Van Huis Uit ‘Een project over schooluitval onder Marokkaanse jongeren op ROC ASA Economie Abstede’
BIJLAGEN
Utrecht, juni 2005 Abdelkarim el Allati Marco van Westerlaak
1
Op het ROC ASA leer je meer dan een vak
Inhoudsopgave Bijlage 1: Verslag introductiebijeenkomst........................................................................................3 Bijlage 2: Communicatietraining leerlingen .....................................................................................7 Bijlage 3: Communicatietraining ouders........................................................................................11 Bijlage 4: Intakeformulier................................................................................................................22 Bijlage 5: Contactgegevens:............................................................................................................23
2
Bijlage 1: Verslag introductiebijeenkomst Introductiebijeenkomst project Van Huis Uit ’’ leerlingen’’ Het project Van Huis Uit is officieel op het ROC ASA in Utrecht van start gegaan. Het project is bedoeld voor leerlingen van deze school en hun ouders. Het project is speciaal voor Marokkaanse leerlingen. Op 17 februari jl. is een eerste introductiebijeenkomst voor leerlingen op de bovengenoemde school op de locatie aan de Bontekoelaan in Utrecht. Het doel van deze bijeenkomst was om de leerlingen van deze opleiding te informeren over het project. Verder hoopten we ook via deze bijeenkomst deelnemers voor het project te kunnen werven. CNV Jongeren vindt het belangrijk om de meningen van de leerlingen te horen over hoe zij met hun ouders communiceren over zaken die binnen en buiten de school gebeuren. Ook zijn we benieuwd of de leerlingen hun ouders betrekken bij hun schoolloopbaan en hoe zij dat doen. Om een zinvolle en aantrekkelijke discussie uit te lokken lanceerde CNV Jongeren een aantal stellingen: Praten met mijn ouders over school is nooit een probleem geweest. Mijn ouders volgen mijn schoolprestaties en praten er met mij over. Ik kan moeiteloos met mijn ouders communiceren over onderwerpen. De leerlingen gaven uiteenlopende antwoorden op de stellingen. Hierdoor ontstond er een interessante discussie. Veel van de aanwezig leerlingen vinden praten over school iets voor als er incidenten, problemen of rapportbesprekingen zijn. Met moeders wordt meer gesproken dan met vaders. De jongeren ervaren dan ook dat moeders meer interesse hebben dan de vaders. De moeders zijn nieuwsgieriger en met name bezorgder. De jongeren ervaren wel druk om te presteren. Je moet bijvoorbeeld geen lager punt halen dan je buurjongen of je nichtje. Aan het einde van de bijeenkomst werd aan de leerlingen gevraagd of ze mee willen doen aan het project. Er waren leerlingen die het belangrijk vinden om hun ouders bij hun schoolloopbaan te betrekken. Zij weten alleen niet hoe zij bijvoorbeeld over hun problemen met hun ouders kunnen praten. Dat is precies de reden en het doel van het project: de communicatie proberen te verbeteren. Tijdens het project worden er twee werkgroepen opgericht: een werkgroep ouders en een werkgroep leerlingen. Voor beide groepen komen er vier trainingsbijeenkomsten waarbij zij apart met deskundigen over alles wat ze tegenkomen in het dagelijks leven kunnen praten. Het project Van Huis Uit wordt uitgevoerd in samenwerking met het Multicultureel Instituut Utrecht en ROC ASA.
Nulmeting Verslag leerlingenbijeenkomst Van Huis Uit Dinsdagmiddag 17 februari 2004 Tevens behoefteonderzoek Aanwezig: Driss Elbenissi (adviseur MIU), Omar Benali (jongerenwerker), Monique Hees (leerlingbegeleidster), Abdelkarim el Allati en Saskia Derks (CNV Jongeren) Belangrijker: 17 leerlingen, waarvan 10 jongens en 7 meisjes. De bijeenkomst bestond uit drie delen: uitleg van het project door Abdelkarim ruimte voor vragen vanuit de leerlingen discussie aan de hand van stellingen
3
zie projectplan ‘Van Huis Uit’. Vragen die gesteld werden vanuit de leerlingen: • Is het project verplicht? • (Omar) Wat is communiceren? • Waarom is het alleen voor Marokkanen? • Wat als mijn vader niet mee wil doen met het project? • Wat als je vader vindt dat jij al volwassen genoeg bent? • (Monique) Kan je ook meedoen als je ouders niet meedoen? • Is het alleen voor vaders of ook voor moeders? • Is er ook een tolk? Op deze vragen is antwoord gegeven. Het project is niet verplicht. Ook niet voor je ouders. Maar je doet het niet alleen voor jezelf. Je kan ook meedoen als je voor jezelf alles goed voor elkaar hebt en je vindt het belangrijk dat het voor andere mensen ook goed is geregeld. Je mag meedoen als je ouders niet meedoen en andersom. Maar dit is niet de opzet van het project. Het is zowel voor vaders als moeders. Een tolk tijdens de bijeenkomsten voor ouders is niet nodig, want deze bijeenkomsten worden in het Marokkaans Arabisch/ Berbers gehouden. Communiceren gaat over elkaar op de hoogte houden. Niet wachten tot er wat fout is gegaan en dat je het dan ‘moet vertellen’ maar samen bekijken hoe dingen gaan en er ook samen wat aan doen als het niet naar je zin gaat. Communiceren gaat over interesse naar elkaar, ook buiten het gezin. Over elkaar helpen. Van (onder andere) Marokkaanse leerlingen is bekend dat door lastige communicatie de kans op uitval (en dat je dus niet je diploma haalt) vergroot. Dat is zonde als zowel de school, als de ouders, als de leerling hetzelfde doel hebben. De leerlingen die aanwezig zijn geven aan dat de moeders waarschijnlijk meer interesse hebben dan de vaders. Hoewel dit voor iedereen anders is. Sommige jongens geven aan dat je moeder voor elke dag is en je vader alleen voor de dag van het rapport. Een jongen zegt meer met zijn zus over dit soort zaken te praten. We beginnen met de stellingen. Praten met mijn ouders over school is nooit een probleem geweest. Een jongen geeft aan dat hij met allebei zijn ouders praat over school. Een andere jongen is het met de stelling oneens (wordt niet gemotiveerd). Weer iemand anders geeft aan pas met zijn ouders te spreken als er problemen zijn. Twee meiden zeggen dat praten over school geen probleem is. Je moet wel want je ouders komen er toch wel achter dus kan je het ze net zo goed vertellen. Een ander meisje valt haar bij en zegt dat ze het ook belangrijk vindt; vertellen over de leuke en minder leuke dingen van school. Een van de jongens zegt dat zijn moeder meer vraagt dan zijn vader omdat ze meer bezorgd is. Daardoor weet ze ook wel meer van hem. Een andere jongen haakt hierop in en zegt dat hij het wel frustrerend vindt dat zijn ouders de school altijd eerder geloven dan hij. De school zou minder snel liegen dan hun zoon. Ten slotte gaat het gesprek over een opmerking van een jongen dat ouders erg teleurgesteld kunnen raken wanneer je een slechtere prestatie neerzet dan bijvoorbeeld een buurjongen. Dit geeft wel aan dat ouders het onderling wel over school hebben en hun kinderen er ook feedback op geven. In het gesprek wordt de link gelegd met dat je ouders er misschien meer van begrijpen wanneer je ze meer vertelt hoe school voor jou is. Nu zien ze alleen maar het resultaat en niet of je er hard voor werkt of niet. Mijn ouders weten waar mijn school is en wat ik op school doe. Op deze vraag wordt gereageerd met veel gelach. Tuurlijk, is de eerste reactie van een meisje. Ze gaan toch mee naar de open dag?! Vraag is of ouders na de open dag ook nog wel eens op school komen. Iedereen erkent dat er veel ouders zijn die niet weten waar iemands school is. Zo vertelt een jongen dat het enige dat zijn ouders weten is dat hij om negen uur van huis weggaat en dat hij dan bus 7 neemt. Een andere jongen zegt dat ze wel weten dat hij op school zit maar waar en welk gebouw enzo niet. Een meisje vertelt dat ze wel eens gebracht of gehaald wordt. Zo weten haar ouders waar ze op school zit. Een ander meisje vindt het niet nodig dat haar
4
