Verslag wijkbijeenkomst gemeenteraad – Overvecht Donderdag 7 maart 2013 –Dutch Health Tec Academy Thema: Ondernemerschap in Overvecht Aanwezig Voorzitter: Kaat Smulders (wijkregisseur Noordwest) Gemeenteraad: Xander van Asperen (D66), Selma Bas (D66, wijkcontactpersoon), Kees Geldof (VVD), Dimitri Gilissen (VVD), Arjan Kleuver (D66), Gerry Nalis (PvdA), Jan Ravesteijn (GroenLinks) en Sander van Waveren (CDA), Tim Schipper, Bouchra Dibi (eerste deel van de avond)
Wijkbureau Overvecht: Liesbeth Maats, Marjan Wertwijn en anderen Gastsprekers: Rob Schenk, gastheer en vertegenwoordiger van het Kenniscentrum specialistisch vakmanschap SVGB, Gerard Kooiman, voorzitter ondernemersvereniging bedrijventerrein Nieuw Overvecht en Abdel Harchaoui, wijkraadslid
Overige aanwezigen: wijkbewoners, vertegenwoordigers van onderwijsinstellingen, ondernemers uit de wijk en overige geïnteresseerden
Griffie: Brigitte Victoor Totaal aanwezig: ruim 60 personen Verslag: Jeannette Rinck (Rosenbaum Select, notulisten & verslaggevers)
Opening Wijkcontactpersoon voor de raad Selma Baş (D66) heet de aanwezigen welkom. Uit de volle zaal maakt zij op dat de betrokkenheid bij het onderwerp groot is! Om iedereen een zitplaats te bieden, moeten er zelfs stoelen worden bijgezet. Kaat Smulders, wijkregisseur van Noordwest, is vanavond gespreksleidster.
Rob Schenk, Kenniscentrum specialistisch vakmanschap SVGB Voorafgaand aan de bijeenkomst heeft Rob Schenk de aanwezigen rondgeleid in het schoolgebouw van de Dutch Health Tec Academy en het Kenniscentrum specialistisch vakmanschap SVGB. Deze locatie is met medewerking van de gemeente Utrecht tot stand gekomen en werd geopend in september 2010. Daarmee kwam het Kenniscentrum onder hetzelfde dak als drie beroepsopleidingen op het gebied van gezondheidstechniek en specialistisch vakmanschap. De school kent in totaal twintig beroepsopleidingen, van ambachtelijk schoenmaker tot zilversmid en van audicien tot orthopedisch- of tandtechnicus. Dit zijn 'kleine opleidingen,' veelal uniek in Nederland. Zo is er bijvoorbeeld één opleiding voor pianotechniek in Nederland.In dit gebouw zitten de vakopleidingen op mbo-niveau op het gebied van gezondheidstechniek. Voor de opleiding tot ambachtelijk schoenmaker kunnen zich jaarlijks ongeveer vijftig leerlingen inschrijven. De opleidingsvolumes worden in overleg met de brancheverenigingen vastgesteld. De Academie biedt een beroepsbegeleidende leerweg (BBL) aan; één dag per week gaan de leerlingen naar school en vier dagen naar hun werk. Voor elke leerling is er een betaalde opleidingsplaats beschikbaar. Er zijn in totaal 1.100 leerlingen ingeschreven, maar per dag zijn er nooit meer dan 300 aanwezig. De school is toegankelijk voor leerlingen met een VMBO-diploma (niveau 4), maar ook havisten en vwo’ers kunnen zich aanmelden. Zelfs leerlingen van 40-plus zijn geen uitzondering. De combinatie van leren en werken en het gunstige arbeidsperspectief zal hier zeker een rol bij spelen. De opleidingen worden – net als het Kenniscentrum – via een rijksregeling bekostigd. De kosten voor de opleidingen zijn hoog omdat er relatief gezien maar weinig leerlingen worden opgeleid. Bovendien zijn de benodigde apparatuur en werkmaterialen duur. De naamsbekendheid van de Dutch Health Tec Academy is niet zo groot. Hoewel het arbeidsperspectief voor alle aangeboden opleidingen gunstig is en de school voor elke opleidingsplaats een betaalde
1
praktijkplek beschikbaar heeft, blijft het moeilijk om alle opleidingsplaatsen te vullen. Het gaat om onbekende opleidingen die bovendien niet zo zichtbaar zijn op internetzoeksites. De jaarlijkse instroom per opleiding blijft dus gering. Het opzetten van grootse wervings- en naamsbekendheidscampagnes heeft niet zoveel zin, want ook de grotere opleidingen hebben toch maar vijftig plaatsen per leerjaar beschikbaar.
