Wijzer Uitgave van Rabobank Private Banking
Bezit & Betekenis
‘Je moet vrijheid voor jezelf creëren' – Carine Crutzen, actrice
Samenleving
Persoonlijk
Navid Nuur 23
Deze conceptuele kunstenaar kijkt naar wat zijn materiaal aankan en hoe hij dat kan omvormen. Dat kan leiden tot schilderen met vitamine D.
Bezit & betekenis 34 Traditie uit Tilburg 46 Achterblijvers 8
Chocolonely 14
'Al met al zijn we ruim anderhalf jaar druk geweest met het uitpluizen van mijn vaders financiën.'
Henk Jan Beltman: 'We willen de garantie van leveranciers dat kinderen naar school gaan.’
Bankieren doe je samen Impact Investing Interview met Rien Nagel 2
Gijs Hoefnagels is de vierde generatie in een Tilburgs bedrijf: 'Mijn overgrootvader zal wel uit een lange lijn van hoefsmeden komen; ongetwijfeld komt daar onze achternaam vandaan.'
12 18 20
Kennis
Startups 62
Wie wil er investeren in morgen?
Niet steeds hetzelfde 72 Carine Crutzen, actrice: 'Ik was een slim, verstandig meisje dat goed kon leren op het gymnasium en waarvan haar vader hoopte dat zij wél zou gaan studeren.'
Om onnodige risico's te voorkomen, is spreiding bij beleggen essentieel.
Familiebedrijf 50
Een staalbedrijf overdragen middenin een financiële crisis. Harry van Opdorp kreeg het voor elkaar, zijn zoon durfde het aan. Twee mannen van staal aan het woord.
Column Mildred Hofkes Voor een ander Topsporters doen iets terug Wij … Zijn vertrokken Financieel DNA Sheila de Vries Keerpunt Hollandse helden Wijzer · Rabobank Private Banking
26 28 40 56 39, 49, 59, 77
Goud opduiken 78 Sinds 1799 wordt er bij Terschelling gezocht naar de lading van het fregat de Lutine. Column Daan Dohmen 60 Door de ogen van Drie financieel deskundigen 66 Rendement Pensioen verandert in 2015 74 Wat maakt u rijk? Maartje Paumen 82
3
Samenleving
V
Aandeel in elkaar, voor de lange termijn
oor u ligt de wintereditie van Wijzer, met als ‘rode draad’ Hollandse helden. We besteden onder andere aandacht aan jonge helden en hun start-ups. Ook leest u over sporthelden die iets terugdoen voor de samenleving en staan er reportages over kunstenaars en ondernemers in dit nummer. Allemaal mensen die gedreven zijn om alles uit hun talent te halen. Meer aardse zaken als impact investing en waar je voor komt te staan als een dierbare onverwacht overlijdt, komen eveneens aan bod. Als Rabobank hebben wij de laatste tijd hard gewerkt aan de integratie van Schretlen & Co. Deze bank maakt weliswaar sinds 1965 deel uit van de Rabobank, maar nu bundelen we voorgoed onze krachten. Dat betekent voor sommigen van u dat u een overgang gemaakt heeft naar een lokale Rabobank: in uw eigen woonplaats of, als u dat prettiger vindt, in een andere plaats. Een voordeel is de mogelijkheid om gebruik te maken van het hele palet aan dienstverlening, zoals mobiel bankieren. Het is nu ook niet meer nodig om over te stappen als u gebruik
4
Voorwoord
Ron Droste directeur Particulieren en Private Banking Rabobank Nederland
wilt maken van de vermogensbeheerdiensten van Schretlen. Mijn speerpunt voor de komende periode is om u deze krachtenbundeling echt te laten ervaren. Speciale aandacht gaat daarbij uit naar ondernemers. Door onze kennis van zowel de zakelijke als de privékant van uw
financiën, komen we tot de best passende oplossingen voor u als persoon. Die oplossingen bieden we steeds meer aan in een mix van persoonlijk contact en virtuele dienstverlening. We signaleren veel enthousiasme voor de mobiele toepassingen zoals de Rabo Beleggen App. Op pagina 72 leest u hier meer over, ook gaan we op die plaats in op het belang van spreiding bij beleggen. Ook onze klanten die letterlijk niet om de hoek zitten, waarderen de virtuele mogelijkheden. Op pagina 40 vertellen zij hoe bankieren bij de Rabobank werkt vanuit Costa Rica of ZuidAfrika. Dit laat zien dat, ook als uw bedrijf of pensioen u buiten Nederland brengt, wij veel voor u kunnen betekenen. Als het aan ons ligt, gaan we voor een langetermijnrelatie. Onze nieuwe slogan is dan ook ‘Aandeel in elkaar’. Een complex vermogensvraagstuk, een bedrijfsovername of uw persoonlijke nalatenschap: zakelijk en privé hebben effect op elkaar en zijn niet los te zien. Bij uitstek werkterrein voor een private banker. We helpen u graag verder.
Samenleving Het katern over maatschappelijke, relevante – en verrassende – ontwikkelingen
Wijzer · Rabobank Private Banking
5
De selectie van
Ron Droste
Hout is mooier Boek
E
en polyester jacht is vooral praktisch en vraagt weinig onderhoud. Maar het liefst zou ik als zeiler met een houten platbodem willen varen. In Het vlakke land en het zeil brengt Jan Kooijman een ode aan het ambacht van het varen met platbodemjachten: een kenmerkend element in het Hollandse waterlandschap. Als liefhebber en bewonderaar van de schepen uit de bruine vloot spreekt dat me erg aan. Het vlakke land en het zeil, Jan Kooijman, Hollandia Zeeboeken
Overal Bach Website
Ron Droste is directeur Particulieren en Private Banking bij Rabobank Nederland. Daarvoor was hij directievoorzitter bij Rabobank Den Haag. Droste maakt ook deel uit van de commissie Consumentenzaken van de Nederlandse Vereniging van Banken.
