Utrecht Werkt Trendrapportage economie 2007
Juni 2007
Colofon
uitgave Afdeling Bestuursinformatie
Sector Bestuurs- en Concernzaken Gemeente Utrecht Postbus 16200
3500 CE Utrecht 030 286 1350
[email protected] in opdracht van
Afdeling Economische Zaken StadsOntwikkeling Gemeente Utrecht internet www.onderzoek.utrecht.nl rapportage
Karel van Heelsbergen (030 - 286 1333) Hans van Hastenberg (030 - 286 1336) foto omslag
G. Hurkmans drukwerk PrintPartners Ipskamp, Enschede bronvermelding
Het overnemen van gegevens uit deze publicatie is toegestaan met de bronvermelding: Bestuursinformatie, gemeente Utrecht
Juni 2007
Samenvatting Veel nieuwe starters in Utrecht. Een forse omzetstijging in het plaatselijke bedrijfsleven. Een sterk gestegen vertrouwen van ondernemers in de toekomst van hun bedrijven. Een spectaculaire daling van het aantal werkzoekenden in de stad. Het zijn alle overduidelijke signalen dat de Utrechtse economie floreert. Aan de jarenlange daling van de werkgelegenheid is nagenoeg een einde gekomen. Gezien de aanzienlijke toename van het aantal banen in de groeisectoren bij uitstek, de gezondheidszorg en de zakelijke dienstverlening, is het reëel om te veronderstellen dat de werkgelegenheid in Utrecht vanaf 2007 weer zal gaan stijgen. Utrechtse economie draait op volle toeren De top van de werkgelegenheid werd behaald in 2001. Toen waren er in Utrecht ruim 215.000 banen. De economische malaise in de jaren daarna zorgde voor een daling van de Utrechtse werkgelegenheid tot 200.200 banen in 2006. Ten opzichte van tien jaar terug is de werkgelegenheid echter toegenomen met 25.000 banen. Het aantal bedrijfsvestigingen blijft voortdurend groeien. Waren er in 2001 zo’n 15.000 vestigingen, in 2006 is dit aantal gestegen tot ruim 17.000. Het aantal startende bedrijven in Utrecht is in 2006 met bijna 2.100 starters opnieuw gestegen naar een nieuw record. Het bedrijfsleven laat in 2006 een forse reële omzetstijging zien van 6,4%. Daarvoor liep deze vier jaren op rij nog terug. De stijging van de omzet in Utrecht is beduidend hoger dan in de G4 (2,4%) en landelijk (3,7%), maar ligt ook boven die van de regio (5,0%). Uit de jaarlijkse ERBO-enquête van de Kamer van Koophandel blijkt dat het ondernemersvertrouwen omhoog schiet. Noch in de G4, noch in de regio, noch in Nederland is het niveau van dit vertrouwen zo hoog. De omzetstijging in Utrecht zien we vooral in de commerciële dienstverlening, met een stijging van bijna 12%. De groeipercentages van de bouw, groothandel en detailhandel liggen beduidend lager (3 tot 4%). De industrie is de enige sector die in 2006 (nog) een kleine daling van de omzet laat zien. Het grootste deel van de bedrijven (90%) sluit dat jaar met winst af. Bijna de helft van bedrijven realiseert een toename van het bedrijfsresultaat, wat beduidend hoger is dan in de vier voorafgaande jaren. Het stadsgewest Utrecht - het gebied van het Bestuur Regio Utrecht (BRU) exclusief Vianen - kent een krachtige economische groei, die in 2005 met 3,2% het dubbele is van de landelijke groei. Het aandeel van het stadsgewest in de nationale economie bedraagt een stabiele 5,3%. Forse werkgelegenheidsgroei in gezondheidszorg en zakelijke diensten De gezondheidszorg blijkt qua werkgelegenheid dé groeisector in Utrecht. Terwijl de werkgelegenheid in veel sectoren afnam, groeide deze in de gezondheidszorg, jaar in, jaar uit. Tussen 2005 en 2006 kwamen er iets meer dan 1.700 banen bij in deze sector, die nu tegen de 33.000 arbeidsplaatsen omvat. Het werkgelegenheidsaandeel van de gezondheidszorg in de totale Utrechtse werkgelegenheid nam dan ook toe van 13,4% in 2001 naar 16,3% in 2006. De grootste sector in Utrecht, met iets meer dan een kwart van de Utrechtse werkgelegenheid, blijft de zakelijke dienstverlening. De klappen die deze sector opliep in de economische dip na 2001 is ze nog niet helemaal te boven, maar het aantal banen in de zakelijke diensten neemt weer toe sinds 2005. Samen met de gezondheidszorg is zij momenteel de banenmotor van Utrecht.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
3
Naast aandacht voor de standaard sectorindeling is in dit rapport nader ingezoomd op de volgende vier clusters: •
Medisch cluster: met 42.000 banen een van de voornaamste economische pijlers. Sinds 1996 is het aantal banen met 38% gegroeid. Dit is 2,5 keer zo hard als totale stedelijke werkgelegenheidstoename.
•
ICT-sector: met 24.000 banen eveneens een belangrijke economische pijler. Kent sinds 1996 een soortgelijk groeicijfer als het medisch cluster. Er is weer sprake van werkgelegenheidsgroei sinds 2003, vooral dankzij het aantrekken van de ontwikkeling van software.
•
Creatieve industrie: dit cluster overlapt met de productie van maatwerksoftware in substantiële mate met de ICT-sector. Daarnaast valt onder deze sector andere creatieve activiteiten als kunsten, ontwerpbureaus et cetera. De werkgelegenheid in de creatieve industrie is de laatste tien jaar bijna verdubbeld tot iets meer dan 21.000 banen. Het werkgelegenheidsaandeel op het totaal aantal Utrechtse banen stijgt van 6,4% in 1996 naar 10,6% in 2006. Daalde de totale werkgelegenheid in Utrecht de afgelopen twee jaar nog met 1,7%, die in de creatieve industrie steeg met maar liefst 14,4%, harder dan in welk cluster ook.
•
Recreatief-toeristisch cluster: met ruim 13.000 banen de kleinste van de vier clusters. Het aantal banen nam de laatste twee jaar met 1,9% toe.
Situatie op arbeidsmarkt sterk verbeterd Met het aantrekken van de economie is ook de situatie op de Utrechtse arbeidsmarkt sterk verbeterd. In 2006 daalde het aantal niet-werkende werkzoekenden (nww-ers) met 21% naar 10.815. Dit betekent dat 5,1% van de potentiële beroepsbevolking (15 t/m 64 jarigen) als werkzoekende staat ingeschreven. Dit is het laagste percentage van de G4 en ook lager dan gemiddeld in Nederland (5,4%). Opvallend is het sterk gedaalde werkzoekendenpercentage onder jongeren. Zorgelijk is de recente toename van het aantal langdurig werkzoekenden. De meeste nww-ers hebben een elementair of lager beroep. Daarbinnen zijn er relatief veel nww-ers met een administratief, technisch of verzorgend beroep. Voor elementaire beroepen is een opleiding met maximaal lager onderwijs voldoende en is geen vakspecialistische werkervaring vereist. Voor lagere beroepen geldt dit laatste wel. De Utrechtse arbeidsmarkt heeft een open karakter, wat betekent dat een groot deel van de Utrechtse beroepsbevolking (48%) buiten de stad werkt en dat een aanzienlijk deel van de Utrechtse banen (61%) is ingevuld is door mensen die buiten Utrecht wonen. Een groot deel (30%) woont zelfs buiten de provincie. Doordat de Utrechtse arbeidsmarkt zich voor een groot deel tot buiten de stad en zelfs buiten de provincie uitstrekt is het moeilijk om te bepalen wat de invloed van toekomstige arbeidsmarktontwikkelingen is. Zeker is dat de Utrechtse beroepsbevolking de komende 15 jaar flink zal toenemen, met 57.000 personen naar iets minder dan 200.000. Een belangrijk deel daarvan zal elders in de regio of de Randstad een baan vinden. Daartegenover staat een uitbreiding van de werkgelegenheid die met name in de uitbreidinglocaties plaatsvindt: Papendorp, Leidsche Rijn Centrum en het Stationsgebied. Op basis van de nu bekende kantoorplannen gaat het om maximaal 45.000 arbeidsplaatsen. Een deel van de kantoorplannen zal worden gebouwd ter vervanging van bestaande kantoren. Hierdoor zal de werkgelegenheidsuitbreiding in de praktijk lager zal zijn.
4
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Inhoudsopgave Samenvatting
3
Inleiding
7
1
Economische ontwikkeling
9
2
Economische structuur
17
3
Arbeidsmarkt
35
Bijlage 1: De economie in de wijken en subwijken
51
Bijlage 2: De economie op de werklocaties
69
Bijlage 3: Afbakening economische clusters
81
Bijlage 4: Toelichting op onderzoek en vaktermen
87
Bijlage 5: Geraadpleegde literatuur
89
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
5
Inleiding De stad Utrecht kent een grote economische dynamiek. De voor u liggende rapportage Utrecht
werkt biedt een actuele beschrijving van de kenmerken en ontwikkelingen van de Utrechtse economie en arbeidsmarkt. Deze cijfers en trends bieden voor marktpartijen inzicht in de economische kansen en ontwikkelingen in de stad. Daarnaast vormt de rapportage een onmisbaar instrument voor overheden bij de monitoring van beleidsdoelstellingen. De gemeente Utrecht heeft haar visie op de economische ontwikkeling van de stad neergelegd in het Economisch Profiel Utrecht 2010, dat als motto heeft: Utrecht, ontmoetingsplaats voor talent. Het thema arbeidsmarkt krijgt daarin hoge prioriteit en vormt dan ook een belangrijk onderdeel in Utrecht werkt.
Utrecht werkt is een trendrapportage, die voortbouwt op de eerdere edities van 2002 en 2005. Met de voorliggende rapportage is aangesloten bij de indeling van de rapportage uit 2005. Achtereenvolgens komen aan bod: •
Economische ontwikkeling: over economische prestaties, welvaart en werkgelegenheid;
•
Economische structuur: over economische activiteiten (sectoren en clusters);
•
Arbeidsmarkt: over banen, werkzoekenden, beroepsbevolking en pendel.
Het rapport richt zich met name op de stedelijke situatie, met in een aantal gevallen een beknopte toelichting op de situatie in de regio, respectievelijk op wijkniveau en op werklocaties (kantoorlocaties en bedrijventerreinen). In de tabellenbijlage staan verzameltabellen met informatie naar wijk en naar subwijk en informatie per werklocatie. Als regio wordt zowel de BRU-regio als het stadsgewest Utrecht gehanteerd. De BRU-regio omvat naast Utrecht de gemeenten Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Maarssen, Nieuwegein, Vianen en Zeist. Het stadsgewest Utrecht is hetzelfde, met uitzonderling van de gemeente Vianen. Naast dit rapport is op internet een aantal economische rapporten te vinden die ingaan op delen van de stad. De rapporten bevatten gegevens over de economische structuur en de arbeidsmarkt die inhoudelijk aansluit bij de informatie uit het hoofdrapport Utrecht werkt. Het gaat om de volgende economische rapporten: •
rapporten met informatie op wijk- en subwijkniveau;
•
rapporten met informatie over de diverse werklocaties in de stad: kantoorlocaties en bedrijventerreinen.
De rapporten per wijk, subwijk, kantoorlocatie en bedrijventerrein zijn zelf te genereren op de online databank van de afdeling Bestuursinformatie WistUdata. Naast de economische rapporten bevat de databank een groot aantal andere gegevens op stads-, wijk- en buurtniveau. WistUdata is te vinden op www.utrecht.buurtmonitor.nl.
Utrecht werkt, trendrapportage economie 2007 is opgesteld door de afdeling Bestuursinformatie, in opdracht van en in nauwe samenwerking met de afdeling Economische Zaken.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
7
1 Economische ontwikkeling •
Het herstel van de stedelijke economie blijkt uit de forse omzetstijging in het bedrijfsleven in 2006, vooral die in de commerciële dienstverlening. Utrechtse ondernemers hebben duidelijk weer vertrouwen in de toekomst, meer dan in andere steden en regio’s.
•
Het aantal starters is de afgelopen twee jaar sterk gestegen naar 2.083 nieuwe inschrijvingen (2006) bij de Kamer van Koophandel. Utrecht heeft de hoogste startersindex van de G4.
•
Het stadsgewest Utrecht kent een krachtige economische groei. Haar aandeel in de nationale economie is 5,3%.
•
De werkgelegenheid in Utrecht daalt sinds 2001, in totaal met 7%. Ten opzichte van 2005 is het aantal banen met 0,4% licht afgenomen tot iets meer dan 200.000. Het economisch herstel vertaalt zich in 2006 nog niet in een stijging van de werkgelegenheid, maar het keerpunt lijkt in zicht.
1.1
Economie en bedrijfsleven
Economisch herstel blijkt uit forse omzetstijging bedrijfsleven
In 2006 is definitief een eind gekomen aan de economisch mindere periode in Nederland. Volgens het CBS is de economie in Nederland in 2006 met 2,9% gegroeid. Dit is iets meer dan het langjarig gemiddelde van 2,5%. Het voorzichtige herstel in 2005 (1,5% groei) heeft zich daarmee in 2006 doorgezet. Aangenomen mag worden dat ook de Utrechtse economie zich in 2006 positief heeft ontwikkeld. Er zijn echter nog geen officiële cijfers voor de stad beschikbaar waaruit dit blijkt. Een goede indicator voor de economische opleving is de ERBO-peiling die de Kamer van Koophandel ieder najaar houdt onder het bedrijfsleven (Enquête Regionale BedrijfsOntwikkeling). Hieruit komt naar voren dat de omzet van het Utrechtse bedrijfsleven in 2006 met 6,4% is gestegen. Dit is een opmerkelijk fors herstel na een periode van vier jaar met een negatieve omzetontwikkeling. Het gaat overigens om reële veranderingen in de omzet, waarin gecorrigeerd is voor de invloed van inflatie. Ondernemersvertrouwen in de lift
Een andere indicator waaruit blijkt dat de economie sterk groeit is het ondernemersvertrouwen. Dit is een index die is gebaseerd op de verwachtingen van bedrijven ten aanzien van omzet, investeringen en werkgelegenheid. Het ondernemersvertrouwen ligt in Utrecht met 83 op een -in vergelijking met andere steden en regio’s- hoog niveau, dat ruim twee keer zo hoog is als een jaar geleden. Ter illustratie: het dieptepunt was in 2003 toen de index van het ondernemersvertrouwen slechts 27 was.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
9
Bedrijfsresultaten stad Utrecht 2000-2006 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
+4,5
+3,9
+0,2
-2,8
+0,5
+1,0
+7,3
Omzet omzet: % verandering tov jaar ervoor reële omzet: % verandering tov jaar ervoor
+0,8
-2,5
-3,8
-0,8
-0,7
* +6,4
% bedrijven met afname omzet
11
13
21
36
30
28
12
% bedrijven met toename omzet
42
37
27
18
23
22
45
% bedrijven met winst
91
91
85
81
82
80
90
% bedrijven met afname bedrijfsresultaat
18
17
23
35
33
27
13
% bedrijven met toename bedrijfsresultaat
42
41
29
26
30
30
47
% bedrijven met voldoende rendement
73
75
67
60
58
51
74
66
70
63
65
64
59
61
110
76
38
45
76
88
121
77
47
31
27
46
40
83
Bedrijfsresultaat
Investeringen % bedrijven met investeringen Verwachtingen volgend jaar ondernemersvertrouwen ondernemersvertrouwen excl. export Bron: ERBO * obv voorlopige inflatiecijfers
Dienstensector motor achter economische groei met 11,7% omzetstijging
Het economisch herstel is vooral hoog in de dienstensector, waar de omzet in 2006 met 11,7% steeg. Het gaat dan alleen om de commerciële diensten. In de andere bedrijfssectoren is de omzettoename aanmerkelijk lager. Een aanzienlijke omzetgroei is te zien in de bouwnijverheid en de groothandel. In de industrie nam de omzet het afgelopen jaar af. Ook het ondernemersvertrouwen in de dienstensector is met een index van 108 erg groot. Voor iets minder dan de helft komt dit door de positieve omzetverwachting van ondernemers. Omzetstijging in Utrecht dubbel zo hoog als in Nederland
De omzetontwikkeling in de stad steekt duidelijk positief af tegen die in de andere drie grote steden en het nationaal gemiddelde. Zo is de omzetstijging in Utrecht twee keer zo hoog als gemiddeld in Nederland. Ook in de regio Utrecht (KvK-gebied) is de omzetstijging met 5,0% evident. Zowel in Utrecht, de regio Utrecht, de G4 en Nederland is het ondernemersvertrouwen dit jaar duidelijk hoger dan een jaar geleden, maar de toename was nergens zo hoog als in Utrecht (van -0,7% in 2005 naar +6,4% in 2006).
10
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Bedrijfsresultaten stad Utrecht per sector 2006 bouw-
groot-
detail-
dienst-
industrie
nijverheid
handel
handel
verlening
omzet: % verandering tov jaar ervoor
+0,3
+6,2
+4,1
+3,2
+13,0
reële omzet*: % verandering tov jaar ervoor
Omzet -0,9
+4,4
+4,0
+2,8
+11,7
% bedrijven met afname omzet
16
7
9
24
13
% bedrijven met toename omzet
42
35
48
37
46
% bedrijven met winst
81
89
90
83
88
% bedrijven met afname bedrijfsresultaat
17
14
14
18
13
% bedrijven met toename bedrijfsresultaat
39
46
66
31
47
% bedrijven met voldoende rendement
63
72
76
69
75
73
78
60
38
72
107
** -
114
** -
** -
79
41
87
46
108
Bedrijfsresultaat
Investeringen % bedrijven met investeringen Verwachtingen volgend jaar ondernemersvertrouwen ondernemersvertrouwen excl. export Bron: ERBO * obv voorlopige inflatiecijfers ** een zeer klein deel van de bedrijven exporteert
Bedrijfsresultaten stad Utrecht, regio Utrecht (KvK-gebied), G4 en Nederland, 2006 Utrecht
KvK
G4
Nederland
omzet : % verandering tov jaar ervoor
+7,3
+5,9
+3,3
+4,6
reële omzet *: % verandering tov jaar ervoor
+6,4
+5,0
+2,4
+3,7
% bedrijven met afname omzet
12
16
15
13
% bedrijven met toename omzet
45
40
43
40
% bedrijven met winst
90
86
87
87
% bedrijven met afname bedrijfsresultaat
13
15
15
14
% bedrijven met toename bedrijfsresultaat
47
45
48
44
% bedrijven met voldoende rendement
74
70
68
68
61
65
64
66
120
114
106
97
82
71
73
59
Omzet
Bedrijfsresultaat
Investeringen % bedrijven met investeringen Verwachtingen volgend jaar ondernemersvertrouwen ondernemersvertrouwen excl. export Bron: ERBO * obv voorlopige inflatiecijfers
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
11
1.2
Startende bedrijven
Sterke stijging aantal starters In 2006 is in Utrecht een record aantal nieuwe bedrijven gestart. Bijna 2.100 bedrijven hebben zich in dat jaar ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Dit is meer dan in 2005, toen er 1.844 waren. Gemiddeld lieten zich de afgelopen jaren ruim 1.500 starters registreren. Het aantal starters in 2006 is ook hoger dan in het topjaar 2000, toen er bijna 1.950 startende bedrijven waren. Startende bedrijven en startersindex 1999-2006
startende bedrijven starters per 100 bedrijfsvestigingen starters per 1.000 potentiële beroepsbev.
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
1.404
1.939
1.519
1.560
1.489
1.560
1.844
2.083
10,3
13,7
10,3
10,4
9,7
10,0
11,2
12,1
8,3
11,4
8,2
8,2
7,7
7,9
9,2
10,1
Bron: KvK, PAR, GBA Utrecht
Ook relatief neemt het aantal starters toe. Zowel gerelateerd aan het aantal bedrijfsvestigingen als aan de bevolking in de leeftijd van 15-64 jaar (potentiële beroepsbevolking) is het aantal starters tussen 2003 en 2006 gestegen. Overwegend starters in dienstverlening Het grootste deel (62%) van de startende bedrijven richt zich op dienstverlening (gegevens 2005). Het gaat om 1.140 bedrijven. Een kwart van alle starters (24%) in 2005 is actief in de adviesdiensten. Hierbinnen zijn de economische adviesdiensten het belangrijkst. Andere belangrijke starterssectoren zijn facilitaire diensten (341 starters), persoonlijke diensten (234), detailhandel (320) en de bouw (165). Utrecht heeft hoogste startersindex G4 Utrecht heeft al jaren een hoge startersindex, dat wil zeggen het aantal starters gerelateerd aan het aantal zittende bedrijven. In Utrecht is deze met 9,8% hoger dan in de andere grote steden: Den Haag (8,4%), Rotterdam (7,8%) en Amsterdam (6,8%). Ook in de provincie Utrecht is de startersindex relatief hoog (7,9%) en duidelijk hoger dan gemiddeld in Nederland (5,6%). Deze vergelijkende gerelateerde cijfers komen rechtstreeks van de Kamer van Koophandel en gaan over 2004. Hierdoor is er een klein verschil met het cijfer dat in bovenstaande tabel voor Utrecht wordt gegeven.
1.3
Regionale economie
Sterke economische groei stadsgewest Utrecht De jaren van economische malaise liggen al weer enige tijd achter ons. Dieptepunt op stadsgewestelijk niveau was 2003 toen de economie met 1,8% kromp, zoals uit onderstaande tabel valt af te lezen. Het herstel start in 2004 en zet zich krachtig voort in 2005 met een economische groei van 3,2%, het dubbele van de groei in Nederland. Aangezien de nationale economie ook in 2006 floreerde (+ 2,9%), mag worden aangenomen dat de economie van het stadsgewest zich goed heeft
12
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
ontwikkeld (officiële cijfers komen in de loop van 2007 beschikbaar). De cijfers in onderstaande tabel betreffen het stadsgewest volgens afbakening van het CBS: het huidige BRU-gebied, exclusief Vianen. Aandeel stadsgewest in nationale economie 5,3% Het aandeel in de nationale economie van zowel stadsgewest als provincie Utrecht loopt ten opzichte van 2002 een fractie terug. In 2004 komt deze uit op 5,3% (stadsgewest) en 8,6% (provincie). In het stadsgewest Utrecht is het bruto binnenlands product (bbp) tussen 2000 en 2004 met 23,6% toegenomen. Landelijk was de toename over deze periode lager (21,8%), terwijl de provincie daar met een groei van 20,6% nog iets onder uitkomt. Deze cijfers zijn overigens niet gecorrigeerd voor inflatie. De inflatie kan per provincie bovendien verschillen door een verschil in economische functies. Economische ontwikkeling stadsgewest Utrecht, provincie en Nederland, 2000-2005 2000
2001
2002
2003
2004*
2005*
volumemutatie (groei toegevoegde waarde)
+1,8%
+2,4%
+0,8%
-1,8%
+1,3%
+3,2%
bruto binnenlands product (bbp in mln € )
20.936
23.780
25.085
25.381
25.885
Nb
5,2%
5,3%
5,4%
5,3%
5,3%
Nb
39
44
44
44
44
Nb
Stadsgewest Utrecht **
regionaal aandeel bbp bbp per hoofd (x 1.000 euro) Provincie Utrecht volumemutatie (groei toegevoegde waarde)
+2,9%
+2,7%
-1,1%
-1,2%
+1,5%
+2,8%
bruto binnenlands product (bbp in mln € )
34.955
39.454
40.732
41.218
42.150
Nb
8,7%
8,8%
8,8%
8,6%
8,6%
Nb
31
35
36
36
36
Nb
regionaal aandeel bbp bbp per hoofd (x 1.000 euro) Nederland volumemutatie (groei toegevoegde waarde) bruto binnenlands product (bbp in mln € ) bbp per hoofd (x 1.000 euro)
+3,5%
+1,6%
+0,2%
+0,5%
+2,0%
+1,6%
402.291
447.731
465.214
476.945
489.854
505.646
25
28
29
29
30
31
Bron: CBS * voorlopige cijfers ** BRU, exclusief Vianen
Binnen de provincie Utrecht neemt het stadsgewest Utrecht een belangrijke positie in. Dit geldt zowel voor het aandeel van het bruto binnenlands product (bbp) als de groei van de toegevoegde waarde. In de periode 2000-2005 wordt gemiddeld 64% van het bbp in de provincie gerealiseerd in het stadsgewest Utrecht. Ter vergelijking: in het CBS-stadsgewest Utrecht bevindt zich 48,5% van de provinciale werkgelegenheid (voor het BRU, inclusief Vianen, gaat het om 50,3%) en 43,8% van de vestigingen.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
13
Economische prestaties regio bovengemiddeld
Uit een vergelijking van 40 regio’s in Nederland (Visie op provinciale dynamiek 2006) komt de provincie Utrecht als vierde regio naar voren. De vergelijking maakt onderscheid tussen de economische kracht en de economische prestaties van regio’s. Utrecht scoort daarbij iets beter op economische kracht dan op economische prestaties. De economische kracht is hier gebaseerd op het aantal starters en vestigers van buiten de regio, sectorsamenstelling, export en investeringsbereidheid. De economische prestaties zijn gebaseerd op winstgroei, omzet, export en werkgelegenheid. Het vergelijkende onderzoek baseert zich nog op cijfers van 2005, waaronder de ERBO-gegevens. Gezien de positieve resultaten hiervan in 2006 (zie paragraaf 2.1) is het te verwachten dat Utrecht in 2006 weer hoog op deze lijst scoort.
1.4
Bedrijvigheid en werkgelegenheid
Werkgelegenheid trekt nog niet aan
Het economisch herstel is nog niet terug te zien in een aantrekkende werkgelegenheid in de stad. Deze is het afgelopen jaar tegen de verwachting in nog een fractie gedaald met 0,4%. Daarmee is sinds 2001 de werkgelegenheid in de stad steeds afgenomen, met gemiddeld 1,4% per jaar. In totaal werken er in Utrecht iets meer dan 200.000 mensen, zo’n 800 minder dan in 2005. Het aantal bedrijfsvestigingen laat een constante groei zien. Sinds het afnemen van de werkgelegenheid, vanaf 2001, zijn er iets minder dan 2.300 bedrijfsvestigingen bijgekomen, een toename van 16%. In de gegevens voor het aantal banen en vestigingen is een onderscheid gemaakt tussen gegevens die uit het Provinciaal Arbeidsplaatsenregister (PAR) komen en landbouwgegevens die van het CBS betrokken zijn (landbouwtellingen). In het PAR worden de landbouwbedrijven niet meegenomen. In het PAR zitten alleen de landbouwgerelateerde bedrijven die onder de sector landbouw vallen. Voor een stad als Utrecht gaat het slechts om een klein aantal vestigingen en banen in de landbouw (82 respectievelijk 263). In het vervolg van deze publicatie wordt gebruikt gemaakt van de PAR-cijfers, dus exclusief de landbouwgegevens. De reden hiervoor is dat we alleen van de PAR-gegevens detailinformatie beschikbaar hebben. Wanneer in het vervolg wordt gerefereerd aan de sector landbouw, dan gaat het dus uitsluitend om de vestigingen en werkzame personen in de landbouwgerelateerde bedrijvigheid. Tegenover de daling van het aantal arbeidsplaatsen in Utrecht, staat een toename van de werkgelegenheid in de provincie Utecht. De werkgelegenheid steeg met 0,9%, van 619.800 naar 625.600 banen. Ook tussen 2004 en 2005 steeg het aantal banen in de provincie, en wel met 0,3%.
14
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Ontwikkeling bedrijvigheid en werkgelegenheid Utrecht, 1998-2006 1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
192.759
198.220
207.766
214.926
210.917
205.410
203.469
200.722
199.936
1.253
1.114
1.049
541
445
462
465
271
263
194.012
199.334
208.815
215.467
211.362
205.872
203.934
200.993
200.199
13.183
13.664
14.199
14.864
15.058
15.376
15.721
16.461
17.189
198
167
152
145
132
107
91
89
82
13.381
13.831
14.351
15.009
15.190
15.483
15.812
16.550
17.271
Banen banen PAR banen landbouw totaal banen Vestigingen vestigingen PAR landbouw totaal vestigingen Bron: PAR, CBS
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
15
2 Economische structuur •
De gezondheidszorg blijkt qua werkgelegenheid dé groeisector in Utrecht. De werkgelegenheid in de grootste economische sector in Utrecht, de zakelijke dienstverlening, groeit weer sinds 2005. Beide sectoren zorgen tussen 2005 en 2006 voor ruim 2.700 meer banen in Utrecht, tegenover een terugloop in veel andere sectoren van in totaal 3.700 banen.
•
Ingedeeld naar clusters van samenhangende economische activiteiten blijkt het medisch cluster met 42.000 banen van grote betekenis. De ICT-sector, met 24.000 banen, groeit sinds 2003 vooral dankzij de ontwikkeling en productie van software. Deze laatste economische activiteit behoort ook het cluster creatieve industrie, waar de werkgelegenheid in tien jaar tijd bijna is verdubbeld.
•
In de periode 2002-2006 neemt de werkgelegenheid vooral af in de wijken West (-20%), Noordwest (-15%) en Zuidwest (-14%). Voor Utrecht als geheel blijft de afname beperkt tot 7%.
•
De bedrijventerreinen Lageweide en Kanaleneiland zien hun werkgelegenheid in de periode 2001-2006 elk met circa 30% teruglopen. De werkgelegenheid op Rijnsweerd is in vijf jaar tijd bijna gehalveerd tot 7.700 arbeidsplaatsen. Het nieuwe gecombineerde terrein voor bedrijven en kantoren Nieuwerijn/Papendorp is de laatste jaren snel volgestroomd en telt nu circa 11.000 arbeidsplaatsen.