Gerard Kooiman, voorzitter Ondernemersvereniging bedrijventerrein Nieuw Overvecht Bedrijventerrein Nieuw Overvecht is inmiddels ruim vijftig jaar oud. Dit is zichtbaar en merkbaar; renovatie is nodig. Dit heeft de ondernemersvereniging opgepakt met behulp van een gemeentelijke en Europese subsidie. Naar aanleiding van de uitkomsten van een enquête onder de ondernemers heeft de vereniging een visie voor het gebied ontwikkeld. Samen met gemeente Utrecht en de Kamer van Koophandel. Men richt zich op verbetering van de veiligheid op het bedrijventerrein en op verbetering van de contacten met de woonwijk Overvecht. Dat wil men doen door meer aandacht te geven aan de integratie van wonen, werken en leren. Door deze ontwikkelingen is er nieuw elan op het bedrijventerrein ontstaan. Zo worden er bijvoorbeeld 'snuffelstages' aangeboden aan scholieren uit Overvecht. Steeds meer ondernemers doen daaraan mee, een positieve ontwikkeling! Ook is er grotere bereidheid gekomen om de uitstraling van het eigen pand te verbeteren. Er is een subsidieregeling in het leven geroepen voor ondernemers die het front van hun vestiging willen renoveren. De belangstelling hiervoor neemt toe. Via het Ondernemersfonds is er geld beschikbaar gekomen om de veiligheid in het gebied te vergroten. Met deze bijdrage wordt het cameratoezicht bekostigd (apparatuur en uitlezen van beelden). Gerard Kooiman benadrukt dat niet alle middelen op gaan aan het cameratoezicht; maar er blijft maar weinig geld beschikbaar voor andere initiatieven. De ondernemersvereniging wil de sterke punten van het bedrijventerrein zo goed mogelijk over het voetlicht brengen. Hier valt te denken aan de goede bereikbaarheid, het grote arbeidspotentieel in de directe omgeving en de diversiteit van het bedrijvenaanbod. De ondernemersvereniging is dan ook zeer teleurgesteld over het uitstel van de plannen voor de Noordelijke Randweg Utrecht (NRU). De heer Kooiman roept de gemeenteraad op om hiertegen op zijn minst in het geweer te komen. De heer Kooiman is positief over het Ondernemersfonds. Door de mogelijkheden die dit fonds biedt, is de bereidheid van ondernemers om in hun eigen pand te investeren, toegenomen. Wouter van Kuilenburg, eveneens ondernemer in Overvecht, is minder positief over de samenwerking met de gemeente. Hij vertelt dat zijn initiatief om een mobiliteitscentrum te ontwikkelen naast de vestiging van Gamma op niets is uitgelopen. (Volgens dhr Van Kuilenburg was de samenwerking met de gemeente hierbij lastig, wat de heer Van Kuilenburg zeer teleurstelde.
