Veiligheid van ondernemers in het Helmondse Stadscentrum De mening van de ondernemers over de veiligheid in en rond hun bedrijven
.
Veiligheid van ondernemers in het Helmondse Stadscentrum De mening van de ondernemers over de veiligheid in en rond hun bedrijven
.
.
Titel:
Veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum, de mening van de ondernemers over de veiligheid in en rond hun bedrijf Opdrachtgever: Gemeentebestuur Helmond Opdrachtnemer: Afdeling Onderzoek en Statistiek Gemeente Helmond Wilma Timmers Datum: April 2011
.
Veiligheid van ondernemers in het Helmondse Stadscentrum
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 1 Samenvatting en conclusies.................................................................................................................... 3 1. Inleiding ............................................................................................................................................... 5 1.1. Aanleiding ..................................................................................................................................... 5 1.2. Probleemstelling ........................................................................................................................... 5 1.3. Aanpak .......................................................................................................................................... 5 1.4. Respons ........................................................................................................................................ 5 1.5. Opbouw nota................................................................................................................................. 6 1.6. Kenmerken bedrijven .................................................................................................................... 6 2. Uitkomsten analyse ............................................................................................................................. 7 2.1. Voorkomen van buurtproblemen .................................................................................................. 7 2.1.1. Ervaren overlast ..................................................................................................................... 7 2.2. Veiligheid ...................................................................................................................................... 8 2.2.1. Gevoel van onveiligheid ......................................................................................................... 8 2.2.2. Beeldvorming over misdrijven in het Stadscentrum............................................................... 9 2.2.3. Slachtofferschap................................................................................................................... 10 2.3. Maatregelen om de veiligheid in/om het bedrijf te waarborgen .................................................. 12 2.3.1. Collectieve beveiliging.......................................................................................................... 15 2.3.2. Waarschuwingsysteem SMS-alert ....................................................................................... 16
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
1
Veiligheid van ondernemers in het Helmondse Stadscentrum
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
Inhoudsopgave
2
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
Samenvatting en conclusies
Samenvatting en conclusies Gemeente, Politie, Ondernemers, Centrummanagement, Stadswacht en Beveiligingspartners zijn allen partners in het streven naar een zo veilig mogelijk winkel- en uitgaansgebied in het Stadscentrum van Helmond. Informatie over de veiligheid in het Stadscentrum is daarbij van wezenlijk belang. De partners missen deze informatie vanuit de ondernemers zelf. Daarom is aan de afdeling Onderzoek en Statistiek van de gemeente Helmond gevraagd om een onderzoek hiernaar te doen. Dit heeft inmiddels plaatsgevonden. Hieronder staat een samenvatting van de uitkomsten en worden conclusies gegeven. Ervaren de ondernemers overlast in hun bedrijf/de omgeving die direct of indirect door anderen wordt veroorzaakt? Ondernemers ervaren gemiddeld wat meer overlast van het verkeer en verloedering van de openbare ruimte dan van sociaal ongewenst gedrag van personen in het Stadscentrum. De verkeersoverlast betreft dan met name fietsers, brommers en skaters, hetzij doordat zij door de winkelstraten (voetgangersgebied) rijden of doordat zij hun fiets of brommer fout parkeren. De verloedering betreft vooral rommel op straat en hondenpoep. Sociale overlast die wordt ervaren, wordt vooral veroorzaakt door groepen jongeren, dronken mensen op straat, overlast door zwervers, danklozen, dealers, junks en door verbale agressie van mensen. Op een schaal van 0 tot 10 (geen overlast tot vaak overlast) is de schaalscore verloedering 3,9, verkeersoverlast 3,7 en sociale overlast 2,8. Doen zich onveilige situaties voor in het eigen bedrijf of in de directe omgeving? Een kleine groep ondernemers, 2-3%, voelde zich in het afgelopen jaar vaak onveilig doordat zich onveilige situaties in hun bedrijf of in de directe omgeving daarvan voordeden. De meeste ondernemers (80%) hadden daar zelden of nooit mee te maken. Vergelijking met een andere stad (Enschede) laat zien, dat de Helmondse uitkomsten op dit punt vergelijkbaar zijn. Wat is de beeldvorming van de ondernemers over misdrijven in het Stadscentrum? Diefstal en vernieling blijken in de ogen van de ondernemers de meest voorkomende vormen van sociale onveiligheid te zijn in het Stadscentrum. Beroving en geweld komen volgens de ondernemers gemiddeld minder vaak voor, maar het zijn wel misdrijven die veel impact hebben op het veiligheidsgevoel van mensen. De schaalscore van het vóórkomen van misdrijven in het Stadscentrum (0 tot 10) is 4,7. Is men als ondernemer in het afgelopen jaar slachtoffer geworden van een of meer vormen van criminaliteit? De perceptie van de ondernemers over het gemiddeld meer voorkomen van diefstal en vernieling in het Stadscentrum strookt met wat zij ook ervaren hebben: 36% werd slachtoffer van diefstal