6
D
e Nederlandse Bachvereniging gaat onder de titel All of Bach de komende tien jaar alle werken van Bach uitvoeren en met extra informatie online toegankelijk maken. Als de tijd u ontbreekt een uitvoering te bezoeken, is de website allofbach.com een goed alternatief. Zo kunt u op elk moment kennismaken met heel mooie uitvoeringen. Ook sluit dit initiatief aan bij hoe we als Rabobank cultuur toegankelijk willen maken voor iedereen. Kijk tijdens de kerstdagen eens op de site hoe bijzonder dit project is. www.allofbach.com
Toptalenten Evenement
I
k vind het leuk als er aan sponsoring een extra dimensie wordt toegevoegd. Bij Jumping Amsterdam is dat het stimuleren van jong talent door de verkiezing van het Talent van het Jaar uit het Rabo Talententeam. Het Rabo Talentenplan is het talentenopleidingsprogramma van de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie (KNHS). Het samenbrengen van toppers en talentvolle ruiters is een van de belangrijkste principes. De talenten in dit team krijgen persoonlijke begeleiding, dat kan mentaal of fysiek zijn, maar ook financieel, met als doel hen de stap te laten zetten naar de top. Van 29 januari tot en met 2 februari 2015 is Jumping Amsterdam in de RAI. www.jumpingamsterdam.nl
Tapas in Madrid Stad
W
at een buitenleven in Madrid! Iedereen zit tot ’s avonds laat buiten op een van de ontelbare terrasjes, op mooie avonden kan dat oplopen tot soms wel 400.000 mensen. Tapas eten is hier altijd een goede tijdsbesteding, maar ik zou ook het Reina Sofiamuseum niet vergeten. Met een vaste collectie die de periode van 1900 tot 1980 beslaat, is hier moderne kunst te zien uit vele periodes zoals het dadaïsme, kubisme en de popart. Er hangt werk van kunstenaars als Oskar Schlemmer, Salvador Dalí, Juan Gris en José Luis Alexanco. www.museoreinasofia.es
Dominante muzieksmaak Muziek
M
ijn zoons van 12 en 14 jaar bepalen momenteel wat er aan muziek te horen is in huis. Van oorsprong ben ik blijven hangen in de jaren tachtig en negentig qua muzieksmaak, maar nu ben ik helemaal overgestapt. Door Spotify te combineren met Sonos (een systeem van draadloze hifi-speakers en audiocomponenten) kun Wijzer · Rabobank Private Banking
je alles met de iPad bedienen. Heel makkelijk, vooral voor thuis. We luisteren vaak de top 100-tracks en zo heb ik onder andere zangeres Lilly Wood en het album Angel in blue jeans van de band Train ontdekt. www.spotify.com
7
Nabestaanden vaak onwetend
Kon ik het nog maar vragen Een sterfgeval is niet alleen verdrietig maar brengt ook allerlei praktische zaken met zich mee. Zeker als er bij de nabestaanden veel vragen onbeantwoord blijven.
D
at kort na een overlijden de emotie meestal overheerst, is een complicerende factor. En dat de belangen van de nabestaanden niet altijd parallel lopen, maakt het extra ingewikkeld. Als vuistregel geldt dan ook: als je niet wilt dat er na je overlijden onenigheid onder de nabestaanden ontstaat, zet de belangrijkste zaken dan bij leven op papier. Over wat is vastgelegd kan immers in principe geen misverstand meer bestaan. Dat is althans de theorie; de praktijk is dikwijls weerbarstiger. Als een overlijden onverwacht komt, kunnen de nabestaanden bij het ontbreken van een testament niet meer aan vader of moeder vragen wat hun laatste wensen zijn. Dan zullen de nabestaanden er onderling uit moeten komen. Onbetaalde rekeningen Dat ondervond Evelien van Zuilen (37, niet haar echte naam). In 2011 overleed plotseling haar vader, op zestigjarige leeftijd. ‘Allereerst was er 8
natuurlijk de enorme schok van zijn overlijden’, zegt Van Zuilen. ‘Daarna kwam het besef dat er allerlei administratieve zaken geregeld moesten worden.’ Ze ontdekte dat haar vaders administratie weinig transparant was. ‘Via zijn bankafschriften kregen mijn broer en ik weliswaar een idee van zijn financiële situatie, maar dat was niet het hele verhaal. Er waren onbetaalde rekeningen, en meerdere mensen beweerden dat ze nog geld tegoed hadden. Al met al zijn we ruim anderhalf jaar druk geweest met het uitpluizen van mijn vaders financiën. Een moeilijke periode waarin je voortdurend wordt geconfronteerd met het feit dat je vader er niet meer is.’ Ingewikkeld is het ook als door een sterfgeval de leiding van een familiebedrijf wegvalt. Dan kan het gebeuren dat de nabestaanden ineens alle ogen op zich gericht weten. Er moeten immers salarissen worden betaald en er zijn allerlei verplichtingen jegens leveranciers en afnemers. Uit een oogpunt van continuïteit verdient het daarom
aanbeveling om iets van een calamiteitenregeling te hebben. ‘Iedere ondernemer zou een draaiboek voor overlijden moeten hebben’, zegt Jan van het Hof, senior vermogensstructureerder. ‘Zeker in situaties waarin bijvoorbeeld een directeur-grootaandeelhouder (dga) een grote invloed uitoefent op de dagelijkse operatie is dat het geval. Als een dga plotseling wegvalt, blijkt in de praktijk vaak dat over de opvolging niet of nauwelijks is nagedacht.’
‘We komen er wel uit’ Een bijgewerkt testament lijkt het aangewezen middel om problemen te voorkomen. Dat is echter geen garantie voor een vlekkeloze afwikkeling van de nalatenschap, is de ervaring van Jan van het Hof. ‘Mijn erfgenamen komen er samen wel uit, denken mensen vaak. Meestal is dat een wat te rooskleurige voorstelling van zaken. Over tal van zaken kan onenigheid ontstaan. Situaties waarin kinderen geld van hun ouders hebben
Wijzer · Rabobank Private Banking
‘Iedere ondernemer zou een draaiboek voor overlijden moeten hebben’ 9
Wat doet de private banker? Met Vermogenszorg biedt de Rabobank aan klanten inzicht in de financiële gevolgen van een onverhoopt overlijden, op basis van de persoonlijke wensen en doelstellingen van de klant. De private banker legt verder de gewenste rol bij de voorbereiding van de nalatenschap en na overlijden vast. Een onderdeel van de Rabobank Groep kan ook als adviseur of executeur en ook als bewindvoerder optreden. Voor nabestaanden kan de bank niet alleen voor de afwikkeling van een nalatenschap in financiële en administratieve zin zorgen, maar ook als vraagbaak dienen. Daarvoor zijn draaiboeken en checklists beschikbaar.
‘Mijn erfgenamen komen er samen wel uit, denken mensen vaak’ geleend bijvoorbeeld. Is dat wel goed gedocumenteerd? En hoeveel moet er nog worden terugbetaald?’ Onenigheid over de verdeling van de inboedel komt eveneens vaak voor. Zoals nabestaanden die goederen claimen op basis van een vermeende toezegging van de overleden ouders. Als ouders dat hadden gewild, dan hadden ze dat beter kunnen vastleggen. Wat dat betreft volstaat een handgeschreven briefje met vermelding datum dat voorzien is van een handtekening, een codicil. Maar wat als het codicil niet te vinden is? In één moeite door doen ouders er volgens Van het Hof verstandig aan tal van praktische zaken op schrift te stellen. Denk aan een overzicht van bankrekeningen, verzekeringen en andere financiële overeenkomsten, maar bijvoorbeeld ook de geheime plek waar eventueel contant geld of sieraden worden bewaard. Nogmaals: komt een overlijden plotseling, dan 10
kunnen de nabestaanden het niet meer vragen, zoals Evelien van Zuilen meemaakte. Ze zegt: ‘Mijn vader heeft jarenlang in Canada gewoond en is daar ook een periode getrouwd geweest. Ik had hem wel willen vragen of daar nog financiële consequenties aan verbonden waren. Zelf konden we daar namelijk nauwelijks een beeld van krijgen.’