2.1
Sectorstructuur en ontwikkeling daarin
Gezondheidszorg wint laatste vijf jaar aan belang Tussen 2001, toen de top van de werkgelegenheid in Utrecht werd bereikt, en 2006 is de sectorstructuur vooral veranderd door het groeiend aandeel van de gezondheidszorg. Dat aandeel nam in die periode toe van 13,4% naar 16,3%. Terwijl de werkgelegenheid in veel sectoren afnam, groeide deze in de gezondheidszorg. De Utrechtse economie wordt door deze sector steeds meer gekenmerkt, naast de nog altijd belangrijkste economische sector de zakelijke dienstverlening. Andere belangrijke sectoren zijn handel en onderwijs. De vier sectoren samen zijn goed voor bijna tweederde (65,4%) van alle banen. Bezien we de relatieve aandelen van de verschillende sectoren over een langere periode tussen 1996 en 2006 dan blijkt het niet alleen om een groeiend aandeel van de gezondheidszorg te gaan, maar vooral ook om dat van de zakelijke dienstverlening. Het werkgelegenheidsaandeel van de handel nam de afgelopen tien jaar duidelijk af. Keerpunt 2001 De invloed van het keerpunt 2001 is, met uitzondering van de niet-commerciële dienstverlening, over de hele linie duidelijk zichtbaar. Over de periode van tien jaar fluctueerde de werkgelegenheid
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
17
het minst in de handel (-1%), de overheidsinstellingen en landbouw (beide +7,1%), de financiële instellingen (+10,1%) en de bouwnijverheid (+13,2%). De combinatie industrie/nutsbedrijven liet een grote werkgelegenheidsafname (-33,1%) zien, vooral als gevolg van de privatisering van energiebedrijven en de fusiegolf die hierna plaatsvond in deze sector. In de industrie sec bleef het banenverlies beperkt tot 16,6%. De sector transport en communicatie verloor in de stad 22,6% van haar werkgelegenheid. Het recente verlies aan banen in de industrie heeft onder meer te maken met de reorganisatie bij Douwe Egberts / Sara Lee, waarbij taken zijn afgestoten naar externe partijen. Het verlies aan werkgelegenheid in de transport en communicatie hangt onder andere samen met de voortgaande reorganisaties bij KPN Telecom en TNT Post. Sectorstructuur Utrecht naar aantal arbeidsplaatsen, 1996-2001-2006 Utrecht sector
Nederland
1996
2001
2006
2006
landbouw
0,1
0,1
0,1
3,6
industrie en nuts
6,6
5,5
4,4
12,4
bouwnijverheid
3,7
4,6
3,7
6,3
15,8
14,0
13,6
17,9
horeca
3,2
3,1
3,3
4,1
transport en communicatie
8,3
7,0
5,6
6,3
financiële instellingen
6,7
7,3
6,4
3,3
21,7
25,9
25,4
14,6
overheidsinstellingen
6,5
5,4
6,0
5,8
onderwijs
9,6
9,1
10,1
6,4
13,7
13,4
16,3
14,9
groot- en detailhandel
zakelijke diensten
gezondheidszorg overige sectoren totaal totaal aantal
4,2
4,5
5,1
4,5
100,0%
100,0%
100,0%
100,0%
173.847
214.926
199.936
7.558.040
Bron: PAR; LISA
Zakelijke dienstverlening groeit weer sinds 2005 Vanaf 2005 is er bij de zakelijke dienstverlening weer sprake van een groeiende werkgelegenheid. Deze neemt tussen 2005 en 2006 toe met 2,1% (+1.040 banen). Daarvoor, in de jaren vanaf 2001, was het banenverlies groot. De sector verloor toen 5.900 banen, terwijl er tussen 1996 en 2001 nog 18.000 banen waren bijgekomen. Per saldo groeide de zakelijke dienstverlening de afgelopen tien jaar met 34,5%. Een duidelijke toename in het aantal banen in die periode was er ook in de horeca (+18,6%). Daarnaast is er een belangrijke sector waar de werkgelegenheid tussen 1996 en 2006 ieder jaar is toegenomen, de gezondheidszorg. In deze sector nam de werkgelegenheid in totaal toe met 37,5%. In het onderwijs nam de werkgelegenheid de afgelopen tien jaar ook fors toe, namelijk met 21,3%.
18
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
2005-2006: alleen substantiële groei in gezondheidszorg en zakelijke dienstverlening Bezien we alleen de meest recente ontwikkeling, dan blijkt dat afgezien van de minieme landbouwsector, in (slechts) vijf van de dertien onderscheiden sectoren de werkgelegenheid tussen 2005 en 2006 groeit. De toename is vrijwel onbetekenend in de horeca (+17 banen), onderwijs (+31 banen) en de handel (+90 banen). De grote groei in die korte periode vindt plaats in de gezondheidszorg (+1.706 banen) en in de zakelijke dienstverlening zoals we al eerder zagen. Dat de werkgelegenheid in de financiële sector het laatste jaar behoorlijk afneemt (met ruim 8%) heeft onder meer te maken met reorganisaties bij de ABN-AMRO en Fortis. Bij het laatste bedrijf gaat het ook om een verschuiving van banen naar Amersfoort. Ook bij de overheid trad tussen 2005 en 2006 banenverlies op (-5,4%), wat mede samenhing met afslanking van het UWV. Werkgelegenheid in Utrecht per sector 1996-2006 sector
1996
2001
2002
2003
2004
2005
2006
197
209
212
240
195
185
211
11.420
11.862
11.330
9.931
9.835
9.095
8.775
6.476
9.982
9.223
8.736
8.822
8.442
7.329
27.522
30.153
28.890
28.250
27.970
27.175
27.265
5.503
6.668
6.675
6.669
6.545
6.509
6.526
transport/communicatie
14.484
15.032
12.411
11.757
11.464
11.463
11.208
financiële instellingen
11.566
15.751
15.485
15.134
14.930
13.867
12.735
zakelijke diensten
37.743
55.639
55.112
52.260
50.540
49.715
50.755
overheidsinstellingen
11.258
11.623
12.239
12.073
12.309
12.739
12.053
onderwijs
16.694
19.539
19.820
20.172
20.251
20.213
20.244
gezondheidszorg
23.756
28.891
29.855
30.264
30.408
30.959
32.665
7.228
9.577
9.665
9.924
10.200
10.360
10.170
landbouw industrie en nuts bouwnijverheid groot- en detailhandel horeca
overige sectoren totaal
173.847
214.926 210.917 205.410 203.469 200.722 199.936
Bron: PAR
Productiestructuur: dienstverlening in Utrecht (64%) veel groter dan in Nederland (45%) De Utrechtse productiestructuur wijkt duidelijk af van die van Nederland. Het aandeel in de werkgelegenheid van de vijf belangrijke dienstensectoren (financiële instellingen, zakelijke dienstverlening, overheid, onderwijs en gezondheidszorg) is in Utrecht 64,2% tegenover Nederland met 45%. De financiële dienstverlening is in Utrecht bijna twee keer zo groot als gemiddeld in het land. De zakelijke dienstverlening blijft in Utrecht, ondanks het banenverlies in de periode 2001-2005, veel dominanter in Utrecht dan in het gehele land. ook de overige drie dienstensectoren zijn in Utrecht relatief groot. De combinatie industrie/nutsbedrijven is in Utrecht met een werkgelegenheidsaandeel van 4,4% een veel kleinere sector dan in Nederland (12,4%). Dit geldt ook, zij het in mindere mate, voor de sectoren bouw en handel. De landbouwsector in Utrecht is natuurlijk erg klein, met een werkgelegenheidaandeel van 0,1% (Nederland 3,6%).
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
19
Grote toename bedrijfsvestigingen laatste twee jaar Tussen 2004 en 2006 neemt het aantal bedrijfsvestigingen in Utrecht met ruim 9% toe. Dat is veel in vergelijking met de jaren daarvoor en heeft zonder twijfel te maken de verbetering van het economisch klimaat. Het aantal bedrijfsvestigingen in Utrecht is in de afgelopen tien jaar ieder jaar gegroeid. In totaal zijn er ruim 4.600 vestigingen bijgekomen - een toename van 37% - voor het merendeel in de zakelijke dienstverlening. Iets meer dan eenderde van alle vestigingen is actief in deze sector. Andere sectoren waar het aantal vestigingen vooral is toegenomen zijn de overige diensten (+460) en de bouwnijverheid (+450). Aantal vestigingen in Utrecht per sector 1996-2006 sector
1996
2001
2002
2003
2004
2005
2006
33
49
46
52
55
56
66
industrie en nuts
659
711
706
703
694
710
704
bouwnijverheid
646
929
979
987
994
1.020
1.100
3.653
3.320
3.240
3.272
3.340
3.423
3.504
horeca
841
900
899
920
921
932
943
transport/communicatie
335
541
534
538
532
552
557
financiële instellingen
311
303
273
262
264
264
258
landbouw
groot- en detailhandel
zakelijke diensten
2.848
4.666
4.869
5.044
5.192
5.512
5.884
overheidsinstellingen
113
92
83
76
75
75
74
onderwijs
545
594
600
637
665
706
728
gezondheidszorg
1.227
1.174
1.186
1.192
1.207
1.300
1.323
overige sectoren
1.311
1.585
1.643
1.693
1.782
1.911
2.048
12.522
14.864
15.058
15.376
15.721
16.461
17.189
totaal Bron: PAR
In de handel is het aantal vestigingen tussen 1996 en 2006 met 150 afgenomen, de grootste afname in absolute zin. Relatief gaat het maar om een kleine afname (-4%). De enige andere sector waar het aantal vestigingen daalde zijn de financiële instellingen. Onder andere de inkrimping van het aantal cliëntenbalies van de banken speelt hierin een rol. Detailhandel: meer winkels en minder personeel In 2006 telde Utrecht volgens het provinciaal arbeidsplaatsenregister 2.202 detailhandelsvestigingen, waar ruim 13.000 mensen werken. Nam het aantal detailhandelsvestigingen tussen 1996 en 2002 af, met in totaal 16%, daarna is er weer sprake van een toename. In 2006 ligt het aantal vestigingen bijna 9% hoger dan in 2002. Echter het aandeel van de sector in het totaal aantal vestigingen in Utrecht daalt continu, zij het geleidelijk. Behoorde in 1996 nog 19,3% van de vestigingen tot de detailhandel, in 2001 was dit 13,9% en in 2006 was dit aandeel verder gezakt naar 12,8%. De afgelopen jaren is het aantal banen in de detailhandel langzaam afgenomen. Tussen 2001 en 2005 nam de werkgelegenheid in de detailhandel met 6% af. Recent is er weer sprake van een lichte stijging. Over de afgelopen tien jaar blijkt het aantal banen met 718 te zijn toegenomen.
20
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Werkgelegenheid en vestigingen in de detailhandel, 1996-2006
1996
2001
2002
2003
2004
2005
2006
12.516
13.929
13.699
13.441
13.142
13.110
13.211
7,2%
6,5%
6,5%
6,5%
6,5%
6,5%
6,6%
vestigingen
2.410
2.065
2.023
2.040
2.076
2.122
2.202
aandeel in vestigingen Utrecht
19,2%
13,9%
13,4%
13,3%
13,2%
12,9%
12,8%
-
-
-
417.900
428.400
435.000
440.500
banen aandeel in totaal banen Utrecht
Winkelvloeroppervlak (m2) Bron: PAR
Als gevolg van de ontwikkeling in de aantallen vestigingen en banen is het gemiddeld aantal banen per vestiging gestegen van 5,2 in 1996 naar 6,8 in 2002 om vervolgens weer te dalen naar 6,0 in 2006. Deze ontwikkeling is enerzijds het gevolg van het feit dat de grootwinkelbedrijven groter worden en anderzijds van de opening van kleine filialen van deze bedrijven en starters in niches van de markt. Het winkelvloeroppervlak is de laatste drie jaar met een kleine 23.000 m2 toegenomen. Vestigingen naar grootteklasse, 2006 sector
groot- en detailhandel
500-
800-
5-49
50-99
199
499
799
999
1000+
totaal
55
11
0
0
0
0
0
0
66
502
161
23
6
6
1
0
0
699
nuts bouwnijverheid
200-
0-4 landbouw industrie
100-
0
1
0
1
2
0
0
0
4
928
143
17
8
3
1
0
0
1.100
2.472
948
55
18
9
0
1
1
3.504
horeca
609
321
10
3
0
0
0
0
943
transport/communicatie
415
105
8
17
7
4
0
1
557
financiële instellingen
169
65
2
8
8
2
0
4
258
4.998
708
92
50
26
5
1
4
5.884 74
zakelijke diensten overheidsinstellingen
22
14
4
10
15
8
1
0
onderwijs
480
171
32
25
15
3
0
2
728
gezondheidszorg
786
450
32
33
15
2
1
4
1.323
1.722
293
19
9
5
0
0
0
2.048
13.158
3.391
294
188
111
26
4
16
17.189
overige sectoren totaal Bron: PAR
Meeste sectoren: veel kleine vestigingen In 77% van de vestigingen werken slechts maximaal vier personen. Voor de meeste sectoren geldt dat verreweg de meeste vestigingen klein zijn. Alleen de sectoren nutsbedrijven en overheid hebben maar een klein aandeel vestigingen met minder dan vijf werkzame personen.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
21
In Utrecht zijn slechts 45 vestigingen waar meer dan 500 mensen werkzaam zijn. Bij 15 vestigingen werken meer dan 1.000 mensen. In totaal bieden zij werk aan 31.096 personen. Het gaat hierbij dus om bedrijfsvestigingen en niet om bedrijven. Daarvan behoren er vier tot de sector gezondheidszorg, eveneens vier tot de zakelijke dienstverlening en drie tot de financiële instellingen.
2.2
Industrie en milieu
Industrie in Utrecht relatief kleine sector De industrie is in Utrecht een relatief kleine sector. Er werken iets minder dan 8.000 mensen, 4% van de Utrechtse werkgelegenheid. De werkgelegenheid in de industrie is de afgelopen vijf jaar met 1.800 banen afgenomen. Dit komt vooral door een afname van werkgelegenheid in de vervaardiging van meubels (-700) en drukkerijen (-700). Daarnaast is er ook een aantal kleine niches waar de werkgelegenheid is toenam. Voorbeelden zijn de productie van auto’s en aanhangwagens en de vervaardiging van producten van rubber en kunststof. Meer gedetailleerde informatie is te vinden in bijlage 1, tabel 8. Milieucategorie 1 of 2 voor helft bedrijfsvestigingen industrie Bijna de helft van de Utrechtse bedrijfsvestigingen in de industrie is volgens de Wet Milieubeheer ingedeeld in milieucategorie 1 of 2. Dit betekent dat de overlast wat betreft geur, stof, geluid en verkeer, de visuele hinder en het gevaar van deze vestigingen naar verhouding beperkt zijn. De bijbehorende 2.400 arbeidsplaatsen hebben een aandeel van 30% binnen de industrie in Utrecht. Van de afgerond 340 vestigingen met milieucategorie 1 of 2 zijn er mogelijk enkele die tot milieucategorie 3 behoren, omdat een toereikende uitsplitsing niet mogelijk was. Industrie: vestigingen en arbeidsplaatsen per milieucategorie, 2006 *) percentage arbeidsenkele voorbeeldsectoren
milieucategorie percentage vestigingen
plaatsen
o.a. uitgeverijen/reproductie video-opnamen
1
16%
8%
o.a. productie kleding/medische apparaten
2
32%
22%
o.a. productie glas/machines/meubels
3
41%
42%
o.a. productie veevoeder/aluminium/verf
4
10%
18%
o.a. productie koffie/industriële gassen
5
1%
10%
100%
100%
Bron: PAR, DSO Milieu & Duurzaamheid, bewerking BI * De koppeling van bedrijfsvestigingen (PAR) en het bestand van de afdeling Milieu & Duurzaamheid levert in een aantal gevallen geen uitsluitsel over de precieze milieucategorie. Zie in tekst voor verdere toelichting.
Circa 40% industrie heeft milieucategorie 3 Zowel wat betreft vestigingen als werkgelegenheid is circa 40% van de Utrechtse industrie ingedeeld in milieucategorie 3. Hierbij gaat het om afgerond 280 vestigingen met 3.300 arbeidsplaatsen. De onzekerheid over de precieze milieucategorie is echter veel groter dan bij de indeling in categorie 1 en 2. Voor een aantal bedrijfsvestigingen geldt dat deze mogelijk ook tot milieucategorie 4 hunnen
22
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
behoren (onder andere constructiewerkplaatsen in de open lucht). Voor een enkel bedrijf kan het om een indeling in milieucategorie 2 of 5 gaan (zoals bij bepaalde vormen van natuursteenbewerking). Alleen een preciezere koppeling van gegevens kan hierover helderheid verschaffen. Op basis van de hier uitgevoerde koppeling is het wel mogelijk om een orde van grootte te schetsen van de Utrechtse industriële bedrijvigheid in milieucategorie 3. Bij deze milieucategorie dient bijvoorbeeld de afstand van een bedrijfsvestiging tot andere activiteiten, afhankelijk van de soort productie, 50 of 100 meter te zijn. Circa 30% industriële werkgelegenheid in bedrijven met milieucategorie 4 of 5 Bijna 1.500 arbeidsplaatsen (circa 30%) in de Utrechtse industrie zijn te vinden in bedrijven die zijn ingedeeld in milieucategorie 4 of 5. Hierbij moet er een minimale afstand tot andere activiteiten zijn van 200 meter. Het betreft zo’n 75 bedrijfsvestigingen, zo’n 11% van het totale aantal industriële vestigingen in Utrecht. Wederom gaat het bij deze cijfers om een orde van grootte. Een enkele vestiging kan namelijk tot de minder zwaardere milieucategorie 3 behoren.
2.3
Vier economische clusters nader bekeken
Naast de gebruikelijke sectorindeling die hierboven is gepresenteerd, worden economische activiteiten ook wel ingedeeld in clusters. Deze economische clusters hebben betrekking op activiteiten die op een of andere manier met elkaar verband houden, maar die niet als eenheid in de standaard bedrijfsindeling (Bik; Bedrijfsindeling Kamers van Koophandel) zijn terug te vinden. De afbakening van de vier clusters op basis van BIK-indeling is weergegeven in bijlage 3. In deze paragraaf gaan we nader in op vier clusters die voor Utrecht van belang zijn: •
Medisch cluster
•
Informatie en Communicatie Technologie (ICT)
•
Creatieve industrie
•
Recreatief-toeristisch cluster
Medisch cluster: 42.000 banen
Het medisch cluster is met z’n 42.000 banen een van de pijlers onder de Utrechtse economie. Dit cluster is veel ruimer gedefinieerd dan de gezondheidszorgsector sec. Naast cure en care en de medische koepelorganisaties en adviesdiensten behoren tot het cluster ook productie en handel in medische apparatuur en toebehoren, en onderzoek en onderwijs. We onderscheiden de volgende vijf hoofdgroepen: •
cure; hieronder vallen alle ziekenhuizen, tandartsen, verloskundigen, paramedici, psychologen etc.
•
care; hieronder valt de welzijnszorg, jeugdzorg, kinderopvang, niet-medische dagbehandeling, maatschappelijk werk etc.
•
koepelorganisaties en adviesdiensten; hieronder vallen instellingen voor preventieve gezondheidszorg, gezondheidszorgondersteunende diensten, belangenorganisaties voor patienten en medische beroepsgroepen etc.
•
medische industrie en handel; hieronder valt de vervaardiging van farmaceutische producten, vervaardiging van medische apparatuur, de groothandel in farmaceutische producten.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
23
•
onderwijs en onderzoek; hieronder vallen natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk, medische laboratoria en bloedbanken, medische opleidingen aan ROC, medische opleidingen aan hogeschool en universiteit en medisch onderzoek aan de universiteit.
Met name de laatste hoofdgroep ‘onderwijs en onderzoek’ is in Utrecht sterk vertegenwoordigd, met een breed scala aan opleidingen op mbo, hbo en universitair niveau. De Universiteit Utrecht heeft vijf faculteiten met een medische inslag: Biologie, Farmacie, Scheikunde, Diergeneeskunde en de Medische Faculteit. Het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMCU) - met in totaal bijna 7.600 werknemers de grootste werkgever van Utrecht - speelt hierbinnen een belangrijke rol. Ruim een vijfde van alle banen in Utrecht (21,1%) is binnen het medisch cluster te vinden. Dit aandeel stijgt gestaag sinds 2000, toen het 17,1% bedroeg. Tussen 1996 en 2006 is het aantal banen met 38% gegroeid. Dit is 2,5 keer zo hard als de totale werkgelegenheidstoename in de stad in diezelfde periode. Medisch cluster 2004 en 2006 Werkzame personen
Vestigingen toename
2004
2006
cure
15.000
care
11.319
koepelorg. en adviesdiensten
toename
%
abs.
2004
2006
%
abs.
16.022
6,8%
1.022
563
610
8,3%
47
12.401
9,6%
1.082
513
533
3,9%
20
4.452
4.291
-3,6%
-161
179
188
5,0%
9
medische industrie en handel
1.518
1.627
7,2%
109
96
93
- 3,1%
-3
onderwijs en onderzoek
7.752
7.825
1,0%
73
78
83
6,4%
5
40.041
42.166
5,3%
2.125
1.429
1.507
5,5%
78
203.469 199.936
- 1,7%
- 3.533
15.721
17.189
9,3%
1.468
9,1%
8,8%
totaal medisch cluster totaal Utrecht aandeel medisch cluster
19,7%
21,1%
Bron: PAR
In tien jaar tijd kwamen er in het medisch cluster 11.655 banen bij. Vergeleken met 1996 nam het aantal banen in alle sectoren binnen dit cluster toe. De grootste relatieve toename is er bij onderwijs en onderzoek, waar het aantal banen met 56% toenam, gevolgd door care (40%) en de koepelorganisaties en adviesdiensten (38%). De kleinste toename, iets minder dan de gemiddelde werkgelegenheidsgroei in Utrecht, is er bij medische industrie en handel (13%). Dit betreft overigens voornamelijk groothandel. Bijgaande tabel toont de meest recente ontwikkeling. Tussen 2004 en 2006 loopt de groei in de verschillende medische sectoren uiteen van 1% tot 9,6%, met uitzondering van koepelorganisaties en adviesdiensten, waar de werkgelegenheid wat terugliep. Met 1996 als referentiejaar staat tegenover de sterke werkgelegenheidsgroei een beperkte groei van het aantal vestigingen naar 1.507 anno 2006. De groei vindt vooral de laatste twee jaar plaats,
24
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
want het aantal vestigingen in 2004 (1.429) is vrijwel gelijk aan dat van 1996 (1.425). In de afgelopen tien jaar was het aantal vestigingen binnen het medisch cluster overigens het laagst (1.376) in 1999 en het hoogst (1.525) in 2005. ICT-sector: weer werkgelegenheidstoename sinds 2003 dankzij softwareontwikkeling In de Utrechtse ICT-sector - een verzameling bedrijfsactiviteiten die dwars door de gebruikelijke sectorstructuur heenloopt - werken bijna 24.000 mensen. Dit is 35% meer dan in 1996. De werkgelegenheidstoename in de ICT-sector is daarmee bijna 2,5 keer zo hoog als die van Utrecht totaal. In het topjaar van de economie (2001) werkten er 26.559 mensen in de Utrechtse ICT. In de twee daarop volgende jaren nam de werkgelegenheid af naar 22.736 banen. Daarna neemt de werkgelegenheid in deze sector weer geleidelijk toe: in de periode 2004-2006 komen er ruim 500 banen bij. ICT-sector 2004 en 2006 Werkzame personen
Vestigingen toename
2004 productie van hardware
2006
%
toename abs.
2004
2006
%
abs.
42
27
-35,7%
-15
13
13
0,0%
0
productie van software
8.056
10.290
27,7%
2.234
675
807
19,6%
132
groothandel in ICT-producten
4.093
3.859
-5,7%
-234
148
136
-8,1%
-12
detailhandel in ICT-producten
561
481
-14,3%
-80
108
105
-2,8%
-3
telecommunicatie
1.972
1.733
-12,1%
-239
104
100
-3,8%
-4
dataverwerking
1.107
956
-13,6%
-151
48
64
33,3%
16
adviesdiensten
5.604
4.506
-19,6%
-1.098
1.406
1.669
18,7%
263
overige ICT diensten
1.749
1.888
7,9%
139
670
736
9,9%
66
23.184
23.740
2,4%
556
3.172
3.630
14,4%
458
203.469 199.936
- 1,7%
- 3.533
15.721
17.189
9,3%
1.468
20,2%
21,1%
totaal ICT totaal Utrecht aandeel ICT sector
11,4%
11,9%
Bron: PAR
Het aandeel vestigingen dat zich op een of andere manier met ICT bezighoudt is veel groter dan het werkgelegenheidsaandeel. Eén op de vijf Utrechtse vestigingen is actief in de ICT. In 2006 gaat het om ruim 3.600 vestigingen. Bijna de helft houdt zich bezig met adviesdiensten. Zoals in bovenstaande tabel is te zien, zijn acht typen activiteiten onderscheiden. Het overgrote deel van de ICT-activiteiten in Utrecht bestaat uit de productie van software. Het aandeel hiervan ligt inmiddels op iets meer dan 43%. Dit is fors hoger dan in 1996 toen dit nog ruim onder de 30% lag. Vooral de laatste twee jaar is het aandeel zeer snel toegenomen. De productie van software is, afgezien van de ‘overige ICT-diensten’, ook de enige ICT-activiteit die tussen 2004 en 2006 een groei van werkgelegenheid kent. En deze groei is enorm, bijna 28% in twee jaar tijd, terwijl vrijwel alle andere ICT-activiteiten in die periode aan werkgelegenheid inboeten. In absolute zin is dat
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
25
vooral het geval bij de adviesdiensten (-1.100), waar tegenover staat dat juist het aantal vestigingen met bijna een vijfde toeneemt. Naast de productie van software zijn wat betreft werkgelegenheid de adviesdiensten (19%) en de groothandel in ICT-producten (16%) de grootste ICT-activiteiten. Alledrie samen hebben ze een werkgelegenheidsaandeel van tegen de 80%. De productie van software bestaat bijna geheel uit het leveren van maatwerksoftware. Deze maakt ook deel uit van de hierna onderscheiden creatieve industrie, waarmee ook het overgrote deel van de overlap tussen de ICT-sector en deze industrie is verklaard. De ICT-sector in Nederland kent een sterke concentratie in de noordvleugel van de Randstad, waarbinnen de regio Utrecht naast Amsterdam een belangrijke plaats inneemt. Creatieve industrie: werkgelegenheid bijna verdubbeld sinds 1996 De creatieve industrie volgens de gemeentelijke afbakening beslaat in Utrecht nu iets meer dan 21.000 banen. Deze gemeentelijke afbakening is een uitbreiding van de breed gebruikte TNOdefinitie (zie bijlage 3 voor sbi-codes). De creatieve industrie telt bijna twee keer zoveel banen als in 1996 (11.000 banen) en is hiermee maar liefst zes keer zo snel gegroeid als de totale Utrechtse werkgelegenheid. Het aandeel van de creatieve industrie in de werkgelegenheid steeg van 6,4% in 1996 naar 10,6% in 2006. Vooral de laatste twee jaar gaat het hard, zo blijkt uit bijgaande tabel. Nam de totale werkgelegenheid in die periode nog met 1,7% af, die van de creatieve industrie steeg met maar liefst 14,4%, een groei die in geen van de drie andere clusters wordt behaald, zelfs bij lange na niet. Gemeten naar het aantal bedrijfsvestigingen is, net als bij de ICT-sector, het aandeel van de creatieve industrie in Utrecht veel groter (19,5%). In 1996 ging het nog maar om 11,2% van de vestigingen. De laatste twee jaar is het aantal bedrijfsvestigingen in deze industrie relatief snel gestegen, met bijna 13%. Veel van de creatieve bedrijfjes zijn eenmansvestigingen of kleine bedrijfjes. Binnen de creatieve industrie is een onderscheid te maken tussen drie uiteenlopende activiteiten: kunsten, creatieve zakelijke diensten en media & entertainment. De meeste bedrijvigheid (werkgelegenheid en vestigingen) is te vinden in de creatieve zakelijke diensten. Hier is ook de grootste groei over de afgelopen twee jaar te constateren. Veruit de belangrijkste afzonderlijke creatieve activiteit gemeten naar het aantal banen is de ontwikkeling en productie van maatwerksoftware (onderdeel van de creatieve zakelijke diensten). Deze neemt met ruim 10.000 banen bijna de helft van de creatieve sector voor haar rekening. De recente werkgelegenheidsgroei in de creatieve industrie is zelfs voor iets meer dan 80% te danken aan deze softwareontwikkeling. Overigens is er een onderscheid te maken tussen de creatieve industrie als economisch cluster (uitgedrukt in aantal bedrijfsvestigingen of banen) en de creatieve klasse als onderdeel van de beroepsbevolking in een bepaalde stad of regio. Het verschil is dat de eerste uitgaat van de vestigingslocaties van het bedrijf en de tweede uitgaat van de woonplaats van het personeel. Het onderscheid is temeer van belang, omdat de ‘creatieve’ bedrijven zich neigen te vestigen bij hun
26
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
(potentiële) werknemers. De creatieve klasse op haar beurt woont het liefst in steden met een hoog cultureel aanbod, waar voldoende koopwoningen beschikbaar zijn in een aantrekkelijke woonomgeving. Deze populaire woonmilieus bevinden zich in bepaalde vooroorlogse buurten, zoals in Utrecht Oost, en in de omvangrijke nieuwbouwlocatie Leidsche Rijn aan de westkant van de stad. Creatieve industrie 2004 en 2006 (obv Utrechtse definitie) Werkzame personen
Vestigingen toename
2004 kunsten creatieve zakelijke diensten
totaal Utrecht
%
abs.