en 28% van vernieling. Daarnaast werd 24% slachtoffer van een (hoofdzakelijk verbaal) geweldsdelict en 13% van (poging tot) inbraak. Er zijn ondernemers die meerdere misdrijven hebben ondergaan: in totaliteit werd ruim de helft in het afgelopen jaar slachtoffer van een of meer soorten van diefstal, vernieling, inbraak of geweld. Het zijn vooral winkels en horeca-/uitgaansgelegenheden die te maken hebben met deze misdrijven; bij kantoren en andere ondernemingen komt dit veel minder voor. Niet iedere ondernemer doet aangifte of meldt wat hem/haar overkomen is. In totaliteit heeft 54% van de slachtoffers het voorval bij de politie gemeld dan wel aangifte hiervan gedaan. Vergelijking met Enschede laat zien, dat de cijfers van Helmond veelal overeenkomen. Nemen ondernemers maatregelen om de sociale veiligheid in en rond hun bedrijf te waarborgen? Nagenoeg alle ondernemers hebben een of meer maatregelen genomen om de sociale veiligheid in en rond hun bedrijf te waarborgen. Hen is een scala aan maatregelen voorgelegd en gevraagd of zij deze hebben ingesteld: 5% blijkt op geen daarvan positief gereageerd te hebben. Er zijn geen maatregelen die als algemeen geldend voor alle ondernemers kunnen worden beschouwd; geen enkele maatregel is door meer dan 58% uitgevoerd. Wel blijkt, dat bijna 80% van de
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
3
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
Samenvatting en conclusies
ondernemers een of meer van de genoemde beveiligingsmaatregelen in of aan het pand (extra sloten/verlichting/ hekwerk/ rolluiken/deuren e.d.) heeft genomen en tweederde heeft een of meer van de vier genoemde elektronische bewakingsmaatregelen ingesteld. De twee meest voorkomende maatregelen die door ruim de helft van de ondernemers zijn toegepast, betreffen een luid alarm en een pin- en chipknipmogelijkheid. Daarnaast heeft 40% tot 50% extra verlichting, instructies aan personeel gegeven, zorgt ervoor niet teveel geld in de kas te hebben en heeft huisregels gesteld waaraan ieder zich te houden heeft. Wat is de mening over deelname aan collectieve beveiligingssystemen? De Helmondse centrumondernemers staan – afgaande op de onderzoeksresultaten – nog niet in meerderheid open (nog) voor een gezamenlijke beveiliging. Een ruime meerderheid, 61%, is hier op dit moment tegen; een ruime minderheid, 39%, is voor. De winkeliers zijn positiever: de helft van hen ziet dit wel zitten. Het meest genoemde argument om hier vóór te zijn is het kostenaspect, het schaalvoordeel. De tegenargumenten: 1. Men wil geen gedwongen deelname, maar vindt dat ieder dat zelf moet kunnen regelen; 2. Het wordt niet voor ieder bedrijf noodzakelijk geacht; 3. Twijfel aan uitvoering vanwege diversiteit van bedrijven en 4. Kostenaspect. Het SMS-alert systeem, nu gebruikt door een op de zes ondernemers, zal vermoedelijk in de toekomst meer gebruikers krijgen: 17% maakt nu gebruik van het SMS-alert, 9% heeft aangegeven dat zij zich zeker zullen gaan aansluiten en bijna de helft, 48%, overweegt dit. Ca. een vierde deel wil er nu niet en ook in de toekomst niet aan deelnemen. Op basis van deze uitkomsten zou het aandeel bedrijven met een aansluiting in de toekomst sterk kunnen toenemen: vrijwel zeker 17% nu naar 26% en – in het meest gunstige geval – naar 74%. En dit systeem zal – gezien de positieve ervaringen hiermee van de huidige gebruikers - zeker bijdragen tot verhoging van de sociale veiligheid in het Stadscentrum.
De ondernemers van het Helmondse Stadscentrum hebben via de enquête hun mening over en ervaringen met de sociale veiligheid in en rond hun onderneming weergegeven. De uitkomsten komen in grote lijnen overeen met vergelijkbare onderzoeken in twee andere Nederlandse stadscentra. Ook is duidelijk geworden hoe zij momenteel de veiligheid van hun bedrijf waarborgen en is inzicht verkregen in de mogelijkheden die het SMS-alertsysteem biedt als algemeen gebruikt beveiligingsmiddel. Ondernemers blijken op dit moment nog niet massaal over te willen gaan tot een gezamenlijke beveiligingsregeling; de helft van de winkeliers wil dit echter wel. Alle verkregen informatie geeft voor de opdrachtgevers richtingen aan waar oplossingen/kansen liggen in het streven naar een zo veilig mogelijk Stadscentrum.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
4
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
1. Inleiding
1. Inleiding 1.1. Aanleiding Gemeente, Politie, Ondernemers, Centrummanagement, Stadswacht en Beveiligingspartners zijn allen partners in het streven naar een zo veilig mogelijk winkel- en uitgaansgebied in het Stadscentrum van Helmond. Informatie over de veiligheid in het Stadscentrum is daarbij van wezenlijk belang. Inzicht in de objectieve veiligheid is er wel via de politiecijfers. Ook wordt periodiek gemeten hoe de bewoners van het Stadscentrum de veiligheid in hun woonomgeving ervaren. Hoe de ondernemers in het Stadscentrum denken over de veiligheid in hun bedrijf en hun directe omgeving en hoe zij daar mee omgaan, daar zijn geen gegevens over bekend. Daarom is door de hierboven genoemde partijen aan de afdeling Onderzoek en Statistiek gevraagd om hier een onderzoek naar te doen. Het onderzoek heeft inmiddels plaatsgehad en de resultaten staan in deze nota verwoord.
1.2. Probleemstelling De probleemstelling luidt als volgt: Wat is de mening van de ondernemers van het Helmondse stadscentrum over de sociale veiligheid in hun bedrijven en de directe omgeving ervan en in welke mate en hoe wapenen zij zich tegen onveilige situaties? De daar vanaf geleide onderzoeksvragen zijn als volgt: • Is er sprake van overlast in de directe woonomgeving die direct of indirect door anderen worden veroorzaakt? • Doen zich onveilige situaties voor in het eigen bedrijf of in de directe omgeving? • Wat is de beeldvorming van de ondernemers over het zich voordoen van crimineel gedrag in het Stadscentrum? • Is men als ondernemer in het afgelopen jaar slachtoffer geworden van een of meer vormen van criminaliteit? • Nemen ondernemers maatregelen om de sociale veiligheid in en rond hun bedrijf te waarborgen en zo ja, welke zijn dat dan? • Wat is de mening over deelname aan collectieve beveiligingssystemen?
