één andere werkgever zijn) en met welke regeling (levensloop of spaarloonregeling) hij meedoet. Dus de werknemer mag geen levensloop regeling en spaarloon regeling tegelijk hebben. • U laat de werknemer aan het begin van ieder kalenderjaar, uiterlijk voor 1 februari, verklaren welk bedrag hij in totaal tot dan toe heeft opgebouwd op zijn levenslooprekening zowel bij de huidige, andere of bij vorige werkgevers. De verklaringen worden schriftelijk opgesteld, door de werknemer voor akkoord ondertekend en opgenomen in het personeelsdossier. Tip Deel de verklaringen uit tijdens de beoordelingsronde. •
Pensioen DGA Indien een directeur-grootaandeelhouder wil dat zijn pensioenregeling onder de bescherming van de nieuwe Pensioenwet valt, zal hij, ervan uitgaande dat de nieuwe Pensioenwet per 1 januari 2007 van kracht wordt, zichzelf dit jaar nog pensioen moeten toezeggen. Volgend jaar heeft hij dan de mogelijkheid om de regeling bij een externe verzekeraar onder te brengen, waardoor de Pensioenwet op de regeling van toepassing wordt. •
Nieuwe Arbowet! (per 1-1-2007) In de nieuwe wet worden de arboregels eenvoudiger en makkelijker uitvoerbaar en vindt er een omslag plaats naar minder gedetailleerde regels en meer maatwerk. Verantwoordelijkheden komen meer bij u als werkgever en werknemer te liggen zoals dit eveneens het geval is bij de huidige wetgeving op het gebied van verzuim en re-integratie. Bovendien worden vrijwel alle nationale regels bovenop die van de Europese Unie geschrapt. De feiten op een rij: • Werkgevers en werknemers worden verantwoordelijk voor de invulling van de door de overheid beschreven doel-
voorschriften. Deze worden beschreven in de Arbowet, het Arbobesluit en de Arboregeling. De doelvoorschriften beschrijven het niveau van bescherming dat bedrijven aan de werknemers moeten bieden, zodat zij veilig en gezond kunnen werken. • De technieken, methoden, normen en praktische handleidingen welke nodig zijn om de doelvoorschriften in de onderneming te realiseren worden door werkgevers en/of brancheorgani saties beschreven in arbocatalogi. • De beleidsregels voor een sector worden ingetrokken zodra er voor een sector een arbocatalogus is opgesteld. In 2010 worden alle beleidsregels ingetrokken.
Even wachten met de verkoop van een bedrijfsmiddel? Wilt u een bedrijfsmiddel verkopen waarvoor u eerder een investeringsaftrek hebt genoten? Ga dan na wanneer u dit aangeschaft hebt. Indien u het namelijk binnen vijf
jaar verkoopt moet u de aftrek geheel of gedeeltelijk bijtellen. Na vijf jaar is dat niet meer nodig. Aangezien 01-01-2007 de vijfjaarstermijn van 2002 verloopt, kan het nuttig zijn om even te wachten met de verkoop tot na 1 januari. •
• Met uitzondering van de regels uit het Arbobesluit als het gaat om ernstige arbeidsrisico’s, vallen vrijwilligers niet meer onder de Arbowet. • De verplichtstelling van het arbeids omstandighedenspreekuur komt te vervallen. • Werknemers moeten zich kunnen richten tot een arbeidsdeskundige en/of preventiemedewerker. • Uitsluitend de dodelijke ongevallen en ongevallen die leiden tot blijvend letsel of ziekenhuisopname moeten gemeld worden bij de arbeidsinspectie. • De grens om als werkgever zelf als preventiemedewerker te mogen fungeren wordt opgeschroefd van 15 tot 25 medewerkers. • De arbeidsinspectie controleert sector gericht. Zij gaat hierbij uit van de wet, en de invulling daarvan in arbocatalogi, arboconvenanten en praktijkrichtlijnen. Zij informeert werkgevers door middel van sectorbrochures op welke risico’s zij zich binnen een sector richt en welke wettelijke regels daarbij horen. • De maximale boetes die de arbeids inspectie kan opleggen worden verdubbeld. Meer dan nu het geval is, zal bij overtredingen zowel de werkgever als de werknemer een boete krijgen. •
Administratie 1999 is aan de beurt De wettelijke bewaarplicht voor administraties van ondernemingen bedraagt zeven jaar. In 2007 kan de administratie van 1999 en voorgaande jaren dus vernietigd worden. Voor specifieke situaties (bijvoorbeeld bij onroerende zaken) is de bewaarplicht negen jaar. Voor de zekerheid kunt u het beste contact met ons opnemen voordat u overgaat tot vernietiging van een administratie. •
VOOR MEER INFORMATIE OVER DEZE ARTIKELEN KUNT U CONTACT OPNEMEN MET UW CONTACTPERSOON VIA TEL. (076) 572 09 00.