2004
2006
%
abs.
2.127
2.320
9,1%
193
586
698
19,1%
112
14.805
17.330
17,1%
2.525
1.836
2.061
12,3%
225
1.531
1.475
-3,7%
-56
545
591
8,4%
46
18.463
21.125
14,4%
2.662
2.967
3.350
12,9%
383
203.469 199.936
- 1,7%
- 3.533
15.721
17.189
9,3%
1.468
18,9%
19,5%
media & entertainment totaal creatieve industrie
2006
toename
aandeel creatieve industrie
9,1%
10,6%
Bron: PAR
Volgens de Atlas voor gemeenten 2004 was Utrecht de meest creatieve stad in Nederland als het gaat om de ‘creatieve’ beroepsbevolking. Ook de Atlassen van de jaren daarna laten zien dat Utrecht in dit opzicht bovenaan de lijst blijft staan van de 50 grootste steden in Nederland. Recreatief-toeristisch cluster: belangrijke werkgever in Utrecht
In het recreatief-toeristisch cluster werken ruim 13.000 mensen. De afgelopen tien jaar is de werkgelegenheid met 37% toegenomen. Daarmee is de het aantal banen in het recreatief-toeristisch cluster meer dan twee keer zo hard gegroeid als het totaal aantal banen in de stad. Binnen het cluster zijn veruit de meeste banen in de horeca (5.660) en het vervoer (3.640). Het aantal banen in de vervoerssector is zo hoog door de vestiging van het hoofdkantoor van de NS in Utrecht. Over de afgelopen twee jaar nam het aantal banen in het recreatief-toeristisch cluster met 1,9% licht toe. Het totaal aantal banen in de stad nam in diezelfde periode af met een vergelijkbaar percentage (-1,7%). Was het aandeel van de werkgelegenheid in de recreatief-toeristisch cluster in de tweede helft van de jaren negentig stabiel rond 5,5% van de totale Utrechtse werkgelegenheid, vanaf 2000 neemt dit geleidelijk maar gestaag toe tot 6,6% in 2006.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
27
Recreatief-toeristisch cluster 2004 en 2006 Werkzame personen
Vestigingen toename
toename
2004
2006
%
abs.
2004
2006
detail- en groothandel
607
521
-14,2%
-86
102
logies
750
843
12,4%
93
36
restaurants, cafés
4.863
4.820
-0,9%
-43
vervoer
3.547
3.642
2,7%
cultuur recreatie amusement
1.732
1.801
698
743 898
9,8% 1,9%
253
1.380
1.499
203.469 199.936
- 1,7%
- 3.533
sport overig
818
totaal cluster totaal Utrecht
13.015
aandeel recreatief-toeristisch
6,4%
13.268
6,6%
%
abs.
92
-9,8%
-10
42
16,7%
6
678
709
4,6%
31
95
207
220
6,3%
13
4,0%
69
132
162
22,7%
30
6,4%
45
118
138
16,9%
20
136
27,1%
8,6%
119
15.721
17.189
9,3%
1.468
8,8%
8,7%
80
107
29
Bron: PAR
Toerisme en de organisatie van grote evenementen zijn naast hun economische betekenis belangrijke elementen voor de stadspromotie. Voor stadspromotie is er een apart stedelijk programma. Ook in het collegeprogramma is dit thema benoemd. Uit een uitgebreide enquête naar het toeristisch imago van steden komt naar voren dat acht van de tien Nederlanders een positief tot zeer positief beeld hebben van Utrecht (LAgroup, 2006). Daarmee scoort Utrecht beter dan de drie grote steden. Tevens blijkt dat Utrecht de vierde bruisende stad van Nederland is (na Maastricht, Amsterdam en Rotterdam). Na de drie andere grote steden staat Utrecht op de vierde plaats wat betreft het aanbod aan podiumkunsten. Utrecht is een belangrijke evenementenstad.
2.4
Werkgelegenheid en sectorstructuur naar wijk en subwijk
Ruimtelijk grote veranderingen in omvang werkgelegenheid binnen de stad De werkgelegenheid nam de afgelopen vijf jaar met bijna 15.000 arbeidsplaatsen af. Ruimtelijk vertaald zien we een daling van de werkgelegenheid met bijna 26.000 arbeidsplaatsen (-13%) in de acht wijken ten oosten van het Amsterdam-Rijnkanaal en een stijging ervan met bijna 11.000 arbeidsplaatsen (+79%) in de wijken met omvangrijke nieuwbouw, Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern. Bevond in 2001 6,4% van alle arbeidsplaatsen in Utrecht zich in deze twee wijken, anno 2006 is dat vrijwel verdubbeld naar 12,2% (afgerond 25.500 banen). Vooral afname werkgelegenheid in wijken West, Noordwest en Zuidwest De daling van de werkgelegenheid in de periode 2001-2006 is het grootst in West (-20%), Noordwest (-15%) en Zuidwest (-14%). Waren er bijvoorbeeld in West in 2001 nog bijna 34.800 arbeids-
28
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
plaatsen, in 2006 was dit aantal geslonken naar iets minder dan 27.900 arbeidsplaatsen. Het aandeel werkgelegenheid van de drie wijken binnen de stad nam in genoemde periode af van 36% naar 33%. De afname van de werkgelegenheid in West en Zuidwest heeft voor het overgrote deel te maken met het banenverlies op respectievelijk Lageweide en Kanaleneiland. De wijken met de hoogste werkgelegenheid blijven Binnenstad en Oost, nu samen goed voor iets meer dan 80.000 arbeidsplaatsen, ofwel 40% van de werkgelegenheid in de stad. Gerelateerd aan het aantal inwoners steken beide wijken helemaal uit boven de andere wijken. In de Binnenstad zijn 242 arbeidsplaatsen per 1.000 inwoners. In Oost gaat het om 160 arbeidsplaatsen. Alleen West en Leidsche Rijn (105 per 1.000) komen nog enigszins in de buurt. Gemiddeld in de stad gaat het om nu om 71 arbeidsplaatsen per 1.000 inwoners. In 2001 toen deze verhouding op haar hoogtepunt was, lag deze nog op 84 per 1.000. Sectorstructuur verschilt sterk per wijk De Utrechtse wijken verschillen onderling sterk in economische activiteiten. In Noordwest, Noordoost, Binnenstad en Leidsche Rijn is de zakelijke dienstverlening de belangrijkste sector. In Leidsche Rijn is daarin zelfs iets meer dan 60% van de werkgelegenheid te vinden, terwijl deze stedelijk op een kwart uitkomt. De gezondheidszorg is de belangrijkste sector in Overvecht, Oost en Zuid. Het UMCU (Universitair Medisch Centrum Utrecht), met bijna 7.600 werknemers de grootste werkgever in de stad Utrecht is een belangrijke werkgever in de wijk Oost. In de wijken West en Vleuten-De Meern zijn de meeste banen te vinden in de handel. In Zuidwest tenslotte, is de meeste werkgelegenheid bij financiële instellingen . De genoemde sectoren zijn tevens de belangrijkste in de stad. De enige uitzondering is de onderwijssector, die stedelijk groter van omvang is dan de financiële dienstverlening. Er werken relatief veel mensen in het onderwijs in de wijken Oost (23% van het aantal banen) en Zuid (18%). In beide wijken zijn er echter nog meer banen in de sector gezondheidszorg en welzijn.
2.5
Werkgelegenheid en sectorstructuur in de werklocaties
Negen bedrijventerreinen en negen kantoorlocaties Utrecht heeft een negental bedrijventerreinen en evenzoveel kantoorlocaties. Ze worden afzonderlijk gepresenteerd, hoewel er sprake is van enige overlap. Het gaat om de volgende afbakeningen: •
De bedrijventerreinen Overvecht en Kanaleneiland zijn veel kleiner van omvang dan de gelijknamige kantoorlocaties. In beide gevallen maakt het afzonderlijk als bedrijventerrein gekwalificeerde gedeelte ook onderdeel uit van de kantoorlocatie.
•
Het bedrijventerrein Nieuwerijn op Papendorp is niet afzonderlijk in de cijfers af te bakenen, waardoor zowel het bedrijventerrein Nieuwerijn als de kantoorlocatie Papendorp hetzelfde zijn afgebakend (onder de naam Papendorp).
•
Bedrijventerrein en kantoorlocatie Oudenrijn zijn hetzelfde afgebakend.
•
De kantoorlocatie Lageweide is hetzelfde afgebakend als de bedrijventerreinen Lageweide en Cartesiusweg samen.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
29
Utrechtse kantoorgebieden
Utrechtse bedrijventerreinen
30
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Meer gegevens in tabellenbijlage In deze paragraaf volgt een korte beschrijving van de werkgelegenheidstructuur in de werklocaties. In de tabellenbijlage zijn meer gegevens opgenomen. Daarnaast zijn op internet (http://www.onderzoek.utrecht.nl) een aantal economische rapporten beschikbaar per werklocatie en biedt de online databank WistUdata van de gemeente Utrecht de mogelijkheid om zelf informatie op het niveau van de werklocaties uit te draaien. Het adres is: www.utrecht.buurtmonitor.nl.
Bedrijventerreinen Lageweide en Kanaleneiland verliezen veel werkgelegenheid Vooral de banen op de bedrijventerreinen Lageweide en Kanaleneiland staan onder druk. Sinds 2001 verliezen deze terreinen tot nu toe elk jaar werkgelegenheid. Telde Lageweide in dat jaar nog iets meer dan 23.600 arbeidsplaatsen, vijf jaar later in 2006 is dat aantal met bijna 30% afgenomen. Dit zit hem met name in het verdwijnen van de nutsbedrijven, bouwbedrijven, handelsbedrijven en bedrijven in de overige zakelijke dienstverlening. De bedrijventerreinen op Kanaleneiland laten in de periode 2001-2006 een nog iets groter verlies aan werkgelegenheid zien, namelijk 33%. De werkgelegenheidsafname heeft vooral te maken met de verhuizing van grote bedrijven naar Papendorp en Nieuwerijn. Het gaat om bedrijven actief in (groot)handel, ICT, en telecommunicatie. Voor de vaak gedateerde bedrijfs- en kantoorruimte blijkt het in de huidige ruime kantorenmarkt moeilijk om nieuwe gebruikers te vinden. Een andere verklaring is dat verouderde delen van deze terreinen hun bedrijfsfunctie verliezen en in de (nabije) toekomst definitief een andere functie krijgen. In Nieuwerijn/Papendorp nu circa 11.000 banen Het bedrijventerrein Nieuwerijn/Papendorp is zeer snel volgestroomd. Tussen 2003 en 2005 groeide het aantal banen van 2.000 naar ruim 10.000. Ook in 2006 gaat de groei door, alleen in een veel lager tempo. Nu zijn er op dit terrein bijna 10.800 banen. Zoals al aangegeven gaat het bij deze cijfers overigens niet alleen om Nieuwerijn, maar om geheel Papendorp omdat voor Nieuwerijn afzonderlijk geen gegevens beschikbaar zijn. De grootste groei zit hier in het kantorendeel van Papendorp. Ook twee andere grotere bedrijventerreinen kennen een groeiend aantal banen. In vergelijking met 2001 herbergt Cartesiusweg nu 17% meer banen en vooral op het nieuwe bedrijventerrein De Wetering aan de westzijde van de A2 is door voorspoedige uitgifte de werkgelegenheid de laatste jaren zeer snel toegenomen met gemiddeld zo’n 170 banen per jaar. Lageweide blijft veruit grootste bedrijventerrein Gemeten naar het aantal banen blijft Lageweide zonder meer het grootste bedrijventerrein in Utrecht, met 16.700 werkzame personen. Andere grote bedrijventerreinen zijn Nieuwerijn/Papendorp (10.800) en Kanaleneiland (10.200 banen). Uitgedrukt in aantal banen zijn Oudenrijn (5.100 banen), Overvecht (4.900), Cartesiusweg (2.900), De Wetering (1.100) en vooral Strijkviertel (200) van minder belang. In 2006 is op het bedrijventerrein Haarrijn nog geen werkgelegenheid aanwezig.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
31
Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, 2006 in procenten (obv aantal banen)
Bedrijventerreinen
Land-
groot- en
financiële
zakelijke
over-
onder-
gezond-
bouwnij-
detail-
transport instellin-
dienst-
heidsin-
wijsin-
heids-
overige
verheid
handel
gen verlening stellingen stellingen
zorg
sectoren
bouw
industrie
horeca en comm.
Lageweide
0,2
12,8
16,0
29,4
1,1
12,5
4,6
19,2
0,5
0,1
2,3
1,4
Cartesiusweg e.o.
0,0
30,4
9,7
12,4
0,1
12,5
0,0
9,5
0,0
0,1
7,0
18,2
Overvecht
0,6
11,6
15,3
24,1
0,1
2,9
0,1
27,3
0,0
7,9
7,4
2,8
Kanaleneiland
0,0
7,9
2,0
20,3
0,8
11,3
12,2
28,5
5,1
2,1
5,9
4,0
Nieuwerijn, Papendorp
0,0
2,5
1,5
15,7
0,3
5,2
0,0
72,9
0,0
0,0
1,6
0,2
Strijkviertel
0,0
15,8
44,9
10,7
0,0
0,5
0,0
26,5
0,0
1,0
0,0
0,5
Oudenrijn
0,0
9,5
8,0
40,3
0,4
4,9
13,5
16,9
0,0
0,0
3,5
3,0
De Wetering
0,0
17,3
10,5
19,5
0,0
16,3
0,0
36,5
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
2,3
1,8
9,9
4,2
4,4
6,8
22,9
7,7
13,3
20,8
5,9
Haarrijn overig Utrecht
Kantoorlocaties
Land-
Groot- en
financiële
zakelijke
over-
onder-
gezond-
Bouwnij-
detail-
transport instellin-
dienst-
heidsin-
wijsin-
heids-
overige
handel
gen verlening stellingen stellingen
zorg
sectoren
bouw
industrie
verheid
horeca en comm.
Stationsgebied e.o.
0,0
1,4
1,4
8,4
4,0
14,8
22,7
23,0
15,9
1,7
3,4
3,4
Binnenstad
0,0
1,1
0,4
18,7
14,5
0,8
1,0
25,8
3,2
13,5
9,3
11,7
Oost
0,0
1,4
1,1
6,4
2,1
5,3
2,9
36,2
2,4
6,7
27,9
7,6
Rijnsweerd
0,0
0,1
2,4
0,3
1,2
0,1
19,9
45,8
13,2
8,8
1,6
6,6
Kanaleneiland
0,0
4,1
1,4
13,5
1,1
6,0
9,5
20,2
13,8
6,8
18,6
5,1
Papendorp
0,0
2,5
1,5
15,7
0,3
5,2
0,0
72,9
0,0
0,0
1,6
0,2
Overvecht
0,2
6,9
6,1
16,9
1,0
1,8
0,4
16,2
2,4
9,3
35,9
3,0
Lageweide
0,2
15,4
15,0
27,0
0,9
12,5
3,9
17,8
0,4
0,1
3,0
3,8
Oudenrijn
0,0
9,5
8,0
40,3
0,4
4,9
13,5
16,9
0,0
0,0
3,5
3,0
overig Utrecht
0,2
4,1
3,1
10,7
2,9
1,7
0,6
18,8
3,7
22,6
26,6
5,0
Utrecht
0,1
4,4
3,7
13,6
3,3
5,6
6,4
25,4
6,0
10,1
16,3
5,1
Bron: PAR
Zakelijke dienstverlening wint aan belang op bedrijventerreinen De belangrijkste sectoren op de bedrijventerreinen zijn traditioneel (groot)handel, bouwnijverheid, industrie en transport. Behoudens bij de (groot)handel treedt de laatste jaren met name in deze sectoren een groot verlies aan werkgelegenheid op. Mede hierdoor rukt de zakelijke dienstverlening op de bedrijventerreinen verder op. Had deze sector op de gemengde bedrijventerreinen Nieuwerijn/Papendorp en Kanaleneiland reeds het grootste aandeel in de werkgelegenheid, intussen is dat ook het geval op de bedrijventerreinen Overvecht en De Wetering, met 27% respectievelijk 37%. Alleen Cartesiusweg kent nog een behoorlijk industrieaandeel van iets meer dan 30%. In 2004 was dit nog 40%. De bouwnijverheid is met een aandeel van 45% van grote betekenis op Strijkviertel, in mindere mate op Lageweide en Overvecht. Op Lageweide en Oudenrijn is (groot)handel de belangrijkste sector met een aandeel van 29% respectievelijk 40%. De transportsector is nu relatief het meest vertegenwoordigd op De Wetering.
32
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Het aandeel van de zakelijke dienstverlening op Nieuwerijn/Papendorp is verder gestegen tot 73%. Deze sector is met name gevestigd op het kantorendeel van Papendorp. Verder speelt alleen de handel een rol van enige betekenis. Deze bedrijven zijn vooral gevestigd op Nieuwerijn, waar kantoorachtige bedrijfsruimte is gerealiseerd. Kantoorachtige bedrijfsruimte betreft gebouwen met een kantoorcomponent van 50-70% en een aandeel bedrijfsruimte van 30-50%.
Kantoorlocaties Stationsgebied grootste kantoorlocatie Een omvangrijk deel van de Utrechtse werkgelegenheid, bijna 144.000 banen, is te vinden op de kantoorlocaties. De grootste kantoorlocatie in Utrecht is het Stationsgebied en directe omgeving. Hier werken zo'n 30.000 mensen. Dat is 15% van de werkgelegenheid in de stad. Het Stationsgebied staat aan de vooravond van een grootscheepse vernieuwing en herontwikkeling, waarbij veel vierkante meters aan kantoorruimte, winkelvloeroppervlak en andere niet-woonfuncties toegevoegd gaan worden. Aangenomen mag worden dat er op de langere termijn duizenden banen in dit specifieke stadsgedeelte bij zullen komen. In Kanaleneiland, Lageweide, Oost en Binnenstad werken in ieder gebied afzonderlijk rond de 19.000 mensen; in 2004 ging het nog om circa 20.000 mensen. Voor een (soms aanzienlijk) deel gaat het hier echter niet om kantoorbanen, maar bijvoorbeeld om banen in de handel of de transportsector. Rijnsweerd: in vijf jaar tijd de helft minder banen Had Rijnsweerd in 2001 nog 15.100 banen, in 2006 is dat aantal gedaald tot 7.700, weinig meer dan de helft. Ook Kanaleneiland beleeft een grote achteruitgang van de werkgelegenheid, die overigens vooral plaatsvond in de eerste jaren na 2001. Een substantieel deel van de banen op deze kantoorlocaties is verplaatst naar het nieuwe Papendorp (10.200 extra banen). Met uitzondering van deze kantoorlocatie is op alle kantoorlocaties de werkgelegenheid tussen 2001 en 2004 afgenomen. In 2005 is op diverse kantoorlocaties een omslag te constateren. Vanaf dat jaar groeit het aantal banen hier weer. Het betreft Overvecht (+405), Oudenrijn (+355), Kanaleneiland (+121), en Binnenstad (+38). Sectorstructuur: forse wijzigingen op Rijnsweerd en Oudenrijn In de afgelopen twee jaren is de sectorstructuur op de kantoorlocaties Rijnsweerd en Oudenrijn drastisch gewijzigd. Bevond de werkgelegenheid in Rijnsweerd zich in 2004 nog voor 40% in de financiële dienstverlening, in 2006 is dit gehalveerd naar 20%. Met 46% is de zakelijke dienstverlening nu veruit de grootste sector op deze kantoorlocatie. De financiële dienstverlening is nog wel bovengemiddeld aanwezig in Rijnsweerd, zoals dat ook het geval is in het Stationsgebied (23%) en Oudenrijn (14%). In Oost is de gezondheidszorg naast de zakelijke dienstverlening een belangrijke sector met 28% van de banen. Eerstgenoemde sector is veruit de grootste (36%) in Overvecht. In de Binnenstad zijn de vier belangrijkste sectoren in aflopende volgorde: zakelijke dienstverlening, handel, horeca en onderwijs. De zakelijke dienstverlening speelt op alle locaties een rol van betekenis, met Papendorp als absolute uitschieter. Bijna driekwart van de banen bevindt zich daar in deze sector.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
33
In de onderscheiden kantoorlocaties is de Uithof niet opgenomen. Hier is een belangrijk deel van de werkgelegenheid in het onderwijs en de gezondheidszorg te vinden. Mede hierdoor zijn deze sectoren goed voor nagenoeg de helft van de banen buiten de kantoorlocaties in de stad (overig Utrecht).
34
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
3 Arbeidsmarkt •
Het aantal niet-werkende werkzoekenden (nww-ers) is in 2006 met 21% spectaculair gedaald naar 10.815 personen. Het werkzoekendenpercentage ligt lager dan gemiddeld in Nederland.
•
Onder jongeren is het aantal nww-ers sterk gedaald. Het aantal langdurig werkzoekenden (>3 jaar) is toegenomen.
•
De meeste nww-ers hebben een elementair of lager beroep. Daarbinnen zijn er relatief veel nww-ers met een administratief, technisch of verzorgend beroep.
•
In de periode januari 2006 tot april 2007 is het aantal vacatures per nww-er in fase 1 voor elk van de hoofd-beroepsgroepen gestegen. Alleen in de elementaire beroepen, waarvoor geen opleiding en inwerktijd vereis is, is deze ratio het afgelopen halfjaar gedaald.
•
Van de voltijdbanen in de stad wordt 61% ingevuld door mensen van buiten Utrecht. Van de Utrechtse beroepsbevolking werkt 48% buiten Utrecht.
•
De Utrechtse beroepsbevolking neemt tot 2022 toe naar bijna 200.000 personen, een toename van 57.000 personen.
•
Op basis van de nu bekende kantoorplannen kunnen in Utrecht de komende jaren maximaal 45.000 nieuwe banen worden gecreëerd.
•
In de periode tot 2010 dreigt een tekort aan hoger opgeleide mensen in de zorg en in het onderwijs, universitair opgeleide mensen met een technisch of medisch beroep en middelbaar opgeleiden met een technisch beroep.
Bij de ontwikkelingen op de Utrechtse arbeidsmarkt wordt gebruik gemaakt van gegevens van het Centrum voor Werk en Inkomen. De CWI-cijfers zijn recent, bevatten gegevens over diverse kenmerken en deelgroepen en zijn goed vergelijkbaar met andere steden en regio's. Slechts in beperkte mate is ook gebruik gemaakt van gegevens van het CBS. Het nadeel is dat deze 1-1,5 jaar achterlopen bij de actualiteit en steeds minder kenmerken en informatie over deelgroepen bevatten.
3.1
Werkzoekenden
Aantal werkzoekenden in korte tijd sterk gedaald Het afgelopen jaar is het aantal werkzoekenden - dit zijn mensen zonder baan die staan ingeschreven bij het Centrum voor Werk en Inkomen – sterk afgenomen. Op 1 januari 2007 telde Utrecht 10.815 niet-werkende werkzoekenden (nww-ers). Dit is een afname van ruim 21% in een jaar tijd. Hieruit blijkt duidelijk dat de economie op volle toeren draait. Het aantal nww-ers ligt nog wel hoger dan in 2002 (+1.418), het jaar dat de vorige hoogconjunctuur op z’n eind liep en er sprake was van een overspannen arbeidsmarktsituatie. Het werkzoekendenpercentage - dat is het aantal nww-ers uitgedrukt als aandeel van de potentiële beroepsberoepsbevolking - is fors gedaald naar
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
35
5,1% en ligt daarmee slechts 0,1% hoger dan in 2002. Dit komt doordat de potentiële beroepsbevolking flink is toegenomen, wat vooral een gevolg is van de bevolkingsgroei in Leidsche Rijn. Niet-werkende werkzoekenden 2002-2007 2002
2003
2004
2005
2006
2007
9.397
11.517
13.498
13.536
13.761
10.815
189.217
192.957
197.018
201.158
205.682
211.728
4,5
5,0
6,2
6,3
6,1
5,4
Utrecht aantal nww-ers potentiële beroepsbevolking werkzoekendenpercentage (%)
5,0
6,0
6,9
6,7
6,7
5,1
Nederland werkzoekendenpercentage (%) Bron: CWI, Bevolkingsbestand Utrecht, CBS
Utrecht beter dan andere grote steden én Nederland Utrecht is niet de enige stad waar het aantal werkzoekenden is afgenomen. Ook Rotterdam en Den Haag zien het aantal werkzoekenden met een ongeveer even hoog percentage dalen. De afname ten opzichte van 1 januari 2006 ligt in Utrecht, Den Haag en Rotterdam hoger dan het landelijk gemiddelde (17%). Het CWI verwacht dat in 2007 het aantal werkzoekenden in Nederland verder zal dalen. Het percentage werkzoekenden steekt in Utrecht (5,1%) gunstig af bij dat Rotterdam (9,7%), Amsterdam (7,3% ) en Den Haag (6,6%). Lag het werkzoekendenpercentage in Utrecht tot voor enkele jaren ongeveer een half procent hoger dan landelijk, begin 2007 is het daar zelfs onder komen te liggen. Relatief veel werkzoekenden van Turkse en Marokkaanse herkomst Veruit het hoogste werkzoekendenpercentage is dat van werkzoekenden van Turkse en Marokkaanse herkomst. Iets meer dan 13% van hen staat als werkzoekend ingeschreven, veel meer dan gemiddeld. Positief is dat er in korte tijd sprake is van een forse afname. Hun aantal is het laatste jaar met bijna een vijfde gedaald, vrijwel gelijk aan het gemiddelde in Utrecht. De grootste afname van het aantal nww-ers in absolute zin is onder vrouwen. Binnen deze groep daalde het aantal inschrijvingen van 2006 op 2007 met 1.346. De daling is relatief gesproken vrijwel gelijk aan het Utrechts gemiddelde van 21%. Afname werkzoekenden onder jongeren spectaculair Het werkzoekendenpercentage onder jongeren tot en met 24 jaar ligt veruit het laagst en komt in 2007 uit op 1,8%. Hun aantal is het laatste jaar zeer snel afgenomen, met bijna 38%. Hierdoor zijn de jongeren de enige groep waar het percentage onder dat van 2002 is uitgekomen. Het relatief lage werkzoekendenpercentage onder jongeren is overigens in substantiële mate het gevolg van de grote groep 15-26 jarigen in Utrecht (studenten) die voor een aanzienlijk deel niet aan het arbeidsproces deelneemt. Dit betekent dat er puur aan de hand van het gunstige cijfer niet geconcludeerd mag worden dat het goed gaat met de jongeren op het gebied van werk. Er is nog altijd sprake van een problematiek onder specifieke groepen onder de jongeren. Desalniettemin is de positie van schoolverlaters op de huidige arbeidsmarkt zonder meer beter dan enkele jaren geleden.
36
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Werkzoekendenpercentages voor diverse doelgroepen, 2002-2007 2002
2003
2004
2005
2006
2007
% werkzoekende vrouwen
4,7
5,6
6,4
6,4
6,6
5,1
% werkzoekenden 15-26 jaar
2,5
3,3
4,2
3,8
3,1
1,8
% werkzoekenden 45-64 jaar
5,9
6,9
7,7
7,5
8,3
7,6
12,3
15,0
15,4
15,8
16,5
13,1
5,0
6,0
6,9
6,7
6,7
5,1
% werkzoekenden met lage opleiding
60,3
55,0
50,5
47,3
49,5*
43,7
% werkzoekenden langer dan 1 jaar
58,9
51,8
49,4
50,6
53,6
67,5
% werkzoekenden langer dan 3 jaar
38,5
31,2
24,6
22,1
24,0
34,5
als aandeel van potentiële beroepsbevolking
% werkzoekende Turken en Marokkanen
% werkzoekenden Utrecht totaal als aandeel van totaal aantal nww-ers
Bron: CWI, Bevolkingsbestand Utrecht * schatting
Toename aantal zeer langdurig werkzoekenden De enige groep waar, ondanks de hoogconjunctuur, het aantal werkzoekenden het laatste jaar toeneemt is de groep van mensen die langer dan 3 jaar als werkzoekend staat ingeschreven. Hun aandeel in het totale bestand van werkzoekenden steeg daarmee snel, van iets meer dan 22% in 2005 naar ruim 34% in 2007. Deze groep overlapt voor een deel met de groep laaggeschoolden. Hun aantal is echter behoorlijk gedaald, met ruim een kwart ten opzichte van 2005. Opvallend is dat het aandeel van de laaggeschoolde werkzoekenden in het totale bestand van werkzoekenden tussen 2002 en 2007 gestaag is afgenomen van iets meer 60% naar nog geen 45%. Aantal werkzoekenden voor diverse doelgroepen, 2002-2007 2002
2003
2004
2005
2006
2007
06-07
werkzoekende vrouwen
4.560
5.476
6.448
6.593
6.919
5.573
-1.346
werkzoekenden 15-26 jaar
1.282
1.717
2.306
2.180
1.839
1.131
-708
werkzoekenden 45-64 jaar
2.914
3.454
3.929
3.918
4.430
4.203
-227
werkzoekende Turken en Marokkanen
2.631
3.328
3.507
3.719
3.985
3.234
-751
werkzoekenden totaal
9.397
11.517
13.498
13.536
13.761
10.815
-2.946
werkzoekenden met lage opleiding
5.665
6.332
6.815
6.401
* 6.812
werkzoekenden langer dan 1 jaar
5.535
5.969
6.672
6.855
7.379
7.300
-79
werkzoekenden langer dan 3 jaar
3.620
3.590
3.322
2.995
3.304
3.730
+426
4.728 *-2.084
Bron: CWI, Bevolkingsbestand Utrecht * schatting 2006 respectievelijk geschatte afname 2006-2007
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
37
Slechts een klein deel van de nww-ers is direct beschikbaar voor de arbeidsmarkt Van de nww-ers is volgens het Centrum voor Werk en Inkomen maar een klein deel direct beschikbaar voor de arbeidsmarkt. Om de afstand tot de arbeidsmarkt te bepalen, worden nww-ers ingedeeld in fasen. De volgende fasen worden onderscheiden: •
fase 1: direct beschikbaar voor regulier werk;
•
fase 2: beschikbaar voor de arbeidsmarkt na een traject van maximaal één jaar;
•
fase 3: beschikbaar voor de arbeidsmarkt na een traject van meer dan 1 jaar;
•
fase 4: toeleiding naar de arbeidsmarkt is (voorlopig) geen directe doelstelling.
