TEKSTEN ROUWPRENTJES Spreek mijn naam uit, zoals je altijd gedaan hebt, zonder hem te benadrukken zonder zweem van droefheid; Het leven is wat het altijd geweest is, de draad is niet gebroken. Waarom zou ik uit je gedachten zijn? Omdat je mij niet meer ziet? Neen ik ben niet ver weg, Juist aan de andere kant van de weg. Tekst 1 B
Einde. De laatste uren voor het einde, dan wordt die grote wereld klein, is alles zo onbeduidend tot aan het laatste beetje pijn. Wat wij zo indrukwekkend vonden, verliest zijn glans, verliest zijn zin, maar achter de gesloten ogen, glanst een gigantisch groot begin Tekst 2 B
Voor ons leeft de herinnering aan je zachte glimlach, je noeste handen, de liefde van de jaren. Er leeft met ons, je minnende woorden, je steeds gulle hart, je helpende gebaren. Tekst 3 B
Een witte vlinder.
Nergens vond ik de rust tot plots een witte vlinder landde naast mijn stramme hand Hij keek mij aan En net wanneer ik hem wilde strelen vloog hij heen Ik volgde hem maar naar waar Enkel witte vlinders leven en ik rust vond bij hen die mij voorgingen naar daar waar altijd rust en vrede is. (Edith Oeyen) Tekst 4 B Of ik er ben of niet… wie heeft mij nodig? Toch is er een mens die om je liefde verheugd zou zijn. Er is een mens die door jouw vertrouwen zou kunnen gered worden. Er is een mens die jouw bekwaamheid nodig heeft. Er is een mens die jouw hand als een reddende hand zoekt. Er is een mens die naast je leeft. Tekst 5 B Als de zon ooit onderging dan is’t vandaag gebeurd, toen jij van ons wegging, diep beweend, diep betreurd. Zo diep in ons hart getroffen, Laat gij ons nu alleen en alles wat ons rest aan smart, is slechts een kille steen. Tekst 6 B
UITVAARTCENTRUM.be
Een goed mens is heengegaan zijn werklust, eerbaarheid vaderlijke bezorgdheid en vooral zijn opgewektheid, zullen voor allen die hem gekend hebben, een troostende herinnering en een stichtend voorbeeld blijven.
Wij hebben afscheid genomen van jouw hart met ons hart. We hebben onze handen gevouwen om de jouwe om ze te warmen een laatste maal
Tekst 7 B Als een innig goede vader is hij ons steeds voorgegaan. Wij danken u Heer voor dit eenvoudige leven en voor alle goedheid die van hem is uitgegaan. zijn stille toewijding en liefdevolle bekommernis zullen wij missen. Dankbaar om alles wat hij voor ieder van ons gedaan heeft, bidden wij; “ Heer, geef hem de eeuwige rust in uw vrede en geef ons de moed en de kracht om zijn heengaan te zien als een opgang naar U…” Tekst 8 B
Wanneer je verdrietig bent, blik dan opnieuw in je hart en je zult zien dat je weent om wat je vreugde schonk.
We hebben afscheid genomen een laatste groet gebracht onze gedachten bij jou die we liefhadden en niet vergeten kunnen. (Ugo Verbeke) Tekst 11 B Zo ben ik doodmoe ingeslapen in een vreemd bed met een traan in mijn ogen. Maar ik zal thuis ontwaken dan zal ik lachen om mijn tranen en wenen van vreugde. Want zo ben ik. Tekst 12 B
Gelovig sterven is afscheid nemen van de tijd niet van het leven. Is zichzelf blijven geven zoals men geworden is.
Tekst 9 B
Is het ene mysterie verlaten om het andere in te gaan.
Het mooie is dat elk verdriet kan gedragen worden door liefde. Dat elke pijn en elk gemis een weg kan zijn om meer van elkaar te houden.
Is op het woord van Jezus de hoop verwisselen voor de zekerheid dat God liefde is…
Tekst 10 B
Tekst 13 B
UITVAARTCENTRUM.be
De donkere winter heeft je stappen uitgevaagd. Een mooie herinnering dekt ze dicht. Je bent de hobbelige weg gegaan van plicht en liefde en nooit heb je geweken of geklaagd. Je ging ons voor naar het land van het licht.
