Uitkomst proef met camera's voor ambulances Proefopstelling 24 maart 2009
Versie beheer
Versie
Datum
Korte beschrijving wijzigingen
0.1
3-04-2009
Start Rapport/Whitepaper
0.4
8-04-2009
Concept na 80% beoordeling
0.5
14-04-2009
Concept incl specificaties
0.9
15-04-2009
Externe review opdrachtgever
1.0
23-04-2009
Definitief document
Naam auteur(s): J. Hintzbergen, U. van der Horst, A. Kuiper
Uitkomst proef ambulances
met
camera's
Naam auteur(s): J. Hintzbergen, U. van der Horst, A. Kuiper
Bedrijfsnaam:
Capgemini N.V.
Plaats:
Utrecht
Datum:
23-04-2009
Versie:
1.0
© 2009 Capgemini. De informatie in dit document mag noch geheel noch gedeeltelijk op enigerlei wijze worden aangepast, gewijzigd of verveelvoudigd zonder voorafgaande toestemming van Capgemini
voor
Voorwoord
De proef is uitgevoerd in opdracht van de Begeleidingscommissie Pilot camera‟s op ambulances, vertegenwoordigd door AZN. Naast leveranciers is medewerking verleend door Ambulancediensten: UMCG Drenthe en Ambulance Zorg Rotterdam Rijnmond.
De leveranciers en ambulancezorginstellingen die aan de proef hebben meegedaan, worden bedankt voor hun participatie en het vrijelijk delen van informatie.
ii
Inhoud 1
Managementsamenvatting
1
2
Inleiding
2
2.1 Doel van de proefneming
2
2.2 Randvoorwaarden en uitgangspunten
2
2.3 Verantwoording
3
3
4
Opzet van de proef
3.1 Voorbereiding
4
3.2 Locatie
4
3.3 Organisatie
4
3.4 Overzicht van aantal scènes, sketches en materiaal
5
3.5 Criteria voor de beoordeling van de beelden
5
3.6 Beoordeling materiaal
6
4
7
Uitvoering van de proef
4.1 De opnamen
7
4.2 Reviewers
7
4.3 Reviewmethode
8
4.4 Resultaten van de proef
9
4.5 Samenvoeging van de uitkomsten
11
4.6 De contouren van een bruikbaar camerasysteem
12
5
14
Specificaties
5.1 Technische eisen aan camera’s voor ambulances
14
5.1.1 Camera
14
5.1.2 Opnamemogelijkheden:
15
5.1.3 Standaarden
16
5.2 Opzet van de installatie van apparatuur in de ambulances
16
5.3 Opbouw op de ambulance
18
5.4 Kantoorsoftware
19
5.5 Meldkamerintegratie (optie)
20
6
21
Bijlagen
6.1 Excelsheet specificaties
21
6.2 Overzicht camerabeelden
21
iii
1 Managementsamenvatting In de periode van 1 mei 2009 tot oktober 2009 wordt in opdracht van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een pilot uitgevoerd met camera‟s op een aantal ambulances in een viertal regio‟s. Doel van de Pilot Camera‟s op Ambulances is om na te gaan of camerabeelden een bijdrage kunnen leveren aan de opsporing, vervolging en veroordeling (bewijsvoering) van daders van agressie en geweld jegens ambulancepersoneel en – materieel. Om daderherkenning in theorie mogelijk te maken, dient de kwaliteit van de gebruikte camerasystemen hoog te zijn. In twee regio‟s zijn in een pré-pilot enkele ambulances uitgerust met camera‟s om de kwaliteit voor opsporing en vervolging te testen. De kwaliteit bleek nog onvoldoende. Het ministerie van BZK en de begeleidingscommissie pilot camera‟s op ambulances, hebben onderzoeks- en adviesbureau Capgemini verzocht om een proef te organiseren waarbij leveranciers op vrijwillige basis zijn uitgenodigd om elk een camerasysteem te ontwikkelen dat kwalitatief hoogwaardig is om daderherkenning mogelijk te maken. Tijdens een eerste bijeenkomst, waarbij alle partijen aanwezig waren, is eerst het doel van de proef duidelijk gemaakt en vervolgens een aanzet gemaakt voor de te volgen scenario‟s. Aansluitend zijn deze scenario‟s uitgewerkt en is de opzet van de proef verder voorbereid. Parallel daaraan hebben leveranciers hun camerasysteem (ontworpen en) samengesteld. Op 24 maart zijn door de aanwezigen gedurende de dag 10 scenario‟s gespeeld. Deze scenario‟s speelden zich op verschillende afstanden en onder verschillende lichtomstandigheden af. De scenario‟s zijn door alle camera‟s van de aanwezige leveranciers tegelijkertijd opgenomen. De opgenomen beelden zijn vervolgens door vijf experts beoordeeld op de volgende criteria:
geven de beelden een sfeerbeeld van de situatie en handelingen;
zijn handelingen toe te wijzen zijn aan een persoon, bijvoorbeeld aan de hand van kleding of persoonskenmerken; zijn de beelden in theorie geschikt zijn om een persoon te identificeren.