ouders weten waar ze op school zit zolang als ze goede cijfers haalt. Een jongen zegt trots (of cynisch?) dat zijn vader zelfs weet in welke klas zijn zoon zit. Mijn ouders komen altijd naar informatiebijeenkomsten en ouderavonden. Een jongen geeft hierop het antwoord dat zijn ouders naar ouderavonden komen. Van een andere jongen komen de ouders alleen als het goed gaat. Een meisje geeft aan dat haar ouders alleen komen als het moet van school. Wanneer ze zelf mogen kiezen of ze komen dan gaan ze niet. Bij weer een ander meisje ligt het eraan waar het over gaat of haar ouders komen. Twee jongens zijn positief; een zegt dat zijn ouders ‘natuurlijk’ komen en de andere geeft aan dat ze komen als ze een brief krijgen. Mijn ouders volgen mijn schoolprestaties en praten met mij erover. Hierop wordt instemmend geantwoord, maar dit gedeelte wordt verder niet echt uitgepraat. Een meisje vertelt nog dat ze het vanzelfsprekend vindt dat je bijvoorbeeld met je rapport naar je ouders gaat. Er wordt gevraagd of er wel eens brieven worden onderschept voor ze de ouders onder ogen komen. Brieven van boetes wel, geven een paar mensen toe. Er wordt door CNV Jongeren nog aangegeven dat je met ouders over meer kan praten dan alleen rapport of schorsing, maar bijvoorbeeld ook over keuzes die je moet maken voor een richting of niveau. Hier wordt door de leerlingen niet op ingegaan. Ik hou mijn ouders genoeg op de hoogte. Een jongen zegt zijn ouders niet veel te vertellen. Als reden voert hij aan dat je bepaalde dingen alleen als kind bij je ouders neerlegt, en als je dan groter wordt dan los je ze zelf op. Een andere jongen geeft aan dat dat aan het onderwerp ligt. Ik kan moeiteloos communiceren met mijn ouders over onderwerpen. Ook hier wordt met de nodige hilariteit op gereageerd (maar iedereen concentreert zich ook al best lang!). Een van de jongens geeft aan dat hij er niet over piekert om het met zijn ouders te hebben over erge onderwerpen (hij doelt op sex). Wanneer er wordt doorgevraagd geeft iemand anders (ook jongen) aan dat hij dat dan misschien nog wel met zijn moeder doet, maar echt niet met zijn vader. Een meisje reageert met de opmerking dat ze dan een enkele reis Marokko krijgt van haar ouders. Ik kan makkelijker communiceren met mijn moeder dan met mijn vader. Bij deze stelling is iedereen het er vrij snel over eens dat het met je moeder veel makkelijker praten is dan met je vader. Er is niet met de leerlingen gesproken over waarom dat zo logisch is. Van mijn ouders heb ik genoeg ruimte om mijn meningen/ ideeën te uiten. Iemand (jongen) grapt dat ie graag onderhandelt over meer zakgeld. Een andere jongen doet er een schepje bovenop door de vraag te stellen hoe je je ouders kan vertellen dat je homo bent. Weer een andere jongen geeft aan dat jongens in ieder geval hierin meer vrijheid hebben dan meisjes. Conclusie: Er wordt wel gepraat over school maar niet door iedereen en over alle onderwerpen. Veel van de aanwezige leerlingen vinden praten over school iets voor wanneer er incidenten zijn, problemen of een rapport. Met moeders wordt meer gesproken dan met vaders. De jongeren ervaren dan ook dat hun moeders meer interesse hebben dan hun vader (nieuwsgieriger en met name bezorgder zijn). Er wordt vanuit de jongeren wel druk ervaren om te presteren. De mate van betrokkenheid van de ouders varieert. Uit de discussie kwam naar voren dat die samen kan hangen met wat iemand zelf thuis vertelt. Er is niet naar voren gekomen of ouders zelf ook informeren bij hun kinderen. De groep leerlingen reageert het heftigst op de discussie wat je allemaal wel en niet met je ouders bespreekt. Dit zou nog een interessant onderwerp kunnen zijn. De manier waarop je zaken met de ouders kan bespreken is niet aan de orde geweest.
5
Wat deze middag niet duidelijk is geworden: - Wat vinden de leerlingen van de steun van hun ouders? - Wat komt er uit de ouders wanneer de kinderen niks vertellen? - Wordt er ook over andere onderwerpen gesproken dan wanprestaties en schorsing?
6
Bijlage 2: Communicatietraining leerlingen Doelstellingen Een groeiend aantal allochtone jongeren slaagt erin om met een schooldiploma een plaats te vinden op de arbeidsmarkt. Een groot deel van de allochtone jongens en meisjes lukt dit echter niet. Zij verlaten het onderwijs zonder diploma en zijn niet succesvol in het krijgen of behouden van een reguliere baan. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat de uitval binnen het mbo hoog is en dat dit vooral leerlingen van allochtone afkomst betreft. Met name de uitval onder Marokkaanse leerlingen in het middelbaar beroepsonderwijs is hoog. De oorzaken van deze uitval zijn op verschillende terreinen te vinden, maar wat terugkomt in onderzoek onder deze groep is dat de kloof tussen de thuissituatie en de schoolsituatie het grootste probleem vormt. Ouders uit de Marokkaanse minderheidsgroep spelen doorgaans geen actieve rol bij de leerontwikkeling van hun kinderen. Zij zijn vaak niet op de hoogte van de mogelijkheden voor hun kind na het vmbo, waardoor zij hun kind niet kunnen helpen bij de schoolkeuze. Ook ontbreekt het deze ouders vaak aan de kennis en de ingangen die nodig zijn om zich te verdiepen in de school van hun kinderen. . Het doel van het project ‘Van huis uit’ is de bevordering van het schoolsucces van Marokkaanse leerlingen bij aanvang van een ROC-opleiding en daarmee het voorkomen van uitval in dit stadium. Bewust is gekozen voor het betrekken van de ouders om dit doel te bereiken, omdat hier bij de doelgroep de knelpunten liggen. Onderdeel van dit project was een training ‘Communicatieve en sociale vaardigheden’ voor een pilotgroep van 15 leerlingen. Door betere communicatie en openheid te creëren tussen de partijen in het netwerk van de leerling (ouders en school) moesten de motivatie en het schoolsucces van de leerlingen vergroot worden. Uitgaande van de belangrijke rol die ouders kunnen spelen in het proces, werden leerlingen door middel van concrete oefeningen getraind de relatie met hun ouders meer openheid, vertrouwen en begrip te geven. Op deze manier moesten de leerlingen instrumenten in handen krijgen waardoor zij zelf aan een sociaal vangnet kunnen werken als het op school minder goed gaat. Opzet van de training Het traject omvatte vier bijeenkomsten van elk twee uur. Centraal stonden het kennismaken met elementaire sociale vaardigheden, waardoor de leerlingen effectiever gaan communiceren. Daarnaast werd er aandacht besteed aan het oefenen van deze vaardigheden. Het programma zag er in dagdelen als volgt uit: - 1 dagdeel elementaire sociale vaardigheden - 1 dagdeel verbale en non-verbale communicatie - 1 dagdeel communicatie binnen het gezin (kind-ouders en vice versa) - 1 dagdeel bespreken van Marokkaanse gezinsnormen en -waarden in relatie tot gezinscommunicatie Het onderdeel elementaire sociale vaardigheden bestond uit de volgende modules: 1. Waarnemen en interpreteren - Het belang van goede waarneming - Factoren die het proces van waarnemen en interpreteren beïnvloeden - Het voorkomen van waarnemings- en interpretatiefouten Discussievragen/oefeningen 2. Non-verbaal gedrag - Het belang van non-verbaal gedrag - Functies van non-verbaal gedrag - Aspecten van non-verbaal gedrag Discussievragen/oefeningen
3. Luisteren
7
- Het belang van goed luisteren - Principes van goed luisteren - Luistergedrag Discussievragen/oefeningen 4. Samenvatten - Het belang van samenvatten - Functies van samenvatten - Veelgemaakte fouten van samenvatten Discussievragen/oefeningen 5. Vragen stellen - Het belang van de juiste vraag - Functies van vragen - Soorten vragen/doorvragen Discussievragen/oefeningen 6. Feedback - Het belang van feedback - Regels voor het geven van feedback - Regels voor het ontvangen van feedback Discussievragen/oefeningen Deze modules werden geïntroduceerd tijdens de eerste bijeenkomst en zij werden vervolgens grondiger behandeld in de daaropvolgende dagdelen.