Voor een dag van morgen. Wanneer ik morgen doodga, vertel dan aan de bomen hoeveel ik van je hield. Vertel het aan de wind, die in de bomen klimt of uit de takken valt, hoeveel ik van je hield.
(Mark Meesters) Tekst 14 B Zo wil ik sterven: in een gezegende avond terwijl de kruin van de berk wiegt op de muziek en zon zichzelf te slapen legt in de adem van de tijd.
Vertel het aan een kind dat jong genoeg is om het te begrijpen, vertel het aan een dier, misschien door het alleen maar aan te kijken. Vertel het aan de huizen van steen, vertel het aan de stad, hoe lief ik je had.
(Edith Oeyen) Tekst 15 B
Gestrooid door de windstilte dwaal ik heel ver weg van de stad in de schaduw van witte bloemen die een nachtengel voor mij plantte.
Maar zeg het aan geen mens, ze zouden je niet geloven. Ze zouden niet willen geloven, dat alleen maar een man, alleen maar een vrouw, dat een mens een mens zo liefhad als ik jou.
(Edith Oeyen) tekst 16 B
tekst 18 B
De winter ging de lente kwam hij spitte de tuin en plantte rozen nu bloeit onze bloementuin en doen de rozen mij denken aan jou. (Edith Oeyen)
tekst 17 B
Er is zon aan de andere kant van de tuin der wolken en lucht en licht. Er is rust aan de andere kant van de brug der zuchten geen pijn geen verdriet er is dageraad na de nacht na het duister en de nevels er is zon aan de andere kant en Hij. (Mireille Huygaert) tekst 20 B.
UITVAARTCENTRUM.be
Elke avond zal ik aan je denken en ’s morgens pluk ik bloemen waar jij van houdt. Het wachten tussen morgen en avond tussen avond en morgen zal eindeloos zijn. (Ina Stabergh) tekst 21 B.
D’ enige pijn dat je ons hebt aangedaan, is dat je ongevraagd bent heengegaan. Maar voorzichtig klopt vreugde bij ons aan: eens zullen we allen weer samen staan. (Mark Meesters) tekst 22 B.
Het leven dat hij zoveel jaren droeg, drukte hem steeds zwaarder. De dromen waar hij eens op joeg, naderden en werden klaarder. Toen hij aan het einde van zijn ogen was, bijna vergat te zien, haast blind, werd de wereld zo doorzichtig als glas, zag hij weer, wat hij reeds zag als kind. Alles was in harmonie, in feest: de stilte, de leeuwerik, het gras en Vader, die alle wonden genas. Het was of het leven was er nooit geweest. (Mark meesters)
tekst 23 B
UITVAARTCENTRUM.be
SELECTIE VOOR CREMATIE Als ik ooit doodga, begraaf mij dan niet, verstik me dan niet onder een zware steen, maar laat me de kans te gaan over de grenzen van de dood. Strooi uit mijn as voor alle winden, dat wat mijn lichaam was, de weg kan vinden, naar alles wat het eens beminde. tekst 24 B
Mijn naam zal hier nooit geschreven staan geen kruis geen stenen engelen op mijn graf voor mij geen bloemenkransen of arduin laat mij maar met de wind verijlen ontstijgen aan mijn aards gedrag… 26 B
Mijn lichaam zul je wentelen in ’t vette zwarte dras en dan gedenken dat ik slechts een kind van moeder aarde was. Geen houten doos om mij te binden. Ik die zo droomde vrij te zijn. Laat slijk zich om mijn leden winden en zwarte grond mijn slaapstee zijn. Geen kerkhof zal me opbergen, alleen het wijde veld waar bomen slechts de wake staan en waar slechts vrije ruimte geldt.