5
Aftrekbaarheid van kosten voor scholing De uitgaven die u gedaan hebt voor het volgen van een opleiding of een studie die er op gericht is om (meer) inkomen uit werk te verwerven zijn aftrekbaar. De uitgaven moeten wel hoger zijn dan € 500. Het maximaal aftrekbare bedrag is € 15.000 (of meer, als u voldoet aan een aantal specifieke voorwaarden).
De volgende uitgaven mogen niet meegerekend worden: 1 uitgaven voor levensonderhoud, waaronder huisvesting, voedsel, drank, genotmiddelen en kleding; 2 werk- en studieruimten en de inrichting daarvan; 3 reis- en verblijfkosten, waaronder excursies en studiereizen. •
Personeelsuitbreiding of vervanging? Budgetvriendelijk in 2007! U bent op zoek naar nieuwe goedgeschoolde medewerkers. Het aanbod van gekwalificeerd personeel voor nu en de toekomst wordt in hoog tempo minder en de kosten dreigen de pan uit te rijzen. Toch is er een manier om op budgetverantwoorde wijze uw formatie op peil te houden: BBL, de Beroeps Begeleidende Leerweg. WVA Via de Wet Vermindering Afdracht (WVA) voor beroepsonderwijs kunt u besparen op loonbelasting en premie volksverzekeringen voor medewerkers met een praktijkovereenkomst (vroegere leer-werk overeenkomst). Het enige wat u hoeft te doen is een arbeidsplaats te bieden en een BBL-leerling de mogelijkheid te geven om kennis en vaardigheden op te doen die nodig zijn voor de afronding van een beroepsopleiding. Hoe werkt het? Per deelnemer (praktijkleerling) met een praktijkovereenkomst mag uw bedrijf maximaal € 2.500 per jaar minder loonbelasting en premie volksverzekeringen afdragen. Dit bedrag geldt bij een werkweek van 36 uur. Wordt er minder uren gewerkt, dan is de korting naar verhouding. Voor deelnemers die jonger zijn dan 25 jaar geldt dat zij niet méér mogen verdienen dan 130% van het voor
6
Na WIA (WGA) blijft medewerker in dienst bij zijn werkgever: No-riskpolis! Indien een werknemer in het kader van de WIA méér dan 35% arbeidsongeschikt is (WGA) en de werkgever houdt zijn werknemer in dienst, dan kan de werkgever bij het UWV voor deze werk nemer een beroep doen op de no-riskpolis. In dit geval betaalt UWV voor een periode van vijf jaar ziekengeld als uw werknemer met beperkingen ziek wordt. Er moet dan wel voldaan zijn aan één van de volgende voorwaarden, nl. de werknemer heeft een WIA uitkering en het dienstverband wordt ná ingang van die uitkering voortgezet óf de werknemer had onmiddellijk voorafgaand aan het dienstverband een WIA uitkering.
hun leeftijd geldende minimumloon. Is de deelnemer dus ouder dan 25 jaar, dan geldt deze restrictie niet! Wanneer u een werkloze zonder startkwalificatie (dat houdt hier in: zonder afgeronde mbo-opleiding) in dienst neemt en deze een opleiding laat volgen is de korting mogelijk nog hoger. Uw bedrijf komt dan in aanmerking voor een aanvullende afdrachtvermindering van € 1.500 per kalenderjaar. Een voorwaarde is dan wel dat de deelnemer voor indiensttreding ingeschreven stond bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI). De totale afdrachtvermindering voor deze (inmiddels voormalig) werkloze bedraagt dan € 4.000 per kalenderjaar. Naast deze afdrachtvermindering blijven alle gemaakte kosten van opleiding, cursussen en trainingen fiscaal aftrekbaar. •
Met deze polis loopt de werkgever niet langer een financieel risico als de werk nemer ziek wordt. Normaal gesproken moet de werkgever immers ten minste 70% van het loon doorbetalen. Maar bij een no-riskpolis betaalt UWV dat in de vorm van ziekengeld. De werkgever mag deze uitkering in mindering brengen op het loon dat hij moet doorbetalen, waardoor géén of maar een klein deel van de loonkosten voor rekening van de werkgever komt. Als deze werknemer binnen vijf jaar zou uitvallen door ziekte of arbeidsongeschiktheid, betaalt de werkgever weliswaar het loon door, maar wordt hij daarvoor gecompenseerd via het ziekengeld. Als de werknemer voor een Ziektewetuitkering in aanmerking komt, dan moet de werkgever deze medewerker uiterlijk de vierde ziektedag ziekmelden bij UWV. Deze meldingen doet men bijvoorbeeld via de Verzuimmelder Ziektewet/WAZO. •
Nieuwe regelgeving personenvennootschap Naar verwachting zal de nieuwe wetgeving voor de personenvennootschappen in 2007 eindelijk van kracht worden.
