JAARVERSLAG 2009
adres : corr.adres : telefoon : telefax : e-mail : website :
Kokermolen 11, Houten Postbus 331, 3990 GC Houten 030 6355250 030 6571114
[email protected] www.nepluvi.nl
1
2
Voorwoord In 2009 heb ik kennisgemaakt met het opleidingsfonds binnen de sector Pluimveeverwerkende industrie. Het bleef niet alleen bij kennismaken. In dit jaar werd ik tot voorzitter namens de werknemers benoemd. Dit verplicht je tot het in de materie duiken van het fonds. Er is dit jaar veel geschoold. Het is duidelijk dat het belang van scholing in de sector wordt erkend. Er zijn veel en meerdere opleidingen gesubsidieerd. Plezier in leren staat voorop. Dat lees je terug in verslagen van deelnemers aan de ontdekcheque en aan deelnemers van het EVC traject. Leren met collega’s kan erg stimulerend zijn. Je helpt je collega’s of klasgenoten met opdrachten en moedigt elkaar aan. Veel medewerkers die een scholing hebben gevolgd zijn tot de conclusie gekomen dat zij meer konden dan zij zelf dachten. Of het nu werk gerelateerd is of niet. Ze stralen van zelfvertrouwen en weten wat zij waard zijn voor hun werkgever. In enkele gevallen is het diploma de eerste die zij behalen. Een belangrijke mijlpaal. Ook heb ik voorbeelden gezien van medewerkers die daardoor een betere functie kregen. Zij zijn overtuigd van het nut van het leren, maar ook dat leren niet altijd betekent om in de schoolbanken te zitten met werkopdrachten. Op je werkplek wordt de leerstof vaak duidelijker.
3
Veel opleidingen sluiten aan bij het dagelijks werk en je ziet direct resultaat. Hopelijk volgen er nog velen die ontdekken hoe leuk leren kan zijn. Want de ontwikkelingen in de branche gaan door. Je kan dan niet stil blijven staan, ga de uitdaging aan en blijf leren. Voor werkgevers is een taak weggelegd om de medewerkers te stimuleren om te gaan leren en om faciliteiten ter beschikking te stellen. Wat zij er voor terugkrijgen is een gemotiveerde medewerker die kan meepraten over de werkzaamheden in het bedrijf en meedenkt aan oplossingen voor problemen. De kwaliteit van het werk wordt verbeterd en dit komt ten goede aan het bedrijf. Medewerkers kunnen sneller omschakelen omdat ze processen in het bedrijf beter begrijpen. Kortom leren is leuk en ook nuttig. Zowel werkgevers als werknemers moeten samen aan de slag om bij te blijven bij allerlei ontwikkelingen in de sector. Daarvoor hebben we elkaar nodig. Jacqueline Kraan
4
INHOUD
Pagina
Voorwoord
3
Inhoudsopgave
5
1 De Stichting Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie
7
Inleiding Doelstelling Bestuur Vergaderingen Benoemende organisaties Voorzitter en plaatsvervangend voorzitter Penningmeester Secretaris Secretariaat
7 7 8 9 9 9 9 9 9
2 ACTIVITEITEN bestuur Algemeen 11 CAO en statuten 11 Uitvoering dienstverleningsovereenkomst 11 ESF project 2007 - 2013 12 Bijdragen / subsidies 12 HBO-opleidingen 13 Voorlichtingsbijeenkomst EVC 13 Arbocatalogus 13 Evaluatie ontdekcheque: Kip ik heb je 13 Subsidiebeleid 15
3 ACTIVITEITEN werkgroep scholingsactiviteiten
16
Doelstelling 16 Cursusbrochure 16 Subsidiemogelijkheden 16 Cursusaanbod 16 Nieuwe cursussen in het cursusaanbod 16 Voorlichtingsbijeenkomst EVC 17 Samenstelling werkgroep scholingsactiviteiten 18
4 Financiële aangelegenheden
19
5 De bedrijfsgenoten
21
6 Adressen
22
5
6
1 DE STICHTING FONDS COLLECTIEVE BELANGEN VOOR DE PLUIMVEEVERWERKENDE INDUSTRIE Inleiding In het verslagjaar 2009 passeerden in de Stichting Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie (Stichting OFP) weer een aantal belangrijke zaken de revue. De van belang zijnde activiteiten zijn in dit verslag opgenomen. Doelstelling Door een wijziging in de regelgeving van het Algemeen verbindend verklaren moesten de statuten van de stichting worden aangepast. Bij de voorafgaande CAO mochten uit de middelen van het fonds de kosten verband houdende met de vervaardiging, uitgifte en verzending van CAO-boekjes niet onder de doelstelling van de stichting vallen. Dit is nu wel mogelijk. Dit heeft tot gevolg dat de statuten op dat punt moeten worden aangepast. Dit is gebeurd door aanpassing van het gestelde onder sub f, als hieronder verwoord. De akte van statutenwijziging is op 23 februari 2009 bij de notaris gepasseerd. In de statuten van de stichting is de actuele doelstelling van de stichting opgenomen en luidt als volgt. De stichting stelt zich ten doel het financieren en subsidiëren van activiteiten die gericht zijn op het bevorderen van goede arbeidsverhoudingen tussen werkgevers en werknemers in de pluimveeverwerkende industrie. Deze activiteiten bestaan binnen het doel van de stichting uit het bevorderen van: a. het geven van voorlichting en informatie aan alle werkgevers en werknemers in de pluimveeverwerkende industrie over de rechtsgevolgen die voortvloeien uit de collectieve arbeidsovereenkomsten voor de pluimveeverwerkende industrie en/of andere wettelijke voorschriften die op het terrein van de arbeidsvoorwaarden liggen; b. een eenduidige uitleg en toepassing van de bepalingen van de collectieve arbeidsover-
7
c. d. e. f. g. h. i.