De bevindingen van deze proef en de technische vereisten voor het plaatsen van camera‟s op ambulances voor de deelnemers van de pilot, leest u in deze rapportage. Op basis van de uitkomst is een pakket van eisen opgesteld die de deelnemende ambulancediensten dienen te gebruiken bij het offreren en aanbesteden van camerasystemen ten behoeve van de pilot „Camera‟s op ambulances‟. Daarbij zijn ook de eisen aan de verdere techniek voor het registreren en de optionele verbindingen met de Meldkamer opgenomen. . De offertes en aanbestedingen zullen door AZN en ministerie van BZK beoordeeld worden aan de hand van deze technische vereisten. De technische vereisten zijn niet terug te voeren op één enkele leverancier en de technische vereisten zijn in Nederland leverbaar door meerdere leveranciers.
1
2 Inleiding 2.1 Doel van de proefneming In de periode van 1 mei 2009 tot oktober 2009 wordt in het kader van het programma Veilige Publieke Taak een pilot uitgevoerd met camera‟s op een aantal ambulances in een viertal regio‟s. Doel van de Pilot Camera‟s op Ambulances is om na te gaan, of camerabeelden een bijdrage kunnen leveren aan de opsporing, vervolging en veroordeling (bewijsvoering) van daders van agressie en geweld jegens ambulancepersoneel en – materieel. Om de pilot goed te laten (starten en) verlopen, moeten de eisen aan de te gebruiken camerasystemen worden helder gemaakt. Het doel van de proef is het komen tot een set van eisen aan de te gebruiken camera’s in de pilot camera’s op ambulances. Deze eisen zijn enerzijds technisch en anderzijds functioneel van aard. Technisch in de zin van weer- en schokbestendigheid en functioneel in de zin van kwaliteit en bruikbaarheid van camerabeelden voor vervolging van verdachten van agressie en geweld tegen werknemers met een publieke taak in het algemeen en die van ambulancepersoneel in het bijzonder. De resultaten van de evaluatie worden gebruikt voor het opstellen van specificaties voor de ambulancediensten voor de aanschaf van de installatie voor de pilot. Individuele deelnemende ambulancediensten zijn vervolgens verantwoordelijk voor de aanbesteding en plaatsing van de camera‟s. Daarnaast zijn zij verantwoordelijk voor het maken van werkafspraken met betrokken ketenpartners. Capgemini heeft de proef in opdracht van de aan de pilot „camera‟s op ambulances‟ deelnemende ambulancediensten georganiseerd. Deze ambulancediensten zijn vertegenwoordigd in de begeleidingscommissie van deze pilot. Ambulancezorg Nederland (AZN) is hiervoor het overkoepelend aanspreekpunt. 2.2 Randvoorwaarden en uitgangspunten Kader van de toetsing Om een goede uitgangspositie te hebben bij de keuze van camera‟s voor de Pilot wordt een evaluatie uitgevoerd van beelden van verschillende camerasystemen die op de markt beschikbaar komen: de leveranciers hebben een proefopstelling ontwikkeld die wel aan de specificaties zou kunnen voldoen. Aan professionals is gevraagd om de kwaliteit en de bruikbaarheid van beeldmateriaal van camera‟s aan te geven. Het gaat hierbij nadrukkelijk om een subjectieve beoordeling op basis van de kernvraag of de kwaliteit van de camerabeelden in theorie voldoende is om daderherkenning ten behoeve van het vervolgings- en veroordelingsproces mogelijk te maken. Of daderherkenning daadwerkelijk mogelijk is hangt uiteraard af van een veelvoud aan factoren.
2
Uitgangspunt is dat:
Het is rapport onafhankelijk opgesteld, waarbij de leveranciers noch de specifieke camera‟s worden gekwalificeerd. Het inzicht dat de proef heeft gegeven heeft geleid tot specificaties;
Er is geen sprake van een beoordeling van camera‟s noch van een leveranciersevaluatie maar van een proef om inzicht te krijgen in welke techniek de beste kwaliteit kan leveren voor het doel van de camera‟s, zonder dat hierbij financiële haalbaarheid uit het oog wordt verloren.
De review vindt plaats op basis van de professionaliteit van reviewers uit de rechtsketen. De beoordeling is een strikt persoonlijke van de professional, en draagt bij aan een beter inzicht in de geboden kwaliteit. Resultaten van de beoordeling worden enkel gekoppeld aan technische vereisten van het camerasysteem.
De beoordeling is anoniem. De beoordelaar of de beoordelende instantie worden niet vermeld.
Startvoorwaarden voor een succesvolle proef zijn dat er meerdere leveranciers meedoen, en dat de uitkomst een camerasysteem of -type aangeeft dat door meerdere leveranciers leverbaar is. Er is geen simulatie gemaakt van het weer: bijvoorbeeld regen. Het is bekend dat regen de resultaten slecht beïnvloedt: druppels kleven aan de lens of behuizing. De simulatie is ook niet met een waterspuit gedaan, omdat de effecten niet perse consistent zouden zijn per opgestelde camera en leverancier. De plaatsing van de behuizing is van invloed op de mate waarin de camera last heeft van opspattend vuil of andere effecten. De bestudering van deze effecten was geen onderdeel van de proef.