Beschrijving van de training Dagdeel 1 De eerste bijeenkomst vond plaats op 6 april op de lokatie Bontekoelaan van het ROC ASA Economie Abstede te Utrecht. Er waren twintig leerlingen geselecteerd voor het bijwonen van de training, maar er waren slechts tien leerlingen aanwezig. Het eerste gedeelte van deze bijeenkomst stond in het teken van kennismaken met elkaar en het verduidelijken van het doel van de training. Na een vrije moeizame voorstelronde, waarbij de leerlingen duidelijk moeite hadden om zichzelf te presenteren, werden er een aantal vragen gesteld over de studiekeuze en de stages. Bij dit laatste onderdeel gaven de leerlingen aan dat zij veel problemen hebben met het vinden van een stageplaats. Ook werd duidelijk dat het mannelijke deel van de leerlingen communicatieproblemen heeft met docenten, de schoolleiding en de conciërges. Tijdens het tweede deel van de bijeenkomst werden de bovengenoemde modules van de elementaire sociale vaardigheden kort geïntroduceerd door de trainer. Ook werd kort de theoretische basis uitgelegd waarop de communicatieleer gebaseerd is. Dit gebeurde aan de hand van het Zender-Boodschap-Ontvanger model. Degene die spreekt of die op andere wijze informatie geeft, is in dit model de zender. Degene tot wie de informatie gericht is, is de ontvanger en datgene wat de zender aan de ontvanger wil laten weten, noemen we de boodschap. Er is tijdens de training benadrukt dat waarneming, interpretatie en gedragskeuze hiermee samenhangen. Dagdeel 2 Deze tweede bijeenkomst werd gestart met uitleg van de theorie van module 1 en 2: waarneming/ interpretatie en non-verbaal gedrag. De leerlingen werd gevraagd wat zij verstaan onder non-verbale communicatie en hoe zij dit in hun dagelijks leven waarnemen en interpreteren. De leerlingen bleken onder non-verbale communicatie vooral kleding en uiterlijk voorkomen te verstaan. Zij waren zich over het algemeen niet bewust van hoe hun non-verbale gedrag geïnterpreteerd wordt en hoe zij zelf non-verbaal gedrag van anderen moeten interpreteren.
8
Na deze inventarisatie werden kort de andere facetten van non-verbaal gedrag behandeld, namelijk lichaamstaal en de manier van spreken. Vervolgens moesten de leerlingen aan de hand van een rollenspel oefenen met het waarnemen en interpreteren van non-verbaal gedrag. Hiertoe werd de groep in vijf tweetallen verdeeld. De ene leerling moest een verhaal schrijven over wat hij/zij die week of dag gedaan had. Daarna werd het tweetal in het midden van de klas gezet met de ruggen naar elkaar toe en moest de andere leerling het verhaal hardop voorlezen. De eerste leerling moest tijdens dit voorlezen letten op stemverheffing, articulatie en de reacties van de overige leerlingen. Deze moesten op hun beurt goed luisteren en waarnemen om te beoordelen hoe de spreker overkwam en of de boodschap duidelijk was. Tijdens deze oefening werd duidelijk dat een aantal leerlingen veel moeite had om naar elkaar te luisteren. Dit werd aangegrepen om kort de theorie van module 3 (luisteren) te behandelen. Als huiswerk kregen de leerlingen de opdracht mee om een interview te houden met één of beide ouders. Deze opdracht had als doel het om de communicatie van de leerling met de ouders te bevorderen en om wederzijds begrip te kweken. De leerling moest een viertal vragen gaan stellen: - Wanneer zijn de ouders naar Nederland gekomen? - Hoe zijn de ouders naar Nederland gekomen? - Hoe hebben de ouders de schoolkeuze voor hun kind(eren) bepaald? - Welke toekomstverwachtingen hebben de ouders ten aanzien van hun kind? Dagdeel 3 Deze bijeenkomst begon met een bespreking van het huiswerk. Er was echter maar één leerling die met haar ouders in gesprek was gegaan over de bovenstaande vragen. De overige deelnemers zeiden dat zij er niet aan toegekomen waren. Dit bemoeilijkte vanzelfsprekend de bespreking. Er werd besloten om de vier vragen ter plekke aan de leerlingen te stellen om te kijken wat zij ervan wisten. Hierna werd er wat dieper ingegaan op de theorie over non-verbale communicatie dan in de vorige bijeenkomst. Ook werd kort behandeld wat de kenmerken zijn van een goede vraag(stelling) en welke doel je met een vraag wilt bereiken. De deelnemers moesten hier vervolgens mee gaan oefenen door elkaar vragen te stellen. Na deze oefening werd nog kort de theorie van het samenvatten behandeld. Dagdeel 4 Tijdens dit laatste dagdeel werd gestart met een korte uitleg van de theorie rondom het geven van feedback . Als voorbeeld werd de vorige bijeenkomst aangehaald en de leerlingen werd gevraagd om feedback te geven over het verloop van deze bijeenkomst. Deze oefening verliep moeizaam omdat de deelnemers slecht naar elkaar en de trainer luisterden. Vervolgens kwam het laatste onderwerp van de training aan bod: de bespreking van Marokkaanse (gezins)normen en waarden en de vergelijking met Nederlandse normen en waarden. Het was duidelijk dat dit onderwerp de leerlingen aansprak, want zij wilden graag hun visie laten horen. Tijdens dit debat werd onder meer gesproken over individualisme versus collectivisme, de verschillen in familieverbanden en de mate van vrijheid en zelfstandigheid van jongeren. De deelnemers maakten duidelijk dat ze over (veel van) deze zaken niet communiceren met hun ouders. Vooral met de vader kunnen zij veel dingen niet bespreken, met hun moeder gaat dat over het algemeen wat beter. Aan het eind van deze bijeenkomst werd de training geëvalueerd met de deelnemers. Zij gaven aan dat zij er wel iets van opgestoken hadden, maar konden geen concrete voorbeelden noemen. Daarnaast gaven zij aan dat zij eigenlijk meer behoefte hadden gehad aan een andere soort training, namelijk een training die meer gericht is op solliciteren en het oriënteren op hun toekomstige werkterrein. Over de trainer waren zij wel tevreden. Conclusies en aanbevelingen Uit deze pilottraining zijn een aantal aandachtspunten naar voren gekomen waarmee in toekomstige trainingen rekening gehouden moet worden. Ten eerste behoeft de opzet van de training enkele aanpassingen. De training bleek in de huidige vorm te abstract voor de deelnemers. De hoeveelheid theorie die zij aankunnen werd nu ruimschoots overschreden en daarnaast was de theorie vrij ingewikkeld voor de doelgroep.