eenkomst voor de pluimveeverwerkende industrie en het voorkomen van geschillen over de uitleg en toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de pluimveeverwerkende industrie; het coördineren, voorbereiden en ondersteunen van het geformaliseerde overleg – met uitzondering van CAO-overleg – tussen sociale partners ten behoeve van alle werkgevers en werknemers in de pluimveeverwerkende industrie; het uitvoeren van werkzaamheden verbonden aan het bestuurlijke, financiële en administratieve beheer van de stichting; het verzorgen van algemene informatie en publiciteit aan werknemers, werkgevers en direct belanghebbenden aangaande de vraag en het aanbod van arbeid, de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de opleidingsmogelijkheden in de pluimveeverwerkende industrie; de uitgifte van brochures, periodieken en kennisdragers, inclusief de vervaardiging, uitgifte en verzending van de noodzakelijke hoeveelheid CAO-boekjes ten behoeve van alle werknemers en werkgevers in de pluimveeverwerkende industrie in het belang van de arbeidsverhoudingen in de pluimveeverwerkende industrie; de inzet van adviseurs, die het bestuur ondersteunen bij zijn activiteiten en die tevens voorlichting en informatie met name op het gebied van scholing, vorming, arbeidsomstandigheden en arbeidsmarktbeleid aan ondernemingen in de pluimvee-verwerkende industrie kunnen verstrekken; ontwikkelingen op bedrijven in de pluimveeverwerkende industrie op het terrein van arbeidsmarkt, arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en opleiding van werk-nemers in het kader van hun inzetbaarheid; ontwikkelingen gericht op het bevorderen
j. k. l. m. n.
van de medezeggenschap, participatie, personeelsvertegenwoordigingen en ondernemingsraden als vormen van overleg op ondernemersniveau tussen werknemers en werkgevers in de pluimveeverwerkende industrie; deelname van werknemers aan congressen en vakgroepbestuursvergaderingen van hun vakorganisaties; het opleidingsplan alsmede de opleiding van werknemers in het kader van hun inzetbaarheid, ten behoeve van alle werknemers en werkgevers in de pluimveeverwerkende industrie; het bevorderen van activiteiten inzake een evenwichtige verdeling van arbeid en zorgtaken van werknemers, waaronder kinderopvang; projecten of activiteiten gericht op de verbetering van de arbeidsomstandigheden binnen de pluimveeverwerkende industrie of op de totstandkoming of verbetering van bedrijfsbeleid op dit terrein; het vergroten van de participatie op de arbeidsmarkt alsmede het stimuleren van
o.
een betere aansluiting van de pluimveeverwerkende industrie op de arbeidsmarkt; projecten of onderzoeksactiviteiten op het gebied van opleiding van werknemers in het kader van hun inzetbaarheid, arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en de arbeidsmarkt gericht op het bevorderen van goede arbeidsverhoudingen in de pluimveeverwerkende industrie.
BESTUUR Bestuursleden worden voor de duur van twee jaar benoemd. Het verslagjaar viel geheel binnen de tiende zittingsperiode, die is begonnen op 28 mei 2008 en loopt tot 28 mei 2010. Per 16 september 2009 heeft de heer A. Visser zijn bestuurslidmaatschap beëindigd als gevolg van de beëindiging van zijn werkzaamheden bij CNV Vakmensen. Door deze organisatie is per gelijke datum als zijn opvolger benoemd mevrouw J.H. Kraan. Aan het einde van 2009 ziet de samenstelling van het bestuur van de Stichting OFP er als volgt uit:
Leden Plaatsvervangende leden Benoemende organisaties J.H. Kraan te Doesburg J.S. Swart te Drachten CNV Vakmensen J. Hendriks te Deventer vacature FNV Bondgenoten vacature vacature CNV Vakmensen en FNV Bondgenoten gezamenlijk J. Heijs te Leek vacature NEPLUVI J. Timmer te Hardenberg vacature NEPLUVI J.P. Visser te Surhuisterveen vacature NEPLUVI
8
VERGADERINGEN Het bestuur van de Stichting OFP en de Werkgroep scholingsactiviteiten zijn in het verslagjaar regelmatig bijeen gekomen. De activiteiten van beide overlegorganen zijn opgenomen in de hoofdstukken 3 en 4 van dit verslag.
werkgroep. De heer J. Timmer is vice-voorzitter van de werkgroep. Beiden vervulden de functie tot 15 november 2009. Per 16 november 2009 is de heer J. Timmer voor de duur van een jaar voorzitter van de werkgroep en is de heer J. Hendriks vice-voorzitter.
BENOEMENDE ORGANISATIES Door de volgende organisaties worden de bestuursleden van de stichting benoemd: - de werkgeversorganisatie, de Vereniging van de Nederlandse Pluimvee verwerkende industrie NEPLUVI: drie leden; - de werknemersorganisaties CNV Vakmensen en FNV Bondgenoten: drie bestuursleden gezamenlijk. Daarbij kan voor elk bestuurslid een plaatsvervangend lid worden benoemd.
PENNINGMEESTER In het jaar 2009 vervult de heer J.P. Visser te Surhuisterveen de functie van penningmeester van de Stichting OFP.