1.3. Aanpak De informatie is verkregen uit een schriftelijk gehouden enquête onder de ondernemers van het Helmondse Stadscentrum. De vragenlijst is begin december 2010 door medewerkers van de Stichting Centrum Management Helmond verspreid onder alle ondernemers en deze is enkele weken later weer opgehaald. Het gebied Stadscentrum bestaat in deze definitie uit de volgende straten: Ameidestraat, Ameidewal, de Kegelbaan, Doorneind, Havenweg, Het Hool, Kamstraat, Kasteellaan, Kerkstraat, Ketsegangske, Kluisstraat, Kromme Steenweg, Lambertushof, Markt, Marktstraat, Molenstraat, Noord Koninginnewal, Oude Aa, Parkweg, Smalle Haven, Steenweg, Veestraat en Zuid Koninginnewal.
1.4. Respons In totaal zijn 314 bedrijven aangeschreven en 138 ondernemers hebben de enquête geretourneerd, een respons van 44%. Om betrouwbare uitspraken te doen voor de totale ondernemersgroep van het Stadscentrum is het bestand door weging gecorrigeerd. Met weging worden onder- of oververtegenwoordigingen in de groep respondenten ten opzichte van de totale groep ondernemers rechtgetrokken
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
5
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
1. Inleiding
1.5. Opbouw nota Na dit inleidend hoofdstuk worden in hoofdstuk 2 de uitkomsten van de analyse beschreven en in hoofdstuk 3 volgen samenvatting en conclusies. Tevens zullen een aantal uitkomsten uit het onderzoek in Helmond worden vergeleken met die van soortgelijke onderzoek van Enschede (2008). Er is geen informatie van onderzoeken van andere, enigszins met Helmond vergelijkbare, steden.
1.6. Kenmerken bedrijven Ten tijde van het onderzoek omvatte het Helmondse Stadscentrum 314 bedrijven. Ruim de helft hiervan betreft winkels, 21% is een horeca-/ uitgaansgelegenheid, 11% heeft een kantoorfunctie, in 2% zit een (semi)-overheids-instelling en 10% heeft een andere vorm van bedrijvigheid. De gemeente heeft een onderverdeling ingesteld die inzichtelijk maakt of een bedrijf is gesitueerd op een locatie die gunstig is voor de bedrijfsvoering van dat betreffende bedrijf. De range loopt van A1 naar A2, B, C, D. Zo krijgt bijvoorbeeld een winkel in het hart van het stadswinkelcentrum, de Veestraat, de aanduiding A1-locatie. Andersom zal een winkel die aan de rand van het winkelgebied ligt, een C- of D-aanduiding krijgen. Deze aanduiding verschilt ook per soort bedrijf. Een kantoor dat voor de bedrijfsvoering veel externen moet ontvangen maar wel in een straat is gelegen zonder parkeerplaatsen in de directe nabijheid van het pand (bijv. Markt), krijgt een lagere aanduiding. Bedrijven in centrum naar soort locatie Winkels Kantoren Horeca-/uitgaans-gelegenheden (semi)-Overheid Overig 0
40 A1
A2
B1
80 C
D
120
160
200
Ongedefinieerd
De grafiek laat zien, dat ruim de helft van alle winkels een A- of B-locatie-aanduiding hebben, wat gunstig genoemd kan worden Ca. 40% heeft een B1-aanduiding, wat een net iets minder gunstige locatie is voor die winkels dan een A-locatie. Drie vierde deel van de horeca-uitgaansgelegenheden is op een voor hen gunstige plek gelegen, op een A-locatie, en een vierde op een B-locatie. Van de kantoren ligt ca. een derde deel op een voor hen wat minder gunstige plek; zij hebben een C-locatieaanduiding. Een aantal bedrijven heeft geen aanduiding; dit heeft te maken met de aard/functie van het bedrijf.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
6
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
2. Uitkomsten analyse De ondernemers in het Helmondse stadscentrum is gevraagd naar de diverse aspecten van de veiligheid in en rond hun daar gevestigde onderneming. Daarbij zijn aan de orde gekomen: 1. ervaren overlast in en rond hun bedrijf; 2. vóórkomen van onveilige situaties in het winkelgebied 3. slachtofferschap als gevolg van crimineel gedrag van anderen 4. maatregelen om veiligheid in en rond bedrijf te waarborgen 5. mening over collectieve deelname aan beveiligingssystemen In de volgende paragrafen worden de uitkomsten uit de analyse gepresenteerd.
