Van het bestuur Op het moment dat ik dit schrijf is de zomervakantie bijna weer ten einde. Dit betekent niet alleen dat mijn (school)werkzaamheden weer beginnen maar ook de bestuurlijke activiteiten. Gisteravond hebben we als afdelingsbestuur vergaderd. Vele jaren stond in deze maand de voorbereiding van de najaarsledenvergadering centraal op de agenda. Omdat echter de landelijke vergadering, de VV, verplaatst is naar het vroege voorjaar is er voor de afdeling geen noodzaak meer in het najaar een afdelingsledenvergadering te organiseren. We hebben dus de gelegenheid onze aandacht wat meer op de echte afdelingszaken te richten. Naast de organisatie van excursies, lezingen,
Onder de Loep e.d. zal de afronding van het Bentelerheide project onze speciale aandacht hebben. Wytze Boersma heeft inmiddels een eerste versie gereed, de stuurgroep zal een en ander van op en aanmerkingen voorzien. Ook de werkgroepleden zullen betrokken worden bij de definitieve afronding. Daarna hopen we het eindresultaat met enige “trots en vertoon” te presenteren aan de “buitenwereld”. Data hebben we nog niet definitief vastgesteld. Te zijner tijd zal dit apart geconvoceerd worden. Het bestuur hoopt jullie op een of meerdere van deze activiteiten te ontmoeten!! Bernard Wanders, voorzitter.
Leden van de werkgroep “Bentelerheide” tijdens de voorbespreking van een vegetatieopname.
septemberi 2004, pagina 1
Agenda Excursies Het gebruikelijke verzamelpunt is (tenzij anders aangegeven) aan de Boerhaavelaan op het parkeerterrein naast huisnummer 146 (is richting Borsthuis). Ieder wordt vriendelijk verzocht zo veel mogelijk met de auto te komen zodat er genoeg plaatsen zijn voor hen die niet over een auto beschikken. Lezingen De gebruikelijke plaats waar lezingen worden gehouden (tenzij anders aangegeven) is het speeltuingebouw "'t Lansink" aan de Twijnstraat 6 te Hengelo. Indien er belangstelling is voor "meerijden met anderen" bij een lezing 's avonds: neem even contact op met een van de bestuursleden (zie colofon).
Het septembernummer van Onder de Loep is deze maal door omstandigheden later verschenen dan gebruikelijk; onze excuses hiervoor. De excursies van de maand september / eerste helft oktober waren al in het juninummer vermeld. (Redactie)
Najaarswandeling
Excursie Dal van de Mosbeek
Datum Thema Tijd Leiding
Thema : slotexcursie Datum : zaterdag 13 november 2003 Tijd : vertrek 09.00 uur (terug omstreeks 14.00 uur) Coördinatie : Bert Oude Egbrink
: zondag 24 oktober 2004 : najaar : 9.00 uur : André Bolt
Vandaag een wandeling in het prachtige, afwisselende gebied aan de oostkant van Oldenzaal. We kijken naar alles wat het gevorderde najaar te bieden heeft.
Op de laatste excursie van dit seizoen zullen wij een rondwandeling door de het dal van de Mosbeek maken. Het is de bedoeling na afloop van de excursie koffie en krentenwegge bij een horecagelegenheid te nuttigen. Bert Oude Egbrink
Terugblik Excursie ‘t Stort Datum Deelnemers Leiding
: 20 juni 2004 :5 : Gerrit van Zalk
Het “Stort” tussen Goor en Markelo aan het Twentekanaal is ontstaan door grondopslag afkomstig uit het kanaal. Doordat hier veel grondsoorten samen gebracht zijn, komt hier een vrij rijke flora tot ontwikkeling. Dit heeft weer een gunstige invloed op de insecten en vogelwereld. Door het koude en natte weer was de insectenwereld nog niet goed ontwikkeld. Die was in de warme zomer van 2003 wel optimaal aanwezig. We hebben dan ook nagenoeg geen vlinders gezien. Wel vonden we de rupsen van de St. Jacobsvlinder op het St. Jacobskruiskruid. De St. Jacobsvlinder had ik veertien dagen eerder zien vliegen. De soort is veel vroeger dan de verwante St. Jansvlinder. De plantenrijkdom maakte echter veel goed. En het weer viel op