VOORZITTER EN PLAATSVERVANGEND VOORZITTER Aan het begin van het verslagjaar was de heer J. Heijs voorzitter van het bestuur van de Stichting OFP. Het vice-voorzitterschap werd vervuld door de heer A. Visser. Conform de statuten wisselt het voorzitterschap en het vice-voorzitterschap jaarlijks tussen een bestuurslid van werkgeverszijde en een bestuurslid van werknemerszijde. Deze datum loopt parallel aan de datum van benoeming van het bestuur: 28 mei. Vanaf 28 mei 2009 is de heer A. Visser voorzitter van het bestuur van de Stichting OFP. Per gelijke datum is de heer J. Heijs benoemd tot vice-voorzitter. Per 16 september 2009 is in de voorzittersfunctie de heer Visser opgevolgd door mevrouw J.H. Kraan. Wat betreft het voorzitterschap van de Werkgroep scholingsactiviteiten wordt als datum van wisseling aangehouden 16 november. De heer J. Hendriks vervulde aan het begin van het verslagjaar het voorzitterschap van de
9
SECRETARIS Ronald Kerkmeijer te Driebergen is in het verslagjaar secretaris van de Stichting OFP. SECRETARIAAT Ook in 2009 zijn de secretariaatswerkzaamheden van de Stichting OFP uitgevoerd ten kan tore van Sociale Zaken Pluimvee Industrie in Houten. Op 27 december 2009 is een nieuwe locatie betrokken en is het secretariaat verhuisd van Kroonslag 4 in Houten naar Kokermolen 11 in Houten. Op het secretariaat is, naast de penningmeester en de secretaris, Ellen van Leer werkzaam. Zij is belast met de premie-inning van de Stichting OFP.
10
2 ACTIVITEITEN BESTUUR
In 2009 is het bestuur vijf maal bijeen geweest. Het bestuur van de stichting heeft aandacht besteed aan een aantal activiteiten, die onderstaand zijn weergegeven. CAO EN STATUTEN In het najaar van 2008 is door de werkgeversen werknemersorganisaties een nieuwe CAO, genaamd “Collectieve Arbeidsovereenkomst Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie”, tot stand gebracht met als looptijd van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2013. Deze CAO is algemeen verbindend verklaard door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 16 januari 2009. Ook zijn eind 2008 gelijktijdig de statuten aangepast en vormen een geheel met de CAO. De statutenwijziging is bij de notaris verleden op 23 februari 2009. De tekst van de CAO en daarbij behorende reglementen en de statuten zijn op aanvraag bij het secretariaat van de Stichting OFP voor iedere persoon beschikbaar. De teksten zijn ook te vinden op de website van de stichting. UITVOERING DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST Door een gezamenlijk optreden van de Stichting Vrijwillig Uittreden Pluimveeverwerkende Industrie (SVUPI) en de Stichting OFP is, na een door de stichtingen geïnitieerd gehouden accountantsonderzoek in het jaar 2006 waarin tekortkomingen werden geconstateerd, aan de administrateur gevraagd c.q. gesommeerd om over de jaren 2001 tot en met 2003 een volledige rekening en verantwoording af te leggen over de door haar verrichte werkzaamheden. Daaruit zal moeten blijken of de administrateur haar verplichtingen op grond van de dienstverleningsovereenkomsten naar behoren is nagekomen.
11
De administrateur is van mening, dat er voldoende verantwoording is afgelegd. De Stichting SVUPI en de Stichting OFP vinden dat dit niet het geval is. Dit geschil is conform de overeenkomsten voorgelegd aan een commissie die daarover een bindend advies geeft. Deze commissie is in 2007 ingesteld, heeft een zitting gehouden in maart 2008 en heeft uiteindelijk bepaald dat de administrateur inderdaad gehouden is om (nadere) rekening en verantwoording af te leggen. In het najaar van 2008 heeft de administrateur diverse gegevens aangeleverd. Volgens de stichtingen SVUPI en OFP is dit echter volstrekt onvoldoende en aan de commissie is dan ook gevraagd te bepalen dat een nadere rekening en verantwoording moet worden afgelegd. De Bindend Adviescommissie is op 22 oktober 2009 nogmaals bijeen gekomen. Op 1 december 2009 werd de uitspraak gedaan. Deze luidt als volgt: - De commissie stelt vast dat Interpolis (alsnog) in voldoende mate heeft voldaan aan haar verplichting tot het afleggen van rekening en verantwoording onder de dienstverleningsovereenkomsten. - De commissie bepaalt dat Interpolis een beroep toekomt op de tussen partijen over eengekomen exoneratiebedingen en stelt vast dat onvoldoende grond bestaat voor het verwijt van opzet of grove schuld aan de kant van Interpolis. - De commissie bepaalt dat Interpolis aldus niet aansprakelijk gesteld kan worden voor enige schade aan de zijde van de fondsen door eventuele wanprestatie van Interpolis. - De commissie bepaalt dat iedere partij haar eigen kosten voor juridische bijstand draagt. - De commissie wist af het meer of andere gevorderde. Het bestuur van de Stichting OFP heeft kennis genomen van de uitspraak. Zij vindt het bijzonder, dat er deels wel erkenning is in de vraag naar duidelijkheid, die niet tijdig is verleend