2.3 Verantwoording De proef heeft plaatsgevonden voor in opdracht van de Begeleidingscommissie Camera‟s op Ambulances. De rapportage naar de deelnemende ambulanceregio‟s vindt plaats naar de begeleidingscommissie „pilot camera‟s op ambulances‟, en voor deze Ambulancezorg Nederland (AZN) en naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Terugkoppeling naar leveranciers gebeurt alleen met de gewogen resultaten van de beoordeling van de eigen camera‟s.
3
3 Opzet van de proef 3.1 Voorbereiding Voorafgaand aan de proef heeft een bijeenkomst plaatsgevonden waarbij betrokken partijen vertegenwoordigd waren: AZN, ambulancediensten en leveranciers. Tijdens deze bijeenkomst is eerst het doel van de proef duidelijk gemaakt en vervolgens een aanzet gemaakt voor de te volgen scenario‟s. Aansluitend zijn deze scenario‟s uitgewerkt en is de opzet van de proef verder voorbereid. Leveranciers hebben (onafhankelijk van elkaar) hun camerasysteem (ontworpen en) samengesteld.
3.2 Locatie Er is gekozen voor een centraal gelegen locatie met alle benodigde faciliteiten; opstelruimte voertuig met camera‟s, ruimte voor de uitvoering van de scenario‟s, overleg- en lunchruimte.
Vlaggen Bankjes Bloembakken
Bloembakken
40 m Scene 4 Zon 11:00
Hoofd Ingang Inrit parkeerplaats
Regenafvoer
20 m Scene 3 8 m Scene 5 (in beeldhoek) 8 m Scene 2
Betonpaal
Zon 13:00 Betonpaal
Betonpaal
Betonpaal
Betonpaal
5m: Scene 1, 6, 7, 8, 9, 10 Ambulance Betonpaal
Zo n1 7:0 0
Betonpaal
Bezoekers parkeerplaats
Muur
Figuur 1 Opstelling en scenario's
3.3 Organisatie De proef is in gezamenlijkheid voorbereid. Capgemini heeft de opzet en scenario‟s geconcipieerd en ter review aangeboden aan alle partijen.
4
De leveranciers waren verantwoordelijk voor een natuurgetrouwe opstelling van de apparatuur en het opnemen van de (vooraf bekende) scenario‟s. De scenario‟s zijn uitgevoerd door een combinatie van ambulancedienst, veiligheidsregio en leveranciers. Capgemini voerde de regie, zowel over de dag als over de uit te voeren scenario‟s.
3.4 Overzicht van aantal scènes, sketches en materiaal In totaal zijn 10 scenario‟s (agressie-incidenten) gespeeld. Hierbij zijn door alle camerasystemen tegelijkertijd vanaf het zelfde punt opnames gemaakt. De scenario‟s speelden zich af op verschillende afstanden van de camera‟s (van 5 tot 25 meter) en bij verschillende lichtomstandigheden (van zonnig tot vrijwel maanloze nacht). Daarnaast is het effect van werklicht (op het voertuig) en tegenlicht (zowel koplampen als zwaailichten) meegenomen. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de gespeelde scenario‟s. Scenario
Afstand
Lichtomstandigheden
1
5m
bewolkt
2
8m
bewolkt
3
20m
zon
4
40m
bewolkt
5
8m
Bewolkt, rand van beeld
6
5m
Bewolkt, tegenlicht door reflectie van zon
7
5m
zon onder
8
5m
zon onder, werklicht aan, zwaailamp aan
9
5m
zon onder, werklicht aan, tegenlicht andere auto
10
5m
zon onder, lichten uit, weinig omgevingslicht
Tabel 1 Gespeelde scènes
3.5 Criteria voor de beoordeling van de beelden De vraag wordt gesteld, of de beelden achtereenvolgens: 1) een goed overall sfeerbeeld van de situatie en handelingen geven (het volgen van de actie); 2) en de beelden van een zodanige kwaliteit zijn, dat op de gegeven afstand, er handelingen toe te wijzen zijn aan een persoon, bijvoorbeeld aan de hand van de kleding of bepaalde kenmerken van de persoon (goed kunnen zien wat er gebeurt); 3) en de beelden in theorie geschikt zijn om een persoon te identificeren (nagaan: wie staat er op).
5
3.6 Beoordeling materiaal De beoordeling van het opgeleverde materiaal is gedaan op basis van expert judgement. Daarbij worden de beelden van alle camera‟s per scenario door 5 experts beoordeeld op de in paragraaf 3.5 genoemde criteria. Daarnaast wordt een oordeel gegeven over de algehele kwaliteit. De beelden waren voor de beoordelaar niet te herleiden naar leverancier of cameramerk en de beoordeling vond individueel plaats. Vervolgens is een gewogen gemiddelde berekend per camera per scenario. Op verzoek van de opdrachtgever zijn noch de namen van de experts noch hun organisatie in dit rapport opgenomen.