Slechts een beperkt deel van de nww-ers is direct of binnen een jaar beschikbaar voor de arbeidsmarkt (fase 1&2). Het gaan om 28% van de nww-ers. Het aandeel werkzoekenden dat binnen een jaar beschikbaar is voor de arbeidsmarkt is daarmee afgenomen ten opzichte van voorgaande jaren. Dit komt door de sterke daling van het totaal aantal werkzoekenden het afgelopen jaar; een daling die vooral in deze groep plaatsvond. Een aanzienlijk deel is beoordeeld in fase 4. Het gaat om ruim eenderde van de nww-ers (36%). Nww-ers naar fase en opleidingsniveau, 2007 laag
midden
hoog
onbekend
totaal
fase 1
224
416
556
121
1.317
fase 2
429
501
717
75
1.722
fase 3
1.480
897
620
375
3.372
fase 4
2.408
661
384
406
3.859
187
147
102
109
545
4.728
2.622
2.379
1.086
10.815
nader te bepalen totaal Bron: CWI
Wanneer de fase-indeling wordt afgezet tegen het opleidingsniveau blijkt er een redelijke samenhang te zijn. Het aandeel laag opgeleiden neemt toe naarmate de afstand tot de arbeidsmarkt groter wordt ingeschat. Van de nww-ers die zijn ingedeeld in fase 4 is 62% laag opgeleid. Van de nww-ers in fase 1 is dit slechts 17%.
3.2
Beroepen werkzoekenden
Van de nww-ers zijn gegevens bekend op beroepsniveau. In deze rapportage kijken we zowel naar de kenmerken van beroepsgroepen, als naar de ontwikkeling van het aantal nww-ers per beroepsgroep. Een andere manier om de arbeidsmarktkansen van werkzoekenden te bepalen is door per beroepsgroep te kijken naar de uitstroomkansen binnen een half jaar na inschrijving. Deze gegevens zijn op dit moment echter niet beschikbaar. Bij de CWI-cijfers past vooraf de kanttekening dat niet alle beroepsgroepen goed vertegenwoordigd zijn. Zo zijn hoger opgeleiden doorgaans minder (snel) geneigd zijn om zich bij het CWI in te schrijven. Ook wat betreft het aantal binnengekomen vacatures is er een ondervertegenwoordiging van banen voor hoger opgeleiden.
38
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Veel nww-ers met elementaire en lagere beroepen De meest voorkomende beroepen onder Utrechtse nww-ers zijn de lagere beroepen, de elementaire beroepen en de middelbare beroepen. (Voor een beschrijving van de opleidingseisen voor de verschillende opleidingsniveaus zie bijlage 4.) De elementaire beroepen zijn niet verder onderverdeeld en daarmee de grootste individuele groep. Daarnaast zijn er veel werkzoekenden met een administratief beroep (zowel op lager, middelbaar en in minder mate ook hoger niveau). Andere beroepsgroepen die vaak staan ingeschreven zijn technisch en verzorgend personeel (beide op zowel lager als middelbaar niveau). Voor de meeste ingeschreven beroepsgroepen geldt dat er nauwelijks jongeren (onder 23 jaar) staan ingeschreven. Het aandeel jongeren per beroepsgroep loopt uiteen van nihil, tot enkele procenten. Relatief veel jongeren zijn er onder het middelbaar opgeleid beveiligings- en transportpersoneel (respectievelijk 12% en 13%). Een aanzienlijk deel van de werkzoekenden staat langer dan een jaar ingeschreven. Gemiddeld gaat het om iets minder dan de helft van de werkzoekenden. De verschillen tussen de verschillende beroepsgroepen zijn relatief klein. De uitschieters worden veroorzaakt door het relatief kleine aantal nww-ers in de beroepsgroep. De opleidingsniveaus van de nww-ers komen globaal overeen met de opleidingsniveaus die voor de beroepen vereist zijn. Grotere verschillen zitten er in de fase-indeling. In het algemeen geldt: hoe lager de scholingseisen die aan een beroep worden gesteld, hoe groter het aandeel dat in fase 3 of fase 4 is ingedeeld. Ook hier geldt dat uitschieters voor bepaalde beroepsgroepen veroorzaakt worden door het lage aantal nww-ers in een beroepsgroep. Naast de kenmerken van de nww-ers per beroepsgroep is gekeken naar de ontwikkeling in het aantal nww-ers per beroepsgroep over de afgelopen 16 maanden. Dit is op twee verschillende manieren in kaart gebracht: •
Het aantal openstaande vacatures per ingeschreven nww-er in fase 1. Bij deze ratio gelden twee kanttekeningen: Ten eerste kan deze nogal fluctueren per meetmoment, zeker als het om kleine absolute aantallen gaat. Ten tweede komen bij het CWI slechts weinig vacatures binnen voor hoger opgeleiden (hogere en wetenschappelijke beroepen).
•
Het totaal aantal nww-ers per beroepsgroep. Hierbij geldt de kanttekening dat hoger opgeleiden zich minder snel inschrijven bij het CWI dan mensen met een lager opleidingsniveau.
Het aantal vacatures dat op een bepaald moment openstaat gerelateerd aan het aantal fase 1 – cliënten op een bepaald moment is in de afgelopen 16 maanden duidelijk toegenomen. Begin 2006 waren er nog 0,4 vacatures per fase 1 cliënt (847 vacatures op 2.291 nww-ers). Op dit moment is er één openstaande vacature op iedere nww-er in fase 1. Het hogere verhoudingsgetal komt voor een deel door het toegenomen aantal vacatures (+38%), maar vooral door een halvering van het aantal nww-ers in die periode.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
39
Kenmerken werkzoekenden naar beroep (%; april 2007) totaal < 23 jr* >1 jr nww opl laag opl hoog elementaire beroepen
2.518
6
52
85
lagere beroepen
3.313
6
45
64
38 52 69 58 33 0 72 68 70 33
13 9 8 4 0 25 3 4 4 17
38 8 6 14 33 0 7 8 8 0
middelbare beroepen
1.991
68 882 38 101 23 25 71 381 15 379 8
4
6 4 5 2 4 12 0 4 13 4 0
42
34
hogere beroepen
1.306
0
40
48 36 35 32 25 49 47 37 0 41 50 38
6
9 6 4 6 17 3 7 11 0 27 8 19
80 69 81 87 67 87 79 59 100 41 75 54
15 31 27 39 25 15 25 19 100 32 33 38
wetenschappelijke beroepen
519
0
44
2
Onbekend
971
1
78
10.618
4
49
(para)medisch administratief, commercieel agrarisch beveiliging docent sportvakken niet-specialistisch technisch transport verzorgend wiskundig, natuurwetenschappelijk (para)medisch administratief, commercieel agrarisch gedrag en maatschappij docenten transport-, sportvakken juridisch, bestuurlijk, beveiliging taalkundig, cultureel technisch transport verzorgend wiskundig, natuurwetenschappelijk
(para)medisch administratief, commercieel, economisch gedrag en maatschappij juridisch, bestuurlijk, beveiliging landbouwkundig pedagogisch taalkundig, cultureel technisch transport verzorgend wiskundig, natuurwetenschappelijk managers managers (para)medisch e.d. gedrag en maatschappij ed economisch, administratief juridisch, bestuurlijk landbouwkundig pedagogisch technisch wiskundig, natuurwetenschappelijk
Totaal beroep
8 949 106 93 3 4 547 945 652 6
46 394 319 31 12 182 207 54 1 22 12 26 34 81 109 40 50 13 107 29 56
0 7 5 3 0 0 5 4 9 0
0 0 0 0 0 0 1 2 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0
13 47 50 42 33 50 47 48 38 50 50 40 47 53 22 28 39 48 47 40 88
44 44 41 33 54 31 50 52 38
Bron: CWI, bewerking Bestuursinformatie * Als aandeel van totaal aantal nww-ers in betreffende beroepsgroep.
40
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
4
84
8
72
21
16
58
75
26
39
92
23
38
73
11
1
92
54
21
11
68
21 26 61 15 39 48 18 45 60 49 13
0 4 2 5 0 0 2 0 0
4
fase1 fase3&4
6
24 28 13 29 13 4 32 13 20 10 63
94 93 93 90 94 77 93 83 91
10 21 3 14 17 24 23 14 13 10 13
32 31 23 15 20 8 10 21 39
50 70 87 69 67 50 73 73 73 83 69 49 82 65 57 48 49 60 80 70 50
50 29 42 29 58 54 44 39 0 32 50 19 24 40 47 25 32 38 46 34 32
Aantal vacatures en nww-ers per beroepsgroep (2006 - 2007) vacatures per nww fase 1
ontw.
2006
april
2007
abs.
0,6
2.902
2.518
-384
-13
1,4
4.226
jan
januari
2007
2007
elementaire beroepen
0,4
1,0
lagere beroepen
0,5
0,9
2006
(para)medisch administratief, commercieel agrarisch beveiliging docent sportvakken niet-specialistisch technisch transport verzorgend wiskundig, natuurwetenschappelijk
. 0,9 0,0 1,7 . 0,5 0,3 0,3 0,1 .
middelbare beroepen
0,7
(para)medisch administratief, commercieel agrarisch gedrag en maatschappij docenten transport-, sportvakken juridisch, bestuurlijk, beveiliging taalkundig, cultureel technisch transport verzorgend wiskundig, natuurwetenschappelijk
hogere beroepen
(para)medisch administratief, commercieel,economisch gedrag en maatschappij juridisch, bestuurlijk, beveiliging landbouwkundig pedagogisch taalkundig, cultureel technisch transport verzorgend wiskundig, natuurwetenschappelijk managers
Totaal fase 1
ontw. %
0,0 0,9 0,0 1,6 0,0 . 2,8 1,8 0,8 .
3.313
8 949 106 93 3 4 547 945 652 6
-913
-22
5 1.227 132 117 2 11 683 1.295 751 3
1,7
2.630
3 -278 -26 -24 1 -7 -136 -350 -99 3
60 -23 -20 -21 50 -64 -20 -27 -13 100
1,6 1,1 1,0 0,9 0,3 22,0 0,0 3,0 1,5 0,9 0,0
1.991
68 882 38 101 23 25 71 381 15 379 8
-639
-24
110 1.178 39 145 23 9 79 570 23 438 16
0,1
0,3
0,4
1.839
0,0 0,0 0,0 0,2 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
Totaal vacatures
jan
1,8 1,1 1,0 0,1 0,0 19,6 0,0 1,2 0,0 0,8 0,0
0,0
managers (para)medisch e.d. gedrag en maatschappij ed economisch, administratief juridisch, bestuurlijk landbouwkundig pedagogisch technisch wiskundig, natuurwetenschappelijk
1,3
april
2,3 0,7 0,0 0,1 0,1 0,5 0,0 1,0 0,0 0,0 0,0
0,1 0,1 0,1 0,0 0,2 0,2 0,0 0,7 0,0 0,0 0,0 0,1
wetenschappelijke beroepen
1,0 0,8 0,2 3,2 0,0 1,0 0,8 0,9 0,6 .
nww-ers naar beroepsgroep
0,1 0,2 0,1 8,3 0,0 0,1 0,2 0,3 . 0,0 0,0 0,3
0,1
0,9 0,0 0,0 0,2 0,0 0,0 0,1 0,0 0,0
-42 -296 -1 -44 0 16 -8 -189 -8 -59 -8
-38 -25 -3 -30 0 178 -10 -33 -35 -13 -50
0,3 0,4 0,1 4,8 0,0 0,1 0,2 1,2 0,0 0,1 0,0 0,1
1.306
46 394 319 31 12 182 207 54 1 22 12 26
-533
-29
73 627 397 37 13 229 292 64 3 37 17 50
0,3
745
519
-226
-30
2,2 0,1 0,0 0,2 0,1 0,0 0,3 0,2 0,0
847
1.022
1.169
2.291
1.325
1.154
43 88 163 54 88 20 129 64 96
34 81 109 40 50 13 107 29 56
-27 -233 -78 -6 -1 -47 -85 -10 -2 -15 -5 -24 -9 -7 -54 -14 -38 -7 -22 -35 -40
-37 -37 -20 -16 -8 -21 -29 -16 -67 -41 -29 -48 -21 -8 -33 -26 -43 -35 -17 -55 -42
Bron: CWI, bewerking Bestuursinformatie
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
41
Voor vier van de vijf hoofd-beroepsgroepen geldt dat het aantal vacatures per ingeschrevene de afgelopen 16 maanden fors is gestegen. Alleen in de elementaire beroepen is het aantal vacatures per nww-er gedaald. Dit zou kunnen komen door een korte dip in het aantal vacatures. Het aantal vacatures voor elementaire beroepen is de afgelopen maanden teruggelopen. Het is op dit moment niet duidelijk of dit een tijdelijke ontwikkeling is. Het geeft in ieder geval aan dat ongeschoolden niet zondermeer profiteren van de aantrekkende economie. Voor de lager- en middelbaar opgeleiden geldt dat op er dit moment meer vacatures zijn dan nww-ers in fase 1 (respectievelijk1,4 en 1,7 vacature per nww-er). Dit betekent dat er in kwantitatieve zin nu voldoende vacatures zijn om de huidige werkzoekenden met een lager of middelbaar opleidingsniveau aan werk te helpen. Met andere woorden: het aan werk helpen van direct bemiddelbare werkzoekenden is meer een kwestie van matching dan van meer banen creëren. Het aantal nww-ers is in korte tijd fors gedaald. De daling is te constateren in alle hoofdberoepsgroepen. Relatief gezien is de afname groter naarmate het vereiste opleidingsniveau voor een beroep toeneemt. Daarbinnen zijn de verschillen tussen verschillende beroepen groot. Het is moeilijk om hier conclusies aan te verbinden omdat het in absolute zin soms gaat om hele kleine aantallen.
3.3
Werkgelegenheid naar geslacht
Aandeel banen bezet door vrouwen stijgt gestaag De meerderheid van de banen in Utrecht wordt nog steeds bezet door mannen, maar het aandeel banen bezet door vrouwen neemt geleidelijk maar gestaag toe. Lag hun aandeel in 2001 nog onder de 42%, in 2006 komt dit op iets boven de 44% uit. De overgrote meerderheid van de banen betreft voltijdbanen, dat wil zeggen banen van minimaal twaalf uur per week. Het aandeel kleine deeltijdbanen komt in 2006 uit op 11,5%. Dit is minder dan gemiddeld landelijk (14%). Kenmerken werkgelegenheid Utrecht, 2001-2006 2001
2002
2003
2004
2005
2006
aantal banen per 100 inwoners
83,8
80,9
77,5
75,3
72,9
71,1
aandeel banen bezet door vrouwen
41,7
42,4
43,2
43,5
43,9
44,1
aandeel deeltijdbanen
10,3
10,7
10,8
10,6
11,0
11,5
Bron: PAR
Het aantal banen per 100 inwoners is tussen 2001 en 2006 behoorlijk gedaald van 84 naar 71. Dit komt enerzijds doordat het aantal banen is afgenomen en anderzijds doordat de Utrechtse bevolking de afgelopen jaren beduidend is toegenomen. In tien jaar tijd bijna een kwart meer banen met vrouwen Ten opzichte van 1996 is het aantal banen dat door vrouwen wordt bezet veel meer toegenomen dan dat van mannen. Absoluut is de toename in de periode 1996-2006 bijna twee keer zo groot,
42
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
procentueel gaat het om een toename van het aantal banen bij de mannen van 8,7% en bij de vrouwen van 23,3%. Over de afgelopen vijf jaar gaat het per saldo bijna alleen maar om een afname van banen van mannen, bijna veertienduizend, terwijl dit bij de vrouwen zeer beperkt bleef tot zo’n dertienhonderd. Dit heeft een duidelijke relatie met de werkgelegenheidsontwikkeling in de verschillende sectoren. De werkgelegenheid nam vooral af in sectoren waar relatief veel mannen werken, terwijl deze in sectoren waar veel vrouwen werken, zoals gezondheidszorg en onderwijs, is toegenomen. Aantal banen naar geslacht en omvang 2001-2006 2001
2002
2003
2004
2005
2006
2001-2006
125.504
121.825
117.180
115.170
113.185
111.822
-13.682
vrouw
89.422
89.092
88.230
88.299
87.537
88.107
-1.315
voltijd
192.488
188.368
183.447
181.985
178.873
176.964
-15.524
22.138
22.549
21.963
21.484
21.849
22.965
827
214.926
210.917
205.410
203.469
200.722
199.936
-14.990
man
deeltijd totaal banen Bron: PAR
De vergelijking van 2006 met 1996 respectievelijk 2001 wat betreft vol- en deeltijdbanen levert twee geheel verschillende beelden op. Ten opzichte van tien jaar terug stijgt het aantal voltijdbanen (+ 16%) ) ruim tweemaal zo hard als het aantal deeltijdbanen (+ 6%) in vergelijking met vijf jaar terug is er juist sprake van een behoorlijk verlies aan voltijdbanen tegenover een kleine winst aan deeltijdbanen.
3.4
Woon-werkrelaties en pendel
Minder werkforensen, meer woonforensen Het aantal mensen dat van buiten de stad naar hun werkadres in de stad komt (de werkforensen) is in de periode 2001-2006 sterk gedaald (-12%). Aan de andere kant zijn er veel meer Utrechters die op en neer reizen naar een werkadres buiten de stad, de woonforensen (+20%). Per saldo is het totaal aantal pendelaars, dat op weg naar het werk de stadsgrens passeert, licht gedaald. Een lichte daling is er ook voor het aantal Utrechters met een baan in de stad, dus voor het intern woonwerkverkeer. Voor de woon-werkbalans rekenen we met het aantal voltijdbanen, dat wil zeggen iedereen die 12 uur of meer werkt. Dit zijn in 2006 177.000 banen. Deze ontwikkelingen hebben te maken met de scherpe daling van het aantal voltijdbanen in de stad (-16.200) en met de sterke groei van de Utrechtse werkende beroepsbevolking (+8.900). Die groei van de werkende beroepsbevolking heeft alles te maken met de uitbreiding van de stad in Leidsche Rijn, waardoor de bevolking in de actieve leeftijdsgroep groter wordt. Het deel van de Utrechtse banen bezet door Utrechters is gestegen van bijna 37% in 2001 tot ruim 39% in 2006, maar dat was niet voldoende om werk te bieden aan de groeiende Utrechtse beroepsbevolking. Die heeft in
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
43
toenemende mate een baan buiten de stad, waarmee het aandeel woonforensen is gestegen van 42% naar 48% van de Utrechtse werkende beroepsbevolking. Ontwikkeling woon-werkrelaties stad Utrecht, 2001 en 2006
woonforensen (stad uit) werkforensen (stad in) intern woon-werk
2001
2006
52.700
63.500
122.100
107.800
71.100
69.200
Bron: Provincie Utrecht (2002 en 2007), CBS Statline (2007)
Vooral minder pendel uit randgemeenten De sterkste daling van het aantal werkforensen in de periode 2001-2006 is er in het aantal Utrechtse banen bezet door mensen uit de randgemeenten. Ook het werkforensisme naar Utrecht uit de rest van de provincie is behoorlijk teruggelopen. De rol van Utrecht als werkstad binnen de provincie is daarmee fors kleiner geworden. Het aantal werkforensen uit de provincie is in totaal met 12.600 gedaald. Over langere afstand, van buiten de provincie, komen er ook minder forensen naar Utrecht, maar die afname is bescheiden. Herkomst werkenden banen in de stad, 2001 en 2006 2001
2006
verschil
verschil %
binnen de stad
71.100
69.200
-1.900
-3%
uit randgemeenten
43.300
34.700
-8.600
-20%
uit rest provincie
24.500
20.500
-4.000
-16%
van buiten provincie
54.300
52.600
-1.700
-3%
Bron: Provincie Utrecht (2002 en 2007)
Ook in relatieve cijfers is de afname van het aantal werkforensen uit de randgemeenten het grootst (-20%), gevolgd door de afname uit de rest van de provincie (-16%). Voor het forensisme van buiten de provincie is de afname naar verhouding gering (-3%). Grote verschillen pendelafstand binnen de stad De afstand waarover wordt gereisd naar banen in de stad verschilt sterk voor de verschillende clusters van werkgelegenheid. Leidsche Rijn (met Papendorp en De Wetering) en het Stationsgebied-west nemen daarbij een speciale plaats in, met veel pendelaars over een grote afstand. De banen in Leidsche Rijn worden voor 77% bezet door mensen van buiten de stad en ruim de helft wordt bezet door mensen die zelfs van buiten de provincie komen. Daarmee is Leidsche Rijn de Utrechtse wijk met de meeste werkforensen en met de meeste forensen die van ver weg komen. Het Stationsgebied-west, met de grote kantoren aan de Croeselaan en de Graadt van Roggenweg, lijkt qua woon-werkrelaties het meest op Leidsche Rijn. Het aandeel werkenden van buiten de stad is daar 73%, waarbij 47% van buiten de provincie komt. Bij de andere clusters is vooral het deel van buiten de provincie veel kleiner.
44
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Herkomst werkenden per werkgelegenheidscluster, in procenten binnen de stad
uit rest regio
uit rest provincie
van buiten provincie
Lageweide, Cartesiusweg
34,6
23,3
12,6
29,5
Wilhelminapark, Rijnsweerd
36,8
22,9
13,7
26,6
Binnenstad
40,0
19,0
11,2
29,8
Stationsgebied-west
27,2
15,2
10,9
46,7
Leidsche Rijn
23,2
13,4
10,5
52,9
Utrecht totaal
39,1
19,6
11,6
29,7
Bron: Provincie Utrecht (2007)
85% werknemers Nieuwerijn/Papendorp woont buiten Utrecht De arbeidskrachten die hun werk verrichten op of vanuit het gecombineerde bedrijventerrein/kantoorlocatie Nieuwerijn/Papendorp wonen anno 2006 voor het overgrote deel (85,2%) buiten de stad Utrecht. Dat komt neer op zo’n 8.700 werknemers. Iets meer dan 10% van de werknemers in dit werkgebied woont in een van de andere drie grote steden (G3). Dit is ook het geval bij het nieuwe bedrijventerrein De Wetering. Het gemiddelde voor Utrecht wat betreft de G3 ligt op 5,2% en is licht gestegen ten opzichte van 2001. Van de bijna 5.000 werknemers op het al enige tijd vergrote bedrijventerrein Overvecht komt nu bijna 61% van buiten de stad, terwijl dat in 2001 nog geen 54% bedroeg. Bij het bedrijventerrein Oudenrijn, met nu ruim 5.000 werknemers, is een omgekeerde beweging het geval. Daar loopt het aandeel werknemers van buiten de stad terug van bijna 69% naar 58%. Eenzelfde trend, hoewel veel minder sterk, zien we voor de stad als geheel bij vergelijking van de jaren 2001 en 2006. Woonde eerst 37% van de in Utrecht werkzame arbeidskrachten in de stad, nu is dat 39,1%. Rijnsweerd: van 12.000 naar 5.500 werknemers van buiten Utrecht Bij de kantoorlocaties valt op dat bij Rijnsweerd de werknemers minder overheersend dan voorheen van buiten de stad komen. Was dat in 2001 nog 81%, in 2006 is dat gedaald naar iets meer dan 72%. In absolute aantallen gaat het om ruim 12.000 respectievelijk ruim 5.500 werknemers. De grote absolute afname heeft vooral te maken met de reeds eerder gesignaleerde bijna halvering van het totale aantal arbeidsplaatsen op deze kantoorlocatie. Rijnsweerd verloor veel van haar elders woonachtige werknemers aan de nieuwe kantoorlocatie Papendorp.
3.5
Vraag en aanbod op de arbeidsmarkt
Hoewel zoals uit het bovenstaande blijkt de Utrechtse arbeidsmarkt allesbehalve een lokaal of regionaal fenomeen is, is het wel aardig om te kijken in hoeverre de werkgelegenheid in Utrecht (stad en provincie) aansluit bij de in Utrecht woonachtige beroepsbevolking. Zowel in kwantitatief als in kwalitatief (opleidingsniveaus) opzicht. Aangezien de werkgelegenheid in Utrecht veel groter is dan de beroepsbevolking is het niet opmerkelijk dat voor de meeste opleidingsniveaus een tekort is op lokale niveau. Er blijkt met name een tekort aan mensen met een mbo-opleiding (35.000 mensen). Daarnaast bestaat er een tekort aan mensen met een vmbo-opleiding en een hbo-opleiding of een opleiding op bachelor-niveau. Op het niveau van basisonderwijs en havo/vwo is vraag en aanbod met een klein overschot redelijk in Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
45
balans. Opvallend is het grote overschot aan universitair opgeleiden. Het aanbod aan universitair opgeleiden, ofwel de beroepsbevolking is met 44.000 personen veel groter dan de vraag (27.000). Vraag en aanbod naar arbeid, Utrecht, provincie Utrecht en Nederland basis-
hbo, wo wo master
totaal
onderwijs
vmbo havo, vwo
mbo
bachelor
+
onb.
vraag
177.200
6.600
27.600
aanbod
141.000
7.000
17.000
15.900
56.700
41.600
27.200
641
17.000
22.000
33.000
44.000
36.200
-400
20%
-6%
10.600
-1.100
34.700
8.600
-16.800
38%
-7%
61%
21%
-62%
vraag
540.900
22.900
93.800
46.800
184.200
114.800
73.400
2.117
aanbod tekort
573.000
24.000
88.000
56.000
171.000
123.000
109.000
2 000
-32.100
-1.100
5.800
-9.200
13.200
-8.200
-35.600
-6%
-5%
6%
-20%
7%
-7%
-49%
Utrecht
tekort tekort (% v/d vraag)
Provincie Utrecht
tekort (% v/d vraag)
Bron: CBS, PAR
Belangrijke aspecten hierin zijn het grote aantal universitaire opleidingen in Utrecht en de centrale ligging. Utrecht blijkt een ideale uitvalbasis voor hoger opgeleiden die elders in Nederland werken. Het gaat om mensen die na hun studie in Utrecht blijven hangen, maar ook om mensen die zich na hun opleiding in Utrecht vestigen. Op provinciale schaal ontstaat een ander beeld. Over het algemeen geldt dat vraag en aanbod meer in evenwicht zijn. Het tekort aan arbeidskrachten met een vmbo- (6%) of mbo-diploma (7%) is aanmerkelijk kleiner dan vanuit stedelijk oogpunt. Een voor de hand liggende conclusie is dat een groot deel van de Utrechtse banen op middelbaar niveau wordt ingevuld door mensen die elders in de provincie wonen. Een oorzaak hiervan zou kunnen zijn dat de Utrechtse stedelijke woningmarkt voor veel mensen met een middelbare opleiding te duur is en zij daarom (noodgedwongen) een woning elders in de provincie zoeken. Opvallend is verder het grote overschot aan mensen met een havo of vwo-diploma (20%). Het overschot aan universitair opgeleiden is op provinciaal niveau nog steeds aanwezig, maar is relatief gezien kleiner dan stedelijk (49%).
