Expert studie naar het innovatiebeleid Expert studie naar het innovatiebeleid van de provincies Gelderland en Overijssel in het kader van
De Herijking van het Sociaal Economisch Beleid
SCIENCEWORKS BV KONINGINNEGRACHT 27 2514 AB DEN HAAG T. +31 (0)70 ‐ 750 86 40 F. +31 (0)70 ‐ 358 44 75
[email protected] WWW.SCIENCEWORKS.NL
Inhoudsopgave Inleiding Deel 1 ee – Inventarisatie en Analyse e ta sat e e a yse • • • • •
Triangle Valleys: Food, Health & Technology Triangle Opkomende clusters: EMT, Maakindustrie en Mode Provinciaal Innovatiebeleid Internationale vergelijking Oost Nederland
Deel 2 – Perspectief p • • • • •
Nationaal en internationaal perspectief: Kernclusters en satellietclusters Bedrijfsperspectief: Open Innovatie Academisch perspectief: Valorisatie S i ff P Spin‐off Perspectief: Gazellevorming bevorderen i f G ll i b d Programmaperspectief: “de Gezonde Mens”
Deel 3 – Aanbevelingen voor instrumentarium en beleid Responsgroep ScienceWorks team Bijlagen EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
2
Inleiding Inleiding
Achtergrond: Gezien de fundamentele veranderingen van het economische landschap in de afgelopen 18 maanden, staat de provincie Gelderland (in afstemming met Overijssel) voor de taak tot herijking van hun sociaal‐economisch beleid. Vraagstelling: ScienceWorks is gevraagd om binnen de context van de Herijking een expert‐ visie te geven op het innovatiebeleid van de provincies. Hierbij zijn de volgende ii t h ti ti b l id d i i Hi bij ij d l d specifieke focusgebieden aangeven: •
De drie Triangle valleys: Food Valley, Health Valley en de Technology Valley* (hoofdonderwerp)
•
De opkomende clusters: Energie en Milieutechnologie, Biomassa Agroketens, de Achterhoekse Maakindustrie en Mode
• •
Het financiële instrumentarium van de provincies De effecten van een toekomstige versnelde verglazing
* Technology Valley is geen officiële benaming. In deze rapportage wordt het gebruikt als referentie naar high-tech spelers en activiteiten binnen de regio Twente, met inbegrip van het Innovatieplatform Twente (IPT), het Kennispark en de Twentse Innovatieroute. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
3
Context Inleiding
Economische crisis •
0,6% krimp werkgelegenheid (6.200 banen) in Gelderland*
•
0,3% krimp (1357 banen) in Overijssel **
•
bezuinigingen ter hoogte van 60 M€ (prov. Gelderland) en 30 M€ (prov. Overijssel)
Demografische ontwikkelingen •
Dalende Bevolkingsgroei (Bevolkingsgroei Overijssel 0 2% per jaar Oost Nederland 3 %***)) (Bevolkingsgroei Overijssel 0.2% per jaar, Oost Nederland 3 %
•
Meer mensen in steden (in 2025 woont 61% van de Nederlanders in steden ***)
•
Vergrijzing (in 2040 zal 25% van de bevolking 65 jaar of ouder zijn****)
Pieken in de Delta: Terugdringen van het aantal pieken definiëring van kristallisatiepunten Terugdringen van het aantal pieken, definiëring van kristallisatiepunten Inbedding regionaal innovatiebeleid in de nationale sleutelgebieden en * Bron: Provinciale Werkgelegenheids Enquête Gelderland Europese programma’s ** Bron Arbeidsmarktprognoses Overijssel 2010 ** Bron: Arbeidsmarktprognoses Overijssel 2010 *** Bron: Oost Nederland maakt het ****Bron: Hedenmorgen 2006 ‐ 2040 EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
4
Onderzoeksaanpak Inleiding
Observaties, analyses en aanbevelingen in dit rapport zijn gebaseerd op vier aspecten: • Expertise van de drie aan dit onderzoek verbonden experts: Frans van V ht P t Nijk Vught, Peter Nijkamp en Andre Oosterlinck A d O t li k • Literatuurstudie van publiekelijk beschikbare beleidsdocumenten • Interviews met 49 belanghebbenden I t i t 49 b l h bb d • Modellering met behulp van het Technopolicy Model en vergelijking met drie (inter)nationale regio’ss drie (inter)nationale regio
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
5
Expert team Inleiding
Prof. dr. Peter Nijkamp Nederlands econometrist; universiteitshoogleraar aan de Vrije Universiteit in Amsterdam voormalig president ‘Nederlandse Organisatie Universiteit in Amsterdam; voormalig president ‘Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek’ (NWO); voormalig president ‘European Heads of Research Councils’ (EUROHORCS) Prof. dr. ir. André Oosterlinck Hoogleraar aan de Katholieke Universiteit Leuven; oud‐rector magnificus Katholieke Universiteit Leuven; Voorzitter associatie K.U. Leuven; vice‐ president van IMEC; voorzitter ELAT driehoek Prof. dr. Frans A. van Vught Hoogleraar Bestuurskunde; lid Group Societal Policy Advisors van de Europen Commission; president European Centre for Strategic Management of Universities (Esmu); voorzitter bestuur Netherlands’ House for Education and Research (Nether), voormalig Rector en voorzitter van de Universiteit Twente
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
6
TPN model Inleiding
Plaatje j YY
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
7
TPN model Inleiding
Plaatje YY
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
8
Deel 1 – Inventarisatie en Analyse y Triangle Valleys: Food, Health & Technology Triangle Opkomende clusters: EMT, Maakindustrie en Mode Provinciaal innovatiebeleid Internationale vergelijking Oost Nederland
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
9
Food Valley Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Productie van voedsel, kennis over deze processen en innovatie binnen de sector vormen een onomstreden nationale sterkte. Het epicentrum van deze Nederlandse sterkte is te vinden in de FoodValley (het zuidwesten van de Gelderse Vallei) waar o a de internationale (het zuidwesten van de Gelderse Vallei), waar o.a. de internationale kennisinstellingen als Wageningen Universiteit en Research centrum (WUR), het Top Instituut Food en Nutrition en NIZO Food Research gevestigd zijn. Stichting Food Valley (FV) is een clusterorganisatie met een sterke regionale verankering in de Gelderse Vallei (de FoodValley). In deze clusterorganisatie zijn zowel bedrijfsleven, kennisinstellingen als de overheid vertegenwoordigd. j j , g g g Met het oog op de mondiale trends en de huidige economische recessie is de noodzaak geconstateerd om de ambities van FV in een hoger tempo te verwezenlijken Dit gebeurt aan de hand van de ‘Food verwezenlijken. Dit gebeurt aan de hand van de Food Valley ambitie 2020 ambitie 2020’, die die tevens een handreiking biedt naar alle stakeholders om gezamenlijk de kansen op te pakken (draagvlakcreatie) en ze te verankeren binnen overige bestaande regionale wensen in de Gelderse Vallei. i l i d G ld V ll i EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
10
Food Valley: TPN Analyse Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse
De behaalde score ‘publiek R&D’ is relatief hoog. De oorzaak hiervoor dient vooral gezocht te worden in de aanwezigheid van verschillende onderzoeksinstituten en het verschillende onderzoeksinstituten en het DLO dat zich binnen dit cluster heeft gevestigd.
Publiek R&D
5 Het resultaat dat behaald is op ‘privaat 4 R&D’ is daarnaast relatief laag. Dit komt organiserend vermogen 3 doordat het de regio ontbreekt aan echt 2 1 grote bedrijven met een eigen R&D‐ 0 afdeling. De relatief hoge kwaliteit van de afdeling. De relatief hoge kwaliteit van de ondernemerschap ondernemerschap wetenschappelijke capaciteit vertaalt zich faciliteiten dus nog onvoldoende in het aantrekken private investeringen in van privaat R&D naar de regio. De score ‘talent’ is aan de lage kant doordat de universiteit relatief klein is en de regio weinig grote werkgevers kent in zowel het publieke als private domein. p p
ondernemerschap
Privaat R&D
Talent Publiek investeringskapitaal
Food Valley g Triangle
Het behaalde resultaat op ‘publiek investeringskapitaal’ is relatief laag doordat het aantal verschafte pre‐seed & seed d fondsen dat gemiddeld verstrekt f d d t idd ld t kt wordt per jaar relatief klein is. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
11
Food Valley: SWOT Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse
Strengths
Weaknesses
• Internationale status op het gebied van toegepast p g g p onderzoek (WUR, NIZO en TIFN) geeft grote nationale en internationale uitstraling aan het cluster.
• Geen succesvolle acquisitie van internationale q bedrijven naar de regio, ondanks grote renommee van Wageningse kennisinstellingen.
• Sterke branding van het merk Food Valley.
• Discrepantie tussen nationale innovatieprogramma’s en regionaal clusterbeleid leidt tot versnipperde en regionaal clusterbeleid leidt tot versnipperde internationale profilering en onvoldoende organsatorische daadkracht.
• Breed gedragen regionale ambities geformuleerd in FoodValley 2020. • Goede ondersteuning vanuit beleidsgremia.
• Onvoldoende prioriteit voor het vestigen en behouden van R&D intensieve bedrijven.
Opportunities
Threats
• Intensievere samenwerking tussen rijk, regionale clusters en kristallisatiepunt om tot effectievere internationale PR en acquisitie te komen.
• Het gedecentraliseerde valorisatiebeleid van de WUR kan de indruk wekken dat valorisatie geen hoge prioriteit heeft op CvB niveau.
• Regionale samenwerking intensiever vormgeven en Regionale samenwerking intensiever vormgeven en daarmee een verbetering van het vestigingsklimaat.