6
4 Uitvoering van de proef 4.1 De opnamen Gedurende de dag zijn de 10 gespeelde scenario‟s tegelijkertijd opgenomen door alle camera‟s van de aanwezige leveranciers. Onderstaand enkele foto‟s die een beeld geven van de situaties.
de gemonteerde camera‟s
opnamen op 5 meter
een spel op 8 meter
een avondscène
de situatie op 12 meter Figuur 2-6: De proefopstelling
4.2 Reviewers De review is uitgevoerd door een 5-tal medewerkers van organisaties die werkzaam zijn of waren in de keten van opsporing en vervolging van verdachten van agressie en geweld, met ervaring in het beoordelen van camerabeelden. Zij hebben de beelden beoordeeld op de in paragraaf 3.5 genoemde criteria.
7
Daarnaast hebben ze een inschatting gegeven of het materiaal de bewijsvoering houdbaar ondersteund. De resultaten van deze medewerkers zijn gewogen tot een gemiddeld professioneel oordeel. De anonimiteit is daarmee geborgd. De professionals hebben de beelden op persoonlijke titel doorgenomen; hun instituten zijn hierbij niet betrokken. De beelden zijn niet beoordeeld op technische aspecten zoals watermerken.
4.3 Reviewmethode De opgenomen beelden zijn als volgt aan de reviewers ter beoordeling aangeboden: de beelden zijn afgedrukt als een voorbeeld van typisch beeldmateriaal zoals dat beschikbaar gesteld kan worden bij een aangifte;
Beoordeling foto camera proef ambulances
Camera G, scene 1, Nummer 7 (Cijfer aankruisen dat van toepassing is) Geschiktheid voor actie volgen, Sfeerbeeld. Geschiktheid voor herkennen, wat gebeurt er. Geschiktheid voor identificeren, wie staat er op. Algehele kwaliteit, voor zover beoordelaar dit kan zien.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Figuur 7: Voorbeeld van het evaluatieformulier
Er is een evaluatieformulier gebruikt waarop het oordeel voor de verschillende criteria (zie paragraaf 3.5) per scène wordt opgegeven. De beoordelaar krijgt de beelden in een „blinde proef‟. Het is een professioneel oordeel. Per criterium wordt een subjectieve inschatting gevraagd, vanuit de ervaring als professional.
8
Meerdere professionals beoordelen het materiaal, en het resultaat wordt gewogen door de werkgroep Techniek. Individuele beoordelingen zijn geheel geanonimiseerd. Er wordt niet naar gerefereerd.
De reviewer heeft de beelden per scène gekregen en beoordeeld en heeft daarbij ook een onderlinge vergelijking gemaakt. De reviewer heeft geen absoluut oordeel gegeven. Het gaat om de bruikbaarheid in het werk. Hiervan is een afleiding gemaakt, welke techniek het beste past onder de gebruiksomstandigheden van een ambulance.
4.4
Resultaten van de proef
Algemene opmerking van een reviewer: “deze beelden zijn veel beter dat gewoonlijk wordt opgeleverd in een proces verbaal”.
De opnamen betreffen een aantal situaties zoals deze in de praktijk voorkomen: fel tegenlicht, avondlicht, licht van koplampen, slechte buitenverlichting of hulplicht van de ambulance. In de weergave van de beoordeling in onderstaande grafieken zijn de scènes 1, 2, 5, 6, 7, 8 meegenomen. De focus ligt op 5 en 8 meter. De opnamen op grote afstand en bij zeer slechte lichtomstandigheden zijn niet meegenomen in onderstaande grafiek. De uitkomsten zijn wel als aspect meegewogen. In de proef zijn een drietal analoge camera‟s getest en 5 digitale camera‟s. Enkele algemene observaties:
De analoge camera‟s maken een videobeeld en konden geen separate scherpe afbeelding apart opslaan, en hebben daarom op het kenmerk identificeren slechter gescoord. De digitale camera‟s leveren afzonderlijke beelden (JPEG) die goed digitaal zijn te bekijken in detail. De weergavekwaliteit bij het in detail kunnen bekijken van een beeld is van invloed op de minimale specificaties.
9
De analoge camera‟s presteren beter in de avondsituaties. Sommige digitale camera‟s presteren slecht bij weinig licht. De weergavekwaliteit bij minder licht is van invloed op de minimale specificaties.
Oordeel kwaliteit Camera
Een aspect dat niet is af te beelden in de grafiek is het oordeel. Er zijn twee oordelen over een weergave van een camera gegeven: 1) “geeft het een goed inzicht in de sfeer”, en 2) “overall oordeel kwaliteit”. Dit is een rangorde geworden.
Overall oordeel
A
6,0
H
5,4
E
4,7
G
4,6
C
4,3
B
4,1
F
4,1
D
3,9
Dit oordeel is meegenomen bij de uiteindelijke aanbeveling van de techniek.
Grafische weergave resultaten naar omstandigheden. In onderstaande grafieken is voor verschillende omstandigheden (afstand, licht) aangegeven of een bepaalde camera (A t/m H) een goed of slecht beeld geeft
van de „Herkenbaarheid van de situatie‟ (horizontale as)
om de daders met deze beelden zijn te identificeren (vertikale as)
Deze twee zaken sluiten elkaar soms uit, door een zekere „specialisatie‟ van de camera/lens combinatie. Er is een lijn getrokken die een ondergrens van de kwaliteit aangeeft.