9
Bovendien kan men zich afvragen of theoretische kennis bij dit soort trainingen noodzakelijk is, omdat het toch vooral om het aanleren van vaardigheden gaat. Een nieuwe training zou dan ook een concretere aanpak moeten hebben en vooral veel oefeningen moeten bevatten waarbij de trainer directe feedback geeft. Er zou dan bijvoorbeeld ook met videomateriaal gewerkt kunnen worden. De huiswerkopdracht uit dagdeel 2 is een volgend punt van aandacht. Men kan zich afvragen waarom slechts één deelnemer deze opdracht gemaakt had. Het is mogelijk dat deze leerlingen slechts zelden hun huiswerk maken en ook dit keer verzuimd hadden om dit te doen. Een andere verklaring kan zijn dat de opdracht voor de deelnemers te moeilijk uitvoerbaar was. De gebrekkige communicatie met hun ouders is immers één van redenen dat zij meedoen met dit project. Wellicht was het voor de deelnemers een te grote stap om na lange tijd weer met hun ouders te communiceren en dan vooral aan de hand van zulke persoonlijke vragen. Een positief punt dat uit de training naar voren gekomen is, was de betrokkenheid van de leerlingen bij de bespreking van de Marokkaanse en Nederlandse normen en waarden. Het is duidelijk dat zij hierin geïnteresseerd zijn en dit gegeven kan in toekomstige trainingen goed van pas komen om de motivatie van de deelnemers te vergroten.
10
Bijlage 3: Communicatietraining ouders Verslag Project ‘Van Huis Uit’ Ouderparticipatie Verslag van trainingen door BoTc (Beroeps & Trainingscentrum) op ROC ASA Economie Abstede, locatie Bontekoelaan te Utrecht 21 september 2004 tot 17 januari 2005 ! Voorwoord
Verslagen van de 4 bijeenkomsten ! ! ! !
Trainingsavond 1 Trainingsavond 2 Trainingsavond 3 Trainingsavond 4
Dinsdag 21 september Dinsdag 11 oktober 2004 Dinsdag 30 november 2004 Dinsdag 17 januari 2005
! Samenvatting en aanbevelingen ! Tot slot
Voorwoord Het project ‘Van Huis Uit’ is gestart om ouders meer te betrekken bij de opleiding van hun kinderen op ROC ASA Economie Abstede. Dit project had in eerste instantie geen goede start. Meerdere malen werden pogingen gedaan om de ouderparticipatie van de grond te krijgen. Op verschillende manieren werden de ouders benaderd (per brief, telefonisch en persoonlijk), zonder het gewenste resultaat. Slechts een paar vaders kwamen opdagen bij een introductiebijeenkomst, ondanks de toezeggingen die ook door andere ouders waren gedaan. Op een andere bijeenkomst kwamen maar twee ouders - van de meer dan vijftig genodigden - opdagen. Dat was, zeker gezien alle inspanningen, teleurstellend. Desondanks geloofden we in het succes van bijeenkomsten gericht op ouderparticipatie en vertrouwden we op een goede opkomst. Natuurlijk verloren we ons uiteindelijke doel - een werkgroep van ouders oprichten - niet uit het oog. We besloten om de wervingsbijeenkomsten tijdelijk te staken en in het nieuwe schooljaar een nieuw start te maken. Op 21 september jl. is het gelukt om een introductie- en eerste trainingsbijeenkomst te organiseren waarbij elf leerlingen vertegenwoordigd werden door hun ouders/verzorgers. Vanwege de redelijk goede opkomst kon deze bijeenkomst uniek genoemd worden. Ouders kregen informatie en uitleg over het project ‘Van Huis Uit’. Er werd iets verteld over de training en de verschillende onderdelen hiervan, het belang van ouderparticipatie, het schoolsysteem en de regels. En natuurlijk dat de opvoeding en communicatie tussen ouders en hun kinderen een grote rol spelen bij de resultaten van de leerlingen op school. Na de eerste bijeenkomst merkten we dat de ouders elkaar motiveerden om naar de volgende bijeenkomsten te komen. De eerste bijeenkomst had dus duidelijk effect gehad. Tijdens de tweede bijeenkomst waren er zelfs meer moeders aanwezig dan vaders. Dat is binnen de
11
Marokkaanse gemeenschap bijzonder, zeker als het gaat om ouderparticipatie op een roc. Mogelijk is het feit dat de training in de eigen taal werd gegeven en dat de informatie op een heldere en duidelijke wijze werd overgebracht hier de oorzaak van. Tijdens de derde bijeenkomst was de opkomst nog hoger: maar liefst 20 ouders. De belangrijkste uitkomst van deze bijeenkomst was dat de deelnemers een werkgroep van ouders wilden vormen. Een ander belangrijk winstpunt was dat één van de ouders zich heeft aangemeld voor de ouderraad. Het is uitzonderlijk dat een Marokkaanse vader zijn belangstelling toont voor dit soort activiteiten op de school van zijn kind. De laatste (en vierde) bijeenkomst had een lagere opkomst. Positief was echter weer dat twee stagebegeleiders en een conciërge meewerkten. Zij gaven informatie over de stageperiode (en het vinden van stageplekken) en de veiligheid op school. We zijn blij dat we ondanks de moeizame start door hebben gezet en nieuwe bijeenkomsten hebben georganiseerd. Deze bijeenkomsten zijn een belangrijke stimulans geweest om ouders en school dichter bij elkaar te brengen. De uit de trainingen voortgekomen werkgroep, de betrokkenheid van het onderwijzend en faciliterend personeel en de groeiende belangstelling van ouders voor de activiteiten van hun kinderen zijn belangrijke resultaten.
Trainingsavond 1 Dinsdag 21 september Programma van de avond 1. 2. 3. 4.
Inleiding Introductie, Marokkaanse ouderparticipatie in het algemeen Uitleg over ROC ASA: schoolsysteem, schoolregels, studie- en beroepsmogelijkheden Discussie
1. Inleiding Op de eerste trainingsavond zijn we begonnen met uit te leggen wat ouderparticipatie is en waarom het belangrijk is. Daarna was er gelegenheid om te praten over het schoolsysteem en de verschillende opleidingen die bij ROC ASA Economie Abstede aan de Bontekoelaan zijn te volgen. Op deze manier kregen ouders een idee van de mogelijkheden die hun kinderen hebben en welke bijdrage ouders kunnen leveren om bijvoorbeeld schooluitval te voorkomen. Tijdens deze avond werden elf leerlingen vertegenwoordigd door hun ouders. Van een paar leerlingen waren beide ouders aanwezig en zelfs ooms of tantes. Daarnaast waren er ook enkele mentoren, een leerlingbegeleider en de afdelingsmanager aanwezig. 2. Thema: Marokkaanse ouderparticipatie Zowel uit de theorie als de praktijk is bekend dat een groot deel van de Marokkaanse ouders in hun geboorteland weinig of geen schoolopleiding heeft genoten. Bovendien is het Nederlandse onderwijssysteem voor de meesten vreemd. In de Marokkaanse cultuur is men gewend aan een redelijk strakke scheiding tussen thuis en school. Allochtone ouders hebben veel vertrouwen in de school en vertrouwen vaak volledig op de autoriteit van de leerkracht. Zij zijn zich niet bewust van de rol die ouders kunnen spelen binnen het Nederlandse onderwijs. Ouderparticipatie is voor hen een onbekend begrip. Bovendien zijn ouders vaak de taal niet of onvoldoende machtig, waardoor ze zich minder goed binnen de Nederlandse samenleving bewegen. Veel ouders zijn niet bekend met de mogelijkheden die het Nederlandse onderwijs biedt en weten vaak niet wat bepaalde opleidingen inhouden. Uit gesprekken met verschillende scholen en ouders blijkt dat het juist de betrokkenheid van de ouders is die de kans op succesvolle uitstroom van leerlingen vergroot. De aanwezige ouders zagen absoluut het nut in van dit soort bijeenkomsten.
