Veranderen moet, maar kan het? Prof. dr. Rob de Wijk Directeur HCSS Directeur The Hague Security Delta Hoogleraar internationale betrekkingen Leiden
Lex Hoogduin in NRC-Handelsblad 14 augustus 2013
• Achterblijven van Nederlandse economie is ‘geen incident meer’ • Consumentenvertrouwen aangetast, huizenmarkt, pensioenen en de zorg. Maar ook: • Veranderde tijdgeest • Een disfunctioneel politiek systeem • Groeiende kwetsbaarheid van Nederland • Verkeerde inschatting van de uitdagingen • Mondiale veranderingen
Prognoses Griekenland
Waarom veranderen? Multipolariteit en fragmentatie bepalen positie Nederland: • Verschuiving economische en politieke zwaartepunt zet westerse orde onder druk en zorgt voor opkomst staatskapitalisme. • Instabiliteit rond Europa neemt toe. • Klimaatverandering en grondstoffenschaarste. • Demografie krijgt grotere impact • ‘Empowerment of the individual’ • Mondiale, regionale en lokale fragmentatie • ‘Clubs’ , netwerken, worden dominant in mondiaal bestuur.
Nieuwe wereldorde wordt vooral door China bepaald
5
Schaliegas als game changer
Grondstoffenschaarste Wheelchair nicked for £2 scrap
Victims ... Jack Raynor, in Sun wheelchair, and Marylyn
Schaarste
Grondstoffen en geopolitiek
Economische impact kritische mineralen
Topsectoren en kritische materialen Topsector
Voorbeelden van gerelateerde producten en grondstoffen
Agro-Food
Fosfaat voor kunstmest, soja voor veevoeder, palmolie, cacao, koffie, specerijen, vis(meel)
Tuinbouw en
Veen als substraat t.b.v. plantveredeling en kweek
uitgangsmaterialen Hightechmaterialen en systemen
Germanium in optische kabels en optische infraroodtechnologieën; cerium in computers; antimoon, niobium en tantaal in microcondensatoren; ijzererts, cokes, injectiekolen, tin en zinkertsen voor staal; bauxiet/aluinaarde voor aluminium; zilver, goud en koper voor elektronische apparatuur; wolfraam, niobium, vanadium, nikkel, mangaan en chroom voor speciale staalsoorten
Energie
Neodymium, dysprosium en samarium in permanent-magneten; indium, gallium, seleen en telluur in zonnecellen; platina in brandstofcellen; uropium, yttrium, gallium en indium in LED-verlichting; lithium, kobalt en zeldzame aardmetalen in batterijtechnologie; biomassa voor energieopwekking
Logistiek
Lithium en neodymium in elektrische auto’s; kobalt en samarium in hoge-snelheidstreinen; scandium-legeringen in lichtgewicht vliegtuigframes; magnesium voor metaallegeringen in auto’s; platina, palladium en rhodium in auto-uitlaatgaskatalysatoren;
Creatieve industrie
Niobium, antimoon en tantaal in computerchips; zeldzame aardmetalen zoals yttrium, europium, terbium en indium in LCD-technologie
Life sciences Chemie
Tantaal in medische technologie Platina en palladium in katalysatoren; kobalt in synthetische brandstof; zeldzame aardmetalen als katalysatoren
Water
Palladium voor ontzilting; hout voor damwanden, steigers en meerpalen.
De Arabische opstanden: alles komt samen
Oorzaken Arabische opstanden • Oplopende voedselprijzen door extreme weerscondities (Rusland, Canada), oplopende grondstoffenprijzen, toenemende mondiale vraag, afnemende agrarische productiviteit, toename vraag biofuel, en groeiende importafhankelijkheid (grondwaterschaarste) • Youth bulges • Relatief hoog opleidingsniveau • Hoge corruptie • Illegitieme regeringen
Youth bulges
Corruptie
Effecten klimaatverandering
Falende staten
Risicokaart humanitaire rampen
Nederland moet zich aanpassen: kan dat? Nederland wordt steeds kleiner: • Tijdgeest: generatiewisseling, populisme en hedonisme • Burger meer naar binnen gericht en ontvankelijk voor radicale ideeën • Zwak maatschappelijk draagvlak voor maatregelen • Politieke systeem werkt tegen • Binnenlandse politiek als zero sum game; landsbelang is ondergeschikt aan belangenbehartiging • Beleid vooral financieel gedreven • Richtingenstrijd bij beleidsmakers • Kennis ebt weg bij de overheid • Onvoldoende bewustzijn over context waarin Nederland zich ontwikkelt.