3.6
Toekomstige arbeidsmarkt
Forse groei beroepsbevolking Voor Utrecht is het overduidelijk dat de beroepsbevolking de komende vijftien jaar fors zal groeien. De prognose is dat de beroepsbevolking, werkzaam en werkloos, zal toenemen van 141.000 personen in 2006 naar 198.000 personen in 2022. Dit betekent een groei met 57.000 personen ofwel 40% in vijftien jaar tijd. De prognose is gebaseerd op de actuele bevolkingsprognose, recentelijk opgesteld door de afdeling Bestuursinformatie, en CBS-gegevens en daarop geënte aannames over
46
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
de arbeidsparticipatie. De aannames voor de toekomstige arbeidsparticipatie zijn overigens aan de voorzichtige kant gehouden mede omdat ze voor een lange termijn worden gehanteerd. De aanname van de jaarlijkse stijging van de bruto participatiegraad vanaf 2006 is 0,15 procentpunt voor mannen en 0,4 procentpunt voor vrouwen. De CWI Arbeidsmarktprognose 2006-2011 rekent voor Nederland in de periode 2008-2011 met een duidelijk hogere groei van de arbeidsparticipatie voor zowel mannen als vrouwen (0,4 en 0,9 procentpunt per jaar). Prognose Utrechtse beroepsbevolking Beroepsbevolking ( werkzaam en werkloos) en bruto participatiegraad (%) *)
Bevolking 15-64 jaar **)
Bevolking
totaal
man
vrouw
totaal
man
vrouw
totaal
2006
141.000 (69,9)
74.500 (75,9)
66.500 (64,3)
201.600
98.200
103.400
281.000
2010
158.000 (71,0)
82.600 (76,5)
75.400 (65,9)
222.400
108.000
114.400
307.500
2015
177.300 (72,4)
91.600 (77,2)
85.700 (67,9)
244.900
118.700
126.200
339.700
2020
193.000 (73,8)
98.600 (78,0)
94.400 (69,9)
261.500
126.400
135.100
363.700
2022
198.400 (74,4) 101.000 (78,3)
97.400 (70,7)
266.700
129.000
137.700
371.400
Bron: Bestuursinformatie (BI), CBS, prognose BI *
Aannames jaarlijkse stijging bruto participatiegraad vanaf 2006: mannen 0,15 en vrouwen 0,4 procentpunt
** Minus bevolking in instellingen: aanname 2% Opmerking: absolute cijfers op 100 afgerond
Groeiende werkgelegenheid van belang Om de groeiende beroepsbevolking van werk te voorzien is er weinig twijfel over het belang dat de werkgelegenheid in Utrecht eveneens toeneemt. Hoeveel (en wat voor niveau) dat zou moeten zijn, is een stuk lastiger te beantwoorden. De arbeidsmarkt is al lang geen locale aangelegenheid meer, maar functioneert vooral op stadsgewestelijk (BRU-)niveau. Van de huidige 177.000 voltijd arbeidsplaatsen in Utrecht wordt niet minder dan 61% vervuld door werknemers die buiten Utrecht wonen. De aanzienlijke pendelstromen de stad in en uit, zoals beschreven in paragraaf 3.4, vormen daarvan het bewijs. Met name voor de vele hoger opgeleiden (40-50%!) onder de Utrechtse beroepsbevolking is voor een deel sprake van een arbeidsmarkt die zich nog veel verder uitstrekt dan het stadsgewest. Utrecht vormt, zeker nu steeds vaker beide partners werken, met zijn centrale landelijke ligging de ‘ideale’ uitvalsbasis om elders in Nederland te werken als geen passend werk in de stad zelf gevonden kan worden. De pendelcijfers zijn hierbij illustratief: van de totale in- en uitpendel bedroeg in 2001 30% uitpendel, in 2006 al 37%. Daarbij komt dat als gevolg van de vergrijzing de
potentiële beroepsbevolking – de bevolking van 15-64 jaar – landelijk naar verwachting al vanaf 2011 gaat dalen. Ondanks dat de arbeidsparticipatie stijgt en de beroepsbevolking daardoor nog enige jaren zal groeien, betekent dit dat bij een goed lopende economie de vraag naar arbeid niet alleen in Utrecht maar zeker ook daarbuiten geleidelijk maar gestaag zal toenemen. De bedrijven en instellingen in de stad zullen dan harder moeten concurreren om werknemers aan zich te binden.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
47
Voldoende nieuwe werklocaties gepland Conclusie uit het voorgaande mag in ieder geval zijn dat het niet noodzakelijk is te streven naar een stijging van de werkgelegenheid die gelijke tred houdt met de toename van de beroepsbevolking. Het is veel belangrijker nieuwe werklocaties te ontwikkelen vanwege de economische potenties van de stad en daarbij overwegingen met betrekking tot de benutting van het openbaar vervoer en evenwichtiger gebruik van de wegeninfrastructuur een rol te laten spelen. Als we, met de verwachte groei van de Utrechtse beroepsbevolking in het achterhoofd, dan toch kijken naar de geplande werkgelegenheidslocaties lijken er voldoende gepland te zijn. Beperken we ons even uitsluitend tot de ontwikkeling van kantoorruimten en kantoorachtige bedrijfsruimte dan zijn er plannen voor de nabije en verdere toekomst van circa een miljoen vierkante meter kantoorruimte. Als alle plannen werkelijkheid worden komt dit neer op ruwweg 45.000 arbeidsplaatsen. Ook rekening houdend met het feit dat dit zeker niet allemaal nieuwe werkgelegenheid zal betreffen, omdat het gedeeltelijk een verplaatsing van werkgelegenheid binnen de stad zal zijn, gaat het toch om een substantieel aantal arbeidsplaatsen. Het gaat hier met name om de in ontwikkeling zijnde locaties Papendorp, Leidsche Rijn Centrum en Stationsgebied. Vraag naar hoger opgeleiden neemt toe Wat betreft de kwalitatieve veranderingen op de arbeidsmarkt is het niet mogelijk om specifieke uitspraken voor Utrecht te doen. Hiervoor moeten we aansluiten bij landelijke trends, waarbij het zeer waarschijnlijk is dat deze ook op de Utrechtse situatie toepasbaar zijn. In een studie van de Raad voor Werk en Inkomen (RWI) wordt geopperd dat er aanwijzingen zijn dat er op de Nederlandse arbeidsmarkt sprake is van polarisatie. Hiermee wordt geduid op een ontwikkeling waarbij de werkgelegenheid op hoger niveau toeneemt en deels daarmee samenhangend ook het elementair werk in de dienstensector. Het middenniveau, met name administratieve functies, verdwijnt omdat de bijbehorende functie makkelijk te automatiseren zijn of uitbesteed kunnen worden aan lagelonenlanden. Het bewijs voor een dergelijke ontwikkeling wordt gezocht door een vergelijk te maken van de opleidingsniveaus per sector van het zittend personeel en van de instroom. De instroom van middelbaar opgeleiden is in veel sectoren lager dan het huidige aandeel. Sectoren waar dit niet gebeurt zijn sectoren met veel dienstverlening waarbij direct contact met klanten vereist is en die moeilijk te automatiseren zijn. Het gaat om sectoren als zakelijke dienstverlening, horeca en zorg. Daarnaast is er een tendens dat de instroom van hoger opgeleiden in veel sectoren hoger is dan het huidig aandeel. Deze tendens is zichtbaar in alle sectoren, behalve de bouw, de horeca en de overige commerciële dienstverlening. Uit ander onderzoek onder MKB-ondernemers blijkt dat zij verwachten dat er in de toekomst uitsluitend groei in en behoefte aan hoger opgeleid personeel is. Dreigend tekort aan beroepen op gebied van techniek, zorg/medisch en onderwijs Knelpunten in de personeelsvoorziening op middellange termijn (tot 2010) zijn er volgens het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA, 2005) met name in de technische beroepen op vmbo- en mbo-niveau. Op hbo-niveau dreigt een tekort te ontstaan in het onderwijs en in de zorg. Op wetenschappelijk niveau dreigt een tekort aan technische en medische beroepen. Deze conclusie is van specifiek belang voor Utrecht, aangezien het beroepen in sectoren betreft die een belangrijk aandeel in de Utrechtse economie hebben (zie hoofdstuk 2).
48
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Streven naar meer arbeidsplaatsen per arbeidskracht? Tot slot in deze paragraaf nog een korte bespiegeling over de (toekomstige) verhouding van het aantal arbeidsplaatsen in de stad en de ontwikkeling van de beroepsbevolking. Niettemin wordt hiervan wel een kort overzicht geboden, inclusief een blik in de toekomst. Het aantal arbeidsplaatsen per beschikbare arbeidskracht in Utrecht bedraagt nu 1,26. Vijf jaar terug, toen de werkgelegenheid in Utrecht haar top bereikte, lag deze verhouding op 1,47. Tien jaar geleden kwam deze uit op 1,31. Als de ratio van 1996 voor 2010 zou worden gehanteerd, zou het aantal arbeidsplaatsen in Utrecht moeten zijn gestegen tot 207.000; een soortgelijke rekensom voor 2022 komt dan uit op bijna 260.000 voltijd arbeidsplaatsen, dat wil zeggen bijna de helft meer dan het huidige aantal. Arbeidsplaatsen in verhouding tot beroepsbevolking in Utrecht 1996
2001
aantal voltijd arbeidsplaatsen
152.179
192.788
176.964 *** 207.300
aantal personen beroepsbevolking
116.000
131.000
141.000
* 158.000
1,31
1,47
1,26
** 1,31
aantal arbeidsplaatsen per beschikbare arbeidskracht
2006
2010
Bron: PAR, CBS, BI * prognose BI / ** aanname / *** berekende uitkomst
3.7
Arbeidsmarkt in wijken en subwijken
Veel werkzoekenden in Overvecht Van de 10.815 Utrechtse werkzoekenden per 1-1-2007 wonen de meeste in Overvecht, namelijk 2.119. Veel belangrijker om te signaleren is dat deze wijk veruit het hoogste werkzoekendenpercentage kent van alle tien Utrechtse wijken. Dit bedraagt meer dan 10%, waarbij het vooral gaat om drie van de vier subwijken die deze wijk rijk is, namelijk Wolga-/Neckardreef, Zambesi-/Tigrisdreef en Amazonedreef. Ook in de wijk Zuidwest ligt het werkzoekendenpercentage met 7,4% hoger dan gemiddeld. Dit wordt geheel veroorzaakt door de situatie in een van de drie subwijken in deze wijk, Kanaleneiland, waar 11,7% van de potentiële beroepsbevolking werkzoekend is. Dit is het een na hoogste percentage van alle 29 subwijken in Utrecht. Alleen in de eerstgenoemde subwijk van Overvecht ligt het nog iets hoger, op 12,4%. De vier bovengenoemde subwijken zijn ook enige met een werkzoekendenpercentage in de dubbele cijfers. Slechts twee andere subwijken komen in de buurt hiervan: Nieuw Hoograven/Bokkenbuurt (9,8%) en Zuilen-Noord/Oost (8,4%). Overigens in heel veel subwijken, namelijk 20 van de 29, ligt het werkzoekendenpercentage beneden het stedelijk gemiddelde van 5,1%. Afgelopen jaar minder werkzoekenden in alle (sub)wijken Van 2006 op 2007 dalen in alle wijken en subwijken van Utrecht de aantallen en percentages werkzoekenden (zie ook bijlage 1, tabellen 16 en 17). Dat de vermindering verschilt per wijk en subwijk is niet meer dan logisch, echter de verschillen zijn niet echt groot. De procentuele afname van het werkzoekendenpercentage is het grootst in de wijk West (van 6,1% in 2006 naar 4,4% in 2007, een afname van bijna 28%) en het kleinst in Vleuten-De Meern (van 3,6% naar 2,9%, een afname met
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
49
19,4%), waar er toch al weinig werkzoekenden waren. Bij de subwijken zijn de verschillen nauwelijks groter, namelijk in grote lijnen tussen de 29% en iets minder dan 18%. Drie subwijken vormen zowel naar boven als beneden de uitzondering op de regel. Het betreft alle drie subwijken waar het werkzoekendenpercentage al bijzonder laag is, namelijk Wilhelminapark/Rijnsweerd (met een afname van 34,6% naar 1,7%), Vleuten/Haarzuilens (-13,8% naar 2,5%) en De Meern/Rijnenburg (-12,9% naar 2,7%). Werkzoekenden in procenten potentiële beroepsbevolking, naar wijk, 1-1-2007
Wijken West Noordwest
totaal
15-26 jaar
27-44 jaar
4,4
1,4
4,9
Marokkanen/ 45-64 jaar lage opleiding
Turken
7,5
40,1
12,3
6,4
2,4
7,6
9,6
51,6
13,2
Overvecht
10,3
4,6
13,1
11,6
50,1
14,4
Noordoost
3,3
0,9
3,2
5,6
20,4
13,4
Oost
2,7
0,6
2,8
6,0
28,7
10,1
Binnenstad
3,4
0,9
3,6
6,3
27,4
14,0
Zuid
5,3
2,0
6,1
7,6
40,5
14,7
Zuidwest
7,4
2,7
9,0
10,7
56,9
13,6
Leidsche Rijn
3,8
1,2
3,5
6,4
39,1
8,7
Vleuten-De Meern
2,9
0,8
2,7
4,2
33,0
6,6
Utrecht
5,1
1,8
5,8
7,6
43,7
13,1
Bron: CWI (2007)
Hoe ouder hoe meer werkzoekend, behoudens in Overvecht Het werkzoekendenpercentage onder jongeren tussen de 15 en 26 jaar is in de stad gemiddeld 1,8%. In de onderscheiden leeftijdsgroepen 27-44 jaar en 45-64 jaar loopt dit beduidend op. Dit geldt voor alle wijken, behalve voor Overvecht. In deze wijk vinden we het hoogste werkzoekendenpercentage onder de 27-44 jarigen, met 13,1%. Zuidwest volgt bij deze leeftijdsgroep met 9%. Beide wijken doen het op veel fronten het minste van alle wijken. Noordwest springt er minder negatief uit, behoudens met de bijna 10% werkzoekenden in de oudste leeftijdsklasse. Laag opgeleide werkzoekenden het meest in Zuidwest Bijna 57% van de werkzoekenden in Zuidwest heeft een lage opleiding. Wijken waar dit percentage ook hoog is, zijn Noordwest en Overvecht. Dezelfde drie wijken hebben ook een hoger dan gemiddeld aandeel werkzoekenden dat meer dan drie jaar staat ingeschreven. In de andere zeven wijken van Utrecht komt aandeel laag opgeleide werkzoekenden niet boven het stadsgemiddelde van 43,7% uit. Noordoost is duidelijk de wijk met het laagste aandeel, namelijk 20%. Werkzoekenden van Marokkaanse en Turkse herkomst doen het relatief goed in Leidsche Rijn en met name Vleuten-De Meern. Het is duidelijk dat de beter opgeleiden onder hen zich in die wijken (kunnen) vestigen.
50
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Bijlage 1: De economie in de wijken en subwijken 1.
Ontwikkeling aantal banen per wijk en subwijk, 2001-2006
2.
Ontwikkeling aantal vestigingen per wijk en subwijk, 2001-2006
3.
Vestigingen naar grootteklasse per wijk en subwijk, 2001-2006
4.
Sectorstructuur per wijk en subwijk, in procenten (obv aantal banen), 2006
5.
Sectorstructuur per wijk en subwijk, in procenten (obv aantal vestigingen), 2006
6.
Sectorstructuur per wijk en subwijk, op basis van aantal banen, 2006
7.
Sectorstructuur per wijk en subwijk, op basis van aantal vestigingen, 2006
8.
Aantal vestigingen en aantal banen per sbi-afdeling, 1996, 2001 en 2006
9.
Ontwikkeling aantal banen in de zakelijke dienstverlening per wijk en subwijk, 2001-2006
10. Aantal vestigingen dagelijkse goederen per 1.000 inwoners per wijk en subwijk, 2001-2006 11. Aandeel banen naar voltijd/deeltijd en man/vrouw per wijk en subwijk, 2006 12. Herkomst van arbeidskrachten in 2006 (%) per wijk en per subwijk 13. Aantal banen per 100 inwoners, per wijk en per subwijk, 2001-2006 14. Kenmerken werkzoekenden in aandelen potentiële beroepsbevolking per wijk/subwijk (%), 2007 15. Aantallen werkzoekenden naar diverse kenmerken, per wijk/subwijk, 2007 16. Werkzoekenden 2002-2007 per wijk en per subwijk 17. Werkzoekendenpercentages 2002-2007 per wijk en per subwijk
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
51
1. Ontwikkelingen aantal banen per wijk en subwijk, 2001-2006 groei 2001
2002
2003
2004
2005
2006
01-06
West
34.787
34.179
31.221
29.982
28.397
27.851
-6.936
Noordwest
10.429
10.719
9.987
8.036
8.198
8.908
-1.521
Overvecht
15.865
15.420
14.517
14.291
14.239
14.685
-1.180
Noordoost
9.431
9.042
9.083
8.481
8.521
8.753
-678
Oost
48.479
48.656
48.741
44.211
43.803
42.090
-6.389
Binnenstad
42.277
41.036
40.764
41.071
39.288
38.171
-4.106
5.579
5.481
5.346
5.404
5.349
5.400
-179
34.422
33.748
31.127
30.105
29.356
29.604
-4.818
3.023
2.815
4.529
12.148
14.194
14.650
11.627
10.625
9.812
10.085
9.730
9.367
9.812
-813
214.926
210.917
205.410
203.469
200.722
199.936
-14.990
Zuid Zuidwest Leidsche Rijn Vleuten-De Meern Utrecht Lombok, Leidseweg
1.803
1.758
1.755
1.725
1.593
1.568
-235
27.847
27.631
25.457
24.339
22.906
22.445
-5.402
Oog in Al, Welgelegen
5.137
4.790
4.009
3.918
3.898
3.838
-1.299
Zuilen-West
2.487
2.274
2.092
2.040
2.124
2.181
-306
Zuilen-Noord/Oost
1.054
1.161
1.164
1.144
1.159
1.160
106
Pijlsweerd
3.735
4.129
3.812
2.191
2.122
2.684
-1.051
Ondiep, 2e Daalsebuurt
3.153
3.155
2.919
2.661
2.793
2.883
-270
Taagdreef, Zamenhofdreef
4.852
5.092
4.018
3.775
3.575
2.119
-2.733
Wolgadreef, Neckardreef
2.460
2.216
2.323
2.438
2.294
3.957
1.497
Amazonedreef
2.682
2.416
2.519
2.578
2.504
2.461
-221
Zambesidreef, Tigrisdreef
5.871
5.696
5.657
5.500
5.866
6.148
277
Votulast
3.779
3.561
3.506
3.004
3.133
3.113
-666
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
3.148
3.185
3.221
3.163
3.110
3.217
69
Tuindorp, Voordorp
2.504
2.296
2.356
2.314
2.278
2.423
-81
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
7.531
7.250
6.931
6.758
6.564
6.376
-1.155
Abstede, Gansstraat
5.506
5.768
5.694
5.495
5.602
5.738
232
Wilhelminapark, Rijnsweerd
35.442
35.638
36.116
31.958
31.637
29.976
-5.466
Binnenstad winkelgebied
20.216
19.153
18.893
18.282
18.109
17.267
-2.949
Binnenstad woongebied
22.061
21.883
21.871
22.789
21.179
20.904
-1.157
2.250
2.252
2.036
2.176
1.918
1.904
-346
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
Oud-Hoograven, Tolsteeg Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
678
653
693
685
685
734
56
Lunetten
2.651
2.576
2.617
2.543
2.746
2.762
111
Kanaleneiland
4.883
4.912
4.629
4.497
4.562
4.913
30
Transwijk
19.120
17.878
15.597
14.277
13.510
13.094
-6.026
Rivierenwijk, Dichterswijk
10.419
10.958
10.901
11.331
11.284
11.597
1.178
3.023
2.815
4.529
12.148
14.194
14.650
11.627
298
422
535
672
792
912
614
De Meern, Rijnenburg
8.438
7.536
7.780
7.180
6.872
7.222
-1.216
Vleuten, Haarzuilens
1.889
1.854
1.770
1.878
1.703
1.678
-211
Leidsche Rijn Veldhuizen, Vleuterweide
Bron: PAR
52
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
2 Ontwikkelingen aantal vestigingen per wijk en subwijk, 2001-2006 groei 2001
2002
2003
2004
2005
2006
01-06
West
1.947
1.979
2.005
2.025
2.055
2.130
+183
Noordwest
1.593
1.641
1.679
1.699
1.826
1.912
+319
Overvecht
1.079
1.113
1.124
1.152
1.231
1.238
+159
Noordoost
1.809
1.771
1.843
1.865
1.972
2.110
+301
Oost
2.022
2.000
2.017
2.074
2.179
2.244
+222
Binnenstad
2.780
2.760
2.755
2.747
2.812
2.862
+82
797
793
827
829
845
902
+105
1.470
1.509
1.486
1.527
1.533
1.552
+82
259
296
383
497
624
741
+482
1.107
1.195
1.256
1.305
1.383
1.496
+389
14.864
15.058
15.376
15.721
16.461
17.189
+2.325
Zuid Zuidwest Leidsche Rijn Vleuten-De Meern Utrecht Lombok, Leidseweg
439
450
433
429
427
454
15
1.164
1.181
1.221
1.232
1.263
1.291
127
Oog in Al, Welgelegen
344
348
351
364
365
385
41
Zuilen-West
451
457
463
480
514
513
62
Zuilen-Noord/Oost
323
365
379
374
380
421
98
Pijlsweerd
307
302
307
308
327
343
36
Ondiep, 2e Daalsebuurt
512
517
530
537
605
635
123
Taagdreef, Zamenhofdreef
299
324
303
300
310
311
12
Wolgadreef, Neckardreef
178
181
178
196
215
228
50
Amazonedreef
219
213
212
205
203
203
-16
Zambesidreef, Tigrisdreef
383
395
431
451
503
496
113
Votulast
687
684
703
721
776
837
150
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
611
579
599
597
623
671
60
Tuindorp, Voordorp
511
508
541
547
573
602
91
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
834
828
826
854
880
914
80
Abstede, Gansstraat
362
349
357
359
374
387
25
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
Wilhelminapark, Rijnsweerd
826
823
834
861
925
943
117
Binnenstad winkelgebied
1.243
1.196
1.200
1.205
1.214
1.221
-22
Binnenstad woongebied
1.537
1.564
1.555
1.542
1.598
1.641
104
Oud-Hoograven, Tolsteeg
295
284
298
310
307
338
43
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
160
159
162
157
154
155
-5
Lunetten
342
350
367
362
384
409
67
Kanaleneiland
362
372
372
378
396
408
46
Transwijk
501
485
472
485
451
437
-64
Rivierenwijk, Dichterswijk
607
652
642
664
686
707
100
Leidsche Rijn
259
296
383
497
624
741
482
Veldhuizen, Vleuterweide
110
190
226
243
301
414
304
De Meern, Rijnenburg
636
650
662
688
697
698
62
Vleuten, Haarzuilens
361
355
368
374
385
384
23
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
53
3. Vestigingen naar grootteklasse per wijk en subwijk, in procenten, 2006 0 t/m 4
5 t/m 19
20 t/m 49
meer dan
banen
banen
banen
50 banen
aantal vestigingen
West
72,3
14,6
7,6
5,5
2.130
Noordwest
87,1
8,3
3,2
1,4
1.912
Overvecht
70,4
19,7
5,7
4,2
1.238
Noordoost
88,3
8,2
2,1
1,4
2.110
Oost
73,8
17,1
4,3
4,8
2.244
Binnenstad
68,3
22,6
5,2
3,9
2.862
Zuid
85,1
8,4
3,8
2,7
902
Zuidwest
70,7
17,2
5,4
6,7
1.552
Leidsche Rijn
79,4
12,6
3,4
4,7
741
Vleuten-De Meern
77,2
15,7
5,1
2
1.496
Utrecht
76,5
15,1
4,7
3,7
17.189
Lombok, Leidseweg
89,6
7,3
1,8
1,3
454
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
62,7
18,9
10,8
7,5
1.291
Oog in Al, Welgelegen
84,2
8,6
3,4
3,9
385
Zuilen-West
86,4
9,6
3,3
0,8
513
Zuilen-Noord/Oost
91,7
5,9
1,7
0,7
421
Pijlsweerd
84,3
8,2
4,4
3,2
343
Ondiep, 2e Daalsebuurt
86,1
9,0
3,5
1,4
635
Taagdreef, Zamenhofdreef
70,7
22,8
3,5
2,9
311
Wolgadreef, Neckardreef
78,5
11,8
4,8
4,8
228
Amazonedreef
77,3
13,3
4,9
4,4
203
Zambesidreef, Tigrisdreef
63,5
24,0
7,9
4,6
496
Votulast
89,7
7,9
1,7
0,7
837
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
86,0
9,1
2,8
2,1
671
Tuindorp, Voordorp
89,0
7,6
1,8
1,5
602
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
72,8
20,5
3,8
3,0
914
Abstede, Gansstraat
80,4
12,4
3,1
4,1
387
Wilhelminapark, Rijnsweerd
72,0
15,8
5,3
6,9
943
Binnenstad winkelgebied
55,7
32,3
7,5
4,6
1.221
Binnenstad woongebied
77,6
15,4
3,6
3,4
1.641
Oud-Hoograven, Tolsteeg
85,2
9,2
3,3
2,4
338
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
83,9
9,0
5,8
1,3
155
Lunetten
85,6
7,6
3,4
3,4
409
Kanaleneiland
74,5
15,9
4,9
4,7
408
Transwijk
49,4
26,5
11,2
12,8
437
Rivierenwijk, Dichterswijk
81,6
12,2
2,1
4,1
707
Leidsche Rijn
79,4
12,6
3,4
4,7
741
Veldhuizen, Vleuterweide
93,2
4,3
2,2
0,2
414
De Meern, Rijnenburg
67,5
21,8
7,2
3,6
698
Vleuten, Haarzuilens
77,6
16,9
4,4
1,0
384
Bron: PAR
54
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
4. Sectorstructuur per wijk en subwijk, in procenten (obv aantal banen), 2006 A/B/C
D/E
F
G
H
I
J
K
L
M
N O/P/Q
West
0,1
14,0
11,1
23,0
1,6
9,6
3,5
17,6
4,7
2,9
6,3
5,6
Noordwest
0,1
3,1
4,7
16,1
3,7
2,2
0,7
30,6
7,4
12,4
12,8
6,3
Overvecht
0,5
6,9
6,1
17,2
1,0
1,7
0,3
16,2
2,4
9,2
35,3
3,0
Noordoost
0,1
1,2
3,0
10,6
5,1
1,7
0,8
28,6
6,1
10,9
20,7
11,2
Oost
0,0
0,6
0,8
2,3
1,2
2,3
4,8
25,5
3,3
22,8
31,9
4,2
Binnenstad
0,0
1,1
1,1
14,6
9,4
10,7
4,8
26,4
10,9
7,1
6,4
7,5
Zuid
0,1
8,9
3,7
13,7
2,0
0,9
0,1
16,4
5,4
18,1
27,5
3,2
Zuidwest
0,0
3,2
1,5
11,1
1,7
5,7
23,2
19,3
9,1
7,3
13,9
4,0
Leidsche Rijn
0,1
4,0
2,9
16,2
0,5
5,2
0,1
61,2
4,3
2,0
2,6
1,0
Vleuten-De Meern
0,5
7,9
8,4
30,7
3,9
3,9
8,2
19,2
0,0
3,3
9,2
4,8
Utrecht
0,1
4,4
3,7
13,6
3,3
5,6
6,4
25,4
6,0
10,1
16,3
5,1
Lombok, Leidseweg
0,3
8,4
1,8
17,4
8,9
1,6
1,3
17,0
0,0
17,0
17,3
8,9
Nieuw Engeland, Schepenbrt.
0,1
16,7
13,5
26,6
1,1
11,2
3,5
18,3
0,4
0,7
3,7
4,0
Oog in Al, Welgelegen
0,0
0,3
0,7
4,0
1,4
3,5
4,4
13,2
32,0
9,7
17,0
13,7
Zuilen-West
0,3
5,3
5,8
19,4
7,3
2,0
0,2
37,0
0,0
4,1
13,8
4,9
Zuilen-Noord/Oost
0,0
3,6
7,0
20,2
2,8
3,9
1,0
14,2
0,0
29,4
10,3
7,6
Pijlsweerd
0,0
0,7
2,9
11,8
1,0
1,3
0,1
31,7
24,4
10,4
11,3
4,4
Ondiep, 2e Daalsebuurt
0,0
3,5
4,5
15,9
4,0
2,4
1,4
31,4
0,1
13,9
14,4
8,6
Taagdreef, Zamenhofdreef
0,0
3,1
1,3
40,2
4,2
1,8
1,2
20,4
0,0
13,1
8,9
5,8
Wolgadreef, Neckardreef
1,2
9,3
2,2
6,5
0,6
0,3
0,2
8,1
0,0
3,1
66,5
1,9
Amazonedreef
0,0
0,4
0,7
5,7
0,5
0,7
0,2
8,7
14,0
15,7
49,9
3,5
Zambesidreef, Tigrisdreef
0,5
9,3
12,5
20,9
0,4
3,0
0,2
22,9
0,0
9,1
18,6
2,6
Votulast
0,0
1,3
4,5
8,8
4,7
1,3
1,2
23,4
15,7
4,3
21,2
13,4
Wittevrouwen, Zeeheldenbrt.
0,2
1,3
2,4
8,9
2,4
3,0
0,6
44,5
1,5
7,5
15,5
12,3
Tuindorp, Voordorp
0,2
0,8
1,9
15,2
9,1
0,5
0,5
14,2
0,0
23,7
26,8
7,0
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
0,0
1,2
0,5
8,9
2,4
0,8
3,2
53,8
1,0
2,3
17,6
8,2
Abstede, Gansstraat
0,1
0,5
0,7
3,0
1,6
12,5
0,1
14,0
0,1
12,1
51,7
3,5
Wilhelminapark, Rijnsweerd
0,0
0,5
0,9
0,8
0,9
0,7
6,1
21,7
4,4
29,2
31,2
3,5
Binnenstad winkelgebied
0,0
0,3
2,1
24,9
13,7
6,4
8,3
21,2
3,3
7,5
5,5
6,9
Binnenstad woongebied
0,0
1,8
0,4
6,1
5,8
14,2
1,9
30,7
17,2
6,7
7,2
8,0
Oud-Hoograven, Tolsteeg
0,0
6,3
7,5
19,3
1,7
0,7
0,3
15,2
15,3
12,0
16,6
5,1
Nieuw-Hoograven, Bokkenbrt.