• onvoldoende attractiviteit en concurrentievermogen onvoldoende attractiviteit en concurrentievermogen van het cluster binnen Europa en de VS kan de leidende • Prominentere rol voor Nederlandse multinationals zal positie van Wageningen aantasten. leiden tot sterkere verclustering. • R&D intensief bedrijfsleven kan onder de grens van de kritische massa komen kritische massa komen.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
12
Health Valley Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Het regionale werkgebied Health Valley beslaat ongeveer het gebied tussen de Universiteit Twente en Oss, met daarin als centraal verbindingspunt het UMC St. Radboud in Nijmegen De meeste samenwerking vindt plaats tussen het UMC en de Radboud in Nijmegen. De meeste samenwerking vindt plaats tussen het UMC en de opleiding Technische Geneeskunde van de Universiteit Twente. Daarnaast zijn er verbindingen met MSD (het voormalige Organon) in Oss en Philips in Eindhoven. De netwerkorganisatie Health Valley D k i i H l h V ll heeft de ambitie om nieuwe producten, diensten h f d bi i i d di en bedrijvigheid in de Health Valley regio op gang te brengen en te ontwikkelen. Dit doet zij door regionale partijen op het gebied van gezondheid intensief te laten samenwerken en activiteiten op elkaar af te stemmen op vier focusgebieden samenwerken en activiteiten op elkaar af te stemmen op vier focusgebieden. Tijdens het Health Valley evenement op 17 maart in Nijmegen werd een nieuwe strategie voor medische activiteiten in het Oosten van Nederland gepresenteerd: de ‘R d M d T h Highway’. Hiermee worden enerzijds de technologische activiteiten op ‘Red Med‐Tech Hi h ’ Hi d ijd d h l i h i i i de as Enschede, Nijmegen en Eindhoven door een virtuele snelweg met elkaar verbonden alsmede de pharma‐activiteiten (rode biotech) op de as Nijmegen ‐ Oss. B Bovendien voorziet het concept verdere samenwerkingsverbanden met Groningen, di i th t t d ki b d tG i Leuven, Aken en Münster. Door deze samenwerkingsverbanden wordt onderstreept dat regionale samenwerking op innovatiegebied niet gebonden is aan grenzen.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
13
Health Valley TPN Analyse De behaalde score De behaalde score ‘privaat privaat R&D R&D’ in de in de regio Health Valley komt voor een onevenredig groot deel op het conto van NXP;
Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse
De score ‘talent’ is hoog door een relatief grote universiteit, veel HBO‐opleidingen en het feit dat de beroepsbevolking rondom Arnhem/Nijmegen een relatief hoog Arnhem/Nijmegen een relatief hoog organiserend vermogen opleidingsniveau kent. Het resultaat bij ondernemerschap faciliteiten blijft achter, doordat het science park nog klein is en de diensten in de incubators nog niet volledig geïntegreerd zijn. Met de komst van de nieuwe Novio Tech Campus en een 2 nieuwe Novio Tech Campus en een 2e Life Life Science incubator van het UMC kan dit aanzienlijk verbeteren; Het organiserend vermogen blijft achter bij de andere clusters, aangezien hier is gekeken naar het aantal FTE per clusterorganisatie zonder de werkzaamheden van Oost NV en Syntens y hierin mee te nemen.*
ondernemerschap ondernemerschap faciliteiten
Publiek R&D 5 4 3 2 1 0
Privaat R&D
Talent l
privaat investeringskapitaal
Publiek investeringskapitaal
Health Valley Triangle
* De bijdrage in FTE van shared service organisaties als Oost NV en Syntens is binnen de drie clusters gelijk verondersteld, waardoor dit in deze relatieve analyse niet tot verschillen leidt.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
14
Health Valley: SWOT Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse
Strengths
Weaknesses
• Met Red Med‐Tech Highway is meer focus aangebracht.
• Health Valley werd tot zeer recentelijk nog voornamelijk gezien als een Nijmeegs concept dat onvoldoende aansluiting heeft op l Nij d ld d l ii h f de agenda’s van het bedrijfsleven in die regio.
• Duidelijke ambitie binnen het UMCN om zich als UMC in te zetten voor regionale economische groei en valorisatie van wetenschappelijk onderzoek. • Technische Geneeskunde is een unieke studierichting die grote interesse van het bedrijfsleven opwekt. • Fysieke nabijheid van twee grote multinationals (MSD en Philips), twee Technische Universiteiten en de enige Landbouw Universiteit, maken de positie van het UMC als regionale partner sterk sterk.
• Geen uniform valorisatiebeleid binnen de Radboud Universiteit en het UMC. •Red Biotech en Med‐Tech zijn twee verschillende disciplines. Het verenigen van deze twee in een noemer schept verwarring. Bovendien vindt Red Biotech haar nationale kristallisatiepunt in Leiden.
Opportunities
Threats
• Med‐Tech kan een cluster van nationaal belang worden
• Twente moet samen met Nijmegen de centrale as gaan vormen van de Med‐Tech Highway. De twee universiteiten hebben echter een sterk verschillende cultuur als het gaat om toegepast onderzoek en valorisatie hetgeen de samenwerking kan bemoeilijken.
• Mits momentum wordt vastgehouden kan verdergaande samenwerking met Philips en MSD worden opgebouwd • Open Innovatie samenwerkingsverbanden als het CMI (Center for Medical Imaging met Siemens Medical Systems als derde for Medical Imaging, met Siemens Medical Systems als grote multinational) kunnen economische spin‐off genereren. • Samenwerking met Philips binnen het MITEC (Minimally Invasive Treatment Expert Centre) en het Donders Instituut biedt kansen voor het genereren van economische spin‐off voor de Nijmeegse regio.
•Links naar Wageningen, Munster, Leuven, Aken en Groningen liggen er vanzelfsprekend, echter dit kan tot onbestuurbaarheid van het nieuwe cluster leiden.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
15
Technology Valley Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
In Innovatieplatform Twente (IPT) zitten vertegenwoordigers uit regionale overheid, onderwijs‐ en onderzoeksinstellingen en ondernemingen. Vanaf 2005 werkt het IPT aan een lange termijnvisie op het gebied van innovatie. Een visie die aansluit bij de kwaliteiten, kracht en ambitie van de regio Twente. visie die aansluit bij de kwaliteiten, kracht en ambitie van de regio Twente. Het Innovatieplatform Twente heeft zorgvuldig onderzoek gedaan naar de kwaliteiten en sterktes van Twente. Vervolgens is tot een gezamenlijke i t integrale aanpak gekomen: de Technology l k k d T h l V ll Valley. Aanpak is gericht op het creëren van ‘Focus en Massa’. Er wordt dus gekozen om een beperkt aantal sectoren (focus) substantieel (massa) te ondersteunen p ( ) ( ) en te stimuleren.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
16
Technology Valley: TPN analyse Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
De behaalde score ‘publiek R&D’ is relatief laag, aangezien de universiteit relatief klein is en er geen grote onderzoeksinstituten en er geen grote onderzoeksinstituten aanwezig zijn. Dit verklaart mede ook de lage score bij ‘talent’. De score ‘privaat R&D’ is hoog door de relatief grote bijdrage van multinationals als Thales, Stork en TenCate, die doorslaat in de organiserend vermogen regio. Het resultaat dat behaald is op publiek Het resultaat dat behaald is op ‘publiek investeringskapitaal’ is hoog door de relatief grote hoeveelheid verstrekte pre‐seed en seedfondsen (zie sheet 70). Dit bevestigt dat Twente een intensieve ondernemerscultuur kent. De behaalde score op het ‘organiserend vermogen’ is hoog doordat het aantal FTE bij vermogen is hoog doordat het aantal FTE bij de clusterorganisaties van het Kennispark en het IPT samen relatief groot is. Verdere afstemming van taken tussen deze twee organisaties kan dit wellicht verder i ti k dit lli ht d versterken.
ondernemerschap faciliteiten
Publiek R&D Publiek R&D 5 4 3 2 1 0
Privaat investeringskapitaal
Privaat R&D
Talent Publiek investeringskapitaal
Technology Valley gy y Triangle
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
17
Technology Valley: SWOT Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse Strengths
Weaknesses
• Valorisatie is sinds vele jaren een integraal deel van de missie van de universiteit en de ondernemende mentaliteit is aanwezig g onder hoogleraren en onderzoekers
• Spin‐off bedrijfjes blijven veelal klein, geen Gazellevorming ((voor definitie zie sheet 68))
• Goede valorisatie infrastructuur en veel spin‐off bedrijven
• De link tussen regionaal bedrijfsleven en universitaire spin‐off bedrijfjes is nog niet sterk genoeg
• Intensieve samenwerking tussen universiteit, gemeente en provincie
• Het ontbreken van een eenduidige thematische profilering maakt dat er geen sprake is van duidelijke clusters maakt dat er geen sprake is van duidelijke clusters
• Interdisciplinaire onderzoeksinstituten sluiten goed aan bij de internationale trend dat innovatie op grensvlakken van disciplines plaatsvindt
• Er is een gebrek aan talent voor marketing en commercieel management als benodigde aanvulling op de kwaliteiten van high‐tech ondernemers
Opportunities
Threats
• Open Innovatie samenwerkingsverbanden, zoals TPRC (o.a. Boeing), T‐Exchange (Thales), AMMON (o.a. Ten Cate) en CMI (Siemens) kunnen een impuls geven aan de innovatiekracht van (Siemens) kunnen een impuls geven aan de innovatiekracht van de regio, met name ook internationaal
• Door uitblijven van een thematisch focus verliest Twente aan aantrekkingskracht, zowel voor bedrijven als voor (inter)nationale toponderzoekers (inter)nationale toponderzoekers
•Betrokkenheid van regionale industrie en gericht investeringskapitaal kan Gazellevorming bevorderen • Door te focussen op Med‐Tech Door te focussen op Med Tech kan Twente zich thematisch kan Twente zich thematisch nationaal en internationaal scherper profileren • Een HBO opleiding op het gebied van marketing en sales kan het hiaat in marketing en sales talent bij startende en doorgroeiende bedrijven opvullen doorgroeiende bedrijven opvullen
•Door het verplaatsen van activiteiten naar lagelonenlanden of afbouw van activiteiten na overname door buitenlandse multinationals bestaat het gevaar dat de industriële basis in de regio verder afneemt g • De vele verschillende gremia voor innovatie en valorisatie maken het Twentse systeem diffuus en potentieel minder slagvaardig
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
18
Vergelijking van de drie clusters Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse
organiserend vermogen organiserend vermogen
Publiek R&D 5 4 3 2 1 0
Privaat R&D Privaat R&D
ondernemerschap faciliteiten
Privaat investeringskapitaal
Talent
Publiek investeringskapitaal Health Valley Health Valley Food Valley Technology Valley Triangle
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
19
Deel 1 – Inventarisatie en Analyse y Triangle Valleys: Food, Health & Technology Triangle Opkomende clusters: EMT, Maakindustrie en Mode Provinciaal innovatiebeleid Internationale vergelijking Oost Nederland
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
20
Wetenschappelijke samenwerking binnen TRIANGLE Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse
# gez amelijke public caties
80 70 60 50 UT - RU
40
WUR - UT
30
WUR - RU
20 10
% publicatties in samenwerrking /publicatie totaal
0 2000
2002
2004
2006
2008
2010
Alleen op de as Twente ‐ Nijmegen is de samenwerking groter geworden
4.5% 4.0% 3.5% 3.0% 2.5%
2000 - 2004
2.0%
2004 - 2009
1 5% 1.5% 1.0%
Zowel vanuit WUR als vanuit RU bezien is de samenwerking is de samenwerking WUR WUR‐RU RU het meest intensief
0.5% 0.0% UT-RU vs UT
UT-RU vs RU
RU-WUR vs RU
RU-WUR vs WUR
UT-WUR vs UT
UT-WUR vs WUR
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
Bron: ISI Web of Knowledge
21
Top‐10 thema’s gemeenschappelijke publicaties (2005 – 2010) Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse Twente - Wageningen
Belangrijkste thema van inter van inter‐ universitaire samenwerking: • • •
BIOCHEMICAL RESEARCH METHODS CELL BIOLOGY BIOTECHNOLOGY & APPLIED … ENGINEERING, ENVIRONMENTAL
Twente – Wageningen: Chemie Nijmegen Twente: Medisch Nijmegen – Twente: Medisch Wageningen – Nijmegen: Biochemie en ecologie
CHEMISTRY, PHYSICAL POLYMER SCIENCE ENGINEERING CHEMICAL ENGINEERING, WATER RESOURCES ENVIRONMENTAL SCIENCES CHEMISTRY, MULTIDISCIPLINARY
0.00%
10.00%
15.00%
20.00%
25.00%
Wageningen - Nijmegen
Nijmegen - Twente IMMUNOLOGY
CHEMISTRY, PHYSICAL
GENETICS & HEREDITY
SURGERY
BIOTECHNOLOGY & APPLIED MICROBIOLOGY
ORTHOPEDICS UROLOGY & NEPHROLOGY
ENDOCRINOLOGY & METABOLISM
CLINICAL NEUROLOGY
PLANT SCIENCES
NEUROSCIENCES
MICROBIOLOGY
ONCOLOGY
ENVIRONMENTAL SCIENCES
PHYSICS CONDENSED MATTER PHYSICS,
BIOCHEMISTRY & MOLECULAR BIOLOGY
ENGINEERING, BIOMEDICAL
NUTRITION & DIETETICS
RHEUMATOLOGY
0.00%
5.00%
ECOLOGY
2.00%
4.00%
6.00%
8.00%
10.00%
12.00%
0.00 %
2.00 %
4.00 %
6.00 %
8.00 10.00 12.00 14.00 16.00 18.00 % % % % % %
Bron: ISI Web of Knowledge EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
22
Toegepast onderzoek en publiek private samenwerking Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Het verschil in aantal patenten per publicatie impliceert dat in Wageningen en Twente meer toegepast onderzoek wordt verricht dan in Nijmegen. Slechts één gemeenschappelijk patent tussen Wageningen en Nijmegen in de periode 2000 – 2010. Wageningen en Twente doen meer publiek‐privaat onderzoek dan Nijmegen Universiteit
# patenten 2000 # patenten 2000 ‐ 2010
% patent/publicatie % patent/publicatie
Twente
35
0.4%
Nijmegen
26
0.1%
W Wageningen i
57
0 4% 0.4%
Bron: World Intellectual Property p y Organization
Internationale rangorde gebaseerd op percentage publiek‐private onderzoekspublicaties Universiteit Twente Nijmegen Wageningen
Alle wetenschappen
Natuurwetenschap‐ pen en wiskunde
Medische en gezondheids‐ wetenschappen
Life Sciences en landbouw
Ingenieurs‐ wetenschappen en ICT
Sociale en humane wetenschappen
11‐25
51‐100
1‐10
1‐10
101‐200
51‐100
201‐300
101‐200
201‐300
51‐100
301‐400
26‐50
26‐50
101‐200
400+
1‐10
400+
201‐300
Bron: CWTS University‐Industry Research Cooperation Scoreboard 2009‐2010 EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
23
Triangle Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Nijmegen – Twente •
Snelst groeiende samenwerking (gebaseerd op aantal gemeenschappelijke publicaties).