Zwaar werden de dagen en lang duurde de nacht. Hoe moeilijk is het vechten bij het ontbreken aan de kracht. Maar ondanks je verlies van de strijd om het leven heb je ons een heel stuk geluk en ontzettend veel liefde gegeven 27 B
Leg op mijn graf geen chrysanthemen -die koude wintertuilMijn leven moet naar het leven zwemmen niet naar zo’n dooie dodenkuil. want telkens weer als het juliland van rijpheid barsten gaat wil ik dat op mijn stukje grond de zon een veldbloem bloeien laat. Als dan de korenbloem gaat bloeien wees blij en lach en bedenk dat ik in haar wortels lig te snoeien en ik me aan haar sap bezat.
Je blik met ogen vol liefde je stille berusten, het voelen van dat wat komen gaat, de zachte kracht van je laatste handdruk, zo heb je gekozen om zacht en toch nog onverwacht, stil weg te gaan naar de andere kant. 28 B
Test 25 B.
UITVAARTCENTRUM.be
De avond is gekomen de deuren heb ik achter mij gesloten . Door de luiken heen kijken de ogen niet meer. De dag is om. Ik zit hier te wachten zoek zacht in mijn gedachten terug naar voorbije dromen en kom bij jullie terug die lang met mij veel deelden toen de tijden ons nog samenhielden. 29 B
Afscheid nemen is met zachte vingers wat voorbij is dichtdoen en verpakken in goede gedachten der herinnering… Afscheid nemen is met dankbare handen weemoedig meedragen al wat waard is om niet te vergeten… 30 B
Niemand die het weten kan, hoeveel ik van je hou. Niemand die mij troosten kan, om mijn verdriet om jou. Niemand die begrijpen zal, hoe vreselijk ik je mis. Niemand die beseffen zal, hoe erg die pijn wel is. Jouw sterven is zo moeilijk te begrijpen, afscheid nemen ging niet meer.
Te weten dat ik jou voorgoed moet missen, dat doet zo verschrikkelijk zeer. Ik had je nog zoveel te zeggen, nog zoveel dingen uit te leggen, maar ik weet, er komt een keer dan zien we elkander weer. 31 B
Zo zal het zijn…. (Rob de Nijs) Doof nu het licht en sluit de ogen en vergeet de strijd. Jouw leven hier is omgevlogen, maar je liefde blijft. En waar jij gaat zijn zon en maan gelijk, de kleinste bloem is daar als de hoogste eik en alle koningen en kinderen zijn daar gelijk. Laat nu die laatste droom maar komen en wees niet meer bang. Jouw nacht van vrede is gekomen, nu een leven lang. En waar jij gaat daar is geen haat of pijn, het heetste vuur wordt dan als van een kaars zo klein. Zoals de zon schijnt na de regen, zo zal het zijn. En waar jij gaat daar zullen vriend en vijand samengaan, wat stof is zal tot stof vergaan. En elke storm komt weer tot rust daar, zo zal het gaan, laat ik mijn hart en ziel met jou meegaan. Jouw taak op aarde is voldaan, zoals jij was in alle liefde, Zo zal het gaan, zo zal het gaan. 32 B
UITVAARTCENTRUM.be
BIJ HET HEENGAAN VAN MOEDER Moeder, de dag dat je ons verlaat hoop ik dat de regen zich vermengt met onze tranen onze zielepijn zich stort over de granen zodat jouw naam voor ons voor altijd in het wassen van de veldgewassen zal geschreven zijn.
Mama, Waarom is de wereld zo onaardig, is het leven zo onrechtvaardig? Waarom ben je plots van ons afgenomen, zonder dat daarvoor iets in de plaats is gekomen? Je kan niet beschrijven wat ik nu mis, maar als ik mij niet vergis speelde jij een grotere rol in ons leven dan ik vroeger wou toegeven. Vaarwel.
33 B 36 B Moeder mag ik een boom planten op je graf en de blaadjes plukken als ik beef? Moeder mag ik je vragen stellen als ik geen raad meer weet en wachten tot de stilte antwoord geeft? 34 B
Moedertje je had me losgelaten en ik weende je streelde me warm terwijl ik zocht naar adem op de heuvel van jouw buik. Nu weer breekt de navelstreng en ik ween tot ik geen adem meer heb uw hand streelt niet meer ze is koud.