deze zondagmorgen gelukkig ook nog mee. Opvallend was de massale bloei van Margriet, Ratelaar en Zomerfijnstraal. Verder mooie bloei van Blaassilene, Avondkoekoeksbloem, Kleine en Grote klaproos, Teunisbloem, Veldkruidkers, Brunel, Morgenster, Kleine klaver, Hopklaver, Honingklaver, Rolklaver, Knoopkruid, Streepzaad, Duizendblad en Wederik. Daarnaast trok de hier groeiende Wede natuurlijk de aandacht en “de roem van Markelo” de Zwarte toorts. Verder werden de Zwartkop, Grasmus, Kleine karekiet, Geelgors, Tjiftjaf, Fitis,
Winterkoning, Meerkoet en Wulp gezien of gehoord. Ondanks het gebrek
septemberi 2004, pagina 2
aan vlinders was het toch een geslaagde excursie. Gerrit van Zalk
is grotendeels met heide en bos begroeid. De heide wordt begraasd door schapen. De
Excursie kanaal Almelo-Nordhorn Datum Deelnemers Leiding
: 25 juli 2004 :8 : Gerrit van Zalk
Bij goed weer vertrokken we met 8 personen uit Hengelo. De nieuwe oostelijke rondweg om Denekamp bracht ons precies bij het begin van de excursie, het pannenkoekenrestaurant Bolle Jan aan het kanaal. Vanaf Bolle Jan liepen we langs de zuidzijde van het kanaal richting Duitse grens. Langs het eerste stuk troffen we de Steenanjer en de Kleine bevernel aan, typische vertegenwoordigers van de Dinkelflora. Mooi waren ook de groepen Grasklokjes. Opvallend waren de massaal bloeiende Waterlelies en de hoog opgaande groepen Mattenbies in het kanaal en de vele Gagelstruiken op de oever. De zuidzijde van het kanaal was duidelijk rijker dan de zeer schrale noordzijde. Waarschijnlijk door menselijke invloeden (fietspad) en de (schaduwrijke) expositie op het noorden. We zagen hier onder andere Knoopkruid, Wederik, Wilde bertram, Vlasbekje, Ratelaar, Grote boterbloem en Kattestaart. Mooi waren ook de plantengordels te zien van hoog naar laag. Bij de Grensweg werd een korte koffiepauze gehouden. Hier gingen we naar de andere (op het zuiden geëxponeerde) kant van het kanaal. Hier had de vegetatie een heischraal karakter met planten als Zandblauwtje, Zandspurrie, Muizenoor, Hazepootje, Tormentil, Brem, Buntgras, Hardbloem en natuurlijk Struikheide. De grote dagvlinders lieten het afweten zoals overal tot nu toe. Het koude en natte weer zal wel de oorzaak zijn. Wel werden de Kleine vuurvlinder, het Groot dikkopje, het Klein geaderd witje en de Zuringspanner (dagactieve nachtvlinder) gezien. Om het overzichtelijk te houden zijn niet alle planten en dieren genoemd. Henry Ludwig heeft een volledige lijst gemaakt die in ons natuurhistorisch archief is opgenomen. We hadden veel geluk want na de excursie begon het te regenen. Gerrit van Zalk
Excursie Lemelerberg Datum Deelnemers Leiding
: 15 augustus 2004 :9 : Bert Oude Egbrink
Op een bewolkte zondagmorgen zijn we met 9 mensen vertrokken naar de Lemelerberg. De Lemelerberg maakt deel uit van een stuwwal en
Struikheide stond tijdens ons bezoek in volle bloei. Vanaf de hoogste punten in het gebied konden we genieten van de vergezichten. Op de zandpaden door de heide hebben we enkele voor dergelijke gebieden kenmerkende insecten aangetroffen zoals Mierenleeuw, Rupsendoder en Bijenwolf. Een deel van het gebied bestaat uit grotendeels vastgelegd stuifzand waar verjonging van de op de Lemelerberg talrijk aanwezige Jeneverbes werd gezien. Landschap Overijssel, eigenaar van het gebied, is van plan het stuifzandgebied zodanig aan te pakken dat er weer verstuiving gaat plaatsvinden. Andere interessante waarnemingen waren de Zwartvoetkrulzoom op naaldhoutstobben, het Duinroosje, de rups van de Veelvraat (dagactieve nachtvlinder) en de kortschildkever Platydracus stercorarius. Door het bewolkte weer liet de tijdens de voorexcursie op 24 juli wel waargenomen Zandhagedis het waarschijnlijk afweten. Andere leuke waarnemingen tijdens dit bezoek waren het nest van de Urntjeswesp op een struikheideplant en de Metaalvlinder die net als de Sint Jansvlinder behoort tot de familie van de Bloeddrupjes. Bert Oude Egbrink