12
3. Uitleg over ROC ASA: schoolsysteem, schoolregels, studie- en beroepsmogelijkheden Nadat het schoolsysteem was uitgelegd, werden de ouders steeds enthousiaster. Ze merkten dat ze betrokken raakten bij de beroepsmogelijkheden van hun kinderen. Hierover lichtte de opleidingsmanager hen in. De ouders stelden veel vragen en kregen op deze manier meer inzicht in de opleiding van hun kind. Aan het begin van de avond wisten velen hier nog weinig van. Veel ouders wisten niet waar hun kind naar school ging, welke opleiding het volgde en wat het allemaal inhield. Na de voorlichting door de opleidingmanager kregen de ouders een rondleiding door de school. Verschillende leslokalen en projectruimtes (zoals de Mediatheek) werden bezocht. 4. Discussie Aan het einde van de avond gaven ouders hun reacties over de eerste bijeenkomst en over het programma van de hele training. Deze waren positief. Het verzoek werd gedaan om vaker zoiets te organiseren. De ouders gaven ook aan dat zij het moeilijk vonden om meer betrokken te raken bij de opleiding van hun kinderen. Dit komt vooral door het niet (voldoende) beheersen van de Nederlandse taal en gebrek aan kennis van het Nederlandse onderwijssysteem in het algemeen en van roc’s in het bijzonder. Door deze obstakels raken veel ouders ontmoedigd. Bovendien weten ze daardoor niet goed wat hun zoon of dochter op school doet. Vooral bij leerlingen in de leeftijd tussen 16 en 20 jaar ervaren ouders dit. Door de hindernissen is er ook een drempel om naar de school van hun kinderen te gaan en te vragen hoe het daar toegaat.
Trainingsavond 2 11 oktober 2004 Programma van de avond 1. 2. 3. 4.
Inleiding Contact met het thuisfront Communicatie ouders/leerlingen en school Verhaal van een leerling
1. Inleiding Op 11 oktober jl. was de tweede bijeenkomst voor de ouders van eerstejaarsleerlingen. Tien leerlingen waren vertegenwoordigd door hun vaders en/of moeders. Het was bijzonder om te zien dat er naast de vaders ook moeders aanwezig waren. Naast de ouders waren er ook mentoren, de leerlingbegeleider (tevens contactpersoon van het project binnen de school), de opleidingsmanager van niveau 1 en 2, de projectleider en gastsprekers aanwezig. Een leerling was er als spreker. Het doel van deze bijeenkomst was om met de ouders te praten en van gedachten te wisselen over de communicatie tussen hen en hun kinderen en tussen hen en de school van hun dochters of zonen. De training over dit onderwerp werd door een medewerker van MIU (Multicultureel Instituut Utrecht) in de eigen taal (het Marokkaans/ Arabisch) van de ouders gegeven. De projectleider vertaalde het in het Nederlands voor het schoolpersoneel. Zo kon iedereen goed begrijpen waar het over ging. Doordat de training in het Marokkaans/Arabisch werd gegeven, werden de ouders gestimuleerd om mee te doen aan de discussie. 2. Contact met het thuisfront Na het welkomstwoord van de opleidingsmanager, die tevens het belang van de betrokkenheid van ouders bij de ontwikkeling van hun kinderen benadrukte, legde de projectleider uit waarom
13
de ouders de schoolloopbaan van hun kinderen moeten volgen. Hij attendeerde de aanwezigen erop dat zij tijdig de verrichtingen van hun kinderen moeten volgen en niet moeten wachten tot het te laat is. Het is altijd teleurstellend wanneer ouders op het laatste moment horen dat hun zoon of dochter van school af moet, omdat er in het verleden problemen waren, terwijl deze problemen in een eerder stadium waarschijnlijk makkelijk opgelost hadden kunnen worden. Als de school geen contact krijgt met het thuisfront en problemen alleen maar met de leerling zelf besproken worden, loopt het vaak uit de hand. Het doel van dit soort bijeenkomsten is om ouders bewust te laten worden van het feit dat onderwijs zeer belangrijk is voor de toekomst van hun kinderen. De ouders moeten zich ook verantwoordelijkheid voelen voor de opvoeding van hun kinderen binnen de school. Er zijn signalen dat ouders hun kinderen niet consequent opvoeden. Een dilemma is dat de ouders blijven leven met het idee ooit met hun kinderen naar het land van herkomst terug te keren. Ouders moeten zich concentreren op een permanent verblijf in Nederland, zodat hun kinderen niet in de spiraal van onzekerheid blijven leven. Dit heeft alleen maar nadelen voor de ontwikkeling van de kinderen. Terugkeren is meer een droom dan realiteit. Het probleem is dat de ouders dit als plan hebben, maar dat het niet wordt uitgewerkt, waardoor de verwarring bij hun kinderen groot is. Daarbij komt dat ouders hoge verwachtingen hebben van het onderwijs aan hun kinderen en verwachten dat de school voor alles zorgt. Dit leidt meestal tot teleurstellingen. 3. Communicatie ouders/leerlingen en school Zoals eerder vermeld, hield een consulent van het Multicultureel Instituut Utrecht (MIU) in de eigen taal van de ouders een presentatie. Hij attendeerde de aanwezige ouders erop dat de moderne samenleving aan iedereen steeds hogere eisen stelt. Dat geldt zeker als het gaat om opgroeiende kinderen en hun ouders. Ook in het onderwijs vinden in een hoog tempo veel veranderingen plaats. Het is meer dan ooit duidelijk geworden dat de rol van ouders onmisbaar is als het gaat om de opvoeding, de schoolloopbaan en het maatschappelijk functioneren van alle kinderen. Dat is geen eenvoudige opgave voor - zowel autochtone als allochtone - ouders. Voor de toekomst van de kinderen speelt het onderwijs een belangrijke rol. Kinderen gaan dagelijks naar school en de school maakt een belangrijk deel van hun leven uit. Het verschil tussen het Nederlandse onderwijssysteem en het systeem in het land van herkomst is enorm. De meeste allochtone ouders zijn daarvan meestal helemaal niet op de hoogte. Dat ouders niet op school komen, wil niet zeggen dat ze onderwijs niet belangrijk vinden. Feit is ook dat allochtone ouders hoge verwachtingen hebben van de toekomst van hun kinderen. Iedere ouder wil dat zijn