0,0
1,1
2,6
8,9
1,5
2,3
0,0
24,3
0,0
30,1
27,5
1,8
Lunetten
0,2
12,8
1,4
11,1
2,4
0,7
0,0
15,2
0,0
19,0
34,9
2,3
Kanaleneiland
0,0
0,4
0,7
11,2
1,5
0,7
10,8
7,9
8,3
14,6
40,5
3,4
Transwijk
0,0
6,2
1,8
16,4
0,8
9,0
9,5
25,8
9,0
3,7
12,3
5,4
Rivierenwijk, Dichterswijk
0,0
1,0
1,4
5,1
2,7
4,0
43,9
16,7
9,7
8,3
4,5
2,7
Leidsche Rijn
0,1
4,0
2,9
16,2
0,5
5,2
0,1
61,2
4,3
2,0
2,6
1,0
Veldhuizen, Vleuterweide
0,4
7,0
8,0
18,8
3,3
2,6
0,7
22,8
0,0
11,4
19,0
6,0
De Meern, Rijnenburg
0,3
7,9
7,2
34,1
2,7
4,1
10,7
20,2
0,0
2,1
6,5
4,2
Vleuten, Haarzuilens
1,3
8,3
14,2
22,2
9,5
3,9
1,5
12,6
0,0
3,9
15,6
6,9
ABC: Landbouw etc. / DE Industrie+ nuts / F: Bouwnijverheid / G: Groot-/detailhandel / H: Horeca / I: Transport/communicatie / J: Financiële instellingen / K: Zakelijke dienstverlening /L: Overheidsdienstverlening / M: Onderwijsinstellingen / N: Gezondheidszorg / OPQ: Overige dienstverlening
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
55
5. Sectorstructuur per wijk en subwijk, in procenten (obv aantal vestigingen), 2006 A/B/C
D/E
F
G
H
I
J
K
L
M
West
0,4
Noordwest
0,2
Overvecht
N O/P/Q
6,1
6,7
22,6
3,9
5,1
1,2
32,9
0,4
3,5
4,7
12,7
4,3
11,5
22,2
5,4
4,4
0,9
28,8
0,4
4,2
5,8
12,0
0,6
4,4
10,5
28,7
3,2
3,9
1,3
22,0
0,2
6,1
9,6
9,6
Noordoost
0,4
3,3
4,7
10,6
3,5
1,5
1,2
46,2
0,1
5,2
8,8
14,4
Oost
0,2
3,1
3,0
11,3
4,2
2,0
2,7
44,3
0,4
4,7
12,3
11,9
Binnenstad
0,0
3,1
1,8
28,2
12,8
2,4
1,2
27,9
0,7
2,9
5,7
13,5
Zuid
0,4
3,9
8,6
17,3
3,8
3,1
0,4
33,4
0,6
6,3
9,6
12,5
Zuidwest
0,1
4,1
6,6
22,7
5,6
3,4
1,7
31,4
1,0
4,6
9,0
9,7
Leidsche Rijn
0,8
5,4
8,2
18,2
2,3
3,8
0,9
40,6
0,8
4,0
5,3
9,6
Vleuten-De Meern
1,5
4,9
9,9
21,1
2,9
4,2
2,8
33,8
0,1
2,9
6,7
9,3
Utrecht
0,4
4,1
6,4
20,4
5,5
3,2
1,5
34,2
0,4
4,2
7,7
11,9
Lombok, Leidseweg
0,9
4,6
5,1
22,5
6,2
3,7
1,1
28,4
0,0
4,0
5,7
17,8
Nieuw Engeland, Schepenbrt.
0,2
7,7
7,9
25,9
3,1
6,0
1,1
33,0
0,3
2,6
2,8
9,5
Oog in Al, Welgelegen
0,3
2,3
4,4
11,7
3,9
3,4
1,8
37,7
1,0
6,0
10,1
17,4
Zuilen-West
0,6
5,1
14,2
26,3
5,1
1,6
0,4
24,8
0,2
2,7
7,8
11,3
Zuilen-Noord/Oost
0,0
5,7
15,0
18,5
4,5
5,7
0,7
27,3
0,2
6,4
4,3
11,6
Pijlsweerd
0,0
2,9
6,7
20,7
4,7
5,2
0,6
32,4
0,6
4,1
7,0
15,2
Ondiep, 2e Daalsebuurt
0,2
3,5
9,4
22,0
6,8
5,5
1,6
31,0
0,5
3,9
4,6
11,0
Taagdreef, Zamenhofdreef
0,0
3,5
6,8
36,7
5,1
2,9
1,6
19,9
0,3
5,5
5,8
11,9
Wolgadreef, Neckardreef
1,3
1,3
17,5
18,0
5,3
3,9
1,3
20,6
0,0
7,9
11,4
11,4
Amazonedreef
0,0
2,5
6,4
18,7
1,5
4,4
1,0
25,6
0,5
8,9
17,7
12,8
Zambesidreef, Tigrisdreef
0,8
7,3
11,3
32,7
1,8
4,2
1,2
22,4
0,0
4,4
7,9
6,0
Votulast
0,0
3,7
3,3
11,5
4,8
1,8
1,2
46,7
0,1
4,3
7,5
15,1
Wittevrouwen, Zeeheldenbrt.
0,6
3,4
5,8
9,5
3,0
1,3
0,9
47,2
0,1
5,2
8,8
14,0
Tuindorp, Voordorp
0,7
2,5
5,5
10,6
2,3
1,3
1,7
44,4
0,2
6,3
10,6
14,0
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
0,2
2,2
2,5
14,0
4,3
2,0
2,8
44,4
0,3
2,5
12,8
11,9
Abstede, Gansstraat
0,5
4,4
8,0
12,1
4,4
2,1
0,5
33,6
0,3
5,9
14,2
14,0
Wilhelminapark, Rijnsweerd
0,1
3,4
1,5
8,4
4,0
1,9
3,4
48,5
0,4
6,4
11,1
10,9
Binnenstad winkelgebied
0,0
1,2
0,6
45,3
16,2
2,5
1,5
17,2
0,3
2,5
3,5
9,2
Binnenstad woongebied
0,0
4,4
2,7
15,5
10,3
2,3
1,0
35,8
0,9
3,1
7,3
16,6
Oud-Hoograven, Tolsteeg
0,0
4,1
10,1
23,4
4,1
2,4
0,9
29,6
1,2
3,8
6,8
13,6
Nieuw-Hoograven, Bokkenbrt.
0,0
3,9
11,0
16,1
5,8
4,5
0,0
26,5
0,6
10,3
14,8
6,5
Lunetten
1,0
3,7
6,6
12,7
2,7
3,2
0,2
39,1
0,0
6,8
10,0
13,9
Kanaleneiland
0,0
2,9
6,6
28,7
4,9
4,2
1,7
22,5
0,5
5,9
13,2
8,8
Transwijk
0,0
7,8
4,3
28,1
5,0
3,7
1,4
28,6
2,1
4,1
8,5
6,4
Rivierenwijk, Dichterswijk
0,3
2,5
8,1
16,0
6,4
2,8
1,8
38,3
0,6
4,1
6,8
12,3
Leidsche Rijn
0,8
5,4
8,2
18,2
2,3
3,8
0,9
40,6
0,8
4,0
5,3
9,6
Veldhuizen, Vleuterweide
1,0
2,7
11,8
13,3
1,9
3,9
1,0
40,8
0,0
5,3
6,0
12,3
De Meern, Rijnenburg
1,6
6,0
10,5
25,2
2,3
4,7
4,2
30,4
0,0
1,7
5,9
7,6
Vleuten, Haarzuilens
1,8
5,2
6,8
21,9
4,9
3,6
2,3
32,6
0,3
2,6
8,9
9,1
ABC: Landbouw etc. / DE Industrie+ nuts / F: Bouwnijverheid / G: Groot-/detailhandel / H: Horeca / I: Transport/communicatie / J: Financiële instellingen / K: Zakelijke dienstverlening /L: Overheidsdienstverlening / M: Onderwijsinstellingen / N: Gezondheidszorg / OPQ: Overige dienstverlening
Bron: PAR
56
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
6. Sectorstructuur per wijk en subwijk, op basis van aantal banen, 2006 A/B/C
D/E
F
G
H
I
J
K
L
37
3.892
3.094
6.408
444
2.681
987
4.890
1.311
803
1.748
1.556
7
279
415
1.434
332
192
58
2.728
657
1.108
1.138
560
79
1.017
902
2.532
149
253
51
2.376
346
1.348
5.187
445
9
104
266
929
445
149
71
2.501
537
950
1.808
984
West Noordwest Overvecht Noordoost Oost
M
N O/P/Q
10
267
331
987
525
977
2.033 10.744
1.403
9.588 13.440
1.785
Binnenstad
0
436
432
5.560
3.578
4.082
1.839 10.064
4.169
2.697
2.448
2.866
Zuid
5
481
199
740
109
49
6
888
291
975
1.484
173
Zuidwest
2
947
438
3.287
494
1.674
6.871
5.714
2.706
2.163
4.121
1.187
Leidsche Rijn
15
580
423
2.378
67
764
14
8.970
633
290
376
140
Vleuten-De Meern
47
772
829
3.010
383
387
805
1.880
0
322
903
474
211
8.775
5
132
28
273
139
25
21
267
0
267
271
140
31
3.748
3.039
5.981
251
2.521
796
4.118
81
162
825
892
Oog in Al, Welgelegen
1
12
27
154
54
135
170
505
1.230
374
652
524
Zuilen-West
6
116
127
423
159
43
5
807
0
89
300
106
Zuilen-Noord/Oost
0
42
81
234
32
45
12
165
0
341
120
88
Pijlsweerd
0
19
78
318
27
34
2
852
655
278
302
119
Ondiep, 2e Daalsebuurt
1
102
129
459
114
70
39
904
2
400
416
247
Utrecht Lombok, Leidseweg Nieuw Engeland, Schepenbrt.
Taagdreef, Zamenhofdreef
7.329 27.265
6.526 11.208 12.735 50.755 12.053 20.244 32.665 10.170
0
66
27
851
88
39
25
433
1
278
188
123
49
369
89
258
22
10
7
322
0
124
2.630
77
0
9
16
141
13
17
6
215
345
387
1.227
85
30
573
770
1.282
26
187
13
1.406
0
559
1.142
160
Votulast
0
41
141
275
146
42
38
728
490
134
660
418
Wittevrouwen, Zeeheldenbrt.
5
43
78
286
78
95
20
1.430
47
241
498
396
Tuindorp, Voordorp
4
20
47
368
221
12
13
343
0
575
650
170
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
2
77
30
566
151
54
206
3.431
66
149
1.120
524
Abstede, Gansstraat
7
30
40
174
93
720
3
806
7
693
2.967
198
Wilhelminapark, Rijnsweerd
1
160
261
247
281
203
1.824
6.507
1.330
8.746
9.353
1.063
Binnenstad winkelgebied
0
53
356
4.292
2.368
1.111
1.432
3.652
573
1.289
945
1.196
Binnenstad woongebied
0
383
76
1.268
1.210
2.971
407
6.412
3.596
1.408
1.503
1.670
Oud-Hoograven, Tolsteeg
0
119
142
368
33
14
5
289
291
229
317
97
Nieuw-Hoograven, Bokkenbrt.
0
8
19
65
11
17
0
178
0
221
202
13
Lunetten
5
354
38
307
65
18
1
421
0
525
965
63
Kanaleneiland
0
19
36
548
75
34
533
389
410
715
1.988
166
Transwijk
0
812
235
2.147
107
1.178
1.248
3.383
1.175
484
1.616
709
Rivierenwijk, Dichterswijk
2
116
167
592
312
462
5.090
1.942
1.121
964
517
312
15
580
423
2.378
67
764
14
8.970
633
290
376
140
4
64
73
171
30
24
6
208
0
104
173
55
De Meern, Rijnenburg
21
569
517
2.466
193
297
773
1.461
0
153
469
303
Vleuten, Haarzuilens
22
139
239
373
160
66
26
211
0
65
261
116
Wolgadreef, Neckardreef Amazonedreef Zambesidreef, Tigrisdreef
Leidsche Rijn Veldhuizen, Vleuterweide
ABC: Landbouw etc. / DE Industrie+ nuts / F: Bouwnijverheid / G: Groot-/detailhandel / H: Horeca / I: Transport/communicatie / J: Financiële instellingen / K: Zakelijke dienstverlening /L: Overheidsdienstverlening / M: Onderwijsinstellingen / N: Gezondheidszorg / OPQ: Overige dienstverlening
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
57
7. Sectorstructuur per wijk en subwijk, op basis van aantal vestigingen, 2006 A/B/C
D/E
F
G
H
I
J
K
L
M
West
8
129
142
Noordwest
4
82
219
Overvecht
7
55
Noordoost
8
Oost Binnenstad
481
83
108
26
700
8
74
101
270
424
104
85
17
550
7
80
111
229
130
355
40
48
16
272
2
75
119
119
69
100
224
74
32
26
975
3
109
186
304
5
69
68
254
94
44
60
993
8
106
277
266
0
88
51
807
367
68
34
798
19
82
163
385
Zuid
4
35
78
156
34
28
4
301
5
57
87
113
Zuidwest
2
64
103
353
87
53
26
488
15
71
139
151
Leidsche Rijn
N O/P/Q
6
40
61
135
17
28
7
301
6
30
39
71
Vleuten-De Meern
22
73
148
315
43
63
42
506
1
44
100
139
Utrecht
66
704 1.100 3.504
258 5.884
74
943
557
Lombok, Leidseweg
4
21
23
102
28
17
5
129
0
18
26
81
Nieuw Engeland, Schepenbrt.
3
99
102
334
40
78
14
426
4
33
36
122
Oog in Al, Welgelegen
1
9
17
45
15
13
7
145
4
23
39
67
Zuilen-West
3
26
73
135
26
8
2
127
1
14
40
58
Zuilen-Noord/Oost
0
24
63
78
19
24
3
115
1
27
18
49
Pijlsweerd
0
10
23
71
16
18
2
111
2
14
24
52
Ondiep, 2e Daalsebuurt
1
22
60
140
43
35
10
197
3
25
29
70
Taagdreef, Zamenhofdreef
0
11
21
114
16
9
5
62
1
17
18
37
Wolgadreef, Neckardreef
3
3
40
41
12
9
3
47
0
18
26
26
Amazonedreef
0
5
13
38
3
9
2
52
1
18
36
26
Zambesidreef, Tigrisdreef
4
36
56
162
9
21
6
111
0
22
39
30
Votulast
0
31
28
96
40
15
10
391
1
36
63
126
Wittevrouwen, Zeeheldenbrt.
4
23
39
64
20
9
6
317
1
35
59
94
Tuindorp, Voordorp
4
15
33
64
14
8
10
267
1
38
64
84
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
2
20
23
128
39
18
26
406
3
23
117
109
Abstede, Gansstraat
2
17
31
47
17
8
2
130
1
23
55
54
Wilhelminapark, Rijnsweerd
1
32
14
79
38
18
32
457
4
60
105
103
Binnenstad winkelgebied
0
15
7
553
198
30
18
210
4
31
43
112
Binnenstad woongebied
0
73
44
254
169
38
16
588
15
51
120
273
Oud-Hoograven, Tolsteeg
0
14
34
79
14
8
3
100
4
13
23
46
Nieuw-Hoograven, Bokkenbrt.
0
6
17
25
9
7
0
41
1
16
23
10
Lunetten
4
15
27
52
11
13
1
160
0
28
41
57
Kanaleneiland
0
12
27
117
20
17
7
92
2
24
54
36
Transwijk
0
34
19
123
22
16
6
125
9
18
37
28
Rivierenwijk, Dichterswijk
2
18
57
113
45
20
13
271
4
29
48
87
Leidsche Rijn
6
40
61
135
17
28
7
301
6
30
39
71
Veldhuizen, Vleuterweide
4
11
49
55
8
16
4
169
0
22
25
51
11
42
73
176
16
33
29
212
0
12
41
53
7
20
26
84
19
14
9
125
1
10
34
35
De Meern, Rijnenburg Vleuten, Haarzuilens
728 1.323 2.048
ABC: Landbouw etc. / DE Industrie+ nuts / F: Bouwnijverheid / G: Groot-/detailhandel / H: Horeca / I: Transport/communicatie / J: Financiële instellingen / K: Zakelijke dienstverlening /L: Overheidsdienstverlening / M: Onderwijsinstellingen / N: Gezondheidszorg / OPQ: Overige dienstverlening
Bron: PAR
58
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
8. Aantal vestigingen en aantal banen per sbi-afdeling, 1996, 2001 en 2006 vestigingen
Landbouw, jacht en dienstverlening
banen
1996
2001
2006
1996
2001
2006
33
48
65
197
208
210
Bosbouw en dienstverlening
0
1
1
0
1
1
Winning van zand, grind, klei. zout e.d.
0
0
0
0
0
0
32
54
56
1.674
1.499
1.292
Verv. van voedingsmiddelen Verv. van textiel Verv. van kleding, bereiden verven van bont Verv. van leer en lederwaren Houtindustrie en verv. art. van hout e.d. Verv. van papier, karton e.d. Uitgeverijen, drukkerijen, reproductie Verv. van chemische producten
3
9
9
54
61
57
20
16
25
38
41
41
0
1
2
0
1
2
36
26
22
139
125
101
6
4
8
328
286
235
238
224
205
1.948
2.067
1.386 427
6
10
11
230
394
Verv. van producten van rubber, kunststof
13
11
14
131
70
96
Verv. van glas, aardewerk e.d.
31
30
35
314
383
343
Verv. van metalen in primaire vorm
5
4
6
230
244
225
Verv. van producten van metaal
70
72
61
810
736
511
Verv. van machines en apparaten
24
31
28
652
589
460
Verv. van kantoormachines
2
7
5
63
102
6
Verv. van overige elektr. mach. app.
8
11
8
152
200
438
Verv. van audio-, video- telecom app.
5
6
5
12
26
13
Verv. van medische app. en instrumenten
48
41
39
414
531
591
Verv. van auto's, aanhangwagens e.d.
10
8
10
54
34
41
6
5
8
425
11
13
84
126
136
1.720
2.263
1.565
Voorbereiding tot recycling
3
5
6
126
95
95
Produktie en distr. van elektr. gas warm water
7
7
2
1.526
1.713
594
Verv. van transportmiddelen Verv. van meubels en ov. goederen
Winning en distributie van water
2
3
2
380
391
236
Bouwnijverheid
646
929
1.100
6.476
9.982
7.329
Handel in en rep. van auto's e.d.
296
321
327
2.497
2.665
2.466
Groothandel en handelsbemiddeling
947
934
975
12.509
13.559
11.588
Detailhandel en reparatie t.b.v. particulieren
2.410
2.065
2.202
12.516
13.929
13.211
Logies-, maaltijden- en drankenverstrekking
841
900
943
5.503
6.668
6.526
Vervoer over land
107
170
171
4.426
5.071
5.494
Vervoer over water
5
9
10
11
25
35
Vervoer door de lucht
1
1
2
1
1
8
132
163
188
4.967
4.673
2.440
Dienstverlening t.b.v. het vervoer Post en telecommunicatie
90
198
186
5.079
5.262
3.231
110
116
78
4.542
6.117
6.275
Verzekeringswezen en pensioenfondsen
21
30
17
5.605
7.559
4.705
Aktiviteiten t.b.v. of verwant aan fin inst.
180
157
163
1.419
2.075
1.755
Verhuur van en handel in onr. goed
175
216
228
1.216
1.724
1.878
Verhuur van transportmiddelen e.d.
99
108
96
596
843
847
331
695
952
6.441
9.404
11.475
Fin. instellingen (excl. verz.)
Computerservice en informatietechnologie Speur- en ontwikkelingswerk Overige zakelijke dienstverlening
41
81
79
939
1.699
1.820
2.202
3.566
4.529
28.551
41.969
34.735
Openbaar bestuur, overheid
113
92
74
11.258
11.623
12.053
Onderwijs
545
594
728
16.694
19.539
20.244
1.227
1.174
1.323
23.756
28.891
32.665
15
21
16
461
556
479
Werkgevers-, werknemers- beroepsorg.
228
236
228
2.463
3.459
3.206
Cultuur, sport en recreatie
666
934
1.292
3.058
4.221
4.965
Overige dienstverlening
402
394
512
1.246
1.341
1.520
12.522
14.864
17.189
173.847
Gezondheids- en welzijnszorg Milieudienstverlening
Utrecht
214.926 199.936
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
59
9. Ontwikkeling aantal banen in de zakelijke dienstverlening per wijk en subwijk, 2001-2006 groei 2001
2002
2003
2004
2005
2006
01-06
West
6.913
6.397
5.977
5.622
4.931
4.890
-2.023
Noordwest
3.395
3.691
3.078
2.252
2.370
2.728
-667
Overvecht
2.645
2.774
1.826
1.727
1.944
2.376
-269
Noordoost
2.634
2.600
2.719
2.491
2.447
2.501
-133
Oost
15.983
15.455
15.228
10.644
10.569
10.744
-5.239
Binnenstad
11.390
12.582
12.238
11.856
10.604
10.064
-1.326
Zuid
1.054
920
1.041
952
935
888
-166
Zuidwest
8.150
7.488
5.730
5.542
5.725
5.714
-2.436
607
735
1.920
7.402
8.481
8.970
8.363
Leidsche Rijn Vleuten-De Meern
2.868
2.470
2.503
2.052
1.709
1.880
-988
55.639
55.112
52.260
50.540
49.715
50.755
-4.884
269
302
297
269
272
267
-2
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
5.161
4.854
5.063
4.674
4.322
4.118
-1.043
Oog in Al, Welgelegen
Utrecht Lombok, Leidseweg
1.483
1.241
617
679
337
505
-978
Zuilen-West
902
865
749
629
719
807
-95
Zuilen-Noord/Oost
124
191
180
169
159
165
41
1.383
1.600
1.159
585
646
852
-531
Ondiep, 2e Daalsebuurt
986
1.035
990
869
846
904
-82
Taagdreef, Zamenhofdreef
377
403
306
317
270
433
56
Wolgadreef, Neckardreef
445
591
280
311
354
322
-123
Amazonedreef
410
384
244
227
224
215
-195
1.413
1.396
996
872
1.096
1.406
-7
566
565
697
698
758
728
162
1.664
1.672
1.650
1.458
1.346
1.430
-234
404
363
372
335
343
343
-61
4.257
4.099
3.829
3.640
3.437
3.431
-826
825
712
814
707
807
806
-19
10.901
10.644
10.585
6.297
6.325
6.507
-4.394
Binnenstad winkelgebied
4.947
4.551
4.283
3.952
4.023
3.652
-1.295
Binnenstad woongebied
Pijlsweerd
Zambesidreef, Tigrisdreef Votulast Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt Tuindorp, Voordorp Oudwijk, Buiten Wittevrouwen Abstede, Gansstraat Wilhelminapark, Rijnsweerd
6.443
8.031
7.955
7.904
6.581
6.412
-31
Oud-Hoograven, Tolsteeg
350
294
345
366
345
289
-61
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
103
91
141
144
153
178
75
Lunetten
601
535
555
442
437
421
-180
Kanaleneiland
752
695
410
349
292
389
-363
Transwijk
4.538
3.873
2.997
2.870
3.149
3.383
-1.155
Rivierenwijk, Dichterswijk
2.860
2.920
2.323
2.323
2.284
1.942
-918
607
735
1.920
7.402
8.481
8.970
8.363
Leidsche Rijn Veldhuizen, Vleuterweide De Meern, Rijnenburg Vleuten, Haarzuilens Bron: PAR
60
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
50
93
107
116
153
208
158
2.573
2.039
2.026
1.547
1.304
1.461
-1.112
245
338
370
389
252
211
-34
10. Aantal vestigingen dagelijkse goederen per 1.000 inwoners, per wijk en subwijk, 2001-2006 vestigingen 2001
2002
2003
2004
2005
2006
2006
West
2,7
2,6
2,5
2,3
2,2
2,2
58
Noordwest
1,9
2,0
2,1
2,0
2,0
1,8
72
Overvecht
2,0
1,9
1,8
1,8
1,8
1,8
56
Noordoost
1,8
1,8
1,8
1,6
1,5
1,5
52
Oost
2,0
1,6
1,5
1,4
1,5
1,6
45
Binnenstad
6,6
6,7
7,3
6,7
6,3
6,1
96
Zuid
1,4
1,2
1,1
1,3
1,1
1,1
30
Zuidwest
1,8
1,7
1,5
1,4
1,5
1,4
48
Leidsche Rijn
0,7
0,5
0,5
0,5
0,7
0,6
9
Vleuten-De Meern
1,2
1,0
1,0
1,1
1,1
0,9
28
Utrecht
2,1
2,0
2,0
1,9
1,8
1,8
494
Lombok, Leidseweg
4,9
4,7
4,7
4,3
4,2
4,4
37
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
1,8
1,7
1,6
1,5
1,3
1,1
12
Oog in Al, Welgelegen
1,2
1,2
1,3
1,1
1,1
1,2
9
Zuilen-West
2,6
2,6
2,6
2,4
2,1
1,9
20
Zuilen-Noord/Oost
0,7
1,2
1,2
1,1
1,2
1,1
13
Pijlsweerd
2,2
2,2
2,2
2,4
3,1
3,0
16
Ondiep, 2e Daalsebuurt
2,4
2,2
2,3
2,2
2,1
1,8
23
Taagdreef, Zamenhofdreef
4,8
4,8
4,6
4,2
3,9
3,6
23
Wolgadreef, Neckardreef
1,3
1,3
0,9
1,3
0,9
1,0
9
Amazonedreef
1,5
1,5
1,5
1,6
1,6
1,6
10
Zambesidreef, Tigrisdreef
1,0
0,8
0,9
0,9
1,3
1,4
14
Votulast
2,1
2,1
2,1
2,2
2,0
2,0
23
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
1,8
1,6
1,5
1,2
1,2
1,1
10
Tuindorp, Voordorp
1,6
1,6
1,6
1,3
1,3
1,4
19
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
3,3
3,0
2,7
2,6
2,6
2,6
23
Abstede, Gansstraat
0,9
0,8
0,7
0,7
0,7
0,7
6
Wilhelminapark, Rijnsweerd
1,7
1,1
1,2
1,1
1,3
1,5
16
24,4
23,8
25,5
23,9
23,8
22,1
67
Binnenstad woongebied
2,5
2,7
3,0
2,6
2,1
2,3
29
Oud-Hoograven, Tolsteeg
2,2
1,9
1,6
2,0
1,9
2,0
16
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
1,1
1,0
1,0
0,9
0,7
0,6
4
Lunetten
1,0
0,9
0,9
0,9
0,8
0,9
10
Kanaleneiland
1,8
1,8
1,8
1,7
1,8
1,8
28
Transwijk
1,1
0,7
0,2
0,2
0,6
0,4
2
Rivierenwijk, Dichterswijk
2,1
1,9
1,6
1,4
1,4
1,4
18
Leidsche Rijn
0,7
0,5
0,5
0,5
0,7
0,6
9
Veldhuizen, Vleuterweide
0,6
0,2
0,4
0,5
0,4
0,4
4
De Meern, Rijnenburg
1,0
1,1
1,1
1,3
1,4
1,2
13
Vleuten, Haarzuilens
1,7
1,4
1,4
1,4
1,4
1,4
11
Binnenstad winkelgebied
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
61
11. Aandeel banen naar voltijd/deeltijd en man/vrouw, per wijk en subwijk, 2006 voltijd
deeltijd
man
vrouw
West
93,2
6,8
71,3
28,7
Noordwest
84,9
15,1
53,3
46,7
Overvecht
80,1
19,9
47,6
52,4
Noordoost
82,8
17,2
50,2
49,8
Oost
87,4
12,6
47,3
52,7
Binnenstad
84,7
15,3
51,4
48,6
Zuid
85,6
14,4
48,7
51,3
Zuidwest
93,9
6,1
56,1
43,9
Leidsche Rijn
97,3
2,7
74,4
25,6
Vleuten-De Meern
87,8
12,2
62,8
37,2
Utrecht
88,5
11,5
55,9
44,1
Lombok, Leidseweg
86,5
13,5
53,5
46,5
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
93,7
6,3
75,7
24,3
Oog in Al, Welgelegen
93,3
6,7
53,1
46,9
Zuilen-West
78,2
21,8
53,5
46,5
Zuilen-Noord/Oost
83,4
16,6
52,9
47,1
Pijlsweerd
93,5
6,5
49,1
50,9
Ondiep, 2e Daalsebuurt
82,6
17,4
57,3
42,7
Taagdreef, Zamenhofdreef
77,4
22,6
40,7
59,3
Wolgadreef, Neckardreef
67,6
32,4
29,4
70,6
Amazonedreef
90,0
10,0
36,3
63,7
Zambesidreef, Tigrisdreef
85,1
14,9
66,3
33,7
Votulast
87,1
12,9
55,1
44,9
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
84,4
15,6
48,9
51,1
Tuindorp, Voordorp
74,9
25,1
45,6
54,4
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
86,1
13,9
47,0
53,0
Abstede, Gansstraat
81,6
18,4
42,7
57,3
Wilhelminapark, Rijnsweerd
88,9
11,1
48,2
51,8
Binnenstad winkelgebied
82,2
17,8
50,9
49,1
Binnenstad woongebied
86,8
13,2
51,8
48,2
Oud-Hoograven, Tolsteeg
89,3
10,7
55,7
44,3
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
82,7
17,3
42,8
57,2
Lunetten
83,9
16,1
45,4
54,6
Kanaleneiland
89,4
10,6
38,2
61,8
Transwijk
93,9
6,1
60,7
39,3
Rivierenwijk, Dichterswijk
95,7
4,3
58,6
41,4
Leidsche Rijn
97,3
2,7
74,4
25,6
Veldhuizen, Vleuterweide
78,4
21,6
52,6
47,4
De Meern, Rijnenburg
90,9
9,1
65,9
34,1
Vleuten, Haarzuilens
79,7
20,3
54,9
45,1
Bron: PAR
62
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
12. Herkomst van arbeidskrachten in 2006 (%), per wijk en per subwijk binnen de van buiten
rand
noord
midden
zuid
rest prov.