Verkapte schenking Bij de afwikkeling van de nalatenschap is het goed om een regisseur te hebben: de executeur. Verstandig is ook om te bepalen wie verder een rol moeten spelen, adviseert Van het Hof. ‘Als er een familiebedrijf in het spel is, kan dat een accountant zijn. Als er veel antiek in de nalatenschap zit, is de betrokkenheid van een gespecialiseerde antiquair geen overbodige luxe.’ Niet zo heel bekend is dat na een overlijden een laatste aangifte in-
komstenbelasting voor de overledene ingediend moet worden. Een overlijden is voor de Belastingdienst volgens Van het Hof zoiets als een finale afrekening; een moment om nog eens in het verleden te duiken. ‘Dan kan het bijvoorbeeld zomaar gebeuren dat de belastinginspecteur een afspraak tussen ouders en kinderen over het vruchtgebruik van een woning ineens als verkapte schenking aanmerkt, waarna alsnog een aanslag volgt’, legt Van het Hof uit. ‘Daartegen is natuurlijk bezwaar en beroep mogelijk, maar dat is vaak een lang en moeizaam traject. Soms is het beter om in overleg met een belastingadviseur in alle openheid het gesprek met de fiscus aan te gaan als er onzekerheid is over bepaalde constructies uit het verleden. Dan is de fiscus een stuk coulanter dan wanneer rammelende constructies opzettelijk worden verzwegen.’
Nabestaanden
Checklist Rondom overlijden l
l
l
l
l l
Aangifte doen van overlijden voor afgifte akte van overlijden en uittreksel overlijdensregister. Wens lichaam beschikbaar voor wetenschap uitvoeren.
Uitvaart regelen, is er een (wens voor een) familiegraf en zijn er overige wensen (in codicil)? Uitkering begrafenisverzekeringen regelen. Toegang en beveiliging huis regelen. Verzorging huisdieren organiseren en bederfelijke waar opslaan.
Start afwikkeling nalatenschap l
l
l
l
l
l
l
l l
l
Nagaan of erflater testament heeft opgesteld (via notaris of Centraal boedelregister). Openen testament en informeren erfgenamen over bepalingen. Regelen bevoegdheid executeur/ boedelgevolmachtigde voor afwikkeling nalatenschap. In beeld brengen gevolgen huwelijkse voorwaarden en verdeling gemeenschap van goederen.
l
l
Bij onterving doornemen gevolgen eventuele aanspraak legitieme portie voor erfgenamen.
l l
Gezag minderjarige kinderen regelen. l
Administratieve afwikkeling en beheer nalatenschap l
l
l
l l
l
l l
l
l
Betalen van nota uitvaart en openstaande schulden erflater.
Informeren instanties over overlijden in verband met postverzending/opzeggen overeenkomsten.
l
l
Koninklijke onderscheiding terug sturen. Wijzigen bankrekeningen en volmachten laten vervallen.
Automatische incasso’s controleren en eventueel wijzigen.
l
l
Safeloket openen en inventariseren. Benoemen nieuwe bestuurder van BV of NV en inschrijven in handelsregister.
l
Tijdelijke bewoning regelen vooruitlopend op verkoop woning.
l
Inventariseren nabestaandenuitkering en verzekeringen.
l
l
Inventariseren inboedel.
Laten informeren over gevolgen aanvaarding of verwerping nalatenschap.
l
Taxeren inboedel.
Eventueel vervangen sloten en beveiligen woning.
l
Schenkingen inventariseren.
l
Opstellen boedelbeschrijving.
l
Eventueel codicil uitvoeren.
l
Afgeven gelegateerde goederen, rekening houdend met eventuele erfbelasting en kosten.
l
Opslaan inboedel ter voorkoming diefstal en/of in verband met einde bewoning kamer verpleeghuis.
l
l
Aanwijzen boedelnotaris. Afstemmen werkzaamheden notaris en fiscalist. Afspreken communicatie afwikkelen nalatenschap.
Wijzer · Rabobank Private Banking
l
l
In beeld brengen vorderingen/schulden kinderen.
Selecteren veilinghuis en afspraken maken met veilinghuis over te veilen goederen. Selecteren makelaar en afspraken maken voor verkoop woning.
Financiële afwikkeling l
Controleren verzekering huis, inboedel en overige bezittingen.
Overschrijven tenaamstelling auto.
l
l
Eenmalige uitkering werkgever opvragen. Controleren opgave partner en wezenpensioen bij pensioenfonds of verzekeraar. Inventariseren financiële doelen erfgenamen en afstemmen samenstelling beleggingen. Uitkering overlijdensrisicoverzekering beoordelen rekening houdend met eventuele verpanding. Keuzemogelijkheden uitvoering testament in beeld brengen. Aangifte inkomstenbelasting en erfbelasting regelen. Vorderingen op kinderen/derden en schulden aan kinderen/derden afwikkelen. Beoordelen hoeveel geld er beschikbaar moet komen voor betalen aanslagen belastingen, kosten afwikkelen nalatenschap en uitkeren legaten. Legaten uitkeren, met eventuele aantekening bewind. Eventueel uitkeren van voorschotten na instemming alle erfgenamen. Vastleggen verdeling nalatenschap in akte. Bewind te verkrijgen vermogen vastleggen.
Inventarisatie wensen erfgenamen over verdeling. Opstellen verdelingsprotocol inboedel en verdelen goederen.
Neem voor meer informatie contact op met uw private banker.
11
Vlnr: Barry Roffel (Rabobank), Ronald Ruijs (RVC) en Menno Stuker (Rembrandt F&O).
12
Bankieren doe je samen
‘Ze willen begrijpen wat ik precies doe’ Meer thuis zijn. Dat was de eenvoudige wens van ondernemer Ronald Ruijs. Met hulp van Rabo Vermogensmanagement en Rembrandt F&O werd een ‘droomexit’ uit zijn bedrijf mogelijk.