door Interpolis, maar dat de eis toch niet wordt gehonoreerd. Het bestuur heeft besloten om geen verdere actie meer te ondernemen. ESF PROJECT 2007 - 2013 Door de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is de Subsidieregeling ESF 2007-2013 vastgesteld. De Stichting OFP heeft een subsidieaanvraag ingediend. Door eerdergenoemde Staatssecretaris is op 22 september 2008 aan de Stichting OFP de Beschikking subsidieverlening project 2007ESFN658 - Regeling ESF 2007-2013 afgegeven. Het project heeft betrekking op de scholing van werkenden in de pluimveesector. De looptijd voor het subsidietraject is vastgesteld voor scholing in de periode van 1 september 2008 tot en met 31 augustus 2009. Er is voor dit project als projectkosten geplaatst een bedrag van € 2.555.798,-. Er is voor scholingsactiviteiten een maximaal subsidiebedrag beschikbaar van € 1.022.319,- (40% van de kosten). De volledige administratie van dit project is door de Stichting OFP in handen gegeven van de Stichting Opleidingsfonds Groothandel (SOG) te Reeuwijk. Deze stichting verzorgt rechtstreeks zonder tussenkomst van de Stichting OFP de subsidieaanvragen en -afwikkeling voor ESF. Door SOG is over het project van 1 september 2008 tot 31 augustus 2009 het volgende aan het bestuur van de Stichting OFP gerapporteerd. In deze projectperiode is één ESF aanvraag ingediend. De maximaal declarabele kosten in dit project bedroegen € 2.555.798,-. Het gaat daarbij zowel om de directe kosten van de opleidingtrajecten als de indirecte kosten van administratie, projectmanagement etc. In totaal is over de projectperiode uiteindelijk een bedrag van € 566.318,- (22,2% van het maximaal beschikbare bedrag) gedeclareerd. Dit bedrag is opgebouwd uit € 476.429 aan
directe kosten en € 89.889 aan indirecte kosten. Als deze declaratie uiteindelijk ongewijzigd door het Agentschap SZW wordt goedgekeurd dan wordt een subsidiebedrag van € 226.527,(40% subsidie) uitgekeerd. Aangezien de feitelijke opbouw van het deelnemersbestand echter op een aantal kwalitatieve criteria afwijkt van de begrote samenstelling zal naar verwachting in ieder geval op die punten al een correctie van het subsidiebedrag worden toegepast. Daarnaast kan de uiteindelijke controle van de declaratie vanuit het Agentschap nog leiden tot correcties. In totaal hebben 22 bedrijven uit de sector aan het project deelgenomen en zijn 953 opleidingtrajecten doorlopen. Een onderverdeling naar de verschillende soorten opleidingtrajecten ziet er als volgt uit (tussen haakjes het aantal deelnemers): Animal Welfare (17), Bedrijfskeurder (133), BHV (87), HACCP (468), Heftruck (26), Veiligheid en tillen (57), Hygiëne en Voedselveiligheid (124), Snijvaardigheid (18), Leidinggeven (8) en diverse opleidingen (15). BIJDRAGEN / SUBSIDIES Volgens de voorschriften dienen organisaties, als zij een bijdrage uit de fondsmiddelen willen ontvangen, vooraf een begroting bij het fonds in te dienen. Door het fonds wordt vervolgens het besluit van het bestuur gemeld met de voorwaarden waaronder een bijdrage wordt verleend. Bij de definitieve afrekening moet een accountantsverklaring worden bijgevoegd waaruit blijkt dat de gelden binnen de doelstelling van de stichting zijn aangewend. Bedrijven die een bijdrage willen aanvragen voor scholingsactiviteiten, moeten dit eveneens vooraf melden, maar hoeven geen accountantsverklaring te overleggen.
12
In dit kader is een drietal ingediende subsidieaanvragen voor 2009 door het bestuur van de Stichting OFP gehonoreerd. Conform de afspraken in het bestuur is een deel van de premie bestemd voor de werkgevers- en werknemersorganisaties die in de pluimveeverwerkende industrie activiteiten verrichten. HBO-OPLEIDINGEN In de Werkgroep scholingsactiviteiten is meermalen van gedachten gewisseld over de subsidiemogelijkheden van HBO-opleidingen. Door de werkgroep is aan het bestuur geadviseerd om een beleidslijn vast te leggen voor aanvragen van HBO-opleidingen. In het bestuur van de Stichting OFP is het advies van de werkgroep uitgebreid aan de orde geweest. Door de financiële positie waarin het fonds aan het einde van het verslagjaar verkeert is besloten om vooralsnog geen subsidie toe te kennen aan HBO-opleidingen. Zodra de middelen weer toereikend zijn, zal het advies van de werkgroep opnieuw worden besproken. VOORLICHTINGSBIJEENKOMST EVC De Werkgroep scholingsactiviteiten heeft voorgesteld om in het verslagjaar een voorlichtingsbijeenkomst te organiseren over EVC. Hiervoor worden zowel werkgevers als werknemers uitgenodigd met als doel de belangstelling voor deelname aan EVC te promoten. Het bestuur heeft ingestemd met dit voorstel en de dag is georganiseerd op 29 oktober 2009. Meer informatie hierover vindt u in het volgende hoofdstuk van dit verslag. ARBOCATALOGUS In 2009 is gewerkt aan de totstandkoming van een Arbocatalogus. Aan de catalogus wordt gewerkt door een werkgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisaties. De projectleiding is in handen van het Productschap Pluimvee en Eieren.