Naar de avond van haar leven toe is zij de zachte en berustende vrouw geworden die alles aanvaarde en nooit klaagde. Zij sprak het ene woord niet hoger dan het andere, steeds gelijkmoedig en alles vond zij goed. Zij vond het tenslotte ook nog goed dat Hij haar tot zich riep, tevreden is zij gestorven. Moeder, wij danken u om uw voorbeeld van moed, van diep geloof, van ijver en overgave aan Gods wil. God we zij u dankbaar voor het leven van moeder. Zij was een geschenk uit Uw handen. Neem haar nu op in Uw oneindige liefde. tekst 37 B
35 B
UITVAARTCENTRUM.be
Moederogen, Die ogen… keken je zo liefelijk aan, zo fier zo opgetogen. Van ’t begin van je bestaan hebben je nooit belogen al had je hen verdriet gedaan die ogen soms bedrogen, een andere richting uitgegaan.
die beeltenis bederven, maar eerzaam laat ze leven in mij, eerzaam in mij sterven. (Guido Gezelle) 39 B
Die ogen… volgden je door ’t leven, steeds tot offeren bereid wilden je alles geven hebben je begeleid. Had je soms een fout bedreven, zij scholden je die kwijt.
Het mooiste van de schepping, in de natuurlijke orde, is de moeder. Ik geloof dat je haar moet verloren hebben om het helemaal te begrijpen.
Die ogen… die steeds maar doffer blonken, door ziekten overmand toch nog moederliefde schonken tot bij de grens van ’t dodenland, waar ze tot as verzonken.
Zolang zij leeft, zolang je als de doodgewoonste zaak profiteert van haar goedheid en haar liefde, zolang je nog dagelijks het geluk proeft van haar bijzijn, overzie je de rijkdom niet van zo’n bezit.
A.Duwel tekst 38 B
Moederken ‘t en is van u hiernederwaard geschilderd of geschreven, mij moederken geen beeltenis geen beeld van u gebleven.
Maar als zij is heengegaan…zie je de leemte die ze achterliet en die nooit meer is in te vullen… door niemand. 40 B
Geen teekening geen lichtdrukmaal, geen beitelwerk van steene. ’t en zij dat beeld in mij, dat gij gelaten hebt alleene. o moge ik, u onweerdig, nooit
UITVAARTCENTRUM.be
TEKSTEN TOON HERMANS De bomen komen uit de grond en uit hun stam de twijgen en ied’reen vindt het heel gewoon dat zij weer bladeren krijgen we zien ze vallen naar de grond en dan opnieuw weer groeien zo heeft de aarde ons geleerd dat al wat sterft zal bloeien 41 B
Als een vale grijze sprei viel de schaduw over mij. Ik heb gehuild, maar vatte toch weer moed. De dagen waren leeg en grauw. Ik wist wel dat het komen zou. Het gaat niet zo, dat je ineens de geest zult geven bij elk verdriet verlies je kleine beetjes leven er komt van lieverlee een leegte in de lijven met net te weinig fut om hier te blijven en alle pijn en alle tranen die je schreit ze zijn een duit in ’t zakje van de eeuwigheid. 43 B
Nu ’t rouwrumoer rondom jou is verstomd de stoet voorbij is, de schuifelende voeten nu voel ik dat er een diepe stilte komt en in die stilte zal ik je opnieuw ontmoeten en telkens weer zal ik je tegenkomen. We zeggen veel te gauw: het is voorbij. Hij heeft alleen je lichaam weggenomen niet wie je was en ook niet wat je zei. Ik zal nog altijd grapjes met je maken we zullen samen door het stille landschap gaan. Nu je mijn handen niet meer aan kunt raken, raak je mijn hart nog duidelijker aan. 42 B
Als je echt van iemand houdt iemand alles toevertrouwt een die weet wie je bent ook je zwakke plekken kent die bij je staat en je vergeeft één die ‘naast’ en ‘in’ je leeft dan voel je pas wat leven is en dat liefde geven is. 44 B Een dag zonder jou is een tuin zonder bloemen een dag zonder jou kun je geen dag meer noemen een dag zonder jou is een dag zonder licht en daarom is zo’n dag geen gezicht. Het huis is zo leeg en koud als ik je stem niet meer hoor de tafels, de stoelen en het bed het stelt geen moer meer voor een boom zonder takken een hemel zonder blauw m’n lief – dat is een dag zonder jou. 45 B
UITVAARTCENTRUM.be
Mama is het woord waar het leven mee begint. Mama is het woord dat hoort bij ieder kind. Een woord om zacht te zeggen niet om luid te schreeuwen. Het hoeft niets uit te leggen en gaat door alle eeuwen. Mama is het woord waar de mensheid mee begint. Mama is een ander woord voor liefde.