Botanische tuin Osnabrück Datum : 4 juli 2004 Aantal :5 Coördinatie : Wytze Boersma Het leek wel of we op deze excursie de Alpen, het Middellandse zee gebied, het regenwoud en China hebben bezocht. “Dat kan toch niet”, zul je zeggen. Maar het is mogelijk als je, zoals wij naar septemberi 2004, pagina 3
de botanische tuin in Osnabrück gaat. Na een uur rijden met de auto sta je voor de ingang van de tuin. De tuin is aangelegd in de voormalige groeve van de Westerberg. Bij het inrichten hebben ze gebruik gemaakt van de aanwezige hoogte verschillen. Hierdoor is er een zeer fraaie botanische tuin ontstaan. De tuin is geopend in 1984 en is 20 jaar oud. Dit jaar is er een aangepast programma. Het Alpinum was het eerste deel wat wij bezochten. Op een bijna natuurlijke manier kun je de alpenflora bekijken. We konden de verschillende soorten van de Steenbreek familie Saxifragaceae, de Anjerfamilie, Caryophyllaceae, de Klokjesfamilie, Campanulaceae en de verschillende soorten
Vrouwenmantel Alchemilla met elkaar vergelijken. Hierna hebben we het gedeelte met de planten soorten van het Middellandse zee gebied bekeken. Hierbij viel de Spaanse brem, Genista hispanica op. Vervolgens verbaasden we ons over de vele soorten Alliums. Je staat versteld van de veelheid aan vormen en het grote aantal. Hierna stapten we het regenwoud binnen. We begonnen bovenin. Daar was het benauwd warm. Gelukkig konden we de trap af naar beneden waar het een stuk aangenamer was. Naast de verschillende plantensoorten zagen we Zebrafalter, Heliconicus charitonius vliegen. Deze donkerblauwe vlinder met gele strepen is afkomstig uit tropisch Amerika. In de tuin vind je op tal van plaatsen de Moeraswespenorchis, Epipactis palustris. Deze orchis verspreidt zich spontaan in de botanische tuin. De tuin bevat ook verschillende soorten bomen, zoals de Ginko biloba afkomstig uit China. Totaal hebben we vier uur in de botanische tuin doorgebracht en nog hebben we alles niet bekeken. Voor een ieder is er wel wat te beleven en je kunt rustig een paar keer per jaar terug komen. Wij hebben een bijzonder mooie droge excursiedag gehad. Wytze
Natuurcursus “Basiskennis Vogels”, deel 2 De cursusgroep KIN (KNNV, IVN en NIVON) organiseert dit najaar een vervolg op de basisnatuurcursus die dit voorjaar is gegeven. Een basiscursus voor iedereen die meer van vogels wil weten dan dat er mussen en merels zijn. In een aantal korte sessies wordt er over een beperkte groep populaire en hier veel voorkomende vogels informatie gegeven maar bovenal de middelen aangereikt om vogels snel te kunnen herkennen en zo stap voor stap nieuwe aan je kennis toevoegen. En ze dan bijvoorbeeld trots aan je kinderen of kleinkinderen kunt aanwijzen. Het programma voor dit najaar is: Maandag 4 october. Theorieavond over wintergasten. Het verhaal over de vogels die we de komende maanden kunnen zien.
Zondag 10 october. Dagexcursie naar de Rieselfelder bij Münster. Maandag 11 october. Theorieavond over de inrichting van je eigen tuin of terras: waar vogels graag komen en een ideale plek is voor eigen waarnemingen. De cursus wordt gegeven door experts op vogelgebied van de drie verenigingen. De theorieavonden zijn op de maandagavond, 20.00 uur in het NIVON centrum aan het Berfloplein. De kosten zijn 6 euro voor leden en 9 euro voor niet leden (inclusief koffie). Gaarne vooraf aanmelden bij Wytze Boersma, telefoon 074 3762711 , email
[email protected].