•
SSamenwerking ki tussen Twente en Nijmegen loopt T Nij l voorall via de opleiding i d l idi technische h i h geneeskunde. Op k d O thema’s als ‘minimale invasieve chirurgie’ wordt intensief samengewerkt tussen beide universiteiten.
•
Synergie en samenwerking op de thema’s micro‐ en nanotechnologie, ‘halfgeleiders’ (middels NXP).
•
Kansen voor samenwerking op het gebied op het gebied van renewable energy binnen van renewable energy binnen het energie het energie en milieu technologie en milieu technologie cluster.
Nijmegen – Wageningen •
Uit interviews is gebleken interviews is gebleken dat samenwerking niet wordt “gevoeld”. gevoeld . Gezien Gezien het aantal het aantal gemeenschappelijke publicaties is deze samenwerking wel altijd sterk geweest. Deze tegenstelling komt doordat Wageningen voornamelijk samenwerkt met de Universiteit Nijmegen en niet zozeer met het UMC.
•
Wetenschappelijke samenwerking Nijmegen – Wageningen loopt vooral via biochemie en ecologie.
•
Biochemie vindt aansluiting bij zowel de thema’s food als Med‐Tech (moleculaire diagnostiek).
Wageningen – Twente •
Synergie op gebieden nanotech en renewable energy (specifiek biomassa conversie).
•
Binnen het cluster food wordt samengewerkt op het gebied van nanotechnologie en voedselproductieprocessen.
•
De samenwerking tussen Wageningen en Twente op het gebied van valorisatie gaat gemakkelijk omdat b id beide universiteiten zich concentreren op toegepast onderzoek en een cultuur hebben wat betreft i it it i h t t t d k lt h bb t b t ft valorisatie van onderzoek. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
24
Deel 1 Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐ Inventarisatie en Analyse
Deel 1 – Inventarisatie en Analyse y Triangle Valleys: Food, Health & Technology Triangle Opkomende clusters: EMT, Maakindustrie en Mode Provinciaal innovatiebeleid Internationale vergelijking Oost Nederland
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
25
Energie‐ en Milieutechnologie (EMT) Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
~ 8000 arbeidsplaatsen in energiesector Gelderland en Overijssel* Grote nationale spelers in de electriciteitssector met Alliander, NUON, KEMA en Essent. 31% S 31% SenterNovem N S SmartGrid G id projecten in Gelderland** j i G ld l d** 23% banen bio‐energie in Oost Nederland** Met de Universiteiten Met de Universiteiten Wageningen, Twente Wageningen Twente en Nijmegen en TNO 4 en Nijmegen en TNO 4 kennisinstellingen in de regio op het gebied van biomassa conversie. 7% van de onderzoeksactiviteit en 8% van de bedrijvigheid op het gebied van ‘solar photo voltaics’ vindt plaats in Gelderland. De aantrekking van een zonnecellenfabrikant naar het NXP terrein is in beeld. Dit levert naar verwachting 350 directe 350 directe arbeidsplaatsen op en 500 indirecte op en 500 indirecte arbeidsplaatsen. * Bron: Bureau Economisch Onderzoek, Provincie Gelderland ** Bron: Ruimtelijke clusters in de Life Sciences & Health en Energie in Nederland ‐ Quick Scan, Roland Berger EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
26
kiEMT Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Energie en mileutechnologie Energie‐ en mileutechnologie (EMT) in Gelderland is georganiseerd in stichting (EMT) in Gelderland is georganiseerd in stichting kiEMT. kiEMT is tot dusverre niet erkend als Piek in de Delta, en heeft derhalve een beperkt budget van 300 k€/jaar, die voor 75% is gefinancierd door bedrijven. Binnen het EMT netwerk zijn de werkzaamheden onderverdeeld in 5 subclusters: – – – – –
Water‐ en brandstofcel technologie Zonne‐energie Energieneutraal bouwen Biobased economy Smart Grids
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
27
EMT: observaties Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Het EMT cluster kan intensiever aansluiten bij de kennisinstellingen, vooral de link met de Universiteit Twente zal naar de toekomst toe dienen te worden verstevigd. EMT biedt natuurlijke aanknopingspunten om dwarsverbanden tussen de drie universiteiten te leggen. Biomassaconversie, algenproductie en nanotechnologie voor bijvoorbeeld zonnecellen zijn disciplines die binnen de drie universiteiten voorhanden zijn. Daarnaast liggen er mogelijkheden om op het gebied van Smart Grids water en brandstofceltechnologie en zonne‐energie samen te en brandstofceltechnologie en zonne energie samen te om op het gebied van Smart Grids, water‐ werken. Door de grote bedrijvigheid op met name electriciteitsnetwerken en distributie, moeten innovatieve thema’s i ti th ’ op dit dit vlak, zoals l k l bijvoorbeeld bij b ld SmartGrids, extra kracht S tG id t k ht krijgen. Dit k ij Dit kan k door d samenwerking met de kennisinstellingen te stimuleren of door bijvoorbeeld open‐innovatiecentra in te richten. O k op het thema h h bi i heeft h f Oost O Nederland een N d l d di i b d moet gaan Ook bio‐energie voorsprong die uitgebouwd worden middels gericht beleid. Door de overname van Essent en NUON, liggen er kansen om ook op innovatief gebied de banden met Duitse (RWE en E.ON) of Zweedse partners (Vattenfall) te intensiveren. ( ) f d ( f ll) Binnen de Nationale Innovatieagenda Energie kan er aangesloten worden op de thema’s Duurzame Elektriciteitsvoorziening, Groene Grondstoffen en Gebouwde Omgeving.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
28
Maakindustrie Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Sterke concentratie maakindustrie in Oost Nederland, Twente en de Achterhoek in het bijzonder. De metaal en elektrotechniek sector in Oost Nederland is goed voor ~75 000 banen, de overige industrie voor nog eens ~70 000 banen* industrie voor nog eens ~70 000 banen* De Achterhoekse maakindustrie wordt ondersteund door het Achterhoeks Centrum voor Technologie (ACT). Deze organisatie koppelt maatwerk aan de sterke regionale identiteit van het gebied en benut het historisch gegroeide concept van nabuurschap voor netwerkvorming. Het ACT is van het bedrijfsleven en voor het bedrijfsleven, hetgeen het een grote kracht geeft. De maakindustrie heeft altijd belangrijke verbindingen gehad met Duitsland, in het bijzonder het De maakindustrie heeft altijd belangrijke verbindingen gehad met Duitsland, in het bijzonder het Ruhrgebied, zowel qua samenwerkingsverbanden als qua afzetmarkten
* Bron: Bureau Economisch Onderzoek, Provincie Gelderland R&D Dichtheid Metaal/apparaten**
Indicaties van effecten kenniseconomie, hoogwaardige industrie**
** Bron: Bureau Louter: Economische Monitor Zuid‐Holland 2009
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
29
Maakindustrie: regionale centra en industrial leaders
Open Innovatie binnen de maakindustrie in Oost Nederland kent een top‐down en een bottom‐up benadering: Advanced Materials Manufacturing Oost Nederland (AMMON) beoogt Nederland (AMMON) beoogt het het Advanced Materials Manufacturing Oost versterken van de Oost Nederlandse maakindustrie door Open Innovatie business proposities te creëeren waarin de grote regionale spelers leidend zijn. Spelers: Ten Cate, TKH, Vredestein, Norit, Greenfields, Belakos, Universiteit Twente en Saxion Hogescholen Regionale centra voor technologie (RCT’ss, naar voorbeeld van het naar voorbeeld van het Regionale centra voor technologie (RCT Achterhoeks Centrum voor Technologie) brengen kennisinstellingen en midden‐ en kleinbedrijf via een 'makelaar' met elkaar in contact om innovatie te stimuleren. Centra: Achterhoek, Veluwe, De Vallei en Rivierenland
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
Grootte van hett geadresseerde be edrijfslev ven
Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
AMMON
RCT’s
30
Maakindustrie: observaties Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Zowel in Twente als in de Achterhoek heeft de sector de neiging naar binnen gericht te zijn. Dit zijn Dit terwijl er juist kansen liggen in de samenwerking in de samenwerking met met universiteiten en clusters buiten de regio. Het is daarom aan te bevelen om met behulp van initiatieven als RCT’s en AMMON samenwerking met universiteiten en clusters versterkt na te streven. De overeenkomsten tussen de Achterhoek en Twente zijn dusdanig groot, dat j gg het voor de hand ligt om een intensievere samenwerking tussen deze twee regio’s na te streven. Vooral intensievere samenwerking met de Universiteit T t k d i ti k ht d A ht h k Maakindustrie M ki d t i Twente kan de innovatiekracht van de Achterhoekse versterken. Ook bieden dwarsverbanden met het EMT‐cluster en het Health Valley cluster kansen om het maakindustrie cluster te versterken.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
31
Mode Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Arnhem is een (potentiële) werk‐ , broed‐ en ontmoetingplaats met een prettig en artistiek creatieve klimaat voor jong talent en ondernemers. Steeds vaker lijken jong talent en ondernemers in de creatieve sector bewust voor Arnhem te kiezen. De stad weet vernieuwend innovatief en ondernemend creatief talent en bedrijven (creatieve industrie) aan te trekken, te behouden en te stimuleren, o.a. door: •
Goede onderwijs‐ en kennisinstellingen (e.g. Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN, ROC, ArtEZ, Radboud Universiteit), kunstacademie.