Het leven schenkt je lieve blije mooie dagen soms sta je duidelijk bij het leven in de gunst. Als het je goed gaat hoor je zelden iemand klagen maar met de droeve dagen omgaan – da’s de kunst. 50 B
46 B ’n beetje sterven doe je niet ineens maar af en toe een beetje en alle beetjes die je stierf ’t is vreemd maar die vergeet je het is je dikwijls zelfs ontgaan je zegt ik ben wat moe maar op een keer dan ben je aan je laatste beetje toe. 47 B Rust Te zijn, bij wie er niet meer zijn, Heel diep in je gedachten en niet met woorden lang en luid, kan af en toe een stille pijn verzachten, er gaat een wonderlijke kracht van uit. 48 B
Moeder Haar ogen waren blauw, haar haren grijs ze zei dat ze maar weinig dingen wist maar wàt ze zei, was zo gerijpt…zo wijs wel duizendmaal heb ik gedacht: dat is’t! de hoog’re dingen speelden bij haar mee zij zag het leven in een ander licht zo stond ze ook te kijken naar de zee ’n glimlach op haar nobele gezicht Zo kunnen bomen in het landschap staan in volle rust en helemaal compleet zo is ze ook die avond doodgegaan en nooit vergeet ik wat ze voor me deed. 51 B
Er zijn geen woorden voor een zieke van wie je weet zij redt het niet. Je streelt haar wang, je ziet haar ogen je bent bevangen door verdriet. Toch ben je dankbaar voor haar einde dat na zoveel moedig moedig strijden kwam omdat het niet alleen haar leven maar ook haar lijden overnam.
Het leven heeft mij dag aan dag, heel duidelijk laten blijken, de mooiste dingen die je ziet, die zie je zonder te kijken. Ze blijven bij je bovendien, je hebt ze met je hart gezien. 52 B
49 B
UITVAARTCENTRUM.be
Liefde Ik kon niet zeggen wat ik voelde ik heb het ook niet uitgelegd maar toch wist jij wat ik bedoelde de stilte had het al gezegd. Als ik je kuste of griefde in blijheid of droefenis de liefde is pas echt liefde als stilte taal geworden is.
en laat me tenminste voortleven in je ogen, niet in je gedachten. Je hebt me het meest lief, door iemands hand vast te houden, iemands lichaam aan te raken, door kinderen los te laten die vrij moeten zijn. Liefde sterft niet, mensen wel. Dus als van mij niets is gebleven dan liefde… Deel mij dan uit.
53 B 55 B Dank u. Ik heb gehuild, gelachen en gevochten. Ik lag in warme bermen en in gladde bochten. Ik hief het glas, het viel kapot in duizend scherven. Ik wist die grijze hemel toch weer blauw te verven. Ben blijven pogen, Al verbrandden al mijn schepen. Ik heb gefaald, gebaald en ik heb hem vaak geknepen. Er was applaus en ik werd heftig uitgefloten. Maar als ik ga, dan zeg ik: “Dank u, ‘k heb genoten.”