Z
o’n jaar of vier speelde Ronald Ruijs, oprichter van RVC, met de gedachte om zijn bedrijf te verkopen. RVC levert software voor de opslag en analyse van medisch beeldmateriaal en ontwikkelde zich in 23 jaar tot absolute marktleider. Bijna de helft van alle Nederlandse ziekenhuizen werkt met de applicaties. ‘De laatste tien jaar hebben we geen klant zien vertrekken’, vertelt Ronald. ‘Er kwamen alleen maar nieuwe bij. Een succes dus, met als keerzijde dat ik continu aan het werk was. ’s Avonds, in het weekend of op vakantie – de zaak ging altijd voor.’ Bij tijd en wijle polst Ronald daarom bedrijvenmakelaars over zijn verkoopmogelijkheden, tot zijn vrouw plotseling getroffen wordt door een ruggenmerginfarct. Terwijl zij revalideert, draait Ronald de was, brengt hun dochter naar school en runt zijn bedrijf. ‘Toen besefte ik: dit moet helemaal anders, ik wil écht meer thuis zijn. En ik wist meteen wie ik moest bellen.’ Impact op vermogen Ronalds verlangen naar een betere balans tussen werk en privé was
Wijzer · Rabobank Private Banking
inmiddels opgepikt door Barry Roffel, vermogensmanager bij Rabobank Utrechtse Heuvelrug. Voor relaties met grotere en complexe vermogens biedt Rabo Vermogensmanagement een persoonlijk team van specialisten. ‘Onze gesprekken gaan dieper dan de invulling van de effectenportefeuille’, vertelt Barry. ‘Nadat Ronald vertelde over zijn ambitie om RVC eventueel te verkopen, een jaar of wat geleden, maakten wij een analyse van de impact daarvan op zijn financiële positie. Daarnaast introduceerde ik hem bij Rembrandt Fusies & Overnames, de onafhankelijke Rabobankdochter die gespecialiseerd is in bedrijfsoverdracht in het mkb.’ Oprechte interesse Menno Stuker, senior manager bij Rembrandt F&O, was degene die Ronald die bewuste ochtend meteen belde, met de opdracht RVC definitief te verkopen. ‘Het grote verschil met andere banken en bedrijvenmakelaars,' legt Ronald zijn keuze voor Rembrandt F&O en Rabo Vermogensmanagement uit, ‘is dat zowel Menno als Barry allebei oprecht willen
begrijpen wie ik ben en wat ik doe. Dat schept vertrouwen. Die benadering past ook goed bij mijn bedrijf. De gezondheidszorg waarin RVC opereert, is een branche van de lange adem. Relaties opbouwen, waarmaken wat je belooft. Een snelle verkoop voor het meeste geld hoort daar niet thuis.’
Ontzorgen In de maanden daarna begeleidt Menno het volledige verkooptraject. Hij brengt RVC glashelder in kaart, vindt meerdere potentiële kopers en voert de onderhandelingen. Waar mogelijk trekt hij samen op met Barry. ‘Het is voor onze klanten heel prettig als onze teams over en weer vroegtijdig vervolgstappen kunnen voorbereiden’, zegt Menno. ‘Dat scheelt hen veel zorgen.’ Daar is Ronald het mee eens. De uiteindelijke verkoop van RVC, in maart van dit jaar, noemt hij een droomexit. ‘Het heeft alles wat ik wilde: rust in opvolging, een goede financiële deal en geleidelijke stappen terug. Ik ben nu technisch directeur, vier dagen in de week, zodat ik me volledig kan concentreren op de techniek én meer thuis ben.’
13
14
Portret
‘Chocolade proef je in je brein’
‘Een 100 procent slaafvrije chocoladewereld kunnen we niet alleen creëren. Maar we willen laten zien dat chocolade maken écht anders kan.’ Drie jaar geleden nam Henk Jan Beltman Tony’s Chocolonely over.
‘D
it jongetje is net iets ouder dan mijn dochter. Hij doet veel te zwaar werk op een cacaoplantage en gaat niet naar school. Zijn toekomst wordt afgekapt omdat wij goedkope chocolade willen eten.’ Henk Jan Beltman (40), Chief Chocolate Officer bij Tony’s Chocolonely, laat op zijn laptop een foto zien van een Ghanees jongetje dat met een kapmes cacaobonen lossnijdt. Zijn woorden klinken activistisch, maar Tony’s Chocolonely is geen organisatie die op de barricaden staat, benadrukt hij. ‘We zijn een commercieel succesvol bedrijf, volgens ons is dat de enige route naar verandering. De concurrentie neemt Tony’s serieus omdat we zo hard groeien. Pas als bedrijven zoals Nestlé en Mars de
Wijzer · Rabobank Private Banking
werkwijze van Tony’s volgen, verandert er echt iets in de wereld.’
Eigen risico Na een carrière bij Heineken en het naar Nederland halen van Innocent drinks, wilde Henk Jan Beltman in 2007 graag voor eigen risico en rekening leiding geven aan een onderneming in de food. Hij benaderde Tony’s, toen nog het bedrijf van televisiemaker Teun van de Keuken. ‘Wat bier is voor een vent, is chocolade voor een vrouw. Een product dat emotie oproept. Dat spreekt me aan.’ Maar het principiële, activistische Tony’s zat niet te wachten op de zakelijke Henk Jan. Pas in 2010 werden de gesprekken weer opgepakt, een jaar later nam Beltman Tony’s over.
‘We leerden elkaar beter kennen, er ontstond vertrouwen.’ Beltman zette direct in op de ontwikkeling van Tony’s als chocoladebedrijf en introduceerde nieuwe smaken: witte chocolade-framboos-knettersuiker en melkchocoladezeezout-karamel. ‘We gaan de komende tijd nog meer te gekke dingen doen: repen met dropsmaak bijvoorbeeld. The sky is the limit.’ Ongelijke stukken Het succes is eigenlijk simpel, meent Beltman. Tony’s chocolade proef je in je smaakpapillen én in je brein. ‘Een kekke verpakking, de in ongelijke stukken verdeelde reep, het zorgt ervoor dat mensen het verhaal achter Tony’s direct snappen en het omarmen.’
15
Crazy about chocolate, serious about people is de missie van Tony’s. De boeren waar Tony’s mee samenwerkt krijgen 25 procent meer betaald. Omgerekend is dat drie eurocent per reep. ‘Zó’n klein verschil met een enorme impact.’ 1 procent van de netto-omzet wordt afgedragen aan de Chocolonely Foundation, daar worden “in de keten” projecten van uitgevoerd. ‘We bouwen bijvoorbeeld scholen in de buurt zodat kinderen geen tien kilometer meer hoeven te lopen.’ Die 25 procent is geen gratis geld, benadrukt Beltman. ‘We zijn veeleisend en maken harde afspraken. Ga je met ons in zee, dan willen we de garantie dat kinderen naar school gaan en de cacao beter smaakt.’
Tony’s Chocolonely slaafvrije chocolade In 2002 ontdekte programmamaker Teun van de Keuken dat 550.000 mensen illegaal werken in de cacaosector. Hij berekende dat 3 tot 5 procent van elke chocoladereep illegaal tot stand is gekomen. Van de Keuken klopte aan bij de grote chocoladeproducten maar vond geen gehoor en gaf zichzelf aan als chocoladecrimineel. Hij besloot zelf chocolade te gaan produceren en startte in 2005 Tony’s Chocolonely. Henk Jan Beltman nam drie jaar geleden Tony’s over en is nu voor 51 procent eigenaar. Het bedrijf groeide van vijf naar twintig medewerkers, en de omzet steeg van 1,6 miljoen euro in 2011 naar circa 11,3 miljoen euro in 2014.
