Zaaknummer: OWZIK16 Onderwerp
Vaststellingsovereenkomst voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen
Collegevoorstel Inleiding De komende decennia daalt het leerlingenaantal in het gehele funderend1 onderwijs in heel Nederland. Voor het basisonderwijs wordt een daling verwacht van gemiddeld 7 procent. In het voortgezet onderwijs is tot 2015 nog een lichte groei te zien. Daarna neemt ook daar het aantal leerlingen af. Ook in onze gemeente is sprake van een daling van het leerlingenaantal. In geval van gelijkblijvende situatie behoren wij volgens het Kenniscentrum voor Bevolkingsdaling en Beleid (www.bevolkingsdaling.nl) tot de categorie “aankomende daling”. In 2011 zijn er voor de gemeente nieuwe leerlingenprognoses gemaakt waarbij deze daling in het leerlingenaantal in het basisonderwijs duidelijk zichtbaar is. Deze krimp heeft gevolgen voor de onderwijshuisvesting. Door een teruglopend aantal leerlingen hebben we te maken met leegstand, vooral in het basisonderwijs. Hierbij wordt u een voorstel gedaan over hoe hiermee om te gaan. Dit voorstel is gericht op het basisonderwijs.. Schoolbesturen die te maken hebben met leegstaande lokalen kunnen zelf de samenwerking met diverse partners zoeken om de kwaliteit van het onderwijs te vergroten cq. te versterken. Dit vraagt om een verdere uitwerking van de wettelijke bepalingen ten aanzien van medegebruik en verhuur van ruimte in schoolgebouwen. Met bijgaand collegevoorstel willen we duidelijkheid scheppen over de bepalingen uit de Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs gemeente Heusden 2010 en de Wet op het Primair Onderwijs. Daarnaast willen we afspraken maken ten aanzien van het verhuur van ruimten in schoolgebouwen in de vorm van een vaststellingsovereenkomst. Feitelijke informatie In 2009 was er binnen de gemeente al leegstand in Drunen Voor het oplossen van de leegstandsproblematiek is destijds gekozen voor een convenant met Scala. Hierin zijn afspraken gemaakt over hoe om te gaan met leegstand. Om de ambitie van de gemeente te kunnen verwezenlijken: “overal in de gemeente het onderwijs, peuterspeelzaal2, kinderopvang3 , de jeugdgezondheidszorg en het maatschappelijk werk constructief inhoudelijk laten samenwerken”, is gekozen voor het vormen van inhoudelijke spilfuncties4 in de schoolgebouwen. In het convenant is afgesproken dat de verhuur van leegstaande lokalen via de gemeente loopt. Het schoolbestuur ontvangt een leegstandsvergoeding per lokaal. Hierbij maakt de gemeente gebruik van haar vorderingsrecht. Het betreft de volgende lokalen: -vier lokalen bij basisschool de Bolster voor kinderopvang, buitenschoolse opvang en een peuterspeelzaal; - twee lokalen bij basisschool Het Span voor kinderopvang, voorschoolse- en buitenschoolse opvang en peuterspeelzaal; 1
onderwijs van 4 tot 18 jaar peuterspeelzaal: betreft 2- 4 jarigen 3 kinderopvang: kinderopvang in een kinderdagverblijf (dagopvang van 0-4 jarigen of buitenschoolse opvang van 4-12 jarigen). 4 Spil, nu kindcentra genoemd is een samenwerkingsverband tussen voorschoolse voorzieningen en primair onderwijs. 2
1
Zaaknummer: OWZIK16 Onderwerp
Vaststellingsovereenkomst voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen
- één lokaal bij SBO de Regenboog voor buitenschoolse opvang. Normaal gesproken gaat de juridische eigenaar (het schoolbestuur) een medegebruikersovereenkomst /verhuurovereenkomst aan met een medegebruiker/huurder. Een keuze voor medegebruik/verhuur van ruimten door de schoolbesturen ligt ook in praktische zin voor de hand. Zij kunnen dan zelf de gebruiksafspraken maken met betrekking tot sleutelbeheer, alarmering, exploitatiekosten, schoonmaak enz. Ook stichting Scala geeft hieraan de voorkeur. De overige schoolbesturen hebben (nog) niet te maken met leegstaande lokalen. Wettelijke bepalingen voor verhuur en medegebruik De onderwijswetgeving kent een aantal bepalingen die kunnen worden toegepast bij verhuur en medegebruik (of buiten gebruikstelling) van ruimte in schoolgebouwen. Deze bepalingen zijn opgenomen in de Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs gemeente Heusden 2010 (artikel 29 t/m 36) en in de Wet op het primair Onderwijs (artikel 107 en 108). De wet maakt onderscheid tussen medegebruik en verhuur. Voorwaarde voor medegebruik is dat het bij medegebruik gaat om het gebruik door uit de openbare kas bekostigd onderwijs5 of voor andere culturele, maatschappelijke of recreatieve doeleinden. Als niet aan deze voorwaarden is voldaan, dan is sprake van verhuur. Aan de hand van de onderwijswetgeving zijn er twee mogelijkheden voor het in medegebruik geven van leegstaande lokalen en twee mogelijkheden voor de verhuur van leegstaande lokalen. Mogelijkheden voor medegebruik 1. Gemeente vordert en geeft in medegebruik aan culturele, maatschappelijke en recreatieve doeleinden; 2. Schoolbestuur geeft in medegebruik aan culturele, maatschappelijke en recreatieve doeleinden. Instellingen die vallen onder de categorie medegebruik zijn: - scholen voor basisonderwijs; - speciale scholen voor basisonderwijs; - scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs; - scholen voor voortgezet onderwijs; - met overheidsmiddelen bekostigde instellingen voor culturele, maatschappelijke en recreatieve doeleinden. Mogelijkheden voor verhuur 1. Schoolbestuur stoot lokalen af, draagt over aan gemeente, ook kadastraal. Gemeente haalt onderwijsbestemming eraf en verhuurt aan commerciële instellingen; 2. Schoolbestuur verhuurt aan commerciële instellingen. Instellingen die vallen onder de categorie verhuur zijn: - kinderopvang - niet met overheidsmiddelen bekostigde instellingen voor culturele, maatschappelijke en recreatieve doeleinden.
5
Scholen die opgenomen zijn in het plan van scholen bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ontvangen een rijksvergoeding voor de materiële instandhouding van de scholen..
2
Zaaknummer: OWZIK16 Onderwerp
Vaststellingsovereenkomst voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen
Rol van de gemeente De rol van de gemeente is het wel of geen toestemming geven voor verhuur. De onderwijswetgeving stelt dat medegebruik of verhuur niet geschiedt als het voorgenomen gebruik zich niet verdraagt met het onderwijs gegeven door de in het gebouw gevestigde school. De gemeente kan nader omschrijven welk gebruik zij hieronder verstaat, zoals activiteiten die ten koste (kunnen) gaan van de veiligheid en / of schade kunnen berokkenen aan het gebouw. In de praktijk hebben het schoolbestuur en de gemeente bij beantwoording van deze vraag een zelfde belang: beide partijen hebben geen baat bij verhuur aan een partij, die activiteiten organiseert, die negatieve gevolgen kunnen hebben voor de school. Het is daarom niet aan te raden om vooraf partijen uit te sluiten. Het kan wenselijk zijn de flexibiliteit te behouden en om in overleg met het schoolbestuur de meerwaarde van medegebruik / verhuur door diverse organisaties per geval te beoordelen. Bij medegebruik en verhuur van ruimten aan derden ligt het voor de hand dat eerst wordt gekeken naar partijen die een rol spelen in de ontwikkeling van het kindcentrum. Vaststellingsovereenkomst voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen De vaststellingsovereenkomst is een nadere gemeentelijke uitwerking van bovengenoemde bepalingen