8 m, dag
goed
C
F EB D G
H
A
slecht
Identificeerbaarheid van daders
Identificeerbaarheid van daders
5 m, dag goed
C F E B D
A/H
G
slecht
slecht
goed
slecht
goed
Herkenbaarheid situatie
10
5 m, avond, straatverlichting
5 m, avond, hulplicht goed
D
F
E
C
H
Identificeerbaarheid van daders
Identificeerbaarheid van daders
goed
AB
G
slecht
slecht
slecht
goed Herkenbaarheid situatie
E
D FG
AH B C
slecht
goed Herkenbaarheid situatie
Figuur 8-11: Rangschikking van uitkomsten van de camera’s We zien dat enkele camera‟s in een bepaalde situatie „onder de maat presteren‟, en een ondergrens van wat verwacht mag worden, bereiken. De oorzaak kan liggen in een slechte combinatie van lens/camera of een andere oorzaak.
We zien dat in de avondsituaties met hulplicht van de ambulance, de camera‟s die zeer lichtgevoelig zijn, er uit springen. (zie de opmerking vooraf). Maar andere camera‟s die overdag goed zijn, presteren vanwege de geringe lichtgevoeligheid slecht. In avondsituaties wordt de „sluitertijd‟ verlengd, tot soms 1/15 sec – het resultaat is dat de beelden niet altijd beweging kunnen weergeven. Dat was verwacht.
We zien dat de opnamen op grotere afstand minder goed worden beoordeeld. Dat was verwacht.
De gebruikte lenzen verschillen per camera. We constateren dat de camera‟s met lenzen van 75-graad beter presteren. De lenzen van 90graad komen automatisch iets slechter over. Om rondom (360 graden) de ambulance opnamen te kunnen maken zijn bij het gebruik van 75graden camera‟s, meer camera‟s nodig.
De beelden zijn beoordeeld aan de hand van een foto van het materiaal, maar ook aan de hand van weergave met de door de leverancier meegeleverde viewers. We constateren dat de afspeelmogelijkheden (bijvoorbeeld het digitaal uitvergroten) het oordeel over de kwaliteit sterk beïnvloeden.
De presentatie in een cijfer kan een overdreven zwart/wit indruk geven van de weergavekwaliteiten. We constateren dat de weergave van het oordeel redelijk overeen komt tussen de professionals.
4.5 Samenvoeging van de uitkomsten Gebruik wegingsfactoren: om een uniforme schaal van kwaliteit te krijgen
Avond/nacht is belangrijker dan overdag. Motivatie: de agressie speelt veelal in de avonduren, en de beelden overdag zijn wel goed.
11
De meeste incidenten spelen in een kring om de ambulance van niet meer dan 5-8 meter; de resultaten van de 12 m scène zijn in de consolidatie weggelaten. De resultaten van de opnamen op 8 meter zijn zwaarder gewogen. Motivatie: de kwaliteit van beelden op kortere afstand is over het algemeen wel goed.
De kwaliteit is aangegeven door te scoren op een as Herkenbaarheid/Weergave (van een actie) en een as Identificeerbaarheid (van een actor). Het beoogde resultaat van de consolidatie is om een cameratype te voorschijn te laten komen, die overdag in allerlei omstandigheden maar vooral in de avond ook nog goede resultaten weet te boeken. Bij het samenvoegen van de resultaten om een rangorde van „best geschikt‟ te maken zijn de verschillen wat „uitvergroot‟. De clustering van uitkomsten met de weging toont het volgende beeld:
Samenvoeging 5m, 8m, dag, nacht A
Identificeerbaarheid van daders
goed
H
C F G
slecht
E B D
slecht
goed Herkenbaarheid situatie
Figuur 12: Samenvoeging van resultaat rangschikking We zien dat de camera‟s A en H een overall goede waardering hebben, op het gebied van herkenbaarheid (overzicht) en identificeerbaarheid, in dag, avond en nachtsituaties. De camera‟s A en H zijn van een vergelijkbaar type (digitaal, 1,32 MP). Camera E is qua cameratype vergelijkbaar, maar is zwart/wit. Het is een goede overall performer, en goed in de avondsituatie.
4.6 De contouren van een bruikbaar camerasysteem Op basis van de gemiddelde waarderingen op de aspecten herkenbaarheid situatie, identificeerbaarheid van individuele daders, van het sfeerbeeld en de kwaliteitsindruk, is een beeld ontstaan van het camerasysteem dat een goed uitgangspunt is voor de Pilot:
12
Een digitaal systeem, dat zowel digitale afzonderlijke foto‟s kan opslaan als een videobeeld kan opslaan in een hoge resolutie;
Een grote sensorresolutie (pixels) waarbij we opmerken dat de 1,3 en 2 MPixel camera‟s het beste scoren;
Een praktisch zo groot mogelijke beeldhoek (lens), ook in verband met het aantal camera‟s;
Een zo groot mogelijke lichtsterkte en goede kwaliteit (lens).