De lolcomponent Ook aan zijn team in Nederland besteedt Beltman veel aandacht. ‘Met de beste mensen aan boord, haal je het meest uit je bedrijf en is de kans het grootst dat je veel impact hebt.’ Tony’s werd dit jaar uitgeroepen tot ‘Great Place to Work’. ‘We creëren hier een familiegevoel, de lolcomponent is net zo belangrijk als de professionele.’ Maar het werkplezier heeft ook een keerzijde: Tony’s gaat onder de huid van zijn medewerkers zitten, bijna iedereen werkt er te hard. Beltman stopte zelf ook drie jaar lang alles in zijn bedrijf. Tot hij in november 2013 werd getroffen door een beroerte. Hij kon niet meer praten. De artsen zeiden dat het niets met werkdruk te maken had, zelf denkt hij dat dit wel degelijk een rol speelde. Zijn managementteam deed tijdens zijn afwezigheid een stap omhoog en liet zien dat ze het zelf konden. ‘Ik heb de kwetsbaarheid van het leven ervaren en realiseerde me dat ik vooral goed ben in het aanzwengelen van succes.’ Beltman gaat met Tony’s weer pionie-
ren en het merk naar Amerika brengen, om precies te zijn naar Portland, de stad van Nike en Google. ‘Daar trof ik trotse mensen die de filosofie van Tony’s direct begrepen. Een perfecte voedingsbodem voor een principieel product.’
Chocoladeprof Zijn uiteindelijke droom is het einde van de slavernij in de cacaosector. ‘Nee, dat is niet naïef. Tony’s is een extreem snel groeiend merk, inmiddels even groot als Verkade, met blije medewerkers en een grote groep erg tevreden consumenten. Als wij de juiste dingen doen, gaat de wereld veranderen, daar ben ik van overtuigd.’ Verkade stapte een aantal jaar geleden over op gecertificeerde chocolade, Mars en Nestlé schuiven in die richting. De stap hierna is nog belangrijker, vindt Beltman: zelf bonen inkopen zodat je precies weet waar ze vandaan komen en onder welke omstandigheden ze zijn geproduceerd. ‘Wie niet-gecertificeerde bonen samen met weinig gecertificeerde bonen verwerkt tot chocolade, krijgt toch het Fairtrade-kenmerk.’ Omdat ze bij Tony’s niet met het vingertje willen wijzen, zijn ze bezig met de aanstelling van een bijzonder hoogleraar aan de Universiteit: een chocoladeprof. ‘Zo creëren we een onafhankelijk platform in de chocolade-industrie en bepalen wij niet wat het beste is.’ Impact hebben is de uiteindelijke drijfveer van Henk Jan Beltman. ‘Als je straks terugkijkt op je werkende leven, ben je niet trots op de hoeveelheid geld die je hebt verdiend of de grootte van je bedrijf. Het gaat er dan om of je de wereld een beetje verder hebt kunnen helpen.’
‘Zijn uiteindelijke droom is het einde van de slavernij in de cacaosector. Nee, dat is niet naïef’ 16
Wijzer · Rabobank Private Banking
17
Impact investing
Beleggen helpt I
mpact investing is beleggen om te helpen. Echt, concreet helpen, doordat er een meetbaar sociaal maatschappelijk én een financieel rendement wordt nagestreefd. Zo kan er door beleggers een concrete bijdrage worden geleverd aan de oplossing van maatschappelijke problemen. In de Verenigde Staten kan er bijvoorbeeld worden geïnvesteerd in opleidingsprogramma’s voor gedetineerden. Het rendement van deze belegging is afhankelijk van het succes van de programma’s. Al bekendere vormen van impact investing zijn microfinanciering en groenobligaties, maar ook green bonds – obligaties die specifiek worden uitgegeven om milieuproblemen te lijf te gaan – vallen onder impact investing.
18
Wat vindt de Rabobank? Green bonds Green bonds zijn groene obligaties: het geld moet door de uitgevende instelling specifiek gebruikt worden om klimaatproblemen te lijf te gaan; als dijken verzwaren, behoud van biodiversiteit, schoon drinkwater, etc. Deze beleggingen genereren doorgaans marktconforme rendementen. Dat deze markt nog in ontwikkeling is, blijkt uit het feit dat de leningen nu vooral aan institutionele partijen worden verkocht. De beschikbaarheid voor particuliere beleggers is nog beperkt. De markt voor green bonds is relatief jong, maar groeit snel: kredietbe-
Wijzer · Rabobank Private Banking
oordelaar Standard & Poor’s becijferde dat de markt in 2014 bijna verdubbelt naar 20 miljard dollar. Het helpt dat inmiddels een 25-tal banken, waaronder de Rabobank, de Green Bond Principles hebben ondertekend. Dat zijn richtlijnen voor de uitgifte van Green bonds. Overigens zijn green obligaties niet te verwarren met de welbekende Groenobligaties, waarbij particuliere beleggers onder bepaalde voorwaarden in aanmerking komen voor fiscale voordelen, maar waarbij de Nederlandse overheid bepaalt wat ‘groen’ is.
Gert van de Paal, specialist maatschappelijk verantwoord beleggen – Rabobank Nederland: ‘Ik verwacht dat de markt voor impact investing en met name die van green bonds de komende jaren verder groeit. Het zou goed zijn als deze producten in de toekomst geschikt worden gemaakt voor een grotere groep particuliere klanten, dat komt de impact ten goede. De Rabobank kijkt actief naar mogelijkheden om deze vorm van beleggen mogelijk te maken. We zien impact investing als een manier om beleggingsportefeuilles verder te verduurzamen.’
19
Virtualiseren, adviseren en participeren
‘De bank hoort in de coulissen’
Rien Nagel, lid van de raad van bestuur: ‘Ik denk dat onze spreekwoordelijke bescheidenheid terug is.’ Een gesprek over ambities, tegenwind en hoe de Rabobank lokaal geworteld blijft.
De Rabobank is de afgelopen jaren een aantal keren ongunstig in het nieuws geweest. Hoe kijkt u daar op terug? ‘Het is absoluut niet leuk, maar we zijn er niet alleen voor mooi weer, we zijn er ook voor tegenwind. Dan moet je alleen harder trappen en die mentaliteit is er bij alle collega’s: aan de bak en doen waar we voor zijn. Ik denk dat onze spreekwoordelijke bescheidenheid terug is. De bank hoort in de coulissen en de klant in het licht. Dat is het beeld dat ik altijd van de Rabobank heb gehad. In deze fase kijk ik vooruit. We focussen nu op de dingen doen waar we goed in zijn: klanten helpen om hun ambities waar te maken. De conjunctuur maakt dat soms lastig. We zitten in een langdurige periode zonder economische groei. Het Nederlandse mkb heeft daar veel last van. Dat is een belangrijke klantengroep voor de Rabobank. 42 procent van de mkb-bedrijven bankiert bij ons. Vernieuwing van onze dienstverlening levert de belangrijkste bijdrage 20
aan het noodzakelijke herstel van vertrouwen in de Rabobank. Zowel aan het vertrouwen dat klanten in de bank hebben, als aan het vertrouwen van de samenleving in de bank.’ Zijn banken te terughoudend met kredieten? ‘Een goede kredietverlening is fundamenteel voor economische groei. Maar het wordt ons niet gemakkelijker gemaakt. De regelgeving voor het bankwezen werkt voor een deel verstikkend. Mede daarom komt Nederland maar moeizaam op gang. Tegelijk willen we binnen het heersende klimaat de mogelijkheden benutten om bedrijven met goede vooruitzichten zo goed mogelijk te helpen. Bijvoorbeeld door meer achtergesteld vermogen te verstrekken.’