13
De pluimveeverwerkende industrie heeft ervoor gekozen om eerst de risico’s fysieke belasting, RSI, mesveiligheid en machineveiligheid uit te werken. Aansluitend wordt de Arbocatalogus uitgebreid met andere onderwerpen. De Arbocatalogus is geen eindig document en sociale partners vinden het belangrijk deze actueel te houden. Dit betekent dat onderwerpen verder uitgewerkt worden en meer oplossingen worden toegevoegd. De catalogus is in 2009 afgerond en vastgesteld, waarna deze ter goedkeuring is aangeboden aan de Arbeidsinspectie. In het najaar van 2009 werd de goedkeuring ontvangen. De catalogus wordt digitaal gepubliceerd. De volgende fase is de bekendmaking ervan. Hiervoor zijn gesprekken aangegaan met een communicatiebureau. Dit zal in 2010 verder worden uitgewerkt. Daarna zullen andere onderwerpen worden uitgewerkt, waarmee de catalogus zal worden uitgebreid. EVALUATIE ONTDEKCHEQUE: KIP IK HEB JE Het bestuur van de Stichting OFP heeft op verzoek van de Werkgroep scholingsactiviteiten besloten om een evaluatie van de ontdekcheque te houden onder de deelnemers en onder de werkgevers. De vraag daarbij is of de cheque heeft voorzien in een behoefte aan scholing enerzijds maar vooral of er daadwerkelijk een stimulans van de cheque is uitgegaan tot het volgen van verdere scholing anderzijds. Daarbij kan worden gedacht aan beroepsmatige scholing dan wel aan studie voor intreding in een andere sector of start van een eigen onderneming. In het voorjaar van 2007 is aan alle werknemers in de pluimveeverwerkende industrie de krant “Kip ik heb je” toegezonden met als thema “Maak je dromen waar”. Elke werknemer werd hiermee in de gelegenheid gesteld om een ontdekcheque tot maxi-
maal 500 euro te verzilveren voor een studie of cursus. De reacties op deze uitgave waren overweldigend, maar er heerste ook ongeloof. Het secretariaat van de Stichting OFP werd regelmatig gevraagd of men het wel goed leest, dat er “zo maar” 500 euro kon worden aangevraagd. Uitgelegd werd, dat dit geen grapje is, maar dat de cheque kon worden gebruikt om te ervaren dat leren leuk is, ook als je dit jaren lang niet meer hebt gedaan. De aanvragen stroomden binnen. Het bestuur van de Stichting OFP gaat er van uit, dat het doel van de cheque: laten zien en merken dat leren leuk is, geslaagd is en dat de cursisten dit ook zo hebben ervaren en een vervolg geven in een bedrijfsgerichte cursus. De resultaten Er kwamen 43 formulieren terug. De meeste cursussen zijn in 2007 begonnen. Sommige opleidingen waren volgeboekt zodat de deelnemers moesten wachten op een start in 2008. Vrijwel alle deelnemers die aan een cursus zijn begonnen, hebben deze ook afgemaakt. Sommigen hebben ook profijt van hun opleiding in hun werk, dit zijn meestal de gevolgde taalcursussen. Ze communiceren beter met klanten of met collega’s, maar het is ook handig voor een vakantie in het buitenland! 8 van de 43 geënquêteerden wilden eigenlijk niet aan een cursus beginnen, de overige 35 wel, maar om een of andere reden hebben zij dit nooit opgepakt. Daarbij was natuurlijk de stimulans en bijdrage van maximaal 500 euro van belang. Een enkeling vindt dit bedrag nog te laag om een cursus naar keuze te doen. Logisch natuurlijk, want niet elke cursus kent dezelfde prijs, dat is van veel factoren afhankelijk. Leuk om te lezen is, dat wanneer de cheque een vervolg zou krijgen, bijna iedereen weer gaat deelnemen. Ook wordt anderen aangeraden om een cursus te gaan volgen. Bijna nie-
mand vond het moeilijk om met hun opleiding naar keuze te beginnen. Bij 12 deelnemers is het zelfvertrouwen in het werk toegenomen en bij 10 cursisten is het plezier in het werk groter geworden. Gevaagd werd naar een rapportcijfer voor de actie rondom de ontdekcheque. Een deelnemer gaf een 1, de andere cijfers varieerden van een 7 tot een 10+. Gemiddeld werd een cijfer 8,3 gegeven. Overzicht aanmeldingen en gevolgde cursussen Er zijn er 146 aanvragen voor een cursus ingediend, waarvan er 134 zijn toegekend. De afgewezen cursusaanvragen voldeden niet aan de voorwaarden of deze cursussen staan al in het aanbod van de stichting en worden deels aan de werkgever vergoed. Helaas zijn niet alle cheques verzilverd. Onderstaand het brede scala aan gevolgde cursussen: Accountancy, Administratief assistente, Adobe photoshop, Afslankcursus, Ansi sql basis, Arbeidsrecht NL basis, Beveiliging, Beroepschauffeur goederenvervoer, Brandpreventie, Business administration (master), Chauffeursdiploma, Chauffeur rijopleiding CE, Computeronderwijs, DBA shiatsu ryoho (massage), DBA voetreflex, DFA (Dutch flower arrangments), Digitale fotobewerking, Dive master (opleiding tot instructeur), Dokterssassistente, Duits, Engels, Fotografie (basis, vervolg en beroeps), Frans, Hoefbekappen en smeden, Holistic pulsing (massage), Juridische aspecten bij verkoop, Kappersopleiding selfline, Kinderpsychologie, Logistiek management, Loonadministratie, Moderne bedrijfsadministratie, Multiculturele counselling, Management, organisatie en bestuur, Natuurvoedingconsulent, Nederlands, Opsteken en vlechten,
14