En als ik doodga huil maar niet Ik ben niet echt dood moet je weten ’t is maar een lichaam dat ik achterliet Dood ben ik pas als jij mij bent vergeten. 56 B Liefje, Laat mijn verdriet altijd groter wezen dan het jouwe zodat het eromheen kan liggen als armen. Wees niet droef als ik zal heengaan, dan zal ik altijd aan je denken
54 B en anders ook. 57 B Wanneer ik sterf (vertaald uit ‘Pearls’ van E. Kübler Ross) Als je moet huilen wanneer ik sterf, huil dan om de ander die naast je op straat loopt. Als je me bitter nodig hebt, sla dan de armen om iemand heen en geef hem wat je mij schenken wilde. Ik wil je iets nalaten, iets beter dan woorden of klanken. Zoek mij in mensen die ik kende en liefhad. En kun je dat niet, geef me dan weg
Kan je niet vliegen, loopKan je niet lopen, gaKan je niet gaan, kruipMaar blijf nimmer stilstaan Nooit dalen, maar immer opgaan. Kan je niet lachen, glimlachKan je niet glimlachen, wees toch blijKan je niet blij zijn, wees tevredenMaar nooit de moed opgeven En immer voorwaarts streven. 58 B
UITVAARTCENTRUM.be
Heel mijn lange leven was ik een spelend kind vader, wil mij vergeven, want ik heb toch zoveel bemind… vrienden wees blij met mij en draag geen rouw! Jullie waren mij lief! Ik leef En blijf jullie trouw! 59 B Kleine zorgen kun je delen maar er is een soort verdriet dat kunnen mensen niet meer helen en dat hoeft ook niet 60 B Heb mij nodig. Kun mij niet missen. Heb verdriet. Ik heb daar van alles tegen, Levensbeschouwing, aforismen, groter verdriet: het is familie. van geluk weet ik het niet.
Mooi kan de wereld zijn voor wie het geluk heeft aan zijn zij. Wie minder verwend wordt, moet incasseren en hopen dat de kansen zich keren. Ik droomde van een zorgeloos leven maar de wonden vielen niet te helen, hoezeer ook mijn naasten zich inspanden en ik mij ogenschijnlijk vermande. Ja, uiterlijk vond ik de kracht maar vanbinnen verweerde de brandende pijn mijn hart dat bloedend verteerde in twijfel en bittere smart. Vandaag neem ik afscheid en verlaat deze wereld geboeid vermoeid en gevangen mijn liefste……… wees sterk en goed ik gaf je zoveel ik kon wilde mild zijn en zoet en nog vond ik het niet goed.
Er is geluk waarmee je alleen moet zijn.
Aan de einder lonkt de vrijheid Een oceaan van stilte en rust Daar zal ik worden gesust En staken mijn ongelijke strijd.
61 B
63 B
Te lang duurde de pijn die binnenin knaagde en me langzaam verscheurde te groot was de moeite om ze te verbijten te veel kostte het om ze te lenigen vele jaren hield ik me sterk zong ik een vrolijk lied
God geef mij kalmte om te aanvaarden wat ik niet kan veranderen. Moed om te aanvaarden wat ik kan veranderen. Wijsheid om tussen deze twee onderscheid te maken. 64 B
naar neuriede het in mineur nu vind ik de rust die ik zocht vaarwel mijn dierbaren het ga jullie goed 62 B
UITVAARTCENTRUM.be
Wij kunnen vragen stellen maar geen vraag en zelfs geen antwoord doet de pijn vergeten die we om haar heengaan leden en die zal blijven schrijnen na vandaag. Haar glimlach en haar zorgen zijn voorbij haar lieve aandacht voor de daagse dingen die door haar hoofd en door haar vingers gingen en alles wat zij was voor u en mij 65 B
Wat hoop ik vurig dat jij niet alleen zult zijn aan de andere kant waar wij niet kunnen komen. Wat hoop ik vurig dat engelen bestaan en jou opvangen als koesterende moeders hun pasgeboren kind. Wat hoop ik vurig dat zij je naar het land zullen dragen van onze mensendromen, dat daar de anderen zijn die ons zijn voorgegaan 67 B