Begrijpt u dat mensen het jammer vinden dat in hun dorp het kantoor van de Rabobank verdwijnt? Het hele bankwezen zit in een proces van virtualisering. Je hebt je bank in
je binnenzak en bankiert met apps. Als klant kom je nog maar zelden in een kantoor van de bank, je regelt het merendeel van je zaken online, op een tijdstip dat het jou past. Het gevolg is wel dat het te duur wordt om zo’n dicht netwerk van kantoren open te houden. We moeten vanwege de veiligheid minimaal twee medewerkers in de vestiging hebben. Als er dan overdag maar een handvol klanten komt, biedt je mensen ook nog eens geen uitdagende baan. Het is erg jammer, maar tegelijk een logisch gevolg van hoe bankieren zich ontwikkelt.’ Minder kantoren, maar meer …? ‘Je kunt gewoon contact maken met een medewerker. We zijn bezig met een nieuwe onlineomgeving die nog klantvriendelijker is en persoonlijker. We lopen – nog altijd – voorop als het gaat om innovaties en online bankieren. Je stelt bij de Rabobank bijvoorbeeld achter je pc je eigen hypotheekdossier samen ter voorbereiding op het persoonlijke gesprek met je
Wijzer · Rabobank Private Banking
21
Cv Rien Nagel (1963) Lid raad van bestuur Rabobank Nederland Opleiding 2002 Doctoraal Bedrijfswetenschappen – Radboud Universiteit Nijmegen 1987 Hogere Agrarische School – Larenstein Deventer Werkervaring 2013 – heden Directeur Particulieren – Rabobank Nederland 2007 – 2013 Directievoorzitter – Rabobank Utrecht 1995 – 2007 Algemeen directeur – Rabobank Achterhoek-Oost, Rabobank Aalten-Winterswijk, Rabobank Winterswijk 1991 – 1995 Hoofd Bedrijven – Rabobank Hardenberg 1987 – 1991 Relatiebeheerder Bedrijven – Rabobank Ommen, Rabobank Zutphen Nevenfuncties 2008 – heden Het Utrechts Landschap, lid raad van toezicht 2009 – heden Bestuurder Rabobank Foundation 2009 – heden Utrecht Development Board, bestuurder 2012 – heden Stichting Villa Mondriaan Winterswijk, lid raad van toezicht 2013 – heden Universitair Centrum Sportgeneeskunde, lid raad van advies
22
adviseur. We hebben nu al bijna 2,5 miljoen mobiel bankierende klanten, elke maand melden zich tussen de 40.000 en 50.000 nieuwe mobielbankierders. Wat er ook aankomt is de Rabo Wallet, een app met daarin een mobiele bankpas waarmee onze klanten snel en eenvoudig aankopen kunnen doen in winkels.’
Hoe blijft de Rabobank lokaal geworteld? ‘De lokale verbondenheid blijft zeker. Door ons in te zetten voor lokale maatschappelijke initiatieven. Medewerkers participeren actief in netwerken van burgers en bedrijven. Als het even kan wonen medewerkers in hun eigen werkgebied, zodat ze weten wat er speelt. We stimuleren lokale en regionale verbindingen. Bijvoorbeeld door ondernemers bij elkaar te brengen en te discussiëren over hoe ze hun bedrijfsvoering kunnen verbeteren. En we blijven sponsor van tal van clubs, verenigingen en culturele evenementen. Niet alleen met geld, maar ook met het delen van kennis, het openstellen van ons netwerk en het geven van advies. Daarbij ondersteunt de Rabobank Foundation met onder meer microkredieten zo’n 150 projecten per jaar, waarvan ook ongeveer 100 in ontwikkelingslanden.’ Verwacht u die coöperatieve opstelling ook van uw klanten? ‘Dat is hun eigen verantwoordelijkheid. Als klanten iets willen op dit gebied, hebben we natuurlijk wel alle
instrumenten om te helpen. En we merken dat vooral in het privatebankingsegment veel mensen gemotiveerd zijn om de kennis en ervaring die ze hebben opgedaan in hun werkende leven te delen. Bijvoorbeeld met (lokale) goede doelen of startende ondernemers. Bij de Rabo Charity Desk zitten experts die alles weten over de financiële, fiscale en juridische aspecten van goede doelen. Zij ondersteunen bij het realiseren van maatschappelijke ambities. Een mooi voorbeeld is Money Meets Ideas. Hier worden vermogende klanten gekoppeld aan kansrijke ondernemers. De ondernemer krijgt hierdoor meer eigen vermogen en betere kansen op financiering. De investeerder, vaak een ondernemer in ruste, kan met zijn vermogen, kennis en ervaring een andere ondernemer verder helpen.’
Zijn mensen er al aan gewend om apart te betalen voor financiële adviezen? ‘Vroeger kostte financieel advies ook geld, maar toen was het niet zichtbaar. Onder de nieuwe regelgeving moeten we adviesuren in rekening brengen. Soms ervaren klanten dat als onterecht: het was toch gratis? We zien ook dat mensen dan hun eigen oplossingen gaan zoeken. Dat staat hun natuurlijk vrij, maar er zit ook een risico aan. Het zou heel vervelend zijn als ze er over tien jaar achter komen dat ze toch het verkeerde hebben gedaan. Ik adviseer klanten daarom niet te aarzelen om geld uit te geven aan een goed advies. Dat is misschien wel de beste investering die je kunt doen.’
Hoe ziet u uw eigen rol binnen de bank? ‘Een Rabobankbankier moet bescheiden zijn, maar mag ook zeker zelfbewust zijn. Deskundigheid, integriteit, respect en duurzaamheid zijn de kernwaarden van deze bank, daar ijken we ons handelen aan en daarop mogen we afgerekend worden. Als je deze kernwaarden toepast, zet je het klantbelang per definitie centraal. Klanten helpen hun ambities waar te maken, vind ik dé slagzin voor de Rabobank. Als de klant iets wil en ik kan daar een rol in spelen, dan word ik daar gelukkig van.’
Topstuk
Overal en nergens Navid Nuur
Vaak proberen mensen Navid Nuur (Teheran, 1976) in het hokje van de conceptuele kunst te proppen. Zelf houdt hij niet van hokjes.