PC multimedia en excel, Pedicure, Personeelsmanagement, Pools, Praktijkdiploma boekhouden, Robotmelken (orientatie), Rijbewijs A (motor), B (auto) en E (aanhanger), Rijinstructeur, Secretaresse (basis en steno / medische terminologie), Sociale hygiëne, Spaans, SPW4, Stoelmassage, Taxichauffeur, Tekenen en schilderen, Tools4life, Turks, Videobewerking, Visziekten, Webpage designer en Zweeds. De resultaten van de evaluatie zijn in een speciale uitgave in de sector verspreid onder de werknemers. In die bijzondere editie is een overzicht gegeven van de besteding van de cheques, de resultaten van de enquête zijn weergegeven en waarin enkele deelnemers hun ervaringen hebben gedeeld. SUBSIDIEBELEID In het najaar van 2008 heeft het bestuur van de Stichting OFP besloten om de subsidiemogelijkheden van de Stichting OFP in 2009 ongewijzigd voort te zetten. Kortheidshalve betekent dit, dat aan opleidingen die zijn opgenomen in de Cursusbrochure OFP een bijdrage vanuit de stichtingsmiddelen wordt verleend. De vastgestelde criteria blijven ongewijzigd van kracht. In de loop van het jaar zijn enkele cursussen toegevoegd aan de lijst waaraan subsidie wordt verleend. Deze zijn opgenomen onder het volgende hoofdstuk in dit verslag. In de bestuursvergadering van de Stichting OFP van 10 december 2009 is de herziene begroting 2009 / begroting 2010 en het subsidiebeleid voor 2010 vastgesteld. Het bestuur is verheugd dat er in de achterliggende jaren enorm veel scholingsactiviteiten in de branche hebben plaats gehad. Dit is in het belang van werknemers en werkgevers. Conclusie hiervan is, dat door het subsidiëren van een groot aantal gevolgde opleidingen,
15
waaraan door het fonds voor 50% aan de directe opleidingskosten is bijgedragen, een dermate grote aanslag is gepleegd op de reserves van het fonds, dat er momenteel geen fondsreserves meer aanwezig zijn. Dit laatste acht het bestuur geen goede zaak. Door het bestuur is besloten, gelet op de financiële situatie van het fonds, om voor opleidingen van werknemers in het jaar 2010 geen financiële bijdrage te verlenen vanuit de Stichting OFP. Wel kan in 2010 voor opleidingen gebruik blijven worden gemaakt van de ESF-subsidiemogelijkheden.
3 ACTIVITEITEN WERKGROEP SCHOLINGSACTIVITEITEN DOELSTELLING De doelstelling van de Werkgroep scholingsactiviteiten is om de scholingsactiviteiten voor de werkgevers en werknemers in de pluimveeverwerkende industrie te initiëren, te organiseren en aan te sturen, om hiermee de taken van het bestuur te ontlasten. Natuurlijk blijft het bestuur eindverantwoordelijk voor de activiteiten van de werkgroep. CURSUSBROCHURE De opleidingsmogelijkheden waaraan door de Stichting OFP een bijdrage wordt verleend zijn opgenomen in een Cursusbrochure OFP. Bedrijven kunnen opleidingen aanmelden voor opname in de brochure. Voorwaarde is, dat de opleiding sectorbreed inzetbaar moet zijn. Maatwerkoplossingen voor individuele bedrijven zijn daarvan uitgesloten. SUBSIDIEMOGELIJKHEDEN De Werkgroep scholingsactiviteiten heeft zich beraden over de subsidiemogelijkheden in 2009. Door het bestuur is besloten om de fondssubsidie in het verslagjaar voort te zetten. De cursusbrochure, die in 2006 is samengesteld, is aangehouden, waarbij wel een actuele prijsstelling van de cursussen is opgesteld. In het verslagjaar zijn enkele aanvragen van cursussen door de werkgroep besproken, die niet in de cursusbrochure staan. Dit leidde in enkele gevallen tot opname in het cursusaanbod van de subsidiemogelijkheden van de Stichting OFP. CURSUSAANBOD De opleidingen die voor subsidie in aanmerking komen zijn opgenomen in de Cursusbrochure OFP 2006. Sinds dat jaar zijn enkele opleidingen aan het overzicht toegevoegd. De in het verslagjaar toegevoegde cursussen zijn in dit verslag opgenomen. Het actuele totaaloverzicht van het cursusaanbod is te vinden op de website van de Stichting OFP.
NIEUWE CURSUSSEN IN HET CURSUSAANBOD In het cursusaanbod zijn in het verslagjaar een aantal cursussen toegevoegd, die hieronder worden vermeld. * Praktijkopleider praktijkleren De praktijkopleider is intermediair tussen leerling, school, kenniscentrum en leerbedrijf. Een goede communicatie tussen deze spelers is van wezenlijk belang om de opleidingsactiviteiten en opleidingsresultaten te realiseren. Een praktijkopleider moet in staat zijn om leerlingen op adequate wijze te beoordelen en de beoordelingstaken in te passen in de bedrijfsvoering van het leerbedrijf. Hij leidt de leerling voor een groot deel op. Daarvoor moet hij voldoende zicht hebben op de kwalificatie (opleiding), leerdoelen en te ontwikkelen competenties van de leerling om na te gaan welke randvoorwaarden nodig zijn voor het inrichten van een leerplek en werkplek. De opleidingsactiviteiten moeten passen in de bedrijfsvoering van het bedrijf. De cursus praktijkopleider praktijkleren wordt gegeven door Kenteq. Door de werkgroep is besloten om deze cursus op te nemen in de cursusbrochure. * BASISKENNIS BOEKHOUDING EN CALCULATIE De cursus leert de deelnemer zelfstandig boekhouden en/of kostprijs- en verkoopprijsberekeningen te maken voor de goederenhandel. Dit wordt zowel handmatig als computermatig geleerd. De cursus is een onderdeel van het overkoepelend diploma Financial Assistent en wordt gegeven door ROC Eindhoven. De vakopleiding duurt 25 dagen. De doelstelling van het opleidingsfonds is om de medewerkers in de sector meer bagage te geven. De werkgroep heeft besloten om deze opleiding op te nemen in de cursusbrochure.