septemberi 2004, pagina 4
Heide schonen enz. Op 29 augustus j.l. nam Gerrit van Zalk een paar terreinen die ons na aan het hart liggen in ogenschouw. Hierna een beknopt verslag. Bentelerheide Waarschijnlijk dank zij de vele neerslag in deze zomer was de waterstand bevredigend. Bij de toegang aan de noordzijde zijn in de heide enkele delen geplagd en is veel Zonnedauw verschenen. In het vochtige valleitje stond de Beenbreek er goed bij. Het Veenmos begint zich iets te herstellen. Door de droge zomer van het vorig jaar is er teveel opslag gekomen en heeft op sommige plekken het Haarmos het Veenmos enigermate
verdrongen. De bemeste produktieweide en nog meer de erachter liggende maisakker zijn nog steeds een grote zorg. Op het eerder afgeplagde gedeelte aan de oostzijde begint naast de Zonnedauw ook de Moeraswolfsklauw zich uit te breiden. Op het
nog oostelijker gelegen blauwgraslandje is veel te veel opslag van jonge dennen. Drekkersslat Ook op dit terrein (bij de meesten van ons beter bekend als het Boddenbroek) was de waterstand goed en konden de natte delen niet zonder laarzen worden betreden. Waar het dennenbos is gekapt, begint zich de heide goed te ontwikkelen. Ook hier weer Zonnedauw als pionierplant. Wel moet ook hier de opslag worden vewijderd. Dus er is werk genoeg! Op de eerder geplagde heide ontwikkelt de Moeraswolfsklauw zich goed. Langs de greppel door het natte gedeelte is jammer genoeg nog steeds niets afgeplagd, waardoor het vetblad dat hier voorkwam geen kans krijgt. Zorgelijk is ook dat het naastgelegen weilandje is omgezet in een maisakker. Volgens het Provinciaal landschapsplan zou hier zou hier een soort bufferzone moeten komen. Kerkvelder voetpad Aan de oostzijde van het pad hoorde ik veel kabaal en geschreeuw. Eerstejaars studenten uit Rotterdam waren bezig met het schonen van de heide onder toeziend oog van ouderejaars die in groepjes verspreid zaten. Netjes in het pak met stropdas schreeuwden ze hun commando's om de foeten aan het werk te houden. Ik vindt het een uitstekende gedachte om op deze manier de ontgroening te vieren. Het is gezond werk in de buitenlucht en nog erg nuttig ook. Dit verdient navolging. Gerrit van Zalk
Informatie over Natuurboeken Een belangrijke bron van informatie voor natuurliefhebbers blijven natuurgidsen en natuurboeken. Men wil dan ook graag op hoogte blijven van nieuwe uitgaven. Naast de tijdschriften met de beschrijvingen en een regelmatig bezoek aan de boekwinkel biedt ook internet mogelijkheden. De nieuwe uitgaven van onze KNNV kan men op de site van de KNNV vinden: www.knnv.nl. Verder hebben ook veel uitgeverijen een eigen site.
Een actueel overzicht van heel veel natuurgidsen en natuurboeken uit Nederland en omliggende landen vindt men bij boekwinkel Meijs (www.meijsnatuurboeken.com). Heel overzichtelijk kun je zien wat er allemaal beschikbaar is. Je staat versteld wat er allemaal gepubliceerd is op het terrein van flora en fauna. Jan Zwienenberg
septemberi 2004, pagina 5
Enkele ontmoetingen in de natuur Langs de IJssel - 6 juli 2004 Op een fietstocht langs de IJssel van Zwolle naar Zalk kwam ik in gesprek met een jonge boer die vrij positief gestemd was over de stand van de natuur. Hij dacht dat ooievaars en reigers zich aan het uitbreiden waren en meende dat dit te danken was aan minder gebruik van de gifspuit langs de slootkanten. Hierdoor zouden kikkers en vissen in aantal zijn toegenomen. In de buurt van Zalk zijn twee ooievaarsnesten met jongen.