2.1. Voorkomen van buurtproblemen 2.1.1. Ervaren overlast Volgens de ondernemers is verkeersoverlast gemiddeld de meest voorkomende vorm van overlast geweest in 2010. Daarbinnen zijn het dan vooral de fietsers, brommers en skaters die de overlast veroorzaken, hetzij doordat ze door de winkelstraten (deels voetgangersgebied) rijden, hetzij doordat ze hun fiets of brommer fout en/of verkeerd parkeren. Overlast in directe omgeving van bedrijf van: VERKEERSOVERLAST 37%
Door w inkelstraat rijdende fietsers/ brommers/ skaters Verkeerd geparkeerde fietsen/ bromfietsen
16%
Fout of verkeerd geparkeerde auto's
16%
Laden/ Lossen Andersoortige verkeersoverlast
8%
28%
33%
23%
41%
17%
27%
49%
24%
19%
10%
25%
21%
18%
40%
31%
19%
AANTASTING FYSIEKE OPENBARE RUIMTE 17%
Rommel op straat
13%
Hondenpoep Bekladding
28% 32%
24%
32% 40%
36%
18%
5%
19%
36%
OVERLAST VAN SOCIAAL ONGEWENST GEDRAG Overlast door groepen jongeren
8%
20%
36%
36%
Dronken mensen op straat
8%
23%
34%
36%
Overlast door zw ervers/ junks/ dealers/ daklozen
7%
24%
34%
35%
Verbale agressie (‘grote bek’) Overlast door omw onenden
3%
29%
3%4%
18%
34%
34% 74% 64%
Baldadigheid (duw en en trekken)
3% 10%
Andersoortig ongew enst gedrag
3%7%
32%
58%
8%
31%
59%
Lastigvallen van klanten Lastigvallen van personeel
23%
64%
28%
7%
OVERIGE OVERLAST Geluidsoverlast Drugsoverlast
11% 4%
18%
13%
0%
45% 49%
34% 25%
vaak
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
27%
50% soms
75% zelden
100% nooit
7
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Daarnaast geeft ook een op de zeven ondernemers aan, dat er vaak overlast is geweest van fout/geparkeerde auto’s. Naast de verkeersoverlast ondervond het merendeel van de ondernemers (81%) in min of meerdere mate overlast van rommel op straat; 17% had er vaak last van. Ook heeft tweederde deel overlast ondervonden van hondenpoep in hun omgeving en 13% overkwam dit vaak. Vooral dit laatste is opmerkelijk, omdat in een deel van het Stadscentrum sowieso een aanwezigheidsverbod geldt voor honden. Ruim de helft, 60%, had last van een of meer vormen van sociaal ongewenst gedrag van anderen (groepen jongeren, dronken mensen en/of zwervers, junks, dealers of daklozen). De meesten overkwam dit echter soms of zelden. Ca. 30% had in die periode te maken met mensen die de klanten of het personeel in hun bedrijf lastig vielen; dit overkwam hen echter niet vaak, maar soms of zelden. Gemiddeld ervaren de ondernemers op de A1-locaties de meeste overlast en op de C-locaties relatief de minste. Bezien vanuit het soort onderneming dat men heeft, wordt relatief de meeste overlast door de horeca- en andere uitgaansgelegenheden ervaren en de minste door kantoren.
Scores overlast Voor de drie hiervoor getoonde algemene vormen van overlast (verkeersoverlast, verloedering en sociale overlast) zijn scores berekend. Bij de verkeersoverlast zijn de 5 hiervoor in beeld gebrachte vormen meegenomen in de score, bij de verloedering de 3 vormen van aantasting fysieke openbare ruimte en bij de sociale overlast 6 vormen van overlast door andere mensen (verbale agressie, baldadigheid, overlast door dronken mensen, door omwonenden, overlast door groepen jongeren en door zwervers, junks, dealers en daklozen). De berekende scores lopen van 0 (nooit overlast) tot 10 (door iedereen vaak genoemd). Scores overlast 10 8 6 3,7
4
3,9 2,8
2 0 Verkeersoverlast
Verloedering
Sociale overlast
Op de schaal van 0 tot 10 hebben de ondernemers een score van 3,9 voor verloedering aangegeven en een 3,7 voor verkeersoverlast; de sociale overlast ligt daar met 2,8 net iets onder.
2.2. Veiligheid 2.2.1. Gevoel van onveiligheid Op de vraag of er zich in de afgelopen 12 maanden in en/of rond hun bedrijf situaties hebben voorgedaan, waarin zij zelf of hun personeel zich onveilig voelden, heeft ca. 80% geantwoord, dat daar zelden of nooit sprake van was; 2-3%, overkwam dat vaak. Er blijkt weinig verschil te zijn in soort onderneming: de percentages van ondernemers van winkels en andere soort bedrijven zijn overwegend gelijk.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
8
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Onveilig gevoel door situaties in/rond bedrijf 100% 39%
43%
34%
37%
24%
18% 2%
3%
In eigen bedrijf
In directe omgeving van het bedrijf
0%
vaak
soms
zelden
nooit
Vergelijking met onderzoek Enschede: Uit de volgende cijfers blijkt, dat de mening van de Helmondse Stadscentrumondernemers op dit onderwerp niet sterk afwijkt van die van Enschede Voelt zich door bepaalde situaties (vrijwel) nooit of zelden tot nooit onveilig in vestiging : Enschede 2007 (vrijwel) nooit
76%
Helmond 2010 zelden/nooit
80%
2.2.2. Beeldvorming over misdrijven in het Stadscentrum Desgevraagd geven de meeste ondernemers aan van mening te zijn, dat in het winkelgebied diefstal en vernieling voorkomt; 28% denkt dat diefstal vaak voorkomt en bijna een vierde denkt dit van vernieling. De andere vormen van genoemde misdrijven komen volgens de ondernemers minder vaak voor. Mate van het -volgens de ondernemers - zich voordoen van aspecten van sociale onveiligheid in het Helmondse Stadsentrum Vernieling
24%
Diefstal Bedreiging/intimidatie
39%
28%
45%
4%
Inbraak
6%
Gew eld
1%
Beroving
5%
29%
42%
27%
35%
27%
28% 25%
soms
33% 40%
50% zelden
10% 17%
25%
31%
vaak
18% 37%
42%
0%
7%
75%
100%
nooit
Ruim 40% denkt dat er in hun winkelcentrumgebied soms bedreiging/intimidatie en/of inbraak voorkomt en ca. 5% denkt dat dit vaak het geval is. Beroving en geweld komen volgens de ondernemers gemiddeld minder vaak voor, maar het zijn wel misdrijven die veel impact hebben op het veiligheidsgevoel van mensen.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
9
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Schaalscore perceptie misdrijven Ook hier is een schaalscore berekend, waarin alle aspecten gezamenlijk zijn meegenomen. De score van de perceptie misdrijven in het winkelgebied van de ondernemers bedraagt 4,7 op de schaal van 0 (niet voorkomend) tot 10 (vaak voorkomend). De score van de ondernemers op de A1-locatie ligt hoger dan die van de ondernemers op de andere locaties. En de perceptie over misdrijven in het Stadscentrum van de winkeliers en ondernemers van de horeca-/uitgaansgelegenheden ligt boven het algemeen gemiddelde. Dat van de kantoorhouders is lager. Deze ondernemers hebben ook andere of geen openingstijden en hebben waarschijnlijk ook gemiddeld veel minder te maken met bezoekers. 2.2.3. Slachtofferschap Aan de ondernemers is gevraagd of zij in het afgelopen jaar ook daadwerkelijk als slachtoffer te maken hebben gehad met crimineel gedrag en of het bedrijf daarvan ook financiële schade heeft ondervonden. Ook werd gevraagd hoe vaak dit was voorgekomen. Het gaat om vernielingen, diefstal, (pogingen tot) inbraak en geweld. De aantallen keren afgezet tegen het aantal bedrijven was er voor 36% sprake van diefstal, 28% van vernieling, 24% van geweld en 13% van (poging tot) inbraak.