’t is goed in ’t eigen hert te kijken nog even voor het slapengaan of ik van dageraad tot avond geen enkel hert heb zeer gedaan of ik geen ogen heb doen schreien geen weemoed op een wezen lei of ik aan liefdeloze mensen een woordeke van liefde zei en vind ik in het huis mijns herten dat ik droefenis genas dat ik mijn handen heb gewonden rondom een hoofd, dat eenzaam was. Dan voel ik op mijn jonge lippen die goedheid lijk een avondzoen ’t is goed in ’t eigen hert te kijken en zo zijn ogen toe te doen. (Alice Nahon)
66 B
Ga nooit heen zonder te groeten, ga nooit heen zonder een zoen wie het noodlot zal ontmoeten kan het morgen niet meer doen. Ga noot weg zonder te praten, dat doet soms een hart zo’n pijn. Wat je ’s morgens hebt verlaten kan er s’ avonds niet meer zijn. 68 B Alles is heimwee wolken en water Alles is heimwee naar vroeger naar later Vroeger is over Later… een ster gisteren is oud en morgen nog ver. 69 B Waar je ook bent ik zou het niet weten niet in afstand of tijd te meten maar ik heb je bij me, diep in mij daarom ben je zo dichtbij. 70 B
UITVAARTCENTRUM.be
Omdat er liefde is bestaat er geen voorbij in alle eeuwigheid ben jij 71 B tijd is iets en tijd is niets ’t is een vleugel of een fiets tijd is net zoiets als weer. wie geen tijd heeft leeft niet meer 72 B Ik misse u waar ik henevaar, of waar ik henekeer: den morgenstond, de dagen rond en de avonden nog meer! Wanneer ik tranen ween ’t zij droevig, het zij blij Ik misse u zo, o ik misse u zo, Ik misse u neffens mij. (Guido Gezelle) 73 B God geeft den tijd bij dag en jaar, ach neen, bij kleine tikskens maar, en ’t laatste tikske komt aleer men ’t peinst of weet, helaas te zeer! De wijzer wijst elk uur en tijd, Maar ’t uur niet dat ge schuldig zijt te sterven! Wees dus voorbereid, de wijzer wijst naar de eeuwigheid! (Guido Gezelle) 74 B
Een dag ging als een bloem verslensen haar laatste blad verbrandt. De vrede nevelt over ’t land, de rust Dauwt op de mensen. Uit stilte en uit sterrenlicht. Wordt dan een altaar opgericht. En luister nu, hoe alle dingen zingen, en alles zingend in elkaar vervliet, de mensen en de dingen, de vreugd, het kwaad en het verdriet, lijk duizend’schoon accoorden van een en’t zelfde lied! O zalig uur, waarop de ziel, gerijpt Van zangen, zonder beeld of woorden Gods wil begrijpt! (Felix Timmermans) 76 B God, als ik dan toch sterven moet, Zeg dan aan mijn goede vrienden, Dat men om mij niet treuren moet, Zeg hen God dat ik hen beminde, Zeg hen God dat de dood geen einde is, Maar slechts een nieuw begin. Zeg hen God hoe goed het bij u is, Geef hun leven zonder mij evenveel zin, En God, ik weet wel, ze zullen toch huilen, Net zoals ik dat zo vaak voordien deed. Iemand die hen troost in al hun leed. Zeg hen God dat gij dat zijt, Dat gij hun zult bewaren In deze voor hen zo droeve tijd En hun van verder onheil zult sparen. (Stijn Hemelrijck) 77 B
Hoe klaar en moet de ziel niet zijn die losgemergeld door de pijn. Die uitgegleden, uitgeteerd, wordt eindelijk Gods aanschouwen weerd! Zoo waart gij, vader, lijdend hier Zachtmoediglijk uw vagevier, waardoor gij uw maat gevuld; nu blinken en eeuwig blinken zult. (Guido Gezelle) 75 B
UITVAARTCENTRUM.be