•
Spraakmakende (internationale) evenementen en projecten (Arnhem Mode Biënnale; World Statues Festival; Arnhem Nijmegen Cool Region Beeldenexpo; OK International Festival; Free Your; Mind Festival; Arnhem Nijmegen Cool Region, Beeldenexpo; OK International Festival; Free Your; Mind Festival en de Kunstroute).
•
Redelijk aanbod van tentoonstellingen, enkele interessante creatieve en innovatieve platforms
Op dit moment bestaat het mode cluster uit informele netwerken, waardoor het ontbreekt Op dit moment bestaat het mode cluster uit informele netwerken, waardoor het ontbreekt aan een duidelijke gezamenlijk belang en organiserend vermogen . Dit is terug te zien in het feit dat: • De huidige winkels op dit moment te korte openingstijden kennen waardoor de bezoekers voor een gesloten winkels staan. Dit komt omdat de startende ondernemers nog in loondienst zijn en geen kans zien om tegelijkertijd het bedrijf open te houden.
•
Het ontbreekt aan verzamelgebouwen waar creatie en presentatie samenkomen en die als knooppunten kunnen fungeren in een netwerk dat zich breed over de stad uitspreidt knooppunten kunnen fungeren in een netwerk dat zich breed over de stad uitspreidt.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
32
Mode: observaties Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
De stad Arnhem moet zich profileren als kenniscentrum op het gebied mode, vormgeving, productie, en marketing. De focus zal hierbij moeten d i d ti k ti D f l hi bij t liggen op het organiseren en versterken van het netwerk en het structureren van het mode cluster en daarbij behorende kenniskring (wellicht door de opzet van een duidelijke clusterorganisatie). De gemeente i.s.m. de provincie kan nog meer investeren in de culturele infrastructuur (e.g. geschikte ontmoetings‐ en werkplekken) van de stad door bijvoorbeeld bestemmingsplannen een creatieve invulling te geven, Bijvoorbeeld kan creatief ondernemerschap in gebouwen en gebieden j p g g worden gestimuleerd (bijv. betaalbare panden) en kunnen ateliers op bedrijventerreinen worden gevestigd. Een ‘creatief loket’ kan de cultuurkloof tussen creatief ondernemer en ambtenaar overbruggen, waardoor intensiever gebruik van gemeentelijke faciliteiten wordt gestimuleerd. gestimuleerd EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
33
Deel 1 – Inventarisatie en Analyse y Triangle Valleys: Food, Health & Technology Triangle Opkomende clusters: EMT, Maakindustrie en Mode Provinciaal innovatiebeleid Internationale vergelijking Oost Nederland
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
34
Innovatiebeleid Gelderland Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Doelstellingen: Het verzilveren van de kennis en innovatiepositie door Triangle te continueren en actief te gaan investeren in integrale gebiedsontwikkeling y Health en Food. van de Valley’s Versterken van het innovatievermogen MKB breed door faciliteiten en financieringsmogelijkheden beschikbaar te stellen. Ondersteuning van de opbloeiende regionale clusters: Energie en O d t i d bl i d i l l t E i Milieutechnologie, Biomassa agroketens/Bio based economy, Maakindustrie en Mode.
Bron:
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
Maak het in Gelderland
35
Innovatiebeleid Gelderland Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Resultaten (periode 2007‐2009): Totaal besteed budget door Provincie: 43,4 miljoen, waarvan • 13,6 miljoen euro aan cofinanciering van 36 PIDON innovatieprojecten 13,6 miljoen euro aan cofinanciering van 36 PIDON innovatieprojecten • 9,5 miljoen euro aan cofinanciering van 15 EFRO innovatieprojecten. De multiplier op Provinciegelden is berekend op een factor 5,3 Geschat totaal investeringsbedrag in innovatie: 170 miljoen euro (na multiplier) g g j ( p ) Focus op Triangle (drie innovatie netwerken; Health, Food en Technology Valley) wordt gecontinueerd en uitgebouwd. Tot nu toe 1,1 miljoen euro structurele financiering per jaar Realisatie van de ‘Food Valley ambitie 2020’ waarin de stakeholders gezamenlijk een visie voor 2020 neerleggen met een investeringsagenda van 4 285 miljard om binnen 10 jaar de voor 2020 neerleggen, met een investeringsagenda van 4,285 miljard, om binnen 10 jaar de leidende kennisregio te zijn op het terrein van de agrifood in Europa. Integrale gebiedsontwikkeling staat hierin centraal. Maakindustrie en MKB: vijf Regionale Centra voor Technologie zijn ingericht die het MKB ondersteunt bij het vormgeven van innovatiestrategieën en –processen en zoeken naar ondersteunt bij het vormgeven van innovatiestrategieën en –processen en zoeken naar financiering. Daarnaast is vormgegeven aan de volgende mkb instrumenten: MKB winstpunt, GELDerland, innovatievouchers en treed de overheid soms op als ‘launching customer’. Incidentele besteding: 2,5 miljoen Euro. EMT: aanvraag voor ‘EMT EMT: aanvraag voor EMT radar radar’ project is gehonoreerd en kiEMT project is gehonoreerd en kiEMT heeft een subsidie heeft een subsidie ontvangen om activiteiten voort te zetten. Bio based economy: geïnvesteerd in enkele groeikernen Mode: er wordt gewerkt aan een strategisch innovatieprogramma Mode.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
36
Algemene bevindingen Provinciaal Innovatiebeleid I Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
In de gevoerde gesprekken wordt positief geoordeeld over het Innovatiebeleid van de provincies. Zij stelt zich op als een actieve en ondersteunende partner. De provincies hebben krachtig ingezet op de Valleys De provincies hebben krachtig ingezet op de Valleys als speerpunten voor regionaal‐economische als speerpunten voor regionaal economische ontwikkeling. Het grote bedrijfsleven kan daar meer bij betrokken worden in een leidende rol. Ook de opkomende clusters Maakindustrie en Energie en Milieu‐technologie worden goed ondersteund. ondersteund Biomassa agroketens vallen onder het EMT cluster en zouden in die zin niet als separaat opkomend cluster moeten worden beschouwd. De evolutie van Health Valley De evolutie van Health Valley naar een Med‐Tech naar een Med Tech Highway resulteert in een resulteert in een provincieoverschrijdend cluster. Oost Nederland zal gezien de ervaring op het gebied van inter‐ provinciale samenwerking de leiding moeten nemen binnen dit cluster. Dit zal resulteren in een nog intensievere samenwerking tussen de twee provincies en haar universiteiten. AkzoNobel is een opmerkelijk afwezige in de strategievorming rondom het regionale innovatiebeleid.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
37
Algemene bevindingen Provinciaal Innovatiebeleid II Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Uitbouw van de clusters en gazellevorming is een goede offensieve strategie. Dit mag evenwel niet ten koste gaan van de focus op het behoud van het bestaande bedrijfsleven. Acquisitie van internationale van internationale bedrijven naar de regio de regio vergt een scherpe thematische profilering, profilering een aantrekkelijke regionale infrastructuur en een kritische massa aan bedrijven en kennisinstellingen. Een goede clusterstrategie en een gezamelijke regionale visie is hier essentieel. De dynamiek die voortkomt uit Triangle, de opleiding Technische Geneeskunde en Health Valley De dynamiek die voortkomt uit Triangle de opleiding Technische Geneeskunde en Health Valley hebben ervoor gezorgd dat de samenwerking tussen Twente en Nijmegen is toegenomen. Daarnaast zijn er samenwerkingen op de gebieden food‐nanotech (Wageningen ‐ Twente) en Biomassa conversie (Wageningen – ( g g Twente). ) Overige onderlinge Triangle verbanden moeten naar de toekomst toe nog bevestigd worden. Met name Food – Health is tot nu toe nog onvoldoende uit de verf gekomen. Binnen Triangle Binnen Triangle is synergie geconstateerd rond de thema is synergie geconstateerd rond de thema’ss renewable renewable energie (alle drie de energie (alle drie de universiteiten), chemie (alle drie de universiteiten) en micro‐ nanotechnologie/halfgeleiders (Twente – Nijmegen). Pieken in de Delta middelen zijn een effectief instrument gebleken om samenwerking binnen de valley thema’s te bevorderen.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
38
Deel 1 – Inventarisatie en Analyse y Triangle Valleys: Food, Health & Technology Triangle Opkomende clusters: EMT, Maakindustrie en Mode Provinciaal innovatiebeleid Internationale vergelijking Oost Nederland
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
39
Internationale vergelijking van Oost Nederland Deel 1 Inventarisatie en Analyse Inventarisatie en Analyse Deel 1 ‐
Publiek R&D: Oost Nederland scoort relatief goed op deze factor vanwege de hoge publieke investeringen van onderzoeksinstellingen. investeringen van onderzoeksinstellingen Privaat R&D: Oost Nederland scoort hier duidelijk onder het gemiddelde, vanwege het gebrek aan grote multinationals die een significante bijdrage leveren aan het private R&D in de regio.
organiserend vermogen
Talent: Oost Nederland heeft het laagste percentage hoger opgeleiden afgezet tegen de beroepsbevolking, maar kent relatief veel beroepsbevolking maar kent relatief veel ondernemerschap studenten. Publiek investeringskapitaal: Met name het Vlaams Gewest beschikt over uitzonderlijke grote j g regionale investeringsfondsen. Ondernemerschap faciliteiten: Øresund scoort hier hoog door de aanwezigheid van relatief veel S i Science Parks. P k Organiserend vermogen: Het Vlaams Gewest scoort hier uitzonderlijk hoog, vanwege de grote regionale ontwikkelingsmaatschappij. regionale ontwikkelingsmaatschappij.
