CORPoRATE
Nieuwe focus VBDO voor duurzaam beleggen
Van transparantie naar ketenbeheer Tekst: Simone Lensink
Als aandeelhouder transparantie
bestaan heeft de vereniging
vragen over de sociale-
daarin veel bereikt. De inmiddels
en milieuprestaties van
1200 aandeelhouders met een
beursgenoteerde ondernemingen.
kritische blik die zijn begaan met
Dat was eind 1995 het doel van de
duurzaamheid, kunnen daarom een
kersverse Vereniging van Beleggers
stap verder gaan. Ondernemingen
voor Duurzame Ontwikkeling
worden nu ook gewezen op hun
(VBDO). In de tien jaar van haar
verantwoordelijkheid in ketenbeheer. CP 3/2006 11
CORPoRATE
Het is belangrijk dat een bedrijf duurzaamheid als criterium gebruikt bij de selectie van toeleveranciers
particuliere beleggers zich aan. Onze ambitie was en is de kapitaalmarkt te verduurzamen door middel van initiëren en opiniëren. We willen niet alleen ontwikkelingen in gang zetten, maar ook aangeven hoe dat moet gebeuren.” Transparantie was het eerste belangrijke onderwerp dat de VBDO ter hand nam. Waarom? “Er werden al wel milieuverslagen geproduceerd, maar
“Een groot deel van de omzet van bedrijven wordt gere-
die gingen nooit over het hele bedrijf. Alleen over de vesti-
aliseerd door toeleveranciers. Het is belangrijk dat een
ging van Shell in Pernis, nooit over Shell in z’n geheel. De
bedrijf duurzaamheid als criterium gebruikt bij de selectie
informatie die aandeelhouders kregen over duurzaamheid
van toeleveranciers”, betoogt Piet Sprengers, directeur van
was dus niet gestructureerd. In de financiële wereld wordt
de VBDO.
verantwoording afgelegd in een jaarverslag, maar daarin werd niet gerept over milieuprestaties of sociale aspecten.
“Het is niet zo dat het ‘oude thema’ transparantie nu
De VBDO wilde ook transparantie op deze terreinen. En
helemaal van de kaart is, maar dat onderwerp verkeert
als aandeelhouders daarom vragen, kunnen bedrijven er
inmiddels in een andere fase, is volwassen geworden. Door
niet omheen. Wij zijn anders dan een NGO, we hebben
internationalisering, globalisering en alle goede en slechte
een totaal andere relatie met bedrijven. Een aandeelhouder
dingen die dat met zich meebrengt, is transparantie in de
wil dat het een bedrijf goed gaat. Daar hebben wij dus een
keten een belangrijk nieuw thema. De rol van toekomstige
gemeenschappelijk belang met het bestuur van een onder-
economische grootmachten als China, India en Brazilië,
neming. Dat is een belangrijk verschil.”
dwingt ons om intensiever over dit onderwerp te gaan praten. De omzet van beursgenoteerde bedrijven komt voor
De timing lijkt – achteraf bezien – perfect…
een steeds groter deel op rekening van hun leveranciers.
“Klopt, wij zaten voor op de wind. Vlak na de oprichting
Dat zijn vaak kleine maar soms ook hele grote bedrijven
van de VBDO begon de discussie over corporate gover-
die niet over dezelfde expertise beschikken of focus op
nance te lopen. Wat is de rol van de aandeelhouder bij het
duurzaamheid hebben. De VBDO wil aangeven wat er de
besturen van een onderneming? Institutionele beleggers
komende jaren van de spelers in de kapitaalmarkt op dit
konden weinig anders dan aandelen kopen of verkopen,
thema wordt verwacht. We houden als aandeelhouders
maar zij wilden meer. Die discussie heeft ons in de kaart
daarbij rekening met de haalbaarheid, maar hebben wél
gespeeld. Daarnaast steeg de belangstelling voor maat-
ambities.”
schappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Door de crisis bij Shell rond de Brent Spar en een aantal andere chemi-
Krachten bundelen
sche schandalen, veranderde de publieke opinie. Bedrijven
Sprengers stond eind 1995 aan de wieg van de VBDO. “In
moesten zich meer rekenschap gaan geven. De overheid
die jaren ontstonden de eerste duurzame fondsen als ASN
wilde dereguleren en meer door de samenleving zelf laten
en Triodos. Rabo was ook net bezig. Het aantal beleggers
regelen. Daar komen alle lijnen dus samen. Wij kregen als
dat zich met duurzaamheid bezighield, steeg navenant. Ik
aandeelhouders de mogelijkheid gebruik te maken van ons
vond het vreemd dat deze beleggers de duurzame criteria
recht om issues bij directies op het bureau te krijgen.”