kind beter functioneert in de samenleving dan hij of zij zelf. Dat staat niet ter discussie. Het onderwijs is belangrijk voor de toekomst van onze kinderen. Wat de kinderen op school leren is niet altijd duidelijk voor de ouders, vooral niet voor allochtone ouders. Dat komt door gebrek aan informatie aan de ene kant en aan gebrek aan contact en communicatie met school aan de andere kant. Voor een goede ontwikkeling van het kind is het wel nodig dat ouders weten wat op de school van hun kind gebeurt. Hoe meer je weet over de school, hoe beter je je zoon of dochter kunt ondersteunen en stimuleren. Scholen leren ouders kennen door contacten. Daardoor kan de school op de hoogte zijn van de thuissituatie en de verwachtingen van de ouders. Door die communicatie voorkom je dat thuis en school twee verschillende werelden vormen die duidelijk van elkaar gescheiden zijn. De meeste allochtone ouders hebben helaas nog steeds een passieve houding tegenover de school: ‘geen nieuws is goed nieuws’. Contact met school wordt alleen maar bij probleemsituaties gezocht. Ouderparticipatie ligt bij allochtone ouders een stuk moeilijker dan bij autochtone ouders. Dat heeft te maken met een aantal factoren: de taalbarrière, maar ook de culturele traditie. In landen
14
als Turkije en Marokko bestaat er een scherpe scheiding tussen het onderwijs en de thuissituatie. Het onderwijs is iets van deskundigen, waar ouders zelf niets aan hoeven bij te dragen. Meestal weten ouders niet wat er allemaal van hen en van hun kinderen wordt verwacht. Nogmaals, ouders willen het beste voor hun kind. Zij willen niet anders dan dat hun kind het op school goed doet en dat het met een succesvolle studie de basis legt voor een goede maatschappelijke positie. Maar onwetendheid en gebrek aan informatie mogen geen excuses blijven. Vooral niet als de school een positieve houding heeft ten opzichte van ouders en graag met hen wil samenwerken. Deelname aan voorlichtingsbijeenkomsten als deze is een stap in de goede richting. Ouders en school hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het goed functioneren van kinderen. Ieder vanuit de eigen mogelijkheden, vaardigheden en deskundigheid. Er moet wisselwerking zijn tussen thuis en school om het welzijn van de kinderen te verbeteren. 4. Presentatie van een leerling Hierna kreeg een leerling de gelegenheid om iets te vertellen over haar ervaringen op school. Het doel van deze presentatie was om aan te geven hoe belangrijk het is om als leerling te merken dat ouders bij school betrokken zijn. Ze baseerde haar verhaal op haar persoonlijke ervaringen en op die van haar vrienden. Zij vertelde dat jongeren veel kansen krijgen. Bijvoorbeeld door het volgen van een opleiding waarmee zij carrière kunnen maken. Zij moeten deze kansen benutten. Wanneer hun ouders niet weten waar zij mee bezig zijn, voelen zij zich in de steek gelaten, waardoor de belangstelling voor de schoolloopbaan afneemt. In veel gevallen leidt dit tot het afbreken van de opleiding. In de slotfase werd de bijeenkomst met de ouders geëvalueerd en werd naar hun meningen en wensen gevraagd. Trainingsavond 3 Dinsdag 30 november 2004 Programma van de avond 1. Opening 2. Communicatie tussen ouders en school; opvoeding 3. Discussie 4. Afsluiting en conclusie 1. Opening De opleidingsmanager heette de aanwezigen welkom. Hij vertelde er trots op te zijn dat zoveel ouders zich bij de werkgroep hadden aangesloten. School én ouders staan nu dichtbij elkaar en dat is belangrijk, want zij hebben elkaar nodig. ROC ASA Economie Abstede heeft een prima resultaat geboekt met het benaderen en het bereiken van de Marokkaanse ouders. Dit is mede mogelijk gemaakt door de inspanningen die gedaan zijn, met name door de medewerker van samenwerkingspartner MIU (zie verslag 11 oktober). De opleidingsmanager wees nog eens op het belang van de ouderparticipatie op de school. Gelukkig weten steeds meer ouders de weg naar de school vinden. Nog niet zo lang geleden lukte het - ondanks allerlei inspanningen - niet om ouders bij de school te betrekken. 2. Communicatie tussen ouders en school; opvoeding Omdat de ouders dit onderwerp erg belangrijk vonden, hebben wij besloten om het te herhalen (zie het verslag van 11 oktober).
15
3. Discussie De volgende onderwerpen werden door de ouders als interessante discussiepunten ervaren: - Ondersteuning - Leerlingen vinden het moeilijk om zelf aan een stageplaats te komen. Wat doet de school hieraan? - Veel Marokkaanse leerlingen verzuimen te veel - Extra ondersteuning op school voor leerlingen De ouders gaven aan dat zij niet over alle informatie beschikten over het beleid met betrekking tot het verzuim en andere belangrijke zaken die hun kinderen aangaan. Ze wisten bijvoorbeeld niet wanneer er ouderavonden worden gehouden en of het mogelijk is om zomaar naar school te komen zonder van te voren een afspraak te maken. Ze vertelden ook dat zij geen uitnodigingen via de post ontvangen. Als er ook niet gebeld wordt om door te geven dat er bijvoorbeeld een ouderavond of een bijeenkomst is, kunnen zij dit zeker niet weten. Een vraag: hoe komt het dat ouders geen schriftelijke uitnodiging ontvangen? Dit komt waarschijnlijk door het feit dat veel leerlingen een (ander) postadres hebben en dat zij de brieven die zij van de school ontvangen niet aan hun ouders geven. De ouders hebben de school dus de tip gegeven om naast het sturen van een schriftelijke uitnodiging telefonisch contact met de ouders op te nemen en ze zo persoonlijk uit te nodigen. Zo kan de school bovendien eerder weten wie er komen en wie niet. De projectleider en de contactpersoon gaven beiden aan dat telefonisch contact niet altijd werkt. Vaak wordt er dan wel gezegd dat men komt, maar uiteindelijk blijft men toch weg. Het goed contact houden met de ouders blijft een belangrijk punt van aandacht. Trainingsavond 4 Dinsdag 17 januari 2005 Programma van de avond 1. 2. 3. 4. 5.