uit de Verordening (zie bijlage 1) In deze vaststellingsovereenkomst die gemeente en schoolbestuur met elkaar sluiten wordt verwezen naar een standaard huurovereenkomst (zie bijlage 2) die vervolgens tussen schoolbestuur en huurder wordt overeengekomen. Afweging Door recente ontwikkelingen vanuit het Rijk en vanuit de gemeente zelf, wordt medegebruik en verhuur van ruimte in schoolgebouwen steeds omvangrijker. Denk aan: Passend Onderwijs: schoolbesturen kunnen samenwerking zoeken met jeugdzorgpartners en deze een plaats bieden in de school om zo een passend onderwijsjeugdzorgarrangement aan te kunnen bieden; De privatisering van gemeentelijke gebouwen 6 waardoor instellingen/verenigingen op zoek moeten naar een andere ruimte. Vaak zijn dit instellingen/verenigingen met een maatschappelijke functie die geen directe bijdrage leveren aan een doorlopende leerlijn van het kind. Ook zij zouden gebruik kunnen maken van een onderwijsgebouw. Momenteel maakt de gemeente gebruik van haar vorderingsrecht bij leegstand. Er zijn enkele leegstaande lokalen ingezet voor de ontwikkeling van het kindcentrum op basis van het convenant. De gemeente ontvangt de huur, het schoolbestuur ontvangt een leegstandsvergoeding (op basis van exploitatiekosten). Als we willen bevorderen dat schoolbesturen de samenwerking zoeken met diverse partners die zij nodig denken te hebben om te komen tot een kindcentrum en, om de kwaliteit van het onderwijs te vergroten cq. te versterken, moeten we ervoor zorgen: 1. dat het schoolbestuur zelf verantwoordelijk wordt voor medegebruik en verhuur van ruimte in schoolgebouwen én 2. dat er duidelijke afspraken zijn om te komen tot verhuur.
6
Notitie criteria privatisering gemeentelijke gebouwen (vastgesteld door de raad op 20 december 2011)
3
Zaaknummer: OWZIK16 Onderwerp
Vaststellingsovereenkomst voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen
De juridische grondslag voor medegebruik en verhuur zijn, zoals gemeld, vastgelegd in de Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs gemeente Heusden 2010. Een nadere gemeentelijke uitwerking is verwerkt in de vaststellingsovereenkomst. Convenant Het huidige convenant loopt nog tot en met december 2013. Indien het schoolbestuur met de huidige medegebruikers (stichting Mikz en Stichting Peuterspeelzaal Heusden) tot overeenstemming komt kunnen de door de gemeente gevorderde lokalen worden teruggegeven aan Scala en kan Scala deze aan stichting Mikz en Stichting Peuterspeelzaal Heusden gaan verhuren. Het convenant kan dan worden opgezegd. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Risico's Bij verhuur wordt het betreffende bouwdeel onttrokken aan de capaciteit ten behoeve van het onderwijs. Mocht het leerlingenaantal van de betreffende basisschool toenemen waardoor er meer ruimtebehoefte ontstaat, is de gemeente verplicht om te zorgen voor een voorziening in de huisvesting. Dit risico is minimaal gelet op de prognoses. De prognoses geven aan dat de ruimtebehoefte de komende jaren (tot en met 2026) afneemt. Daarnaast kan de gemeente ook verwijzen naar de mogelijkheid tot medegebruik van ruimte in een ander schoolgebouw. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen.
4
Zaaknummer: OWZIK16 Onderwerp
Vaststellingsovereenkomst voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen
BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 18 december 2012;
gelet op: Wet op het Primair Onderwijs (WPO) artikel 108, Verordeniing Huisvesting Voorzieningen Onderwijs gemeente Heusden, hoofdstuk 5; besloten: in te stemmen met de vaststellingsovereenkomst voor het verhuren van ruimte in schoolgebouwen door het schoolbestuur.