SCHEEPVAART Je schip was je leven regen of storm hield je niet tegen je dag was zeker niet compleet als je geen uren bij hem sleet moe gewerkt en toch de vaart erin zo had je het lekker naar je zin. Hij was je trots, je troetelkind maar tevens ook je beste vriend. Je had hem nog tot ziens gezegd en je toen stilletjes te ruste gelegd. je keek nog even over de railing heen aleer je zachtjes aan de horizon verdween. Vaarwel vadertje er is geen ommekeer die tijd van toen komt nimmer weer. 78 B De laatste reis Ik weet niet hoe het zijn zal in die dagen wanneer ik scheep ga voor de laatste reis. Zal dan mijn schip de storm verdragen en landen in Gods eeuwig paradijs? Want ik weet niet hoe lang de tocht zal duren en welke haven ik voorgoed verlaat. Zal ik dan zwijgend in de verte turen en alles wat ik schreiend achterlaat niet zachtjes langs de reling horen klagen? Of zal de wind hoog gillend in de mast alleen de stem van en branding dragen waarin mijn ziel zich van zijn angst ontlast? Neem mij Heer God, het roer dan maar uit handen en laat me zingend op het voorplecht staan, dan zal mijn schip niet op de rotsen stranden. maar veilig in uw haven voor anker gaan. 79 B
De laatste thuishaven is bereikt… In de avondgloed beseffen we nu best wat je voor ons was en wat je voor ons blijft. 80 B
Samen varen samen op reis, samen een eenheid, samen eigenwijs samen kwaad en samen goed samen verdriet en samen weer moed Nu verder zonder jou, dat doet pijn om te weten om nooit meer samen te zijn 81 B Wanneer ik sterf… vertaald uit ’Pearls’ van E. Kübler Ross Als je moet huilen wanneer ik sterf huil dan om de ander die naast je op straat loopt. Als je me bitter nodig hebt sla dan de armen om iemand heen en geef hem wat je mij schenken wilde. Ik wil je iets nalaten iets beter dan woorden of klanken. Zoek mij in de mensen die ik gekend en liefgehad heb. En kun je dat niet, geef me dan weg. Laat me tenminste voortleven in je ogen niet in je gedachten. Je hebt me het meest lief door iemands hand vast te houden, iemands lichaam aan te raken, door kinderen los te laten die vrij moeten zijn. Liefde sterft niet, mensen wel dus als van mij niets is gebleven dan liefde, deel mij dan uit. 82 B
UITVAARTCENTRUM.be
Angst voor de dood? Nee, ik word als iets anders wakker misschien lichaam, misschien continuïteit, misschien als nieuw, maar ik zal wakker worden. Als atomen zelfs niet slapen, waarom dan, zou ik als enige wel slapen? Fernando Pessoa 83 B
UITVAARTCENTRUM.be
KINDJES Naam die gedroomd werd …………………
(naam kindje)
Verlangen dat gekoesterd werd
Leven dat nooit leven werd maar droom zal zijn in eeuwigheid
Ik weet niet waar je bent je bent zo ver weg en toch dichtbij. Je leeft verder in mij in alles wat ik doe, denk of zeg. Ik heb jou negen maanden gedragen, nu draag jij mij. Ik ben gelukkig samen met …. papa en vele andere lieve mensen. Hopelijk kan ik samen met hen nog een lange weg afleggen. Maar weet je, ooit hoop ik weer bij jou te zijn, voor altijd.
(Mientje Luiken) Tekst K1
Tekst K3
Hoop die gedragen werd Toekomst die verwacht werd Vreugde die droefheid werd
Geef haar een wiegje aan de ochtendkant een troetelbeer en een konijntje een poppenkast een zandkasteel en leer haar zeepbellen blazen voor het mannetje op de maan. Geef haar een glijbaan langs de regenboog Een doosje voor de parels van de dauw Een elfenbank Een hemelsbed in hemelsblauw En leer haar veilig over de wolken lopen
Afscheid nemen doet zo’n pijn afscheid nemen doet zo zeer om je blikjes zonder woorden om je warmte van weleer om je oogjes om je handjes om je glimlach keer op keer om de dagen om de uren om eergister nog zeer teer om dit alles en nog meer is vandaag nog slechts teer zeer. Tekst K4
Wij kunnen alleen danken en hopen. (Mireille Huygaert) Tekst K2
UITVAARTCENTRUM.be