Opening Uitleg van de examenregeling Veiligheid op school Activiteiten werkgroep ouders Samenvatting en aanbevelingen (afsluiting training)
1. Opening door projectleider en opleidingsmanager De projectleider heette iedereen welkom. Hij sprak zijn teleurstelling uit over de magere opkomst. Van de 20 ouders die de werkgroep vormen, waren er helaas maar zes aanwezig. Mogelijk waren de komende feestdagen (offerfeest en de pelgrimstijd) de oorzaak. Daarna lichtte de projectleider het programma toe en vertelde hij dat deze bijeenkomst de laatste was in het kader van het project ‘Van Huis Uit’. Maar omdat de school en de werkgroep verder willen, stelde hij voor de activiteiten voort te zetten. De ouders hadden dit eerder al gesuggereerd. De groep wil het liefst een keer in de maand bij elkaar komen om onderwerpen als veiligheid aan de orde te stellen. De vader die zitting gaat nemen in de Medezeggenschapsraad ( MR) van de school en andere betrokkenen willen en kunnen de rest van de ouders motiveren en mobiliseren om te blijven komen. De vraag blijft alleen hoe de ouders het beste kunnen worden uitgenodigd. Velen ontvangen immers geen uitnodigingsbrief. Ook het telefonisch uitnodigen van ouders levert niet het gewenste resultaat op. Dit geldt zeker voor de laatste bijeenkomst. Hierna nam de opleidingsmanager het woord en benadrukte nogmaals het belang van de betrokkenheid van de ouders bij het slagen van hun kinderen op deze school. Bij ROC ASA
16
Economie is het aardig gelukt om contact te leggen tussen docenten en ouders. Zo is het een docent gelukt om alle ouders van haar leerlingen te spreken, thuis of op school. Dit heeft er mede toe geleid dat de ouders nu makkelijker naar de school komen. 2. Uitleg examenregeling Een docent gaf uitleg over de kwalificatie en deelkwalificaties, zoals bijvoorbeeld bij een vak als zakelijke communicatie. Kandidaten krijgen te maken met vier toetsperioden in een schooljaar. Dit zijn kwalificerende toetsen. Alle deelkwalificaties moeten voldoende afgesloten zijn aan het einde van de opleiding. Wanneer iemand niet voor alle deelkwalificaties een voldoende heeft, krijgt hij/zij geen diploma, maar een certificaat. Een vader stelde hierop de vraag of het mogelijk is om met zo’n certificaat naar een hoger niveau door te stromen. Dat is afhankelijk van het vak. Als er een onvoldoende is gescoord voor één van de hoofdvakken zoals economie, dan kan dat niet. Maar bij de vreemde talen is het wel mogelijk. Iemand anders had een vraag over de stages. Hij vond de school niet stimulerend genoeg als het gaat om het vinden van een stageplaats. De school heeft het beleid dat leerlingen in eerste instantie zelf initiatief moeten nemen bij het zoeken van een stageplaats. Als dat niet lukt dan helpt de school. De houding en de motivatie van de leerling spelen uiteraard een belangrijke rol bij het vinden van een stageplaats. 3. De veiligheid op school en de rol van de conciërge Wij hebben de conciërge van de locatie Bontekoelaan bereid gevonden om iets te vertellen over zijn rol als conciërge, de problemen die hij tegenkomt tijdens zijn werk en de contacten met leerlingen. De bedoeling is dat de ouders de problemen die de conciërge dagelijks met hun kinderen ervaart thuis met hen bespreken. Zo overtreden leerlingen bijvoorbeeld de regels. Hij noemde een aantal voorbeelden: het uitlenen van pasjes aan vreemden en bij te laat komen niet willen stempelen (want na drie keer te laat komen moeten zij een nieuwe kaart halen of andermans stempelkaart gebruiken). Vaak krijgt de conciërge bij overtredingen ruzie met de leerlingen. Gelukkig is het steeds bij woordenwisselingen gebleven. Maar dat wil niet zeggen dat er zich geen incidenten kunnen voordoen. De school wil dit samen met de ouders proberen te voorkomen.
Reacties van de ouders Alle aanwezige ouders vinden dat leerlingen zich aan de regels van de school moeten houden. Je eigen pasje uitlenen aan anderen is strafbaar en mag niet gebeuren. Iedereen wil graag op de hoogte worden gesteld als hun kind de regels overtreedt, zodat men naar school kan komen om dit samen op te lossen. Er werd ook een voorstel gedaan door de aanwezige ouders: als de conciërge met een moeilijk geval zit, kan hij werkgroepleden bellen om advies te vragen. 4. Activiteiten werkgroep ouders Vooral voor veel moeders die de Nederlandse taal slecht beheersen, is het lastig om zelfstandig de schoolloopbaan van hun dochter of zoon te volgen. Om deze reden werd gedacht aan een cursus Nederlands voor de moeders van leerlingen van deze locatie. Een docente die met de VUT is gegaan, is bereid om deze lessen te verzorgen. Voor dit doel is inmiddels al een cursus ontwikkeld waarvoor de werving plaatsvindt via de leerlingen. Het doel van deze cursus is om zoveel mogelijk moeders bij de school van hun kinderen te betrekken. Dat kan alleen als de moeders de Nederlandse taal redelijk beheersen en begrijpen wat er tijdens de schoolloopbaan van hun kinderen allemaal gebeurt. Ouders hebben ook aangegeven dat zij in de toekomst graag een aantal thema’s willen behandelen, zoals veiligheid op school. Ook willen ze bijeenkomsten organiseren met bijvoorbeeld de politie om over de problemen in de wijk Kanaleneiland te praten.
17
De vader die zich opgegeven heeft voor de ouderraad werd door de groep als voorzitter van de werkgroep gekozen.
Samenvatting en aanbevelingen Gedurende vier trainingsbijeenkomsten met een groep Marokkaanse ouders in het kader van het project ‘Van Huis Uit’, zijn de volgende aanbevelingen gedaan om de ouderparticipatie op ROC ASA Economie Abstede, locatie Bontekoelaan, tot een succes te maken. Afgelopen jaren is er veel geïnvesteerd in de ouderparticipatie, met wisselend succes. Als scholen echt willen communiceren met ouders moeten zij zich minimaal afvragen of en hoe zij hun handelen en denken laten beïnvloeden door wat de ouders zeggen. In de communicatie is de wederkerigheid van essentieel belang. Zonder uitwisseling krijgen ouders niet de juiste informatie. Dit kan bij professionals leiden tot een gevoel van frustratie, onzekerheid en machteloosheid. Als ook gewerkt wordt vanuit het perspectief van de ouder en ouders als ‘partners’ worden gezien kan een goede samenwerking tot stand komen. Om resultaat te kunnen boeken met de ouders moet in eerste instantie een goed schoolklimaat voor de ouders worden gecreëerd. - Men moet zich begrijpelijk uitdrukken. - Ouders accepteren als volwaardige gesprekspartners. - Cultureel bepaalde vanzelfsprekendheden uitleggen en verklaren vanuit culturele aspecten. - Ouders aanspreken op hun kennis en bekwaamheden. De ouders en de school moeten duidelijk maken wat ze van elkaar verwachten (wederzijds). De school zoekt contact met de ouders maar begrijpt niet wat ouders willen en kunnen. Hier gaat het in zekere zin om communicatie, maar ook om inzicht in culturele achtergronden. De school moet ouders niet alleen schriftelijk uitnodigen voor bijeenkomsten, maar ook persoonlijk benaderen. Ouders kunnen bij bepaalde projecten betrokken worden. Om de ouderparticipatie te bevorderen is het van belang om stil te staan bij de volgende zaken. Het is belangrijk dat de school tijd voor de ouders heeft. Het is aan te bevelen om voor gesprekken duidelijke afspraken te maken. Op deze manier kan er in alle rust gesproken worden. Ouders geven aan dat zij in de meeste gevallen door de school van hun kind(eren) te laat benaderd worden. Dit gebeurt pas wanneer er problemen zijn. De school probeert vaak de problemen zelf op te lossen en pas als dat niet lukt worden de ouders benaderd. Ouders willen tijdig op de hoogte gesteld worden wanneer er problemen zijn. Zij willen graag meedenken en betrokken worden. Signaleer de problemen in een vroeg stadium en rapporteer aan de ouders. Huisbezoeken worden door de ouders erg gewaardeerd, het bevordert een goed contact tussen de school en de ouders en verlaagt de drempel. Zo kan een mentor ook inzicht krijgen in de culturele achtergrond van de leerling. Culturele achtergrond De school moet zich verdiepen in de verschillende doelgroepen die de school bezoeken. Een multicultureel schoolteam bevordert de communicatie en verlaagt de drempel. Men moet zich realiseren dat veel ouders, zeker van de eerste generatie, de taal niet beheersen, waardoor zij veel zaken met betrekking tot het onderwijs van hun kinderen niet begrijpen. Het schoolsysteem en de inhoud van de opleiding die door zoon of dochter gevolgd wordt, zijn vaak onduidelijk voor ouders. Allochtone ouders, zeker van de eerste generatie, zijn gewend dat de school de eerste stap neemt richting ouders. De school is in hun beleving een instituut waar kinderen ook opgevoed worden. De ouders dragen de verantwoordelijkheid over aan de school.