100%
Aantal keren dat er sprake was van een misdrijf, in % van aantal bedrijven
36% 28%
24% 13%
0% Vernieling
Diefstal
Poging tot inbraak/Inbraak
Gew eld
Sommige ondernemers werden slachtoffer van meerdere soorten misdrijven. In totaal is 53% van de respondenten in het afgelopen jaar 1 of meer keren van een of meer soorten misdrijf slachtoffer geworden. Ruim de helft van deze groep, 54%, deed hiervan een melding of aangifte bij de politie. In tweederde deel van de gevallen betrof het een ondernemer van een winkelbedrijf, eenvijfde deel van een horeca-/uitgaansgelegenheid, 8% van een kantoor en 4% van een ander soort onderneming. De geweldsdelicten betroffen in hoofdzaak verbaal geweld, het uitschelden van, razen of tieren tegen ondernemers. In verhouding tot de verdeling naar bedrijfsoort, werden winkelbedrijven relatief wat vaker slachtoffer en kantoren wat minder.
Aangifte/melding van misdrijven Niet iedere ondernemer meldt een misdrijf bij de politie of doet daarvan aangifte. Dit kan te maken hebben met de aard van de vernieling, diefstal en poging tot inbraak; is die klein en is er weinig of geen schade, dan zal men misschien minder snel een melding bij de politie doen dan wanneer die groter is. Ook zal een rol spelen of men verzekerd is voor de opgelopen schade. In dat geval kan het nodig zijn dat men aangifte doet om aanspraak te kunnen maken op schadevergoeding. Uit de enquête komt naar voren, dat het aantal keren dat men geen melding bij de politie heeft gedaan van vernieling, diefstal en poging tot inbraak groter is dan het aantal keren dat men dat wel heeft gedaan en dat dit bij een geslaagde inbraak niet het geval is. De volgende tabel laat dit zien.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
10
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Aantal keren dat men slachtoffer is geworden en aantal ondernemers dat dit is overkomen, in % van totaal Aandeel respondenten dat misdrijf heeft opgegeven, in % van totaal respondenten
Aantal keren dat misdrijf zich voordeed, in % van totaal respondenten
Aantal keren met melding bij politie
12%
18%
Aantal keren met melding bij een andere instantie
5%
10%
Aantal keren zonder dat er een melding is gedaan
20%
47%
% Respondenten dat slachtoffer werd van vernieling
28%
VERNIELING:
% Respondenten dat aangaf schade te hebben opgelopen Gemiddelde schade per respondent
13% € 1.740
DIEFSTAL UIT BEDRIJF: Aantal keren met melding bij politie
17%
66%
Aantal keren met melding bij een andere instantie
2%
2%
Aantal keren zonder dat er een melding is gedaan
25%
766%
% Respondenten dat slachtoffer werd van bedrijfsdiefstal
36%
% Respondenten dat aangaf schade te hebben opgelopen Gemiddelde schade per respondent*
25% € 7.920
INBRAAK: Aantal keren met melding bij politie
6%
8%
Aantal keren met melding bij een andere instantie
1%
1%
Aantal keren zonder dat er een melding is gedaan
2%
5%
Aantal keren met melding bij politie
2%
3%
Aantal keren met melding bij een andere instantie
1%
1%
Aantal keren zonder dat er een melding is gedaan
3%
5%
% Respondenten dat slachtoffer werd van (poging tot) inbraak
13%
POGING TOT INBRAAK:
% Respondenten dat aangaf schade te hebben opgelopen Gemiddelde schade per respondent
8% € 2.530,-
* 1 respondent heeft een bedrag opgegeven van € 200.000. Dit verhoogt het gemiddelde enorm. Exclusief deze ene respondent bedraagt het gemiddelde schadebedrag € 3.357, -.