13
5 Specificaties De contouren van een goed overall beeld leiden tot de volgende specificaties. Deze zijn overgenomen in een separate excelsheet die gebruikt kan worden in de offerteprocedure voor de Pilot. Technische eisen aan camera’s voor ambulances
5.1
5.1.1 Camera Sensor :
Tussen 1,3 en 2 megapixels met een zo groot mogelijk sensoroppervlak in verband met lichtgevoeligheid. De camera moet werken bij verlichting op het niveau van de openbare verlichting conform NPR 13201-1 Weergave kleur bij voldoende licht, eventueel overgaand op zwart/wit in situaties met weinig licht. o Een weergave met alleen zwart wit is mogelijk, bijvoorbeeld als dit kostenvoordelen betekent. De camera kan werken met hulpverlichting, zoals de ambulance die heeft en die aan kan gaan (conform procedure) als er buiten in het donker zorg wordt verleend. Lenskeuze:
Vaste brandpunt lens (de grootsmogelijke hoek: een zoom lens is niet nodig); draaibaar en richtbaar binnen de behuizing. De lens heeft een vast ingesteld brandpunt en wordt niet bediend. 75 Graad tot 90 graad „beeldhoek‟ of groter in sommige opstellingen. Een vaste opstelling op de ambulance zal dus gepaard gaan met richten of uitlijning.
Instellingsmogelijkheden camera:
Automatische witbalans, belichtingsniveau, contrast, tegenlichtcompensatie, en als optie autofocus/scherpstelling. Keuze compressietechniek. Richten van cameralens om de juiste beeldhoek (richting) te krijgen.
Behuizing: Slagvast en vandaalproef: weerstand tegen een mokerslag. [Al gaat de ambulance dan kapot]. Behuizing moet diefstalbestendig bevestigd worden. De camera mag niet gevoelig zijn voor temperatuurschommelingen en trillingen (schokbestendig). Behuizing: IP66-kwalificatie weerbestendig met een stevige, stof- en waterdichte opbouw; slagvaste behuizing (vandaalbestendig). Spat en
14
regenwaterdicht vanuit alle hoeken, en met grote snelheid (120 km/uur). Bestand tegen vorst (-20 graad) en hitte (+55 graad) en snelle temperatuurswisselingen. Indien slechts IP65 [conform uitgevoerde certificeringtesten] wordt geboden, dan met garanties van de fabrikant om de kwaliteit te benaderen. De temperatuureffecten van rijden (zoals in de winter) mogen geen invloed hebben op de werking van de camera (voorbeeld: condens van damp op de dome, de lens of de sensor).
Open standaarden:
De beelden zijn ook zonder proprietary viewers en apparatuur te gebruiken.
De camera is via een open standaard (vb ONVIF) te bedienen met universele commando‟s (bijv. vanuit de meldkamer).
5.1.2
Opnamemogelijkheden: Losse beelden (JPEG) in 2-4 beeld/sec in de maximale resolutie, Videoweergave: in een resolutie van 4 CIF. MPEG-4. Video opname met „Progressive scan technology‟ om bewegingen goed weer te geven. Versturen van verschillende beeldformaten voor uitkijken of voor opslag tegelijk; gelijktijdige video streams in H.264 compressie of streams in MPEG-4. Instelbare frame rate en bandbreedte bij gebruik van VBR/CBR voor MPEG-4 (draadloze verbinding met de meldkamer); ook vanaf de centrale eenheid in de ambulance en van afstand. Beeldopnamen met watermerk (tijdstempel, camera-identificatie) die in de keten kan worden gebruikt om de authenticiteit van beelden aan te tonen. Opslagcapaciteit: De harde schijf capaciteit (totale opslag) is minstens geschikt voor opnamen tijdens een dienst van 9 uur, alvorens de oudste beeldopnamen overschreven worden. De capaciteit is dus afhankelijk van een aantal factoren: o Beeldresolutie; compressiefactor; aantal camera‟s; combinatie beeld plus video. o 2-4 beelden per seconde in JPEG formaat worden tijdelijk opslag op harde schijf van de high density beelden (frames) en video streams; per camera – parallel opgenomen. o Plus video in highres in beeldformaat als MPEG/4 stream (704x576 lijnen = 4 CIF) voor alle camera‟s parallel met compressie: beeldgrootte afhankelijk van oplossend vermogen en kwaliteit en compressiefactor.
15
5.1.3 Standaarden Er moeten voorzieningen zijn voor een gemakkelijke software integratie:
Application Programming Interface - Open API en een SDK voor het kunnen configureren van de camera software.
IP: Netwerk Security Password protection, IP address filtering, HTTPS encryptie.
Transport protocolen: IPv4/v6, HTTP, HTTPS, FTP, SMTP, UDP, DiffServ QoS Layer 3
Fouten en alarmen: SNMPv1/v2c/v3 (MIB-II)
Adressering: DNS, DynDNS, TCP, DHCP
Kwaliteit, certificaten en garanties:
5.2
Voldoen aan een Automotive omgeving (CE). EN 50155: vibratie en mechanische schok ISO 16750-3: vibratie Gegarandeerde levensduur 30.000 bedrijfsuren voor camera‟s/videoapparatuur. Opslageenheid: Gegarandeerde levensduur 30.000 bedrijfsuren recorder (5 jaar 6.000 uur in bedrijf) en 20.000 bedrijfsuren informatiedrager (uitgangspunt: verwisselbare harddisk). Werking gegarandeerd tussen –20 en +75 Celsius. Opzet van de installatie van apparatuur in de ambulances
Deze paragraaf is een recapitulatie van de Handleiding voor de Camera’s op Ambulances van december 2008.