niet ter sprake brachten op de aandeelhoudersvergaderin-
12 CP 3/2006
gen. Door onze krachten te bundelen in een vereniging,
Puzzelstukje
werd dat gemakkelijker te realiseren. Een groep beleg-
Welke rol heeft het Global Reporting Initiative(GRI) uit 1998
gers heeft immers meer autoriteit. In het begin mikten
daarbij gespeeld?
wij voornamelijk op duurzame institutionele fondsen en
“De wind in de rug hebben is niet genoeg, al snel bleek dat er
die reageerden positief. Pas in tweede instantie sloten ook
een standaard voor duurzaamheidsverslagen moest komen.
CORPoRATE
Dat was het puzzelstukje dat ontbrak. Wij hebben het GRI bestudeerd en dat bleek prima in onze aanpak te passen. Om transparantie vragen is één, je hebt ook een richting nodig voor het hoe. Het GRI vormt een concrete handleiding die bovendien internationaal wordt gedragen. Daarom zijn wij daar al heel vroeg mee aan de slag gegaan en heeft het GRI in Nederland vaste voet aan de grond gekregen.” Vindt de VBDO dat er nu voldoende transparantie wordt betracht? “We zijn ver gekomen. Wij volgen vijftig beursgenoteerde ondernemingen en de helft daarvan maakt een duurzaamheidverslag, dat vaak ook nog de GRI-richtlijnen volgt. Steeds meer maken bedrijven laten dat zelfs extern verifiëren. Dus dat ontwikkelt zich goed. Ik verwacht dan ook dat de anderen daarbij niet achter willen blijven. Het is natuurlijk onze taak om dat verder te stimuleren, maar daar hoeven we niet zo zwaar meer aan te trekken. We kunnen al heel veel overlaten aan accountants. Dat dit onderwerp nu in een andere fase zit, blijkt ook uit de besprekingen die wij voeren met het ministerie van EZ over de integratie van de VBDO Transparantie Meetlat en de Transparantie Benchmark van het ministerie.” De initiërende rol van de VBDO richt zich nu dus op andere terreinen… “Onze blik was tot nu toe vooral met de duurzaamheidsverslagen gericht op de productiefaciliteiten van bedrijven, maar die focus verschuift naar het ketenbeheer. Van grote bedrijven als Akzo Nobel, Philips of DSM komt meer dan
het GRI in Nederland HEEFT vaste voet aan de grond gekregen
de helft van de omzet van leveranciers. Vooral veel technische bedrijven besteden de productie uit. Alleen het ontwerpen, de marketing en eventueel het assembleren van onderdelen doen zij nog zelf. Als je een MVO-bedrijf
Luis in de pels
wilt zijn, zul je dus ook naar je leveranciers moeten kijken.
Hoe staat het bedrijfsleven tegenover kritische aandeelhou-
De vraag daarbij is natuurlijk: hoe doe je dat? Wij willen
ders als de VBDO?
ook voor dit onderwerp een benchmark ontwikkelen. Hoe
“Het mooie van onze rol is juist dat we aandeelhouder zijn.
schrijf ik een leverancierscode? Wat staat daarin? En hoe
Daardoor zullen we alle ideeën reëel moeten houden. Het
controleer ik die? Onze benchmark is inmiddels bijna klaar
gaat ons om het bedrijf én om duurzaamheid. Een wereld
en het plan is om die gewoon ‘het veld’ in te gooien. Wij
zonder fossiele brandstof lijkt misschien geweldig. Maar
nemen het initiatief om aan te geven hoe het volgens ons
dat kan nu nog niet, we weten dat we dat van Shell niet
moet en vervolgens horen we van de bedrijven wel of zij
kunnen verwachten. Net zo min als alle leveranciers van
ermee uit de voeten kunnen. Zo ontstaat er vanzelf een dis-
Akzo volgend jaar aan de Code Ketenbeheer kunnen vol-
cussie. Dat is wat men van ons verwacht; die plek hebben
doen. Ook dat is niet haalbaar. Als aandeelhouders willen
we ons de afgelopen tien jaar verworven.”