Verder blijkt, dat sommige bedrijven vaker te maken hebben gehad met een misdrijf. Bij elke soort blijkt het percentage van het aantal keren dat iets gepleegd werd, groter te zijn dan het percentage van het aantal respondenten dat dit heeft opgegeven. Het extreem hoge percentage van het aantal keren dat men te maken kreeg met diefstal (766%), wordt sterk beïnvloed door twee grote bedrijven die (gemiddeld) meer dan 1 keer per dag te maken kregen met diefstal. Zonder deze bedrijven komt het percentage echter ook boven de 100% uit, op 122%. De gemiddelde schade die bedrijven hebben opgelopen bij diefstal € 7.920.-), is drie tot vier keer zo hoog als bij vernielingen of inbraak: respectievelijk € 1.740 en € 2.530.-. De gemiddelde schade van de diefstal wordt sterk beïnvloed door een paar slachtoffers die erg hoge schadeposten hadden; 1 meldde een schadepost van € 200.000,-. Zonder deze laatste bedraagt het gemiddelde € 3.557,Het zijn voornamelijk winkels en horeca-/uitgaansgelegenheden, die te maken hebben met de hier genoemde misdrijven. Bij kantoren en overige bedrijven komt dit in veel mindere mate voor. Bedrijven op de A-1-locaties hebben gemiddeld het meest te maken met vernieling en diefstal. Inbraak komt in overwegend gelijke mate voor in op A1-, A2 en B-1-locaties. Ondernemers hebben de misdrijven ook bij andere instanties aangegeven. Het kan daar bijvoorbeeld gaan om het bedrijf waar men bijvoorbeeld een verzekering tegen de soort misdrijf heeft afgesloten (o.a. een beveiligingsbedrijf). Bij alle drie de soorten misdrijf komt dit ook – zij het in beperkte mate – voor.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
11
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Vergelijking uitkomsten met onderzoek Enschede Op enkele van de hierboven genoemde aspecten kan een vergelijk worden gemaakt met Enschede. Onderstaande cijfers tonen aan, dat percentage ondernemers dat heeft gemeld slachtoffer te zijn geworden van vernieling en (poging tot ) inbraak in Helmond vergelijkbaar met Enschede. Enkele uitkomsten uit vergelijkbare onderzoeken in stadscentra Helmond 2010
Enschede 2007
Percentage respondenten dat slachtoffer werd van een van de misdrijven
53%
Percentage respondenten dat slachtoffer werd van een of meer misdrijven en hier aangifte van heeft gedaan bij de politie (in % van totaal aantal slachtoffers)
54%
--
Percentage respondenten dat slachtoffer werd van vernieling
28%
28%
Percentage respondenten dat slachtoffer werd van inbraak
8%
Percentage respondenten dat slachtoffer werd van poging tot inbraak
6%
15%
Feitelijke (politie)cijfers De politie registreert het aantal meldingen en aangiften dat bij hen wordt gedaan van misdrijven. De onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal aangiften/meldingen over 2010 van vernielingen, winkeldiefstal, winkelinbraak en overige bedrijvendiefstal/-inbraak in het Helmondse Stadscentrum. Nadrukkelijk wordt hierbij vermeld, dat van de vernielingen niet bekend is of dit vernielingen aan bedrijven zijn, het betreft het totaal in het Stadscentrum. Omdat dit vooral bestaat uit bedrijfspanden, zijn deze cijfers hier toch meegenomen. De meeste aangiften en meldingen van het Stadscentrum hebben betrekking op vernielingen en winkeldiefstal Aantal aangiften en meldingen over 2010 betreffende het Stadscentrum* Vernielingen in Stadscentrum: ** Aangiften
57
Meldingen
11
Winkeldiefstal in Stadscentrum: Aangiften
58
Meldingen
22
Winkelinbraak in Stadscentrum: Aangiften
11
Meldingen
12
Diefstal/inbraak in bedrijven en kantoren in Stadscentrum: Aangiften
19
Meldingen 19 * Bij een melding kan ook tevens een aangifte zijn gedaan van een misdrijf. Ook kunnen er meerdere meldingen van 1 misdrijf zijn gedaan. Er kan dus een overlap zijn. Daarom kan geen totaalcijfer worden gepresenteerd. ** Bij aangiften/meldingen van vernielingen is geen onderscheid gemaakt tussen bedrijfspanden en woningen. Het betreft hier cijfers van het totaal van vernielingen in het onderzoeksgebied.
2.3. Maatregelen om de veiligheid in/om het bedrijf te waarborgen Er zijn tal van maatregelen die ondernemers kunnen treffen om de veiligheid in en rond hun bedrijf zoveel als mogelijk te waarborgen. Aan de ondernemers is een lijst voorgelegd van de meest voorkomende maatregelen en hen is gevraagd of zij die hebben toegepast. De maatregelen zijn hier ingedeeld in categorieën soorten: 1. maatregelen in of aan het pand, 2. elektronische bewakingsmaatregelen, 3. meeneem-beperkende maatregelen, 4. toezichtmaatregelen en 5. organisatorische maatregelen. In de volgende grafieken wordt een totaaloverzicht gepresenteerd van de percentages ondernemers die deze maatregelen hebben toegepast.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
12
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Maategelen in of aan het pand 43%
Extra verlichting
33%
Extra sloten
32%
Inbraakwerende kast of kluis
22%
Rolluiken voor de ramen
20%
Extra zwaar hang- en sluitwerk
14%
Hekwerken
10%
Kluis met afstortmogelijkheid en/ of tijdsvertraging
9%
Vandalisme bestendige deuren Inbraakvrij plexiglas
8%
Plaatsen traliehekwerk
8% 6%
Plaatsen van obstakels om gevel/pui te beschermen
4%
Kluis in beslag genomen goederen
4%
Elektronische deuren Coatings tegen graffiti
2%
Elektronische bewakingsmaatregelen 52%
Alarm luid
33%
Alarm stil
31%
Plaatsing camera's/ infrarood beveiliging
17%
TV-circuit
Meeneem-beperkende maatregelen 19%
Detectiepoortjes
15%
Spiegels
12%
Elektronische artikelbeveiliging
11%
Vitrines
7%
Kleedklemmen Apparatuur of artikelen gemerkt
4%
Toezicht 18%
Goed zicht in de winkel van buitenaf
11%
Inhuren beveiligingsdienst/ nachtwaker/ nachtportier
9%
Collectieve beveiliging samen met andere bedrijven Burenbelsysteem (Waak)hond Anders,namelijk
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
6% 5% 2%
13
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Organisatorische maatregelen 58%
Pin/chipknip mogelijkheid
48%
Instructie van personeel
45%
Afromen kassa
43%
Stellen huisregels
36%
Sluitingsronde
30%
Hanteren sleuteldiscipline
22%
Waardevol goed in aparte afgesloten ruimte
14%
Administratieve controles
11%