Publiek R&D 5 4 3 2 1 0
Privaat R&D
Talent
faciliteiten
Privaat Privaat investeringskapitaal
Publiek Publiek investeringskapitaal Øresund* Noord Brabant Noord Brabant Vlaams Gewest Oost Nederland
* De Øresund regio beslaat Zuid-Zweden en Oost Denemarken
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
40
Deel 2 – Perspectieven p Nationaal en internationaal perspectief: Kernclusters en satellietclusters Kernclusters en satellietclusters Bedrijfsperspectieven: Open Innovatie Academisch perspectief: Valorisatie Academisch perspectief: Valorisatie Spin‐off Perspectief: Gazellevorming bevorderen Programmaperspectief: "de Gezonde Mens" g p p
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
41
Clusters Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Definitie clusters • Oorspronkelijk: Oorspronkelijk: ‘kenmerkende kenmerkende sectoren van succesvolle industriële sectoren van succesvolle industriële concurrentiekracht’ • Porter: ‘succesvolle innovatienetwerken in specifieke geografische gebieden’ Economische bedrijvigheid blijkt in geografische zin te ‘clusteren’ vanwege: • Efficiëntievoordelen (lage kosten, inclusief transactiekosten) • Flexibiliteitvoordelen (hoge mobiliteit van bijvoorbeeld arbeid) • Innovatievoordelen (kennis ‘spillovers’ en samenwerking tussen kennisinstellingen en bedrijven) (Porter, 2003) Economische voorspoed blijkt gerelateerd aan de aanwezigheid van sterke Economische voorspoed blijkt gerelateerd aan de aanwezigheid van sterke clusters
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
42
Clustering en het Nederlandse innovatiebeleid I Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Het Nederlandse innovatiebeleid kent, evenals het Europese, zowel een regionale als een thematische component. Het regionaal‐economische stimuleringsbeleid gericht op het creëren van innovatie ‘hotspots’ innovatie hotspots met een zekere met een zekere ‘focus focus en massa en massa’ ((‘Pieken Pieken in de Delta in de Delta’)). Het thematische beleid bestaat uit de identificatie en stimulering van (tot nu toe) zes nationale ‘sleutelgebieden’ (via het Innovatieplatform). Afstemming tussen regionaal‐economische beleid en het thematische beleid is op nationaal niveau onvoldoende. Nieuw nationaal beleid is gericht op het terugdringen van het aantal “pieken” Ni ti l b l id i i ht h tt di h t t l“ i k ” en het daarmee gepaard gaande proces van de definitie van “kristallisatiepunten”.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
43
Clustering en het Nederlandse innovatiebeleid II Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Het huidige nationale beleid van beperkt gerelateerde nationale sleutelgebieden en pieken heeft een aantal intrinsieke nadelen: •
Nationale sleutelgebieden niet specifiek gebaseerd op geografisch geconcentreerde nationale sterktes. sterktes
•
Kristallisatiepunten geven geen status aan minder ontwikkelde clusters elders in het land.
•
De twee benaderingen leiden tot een gefragmenteerd beleid: vanuit nationaal en vanuit cluster perspectief.
Oplossing: Een netwerk van aan sleutelgebieden gerelateerde clusters, waarbij één g g , j leidend cluster, het kerncluster, en daaraan gerelateerde clusters, satellietclusters, zowel het regionale als het landelijke perspectief weergeven. Dit beleid is reeds herkenbaar in de huidige beleidsherziening van het Dit beleid is reeds herkenbaar in de huidige beleidsherziening van het programma ‘Pieken in de Delta’.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
44
Naar een consequente nationale en Europese inbedding van clusters * Het hier voorgestelde schema verbeeldt een ideale situatie. In de praktijk bestaat er geen thematische aansluiting van ieder kerncluster bij zowel een nationaal sleutelgebied als een Europees programma. Daarom stellen wij voor om een kerncluster tenminste bij één van de twee te laten aansluiten en bij voorkeur op beide (zie tabel op sheet 43).
NATIONALE CLUSTERNETWERKEN
CLUSTERS Pieken in de Delta EFRO
NATIONALE SLEUTELGEBIEDEN*
EUROPESE PROGRAMMA’S*
Innovatie programma’s Topinstituten
ETP, JTI, KIC
S Universiteiten Onderzoeksinstituten Bedrijfsleven Overheid
S
S Kern Cluster
S REGIONAAL
REGIONAAL/NATIONAAL
S NATIONAAL
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
EUROPEES 45
Kern‐ en satellietclusters Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Een Kerncluster wordt gekenmerkt door sterke kenniscreatie en een grote hoeveelheid aan bedrijvigheid op een thematisch gebied. De positie hierin is sterker dan in andere regio’s in Nederland en ligt op een niveau dat ook in Europa slechts sporadisch voorkomt. Nederland en ligt op een niveau dat ook in Europa slechts sporadisch voorkomt. Het aantal kernclusters in een regio als Oost Nederland kan dan ook slechts zeer klein zijn. Satellietclusters hebben identificeerbare verbanden tussen bedrijven en kennisinstellingen die koppelbaar zijn aan één of meer kernclusters elders in Nederland (een sleutelgebied) en/of daarbuiten (Europese netwerken). Satellietclusters kunnen een eigen identiteit en specialisatie hebben maar beschikken niet over de unieke comparatieve voordelen (in termen van relatieve posities en volumes) die kenmerkend zijn voor de kernclusters posities en volumes) die kenmerkend zijn voor de kernclusters. In Oost Nederland zijn diverse Satellietclusters aanwezig. Cruciaal is de koppeling naar één of meer kernclusters buiten de regio. Wanneer deze koppelingen niet realiseerbaar zijn, zou een cluster niet de status van satellietcluster moeten kunnen hebben en zou het vanuit het oogpunt cluster niet de status van satellietcluster moeten kunnen hebben, en zou het, vanuit het oogpunt van effectief innovatiebeleid, niet gestimuleerd dienen te worden.
Bron: F.A. van Vught, Kern‐ en satellietclusters
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
46
Oost Nederland heeft twee kernclusters Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 – (Inter)Nationaal Perspectief
Food
Med‐Tech
Münster
Leuven Aachen
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
47
Oost Nederland heeft meerdere satellietclusters Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 – (Inter)Nationaal Perspectief
* Nanotechnologie heeft een status apart en wordt aangemerkt als een kerncluster in ontwikkeling. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
48
Landelijke en Europese inbedding van de clusters Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 – (Inter)Nationaal Perspectief
Cluster
Kerncluster
Nationale inbedding
Europese inbedding
Food
Food Valley
Sleutelgebied: Food & Flowers Sleutelgebied: Food & Flowers ETP: Food for Life TI Food & Nutrition
MedTech
Med Tech highway g y
Life Sciences & Health BMM/CTMM
ETP: Nanomedicine JTI I JTI: Innovative Medicine Initiative ti M di i I iti ti
EMT
Energy Valley
nationale Innovatieagenda Energie
ETP: Biofuels KIC: Inno Energy
Nanotech
Sleutelgebied: High‐tech Twente/Eindhoven Systems & Materials M2I
ETP: Advanced Engineering Materials and Technologies
Pharma
Bio Science Park Leiden
Life Sciences & Health TI Pharma
JTI: Innovative medicine initiative
Maakindustrie
Brainport Ei dh Eindhoven
Sleutelgebied: High‐tech S t Systems & Materials &M t i l
ETP: Manufacture JTI A t i JTI: Artemis
Chemie
Chemelot Campus
Sleutelgebied: Chemie
ETP: Sustainable Chemistry
Mode
Amsterdam/ Amsterdam/ Arnhem
Sleutelgebied: Creatieve Sleutelgebied: Creatieve Industrie
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
49
Perspectief Food Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Innovatie rondom voedselproductie is een onomstreden nationale sterkte met Wageningen als kerncluster. Een belangrijke taak voor Wageningen is het vergroten van de massa aan R&D intensief bedrijfsleven in de directe regio. Daarnaast moeten de banden met R&D intensief bedrijfsleven elders in Nederland worden verstevigd, met name waar het grote multinationals betreft. Wageningen moet het initiatief nemen om de voedselsector in Nederland W i t h t i iti ti f d d l t i N d l d middels een netwerk van satelliet‐ en kernclusters te organiseren om zodoende een eenduidige internationale profilering op clusterniveau te kunnen faciliteren en van de complementariteit tussen de verschillende clusters te kunnen profiteren.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
50
Perspectief Med‐Tech Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Zowel op basis van kennisconcentratie als op basis van bedrijvigheid ligt het zwaartepunt voor medische technologie in Nederland op de "highway" tussen Twente en Eindhoven. Alle elementen zijn aanwezig om een kerncluster te kunnen vormen. Essentieel voor succes van dit cluster is het intensiveren van de samenwerking Essentieel voor succes van dit cluster is het intensiveren van de samenwerking tussen de kennisinstellingen, het optimaliseren van de valorisatie van wetenschappelijk onderzoek en het vergroten van het aantal publiek‐private samenwerkingsverbanden. ki b d Open Innovatiecentra en de drie campussen (Twente, Nijmegen en Eindhoven) kunnen hierin een centrale rol spelen. p Het woord “red” moet van de naamgeving “red med‐tech highway” worden verwijderd, omdat: •
Red Biotech en Med‐Tech twee verschillende d i h d h hill d disciplines zijn; het combineren di i li ij h bi van die twee in di i één naam schept onnodige verwarring en is bovendien een pleonasme,
•
het kerncluster voor Red Biotech in Leiden ligt,
•
Oost Nederland moet durven kiezen: Med‐Tech is een nationale sterkte, Red Biotech niet. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
51
Perspectief EMT Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Renewable energy en het aansluiten daarvan op bestaande netwerken (met name elektriciteitsnetwerken) is op dit moment binnen Europa een technologisch thema van zeer groot strategisch belang. Landen met beperkte reserves aan fossiele brandstoffen zoals Duitsland en Zweden lopen hiermee voorop. Zweden lopen hiermee voorop. In Nederland is Oost Nederland het beste uitgerust om met name op thema's rond elektriciteitsvoorziening een leidende rol te spelen. Grote energiebedrijven als NUON, Alliander en Essent moeten innoveren om internationaal te kunnen concurreren. Door opsplitsing van deze bedrijven zijn Open Innovatie constructies bij uitstek Door opsplitsing van deze bedrijven zijn Open Innovatie constructies bij uitstek geschikt om op innovatiegebied concurrerend te kunnen blijven. Naast KEMA en TNO kunnen de Universiteiten hierin een grote(re) rol spelen De sterktes van Oost Nederland op het gebied van Renewable Energy liggen (potentieel) op: Smart Grids, Biomassa conversie, brandstofcellen en zonne‐ energie. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
52
Perspectief Maakindustrie Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