18
De school moet heel duidelijk aangeven dat men hier in Nederland uitgaat van een gedeelde verantwoordelijkheid. Scholen moeten zich verdiepen in de verschillen tussen het Nederlandse onderwijssysteem en het onderwijssysteem in het land van herkomst. Tot slot De inspanningen die zijn verricht om deze bijeenkomsten van de grond te krijgen, hebben een aantal belangrijke resultaten opgeleverd. Allereerst is er wederzijds meer begrip en duidelijkheid ontstaan over de verschillende visies op het onderwijs en de rol van ouders en onderwijsinstelling. De schoolleiding heeft door de bijeenkomsten een aantal concrete handvatten aangereikt gekregen om de contacten met ouders te verbeteren. De hiervoor genoemde aanbevelingen geven een duidelijke richtlijn. De ouders hebben door de bijeenkomsten een duidelijker beeld gekregen van de rol die van hen verwacht wordt bij het begeleiden van hun kinderen. Ook is duidelijk geworden dat ouders meer willen participeren, zoals bijvoorbeeld de ouder die zitting wil nemen in de ouderraad. Een duidelijk effect van de training is dat ouders nu meer belangstelling tonen dan voorheen voor de 10-minutengesprekken die in het kader van rapportenbespreking worden georganiseerd. Niet alleen de belangstelling van de ouders voor de training was groot. Ook het schoolpersoneel raakte steeds meer geïnteresseerd in dit soort bijeenkomsten. Twee stagebegeleiders en de conciërge hebben ook meegedaan aan deze training door zoveel mogelijk informatie aan de ouders te verstrekken als het gaat om de stageplekken en de veiligheid op school. Dit gebeurde met name tijdens de laatste bijeenkomst. Kortom, het is een zeer geslaagde training geworden. We willen alle mensen die hebben meegewerkt aan de bijeenkomsten hartelijk danken en we vertrouwen op een goed vervolg.
19
Arabische versie اﻻﺗﺼﺎل واﻟﺘﻮاﺻﻞ ﻣﻊ اﻷﺑﻨﺎء
أهﻤﻴﺔ اﻟﻤﻮﺿﻮع: آﻞ اﻟﻌﻼﻗﺎت ﻣﻌﺮﺿﺔ ﻷﺧﺬ ورد ،ﻟﻠﺘﺠﺎذب ..ﻓﻲ آﻞ اﻷﺡﻮال أﺳﺎس اﻟﻤﻌﺎﻟﺠﺔ وﺟﻮد ﺗﻮاﺹﻞ.. اﻟﺘﻮاﺹﻞ ﻣﻮﺟﻮد ﺹﺮﻳﺡﺎ آﺎن أم ﺿﻤﻨﻴﺎ ﻟﻜﻨﻩ ﻳﺨﺘﻠﻒ ﻣﻦ ﺡﻴﺚ اﻟﻌﻤﻖ واﻻﻣﺘﺩاد. ﺑﻌﺾ اﻟﻤﻈﺎهﺮ اﻟﻌﺎﻣﺔ ﻟﻠﺘﻮاﺻﻞ داﺧﻞ اﻷﺳﺮة اﻟﻤﻐﺮﺑﻴﺔ
اﻟﺘﺨﺎﻃﺐ ﺑﺎﻷواﻣﺮ ..اﺗﺠﺎﻩ أﺡﺎدي ..اﻻﻗﺘﻀﺎب ..ﺧﺬهﺎ آﻤﺎ هﻲ دون ﺷﺮح. اﻟﺘﺴﻠﺴﻞ اﻟﻬﺮﻣﻲ وﻟﻴﺲ اﻟﺘﺴﺎوي) ..هﺬا ﻋﻜﺲ ﻣﻌﺮﻓﺔ اﻟﺡﺩود( ﻋﺩم اﻻﻧﺴﺠﺎم ﻣﻊ أﺳﻠﻮب ﺗﻌﺎﻣﻞ ﻣﻌﻴﻦ) ..ﻃﺮﻳﻖ واﺡﺩة واﺿﺡﺔ( ﺗﺄﺛﻴﺮ اﻟﻌﻮاﻣﻞ اﻟﺨﺎرﺟﻴﺔ )اﻟﺘﻌﺎرض ﺑﻴﻦ اﻟﻤﻨﻄﻠﻖ اﻟﻤﻐﺮﺑﻲ واﻟﻤﻨﻄﻠﻖ اﻟﻬﻮﻟﻨﺩي :ﻓﻚ اﻻرﺗﺒﺎط/دوام اﻻرﺗﺒﺎط(.. ﺗﻮﺻﻴﺎت ﻋﺎﻣﺔ
ﺗﻼﻓﻲ اﻟﺘﻌﺎﻣﻞ أﺛﻨﺎء اﻟﻐﻀﺐ /اﻻﻧﻔﻌﺎل.. اﻟﻤﻘﻮﻟﺔ اﻟﻌﻤﺮﻳﺔ ﻓﻲ اﻟﺘﻌﺎﻣﻞ آﻤﻨﻄﻠﻖ )اﻟﻤﺹﺎﺡﺒﺔ( اﻟﺡﺮص ﻋﻠﻰ اﺳﺘﻤﺮار اﻟﺘﻮاﺹﻞ ﻣﻬﻤﺎ آﺎن اﻟﻤﺸﻜﻞ )ﻓﺘﺢ ﺑﺎب اﻟﺮﺟﻮع( -اﻻﺳﺘﻔﺎدة ﻣﻦ اﻟﺘﺠﺎرب وﺗﺒﺎدﻟﻬﺎ وﻣﻨﺎﻗﺸﺘﻬﺎ
20
21
Bijlage 4: Intakeformulier INTAKEGESPREK GEGEVENS: • Leerlingvolgsysteem met foto • adresgegevens en telefoon van ouders • postadres cursisten en telefoon GEZINSACHTERGROND: • samenstelling van het gezin - Hoeveel kinderen zijn er binnen het gezin? Wie zit op welke opleiding? - Wat is het taalniveau van de ouders? (eventuele opleidingsachtergrond) - In hoeverre zijn de ouders bekend met het Nederlands onderwijssysteem? (en dan voornamelijk het systeem op roc’s) SCHOOLACTIVITEITEN: • Huisbezoeken: plannen data • Rapportagebesprekingen: plannen data • Ouderavonden: plannen data • Andere schoolactiviteiten: plannen data SCHOOLLOOPBAANCONTRACT: • Inspanningsverplichting school - Wat doet school bijvoorbeeld bij verzuim leerlingen? - Wat doet school bij taalachterstand? - Hoe vaak onderhoudt school contact met de ouders en op welke manier? • Inspanningsverplichting ouders - aanwezig zijn bij ouderbijeenkomsten - bijvoorbeeld maandelijks telefonisch contact - regelmatig gesprekken met kinderen voeren over hun schoolloopbaan • inspanningsverplichting leerlingen: - op tijd komen - afspraken nakomen - huiswerk maken - regelmatig ouders inlichten over school etc.
22
Bijlage 5: Contactgegevens: ROC ASA Economie Abstede Locatie Bontekoelaan Dhr. Abdelkarim el Allati Bontekoelaan 1 3526 RA UTRECHT 030 281 51 20 www.rocasa.nl CNV Jongeren Dhr. Marco van Westerlaak Postbus 2475 3500 GL UTRECHT 030 291 37 15 www.cnvjongeren.nl BoTc Beroeps & Trainingscentrum Dhr. Shariff el Khabbabi RJH Fortuynplein 2 1019 WL AMSTERDAM 020 419 27 65 www.botc.nl Multicultureel Instituut Utrecht Dhr. Driss Elbenissi Bemuurde weerd westzijde 4 3513 BH UTRECHT 030 231 38 33 www.miu.nl
23