Zwarte lijst/ weren van verdachte klanten Maatregelen om alcoholgebruik te beperken
9%
Controleren van personeel
8%
Beveiliging bedrijfsgegevens
8%
Cursussen personeel
8%
Meer personeel
5%
Kap over kassa
5%
Toegangscontrole
5%
Uit de enquête blijkt, dat bijna alle respondenten een of meer maatregelen genomen hebben om de veiligheid in en om hun bedrijf te waarborgen. 5% Heeft bij geen enkele van de opgesomde maatregelen aangegeven deze te hebben toegepast. Uit het onderzoek kan niet worden achterhaald of dat zij dit niet hebben willen aangeven of dat zij werkelijk geen enkele maatregel hebben genomen. Het gaat om zowel enkele winkels als enkele kantoren. Er zijn geen maatregelen die als algemeen geldend voor alle ondernemers kunnen worden beschouwd; geen enkele maatregel had meer dan 58%. Wel blijkt, dat bijna 80% van de ondernemers een of meer van de genoemde beveiligingsmaatregelen in of aan het pand (sloten, verlichting, hekwerk, rolluiken, deuren e.d.) heeft toegepast en tweederde heeft een of meer van de vier genoemde elektronische bewakingsmaatregelen. Er zijn twee maatregelen die het vaakst, door ruim de helft zijn toegepast: een luid alarm en een pin/chipknipmogelijkheid. Ongeveer 40% tot 50% heeft extra verlichting, instructies aan personeel gegeven, zorg ervoor niet teveel geld in de kas te hebben en heeft huisregels gesteld waaraan ieder zich te houden heeft. Ca. een derde heeft extra sloten, een inbraakwerende kast/kluis, een stil alarm, hanteert een sleuteldiscipline en maakt bij sluitingstijd een extra controle door zijn bedrijf. Ca. 20% tot 25% heeft een of meer van de volgende: extra zwaar hang- en sluitwerk, rolluiken voor de ramen, detectiepoortjes, zorgen voor goed zicht van buiten af, bewaren van waardevolle goederen in een aparte, afgesloten ruimte. De overige maatregelen zijn door minder respondenten toegepast. Er zijn bedrijfsspecifieke veiligheidsmaatregelen, die bij een bepaalde bedrijfssoort horen en ook hoofdzakelijk door die bedrijfstak zijn ingesteld, Voorbeelden daarvan zijn o.a. maatregelen om alcoholgebruik te beperken en de aanleg van een zwarte lijst van verdachte klanten door horeca- en uitgaansgelegenheden. Deze maatregelen hebben dan ook lagere percentages, omdat in het overzicht alle ondernemers zijn meegerekend. Kantoren hebben over het algemeen gemiddeld minder maatregelen genomen om de veiligheid te waarborgen. Een aantal van de hiervoor genoemde maatregelen is op dit soort bedrijven ook niet van toepassing of is voor hen minder relevant. Voorbeelden hiervan zijn o.a. detectiepoortjes, kleedklemmen, spiegels, kassa-maatregelen. Bedrijven die op een A-1-locatie zijn gevestigd hebben relatief vaker maatregelen genomen dan bedrijven op de andere locaties.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
14
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Vergelijking met ander onderzoek In het onderzoek van Enschede is net zoals in Helmond gevraagd of men maatregelen heeft genomen ter verhoging van de veiligheid in en rond het bedrijf. De vergelijking laat zien, dat de maatregelen die ondernemers in het Stadscentrum van Helmond en in het Stadscentrum van Enschede nemen ter verhoging van de veiligheid in en rond hun bedrijf in grote lijnen wel overeenkomen. De maatregelen die in Helmond in beperktere mate zijn genomen, zijn ook in Enschede door relatief kleinere percentages ondernemers uitgevoerd. En omgekeerd blijken dit ook het geval bij grotere percentages. Instructie van het personeel is het enige in de hieronder gepresenteerde lijst, waar de percentages meer uit elkaar lopen: in Helmond heeft bijna de helft van de ondernemers dit gedaan, in Enschede 30%. Helmond 2010 (respons 132)
Enschede 2007 (respons 46)
MAATREGELEN IN OF AAN HET PAND Extra verlichting
43%
Verlichting achteruitgang
--
30%
Buitengevel 's avonds verlichten
--
28%
Hekwerken
14%
11%
Inbraakvrij plexiglas
8%
11%
Elektronische bewakingsmaatregelen: Alarm luid
52%
Alarm stil
33%
Inbraak-signaleringssysteem
--
39%
Plaatsing camera's/ infrarood beveiliging
31%
33%
Tv-circuit
17%
17%
11%
11%
11%
4%
Instructie van personeel
48%
30%
Afromen kassa
45%
37%
Sluitingsronde (deuren/ramen controleren; kassa legen)
36%
41%
Meeneem-beperkende maatregelen: Vitrines Toezicht Inhuren beveiligingsdienst/ nachtwaker/ nachtportier Organisatorische maatregelen
Hanteren sleuteldiscipline (registratie wie sleutels leent)
30%
22%
Waardevolle goederen in een aparte afgesloten ruimte
22%
22%
Zwarte lijst/ weren van verdachte klanten
11%
4%
Cursussen personeel
8%
2%
Kap over kassa
5%
2%
2.3.1. Collectieve beveiliging Ondernemers kunnen er voor kiezen om beveiligingsmaatregelen in eigen beheer te stellen. Ook kunnen ondernemers die onderdeel uitmaken van een groter concern gebonden zijn aan de wensen/eisen die de bestuurders van het concern stellen. Daarnaast kan het economische en/of organisatorische voordelen opleveren als ondernemers in het Stadscentrum gezamenlijk iets organiseren. Op dit moment zijn er 60 ondernemers in het Stadscentrum die een contract hebben met een beveiligingsbedrijf. In de enquête is aan de ondernemers de vraag voorgelegd of zij het een goede zaak zouden vinden als alle ondernemers de beveiliging gezamenlijk zouden regelen. Een ruime meerderheid, 61%, van de ondernemers oordeelt negatief op deze vraag en 39% oordeelt positief. Bij de ondernemers die een kantoor hebben of een horeca-/uitgaansgelegenheid is de animo
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
15
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
gemiddeld lager, Bij de winkeliers is die gemiddeld hoger; de helft van hen oordeelt wel positief over een collectieve beveiliging. Het meest genoemde argument om vóór te zijn is het kostenaspect, het schaalvoordeel. Daarnaast werden genoemd een betere organisatie als die door meerdere bedrijven wordt gedragen en meer veiligheid. Ondernemers die tégen zijn, noemden als argumenten: 1. Men wil geen gedwongen deelname, maar vindt dat ieder dat zelf moet kunnen regelen, 2. Het wordt niet voor ieder bedrijf noodzakelijk geacht; 3. Twijfel aan uitvoering vanwege diversiteit van bedrijven en 4. Kostenaspect.