16
* BEMONSTEREN PLUIMVEESTALLEN De cursus bemonsteren pluimveestallen geeft op overzichtelijke en praktische wijze diverse aspecten van de werkwijze en de achtergronden van het bemonsteren (hygiëne, swab, water en mest), de monsterhandeling en het lezen van het onderzoeksresultaat weer. Tijdens de cursus worden onder meer de volgende onderwerpen behandeld: groei van bacteriën, voedingsbodems en Rodacplaatjes, broedstoven en alternatieven, waterbemonstering en onderzoekresultaten, swabmethode, opbouw van een hygiënogram, mestmonstername en beoordeling van de stalreinheid. De dagcursus wordt gegeven door PTC+ in Barneveld. De werkgroep vindt de cursus van groot belang in het kader van de zöonoserichtlijn met betrekking tot salmonella met ingang van 2010. De cursus is opgenomen in de cursusbrochure. * CURSUS WILDSPECIALIST In de Werkgroep scholingsactiviteiten is gesproken over de totstandkoming van een cursus wildspecialist. De wildverwerkende bedrijven vallen onder de werkingssfeer van de CAO, maar kennen sinds de opheffing van de vakopleiding poeliers geen specialistische opleidingsmogelijkheid voor de sector. In de praktijk is gebleken, dat de specialistische kennis van wild bij wildverwerkers, jagers en horeca afneemt. Op initiatief van deze sector, waarbij het idee is ontstaan tijdens een van de nationale wilddiners, is een eerste concept opgesteld voor een cursus wildspecialist, toegespitst op Nederlands wild. Dit concept is in eerste instantie besproken met de Nationale wildacademie. Deze opzet bleek niet optimaal, omdat het concept vrijwel geheel is gericht op het bereiden door koks en de presentatie voor consumptie. De werkgroep vindt dat de fase daaraan voorafgaand, het op de juiste wijze verwerken (villen, ontvliezen en opsnijden in delen) voor de sector essentieel is. Daarbij is enige kennis van het bereiden inclu-
17
sief combinaties van gerechten voor consumptie niet onbelangrijk. Voor het stimuleren van de ambachtelijke verwerking van wild heeft de werkgroep besloten, dat ten behoeve van de Stichting OFP door de Nederlandse Bond van Poeliers en Wildhandelaren een cursus zal worden ontwikkeld, die in een aantal modules zal worden opgezet. In het verslagjaar zijn de voorbereidingen afgerond en in september 2009 ging de eerste cursus van start. Deze is gevolgd door 16 personen. De cursusprijs is 490 euro per persoon. De kosten voor ontwikkeling van de cursus zijn door de Stichting OFP betaald. De cursus is opgenomen in het cursusaanbod van de stichting. VOORLICHTINGSBIJEENKOMST EVC In een speciale editie van de nieuwsbrief van april 2009 is informatie gegeven over het erkennen van verworven competenties en de pilot die in de sector plaats vindt. In het bestuur van de Stichting OFP is gesproken over de voorlopige resultaten van de pilot en de mogelijke deelname door bedrijven aan het project. Het bestuur heeft geconcludeerd, dat het aan werkgevers en werknemers mogelijk niet voldoende duidelijk is gemaakt wat de inhoud van EVC is. Besloten is om voor werkgevers en werknemers gezamenlijk een voorlichtingsbijeenkomst te houden. Deze bijeenkomst is gehouden op 29 oktober 2009. Genodigden voor deze dag zijn: directie/ P&O, OR/PVT, kaderleden en de deelnemers pilot. Er was deze dag een groot aantal sprekers: de heer J. (Johan) Leferink, opleidingfunctionaris van Bolletje B.V. trapte af met een presentatie “Het opleidingsbeleid bij een bedrijf buiten de pluimveeverwerkende industrie”. De heer D. (Dick) van der Meijden , teamleider van AOC Oost, presenteerde “Wat is de inhoud van een EVC-procedure”. Vervolgens ging de dagvoorzitter, de heer A.
(Bert) Visser, in gesprek met een drietal deelnemers aan de EVC-pilot bij Storteboom Kornhorn B.V. om hun ervaringen te delen. Alle deelnemers aan de pilot ontvingen van de dagvoorzitter een attentie. Het programma vervolgde met een presentatie van de heer J. (Jan) Timmer van Plukon Poultry B.V. met de titel “Het belang van EVC voor werkgever en werknemer”. De heer K. (Kees) Kraijenoord, adjunct directeur van InterChicken, presenteerde “Scholing nu en in de toekomst”. Mevrouw J.H. Kraan, vakgroepbestuurder CNV Vakmensen, gaf vervolgens haar visie op “Het belang van scholing in de visie van een werknemersbestuurder”. Daarna liet de penningmeester van de Stichting OFP, de heer J.P. (Johan) Visser zijn licht schijnen over “De visie op scholing vanuit het Stichtingsbestuur OFP”. De dag werd afgesloten met een vragenronde. De voorlichtingsbijeenkomst werd bezocht door een groot aantal vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemerszijde. De organisatie ziet terug op een geslaagd evenement.
SAMENSTELLING WERKGROEP SCHOLINGSACTIVITEITEN De Werkgroep scholingsactiviteiten heeft in haar samenstelling in 2009 een wijziging ondergaan. Door het terugtreden van de heer A. Visser per 16 september 2009 is door CNV Vakmensen in deze vacature voorzien door de benoeming van mevrouw J.H. Kraan. De werkgroep was aan het einde van het verslagjaar als volgt samengesteld: J.P. Ruig, mevrouw S. Stählin en J. Timmer (namens NEPLUVI) mevrouw J.H. Kraan en plv. J.S. Swart (namens CNV Vakmensen) J. Hendriks (namens FNV Bondgenoten). R. Kerkmeijer (secretaris). Voor het voorzitterschap van de werkgroep wordt verwezen naar hoofdstuk 1 van dit verslag.