Abdel Harchaoui, ondernemerscoach en wijkraadslid Met een werkloosheidscijfer van 1.219 personen staat Overvecht na Lombok op de tweede plaats, maar de werkloosheid in de leeftijdsgroep 27–44 is weer hoger dan in Lombok; het werkloosheidspercentage van 6,2% in die groep is het hoogste van de stad. Het is niet bekend hoeveel banen in Overvecht worden ingevuld door wijkbewoners; wél is bekend dat de ondernemers in Shopping Centre Overvecht veel jongeren uit de wijk aan een baantje helpen. Er zijn in Overvecht zo'n 500 zzp'ers (zelfstandigen zonder personeel) actief vanuit hun huis. Daarnaast kent Overvecht 1.250 ondernemingen. De heer Harchaoui verwijst naar twee recente publicaties over wijkeconomie, onder andere van het Instituut voor MKB. Daarin wordt Overvecht nauwelijks genoemd. Ook op de website 'Echt Overvecht' is weinig te vinden over bedrijvigheid in de wijk. De website www.plexatutrecht.nl heeft geen aanbod van flexplekken in Overvecht, terwijl die er echt wel zijn, onder andere in het CNV-gebouw. Om de bedrijvigheid in de eigen wijk te stimuleren zijn dergelijke voorzieningen onontbeerlijk. Ook is er behoefte aan kleinschalige bedrijfsruimte voor startende ondernemers. Ervaringen elders in het land tonen aan dat een vraag- en aanbodloket tussen zzp’ers, ondernemers en leerlingen goede diensten
2
bewijst; Overvecht zou ook zo'n laagdrempelig loket moeten hebben. Hiervoor zou samengewerkt kunnen worden met onderwijsinstellingen, maar ook met verenigingen zoals Rotary. Ondernemers hebben behoefte aan 'bestemmingsvrije zones;' de heer Harchaoui pleit ervoor om daar eens wat mee te experimenteren. Kunnen kunstenaars (onder voorwaarden) misschien gebruik maken van leegstaande bedrijfsruimte? Kan Overvecht ook een Bewonersbedrijf krijgen, zoals Lombok dat heeft? Waarom krijgen ondernemers niet meer inspraak bij het invullen van vrijgekomen bedrijfsruimtes, zodat gestuurd kan worden op diversiteit in het aanbod? Bedrijvigheid is een belangrijke motor van de wijk! Daarom is het zo belangrijk dat de wijkeconomie een stevig duwtje in de rug krijgt. De wijkraad heeft 12 juni j.l. een bijeenkomst over dit thema georganiseerd. Met de uitkomsten van toen en van vanavond moeten we aan de slag.
Terugkoppeling van de discussie in in vier rondetafelgesprekken Onderwijs, bedrijfsleven en ondernemerschap De betrokkenheid van docenten en leerkrachten is essentieel bij werkprojecten in het onderwijs. Om te beginnen moeten deze projecten goed worden begeleid. Werkprojecten zijn qua begeleiding intensiever dan schoolse leertrajecten. Er moet ruimte zijn om de leerlingen in kleine groepjes te begeleiden, maar dat is nu juist het probleem: extra uren zijn er niet. Er is eerder sprake van een omgekeerde ontwikkeling. Het aantal begeleidingsuren staat onder druk en de docent-leerlingratio stijgt. Ondernemers hebben soms de ervaring dat docenten zich terugtrekken in hun klaslokaal en niet openstaan voor concrete samenwerkingsprojecten. Tijdens het rondetafelgesprek wordt afgesproken om het samenwerkingsproject met betrekking tot het groenonderhoud bij station Overvecht opnieuw op te pakken. De vertegenwoordiger van de praktijkschool zal dit voorstel bij haar op school aan de orde stellen. De vertegenwoordiger van het Trajectum College doet verslag van het succesvolle project Rookmelders, waarbij wél extra begeleiding geregeld was. Bovendien was er bij de begeleiders voldoende flexibiliteit om een wisselend werkrooster te hanteren: de leerlingen waren zeer gemotiveerd en meer dan bereid om buiten schooluren voor het project op stap te gaan. De samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven kan ook worden gestimuleerd door ondernemers als gastdocent het klaslokaal binnen te halen. Tussen ondernemers en vertegenwoordigers uit het onderwijs ontstond een discussie over het onderwerp beloning. Verschillende ondernemers waren ervoor om de leerlingen meer te betalen dan een stagevergoeding alleen. Als de betaling meer in verhouding staat tot de werkzaamheden die worden verricht, dan kunnen ondernemers daar betere eisen aan stellen. Hiermee kunnen zij grotere zekerheden inbouwen. De docenten vonden dit geen goed plan: zij benadrukten dat het leren vooropstaat in de projecten; leerlingen kunnen niet verantwoordelijk worden gehouden. Zij moeten de ruimte hebben om te oefenen en om fouten te maken. In samenwerkingsprojecten waarbij sprake is van direct contact tussen leerlingen en wijkbewoners wordt in toenemende mate een onheuse en soms discriminatoire bejegening door wijkbewoners gesignaleerd. Dit punt verdient meer aandacht. Mogelijk kan hierover in de voorwaarden het een en ander worden opgenomen. In concrete gevallen betekent zo’n incident dat de begeleidende docent op bezoek gaat de betreffende wijkbewoner om uit te leggen dat hetgeen is voorgevallen niet door de beugel kan.