2.3.2. Waarschuwingsysteem SMS-alert Naast de hiervoor genoemde preventieve maatregelen bestaan er ook maatregelen die worden toegepast op het moment dat er een misdrijf gaande is of signalen dat er een plaats gaat vinden: bedrijven kunnen een rechtstreekse verbinding hebben met een beveiligingsbedrijf of de politie. Sinds enige tijd is in het Helmondse Stadscentrum het SMS-alert in gebruik: dit is een waarschuwingssysteem dat de politie Helmond gebruikt om ondernemers te waarschuwen als er zich een misdrijf voordoet en herhaling mogelijk is (bv. gesignaleerde zakkenroller, betaling met vals geld). Ondernemers kunnen zich hierbij aansluiten. 2.3.2.1. Bekendheid en aansluiting Desgevraagd blijkt de helft van de respondenten bekend te zijn met dit systeem en de helft niet. Ondernemers die een kantoor hebben, zijn gemiddeld veel minder op de hoogte dan degenen die een winkel of een horeca-/uitgaansgelegenheid hebben. Vervolgens is aan degenen die dit SMS-alert kennen, gevraagd of zij erbij aangesloten zijn of dat van plan zijn. Een derde van hen blijkt een aansluiting te hebben, een derde niet maar overweegt dit wel te gaan doen en een derde is dit niet van plan. Ook aan degenen die het niet kenden, maar via de enquête de informatie hierover hebben gekregen, is de vraag naar een mogelijk toekomstig gebruik gesteld. Bijna eenvijfde van hen gaat dit beslist doen, ruim 60% heeft geantwoord ‘misschien’ en ook bijna eenvijfde wil dit niet. Het plaatje van de totale groep ziet er als volgt: 17% maakt nu gebruik van het SMS-alert, 9% heeft aangegeven dat zij zich zeker zullen gaan aansluiten en bijna de helft, 48%, overweegt dit. Ca. een vierde deel wil er nu niet en ook in de toekomst niet aan deelnemen. Op basis van deze uitkomsten zou het aandeel bedrijven met een aansluiting in de toekomst sterk kunnen toenemen: vrijwel zeker 17% nu naar 26% en – in het meest gunstige geval – naar 74%. Aansluiting bij SMS-alert? 9% 17%
48%
26%
Nu aangesloten
Gaat beslist in toekomst aansluiten
Overw eegt om in toekomst aan te sluiten
Zal NIET aansluiten
Van de ondernemingen met een winkelbedrijf is een relatief wat groter aandeel nu al aangesloten (25%), en is het aandeel potentiële toekomstige deelnemers ook relatief groter: 10% gaat beslist aansluiten en 53% overweegt dit; de groep die echt niet wil, is hier 12%.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
16
De veiligheid van ondernemers in het Helmonds Stadscentrum
2. Uitkomsten analyse
Ondernemers in de horeca-/uitgaansgelegenheden zijn echter gemiddeld meer geneigd om niet mee te doen: bijna 40% wil dit niet; de groep die nu een aansluiting heeft is hier ook beduidend minder. Bedrijven op een A-1-locatie hebben gemiddeld een wat positievere mening dan de bedrijven op de andere locaties. Het aandeel ondernemers dat nu niet meedoet en dit ook niet van plan is in de toekomst, is kleiner dan bij de andere categorieën.
2.3.2.2. Gebruik en effect van het SMS-alert Van de 17% respondenten die nu aangesloten zijn bij het SMS-alert hebben de meesten inmiddels een of meer meldingen van crimineel gedrag via dit systeem binnengekregen; dit waren in hoofdzaak winkels. Het betroffen zowel bedrijven op A1-, A2- als B1-locaties; deze laatste had de meeste meldingen. De meerderheid van degenen die te maken hebben gehad met het SMS-alert, hebben daar een positieve mening over: ca. tweederde van het groepje dat een melding binnenkreeg, is van mening, dat het systeem een gunstig effect op de veiligheid in het Stadscentrum, ca. een vierde vindt dit in beperkte mate en een klein percentage, 5% weet het niet. Er zijn geen respondenten met een negatieve mening over het effect.
Gemeente Helmond Onderzoek en Statistiek
17