Wijzer · Rabobank Private Banking
23
D
e afspraak vindt plaats in het volle cafégedeelte van de openbare bibliotheek in Den Haag. Een onpersoonlijke ruimte. Hij wil zijn munttheeblaadjes graag ernaast om het verschil te proeven tussen losse blaadjes in de thee, blaadjes met steeltjes of alles gecrusht. Het is de onderzoekende houding van een kunstenaar. Pas heel laat is hij met kunst in aanraking gekomen, in 2000, toen hij al twintiger was. Op dit moment is hij een van de meest opvallende kunstenaars in Nederland. Nuur: ‘Ik was ondergedompeld in de graffiti- en skatewereld en beide werelden bevinden zich op de grens van wat mag en niet mag en durven en niet durven. Een trap was niet een trap, maar iets waar je trucjes op kon doen met je skateboard en een wand was een plek waar je teksten op kon spuiten.’ Op de grafische school kreeg Nuur voor het eerst kunstgeschiedenis. Hij vond er niks aan. Tot er ineens slides voorbijkwamen van de tuinen van Monet in Giverny. Nuur: ‘Ineens zag ik dat schilderen voor Monet een excuus was om beweging van tijd in beeld te brengen. Ik zag wat hij tussen al die bladeren aan het doen was. Ik heb toen aan mijn vriendin, mijn huidige vrouw, verteld dat ik dat pad all the way wilde volgen, ook als dat geen geld zou opleveren. Ik gaf haar de keuze weg te gaan. Ze is gebleven.’
Virtueel atelier Nuur ontvangt niemand in zijn atelier. ‘In mijn atelier worden mensen snel afgeleid en zeggen dan zoiets als: “Goh, zo hang jij dus je jas op. Interessant!” Ik heb een atelier, maar zie verschillende plekken in de stad ook als mijn atelier. Op die plekken spreek ik niet af, met niemand. Ik wil geen associaties hebben met de personen die ik daar heb ontmoet. Ik spreek af op de plekken in Den Haag waar ik normaal niet zou komen – beneden bij de Bijenkorf, of bij Dudok, of boven bij de HEMA of hier in het café van de openbare bibliotheek. In het begin had ik veel verschillende ateliers. Ik realiseerde mij toen dat die fysieke plekken ook de kaders waren waarbinnen je werkte. Voor een project ging ik de plinten bewaren en op elkaar stapelen als een vorm van groei en om te zien hoe ruimtes op 24
elkaar balanceren. Dat werk kan ik nu niet meer maken, omdat ik niet meer zo over een atelier denk.’
Dropbox als hart Volgens Nuur is het maakproces gerelateerd aan een vaste plek een ouderwetse en achterhaalde gedachte. ‘Wat ik maak doe ik niet op één plek. Het echte werken gebeurt tussen mezelf, mijn iPad, het internet en normen en waarden in combinatie met materialen die bij mij passen. Als je veel reist, ga je je realiseren dat je niet steeds terug kunt gaan naar dezelfde ruimte. Je hebt verschillende ruimtes nodig. Daarnaast realiseerde ik mij dat als ik
een perfect gelakt oppervlakte wil, ik dat beter kan uitbesteden. Dat moest dus elders gebeuren. Ik probeer steeds meer de plek te ontrafelen waar het gebeurt en die zo op te stellen dat je erbij kunt, zonder dat je ergens fysiek naartoe moet. De dingen die ik verzamelde, moest ik niet in allemaal laatjes stoppen in mijn atelier, maar in een dropbox. Mijn dropbox is een kloppende hart van mijn praktijk. Een gefotografeerd object kan een file worden en uiteindelijk misschien een kunstwerk. Het hoogst bereikbare bij een kunstwerk is niet dat ding dat in een museum staat. Je gaat naar een plek en
Rijzende ster Navid Nuur (Teheran, 1976) woont en werkt in Den Haag. Zo’n tien jaar geleden maakte hij de overstap van grafische vormgeving en illustratie naar de autonome beeldende kunst. In relatief korte tijd heeft hij zich ontwikkeld van een veelbelovend talent tot een rijzende ster in de internationale kunstwereld. Solotentoonstellingen van Navid Nuur waren onder andere te zien in het kunstcentrum Matadero in Madrid, Parasol in Londen en Centre Pompidou in Parijs. Zijn werk werd bekroond met de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst (2011) en de prestigieuze Discoveries Prize tijdens de eerste editie van Art Basel in Hongkong (2013). Het werk van Navid Nuur wordt niet op een vaste plek gemaakt: ‘Ik heb een atelier, maar zie verschillende plekken in de stad ook als mijn atelier.’
krijgt daar gereedschap mee om op een andere manier te kijken naar de wereld – ook naar de spullen thuis in je keukenla. Het leunt niet op het originele object.’
Schilderen in vitamine D Nuur creëert beelden vanuit het materiaal, vanuit de transformatie die het materiaal aankan. Hij is bijvoorbeeld geïnteresseerd in hoe neon echt werkt en gebruikt dat als grondstof voor een kunstwerk. Of hij vraagt zich af wat monochrome schilderijen echt zijn, door voor een schilderij kleuren te gebruiken die de natuur niet kent. Nuur: ‘Ik ben nu bezig met een serie Wijzer · Rabobank Private Banking
werken over schilderkunst. Als je naar een schilderij kijkt, zie je dat door middel van licht. Licht is iets dat je ziet door iets dat omgezet wordt in vitamine D. Dus ik dacht: waarom maak ik niet direct een schilderij met vitamine D. Wat ik nu dus heb, is een theoretisch object dat lijkt op een abstract schilderij, dat ook aanvoelt als een schilderij en dat dus massaal werd opgepakt in de schilderijenmarkt. Maar ik kan ze niet onbeperkt maken. Als ik er meer maak, kan ik nu mijn hypotheek in een keer aflossen, maar dan kan ik niet meer de vrijheid behouden om te doen wat ik moet doen als kunstenaar.’
Rabo Kunstcollectie Vanaf 1995 hebben Rabobank Nederland en de lokale Rabobanken een collectie opgebouwd van werken van eigentijdse Nederlandse kunstenaars in opeenvolgende generaties vanaf 1950. In samenwerking met de kunstenaars worden sleutelwerken gekozen die een wending in hun oeuvre markeren en die tezamen het verhaal van de kunstenaar vertellen, maar ook van Nederlandse eigentijdse kunst. Sinds 2009 worden ook internationale accenten toegevoegd. Al sinds de jaren negentig is conceptuele kunst in de Rabo Kunstcollectie opgenomen, wat uitzonderlijk was in Nederland en uniek voor een bedrijfscollectie. Het werk van Navid Nuur past daarbij. Hij vindt het belangrijk dat mensen, als ze een paar werken van hem hebben gezien, hun eigen houding kunnen veranderen en anders naar dingen kunnen kijken.