Politieke crisis werd als eerste zichtbaar in het buitenland- en veiligheidsbeleid Constanten: • Trans-Atlantische oriëntatie • Legalistisch-institutioneel • Afzijdigheid / neutraliteit • Afkeer van militaire macht Voorts: na Koude Oorlog verdwijnt onderscheid tussen high en low politics.
Wat gaat Nederland doen? Lex Hoogduin in NRC-Handelsblad (14 augustus 2013): • Achterblijven van Nederlandse economie is ‘geen incident meer’ • Consumentenvertrouwen aangetast, huizenmarkt, pensioenen en de zorg.
Structurele zwakten • •
•
• • • •
Dichtgeregelde consensuscultuur en geringe aandacht voor geld verdienen. Buitenlandse bedrijven 1 procent van alle bedrijven, 15 procent van alle werknemers, 31 procent van de totale omzet in de marksector, helft van alle import en export, en een derde van alle private uitgaven voor R&D, vanaf 2005 daalt dit aandeel. Weinig animo om in het buitenland te gaan studeren. 95ste plaats in de Global Competitive Index. CBS: achterblijvende private R&D (0,88% bbp in 2009), terwijl het Europese gemiddelde toen op 1,25% lag. Zakken in concurrentiekracht: Global Competitive Index van 5 naar 8; World Comperitive Centre van 11 naar 14. Kabinet bespaart op R&D 1 miljard op 6 miljard euro per jaar: 1,84 procent van bbp in plaats van 3 procent. Topsectoren is een oude wijn in nieuwe zakken en te veel gedreven vanuit de vraag.
Economisch herstel en R&D
Economisch herstel vestigingsklimaat
R&D is relatief laag
Opleidingsniveau werkzame beroepsbevolking naar geslacht en leeftijd (2010) Mannen Totaal 15-65 jaar 15 tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar Vrouwen Totaal 15-65 jaar 15 tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar 0% Laagopgeleid
20%
40%
Middelbaar opgeleid
60% Hoogopgeleid
80% Onbekend
100%
Veranderen, maar hoe? • Voortmodderen, wal-keert-schip • Regering van nationale eenheid en/of technocraten • Complexe kwesties buiten de politiek plaatsen En • Herstel prestige politieke ambt
Naar een nationale veranderstrategie Zes elementen: • Innovatie: 3 procent van het bbp • Goed onderwijs: 50 procent van de bevolking hoogopgeleid • Ondernemers- en vestigingsklimaat. Bij de eerste 10 landen van de Doing Business Index; aantrekken van buitenlandse bedrijven. • Industriepolitiek. Een moderne diensteneconomie eist een sterke maakindustrie. • Strategische onafhankelijkheid (energie, grondstoffen) • Welzijn en veiligheid (van maatschappelijke veiligheid tot veilige delta en gezond leven) • Constructief en solidair buitenlandbeleid: balans tussen economische belangen en normatieve issues.
Conclusie 1: overheid • Meer focus op strategisch-economisch beleid gaan voeren dat niet is gericht op status quo en verbetering huidige sterktes. • Begint met inzicht in: – – – – – –
Mondiale trends Verlegging logistieke stromen Protectionisme en (grondstoffen) nationalisme (onvrijwillige) verplaatsing productie en R&D Inzicht trends, overnames en investeringen opkomende economieën Stabiliteit (geopolitiek, regionaal en maatschappelijk)
Conclusie 2: bedrijfsleven • Verwevenheid van economie en veiligheid. • Aanpassing risicomanagement: – Geen extrapolatie van historische data – Data geven niet meer dan klein deel van de werkelijkheid weer – Nieuwe risico’s liggen veeluit buiten gezichtsveld
• Riskmanagementmodellen niet baseren op extrapolatie, maar op ervaringen uit het verleden, historische analogieën, analyse van internationale betrekkingen en het onderkennen van known unknowns en unknown unknowns.