Ook het aantal wulpen en grutto's was dit jaar toegenomen, meende hij. Hij beheert zijn grasland als beschermd broedgebied. Opvallend waren de grote aantallen ganzen, aalscholvers, reigers en ooievaars in de grote en brede slenken die in de uiterwaarden zijn gegraven. De vogels hebben hier geen last van de scheepvaart. Jammer was dat de meest dijken al waren gemaaid. Op randje distels tegen een heg zagen we nog een Putter. En vlak voor het Engelse Werk bij Zwolle zagen we een mooie IJsselflora van Knikkende distel, Kruisdistel, Pastinaak, Echt walstro, Wilde cichorei, enz. Goor - 12 juli 2004 In Goor had ik een ontmoeting met ons (inmiddels hoogbejaarde) lid de heer Wolthuis in zijn nieuwe flat in " Het Stoevelaar " aan de Markelose weg in Goor. Hij woont er vijfhoog en heeft een prachtig uitzicht over de gehele Meene, vanaf de Goorse watertoren tot aan de Heriker berg. Hij vertelde over een bijzondere plant die hij had ontdekt in de Meene. Samen zijn we erheen gegaan via een sluippaadje door de struiken, de Markelose
weg over en aan de andere kant een zandwegje in. Hier aan een slootkant stond de Grote bevernel, bij oppervlakkige beschouwing te verwarren met Zevenblad. Met het klimmen der jaren hebben interesse en opmerkingsgave Wolthuis bepaald niet in de steek gelaten. Van zijn geologische verzameling heeft hij alleen de mooiste stukken naar zijn nieuwe huis kunnen meenemen. De Borkeld - 13 juli 2004 Bij een bezoek aan een oud en afgesloten gedeelte van De Borkeld had ik een ontmoeting met een leerling van Staatsbosbeheer. Hij was boompjes aan het ringen (rondom de stam een ring uit de bast verwijderen, zodat de boom langzaam doodgaat). Het is een experiment van SBB als alternatief van omzagen omdat hierbij de stobben opnieuw kunnen uitlopen en spuiten doet men liever niet. De man moest nog wel iets leren, want de berk was bij hem een veldesp en de krentenboom een vogelkers. Mijn broer kwam in hetzelfde gebied oog in oog te staan met een vos. Later, in een gesprek met de boswachter vertelde deze dat hij in een ravijntje vijf jonge vossen had zien spelen. Het was waarschijnlijk de moervos die mijn broer had gezien. Het dier liep rustig weg om hem uit de buurt van de jongen weg te lokken. Zo slim als een vos ging ook nu weer op. De boswachter was afkomstig uit Veenwouden (Friesland) en was hier te gast om foto's te maken voor een natuurproject. Ik wees hem op een St. Jansvlinder en op een grote Rapakivizwerfsteen (Fins gesteente, na de voorlaatste ijstijd achtergebleven. Verder zagen we nog Gevlekte orchis, Ogentroost, Stekelbrem, Hazepootje, Tormentil, Knoopkruid en verschillende klavers. Er vlogen behalve St. Jansvlinders veel Zwartsprietdikkopjes en Koevinkjes. Gerrit van Zalk
De Pluimvoetbij Op onze excursie langs het kanaal AlmeloNordhorn op 25 juli 2004 (een vrij warme maar bewolkte dag) troffen we in de berm van de Grensweg waar deze het kanaal overgaat veel nesten van de Pluimvoetbij (Dasypoda hirtipes) aan. Langs de weg lag een versuft vrouwtje van de Pluimvoetbij waarvan we de goudgele haarbosjes (pluimen) op de achterpoten goed konden bekijken. Met deze pluimen vegen ze het uitgegraven zand van hun nestopening weg en
kunnen ze grote hoeveelheden stuifmeel verzamelen. Boven de berm vlogen “grijze” bijen. Dit zijn waarschijnlijk de mannetjes van de Pluimvoetbij. In verband met de verkeersveiligheid wordt de berm regelmatig gemaaid. De plantengroei in de berm blijft daardoor laag en schraal. De Pluimvoetbij is in Nederland in de duinen en op de hogere zandgronden vrij algemeen. Bert Oude Egbrink septemberi 2004, pagina 6
Planten in straatputten Elk jaar organiseert de Contactcommissie voor Floristiek en Vegetatiekunde van de KNNV een contactdag. Hier staat dan de vegetatie van bepaald gebied of streek centraal. Enige jaren geleden stond de stad centraal. Een van de lezingen ging over een onderzoek in Utrecht waarbij vele duizenden straatputten onderzocht zijn op het voorkomen van planten. Er bleken nogal wat varens in voor te komen. Vanuit onze afdeling waren we goed vertegenwoordigd. Op de terugreis vroegen we ons af of er ook in bijvoorbeeld Hengelo planten zouden groeien in straatputten. Een systematisch onderzoek sprak echter niemand van ons aan. De wetenschap dat er in zo’n putje wel eens wat zou kunnen groeien, bleef mij bezighouden. Dus zo nu en dan maar eens ergens kijken. Begin van deze zomer inventariseerde ik een stedelijk kilometerblok en op de hoek van de Lansinkesweg en de W. de Clercstraat viel mijn oog op een aantal grote bladen in de goot. Tot mijn verbazing was het een Witte paardekastanje die in een straatput groeide. Er staat daar een aantal forse kastanjes.