De Black Box is de centrale eenheid in de ambulance die afhankelijk van de leverancier, meerdere functies kan vervullen. Het fungeert als multiplexer (meerdere camera‟s worden aangesloten) en de camera‟s worden bediend (de instellingen zoals het aantal beelden en de resolutie, en de soort video beelden). De camera‟s worden op de black box eenheid aangesloten, via een ethernet kabel, met stroomvoorziening naar de camera rechtstreeks (aparte voedingskabel) of via de ethernetverbinding (power over ethernet optie).
16
2x uit video
Op/inbouw
4-6 x in camera Digitale schakelaar
De black box
modem beeldbediening monitor
recorder aan/uit melding
Naar de Meldkamer In de Ambulance
Statusmelding
2x Ethernet recorder
WLAN 12-24 V
WLAN
Opslag Archief
VMS - Content Management Systeem
Kantoor
Figuur 13: de Black Box van de aansluitingen in de ambulance
De centrale apparatuur in de ambulance zorgt ervoor dat:
de camerabeelden opgeslagen worden op een ingebouwde recorder of op een externe recorder; hierbij zijn verschillende formats beschikbaar. de camerabeelden beschikbaar zijn voor meekijken in de meldkamer wanneer er een draadloos modem is (UMTS/GPRS bijvoorbeeld) met tweeweg verkeer. de camerabeelden lokaal in de ambulance zichtbaar zijn (monitor) Dit is een optie. Dat er een statusmelding is (in werking, foutmelding, lampje of knipperled bijvoorbeeld) De opgeslagen camerabeelden geselecteerd kunnen worden voor overnemen naar de kantooromgeving. Verbinding voor het overnemen van beelden. Wissen van opnamen die ouder zijn dan 24 uur. (optioneel)
De apparatuur in de ambulance heeft een aansluiting voor :
WLANmodem (draadloos Ethernet) en ethernet poort. Doel: overnemen beelden, configureren op afstand. 54 Mb/sec; met standaard verbinding security conform de standaard IEEE 802.11(g). Aansluiting met Ethernet of soms een USB poort. Mobiele Router (bij meldkamer integratie) conform de standaard van de regio met de standaard GPRS encryptie en zo mogelijk VPN.
17
In werking stellen:
Afhankelijk van de voorkeuren van de ambulanceregio. o
Aanzetten automatisch als de ambulance gaat rijden en tot een bepaalde tijd na het stoppen; of
o
Aanzetten door de chauffeur; of
o
Gekoppeld aan het stoppen (met bijvoorbeeld uitzetten motor bij aankomst) van het voertuig
o
Opgave vanaf een afstand, zoals de meldkamer; cq dat de meldkamer de opname kan blokkeren van afstand. Dit naar inzicht van de soort rit.
Installatie voorschriften:
Conform richtlijnen ambulances en aanwezige stroomvoorzieningen zoals de ambulancedienst deze heeft opgesteld. Gebruik van 802.3af Power over Ethernet is mogelijk. Ethernet 10/100, voor lokale integratie naar centrale eenheid. RJ-45 Ethernet connector of andere connector die past bij de centrale eenheid.
De camera beveiliging:
Als de camera een eigen IP-interface heeft dan moet deze password beveiligd zijn. Er is beveiligde toegang (passwords - User and Administrator password ) tot de camera.
5.3 Opbouw op de ambulance De camera‟s worden op een vaste plaats gemonteerd, zodanig dat er een bereik ontstaat van tussen de 300 en 360 graden beeldopname (voor, achter, rechts, links van de wagen) naar het inzicht van de ambulancedienst en de vereiste registraties. Dat kan worden bereikt door naar verwachting 5-6 camera‟s. Indien camera‟s met een grotere beeldhoek worden gebruikt, dan zijn er minder nodig; bij megapixelcamera‟s zijn er dan toch goede resultaten te behalen. Door er van uit te gaan dat de handelingen niet echt overal gebeuren, maar voornamelijk opzij en achter de ambulance in een straal van meestal 5-8 meter, is een keuze te maken voor scenario van inbouw, afhankelijk van de leverancierskeuze. Aangezien het bekend is dat een hogedruk schoonmaak elke afdichtingring of vaste verbinding kan doordringen, zal er een voorschrift moeten zijn voor schoonmaak.