we niet dat de koers keldert. Maar we blijven natuurlijk
CP 3/2006 13
CORPoRATE
Maar we blijven natuurlijk een specifieke groep aandeelhouders, de luis in de pels, of David tegen Goliath
14 CP 3/2006
CORPoRATE
een specifieke groep aandeelhouders. De luis in de pels, of David tegen Goliath. En dat mag zo blijven. We zijn een geaccepteerde verschijning, al is men niet altijd blij met ons. Dat blijkt alleen al uit het feit dat we de grote bedrijven niet alleen op de aandeelhoudersvergaderingen spreken,
Ik vond het vreemd dat beleggers de duurzame criteria niet ter sprake brachten op de aandeelhoudersvergaderingen
maar ook daarbuiten. Het contact is redelijk intensief.” Klopt het dat het tussen de VBDO en de pensioenfondsen wat minder goed botert? “We hebben een soort haat-liefdeverhouding. In onze
bedrijfsvoering daarop steeds meer richten, is te verwach-
ambitie om de kapitaalmarkt te verduurzamen, zitten we
ten dat op termijn aan de terzake van duurzaamheid te stel-
de pensioenfondsen op de huid. We stellen kritische vra-
len criteria wordt voldaan.’ Iedere verantwoordelijkheid
gen: hoe staan jullie tegenover het Verdrag van Kyoto? Wat
wordt dus afgeschoven. Het Rabo Pensioenfonds maakt
doen jullie met mensenrechten? En we doen onderzoek.
het nog bonter. Dit fonds heeft een proef met duurzaam
Bijvoorbeeld naar het stemgedrag van deze fondsen op
beleggen stopgezet omdat het rendement achterbleef. In
duurzaamheidresoluties in de Verenigde Staten. Zij zijn
het verslag staat letterlijk: ‘Belangrijke oorzaken hiervan
daar aandeelhouder, maar denken vaak slecht na over de
zijn dat enkele uitgesloten sectoren, zoals de wapen- en
gevolgen van hun stemgedrag. Daar worden ze door ons
tabaksindustrie, in diverse jaren beter presteerden en dat
op gewezen.”
een sector als duurzame energie achterbleef. Omdat niet
“En we hebben onlangs voor de derde keer een onderzoek
aan de vooraf gestelde randvoorwaarde van rendements-
verricht naar de inspanningen van pensioenfondsen op het
neutraliteit is voldaan, is de proef aan het einde van het ver-
gebied van duurzaam beleggen. In totaal 220 jaarverslagen
slagjaar beëindigd.” Momenteel wordt gezocht naar een
van Nederlandse pensioenfondsen over 2004 zijn door
andere vorm van maatschappelijk verantwoord beleggen.
ons geanalyseerd. Daaruit blijkt dat ze maar gebrekkig
Daarbij wordt gedacht aan het toepassen van een engage-
informatie verschaffen over dit onderwerp. Als het al in
ment overlay. In deze benadering wordt de dialoog aange-
een jaarverslag of op een website wordt vermeld, is de
gaan met het management van de ondernemingen die zich
informatie vaag of veel te mager. Alleen het Pensioenfonds
in de beleggingsportefeuille bevinden, om hen te bewegen
Zorgverzekeraars (SBZ) heeft 58% van de toevertrouwde
tot een duurzaam gedrag op relevante terreinen.
gelden duurzaam belegd en rapporteert daar ook over.
Definitieve besluitvorming hierover heeft nog niet plaats-
De conclusie dat de deskundigheid en betrokkenheid van
gevonden.
pensioenfondsen over duurzaamheid te wensen over laat, lijkt dus gerechtvaardigd. Het lijkt alsof de fondsen ervan
Wat kan de VBDO hiermee?
uitgaan dat het bedrijfsleven steeds duurzamer wordt en
“We zullen deze ontwikkeling kritisch blijven volgen. Er
hun portefeuilles daardoor vanzelf ook. Ze nemen veel
zijn bij deze fondsen natuurlijk geen aandeelhoudersver-
te weinig verantwoordelijkheid, zijn terughoudend en te
gaderingen, maar er zijn wel andere bijeenkomsten en we
voorzichtig.”
kunnen er via de media aandacht voor vragen. Het is een moeilijke, ondoorzichtige wereld die op dit terrein verder
Wapens en tabak
door niemand goed wordt gevolgd. Daar ligt voor ons dus
Kun je voorbeelden geven?
wel een rol. Maar nogmaals: we zijn geen actiegroep, maar
“De fondsbeheerders van het Pensioenfonds Medewerkers
een vereniging van actieve, kritische aandeelhouders. Een
Apotheken redeneren bijvoorbeeld dat ze wel een zekere
belangenvereniging van duurzame beleggers. En daarmee
maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben bij het kie-
zitten wij in hetzelfde schuitje als de ondernemingen die wij
zen waarin ze wel of niet beleggen. Maar in hun jaarver-
op hun gedrag aanspreken. Ook wij willen dat een bedrijf
slag staat: ‘Maar omdat ondernemingen ook steeds meer
goed rendeert.”
hun maatschappelijke verantwoordelijkheid inzien en hun
n
CP 3/2006 15