De maakindustrie met multinationals als NEDAP, Ten Cate, NXP, Vredestein en vele andere grote, middengrote en kleine bedrijven is van groot strategisch belang voor Oost Nederland. Innovatie is hét middel om deze bedrijven voor de regio te kunnen behouden Innovatie is hét middel om deze bedrijven voor de regio te kunnen behouden en hen internationaal competitief te laten blijven. Het is daarom van essentieel belang om Open Innovatie samenwerkingsverbanden verder te stimuleren en de banden met de kennisinstellingen te verstevigen kennisinstellingen te verstevigen. De lijnen die zijn ingezet middels AMMON en de RCT's zijn succesvol en moeten naar de toekomst toe versterkt worden.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
53
Nanotechnologie: Perspectief als Kern of satelliet? Deel 2 (Inter)Nationaal Perspectief (Inter)Nationaal Perspectief Deel 2 –
Op basis van excellent toegepast onderzoek binnen MESA+ en een grote hoeveelheid spin‐off bedrijven (~60 bedrijven) heeft het ministerie van Economische Zaken het Nanotech cluster in Twente als Piek in de Delta erkend. Bij afwezigheid van een groot kerncluster nanotechnologie in Nederland is de status van Nanotechnologie die van Kerncluster in ontwikkeling. Nanotech heeft deels een Med‐Tech (bionano), deels ook een sterke materials component (Nanomaterials). Verder wordt middels het Pieken in de Delta programma Nano4Vitality de link tussen nanotechnologie en voedingsmiddelen industrie gestimuleerd.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
54
Deel 2 – Perspectieven p Nationaal en internationaal perspectief: Kernclusters en satellietclusters Kernclusters en satellietclusters Bedrijfsperspectieven: Open Innovatie Academisch perspectief: Valorisatie Academisch perspectief: Valorisatie Spin‐off Perspectief: Gazellevorming bevorderen Programmaperspectief: "de Gezonde Mens" g p p
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
55
Bedrijfsperspectieven op clustervorming Deel 2 Bedrijfsperspectieven Deel 2 –
“ Philips heeft de overstap van een gesloten omgeving naar een Open Innovatie omgeving gemaakt Health Valley biedt een ecosysteem waarin nieuwe innovaties ontwikkeld kunnen gemaakt. Health Valley biedt een ecosysteem waarin nieuwe innovaties ontwikkeld kunnen worden.” ‐ Maarten Barmentlo, Philips Healthcare “T C t “Ten Cate gaat steeds meer deel uitmaken van netwerken van samenwerkende bedrijven.” – t t d d l it k t k k d b d ij ” Frank F k Spaan, Koninklijke Ten Cate “De overheid moet launching customer zijn voor innovatieve producten.” – “De overheid moet launching zijn voor innovatieve producten ” Arjan Smits, Thales Arjan Smits Thales “Uitwisseling tussen universitaire medewerkers en medewerkers vanuit het bedrijfsleven moet makkelijker gemaakt worden ” ‐ Wybren Jouwsma, Bronckhorst High‐Tech makkelijker gemaakt worden. Jouwsma Bronckhorst High Tech “Voor ons zijn spin‐off bedrijven belangrijk. Hiermee kunnen goede zakelijke overeenkomsten gesloten worden hetgeen met een universiteit moeilijker is ” ‐ Ton Rijnders, MSD gesloten worden, hetgeen met een universiteit moeilijker is. Ton Rijnders MSD “Er moet nog veel vertrouwen worden gecreëerd in de samenwerking tussen universiteit en b d ijf l bedrijfsleven.” ‐ ” Theo Meijer, Voorzitter Food Th M ij V i F d Valley V ll EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
56
Bedrijfsperspectieven op clustervorming Deel 2 Bedrijfsperspectieven Deel 2 –
Een ecosysteem van academische instellingen startende bedrijven en grote Een ecosysteem van academische instellingen, startende bedrijven en grote bedrijven biedt een aantrekkelijk (vestigings)klimaat voor nieuwe of reeds aanwezige bedrijven aanwezige bedrijven. Open Innovatie is de nieuwe imperatief om middels publiek‐private of privaat‐ private samenwerking tot technologische, procesmatige of markt innovaties te samenwerking tot technologische procesmatige of markt innovaties te komen. Overheid kan als “launching Overheid kan als launching customer customer” innovaties versnellen. innovaties versnellen Beschikbaarheid van risicokapitaal of kredieten helpt bedrijven om ook naar de toekomst toe competitief te blijven en is essentieel voor clustervorming toekomst toe competitief te blijven en is essentieel voor clustervorming.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
57
Open Innovatie Deel 2 Bedrijfsperspectieven Deel 2 –
Gesloten innovatie is de klassieke visie dat succesvolle innovatie een controlle over het volledige innovatieproces vereist. Bedrijven genereren hun eigen ideeen, doen de productontwikkeling, productontwikkeling de fabrikage, fabrikage de vermarkting, de distributie, het serviceonderhoud en zorgen voor de financiering en ondersteuning.
Open Innovatie is een paradigma dat zegt dat een bedrijf gebruik kan en moet maken van zowel externe als interne ideeen, en zowel interne en externe paden moet beschouwen bij het naar de markt brengen van het product.
Bron: Henry William Chesbrough, Open innovation: the new imperative for creating and profiting from technology, 2003 EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
58
Open Innovatie brengt dynamiek in het cluster Deel 2 Bedrijfsperspectieven Deel 2 –
Open Innovatie is hét instrument om: Open Innovatie is hét instrument om: •
Publiek‐private samenwerking te stimuleren
•
Bedrijven aan de regio te binden
•
Bedrijven van buiten de regio aan te trekken
•
Nieuwe business opportunities binnen de regio te ontwikkelen
Open Innovatie samenwerking met universiteiten kan op verschillende manier u g jge invulling krijgen: •
Publiek/private samenwerkings projecten
•
Contract research van de universiteit voor het bedrijfsleven
•
Joint ventures tussen universiteit en bedrijfsleven
•
Samenwerking binnen Open Innovatie instituten
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
59
Eindhoven en Twente zetten sterker in op Open Innovatie dan Wageningen en Nijmegen Deel 2 Bedrijfsperspectieven Deel 2 –
Aantal Google‐hits Aantal Google hits per jaar op de zoekterm per jaar op de zoekterm “Open Open Innovatie Innovatie” in combinatie met plaatsnaam in combinatie met plaatsnaam
900
Eindhoven
800 #G Google hiits
700 600 500
Twente
400 300
Nijmegen
200
Wageningen
100 0 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Jaar EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
60
Publiek‐private Open Innovatie instituten in Oost Nederland: voorbeelden Deel 2 Bedrijfsperspectieven Deel 2 –
Thermo Plastic Composite Research Centre
Centre for Medical Imaging
Health Valley Plaza y
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
61
Publiek‐private Open Innovatie instituten in Oost Nederland: kansen Deel 2 Bedrijfsperspectieven Deel 2 –
SmartGrids: Alliander/NUON/Essent/KEMA TNO Universiteit Twente SmartGrids: Alliander/NUON/Essent/KEMA, TNO, Universiteit Twente Med‐Tech: Philips, Siemens, UMC St. Radboud (bijv. binnen het MITEC) Novio Tech campus: NXP, Solar Photovoltaics, Philips, Radboud Universiteit, Universiteit Twente, Technische Universiteit Eindhoven Chemie: AkzoNobel, Teijin Aramid, Radboud Universiteit, Universiteit Wageningen, Universiteit Twente
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
62
Deel 2 – Perspectieven p Nationaal en internationaal perspectief: Kernclusters en satellietclusters Kernclusters en satellietclusters Bedrijfsperspectieven: Open Innovatie Academisch perspectief: Valorisatie Academisch perspectief: Valorisatie Spin‐off Perspectief: Gazellevorming bevorderen Programmaperspectief: "de Gezonde Mens" g p p
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
63
Valorisatie Deel 2 Academisch Perspectief Academisch Perspectief Deel 2 –
Valorisatie is het tot maatschappelijke waarde brengen van wetenschappelijke en technologische kennis uit het publieke domein. Valorisatie wordt gezien als de derde de derde missie van de universiteit van de universiteit naast het geven het geven van onderwijs van onderwijs en en het verichten van onderzoek (maar wordt niet door elke universiteit als zodanig ondersteund) Valorisatie is met name door de opkomst van de kenniseconomie hoog op de agenda gekomen. Immers: de universiteit is de belangrijkste Immers: de universiteit is de belangrijkste motor achter motor achter de generatie de generatie van kennis. van kennis Stanford University is wereldwijd het Best Practice‐voorbeeld voor goede valorisatie van wetenschappelijk onderzoek. De universiteit stond aan de wieg van het internet, bedrijven als Hewlet Packard, Google en SUN microsystems. Silicon Valley is ontstaan , g y y rondom deze universiteit. Andere goede voorbeelden van succesvolle regionale economische ontwikkeling door valorisatie van academisch onderzoek zijn de Boston regio (rondom MIT en Harvard University), Cambridge, Oxford en op het Europese vaste land Leuven en Zürich (rondom de ETH). Tot economische valorisatie van wetenschappelijk onderzoek behoort het creëren van spin‐off‐ bedrijven, het patenteren van wetenschappelijk onderzoek, het licenseren van deze patenten en het verichten van contractonderzoek. Een gedegen infrastructuur zoals een goede TTO (Technology Transfer Office), incubatorfaciliteiten, Science Parks, investeringskapitaal voor de verschillende groeifasen van het bedrijf en netwerken van ondernemers, behoort tot de voorwaarde voor succesvolle valorisatie.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
64
Algemene perspectieven voor Nederland op het gebied van valorisatie Deel 2 Academisch Perspectief Academisch Perspectief Deel 2 –
Belangrijke succesfactoren voor het slagen van de kennisoverdracht: De directeur van de TTO rapporteert rechtstreeks aan de één van de leden van het CvB, die pp gelijktijdig portefeuillehouder kennisvalorisatie is. Het CvB heeft valorisatie in haar mission statement opgenomen. Een cultuur waarin valorisatie gelijkwaardig is aan de andere opdrachten (onderwijs en onderzoek) ( ) en gestimuleerd via financiële incentives (deel van de opbrengst) waardoor professoren en onderzoekers niet alleen een extra beloning kunnen krijgen maar ook hun wetenschappelijke infrastructuur verder kunnen uitbouwen. Geldstromen afhankelijk maken van gemeten performance op het gebied van valorisatie (bij voorkeur de nationale overheid moet hiervan overtuigd worden) voorkeur de nationale overheid moet hiervan overtuigd worden). Ontkrachten van de suggestie dat valorisatie schade toebrengt aan wetenschappelijk toponderzoek. Uit statistische studies blijkt het tegendeel (zie volgende sheet). Kritische massa creëren wat betreft de kennis die nodig is voor valorisatie door een overkoepelende samenwerking op te zetten tussen de verschillende kennisinstellingen in de twee i i M t d i t ti l t i ki lijk l idi provincies. Met name voor de internationale aspecten is samenwerking en gezamenlijke opleiding een optie.