3
Het is gebleken dat de actieve bemoeienis van raadsleden – bijvoorbeeld in de vorm van een ambassadeurschap – ondernemers stimuleert om stageplaatsen aan te bieden en/of samenwerkingsprojecten met het onderwijs aan te gaan. Het verdient aanbeveling om de afspraken omtrent social return verder te concretiseren. Zzp'ers bieden nog nauwelijks stageplaatsen aan. Er moet bekeken worden of en hoe hierin verandering kan worden aangebracht.
Zzp’ers Bij het inventariseren van stimuleringsmaatregelen voor zzp’ers dringt de vraag zich op in hoeverre de overheid hierin een taak heeft. Moet de gemeente hiermee aan de slag of kan dit het beste aan de zzp’ers zelf (particulier initiatief) worden overgelaten? Raadsleden veronderstellen dat zzp’ers hierin toch vooral zelf een taak hebben. Er is behoefte aan netwerken en ontmoetingsplaatsen en aan betaalbare bedrijfsruimte en laagdrempelige flexibele werkplekken. Van het ondernemersloket Overvecht wordt een meer outreachende werkwijze verwacht om de verborgen armoede- en schuldenproblematiek bij ondernemers op te sporen. Indien nodig moet er doorverwezen worden naar de schuldhulpverlening. In het aanbestedingsbeleid van de gemeente moeten kleine lokale ondernemingen meer kansen krijgen.
Aantrekkelijk Aantrekkeli jk lokaal ondernemersklimaat Er is geen ondernemersvereniging voor heel Overvecht. Deze schaalgrootte wordt soms gemist. Het verdient aanbeveling om dit punt met de bestaande ondernemingsverenigingen op te pakken. Voor een goed ondernemersklimaat is een goede inrichting en goed onderhoud van de openbare ruimte belangrijk. Veel ondernemers ergeren zich aan de hoeveelheid zwerfvuil op straat. Men vindt echter ook wel dat de negatieve kanten van het imago van de wijk te veel aandacht krijgen. Dat leidt af van wat wél mooi en positief is. Als de gemeente werkzaamheden uitvoert in de openbare ruimte moet hierover goed met de ondernemers worden gecommuniceerd. De huidige gang van zaken is voor ondernemers een toenemende bron van frustratie. Op dit punt kan veel worden verbeterd. De definitie van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is veel ondernemers niet duidelijk. Aan welke criteria moeten ondernemingen voldoen om voor deze kwalificatie in aanmerking te komen? De toegenomen leegstand in Shopping Centre Overvecht is onder de aandacht van de gemeenteraadsleden gebracht. Zij zullen dit punt meenemen naar de commissievergadering. De NS is van plan om bij de onderdoorgang van het spoor op station Overvecht OV-chipdoorgangen te plaatsen waardoor de vrije doorgang tussen Tuindorp en Overvecht wordt belemmerd. Velen vinden dit een onwenselijke ontwikkeling. De raadsleden hebben toegezegd dat zij dit punt meenemen naar de commissievergadering.
4
Sociaal en cultureel ondernemerschap In de wijk zijn veel sociale en culturele clubjes actief in de vorm van niet-commerciële en informele bedrijvigheid. Vanuit deze clubs wordt de stap naar het ondernemerschap nog nauwelijks gemaakt, terwijl hier mogelijk wel kansen liggen. Samen met de Kamer van Koophandel kan gekeken worden hoe deze kansen het beste kunnen worden ingevuld. Te verwachten is dat hiervoor een brede aanpak moet worden ontwikkeld. Is het mogelijk om deze stap via de weg van beschut of beschermd ondernemerschap mogelijk te maken? Sluiting Raadslid Selma Baş (D66) constateert dat er vanavond veel zinvolle en belangrijke zaken naar voren zijn gekomen. Zij bedankt de aanwezigen voor hun inbreng en betrokkenheid. Het is duidelijk dat men niet snel uitgepraat is over dit onderwerp. Daarom is er nog gelegenheid om met een drankje erbij na te praten en vragen te stellen.
5