4,4
3,2
20,4
0,6
12
17,6
3,9
1,6
13,1
0,3
9,2
21,6
4,0
2,5
17,5
0,5
11,7
42,9
15,4
3,7
1,7
12,9
0,3
8,9
39,4
60,6
22,3
4,9
2,1
18,1
0,3
12,9
Binnenstad
40,0
60,0
19,0
5,0
2,8
21,5
0,5
11,2
Zuid
47,3
52,7
20,1
3,5
2,1
13,6
0,5
12,8
Zuidwest
31,1
68,9
19,2
6,4
3,8
26,9
0,9
11,7
Leidsche Rijn
23,2
76,8
13,4
9,1
5,1
37,1
1,6
10,5
Vleuten-De Meern
48,3
51,7
15,9
4,8
2,8
15,7
0,7
11,8
Utrecht
39,1
60,9
19,6
5,2
2,9
21
0,6
11,6
Lombok, Leidseweg
59,0
41,0
14,1
4,2
1,7
12,5
0,3
8,3
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
34,6
65,4
23,3
4,4
3,4
21,1
0,6
12,6
Oog in Al, Welgelegen
43,6
56,4
19,2
4,7
2,7
19,1
0,5
10,3
Zuilen-West
55,1
44,9
18,5
3,3
1,5
13,2
0,3
8,1
Zuilen-Noord/Oost
64,6
35,4
12,9
2,8
1,4
9,5
0,1
8,7
Pijlsweerd
49,7
50,3
19,2
5,0
1,8
14,3
0,4
9,6
Ondiep, 2e Daalsebuurt
53,7
46,3
17,3
3,8
1,7
13,4
0,2
9,8
Taagdreef, Zamenhofdreef
56,2
43,8
19,2
2,5
1,6
11,4
0,2
8,9
Wolgadreef, Neckardreef
37,0
63,0
20,0
5,4
3,1
22,2
0,6
11,6
Amazonedreef
41,3
58,7
25,8
2,8
1,8
13,0
0,2
15,0
Zambesidreef, Tigrisdreef
41,1
58,9
21,8
4,1
2,8
18,5
0,5
11,3
Votulast
57,4
42,6
14,0
3,8
1,6
13,6
0,3
9,3
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
53,9
46,1
16,5
4,4
2,1
13,7
0,5
9,0
Tuindorp, Voordorp
60,8
39,2
15,6
2,6
1,4
11,0
0,3
8,2
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
48,2
51,8
18,5
5,4
2,0
15,0
0,3
10,6
Abstede, Gansstraat
43,1
56,9
23,0
3,1
2,3
16,9
0,3
11,3
Wilhelminapark, Rijnsweerd
36,8
63,2
22,9
5,1
2,1
19,0
0,3
13,7
Binnenstad winkelgebied
42,8
57,2
19,5
4,7
2,4
19,7
0,3
10,4
Binnenstad woongebied
37,6
62,4
18,5
5,2
3,2
23,0
0,6
11,9
Oud-Hoograven, Tolsteeg
48,2
51,8
23,3
2,1
1,3
10,9
0,2
14,0
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
53,9
46,1
17,8
3,3
1,8
13,1
0,2
9,8
Lunetten
44,9
55,1
18,4
4,6
2,8
15,7
0,8
12,8
Kanaleneiland
41,5
58,5
24,5
2,9
2,2
15,5
0,4
13,1
Transwijk
30,7
69,3
20,8
7,1
3,6
25,3
0,6
11,9
Rivierenwijk, Dichterswijk
27,2
72,8
15,2
7,1
4,6
33,5
1,5
10,9
Leidsche Rijn
23,2
76,8
13,4
9,1
5,1
37,1
1,6
10,5
Veldhuizen, Vleuterweide
64,4
35,6
13,4
2,1
1,6
8,3
0,2
9,9
De Meern, Rijnenburg
34,8
65,2
17,7
7,4
4,1
22,7
1,2
12,0
Vleuten, Haarzuilens
62,2
37,8
14,3
1,7
0,7
7,0
0,2
13,9
stad
Utrecht
gemeente
West
37,3
62,7
22,2
Noordwest
54,3
45,7
Overvecht
42,2
57,8
Noordoost
57,1
Oost
G3 Nederland Nederland Nederland
Utrecht
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
63
13. Aantal banen per 100 inwoners, per wijk en subwijk, 2001-2006
West
2002
2003
2004
2005
2006
138,8
136,3
122,1
115,8
108,2
105,4
Noordwest
25,4
26,4
25,0
20,0
20,4
21,9
Overvecht
53,0
50,7
47,0
46,0
45,6
46,8
Noordoost
27,7
26,7
26,6
24,4
24,6
25,0
Oost
179,7
181,2
180,2
160,5
156,6
149,0
Binnenstad
281,0
277,1
272,5
269,5
251,0
241,5
21,4
21,2
20,4
20,5
20,3
20,6
108,7
107,2
97,9
91,7
89,1
88,2
Leidsche Rijn
69,1
44,1
52,0
119,8
115,3
104,6
Vleuten-De Meern
47,7
39,0
38,9
36,9
33,6
32,9
Utrecht
83,8
80,9
77,5
75,3
72,9
71,1
Lombok, Leidseweg
21,4
21,2
21,2
20,7
19,2
18,8
Zuid Zuidwest
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
280,0
276,4
247,1
233,3
217,9
212,0
Oog in Al, Welgelegen
76,5
70,4
57,4
55,0
52,4
51,2
Zuilen-West
24,7
22,6
20,9
20,0
20,5
20,9
8,5
9,5
10,0
9,8
9,9
9,7
Pijlsweerd
67,9
76,7
71,0
41,1
41,2
50,8
Ondiep, 2e Daalsebuurt
24,1
24,4
22,7
20,6
21,6
22,3
Taagdreef, Zamenhofdreef
77,5
81,3
63,5
59,2
55,5
32,8
Wolgadreef, Neckardreef
29,3
26,1
26,7
27,9
26,3
44,6
Amazonedreef
45,1
40,2
41,9
42,3
40,9
40,4
Zambesidreef, Tigrisdreef
62,8
59,0
57,4
55,8
59,0
61,7
Votulast
33,1
31,4
30,7
25,9
27,0
26,6
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
34,0
34,7
35,0
33,8
33,4
34,1
Tuindorp, Voordorp
18,7
17,2
17,4
16,8
16,5
17,5
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
88,7
86,2
82,1
78,9
76,4
73,1
Abstede, Gansstraat
65,2
69,4
67,0
63,2
63,9
66,0
Wilhelminapark, Rijnsweerd
352,7
352,0
357,2
310,9
298,4
276,9
Binnenstad winkelgebied
704,4
678,9
660,1
625,5
599,0
569,1
Binnenstad woongebied
181,2
182,5
180,8
185,1
167,7
163,7
29,6
29,9
26,7
27,8
24,5
24,1
9,7
9,8
10,2
10,2
10,2
11,2
Lunetten
23,2
22,2
22,3
21,6
23,3
23,6
Kanaleneiland
32,3
32,9
30,6
29,3
30,0
32,2
421,5
403,1
349,1
290,2
264,4
252,8
Rivierenwijk, Dichterswijk
87,0
90,5
89,5
90,2
89,5
88,5
Leidsche Rijn
69,1
44,1
52,0
119,8
115,3
104,6
8,6
6,6
7,5
9,0
8,8
8,2
De Meern, Rijnenburg
78,1
70,1
72,3
66,4
63,6
67,2
Vleuten, Haarzuilens
23,5
23,2
22,0
23,2
21,1
21,0
Zuilen-Noord/Oost
Oud-Hoograven, Tolsteeg Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
Transwijk
Veldhuizen, Vleuterweide
Bron: PAR
64
2001
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
14. Kenmerken werkzoekenden in aandelen potentiële beroepsbevolking, per wijk/subwijk (%), 2007 totaal
15-26 jaar
lage opleid.
> 1 jaar
> 3 jaar
Turk./ Mar.
West
4,4
1,4
40,1
65,5
33,6
12,3
Noordwest
6,4
2,4
51,6
70,0
36,5
13,2
Overvecht
10,3
4,6
50,1
74,6
42,4
14,4
Noordoost
3,3
0,9
20,4
62,5
30,5
13,4
Oost
2,7
0,6
28,7
60,7
29,3
10,1
Binnenstad
3,4
0,9
27,4
60,5
28,5
14,0
Zuid
5,3
2,0
40,5
66,6
32,4
14,7
Zuidwest
7,4
2,7
56,9
68,4
35,5
13,6
Leidsche Rijn
3,8
1,2
39,1
57,8
23,3
8,7
Vleuten-De Meern
2,9
0,8
33,0
63,6
26,2
6,6
Utrecht
5,1
1,8
43,7
67,5
34,5
13,1
Lombok, Leidseweg
4,9
1,4
38,9
66,3
37,1
11,7
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
4,4
1,4
45,2
63,4
31,6
12,0
Oog in Al, Welgelegen
3,7
1,4
31,7
68,3
31,7
15,6
Zuilen-West
4,8
1,7
46,4
68,1
32,9
12,5
Zuilen-Noord/Oost
8,4
3,9
54,6
71,5
37,4
14,4
Pijlsweerd
5,6
1,6
49,6
67,1
36,3
12,3
Ondiep, 2e Daalsebuurt
6,3
2,4
52,4
70,7
37,9
12,0
Taagdreef, Zamenhofdreef
6,6
3,1
42,7
71,2
41,7
10,0
Wolgadreef, Neckardreef
12,4
5,0
54,8
76,3
43,6
15,2
Amazonedreef
10,1
4,5
48,1
75,4
41,8
14,2
Zambesidreef, Tigrisdreef
11,1
5,4
49,6
74,0
41,8
15,9
Votulast
4,1
1,3
26,6
65,6
31,3
13,9
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
3,0
0,7
17,2
62,1
32,3
16,7
Tuindorp, Voordorp
2,6
0,7
13,6
58,0
27,6
9,4
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
2,9
0,7
21,6
57,2
28,4
12,7
Abstede, Gansstraat
3,8
1,0
39,4
62,8
30,5
10,3
Wilhelminapark, Rijnsweerd
1,7
0,3
19,2
61,6
28,5
7,1
Binnenstad winkelgebied
2,3
0,6
21,0
54,8
22,6
x
Binnenstad woongebied
3,7
1,0
28,4
61,3
29,3
14,7
Oud-Hoograven, Tolsteeg
3,0
0,6
34,3
60,6
33,1
9,4
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
9,8
4,5
54,2
67,1
32,9
15,6
Lunetten
4,7
1,7
29,4
68,5
31,7
14,6
11,7
4,4
62,0
70,4
36,3
14,0
Transwijk
4,0
0,8
45,6
60,3
33,1
6,6
Rivierenwijk, Dichterswijk
4,1
2,0
45,8
65,1
34,0
13,9
Leidsche Rijn
3,8
1,2
39,1
57,8
23,3
8,7
Veldhuizen, Vleuterweide
3,2
0,9
34,5
61,9
25,5
7,0
De Meern, Rijnenburg
2,7
0,7
34,4
66,7
27,9
4,4
Vleuten, Haarzuilens
2,5
0,9
27,0
63,1
25,4
5,9
Kanaleneiland
Bron: Centrum Werk en Inkomen
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
65
15. Aantallen werkzoekenden naar diverse kenmerken, per wijk/subwijk, 2007 totaal
15-26 jaar
lage opleid.
> 1 jaar
> 3 jaar
Turk./ Mar.
883
92
354
578
297
297
Noordwest
1.979
238
1.022
1.386
722
522
Overvecht
2.119
265
1.061
1.581
899
829
Noordoost
859
69
175
537
262
102
Oost
628
60
180
381
184
47
Binnenstad
478
40
131
289
136
42
Zuid
1.030
113
417
686
334
275
Zuidwest
West
1.776
204
1.011
1.214
631
953
Leidsche Rijn
443
21
173
256
103
105
Vleuten-De Meern
615
29
203
391
161
62
10.815
1.131
4.728
7.300
3.730
3.234
Lombok, Leidseweg
329
36
128
218
122
131
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
374
41
169
237
118
120
Oog in Al, Welgelegen
180
15
57
123
57
46
Zuilen-West
401
47
186
273
132
70
Zuilen-Noord/Oost
720
92
393
515
269
261
Pijlsweerd
240
23
119
161
87
67
Ondiep, 2e Daalsebuurt
618
76
324
437
234
124
Taagdreef, Zamenhofdreef
309
44
132
220
129
98
Wolgadreef, Neckardreef
708
76
388
540
309
301
Amazonedreef
366
39
176
276
153
119
Zambesidreef, Tigrisdreef
736
106
365
545
308
311
Votulast
384
34
102
252
120
73
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
232
16
40
144
75
15
Tuindorp, Voordorp
243
19
33
141
67
14
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
208
16
45
119
59
15
Abstede, Gansstraat
269
32
106
169
82
24
Wilhelminapark, Rijnsweerd
151
12
29
93
43
8
62
7
13
34
14
3
Binnenstad woongebied
416
33
118
255
122
39
Oud-Hoograven, Tolsteeg
175
10
60
106
58
22
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
426
60
231
286
140
205
Lunetten
429
43
126
294
136
48
1.219
161
756
858
443
804
Transwijk
136
9
62
82
45
27
Rivierenwijk, Dichterswijk
421
34
193
274
143
122
Leidsche Rijn
443
21
173
256
103
105
31013
13
107
192
79
53
De Meern, Rijnenburg
183
9
63
122
51
5
Vleuten, Haarzuilens
122
7
33
77
31
4
Utrecht
Binnenstad winkelgebied
Kanaleneiland
Veldhuizen, Vleuterweide
Bron: Centrum Werk en Inkomen
66
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
16. Werkzoekenden 2002-2007, per wijk en subwijk 2002 West
2003
2004
2005
2006
2007
2006-2007
850
1.104
1.295
1.242
1.206
883
-323
Noordwest
1.875
2.216
2.705
2.583
2.611
1.979
-632
Overvecht
1.689
2.199
2.518
2.526
2.653
2.119
-534
Noordoost
789
966
1.183
1.161
1.101
859
-242
Oost
674
755
844
825
839
628
-211
Binnenstad
514
563
638
643
600
478
-122
Zuid
945
1.085
1.264
1.291
1.327
1.030
-297
Zuidwest
1.592
1.880
2.102
2.169
2.226
1.776
-450
Leidsche Rijn
128
267
363
438
495
443
-52
Vleuten-De Meern
341
442
577
628
694
615
-79
9.397
11.517
13.498
13.536
13.761
10.815
-2.946
Lombok, Leidseweg
355
436
516
487
455
329
-126
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
342
467
543
531
514
374
-140
Oog in Al, Welgelegen
153
201
236
224
237
180
-57
Zuilen-West
334
401
544
500
501
401
-100
Zuilen-Noord/Oost
690
770
933
914
939
720
-219
Pijlsweerd
240
304
368
341
327
240
-87
Ondiep, 2e Daalsebuurt
611
741
860
828
844
618
-226
Taagdreef, Zamenhofdreef
262
348
432
417
438
309
-129
Wolgadreef, Neckardreef
580
734
824
844
856
708
-148
Amazonedreef
263
359
408
407
449
366
-83
Zambesidreef, Tigrisdreef
584
758
854
858
910
736
-174
Votulast
382
439
532
553
501
384
-117
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
223
278
341
307
292
232
-60
Tuindorp, Voordorp
184
249
310
301
308
243
-65
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
232
224
274
282
266
208
-58
Abstede, Gansstraat
281
316
356
324
349
269
-80
Wilhelminapark, Rijnsweerd
161
215
214
219
224
151
-73
85
90
104
96
78
62
-16
Binnenstad woongebied
429
473
534
547
522
416
-106
Oud-Hoograven, Tolsteeg
147
183
242
247
241
175
-66
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
408
478
510
520
530
426
-104
Lunetten
390
424
512
524
556
429
-127
1.069
1.268
1.356
1.421
1.488
1.219
-269
Transwijk
105
136
162
188
180
136
-44
Rivierenwijk, Dichterswijk
418
476
584
560
558
421
-137
Leidsche Rijn
128
267
363
438
495
443
-52
Veldhuizen, Vleuterweide
115
141
188
252
340
310
-30
De Meern, Rijnenburg
124
165
229
216
211
183
-28
Vleuten, Haarzuilens
102
136
160
160
143
122
-21
Utrecht
Binnenstad winkelgebied
Kanaleneiland
Bron: Centrum Werk en Inkomen
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
67
17. Werkzoekendenpercentages 2002-2007 per wijk en per subwijk 2002
2004
2005
2006
2007
2006-2007
West
4,6
5,8
6,7
6,3
6,1
4,4
-27,9
Noordwest
6,2
7,5
9,0
8,6
8,5
6,4
-24,7
Overvecht
8,6
10,9
12,4
12,3
12,8
10,3
-19,5
Noordoost
3,1
3,8
4,6
4,5
4,2
3,3
-21,4
Oost
3,1
3,5
3,8
3,7
3,7
2,7
-27,0
Binnenstad
4,0
4,3
4,8
4,7
4,4
3,4
-22,7
Zuid
5,0
5,7
6,6
6,7
6,9
5,3
-23,2
Zuidwest
7,5
8,7
9,3
9,5
9,5
7,4
-22,1
Leidsche Rijn
2,7
4,2
4,9
4,9
5,0
3,8
-24,0
Vleuten-De Meern
2,1
2,6
3,4
3,5
3,6
2,9
-19,4
Utrecht
5,0
6,0
6,9
6,7
6,7
5,1
-23,9
Lombok, Leidseweg
5,5
6,6
7,8
7,4
6,8
4,9
-27,9
Nieuw Engeland, Schepenbuurt
4,4
5,8
6,7
6,5
6,2
4,4
-29,0
Oog in Al, Welgelegen
3,6
4,6
5,2
4,7
4,9
3,7
-24,5
Zuilen-West
4,4
5,3
6,9
6,2
6,1
4,8
-21,3
Zuilen-Noord/Oost
8,0
9,5
11,4
11,1
11,1
8,4
-24,3
Pijlsweerd
5,6
7,1
8,6
8,2
7,6
5,6
-26,3
Ondiep, 2e Daalsebuurt
6,3
7,7
8,9
8,4
8,6
6,3
-26,7
Taagdreef, Zamenhofdreef
5,8
7,6
9,4
8,9
9,3
6,6
-29,0
11,1
13,6
15,2
15,5
15,2
12,4
-18,4
Amazonedreef
7,4
10,0
11,2
11,1
12,3
10,1
-17,9
Zambesidreef, Tigrisdreef
9,0
11,4
12,9
12,8
13,5
11,1
-17,8
Votulast
4,3
4,9
5,8
6,0
5,4
4,1
-24,1
Wittevrouwen, Zeeheldenbuurt
3,0
3,7
4,5
4,1
3,9
3,0
-23,1
Tuindorp, Voordorp
2,1
2,8
3,4
3,3
3,3
2,6
-21,2
Oudwijk, Buiten Wittevrouwen
3,4
3,2
3,9
4,0
3,7
2,9
-21,6
Abstede, Gansstraat
4,2
4,6
5,0
4,5
4,9
3,8
-22,4
Wilhelminapark, Rijnsweerd
2,0
2,7
2,6
2,6
2,6
1,7
-34,6
Binnenstad winkelgebied
3,4
3,5
4,0
3,6
2,9
2,3
-20,7
Binnenstad woongebied
4,2
4,5
5,0
5,0
4,7
3,7
-21,3
Oud-Hoograven, Tolsteeg
2,7
3,3
4,3
4,4
4,2
3,0
-28,6
Nieuw-Hoograven, Bokkenbuurt
9,3
10,7
11,4
11,5
12,0
9,8
-18,3
Wolgadreef, Neckardreef
Lunetten
4,4
4,7
5,6
5,8
6,2
4,7
-24,2
11,0
12,8
13,4
14,1
14,7
11,7
-20,4
Transwijk
4,2
5,3
5,4
5,9
5,5
4,0
-27,3
Rivierenwijk, Dichterswijk
4,6
5,2
6,1
5,9
5,6
4,1
-26,8
Leidsche Rijn
2,7
4,2
4,9
4,9
5,0
3,8
-24,0
Veldhuizen, Vleuterweide
2,5
2,8
3,7
4,1
4,5
3,2
-28,9
De Meern, Rijnenburg
1,8
2,4
3,3
3,1
3,1
2,7
-12,9
Vleuten, Haarzuilens
2,0
2,7
3,2
3,2
2,9
2,5
-13,8
Kanaleneiland
Bron: Centrum Werk en Inkomen
68
2003
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Bijlage 2: De economie op de werklocaties 1.
Ontwikkeling aantal banen per bedrijventerrein en kantoorlocatie, 2001-2006
2.
Ontwikkeling aantal vestigingen per bedrijventerrein en kantoorlocatie, 2001-2006
3.
Vestigingen naar grootteklasse per bedrijventerrein en kantoorlocatie, in procenten, 2006
4.
Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie,in % (obv aantal banen), 2006
5.
Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, in % (obv aantal vestigingen), 2006
6.
Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, aantal banen, 2006
7.
Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, aantal vestigingen, 2006
8.
Ontwikkeling banen zakelijke dienstverlening per bedrijventerrein/kantoorlocatie, 2001-2006
9.
Aandeel banen naar voltijd/deeltijd en man/vrouw per bedrijventerrein en kantoorlocatie, 2006
10. Herkomst van arbeidskrachten in 2006 (%) per bedrijventerrein en kantoorlocatie
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
69
1. Ontwikkeling aantal banen per bedrijventerrein en kantoorlocatie, 2001-2006 Bedrijventerreinen
2001
2002
2003
2004
2005
2006
groei 2001-2006
23.630
22.988
19.338
18.125
17.205
16.864
-6.766
Cartesiusweg e.o.
2.227
2.329
2.806
2.901
2.605
2.862
635
Overvecht
4.683
4.702
4.619
4.429
4.707
4.883
200
15.300
13.888
12.438
10.943
10.219
10.210
-5.090
561
631
2.037
9.361
10.381
10.757
10.196
Lageweide
Kanaleneiland Nieuwerijn, Papendorp Strijkviertel Oudenrijn De Wetering
159
150
150
159
160
196
37
6.294
5.327
5.544
4.953
4.743
5.098
-1.196
244
333
503
631
994
1.100
856
0
0
0
0
0
0
0
161.819 160.560 157.965 151.957 149.698 147.954
-13.865
Haarrijn overig Utrecht Kantoorlocaties
2001
2002
2003
2004
2005
2006
groei 2001-2006
Stationsgebied e.o.
32.347
32.178
31.524
32.402
30.793
29.729
-2.618
Binnenstad
18.819
18.324
18.550
18.035
17.873
17.911
-908
Oost
19.028
18.786
18.845
18.405
18.166
17.992
-1.036
Rijnsweerd
15.097
14.895
14.184
9.872
9.322
7.705
-7.392
Kanaleneiland
27.244
25.760
22.859
21.407
20.296
20.417
-6.827
Papendorp
561
631
2.037
9.361
10.381
10.757
10.196
Overvecht
15.597
15.163
14.229
14.086
14.024
14.429
-1.168
Lageweide
25.857
25.317
22.144
21.026
19.810
19.726
-6.131
Oudenrijn overig Utrecht Utrecht
6.294
5.327
5.544
4.953
4.743
5.098
-1.196
54.073
54.527
55.484
53.912
55.304
56.160
2.087
214.926 210.917 205.410 203.469 200.722 199.936
-14.990
Bron: PAR
70
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
2. Ontwikkeling aantal vestigingen per bedrijventerrein en kantoorlocatie, 2001-2006 Bedrijventerreinen
2001
2002
2003
2004
2005
2006
groei 2001-2006
Lageweide
696
665
658
651
674
656
-40
Cartesiusweg e.o.
121
118
122
122
126
141
20
Overvecht
222
220
247
257
295
283
61
Kanaleneiland
356
340
320
328
307
295
-61
28
24
35
48
64
64
36
Nieuwerijn, Papendorp Strijkviertel Oudenrijn
24
25
21
20
21
28
4
231
225
216
225
233
230
-1
8
13
18
24
28
46
38
De Wetering Haarrijn overig Utrecht
0
0
0
0
0
0
0
13.177
13.427
13.738
14.045
14.712
15.444
2.267
Kantoorlocaties Stationsgebied e.o.
groei 2001-2006 977
950
926
936
943
929
-48
Binnenstad
2.113
2.110
2.112
2.105
2.179
2.237
124
Oost
2.160
2.110
2.144
2.188
2.297
2.379
219
Rijnsweerd
200
205
203
217
227
236
36
Kanaleneiland
967
951
927
944
918
916
-51
Papendorp
28
24
35
48
64
64
36
Overvecht
1.055
1.086
1.094
1.118
1.196
1.199
144
Lageweide
817
783
780
773
800
797
-20
Oudenrijn overig Utrecht Utrecht
231
225
216
225
233
230
-1
6.315
6.613
6.938
7.166
7.603
8.200
1.885
14.864
15.058
15.376
15.721
16.461
17.189
2.325
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
71
3. Vestigingen naar grootteklasse per bedrijventerrein en kantoorlocatie, in procenten, 2006 0 t/m 4
5 t/m 19
20 t/m 49
meer dan
banen
banen
banen
50 banen
aantal vestigingen
Lageweide
44,8
25,3
17,8
11,9
656
Cartesiusweg e.o.
63,8
19,9
7,1
9,2
141
Overvecht
46,6
35,7
10,2
7,4
283
Kanaleneiland
40,0
31,9
13,6
14,6
295
Nieuwerijn, Papendorp
28,1
28,1
14,1
29,7
64
Strijkviertel
78,6
10,7
7,1
3,6
28
Oudenrijn
40,0
37,4
15,2
7,4
230
De Wetering
32,6
39,1
13,0
15,2
46
-
-
-
-
0
80,1
13,4
3,6
2,8
15.444
0 t/m 4
5 t/m 19
20 t/m 49
meer dan
banen
banen
banen
50 banen
Stationsgebied e.o.
62,8
22,2
6,2
8,8
929
Binnenstad
71,7
21,3
4,5
2,4
2.237
Oost
77,9
15,8
3,6
2,7
2.379
Rijnsweerd
71,2
13,6
7,6
7,6
236
Kanaleneiland
61,6
21,0
8,0
9,5
916
Papendorp
28,1
28,1
14,1
29,7
64
Overvecht
70,1
19,8
5,8
4,3
1.199
Lageweide
48,2
24,3
15,9
11,4
797
Oudenrijn
40,0
37,4
15,2
7,4
230
overig Utrecht
86,0
9,4
2,8
1,9
8.200
Utrecht
76,5
15,1
4,7
3,7
17.189
Bedrijventerreinen
Haarrijn overig Utrecht
Kantoorlocaties
Bron: PAR
72
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
aantal vestigingen
4. Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, in procenten (obv aantal banen), 2006
Bedrijventerreinen
landbouw industrie
groot-
transport
en
en
finan-
over-
ciële zakelijke
bouwnij-
detail-
commu- instellin-
verheid
handel
horeca
nicatie
gen verlening
16,0
29,4
1,1
12,5
4,6
heidsin-
dienst- stelling-
onderwijsin- gezondstelling-
heids-
overige
zorg sectoren
en
en
19,2
0,5
0,1
2,3
1,4
Lageweide
0,2
12,8
Cartesiusweg e.o.
0,0
30,4
9,7
12,4
0,1
12,5
0,0
9,5
0,0
0,1
7,0
18,2
Overvecht
0,6
11,6
15,3
24,1
0,1
2,9
0,1
27,3
0,0
7,9
7,4
2,8
Kanaleneiland
0,0
7,9
2,0
20,3
0,8
11,3
12,2
28,5
5,1
2,1
5,9
4,0
Nieuwerijn, Papendorp
0,0
2,5
1,5
15,7
0,3
5,2
0,0
72,9
0,0
0,0
1,6
0,2
Strijkviertel
0,0
15,8
44,9
10,7
0,0
0,5
0,0
26,5
0,0
1,0
0,0
0,5
Oudenrijn
0,0
9,5
8,0
40,3
0,4
4,9
13,5
16,9
0,0
0,0
3,5
3,0
De Wetering
0,0
17,3
10,5
19,5
0,0
16,3
0,0
36,5
0,0
0,0
0,0
0,0
0,1
2,3
1,8
9,9
4,2
4,4
6,8
22,9
7,7
13,3
20,8
5,9
over-
onder-
ciële zakelijke
heidsin-
Haarrijn overig Utrecht
Kantoorlocaties
landbouw industrie
groot-
transport
en
en
bouwnij-
detail-
verheid
handel
horeca
nicatie
finan-
commu- instellin-
dienst- stelling-
gen verlening
wijsin- gezondstelling-
en
en
Stationsgebied e.o.