Bron: A. Oosterlinck, Het valorisatiebeleid EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
65
Valorisatie versterkt wetenschappelijke prestaties Deel 2 Academisch Perspectief Deel 2 – Academisch Perspectief
Onderzoeksgroepen actief in samenwerking met het bedrijfsleven publiceren ook meer fundamenteel wetenschappelijk werk
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
66
Deel 2 – Perspectieven p Nationaal en internationaal perspectief: Kernclusters en satellietclusters Kernclusters en satellietclusters Bedrijfsperspectieven: Open Innovatie Academisch perspectief: Valorisatie Academisch perspectief: Valorisatie Spin‐off Perspectief: Gazellevorming bevorderen Programmaperspectief: "de Gezonde Mens" g p p
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
67
Gazellevorming bevorderen Deel 2 Spin‐off Perspectief Deel 2 – Spin off Perspectief
“Every morning in Africa, a gazelle wakes up. It knows it must run faster than the fastest lion or it will be killed. Every morning a lion wakes up. It knows it must outrun the slowest gazelle or it will starve to death. It doesn’t matter whether you are a lion or a gazelle. When the sun the sun comes up, you comes up you better start running start running”. (Afrikaans spreekwoord, in: Th. L. Friedman, 2005)
Een Gazelle is een bedrijf dat in korte tijd een grote groeisprong kan d doormaken. Een Gazelle groeit in korte tijd naar 100 tot 200 werknemers. k ll k d k
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
68
Gazellevorming Deel 2 Spin‐off Perspectief Spin off Perspectief Deel 2 –
Kleine high tech bedrijven maken onvoldoende Kleine high‐tech bedrijven maken onvoldoende “gazellesprongen” gazellesprongen . Juist de bedrijven tussen 5 en 10 jaar oud kunnen deze sprong maken. De meest geëigende middelen daartoe zijn: • Internationalisering: nieuwe afzetmarkten en buitenlandse partners in productontwikkeling. • Internationale Internationale training en opleiding met gebruikmaking van rolmodellen van succesvolle training en opleiding met gebruikmaking van rolmodellen van succesvolle ondernemers. • Het vinden van partners binnen of buiten de regio om als toeleverancier een omzetgroei te realiseren. • Aansluiten bij aanbestedingsbeleid van overheden om innovatie te bevorderen. • Het traceren van uitdagende investeerders (met netwerken) die nieuwe technologie‐ of p productontwikkeling mogelijk maken. g g j
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
69
Gazellevorming Deel 2 Spin‐off Perspectief Deel 2 – Spin off Perspectief
Gazellevorming
• Preseed: Investering in interessante ideeen en ondernemers • Seed: Investering in een proof‐of‐concept, een solide business plan, 1‐2‐ jaren oud • Venture Capital: Investering in lopende bedrijvigheid met bewezen businessconcept
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
70
Best Practices voorbeeld voor stimulatie van Gazellevorming Deel 2 Spin‐off Perspectief Spin off Perspectief Deel 2 –
Leuven: • Gemma Frisius: 25 M€ seedfonds • 20% Leuven R&D, 40% KBC Private Equity, 40% BNP Paribas • Investeringen van 300 tot 400 k€ per dossier • Gematched G t h d door Participatiemaatschappij d P ti i ti t h ij Vlaanderen Vl d • Investeringen aangevuld met investeringen van private partijen • In 2006‐2009 is met 4,5 M€ 325 M€ extern kapitaal aangetrokken (hefboomfactor van 72) • 6‐tal IPO’s (Initial Public Offering; beursintroductie)
Twente volgt dit voorbeeld: Twente volgt • Vanaf 2010 het Twente Technology Fund • Seedfonds van 15 tot 20M€ • Zowel private als publieke partijen
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
71
Deel 2 – Perspectieven p Nationaal en internationaal perspectief: Kernclusters en satellietclusters Kernclusters en satellietclusters Bedrijfsperspectieven: Open Innovatie Academisch perspectief: Valorisatie Academisch perspectief: Valorisatie Spin‐off Perspectief: Gazellevorming bevorderen Programmaperspectief: "de Gezonde Mens" g p p
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
72
"de Gezonde Mens" Deel 2 Programmaperspectief Deel 2 –
Thema dat inhoudelijk in staat is de twee clusters te verbinden. h d h d l k d l b d Kan goed verbonden worden met de verglazing‐strategie. Specifieke activiteiten en programma’s geven concrete invulling aan dit thema. Vraagt om een specifiek bureau dat dit aanstuurt. Heeft raakvlakken met regio promotie.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
73
"de Gezonde Mens" Deel 2 Programmaperspectief Deel 2 –
Provincie Overijssel j
Provincie Gelderland
PROGRAMMA BUREAU (Bijv. binnen Oost NV)
"de Gezonde Mens" Toekomst scenario’s Regiomarketing Gezondheidsinnovatie: preventie i.p.v. genezen Gezondheidsinnovatie: preventie i.p.v. genezen
FOOD CLUSTER Bedrijfsleven Kennisinstellingen Overheid
•
Nieuwe medische technieken
•
Telemedicine
•
Organisatorische innovatie g
•
Gezonde voeding (Functional foods, nutriceuticals)
•
Sport & Lifestyle
•
Living labs g
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
MED – TECH CLUSTER Bedrijfsleven Kennisinstellingen Overheid
74
"de Gezonde Mens": Inhoudelijke raakvlakken met nieuwe clusters Deel 2 Programmaperspectief Deel 2 –
Aansluiting Med‐Tech g en Food moet specifieker worden ingevuld, p g waarbij perspectieven bestaan uit: Medische check‐ups combineren met gezond eten & drinken. Medische check‐ups combineren met gezond eten & drinken Uitzonderlijke natuurkwaliteiten in de regio combineren met gezond leven. Z Zorg en gezond leven actief combineren met preventie en dl ti f bi t ti gezondheidsverzekeraars. A d ’ Phili Si MSD bi Ti l d ’ Agenda’s van Philips, Siemens en MSD combineren met Triangle‐agenda’s. Transmissie van dierlijk naar plantaardig voedsel. Sportfaciliteiten en –kwaliteiten (Papendal, FC Twente) verbinden aan innovatie.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
75
"de Gezonde Mens" & verglazing Deel 2 Programmaperspectief Deel 2 –
Breedband applicaties kunnen brede en intensieve applicaties mogelijk maken db d l k b d l l k k tussen zorgontwikkeling en –toepassing. Ontwikkeling: Een voorbeeld hiervan zijn living labs. Dit betreft een virtuele omgeving waarin een representatief deel van de bevolking nieuwe medische producten test voor de markt Dit kan aansluiten op reeds bestaande producten test voor de markt. Dit kan aansluiten op reeds bestaande initiatieven als de High‐Tech Health Farm in Twente. TToepassing: Patiënten kunnen op deze wijze direct contact onderhouden met i P tië t k d ij di t t t d h d t arts, ziekenhuis, medische onderzoekers en diëtisten (telemonitoring).
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
76
"de Gezonde Mens”: Specifieke activiteiten en programma’s Deel 2 Programmaperspectief Deel 2 –
Activiteitenbureau inrichten waarbij inspiratie ontleend kan worden aan het b h b l dk d h Healthy Ageing Network Noord Nederland (HANNN). Onderzoek leent zich vooral voor activiteiten op EU niveau; TTO’s moeten zich commiteren aan "de Gezonde Mens" als basis voor grote onderzoeksvoorstellen vanuit de 3 universiteiten gezamenlijk onderzoeksvoorstellen vanuit de 3 universiteiten gezamenlijk Dit afstemmen met activiteiten met een hoog profiel: Bijv. de eerste marathon t ter wereld die volledig per persoon medisch technologisch wordt gemonitored. ld di ll di di h t h l i h dt it d Gezond eten, landbouw bedrijven en onderzoek aan elkaar verbinden: bijv. Bio‐dynamische effecten meten en uitventen. Bio‐Energie verbinden aan deze agenda.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
77
Gezonde mens en regiomarketing Deel 2 Programmaperspectief Deel 2 –
De natuur van de Veluwe, Twente en Overijssel actief verbinden aan de d l l f b d d ontwikkeling van nieuwe gezondheidscentra op unieke locaties. Deze centra verbinden aan de wetenschappelijke kennis uit de regio (gezond eten en drinken) en de nieuwste medische technologie op het gebied van preventie. preventie Verzekeraars verbinden aan unieke en uitdagende projecten met een hoog profiel qua marketing. fi l k ti Gebruik maken van ervaringen in Scandinavië (wellness) en Azië (Chinese kruiden, Ayurveda). Daarmee een actieve regiomarketing verbinden aan het innovatiebeleid
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
78
Deel 3 – Aanbevelingen voor g instrumentarium en beleid
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
79
1. Naar een (inter)nationaal clusterbeleid Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Regionaal innovatiebeleid is niet gelijk aan clusterbeleid. De stap moet gemaakt worden van een regionaal denken naar thematisch denken. Daarbij gemaakt worden van een regionaal denken naar thematisch denken. Daarbij zullen de twee kernclusters Food en Med‐Tech centraal moeten staan, alsook g g p het “kerncluster in ontwikkeling” Nano. Daarnaast dient te worden ingezet op de satellietclusters Pharma, Maakindustrie en EMT. Clusters moeten meer worden ingebed in een nationaal clusternetwerk, dat g , aansluiting vindt bij de instrumentaria van de sleutelgebieden en /of Europese programma’s. Clusters moeten de aansluiting bij multinationale “ankerbedrijven” intensief nastreven. De ankerbedrijven zijn: •
Food: Unilever, Campina, Danone
•
Med‐tech: Philips, Siemens, MSD
•
Nano: Ten Cate Norit Vredestein buitenlandse partners Nano: Ten Cate, Norit, Vredestein, buitenlandse partners
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
80
2. Herpositionering Valley’s voor slagvaardige kernclusters Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Nijmegen: Health Valley moet worden omgevormd tot ondersteunend bureau (Med‐ Tech Business Development) , waarbij een bestuur wordt gevormd waarin Twente en Nijmegen evenredig zijn vertegenwoordigd, alsook het grote bedrijfsleven (Philips, MSD, Siemens) en het MKB. De huidige organisatiestructuur van Health valley sluit het beste aan bij die van het toekomstige die van het toekomstige Med‐tech Cluster. Med tech Cluster Twente: IPT en Kennispark moet worden geïntegreerd in één organisatie (Twente Business Development) die aansturing van het nanotech cluster en de Twentse Business Development), die aansturing van het nanotech cluster en de Twentse kant van het Med‐Tech cluster verzorgt. Wageningen: Food Valley zal samen met Food & Nutrition Delta het initiatief moeten g g y nemen tot het vormen van één ondersteunend bureau dat verantwoordelijk moet worden voor internationale profilering en landelijk beleid. Algemeen: Laat de ondersteunende bureaus operationeel leiden door managers die affiniteit hebben met het internationale bedrijfsleven. Het bestuur van deze bureaus o i geleid worden door een door een vertegenwoordiger van een van een leidend bedrijf uit het het moet o.i. geleid cluster. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
81
3. Satellietclusters meer ondersteunen in netwerkvorming Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
De maakindustrie en het EMT cluster in Gelderland/Overijssel zijn voor Oost Nederland belangrijke satellietclusters en kunnen zich nationaal en internationaal krachtiger profileren. Beide clusters zijn sterk afhankelijk van innovatie en de brug naar de drie universiteiten moet nog steviger worden geslagen. Daarom moeten gezamenlijke onderzoeksprogramma’s met de universiteiten op deze thema’s gefaciliteerd worden. Versterk de verbinding met nationale clusters en versterk initiatieven om met behulp van “Open Innovatie” op deelonderwerpen de leiding te nemen (bijv Smart Grids van “Open Innovatie” op deelonderwerpen de leiding te nemen (bijv. Smart Grids, biomassa conversie, zonnecellen).