namens het college van Heusden, de secretaris,
mr. J.T.A.J. van der Ven
5
VASTSTELLINGSOVEREENKOMST voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen
Partijen De gemeente Heusden, te dezen, ingevolge het bepaalde in artikel 171 lid 2 van de Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door de burgemeester de heer J. Hamming, hierna te noemen: de gemeente; en De stichting Scala, gevestigd te Elshout (gemeente Heusden), te dezen vertegenwoordigd door H. van der Pas, directeur/bestuurder Stichting Scala;
Overwegen als volgt: a. Stichting Scala is juridisch eigenaar van diverse schoolgebouwen en –terreinen in de gemeente Heusden; b. Op de gebouwen en terreinen zijn de Wet op het primair onderwijs (WPO) en de daarop steunende gemeentelijke verordening voorzieningen huisvesting onderwijs van toepassing; c. De gemeente en stichting Scala wensen samen te werken door met een integrale aanpak en efficiënt gebruik van schoollokalen in te spelen op maatschappelijke tendensen als multifunctioneel gebruik van (onderwijs-) gebouwen; d. De gemeente en stichting Scala wensen leegstaande schoollokalen in eerste instantie beschikbaar 1 te stellen voor partners van de spil / kindcentra . Stichting Scala zal daartoe een huurovereenkomst aangaan met de betrokken partners van de spil; d. Voor de totstandkoming van een rechtsgeldige huurovereenkomst is op grond van de toepasselijke onderwijswetgeving de medewerking vereist van de gemeente. Partijen beogen met deze vaststellingsovereenkomst alle noodzakelijke voorwaarden te vervullen voor een rechtsgeldige totstandkoming van deze huurovereenkomst en wensen de onderlinge rechtsverhouding nader te concretiseren. Komen overeen als volgt: Artikel 1. Medewerking aan verhuur, voorwaarden 1. Stichting Scala draagt zorg voor het afsluiten van een huurovereenkomst met de te selecteren partners van de spil, waarbij gebruik wordt gemaakt van het in de bijlage van deze overeenkomst behorende model. 2. De aan te gane huurovereenkomst wordt in concept ter beoordeling voorgelegd aan de gemeente. Indien de gemeente niet binnen vier weken na ontvangst van dit concept bezwaar heeft kenbaar gemaakt, wordt de gemeente geacht medewerking te hebben verleend aan de totstandkoming van de huurovereenkomst. 3.Stichting Scala stelt de gemeente op de hoogte van een voornemen tot beëindiging van de huurovereenkomst, waaronder begrepen de opzegging hiervan door de huurder. 4. De huursom wordt jaarlijks geïndexeerd met de prijsbijstelling die het Ministerie van OC en W hanteert voor de programma’s van eisen voor de bekostiging van de materiële instandhouding. 5. Stichting Scala gaat de huurovereenkomst aan voor een periode van maximaal 5 jaar. Na deze periode wordt de huurovereenkomst stilzwijgend omgezet in een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd met een wederzijdse opzeggingstermijn van 12 maanden.
1
Spil/kindcentra: zijn gericht op educatie, spelen, opvang, ontwikkelingsstimulering, opvoedingsondersteuning en op vroegsignalering en ontwikkelingsmonitoring. Spil/Kindcentra bestaan tenminste uit basisonderwijs, het peuterspeelzaalwerk en de kinderopvang. De zogenaamde partners van de spil.
1
VASTSTELLINGSOVEREENKOMST voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen Artikel 2. Onttrekking aan de capaciteit ten behoeve van het onderwijs 1. Over periode waarvoor de huur wordt aangegaan, is het betreffende gebouwdeel onttrokken aan de capaciteit ten behoeve van het onderwijs, zoals deze wordt berekend op grond van Bijlage III, Deel A van de gemeentelijke Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs ter zake van de beoordeling van de mogelijkheden van medegebruik of van uitbreidingsbehoefte. 2. Indien door opzegging het gebouwdeel niet meer voor verhuur wordt benut, zullen partijen zich inspannen om een nieuwe geschikte huurder of medegebruiker te vinden. Indien deze niet kan worden gevonden, kan de gemeente besluiten de vrijgekomen ruimten toe te voegen aan de capaciteit ten behoeve van het onderwijs. Artikel 3. Afdracht huursom, betaling overige exploitatielasten 1. De door de huurder verschuldigde huursom als bedoeld in art 1,vierde lid, worden door de Stichting Scala geïnd. 