0,0
1,4
1,4
8,4
4,0
14,8
22,7
23,0
15,9
1,7
Binnenstad
0,0
1,1
0,4
18,7
14,5
0,8
1,0
25,8
3,2
Oost
0,0
1,4
1,1
6,4
2,1
5,3
2,9
36,2
2,4
Rijnsweerd
0,0
0,1
2,4
0,3
1,2
0,1
19,9
45,8
13,2
Kanaleneiland
0,0
4,1
1,4
13,5
1,1
6,0
9,5
20,2
13,8
Papendorp
0,0
2,5
1,5
15,7
0,3
5,2
0,0
72,9
0,0
Overvecht
0,2
6,9
6,1
16,9
1,0
1,8
0,4
16,2
2,4
Lageweide
0,2
15,4
15,0
27,0
0,9
12,5
3,9
17,8
0,4
Oudenrijn
0,0
9,5
8,0
40,3
0,4
4,9
13,5
16,9
0,0
overig Utrecht
0,2
4,1
3,1
10,7
2,9
1,7
0,6
18,8
3,7
Utrecht
0,1
4,4
3,7
13,6
3,3
5,6
6,4
25,4
6,0
10,1
heids-
overige
zorg sectoren
3,4
3,4
13,5
9,3
11,7
6,7
27,9
7,6
8,8
1,6
6,6
6,8
18,6
5,1
0,0
1,6
0,2
9,3
35,9
3,0
0,1
3,0
3,8
0,0
3,5
3,0
22,6
26,6
5,0
16,3
5,1
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
73
5. Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, in procenten (obv aantal vestigingen), 2006
Bedrijventerreinen
landbouw industrie
groot-
transport
en
en
bouwnij-
detail-
verheid
handel
horeca
nicatie
finan-
over-
ciële zakelijke
commu- instellin-
heidsin-
dienst- stelling-
gen verlening
onderwijsin- gezondstelling-
en
en
heids-
overige
zorg sectoren
Lageweide
0,3
10,2
8,1
35,7
2,1
7,0
0,9
29,3
0,2
1,1
1,4
3,8
Cartesiusweg e.o.
0,7
12,1
17,0
22,7
0,7
4,3
0,7
21,3
1,4
2,1
1,4
15,6
Overvecht
1,1
9,9
12,7
42,8
1,1
1,8
1,1
21,9
0,0
1,1
2,5
4,2
Kanaleneiland
0,0
9,2
3,7
34,2
4,7
4,1
2,0
28,8
2,0
3,1
6,1
2,0
Nieuwerijn, Papendorp
0,0
12,5
6,3
10,9
7,8
10,9
1,6
45,3
0,0
0,0
3,1
1,6
Strijkviertel
0,0
7,1
25,0
32,1
0,0
3,6
0,0
25,0
0,0
3,6
0,0
3,6
Oudenrijn
0,4
8,3
8,7
38,3
1,7
8,3
3,5
23,5
0,0
0,0
3,5
3,9
De Wetering
0,0
15,2
8,7
47,8
0,0
10,9
0,0
17,4
0,0
0,0
0,0
0,0
0,4
3,4
6,1
18,7
5,8
3,0
1,5
35,1
0,4
4,6
8,3
12,8
over-
onder-
ciële zakelijke
heidsin-
Haarrijn overig Utrecht
Kantoorlocaties
landbouw industrie
transport
en
en
bouwnij-
detail-
verheid
handel
horeca
nicatie
finan-
commu- instellin-
dienst- stelling-
gen verlening
wijsin- gezondstelling-
en
en
Stationsgebied e.o.
0,1
2,4
2,7
25,0
12,3
5,0
2,9
30,0
2,0
2,8
Binnenstad
0,0
3,2
1,8
28,3
12,5
1,4
0,8
28,4
0,2
Oost
0,3
3,2
3,4
11,4
3,7
1,7
2,3
44,9
0,2
Rijnsweerd
0,4
1,7
1,3
5,9
3,4
2,1
4,7
57,6
1,3
Kanaleneiland
0,0
5,3
5,5
27,3
5,3
3,9
1,6
26,1
1,6
Papendorp
0,0
12,5
6,3
10,9
7,8
10,9
1,6
45,3
Overvecht
0,5
4,5
10,0
28,8
3,3
4,0
1,3
21,8
Lageweide
0,4
10,5
9,7
33,4
1,9
6,5
0,9
Oudenrijn
0,4
8,3
8,7
38,3
1,7
8,3
overig Utrecht
0,6
3,9
8,3
17,0
4,2
3,3
Utrecht
0,4
4,1
6,4
20,4
5,5
3,2
Bron: PAR
74
groot-
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
heids-
overige
zorg sectoren
5,3
9,6
3,0
5,6
14,9
4,1
12,4
12,5
3,8
5,5
12,3
5,0
10,4
7,9
0,0
0,0
3,1
1,6
0,2
6,3
9,8
9,7
27,9
0,4
1,3
1,4
5,9
3,5
23,5
0,0
0,0
3,5
3,9
1,2
36,1
0,3
4,9
7,4
12,8
1,5
34,2
0,4
4,2
7,7
11,9
6. Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, aantal banen, 2006 transport en
groot- en
Bedrijventerreinen Lageweide Cartesiusweg e.o.
bouwnij-
detail-
finan-
over-
onder-
ciële
zakelijke
heidsin-
wijsin-
gezond-
commu- instellin-
dienst-
stelling-
stelling-
heids-
overige
gen verlening
en
en
zorg
sectoren
3.236
81
13
383
236
landbouw
industrie
verheid
handel
horeca
nicatie
30
2.162
2.691
4.966
179
2.110
777
1
871
277
355
3
357
1
273
0
3
200
521
29
565
746
1.175
4
144
6
1.332
0
386
359
137
0
802
200
2.068
85
1.157
1.248
2.905
522
217
600
406
Papendorp
0
268
159
1.694
35
558
4
7.845
0
0
172
22
Strijkviertel
0
31
88
21
0
1
0
52
0
2
0
1
Oudenrijn
1
486
407
2.053
21
252
686
861
0
0
176
155
De Wetering
0
190
115
215
0
179
0
401
0
0
0
0
150
3.400
2.646 14.718
6.199
6.450 10.013 33.850 11.450 19.623 30.763
8.692
Overvecht Kanaleneiland Nieuwerijn,
Haarrijn overig Utrecht
transport en
groot- en
Kantoorlocaties
bouwnij-
detail-
finan-
over-
onder-
ciële
zakelijke
heidsin-
wijsin-
gezond-
commu- instellin-
dienst-
stelling-
stelling-
heids-
overige
gen verlening
en
en
zorg
sectoren
landbouw
industrie
verheid
handel
horeca
nicatie
Stationsgebied e.o.
1
415
417
2.483
1.204
4.392
6.736
6.845
4.721
520
999
996
Binnenstad
0
191
75
3.357
2.601
137
176
4.628
569
2.411
1.674
2.092
Oost
7
247
193
1.147
385
953
518
6.514
426
1.205
5.026
1.371
Rijnsweerd
1
4
186
26
89
11
1.535
3.531
1.017
676
120
509
Kanaleneiland
0
835
282
2.763
223
1.216
1.940
4.123
2.815
1.388
3.793
1.039
Papendorp
0
268
159
1.694
35
558
4
7.845
0
0
172
22
Overvecht
32
1.001
877
2.437
146
253
51
2.334
346
1.348
5.173
431
Lageweide
31
3.033
2.968
5.321
182
2.467
778
3.509
81
16
583
757
Oudenrijn
1
486
407
2.053
21
252
686
861
0
0
176
155
overig Utrecht
138
2.295
1.765
5.984
1.640
969
311 10.565
2.078 12.680 14.937
2.798
Utrecht
211
8.775
7.329 27.265
6.526 11.208 12.735 50.755 12.053 20.244 32.665 10.170
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
75
7. Sectorstructuur per bedrijventerrein en kantoorlocatie, aantal vestigingen, 2006
Bedrijventerreinen
landbouw industrie
groot-
transport
en
en
finan-
over-
ciële zakelijke
bouwnij-
detail-
commu- instellin-
verheid
handel
horeca
nicatie
234
14
46
6
heidsin-
dienst- stelling-
gen verlening
onderwijsin- gezondstelling-
heids-
overige
zorg sectoren
en
en
192
1
7
9
25
Lageweide
2
67
53
Cartesiusweg e.o.
1
17
24
32
1
6
1
30
2
3
2
22
Overvecht
3
28
36
121
3
5
3
62
0
3
7
12
Kanaleneiland
0
27
11
101
14
12
6
85
6
9
18
6
Nieuwerijn, Papendorp
0
8
4
7
5
7
1
29
0
0
2
1
Strijkviertel
0
2
7
9
0
1
0
7
0
1
0
1
Oudenrijn
1
19
20
88
4
19
8
54
0
0
8
9
De Wetering
0
7
4
22
0
5
0
8
0
0
0
0
59
529
941
2.890
902
456
233
5.417
65
705
1.276
1.971
over-
onder-
ciële zakelijke
heidsin-
Haarrijn overig Utrecht
Kantoorlocaties
landbouw industrie
transport
en
en
bouwnij-
detail-
verheid
handel
horeca
nicatie
finan-
commu- instellin-
dienst- stelling-
gen verlening
wijsin- gezondstelling-
heids-
overige
en
en
zorg sectoren
279
19
26
49
89
Stationsgebied e.o.
1
22
25
232
114
46
27
Binnenstad
0
71
41
632
279
32
17
635
4
66
126
334
Oost
6
75
82
272
87
41
55
1.067
5
97
295
297
Rijnsweerd
1
Kanaleneiland Papendorp
4
3
14
8
5
11
136
3
9
13
29
49
50
250
49
36
15
239
15
46
95
72
8
4
7
5
7
1
29
0
2
1
Overvecht
6
54
120
345
39
48
16
261
2
75
117
116
Lageweide
3
84
77
266
15
52
7
222
3
10
11
47
Oudenrijn
1
19
20
88
4
19
8
54
8
9
overig Utrecht
48
318
678
1.398
343
271
101
2.962
23
399
606
1.053
Utrecht
66
704 1.100
3.504
943
557
258
5.884
74
728 1.323
2.048
Bron: PAR
76
groot-
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
8. Ontwikkeling banen zakelijke dienstverlening, per bedrijventerrein/kantoorlocatie, 2001-2006 Bedrijventerreinen Lageweide Cartesiusweg e.o.
2001
2002
2003
2004
2005
2006
groei 2001-2006
4.573
4.098
3.812
3.457
3.122
3.236
-1.337
342
311
322
302
272
273
-69
Overvecht
1.360
1.323
926
793
1.016
1.332
-28
Kanaleneiland
4.238
3.623
2.758
2.614
2.660
2.905
-1.333
118
292
1.245
6.643
7.383
7.845
7.727
Nieuwerijn, Papendorp Strijkviertel Oudenrijn
8
2
4
16
24
52
44
2.118
1.539
1.497
1.024
790
861
-1.257
24
0
180
182
442
401
377
42.858
43.924
41.516
35.509
34.006
33.850
-9.008
De Wetering Haarrijn overig Utrecht Kantoorlocaties
groei 2001-2006
Stationsgebied e.o.
8.340
10.142
8.998
9.023
7.688
6.845
-1.495
Binnenstad
5.747
5.095
5.270
4.848
4.921
4.628
-1.119
Oost
7.522
7.069
7.174
6.833
6.561
6.514
-1.008
Rijnsweerd
8.462
8.281
7.776
3.201
3.318
3.531
-4.931
Kanaleneiland
6.191
5.260
3.850
3.705
3.638
4.123
-2.068
Papendorp
118
292
1.245
6.643
7.383
7.845
7.727
Overvecht
2.619
2.751
1.799
1.698
1.911
2.334
-285
Lageweide
4.915
4.409
4.134
3.759
3.394
3.509
-1.406
Oudenrijn
2.118
1.539
1.497
1.024
790
861
-1.257
overig Utrecht
9.607
10.274
10.517
9.806
10.111
10.565
958
55.639
55.112
52.260
50.540
49.715
50.755
-4.884
Utrecht Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
77
9. Aandeel banen naar voltijd/deeltijd en man/vrouw per bedrijventerrein en kantoorlocatie, 2006 Bedrijventerreinen
voltijd
deeltijd
man
vrouw
Lageweide
94,3
5,6
76,3
23,7
Cartesiusweg e.o.
93,9
6,1
81,6
18,4
Overvecht
86,9
13,1
75,1
24,9
Kanaleneiland
93,8
6,2
65,1
34,9
Nieuwerijn, Papendorp
99,1
0,9
76,2
23,8
Strijkviertel
95,4
4,6
87,8
12,2
Oudenrijn
96,9
3,1
72,2
27,8
De Wetering
98,2
1,8
85,2
14,8
86,3
13,7
49,6
50,4
voltijd
deeltijd
man
vrouw
Stationsgebied e.o.
93,1
6,9
57,9
42,1
Binnenstad
78,7
21,3
45,8
54,2
Oost
84,7
15,3
47,3
52,7
Rijnsweerd
97,2
2,8
61,2
38,8
Kanaleneiland
93,2
6,8
54,9
45,1
Papendorp
99,1
0,9
76,2
23,8
Overvecht
79,8
20,2
47,4
52,6
Lageweide
94,3
5,7
77,0
22,9
Oudenrijn
96,9
3,1
72,2
27,8
overig Utrecht
85,0
15,0
50,0
50,0
Utrecht
88,5
11,5
55,9
44,1
Haarrijn overig Utrecht
Kantoorlocaties
Bron: PAR
78
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
10. Herkomst van arbeidskrachten in 2006 (%) per bedrijventerrein en kantoorlocatie binnen de van buiten
rand
Utrecht gemeente
noord
midden
zuid rest prov.
Bedrijventerreinen
stad
Lageweide
30,6
69,4
24,4
4,5
3,8
23,1
0,7
12,9
Cartesiusweg e.o.
45,3
54,7
23,1
2,4
2,2
14,0
0,3
12,7
Overvecht
39,2
60,8
22,8
4,2
2,9
18,8
0,5
11,5
Kanaleneiland
29,9
70,1
20,8
7,8
3,8
25,8
0,6
11,4
Nieuwerijn, Papendorp
14,8
85,2
11,8
10,5
6,1
44,5
2,0
10,2
Strijkviertel
42,6
57,4
17,4
2,4
1,0
14,8
0,1
21,6
Oudenrijn
41,9
58,1
20,5
4,6
2,6
16,9
0,4
13,2
De Wetering
34,1
65,9
20,9
10,1
2,9
19,3
0,2
12,5
overig Utrecht
42,2
57,8
19,4
4,8
2,5
19,1
0,5
11,6
binnen de van buiten
rand
noord
midden
Utrecht gemeente
G3 Nederland Nederland Nederland
Utrecht
zuid rest prov.
Kantoorlocaties
stad
G3 Nederland Nederland Nederland
Utrecht
Stationsgebied e.o.
27,7
72,3
18,3
6,2
4,3
30,7
1,0
12,0
Binnenstad
50,9
49,1
17,5
4,7
1,8
15,2
0,3
9,5
Oost
47,9
52,1
19,7
4,3
2,2
14,9
0,3
10,8
Rijnsweerd
27,7
72,3
22,4
6,8
2,8
25,4
0,5
14,3
Kanaleneiland
34,3
65,7
21,7
5,8
3,2
22,4
0,6
12,1
Papendorp*
14,8
85,2
11,8
10,5
6,1
44,5
2,0
10,2
Overvecht
42,1
57,9
21,5
4,0
2,6
17,7
0,5
11,7
Lageweide
32,8
67,2
24,2
4,2
3,5
21,8
0,7
12,9
Oudenrijn
41,9
58,1
20,5
4,6
2,6
16,9
0,4
13,2
overig Utrecht
47,2
52,8
19,2
4,3
2,0
15,3
0,4
11,6
Utrecht
39,1
60,9
19,6
5,2
2,9
21,0
0,6
11,6
Bron: PAR
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
79
Bijlage 3: Afbakening economische clusters Afbakening creatieve industrie (2006) sbi-code
Media & entertainment
vestigingen
banen
2211
Uitgeverijen boeken e.d.
40
399
2213
Uitgeverijen tijdschriften
26
63
2212 2214 2215
74811 92111 92112 9213
92201 92202 92203 9240
Uitgeverijen van dagbladen Uitgeverijen geluidsopnamen Overige uitgeverijen
5
17 6
40 24 9
Fotografie
152
174
Productie videofilm exclusief tv-producties
161
238
4
107
23
133
Ondersteuning activiteiten productie videofilm Vertoning van films
Omroeporganisaties Radio-/TV-producties
Ondersteuning activiteiten radio en TV Pers-/nieuwsbureau journalisten
92343
Overig amusement n.e.g.
92513
Overige culturele uitl. openb. arch. Kunsten
29 1
12
84
31 1
38
99
26
46
5
73
92311
Beoefening van podiumkunst
191
64
92312
Producenten podiumkunst
156
75
92321
Theaters / schouwburgen / concertgebouwen
92313
Beoefening scheppende kunst
92323
Dienstverlening kunstbeoefening / organisatie evenementen
92521
Kunstgalerijen / expositieruimten
382
230
9
216
15
22
256
582
92522
Musea
13
413
92342
Overige kunstzinnige vorming amateurs
36
358
74201
Arch. tech. ontw. burg. utiliteitsbouw
202
844
74202
Tech. ontw. adv. stedeb. verk.
74401 74402
Creatieve zakelijke diensten
Reclame-, ontw. en adviesbureaus Overige reclamediensten
68
528
111
2.746
1.129
482
74875
Interieur-, modeontwerpers e.d.
160
193
7222
Ontwikkeling en productie maatwerksoftware
783
10.158
74204
Technische ontwerp adv. installatie tele.
47
118
74206
Technische ontwerp adv. procestechnologie
15
74208
Overig technische ontwerp
55
74203 74205 74207
Technische ontwerp adv. grond-, weg- en waterbouw Technische ontwerp adv. werkt. apparatuur Technische ontwerp adv. niet gespecificeerd
Totaal 2006
20 16
866 232 70
56
111
3.350
21.125
381
Niet in TNO-definitie
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
81
Afbakening ICT-cluster (2006) sbi-code
vestigingen
banen
Productie van Harware 2233
Reprod.computermedia
5
11
3002
Verv. van computers
5
6
3220
Verv.zendapp.tv en radio
3
10
7221
Ontw.,prod. standaardsoftware
24
132
7222
Ontw.,prod. maatwerksoftware
783
10.158
5184
Grth. in computers
91
2977
51851
Grth. in kantoormach.
7
53
5186
Grth. in elektromotoren
38
829
Productie van software
Groothandel in ICT-producten
Detailhandel in ICT-producten 52454
Deth.telecom.over.elek.app
58
275
52481
Deth. in fotografische art
11
50
52494
Deth. in computers, software
36
156
100
1.733
Telecommunicatie 6420
Telecommunicatie Dataverwerking
7230
Comp.centr,data-entry,webhosti
23
775
7240
Expl.v.databanken,websites
41
181
Adviesdiensten 7260
Netwerkbeheer,comp.beveiliging
24
105
7210
Hardware consultancy
26
29
74141
Organisatie-adviesbureaus
1.377
3.490
74143
Ov.econ.onderz.adv.bureau
140
383
74204
Techn.ontw.adv.instal.tele
47
118
74208
Overige technische ontwerp
55
381
0
0
Overige ICT diensten 7133
Verh.comp.kantoormach.
7250
Onderh.rep.comp.kant.mach.
32
97
74401
Reklame-ontw.en adviesburo
528
1.129
74402
Overige reklamediensten
111
482
74876
Ov.zak. dienstverlening neg
65
180
3.630
23.740
Totaal 2006
82
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
Afbakening medisch cluster (2006) sbi-code
vestigingen
banen
Cure 8511
Ziekenh. en ov. instel. voor cur. gezondhzorg met overnacht.
8512
Medische praktijken
18
13.250
106
604
8513
Tandheelkundige praktijken
98
449
8514
Prakt. v verlosk., paramedici, psychol. en altern. genezers
337
1.361
8515 8520
Instel. voor curatieve gezondheidszorg zonder overnachting
22
266
Veterinaire diensten
29
92
Care 8531
Welzijnszorg waarbij huisv
81
4.533
8532
Niet-medische dagbehandeling, jeugdzorg en thuiszorg
61
3.277
8533
Kinderopvang, maatschappelijk werk, sociaal cultureel werk
330
4.183
8534
Overige welzijnszorg
61
408
Koepelorganisaties en adviesdiensten 8516
Instellingen voor preventieve gezondheidszorg
63
1.282
8517
Gezondheidszorgondersteunende diensten
47
1.320
85337
Brede welzijnsinstellingen
13
216
85338
Ov. inst. maatsch. dienstv.
38
692
85343
Overk org samenw fondsen welz
27
781
244
verv. van farm. prod.
1
12
3310
Verv. van medische app. en
38
339
5146
Grth. in farmaceutische pr
54
1276
60
1.815
8
525
15
5.485
1.507
42.166
Medische industie en handel
Onderwijs en onderzoek 7310
Natuurwetenschappelijk spe
85171
Med.labs,bloedbanken
803 + 822 Selectie onderw. Instellingen Totaal 2006
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
83
Afbakening recreatief-toeristisch cluster (2006)
sbi-code
Detail- en groothandel
vestigingen
banen
24
130
5
16
5050
Benzineservicestations
51472
Grth.watersportartikelen
Grth. in kampeerartikelen
2
28
52432
Deth.lederw.reisartikelen
8
55
51473 52481
Deth. in fotografische art
11
50
52487
Deth.sportart.ex.watersp.
39
204
1
1
14
643 1
52488
Deth. in kampeerartikelen
52489
Deth. in caravans
2
37
Logiesverstrekking 55101
Hotel-restaurants
55102
Hotels,pensions,conf.oord
5521
Jeugdherb.hotels kamph.ed
1
2
10
5523
Vakantiehuisjes, -bungalow
7
10
5522
Kampeerterreinen
18
179
Horeca 55301
Restaurants
55302
Cafetaria's, lunchrooms,
55303
IJssalons
5540
Cafes e.d. Vervoer
6010
Vervoer per spoor
6022
Ongereg.pers.verv.per taxi
258
248
14
2.321
1.248
88
189
1.163
8
2.644
92
285
5
27
6023
Onger.pers.verv.autobus
61204
Passagiersvrt veerd.(bin.)
63301
Reisorganisatie
Reisbemiddeling
70
265
63303
Over.bemid.info.toerisme
11
69
74872
Org. v.beurzen,tentoonstell.
22
474
91332
Hobbyclubs
4
4
7
107
92321
Theaters schouwb.concertgeb.
9
216
2
80
36
358
6200
63302
Vervoer door de lucht
2
2
30
45 8
299
Cultuur, recreatie en amusement 91331 9213
92331 92332
Gezelligheidsverenigingen
Vertoning van films
Kermisattracties Recreatiecentra
92341
Dansscholen
92342
Over.kunstz.vorming amateurs
92521
Kunstgal.-expos.ruimten
92531
Dieren- en plantentuinen
92343 92522 92532
Overig amusement n.e.g. Musea
Beheer van natuurgebieden z.o.z.
84
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
1
1
23 26
15
13 2
4
1
14 45
46
22
413 1
17
vervolg afbakening recreatief-toeristisch cluster Sport
92611
Zwembaden
92612
Expl. sporthallen, -zalen
92613 92614
Expl. sportvelden
Expl. ov. sportaccommodaties
92621
Voetbal
92624
Tennis
92625 92626
4
6
21
135
4
18
9 2 3
0
95 6
Paardensport (incl. maneges)
6
8
92628
Wintersport
Wielersport
1
2
92629
Overige buitensport
6
26
92633
Kracht- vechtsport
Bowling, kegelen, biljarten
2
1
2
2
92635
Denksport
1
25
92643
Zeil-, surfscholen Sportinstructeurs
2
28
2
77
92653
Sportscholen ex. zeil, surf
17
56
92656
Overk org. samenw verb sport
15
216
3512
Nw.bouw rep.sport-rec.vrt
7
12
7
46
92631 92634 92636 92652 92655
71101 7121
7122
71402 9271
92721 92724 9304
Zaalsport (indiv.)
Overige binnensport
Organiseren sportevenementen
Overig
Verh.pers.auto's ex.lease
1 1
2
12
Verh.transp.verv.land
6
Verhuur van schepen
2
Verh.sport- recreatie-art. Loterijen en kansspelen
Expl. amusem. speelautomaten Recreatie n.e.g.
Sauna's zonneb.massages.ed Totaal 2006
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
7
16
30
14
7
5
5
13
4
392
48
175
1499
13.268
6
51
31
217
85
Bijlage 4: Toelichting op onderzoek en vaktermen ERBO Enquête Regionale Bedrijfsontwikkeling (ERBO) van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. Jaarlijkse enquête onder het bedrijfsleven op basis van het handelsregister. Hierdoor valt een aantal beroepsgroepen buiten de enquête: een groot deel van de bedrijven in de agrarische sector, overheidsinstanties, zelfstandige beroepsbeoefenaren, bank- en verzekeringswezen en bedrijven die in het jaar van de enquête of in de loop van het jaar daarvoor zijn gestart. PAR Provinciaal Arbeidsplaatsenregister van de Provincie Utrecht. Het PAR is gebaseerd op de uitkomsten van een jaarlijks terugkerende enquête onder bedrijven, instellingen en vrije beroepsbeoefenaren in de provincie. Peildatum is per 1 april van het betreffende jaar. De gegevens van alle arbeidsplaatsenregisters worden verzameld in het LISA (Landelijk InformatieSysteem Arbeidsplaatsen). De gegevens van alle arbeidsplaatsenregisters zijn exclusief landbouw, maar inclusief landbouwverwante bedrijvigheid. De landbouwgegevens worden betrokken uit de landbouwtellingen van het CBS. De werkgelegenheidscijfers in dit rapport zijn inclusief deeltijdarbeid (minder dan 12 uur werkzaam per week), tenzij anders vermeld. De PAR-cijfers worden jaarlijks voor voorliggende jaren aangepast op basis van de huidige inzichten. Hierdoor is het mogelijk dat de cijfers in dit rapport niet overeenkomen met die gepresenteerd in de economische trendrapportage van 2005. nww-ers Niet-werkende werkzoekenden. Mensen die bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) staan ingeschreven als werkzoekend en geen baan hebben. potentiële beroepsbevolking Bevolking in de leeftijd 15 tot en met 64 jaar. werkzoekendenpercentage Aantal nww-ers als aandeel van de potentiële beroepsbevolking. opleiding Laag: hoogst voltooide opleiding maximaal lbo of vmbo. Midden: hoogst voltooide opleiding havo, vwo, mbo. Hoog: hoogst voltooide opleiding hbo of universiteit. fase-indeling CWI Fase 1: cliënt direct bemiddelbaar naar regulier werk. Daar zijn niet meer inspanningen voor nodig dan cliënt enigszins op weg te helpen. Fase 2: Voor de cliënt zijn instrumenten inzetbaar die binnen een tijdsbestek van maximaal 1 jaar een zodanig aanbodversterkende werking hebben dat de cliënt bemiddelbaar wordt geacht voor de arbeidsmarkt.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
87
Fase 3: Voor de cliënt dienen instrumenten geordend en geschakeld ingezet te worden binnen een traject van meer dan 1 jaar, dat uiteindelijk leidt tot een situatie waarin de cliënt bemiddelbaar is voor de arbeidsmarkt. Fase 4: Voor de cliënt dienen instrumenten te worden ingezet die voorzien in een bepaalde vorm van hulp of zorg. Met als doel om de persoonsgebonden problematiek op te lossen. Toeleiding tot de arbeidsmarkt is (voorlopig) geen directe doelstelling. Eventueel komt de cliënt in aanmerking voor specifieke vormen van additionele arbeid (ondermeer vrijwilligerswerk).
Beroepen-indeling CWI-gegevens Standaard beroepenclassificatie 1992 van het CBS minimale niveau van de benodigde bekwamheden
aanvullende
niveau meest geëigende opleiding SOI-
omschrijving
niveau
normale inwerktijd
elementair
2
lager onderwijs
lager
2
lager onderwijs
< 1 mnd
lager
3
voortgezet o.w. lagere trap
1-6 mnd
middelbaar
3
voortgezet o.w. lagere trap
middelbaar
4
voortgezet o.w. hogere trap
hoger
4
voortgezet o.w. hogere trap
hoger
5
hoger o.w. eerste fase
12-24 mnd
wetenschapp.
5
hoger o.w. eerste fase
12-24 mnd
wetenschapp.
5
hoger o.w. tweede fase
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
sche werkerva-
minimale totale vakspecialistische werkerva-
ring
ring
5 mnd
6mnd
8 mnd
12 mnd
12 mnd
24 mnd
24 mnd
48 mnd
< 1 mnd
1-6 mnd 6-12 mnd 6-12 mnd
Bron: CBS, Standaard beroepenclassificatie 1992, editie 2001
88
vakspecialisti-
Bijlage 5: Geraadpleegde literatuur Atlas voor gemeenten, 2007, Utrecht, april 2007. Bestuursinformatie, Utrecht Monitor 2007, april 2007. Bestuursinformatie, Utrechtse reïntegratiemonitor 2006, Ontwikkelingen op het gebied van uitkeringen, werkzoekenden, reïntegratie en arbeidsmarkt. Gemeente Utrecht, september 2006. Bestuursinformatie, Vastgoedmonitor 2006, december 2006. CBS (2001), Standaard Beroepenclassificatie 1992- editie 2001. CBS (2007), Economie groeit 2,5 procent in eerste kwartaal 2007, persbericht 15 mei 2007. Centrum voor Werk en Inkomen, CWI Arbeidsmarktprognose 2006-2011, Amsterdam, juni 2006. Centrum voor Werk en Inkomen, Nieuwsflits Arbeidsmarkt, maart 2007, Amsterdam, april 2007. LAgroup, 2006, Toeristisch imago onderzoek Utrecht. Provincie Utrecht, Uitkomsten Werkgelegenheidsonderzoek 2006, december 2006. Raad voor Werk en Inkomen, Arbeidsmarktanalyse 2007, april 2007. Rabobank (1996), Visie op provinciale dynamiek; focus op het potentiee; vanallochtoon Nederland. Rabobank, juni 2006.
Utrecht werkt, Gemeente Utrecht
89