Jan Zwienenberg
Nieuwsbrief hoofdbestuur KNNV m.b.t. WA-verzekering Regelmatig wordt aan het landelijk bestuur gevraagd of en hoe de KNNV’er is verzekerd. Het antwoord op de eerste vraag is ja, het antwoord op de tweede vraag is uitgebreider en volgt hieronder. Allereerst moet worden opgemerkt, dat momenteel een herziening van de verzekeringsvoorwaarden plaats vindt. In grote lijnen zal daarbij de dekking gelijk blijven., maar in detail kunnen er dan afwijkingen optreden ten opzichte van het hierna vermelde. Dit zal in elk geval gelden voor de verzekerde bedragen, die nu nog in guldens zijn vermeld.
geldt voor de gehele wereld met uitzondering van de Verenigde Staten en Canada.
Soort verzekering Landelijk heeft de KNNV een WA-verzekering (wettelijke aansprakelijkheid) afgesloten. De WAverzekering geldt voor KNNV-leden gedurende KNNV-activiteiten. Alleen op het landelijk bureau geregistreerde leden zijn verzekerd. Donateurs en introducés zijn niet verzekerd. De verzekering
Wat is verzekerd? Verzekerd is de aansprakelijkheid voor schade aan personen (letselschade) of aan zaken (materiële schade). Ook is medeverzekerd de aansprakelijkheid voor schade aan zaken van derden welke in huur of in bruikleen zijn (de zgn. opzichtschade). Hierbij geldt overigens een eigen risico van Fl 500,-.
Wie is verzekerd? De verzekering dekt de aansprakelijkheid van de volgende verzekerden: de vereniging inclusief alle afdelingen en werkgroepen; de besturen en bestuursleden als zodanig; het personeel en de stagiaires; de leden, ook ten opzichte van elkaar, voor zover zij in verenigingsverband optreden.
septemberi 2004, pagina 7
Welke aansprakelijkheid is gedekt? Gedekt is: wettelijke aansprakelijkheid; contractuele aansprakelijkheid (wanneer een overeenkomst is gesloten, die niet wordt nagekomen); aansprakelijkheid volgens artikel 1638X van het burgerlijk wetboek (de werkgever is aansprakelijk voor de veiligheid van de vrijwilliger); onderlinge aansprakelijkheid (de aansprakelijkheid van de ene vrijwilliger jegens de andere).
Verzekerd bedrag Per gebeurtenis bedraagt het verzekerd bedrag ƒ 2.500.000,-, met een maximum per verzekeringsjaar van ƒ 5.000.000,-. Het eigenrisico per gebeurtenis bedraagt ƒ 100,voor schade aan zaken (met uitzondering van de opzichtschade als hiervoor aangegeven).
Niet verzekerd In het algemeen geldt, dat de verzekering niet van kracht is indien en voor zover een schade wordt gedekt door een andere verzekering, ook al is deze van jongere datum. Voorts niet verzekerd:
het eigen risico van elders lopende verzekeringen; aansprakelijkheid voor schade tijdens het komen en gaan van huis; de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van diefstal, vermissing of verwisseling van zaken. Evenmin is gedekt de aansprakelijkheid voor schade, die verband houdt met het houden, gebruiken of besturen van motorvoertuigen.
Procedure Bij schadegevallen dient in eerste instantie de eigen particuliere WA-verzekering te worden aangesproken. De verzekering via de KNNV is niet meer dan een vangnetconstructie en extra zekerheid voor het geval dat een eigen particuliere verzekering ontbreekt. Schades zoals hierboven vermeld, dienen zo spoedig mogelijk te worden vermeld aan het landelijk bureau (Annelies Römer), dat in overleg met de melder en de verzekeraar vervolgens voor afwikkeling zal zorgen. Ook bij twijfelgevallen is het verstandig het landelijk bureau te raadplegen. Jelle Schuurmans
Pholiota aurivella septemberi 2004, pagina 8