2. Ingeval van niet nakoming van de huurovereenkomst door de huurder, draagt stichting Scala hiervan het volledige risico. De omvang van dit risico wordt gelijkgesteld aan de hoogte van de verschuldigde huursom. 3. De huursom die aan de huurder in rekening wordt gebracht, omvat een betaling voor de exploitatiekosten en stichtingskosten (kapitaallasten) voor de instandhouding van het schoolgebouw als nader omschreven in de door het Ministerie van OCW vastgestelde programma van eisen ex art 113 WPO. 4. Hierbij kan worden aangesloten bij de genormeerde Londovergoeding, zoals jaarlijks vastgesteld door het ministerie van OCW. (zgn. groepsafhankelijk programma’s van eisen). De gemeente brengt een vergoeding voor stichtingskosten ( € 5.000,- prijspeil 2013) in rekening bij het schoolbestuur. Artikel 4. Aansprakelijkheid 1. Stichting Scala vrijwaart de gemeente van de aansprakelijkheid, die het gevolg is van het niet voldoen aan de verplichtingen anders dan genoemd in artikel 3 lid 2, die van de Stichting Scala door de huurder mag worden verwacht. 2. Stichting Scala vrijwaart de gemeente van aansprakelijkheid, die ontstaat door ontbinding van deze overeenkomst. 3.Stichting Scala is verplicht zich te verzekeren tegen de gevolgen van wettelijke aansprakelijkheid. Ten bewijze van het feit dat zij aan deze verplichting heeft voldaan, dient zij een afschrift van de verzekeringspolis te overleggen. Artikel 5. Niet-nakoming 1. Indien één der partijen tekort schiet in de nakoming van één of meer verplichtingen uit deze overeenkomst, zal de wederpartij hem in gebreke stellen, tenzij nakoming van de betreffende verplichtingen reeds blijvend onmogelijk is, in welk geval de nalatige partij onmiddellijk in gebreke is. De ingebrekestelling zal schriftelijk geschieden, waarbij aan de nalatige partij een redelijke termijn zal worden gegund om alsnog zijn verplichtingen na te komen. Deze termijn heeft het karakter van een fatale termijn. 2. De partij die toerekenbaar tekort schiet in de nakoming van zijn verplichtingen, is aansprakelijk voor vergoeding van de door de wederpartij geleden schade. 3. Daarnaast is de wederpartij gerechtigd de overeenkomst te ontbinden door middel van een aangetekend schrijven. 4. De gemeente en Stichting Scala hebben het recht de ontbinding van de overeenkomst in te roepen indien: Stichting Scala in staat van faillissement is komen te verkeren dan wel aan haar surseance van betaling is verleend. Aan de accommodatie, op grond van artikel 110 van de Wet Primair Onderwijs, de onderwijsbestemming wordt onttrokken. De bevoegdheids- en verantwoordelijkheidsverdeling ten aanzien van de onderwijshuisvesting tussen bevoegd gezag en gemeente zoals die de Wet op het Primair Onderwijs wijzigt. 5. De gemeente is niet aansprakelijk voor bedrijfsschade, die het gevolg is van het niet nakomen van de overeenkomst.
2
VASTSTELLINGSOVEREENKOMST voor verhuur van ruimte in schoolgebouwen 6. Door het ontbinden van de vaststellingsovereenkomst vervalt ook de rechtsgeldigheid van de huurovereenkomst. Artikel 6. Overdracht rechten en verplichtingen Partijen zijn bevoegd de uit deze overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen over te dragen aan een derde. Indien een van de partijen daartoe voornemens is, brengt zij de wederpartij daarvan zo spoedig mogelijk op de hoogte.
Artikel 7. Looptijd 1. De overeenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde tijd. 2. De overeenkomst eindigt van rechtswege indien de onderwijsdoeleinden wordt gebruikt.
accommodatie
niet
meer
voor
Artikel 8. Tussentijdse wijziging Indien de omstandigheden waaronder de overeenkomst is afgesloten zich zodanig wijzigen, dat in redelijkheid niet meer van één of beide partijen gevergd kan worden, dat de overeenkomst ongewijzigd in stand blijft, treden partijen met elkaar in overleg om in de lijn van de bestaande overeenkomst nadere afspraken te maken.
Aldus overeengekomen te Heusden,……..december 2012
Stichting Scala,
………………………………..
De gemeente,
………
………………………
3