Canada deel 14 Het is een mooie rit door de bergen geworden. De zon laat het af en toe afweten en opnieuw worden we omringd door de prachtige natuur en bergen met eeuwige sneeuw. We rijden toch stevig af op Tofino en gunnen ons alleen een tussenstop op plaatsen die een wijds uitzicht hebben. Bij Englisman River Falls maken we een stop. Met de echtgenote van een Nederlands echtpaar dat per camper terugkomt uit Tofino maak ik een praatje. Ze heeft genoten van de whale-watching in Tofino, walvissen gezien evenals zeehonden en orka’s. Ik informeer naar het weer, want bezorgd kijk ik naar de donkere wolken die zich in de verte samen pakken boven het gebergte. ‘Prachtig en zonnig weer gehad’, stelt ze me gerust. Haar echtgenoot is inmiddels over de grote keien van de rivier heen geklommen evenals dat Peter dat ook heeft gedaan om foto’s te nemen. Zelf is ze wat slecht ter been en durft ze dat uitstapje niet aan. Ik trek mijn schoenen uit, want met blote voeten heb ik meer grip op de hier en daar toch glibberige of steile gedeelten en los gesteente. Springend over de grote keien is het zelfs mogelijk om aan de overkant te komen. Het is meer dan magnifiek. De rivier is breed en heeft op verschillende plaatsen watervallen. Hoe krachtig kan het wassende water zijn, want op de bedding ligt misschien al jaren een ontwortelde boom. Het is overigens een geliefde stop bij andere toeristen. Ik raap wat keien op, groen van kleur, die ik later ik de rotstuin van Mady wil gebruiken.
De zon laat ons toch in de steek en wanneer we Tofino binnen rijden, is het nat en druilerig weer. Wat valt de kamer tegen qua ligging. Die is op de begane grond en daarvoor moeten we een trap af om die te bereiken. Verder vlak naast het slaapkamerraam een vrij steile weg die naar het gedeelte gaat waar de zee te zien is, een restaurant zich bevindt en ook een kleine toko waar je kan boeken voor whalewatching. Tegenover de toko staan regenpakken en ietwat gealarmeerd informeer ik of wij met een open of dichte boot zullen gaan wanneer het morgen ook regent. Aan de kade is net een vissersboot terug en worden de vissen ter plekke schoongemaakt. Ik heb geen idee om welke vis het gaat, maar het zijn flinke knapen. Opeens zie ik een grote schaduw in het water en in een paar happen is het visafval verdwenen in de bek van een zeehond. Hij heeft het goed bekeken. Iedere dag een gratis maaltje…daarvoor hoeft die toch niet ver de zee in te trekken? Hij vermaakt ons en geeft een showtje weg door plotseling op te duiken onder het restaurant, dan weer bij de boten of net te doen alsof hij weg zwemt naar open zee. Zijn bolle ogen – face to face - doen me denken aan mijn hondjes wanneer hij nieuwsgierig een tel mij aankijkt. Die avond gaan we op zoek naar een restaurant of iets dergelijks, maar wanneer je iets van gas geeft met de auto, ben je het dorp alweer uit. De keuze is erg beperkt. We eten staande aan een tafel (!) in een bomvol restaurant en gaan daarna op zoek naar ons ontbijt voor de volgende dag. Dat is helemaal zoeken naar een naald in een hooiberg. Geen Tim Hortons, Starbucks of een andere snackbar. Een stalletje met broodjes hamburg is net bezig de tent te sluiten en na
enkele keren de enige weg op en neer te hebben gereden, besluiten we toch iemand in de arm te nemen die ons wegwijs kan maken. Na wat zoeken vinden we een kleine supermarkt en slaan voor een kapitaal aan dollars een half brood in en wat beleg. In onze ogen is Tofino duidelijk alleen aangewezen op (walvis)toerisme en heeft daarvan zijn living gemaakt. De meesten verblijven daar hooguit twee dagen voor het bekijken van walvissen en andere zeedieren. Ik denk dat ook de bevoorrading vanuit het vaste land een rol speelt, want de prijzen zijn exorbitant hoog. Het dorp bestaat in hoofdzaak uit boekingskantoren voor whale-watching en verder is er totaal niets te beleven. De volgende dag trek ik het gordijn open van de slaapkamer en het lijkt alsof er een rivier langs het raam stroomt. Het giet van de regen! Om 10.00 uur worden we verwacht voor de boottocht en met andere toeristen staan we kleumend te wachten totdat de tourleader ons eerst verslag doet om welke eilanden we zullen varen. Ik ben opgelucht wanneer ik in een overdekte boot stap. Echt genieten is er niet bij, want langs de plastic ramen drijft het van de regendruppels. Ik zie ook een open boot langs varen en ze lijken op poppetjes in een speelgoedbootje. De tourleaders houden elkaar op de hoogte waar de walvissen zich bevinden. Onderweg zie ik nog een zeeleeuw die lui boven op een rots op ons neerkijkt. En dan opeens het grote moment….. Ik zie eerst wat water opspuiten en dan een reusachtig lichaam opduiken. We verdringen ons bij de beslagen ruiten en Peter waagt het om in de regen dat op de gevoelige plaat vast te leggen. Een grijze walvis zo nabij…..het is met geen pen te beschrijven hoe sensationeel dat voelt. Ik zie geen kop, alleen een enorm grijs/zwart lijf met waterpokken die weer naar beneden duikt met als laatste de staart in al zijn schoonheid.
We ‘watching’ nog op andere plekken en wanneer onze tourleader een seintje krijgt dat er weer ergens een walvis is gesignaleerd, wordt de motor op die plek uitgeschakeld en we dobberen dan op zee in ademloze spanning. We zien opnieuw een walvis en ik probeer aan de hand van de staart uit te vinden of het om een andere gaat. Dat heb ik namelijk gezien op National Geographic. Al met al hebben we twee uur op zee doorgebracht. Ik zou voor geen goud deze belevenis gemist willen hebben. Die avond eten we in het restaurant van Days Inn aan de haven en al vroeg in de morgen vertrekken we opnieuw naar Nanaimo om daar de veerboot te nemen naar het vaste land. Het is om te janken, want die dag is droog, bewolkt met wat zon. Even heb ik de aanvechting om langs te gaan bij de luitjes van de B&B, maar laat het idee varen. Zoals altijd geniet ik van de drie uur durende overvaart met de ferry. We lunchen aan boord en gaan dan bovendeks wandelen. De omgeving is net iets anders dan die vanuit Victoria. Vanaf Vancouver nemen we de binnenweg langs al die plaatsen waar we met de trein zijn langs geweest naar
Mission. In een klein Grieks eetcafé ‘dineren’ we. Ons tafeltje staat op een smalle stoep en het geheel heeft wat. Het doet ons denken aan Spanje waar we ook graag eten in dergelijke kleine eettentjes. We rijden op sommige plekken dichter bij de Fraser River dan wij die hebben kunnen zien vanuit de trein. Dan zijn we weer bij Mady die toch op ons heeft gerekend met de avondmaaltijd. Die avond hebben we veel te vertellen en we worden verwend met lekkere hapjes tussendoor. Het lijkt alsof we elkaar in geen eeuwigheid hebben gezien. Wanneer ik mijn bed opzoek, zijn de lakens verschoond en is de boel keurig aan kant gebracht. Het kussen dat ik al die tijd meegesleept heb, wordt eigenhandig door Mady van een nieuw kussensloop voorzien. Moe en tevreden vertrek ik naar dromenland.
Wordt vervolgd Mila