Voorbeelden van plaatsing zijn:
18
C
75-90 graad
C
75-90 graad
C
75-90 graad C
75-90 graad
Ambulance C
C
Ambulance
C
C
C
C
75-90 graad
180,0°
90-120 graad
180,0°
vb 1
vb 2
De voorbeelden geven een plaatsing weer van camera‟s met een lens met een relatieve beeldhoek van 75-90 graad. Op het dashboard of bij de voorruit kan een lens met een wat bredere beeldhoek gekozen worden. Additioneel is aangegeven hoe een toevoeging met breedbeeld camera‟s (lens 180 graad) kan. In voorbeeld 2 zien we het aantal camera‟s gelijk is maar door inzet van een groothoekcamera wordt een betere dekking van de (directe) omgeving bereikt - maar dan wordt daar de afstand voor identificatie kleiner (8 meter overdag net haalbaar) en wordt de avondkwaliteit ook minder. Ook kan een camera type E (een zw/w camera type megapixel) effectief worden geplaatst aan de achterkant als een van de twee camera‟s op de hoeken om bijvoorbeeld goede avondbeelden te krijgen.
5.4 Kantoorsoftware De software in de kantooromgeving bevat bedieningssoftware (Video Management of Content Management Software) om beelden over te nemen en te selecteren bij een aangifte. De software heeft onder andere de mogelijkheden voor:
Selectie van beelden in de ambulance (op tijd). De centrale kantoorapplicatie moet een beschermde en geautoriseerde verbinding (via WLAN of een IP kabel ) met een ambulance kunnen maken. Overnemen van de beelden. Opgeven password(s) om de data te benaderen. Software met een viewer om de beelden te bekijken, beeld voor beeld te bekijken en om op de beelden in te zoomen (digitaal vergroten). De beelden kunnen als „foto‟ gekopieerd worden voor opname in een aangifte. De beelden kunnen worden ingekeken voor opname in het PV. Archiveren van beelden die i n behandeling zijn Verwijderen van beelden uit de opslag in de ambulance (na de wettelijke periode van 24 uur to 7 dagen afhankelijk van de afstemming)
19
Verwijderen van beelden in het kantoor archief (na de wettelijke periode van 1 jaar)
5.5 Meldkamerintegratie (optie) Het is een optie voor een ambulanceregio om een integratie naar de meldkamer te verzorgen. Integratie betekent:
de camerabeelden die beschikbaar zijn voor meekijken in de meldkamer worden via het draadloos modem (UMTS/GPRS bijvoorbeeld) doorgegeven voor meekijken in de meldkamer Het modem ondersteunt tweeweg-verkeer. De meldkamer kan een selectie van camerabeelden en van delen van beelden verzoeken (digitale PTZ) of een overzicht (de quad van de cameramultiplexer) van vier beelden tegelijk op een lage resolutie per beeld. Dit betekent dat de Meldkamer beschikt over een gestandaardiseerde interface voor het bedienen op afstand van de camera‟s en opnameapparatuur. In de Meldkamer geldt het regime van de uitkijkcentrale of andere organisatie; hieraan worden in dit document geen specifieke eisen gesteld. De manier van vrijgeven van beelden voor uitkijken wordt door de Ambulancedienst en de Meldkamer bepaald.
De meldkamer zorgt zelf voor integratie in de eigen omgeving en zorgt ook voor de juiste viewers om de beelden uit te kijken of op afstand te selecteren. De organisatie van de meldkamer (GHOR/witte domein of Veiligheidsregio) zorgt zelf voor de eigen integratie, zoals: a
Voorzieningen van een inbelpunt op het mobiele datanet.
b
Aansluiting op en in de eigen meldkamer omgeving
c
Security domein integratie
c
Een modem in de ambulances
Deze onderdelen zijn geen deel van het budget van de Pilot. Aanbevolen wordt om bij toepassing van de optie van meldkamerintegratie, de meldkamer bij de keuze van het camerasysteem te betrekken, om de compatibiliteit van de beide viewers te borgen.
20
6 Bijlagen 6.1 Excelsheet specificaties In een separate bijlage is een Excel sheet opgenomen, bedoeld om in de aanvraag voor de offerte op te nemen.
6.2 Overzicht camerabeelden In een separate bijlage is een weergave opgenomen van foto‟s in lage resolutie van de camerabeelden. Deze laten een resultaat zien van de opnamekwaliteit van de camera en de beeldhoek. (NB bij de beoordeling is beter materiaal gebruikt)
21
Over Capgemini en de Collaborative Business Experience Capgemini levert aantoonbaar toegevoegde waarde aan de prestaties van zijn klanten in een groot aantal branches. Dit gebeurt met een compleet en innovatief aanbod van consulting-, technology- en outsourcingdiensten. Daarbij werkt de onderneming op een onderscheidende manier samen met haar klanten aan het behalen van snellere, betere en meer duurzame resultaten: de Collaborative Business Experience. Deze innovatieve samenwerking krijgt vorm door een hecht netwerk van technologiepartners, bewezen methoden en hulpmiddelen en een sterk op samenwerking gerichte mentaliteit in de dagelijkse praktijk. Hiermee helpt Capgemini organisaties om nieuwe groeistrategieën te ontwikkelen en de mogelijkheden van technologie optimaal te benutten.
Capgemini heeft wereldwijd ongeveer 85.000 medewerkers in dienst. De organisatie realiseerde in 2008 een omzet van 8 miljard euro.
Het hoofdkantoor van Capgemini Group is gevestigd in Parijs.
www.nl.capgemini.com
22