18
4 FINANCIELE AANGELEGENHEDEN In het verslagjaar is door het bestuur in de jaarrekening over 2008 vastgesteld en de herziene begroting 2009/begroting 2010 behanFinancieel overzicht (in euro) Inkomsten Ontvangen premies Ontvangen premies conform CAO-afspraken Naheffing Interpolis premie 2007 Mutatie voorziening oninbaar Interpolis Secretariaat OFP Subsidie arbocatalogus Rente ABN AMRO Rente Interpolis
deld. De financiële gegevens zien er in het kort als volgt uit.
Bedrag der baten en lasten 2008
Begroting 2009 herzien
Begroting 2010
125.370
122.000
123.000
501.481 10.560 8.227 43.550 0 13.688 2.600
488.000 0 PM 40.000 50.000 6.000 0
492.000 0 PM 40.000 0 5.000 0
705.476
706.000
660.000
55.943 53.588 104.811 139.995 82.220 14.214
57.104 55.111 105.111 135.053 82.556 14.466
21.009
19.292
17.362 16.409
17.602 31.705
24.243 287.668
20.368 16.806
0
0
94.472 7.922
10.539 7.988
46.234
47.788
Totaal inkomsten
UITGAVEN Voorlichting en informatie rechtsgevolgen CAO 44.356 Uitleg en toepassing bepalingen CAO 76.449 Overleg sociale partners (m.u.v. CAO-overleg) 98.386 Bestuurlijke, financiële en administratieve beheer 230.374 Informatie en publiciteit aan belanghebbenden 90.726 Brochures, periodieken en kennisdragers 21.302 Inzet van adviseurs op gebied van scholing, vorming en arbeid 45.072 Ontwikkelingen op bedrijven in het kader van hun inzetbaarheid 6.234 Bevorderen medezeggenschap, participatie en OR 16.821 Deelname werknemers aan congressen en Vakgroepvergaderingen 17.901 Opleidingsplan en opleidingen werknemers 215.194 Bevorderen activiteiten evenwichtige verdeling arbeid en zorgtaken 0 Verbetering arbeidsomstandigheden en Bedrijfsbeleid 9.358 Vergroten participatie op arbeidsmarkt 2.906 Projecten of onderzoekactiviteiten op het gebied van opleiding 8.676
19
Totaal uitgaven Saldo inkomsten en uitgaven
883.755
966.090
621.489
178.279 (nadelig)
260.090 (nadelig)
38.511 (voordelig)
Eigen vermogen Het eigen vermogen van de Stichting OFP bedroeg aan het begin van het kalenderjaar 442.855 euro.
20
5 DE BEDRIJFSGENOTEN
De stichting richt haar activiteiten op ondernemers en werknemers in de slachterijen en pluimveeverwerkende bedrijven, die vallen onder de werkingssfeer van de CAO voor de pluimveeverwerkende industrie. Aan het einde van het jaar 2009 kent de sector in de onderscheidenlijke categorieën 32 slachtlocaties, waarin 1.813 personeelsleden werkzaam zijn en 147 pluimveeverwerkende bedrijven met 3.025 personeelsleden. Daarnaast zijn er 6 bedrijven bekend, die actief zijn in de uitzendbranche en onder de werkingssfeer vallen. Hierbij zijn in totaal 129 werknemers betrokken.
Een aantal bedrijven valt niet onder de werkingssfeer van het opleidingsfonds. Dit zijn ondernemingen die slechts van de totale productie voor een gering percentage pluimveevlees verwerken. Criterium voor subsidietoekenning is dat bedrijven onder de werkingssfeer van de CAO voor werknemers werkzaam in de pluimveeverwerkende industrie vallen, dat wil zeggen de hoofdactiviteit is slachten of bewerken van pluimveevlees en de reguliere heffing voor het scholingsfonds afdragen. Het aantal bedrijven dat onder het opleidingsfonds valt is aan het einde van het verslagjaar 142 met in totaal 4.582 werknemers.
In het totaal aantal slachterijen ziet het opleidingsniveau van de werknemers er per einde verslagjaar als volgt uit: 2009 2008 2007 niveau HBO niveau MBO niveau LBO/VBO/MAVO/HAVO
71 263 1.479
79 285 1.598
86 301 1.515
Dit beeld voor de pluimveeverwerkende bedrijven is als volgt: 2009 2008 2007 niveau HBO niveau MBO niveau LBO/VBO/MAVO/HAVO
225 518 2.280
21
242 571 2.134
233 534 2.226
6
ADRESSEN
Stichting Fonds Collectieve Belangen voor de Pluimveeverwerkende Industrie (Stichting OFP) Kokermolen 11, 3994 DG Houten Telefoon: 030 6355250 Website: www.nepluvi.nl Contactpersoon: Ronald Kerkmeijer, secretaris Vereniging van de Nederlandse Pluimveeverwerkende Industrie NEPLUVI Kokermolen 11, 3994 DG Houten Telefoon: 030 6355252 Website: www.nepluvi.nl Contactpersoon: Peter Vesseur, algemeen secretaris FNV Bondgenoten Varrolaan 100, 3584 BW Utrecht Telefoon: 0900 9690 (lokaal tarief) Website: www.fnvbondgenoten.nl Contactpersoon: Jan Verhoeven, bestuurder CNV Vakmensen Ovenbouwershoek 9, 7328 JH Apeldoorn Telefoon: 055 5264250 Website: www.cnvvakmensen.nl Contactpersoon: Jacqueline Kraan, vakgroepbestuurder
22