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
82
4. Betrek het bedrijfsleven actief bij de cluster‐strategie Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Het leidende bedrijfsleven definieert de strategische vraagstelling voor het cluster en beïnvloedt in nauwe samenwerking met publieke onderzoeksinstellingen de onderzoeksprogrammering. Door Open Innovatie samenwerkingsverbanden moet de samenwerking tussen bedrijfsleven onderling en met onderzoeksinstellingen samen concreter, effectiever en toegankelijker worden voor buitenlandse participatie. Samenwerking tussen academie en bedrijfsleven moet resulteren in strategisch lange termijn onderzoek, produkt ontwikkeling buiten de core‐business van het bedrijf en hoogrisico onderzoek waarvoor binnen het bedrijfsleven de middelen niet beschikbaar hoogrisico onderzoek waarvoor binnen het bedrijfsleven de middelen niet beschikbaar zijn. Op deelonderwerpen kunnen strategische technologische doelstellingen worden vastgelegd in roadmaps op specifieke deelterreinen. Het betrekken van het leidende bedrijfsleven moet tactisch voorbereid worden en afgestemd met de Rijksoverheid en de Trojka; Dit kan dan resulteren in een “IJssel‐ akkoord” (zie P. Nijkamp, Gelderland en Overijssel: Op zoek naar ‘his master’s voice’). EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
83
5. Internationale acquisitie versterken Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Internationale acquisitie moet geïntensiveerd worden door: 1))
De samenwerking tussen EZ, NFIA en nationale clusterorganisaties te faciliteren door g , g gezamenlijke workshops op te zetten over “Internationale valorisatie en acquisitie”.
2)
Open Innovatie‐instituten op de speerpuntgebieden te initiëren gericht op buitenlandse participatie (analoog aan bijv. TPRC, CMI). buitenlandse participatie (analoog aan bijv. TPRC, CMI).
3)
De universitaire onderzoeksprogrammering meer te laten focussen op de clusterthema’s en op de ‘Gezonde Mens” o.a. door de acquisitie van topwetenschappers voor specifieke leerstoelen topwetenschappers voor specifieke leerstoelen.
4)
Het versterken en vermarkten van een aantrekkelijke infrastructuur, zoals een goede (openbaar) vervoersverbinding met Schiphol, een breedband glasvezel netwerk en een aantrekkelijk woon werk klimaat. een aantrekkelijk woon‐werk klimaat
5)
Creëer publiek/private investeringsfondsen die verbonden zijn aan de clusters en toegankelijk zijn voor buitenlandse bedrijven.
6)
"de Gezonde Mens” kan internationaal opzienbarende activiteiten genereren en daarmee internationale publiciteit aan zich binden.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
84
6. Gazellevorming bevorderen Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Kapitaal moet beschikbaar gemaakt worden om de groei van bedrijven te ondersteunen middels seed en venture capital. Fondsen moeten een triple helix structuur krijgen: Overheid, bedrijfsleven en universiteiten moeten gezamenlijk investeren. Zet een uitdagend trainingsprogramma op voor ondernemers die willen groeien, met participatie van succesvolle ondernemers en internationale samenwerkingsmogelijkheden (naar voorbeeld van Venture Lab). Laat kleine bedrijven participeren in specifieke roadmaps vanuit de clusters en faciliteer dit erder door het aanbestedin sbeleid an de Pro in ies hierop te laten aansl iten dit verder door het aanbestedingsbeleid van de Provincies hierop te laten aansluiten (voorbeeld Small Business Innovation Research Programs, SBIR, een Amerikaans voorbeeld dat momenteel in Nederland geïmplementeerd wordt). g p )
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
85
7. Stroomlijnen Valorisatie Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Twente: Organiseer meer synergie tussen de regionale economie en de universiteit door de intermediaire functie van het Kennispark te combineren met de activiteiten van het IPT. Voeg de verantwoordelijkheid voor begeleiding van starters en de TOP‐regeling daaraan toe. De combinatie van regiobundeling, spin‐off begeleiding, incubatie en Science Park ontwikkeling versterken dan de onderlinge samenhang. t ikk li t k d d d li h Wageningen: Er moet een resultaatsanalyse komen van het valorisatiebeleid van de Universiteit Wageningen Een grotere focus op de financiële resultaten van het Universiteit Wageningen. Een grotere focus op de financiële resultaten van het valorisatiebeleid zal goed samen gaan met een versterking van de focus op commerciële partners. De huidige valorisatiefocus lijkt te sterk gericht op ontwikkelings‐ en BRIC‐landen. Nijmegen: Integreer de valorisatieafdelingen, incubators en Science Parks van het UMC Radboud en de Radboud Universiteit in één valorisatievehikel voor de gehele universiteit. L t dit hik l Laat dit vehikel naar Leuvens model rechtstreeks rapporteren aan het CvB L d l ht t k t h t C B en RvB. R B Realiseer daarbij dat innovaties plaatsvinden op grensvlakken tussen disciplines en dat samenwerking tussen universiteit en medisch centrum daarom een essentiële voorwaarde g voor succes is. EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
86
8. Financiële reserves inzetten voor innovatie Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Inkomsten uit de verkoop van NUON en Essent aandelen moeten analoog aan FES gelden duurzaam (self revolving) geïnvesteerd worden in een kennisinfrastructuur. Toekomstige self revolving funds moeten als doel hebben om privaat durfkapitaal aan te trekken naar de regio en financieringsmogelijkheden te bieden op verschillende niveau’s: van seed en venture capital t.b.v. gazellevorming tot bankgaranties en achtergestelde leningen voor grote bedrijven. Op initiatief van de provincie Overijssel kan Oost Nederland de aanleg en exploitatie van breedband fiber network to the home door versnelde verglazing van het grondgebied bespoedigen. Dit kan worden gefinancierd vanuit een participatiemaatschappij waarmee ook private investeringen kunnen worden gefinancierd vanuit een participatiemaatschappij waarmee ook private investeringen kunnen worden aangetrokken. Investeringsfondsen zouden bij voorkeur een Triple‐Helix structuur moeten krijgen en marktconform t moeten gaan opereren. Deelnemingen behoeven verschillende investeringshorizonnen (korte, middellange en lange termijn) en diverse exit modellen. Op het niveau van pre‐seed en seed capital kan 50% co‐financiering verkregen worden van de nieuwe valorisatieregeling van Agentschap NL (verwachte startdatum mei 2010). V t i ti f d ( 100 M€) d ij ki t th tE Voor grotere innovatiefondsen (> 100 M€) raden wij aan samenwerking aan te gaan met het European Investment Fund (EIF). EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
87
9. "de Gezonde Mens” kan regio’s aan elkaar verbinden Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Creëer een provinciaal programma “de Gezonde Mens” waarin aansluiting gezocht wordt met de twee kerncluster thema’s en waarbinnen maatschappelijke uitdagingen en organisatorische vernieuwingen binnen de zorg kunnen worden gekoppeld. Koppel dit programma aan regio‐marketing. Probeer burgers hierbij te betrekken middels projecten (tele‐monitoring, Living Lab’s, high‐tech marathons). Richt een programmabureau in dat hiervoor inhoudelijk verantwoordelijk is en dat een toehoordersfunctie heeft binnen de clusterbesturen. Maak internationale uitdagende projecten mogelijk maken door tenders uit te schrijven.
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
88
Nieuwe organisatorische inbedding clusterbeleid Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
FOOD WAGENINGEN
MED‐TECH NIJMEGEN
NANO TWENTE
Strategievorming als leidende partner
C S CLUSTERS S EU BELEID Nationaal
BEDRIJFSLEVEN
ALGEMENE 1. Nieuwe ONDERSTEUNING Financiering 2. Inhoudelijk
Food fund
Med‐tech fund
“DE GEZONDE MENS“ ‐ PROGRAMMA & DIENSTEN Telemonitoring
3 Bestuurlijk 3. Bestuurlijk
General funds
Onderzoeksconsortia
Living Labs
Regiomarketing
Triangle
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
Investeringen
Onderzoek Advies op RvB niveau
89
Publiek‐private innovatie binnen een cluster Deel 3 Aanbevelingen Deel 3 –
Nationaal leidend bedrijfsleven
Subsidies Innovatiefondsen
R o a d m a p s
Produktontwikkeling Technologie ontwikkeling Valorisatie
O P E N I N N O VAT I E
STRATEGIEVORMING
Buitenlandse participatie
ONDERZOEKSPROGRAMMERING Universiteiten & kennisinstellingen
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
90
Responsgroep Responsgroep • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
C. Abbenhues, Provincie Overijssel M. Barmentlo, Philips Medical Systems A.A. Dijkhuizen, Wageningen UR P Dillingh Innovatieplatform Twente P. Dillingh, Innovatieplatform Twente P. van Dun , KU Leuven Research en Development K. Eijkel, Kennispark Twente A.H. Flierman, Universiteit Twente T.N.M. Föllings, Oost NV AAJM F k A.A.J.M. Franken , Radboud Universiteit Nijmegen R db d U i it it Nij J. Th. Gielen, Biopartner Center Wageningen K. de Gooijer, Food & Nutriton Delta M.J.A. de Groot, Agentschap NL M.H.H. van Haaren, provincie Gelderland R. W. Heinen, SER Gelderland W. Hillenius, ArtEZ R. van Hoesel, Stichting Food Valley A.C.M. van Hooijdonk, Koninklijke Friesland Campina N.V. W. Ippel van Arnhem Mode Biënnale W. Ippel van Arnhem Mode Biënnale J. Jonker, Health Valley W. Jouwsma, Bronkhorst High‐Tech A.C. Juriaanse, NIZO food research M. Kuit, MIRA, Universiteit Twente J Koenen Oost NV J. Koenen, Oost J. Kosters, Provincie Gelderland A. Kraaijeveld, Innovatieplatform Twente E. Lohman, UMC St Radboud E. M. Meiberg, stichting kiEMT Th.A.M. Meijer, stichting Food Valley B. van Moorsel, SER Gelderland
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
M. Prins, PPM Oost B. Ravelli, Provincie Gelderland T. Rijnders, MSD, Oss G J M van Rumund Gemeente Wageningen G.J.M. van Rumund, Gemeente Wageningen M. Samson, UMC St Radboud E. van Seventer, Wageningen UR A. J. Smits, Thales Nederland B.V. F.R. Spaan, Koninklijke Ten Cate M St A ht h k C t M. Stor, Achterhoeks Centrum voor Technologie T h l i C. Timmer, Provincie Overijssel H. van den Vlekkert, Lionix BV G.P. Vooijs, Technische Geneeskunde, Universiteit Twente H. J. Vos, Directoraat Valorisatie, UMCN H. de Vries, stichting kiEMT N. de Vries, Provincie Gelderland N. de Vries, European Medical Contract Manufacturing (EMCM) H.D.R. de Wachter, KU Leuven Research en Development H.D.R. de Wachter, KU Leuven Research en Development F.J..M. Werner, Health Valley R. J. de Wijkerslooth, Radboud Universiteit Nijmegen C.W. van Willigen, Oost NV
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
91
ScienceWorks team
Dr. Paul Vulto Drs. Steef Löwik Mr Frank Zwetsloot Mr. Frank Zwetsloot Drs. Ivo Wildenberg www.scienceworks.nl
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
92
Bijlagen Bijlagen
F. A. van Vught, Kern‐ en Satellietclusters P. Nijkamp, Gelderland en Overijssel – op zoek naar een ‘Master’s voice’ A. Oosterlinck, Het valorisatiebeleid Versnelde Verglazing Provincie Gelderland TPN Analyse TPN Analyse
EXPERT STUDIE NAAR HET INNOVATIEBELEID VAN DE PROVINCIES GELDERLAND EN OVERIJSSEL
93