Het laag houden van de vermogensrendementsheffing en AB-heffing (aanmerkelijkbelang heffing) Indien u vermogensbestanddelen uit box 1 of box 2 wilt verkopen, kunt u dit beter na 1 januari doen. De reden hiervan is het volgende: de vermogensrendementsheffing in box 3 is gebaseerd op het gemiddelde van twee peildata: 1 januari en 31 december. Als u nog dit jaar tot verkoop van bijvoorbeeld een eigen huis of een ter beschikking gesteld pand overgaat, wordt de ontvangen koopsom op 31 december bij uw vermogen in box 3 geteld. Ook de verkoop van AB-aandelen (van een aanmerkelijk belang is sprake bij een bezit van ten
Basispremie WGA Voor 1 april 2007 dient een werkgever te beslissen of hij eigenrisico drager wil worden per 1 juli 2007. Het UWV heeft de basispremie voor de Werkhervattingregeling Gedeeltelijk Arbeidsgeschikte (WGA) voor 2007 vast gesteld op 0,28%. Het gaat om een gemiddelde lastendekkende premie, die wordt opgehoogd met een vaste opslag van 0,47% (de zogeheten rentehobbel). Vervolgens wordt er een
minste 5% van de aandelen in een BV of NV, eventueel samen met de partner of echtgenoot) en de uitkering van dividend hierop, kunt u beter volgend jaar laten plaatsvinden. Voor deze laatste twee geldt dat uitstel tot na 1 januari 2007 sowieso wenselijk is, aangezien het tarief in box 2 in 2007 eenmalig wordt verlaagd van 25% naar 22%. De tariefverlaging mag maximaal op een dividenduitkering van € 250.000 worden toegepast, waardoor een voordeel is te behalen van € 7.500 (3% van € 250.000). •
opslag of korting toegepast, afhankelijk van het arbeidsongeschiktheidsrisico bij de individuele werkgever. •
Pemba boete De door werkgevers zo gehate WAOboete, Pemba, wordt waarschijnlijk per 1 januari vervroegd afgeschaft. Dat valt samen met de toezegging van premier Balkenende om volgend jaar met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2006 de nieuwe uitkering voor volledig arbeidsongeschikten te verhogen. •
Met de nieuwe wetgeving zullen de huidige openbare maatschap en de vennootschap onder firma en de verschillen tussen deze beide rechtsvormen komen te vervallen. In plaats daarvan komt er één rechtsvorm: de openbare vennootschap. Deze rechtsvorm lijkt sterk op de huidige vennootschap onder firma. De stille maatschap blijft bestaan, maar heet onder de nieuwe wetgeving stille vennootschap. De belangrijkste gevolgen van de nieuwe wetgeving zijn de volgende: • De openbare maatschap en de vennoot schap onder firma en het onderscheid daartussen komen te vervallen. • Vennoten van een voormalige openbare maatschap worden hoofdelijk aansprakelijk. • De vennootschap kan (net zoals een BV) rechtspersoonlijkheid verkrijgen. • De vennootschap wordt niet meer automatisch ontbonden bij uittreden van een vennoot. • De voormalige openbare maatschap moet zich inschrijven in het handels register. • Nieuwe regels betreffende o.a. ontbinding, toe- en uittreding en opvolging. Het is raadzaam het huidige vennootschapscontract tijdig tegen het licht te laten houden. Misschien zijn er aanpassingen nodig in verband met de aankomende wetgeving. Bovendien schept de wet nieuwe mogelijk heden (bijvoorbeeld het verkrijgen van rechtspersoonlijkheid) die interessant kunnen zijn voor de ondernemer en zijn onderneming. Wij kunnen u hierover meer informatie verschaffen. •
VOOR MEER INFORMATIE OVER DEZE ARTIKELEN KUNT U CONTACT OPNEMEN MET UW CONTACTPERSOON VIA TEL. (076) 572 09 00.
7
Omzetten IB onderneming in een BV is een stuk actueler geworden Vaak worden wij door ondernemers geconfronteerd met de vraag: “Is een BV niet wat voor mij?”. Even doorvragen leert dan dat die vraag is gebaseerd op de verbeelding van fiscale paradijzen waar men van “gehoord” heeft. Ten eerste dient de keuze voor een BV niet alleen op fiscale gronden genomen te worden en ten tweede stammen de verhalen over het belastingvoordeel uit een ver verleden. Al jarenlang blijkt namelijk dat bij de keuze tussen het inrichten van een BV of het onderbrengen van activiteiten in een IB onderneming de beide mogelijkheden elkaar op fiscaal gebied weinig ontlopen. Door recente ontwikkelingen kan de BV in meer gevallen fiscaal aantrekkelijk zijn. Deskundigen zeggen daarom dat we straks een omzettingsgolf kunnen verwachten. Positieve factoren voor de keuze voor een BV kunnen zijn: • Verlaging van het algemene tarief voor de vennootschapsbelasting (van 29,6% naar 25,5% Er wordt zelfs een MKB-tarief gehanteerd van 20% tot € 25.000 (tarief 2007). • De levensloopregeling die wel geldt voor de directeur-grootaandeelhouder (DGA), maar niet voor de IB-onder nemer. Dit voorziet in een extra aftrekpost tot 12% van het salaris.
• Eenmalig (dit geldt alleen voor 2007) een verlaging van het tarief in box 2 van 25% naar 22% voor de eerste € 250.000 inkomsten uit aanmerkelijk belang. Dit noodzaakt bij bestaande BV’s eveneens tot nadenken over dividend optimalisatie. In veel gevallen kan het verstandig zijn de uitkering van dividend uit te stellen tot 2007. Negatieve factoren bij de keuze voor een BV kunnen zijn: • Verschraling van het DGA-pensioen indien men eerder dan 65 jaar stopt; • Ontwikkelingen in de inkomsten belastingsfeer, zoals de MKB-vrijstelling van 10% van de winst (met ingang van 2007). Beslissingen op fiscale gronden worden genomen op basis van veronderstellingen met betrekking tot de toekomst. Essentieel is dat de berekening plaatsvindt op basis van de juiste veronderstellingen. Factoren waarmee zoal rekening moet worden gehouden zijn: wat is de uitstelperiode voor de aanmerkelijk belang winst? Hoe te handelen als de winst wordt belegd? Wat te doen als u toch op uw zestigste verjaardag met pensioen wilt? Hoe moet het voordeel van deelnemen aan de levensloopregeling worden meegenomen? Wat zijn de extra administratieve lasten voor een BV? Wij rekenen u graag voor onder welke omstandigheden een BV ook
voor u interessant kan zijn. Genoemde tarieven en veronderstellingen zijn op basis van de huidige gegevens. Deze zijn wellicht niet volledig want het is mogelijk dat als gevolg van (politieke) ontwikkelingen (de verkiezingen) nog wijzigingen worden aangebracht. •
IOAW wordt IOW Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) wordt de wet inkomensvoorziening voor oudere werklozen (IOW). Op gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers was de IOAW reeds per 28 december 2005 niet meer van toepassing. Voor oudere werknemers die op of na 1 oktober 2006 werkloos worden, komt er na afloop van de WW een speciale uitkering op minimumniveau. Degenen die na hun 50ste werkloos worden, hoeven niet eerst hun vermogen aan te spreken om voor de uitkering in aanmerking te komen. Als de eerste werkloosheidsdag na de 60ste verjaardag valt, wordt ook niet gekeken naar het inkomen van de partner. •
Deze nieuwsvoorziening is met grote zorg samengesteld. Voor eventuele onvolkomenheden kunnen wij geen aansprakelijkheid aanvaarden. Druk- en zetfouten voorbehouden.
V O O R M E E R I N F O R M A T I E K U N T U C O N TA C T M E T O N S O P N E M E N
Takkebijsters 13c 4817 BL BREDA T 076 - 572 09 00 F 076 - 581 09 99 E
[email protected]