25
Persoonlijk
I
De toon aan de top mag heel anders
n 2006 zegde ik mijn baan in loondienst op om mijn eigen bureau in reputatieonderzoek te beginnen. Ik huurde kantoorruimte in Haarlem en schroefde een naambordje op de deur: Bureau Hofkes Reputatiemanagement was geopend! Mijn toenmalige baas vroeg zich af wat ik precies ging doen. Ik vertelde dat ik de reputatie van organisaties ging meten. In 1997 ben ik afgestudeerd aan de RuG met een door mijzelf ontwikkelde methode: de Reputatiebarometer. Dat is een methode om de reputatie van een organisatie vanuit het perspectief van de stakeholders te meten. De blik van buiten naar binnen halen dus. Mijn toenmalige baas vond het wel een interessant concept, maar geloofde toch niet dat de reputatie van een organisatie ooit belangrijker zou worden dan de financiële prestaties. Dat was in 2006. Toen werd het 2008, en vanaf de val van Lehman Brothers werd alles anders. De ene na de andere gevestigde reputatie sneuvelde genadeloos. Onze economie is sinds die tijd danig uit balans. Gerenommeerde instituten kraken in hun voegen en steeds meer
26
Column
Mildred Hofkes Oprichter Bureau Hofkes Reputatiemanagement (BHRM) en het platform NieuwBestuur. Initiatiefnemer vijfjaarlijks reputatieonderzoek onder de bestuurlijke elite. www.bhrm.nl
grote organisaties lopen reputatieschade op (onder meer de Rabobank zelf als gevolg van de Libor-affaire). Reputatieschade kost geld, veel geld. Maar bovenal kost reputatieschade vertrouwen. Het belangrijkste wat een organisatie kan doen bij reputa-
tieschade, is zorgen voor een nieuwe toon aan de top. En dan bedoel ik dat de bestuurders van de organisatie echt een andere taal leren spreken. Een taal die open staat voor de signalen van buitenaf, die verbinding weet te maken en zelfreflectie toont. Pas dan werkt een bestuur intrinsiek aan reputatieverbetering van binnenuit. Ik noem dat het Nieuwe Besturen. Ondanks de lessen die geleerd zijn uit de crisis is de bestuurlijke elite nog steeds ontevreden over de huidige toon aan de top, blijkt uit de resultaten van het nationale reputatieonderzoek 2014 onder topbestuurders. De huidige bestuurlijke elite beschrijft zichzelf als te risicomijdend, te veel gericht op de kortetermijnwinst en te behoudend. De ‘toon aan de top’ van onze bestuurlijke elite is uiterst relevant voor ons allemaal. We hebben behoefte aan bestuurders met moed, innovatiekracht en een heldere visie op een duurzame economie. Laten we ruimte maken voor een nieuwe toon én een nieuwe taal aan de top. De tijd is er meer dan rijp voor.
Persoonlijk Het katern over ambities, emoties, ideeën en idealen
Wijzer · Rabobank Private Banking
27
Voor een ander
Het goede doel Eens een held, altijd een held. Toen op het sportveld, nu in het gewone leven. Maar wat is gewoon? 28
‘Ik geef nu weer wat terug’ Edwin van der Sar (44)
‘O
p 23 december 2009 kreeg mijn vrouw Annemarie een hersenbloeding. Veel functies vielen uit, ze had moeite met praten en kon niet meer lopen. Door keihard te werken aan de revalidatie en dankzij de steun van een geweldige club mensen om haar heen is zij er goed uitgekomen.’ Dit was de aanleiding om de Edwin van der Sar Foundation in het leven te roepen. Er is veel kennis aanwezig in Nederland, de zorg in ziekenhuis en revalidatiecentrum is goed geregeld, maar de mogelijkheden daarna zijn beperkt. ‘Die laatste stappen naar herstel zijn zo belangrijk, maar vaak zijn er dan geen financiële mogelijkheden en deskundige begeleiding. Via onze beweegprojecten geven we mensen met hersenletsel de kans om in beweging te blijven, want dat is echt noodzakelijk. Het is goed voor het herstel van hersenfuncties, zelfvertrouwen en sociaal contact. Ik heb het idee dat ik middels de Foundation wat teruggeef.’ Samen met Annemarie steekt Edwin veel tijd en energie in dit initiatief. ‘Als we van deelnemers horen hoe blij ze zijn met onze projecten, maakt dat mij erg trots. Die waardering is heel fijn. Vergelijkbaar met een applaus van 70.000 man. Ik zet me waar ik kan in voor de foundation, maar heb ook een drukke baan bij Ajax (commercieel directeur, red.). Daar ben ik, net als toen ik nog keepte, leader at the back. Ik sta niet boven de mensen maar achter ze, heb ze voor me en kan daardoor goed zicht houden op de organisatie. Hier ligt mijn hart, net als bij de foundation. Mijn naam staat eronder. Dat betekent extra media-aandacht voor hersenletsel en goede kwaliteit van onze projecten. En het gaat goed; de Vriendenloterij en Vegro zijn nu partner en ik hoop dat veel meer bedrijven zich bij ons gaan aansluiten.’ www.edwinvandersarfoundation.nl
Wijzer · Rabobank Private Banking
29
30
‘Altijd open staan, altijd leren’ Teun de Nooijer (38)
‘Z
es jaar geleden hebben we de Teun de Nooijer Academy, kortweg TDNA opgericht. Vanuit de academie begeleiden wij teams uit het bedrijfsleven om het maximale uit het potentieel te halen. Iets wat ik als sporter dagelijks heb proberen te doen.’ De Nooijer, die drie keer tot beste hockeyer ter wereld werd gekroond, heeft 25 jaar in de topsport geleefd, steeds weer in nieuwe teams gezeten, nieuwe coaches gehad en steeds weer nieuwe fases in zijn carrière beleefd. ‘Als sporter maak je enorme ontwikkelingen door, je leert om gaan met teleurstellingen, je beleeft successen, en zo zijn er natuurlijk meer facetten die je in het bedrijfsleven ook tegenkomt. Alleen is het in de sport allemaal zo zichtbaar. Je bereid je voor op een wedstrijd en die win of verlies je. In het bedrijfsleven is het lastiger om daar de vinger op te leggen en is er vaak ook meer ruis op de lijn. In onze programma’s willen wij dit helder krijgen.’ Daarnaast kan hij het hockey niet loslaten. ‘Vorig jaar was ik de coach van een hockeyteam van Bloemendaal, onder de 14 jaar. Twee van mijn drie dochters speelden er ook in. Uiteindelijk werden ze kampioen, dat was geweldig, maar het was voor iedereen een enorme uitdaging. Zij zijn natuurlijk van een andere generatie en dus moest ik de vertaalslag maken om ze op de juiste manier te kunnen coachen. Daar heb ik ook weer van geleerd.’ En leren, dat doet hij ook bij AZ waar hij nu teammanager is en als ambassadeur bij de Laureus Sport for Good Foundation, die zich door middel van sport inzet tegen onder meer criminaliteit en discriminatie. ‘Altijd open staan, altijd leren.’
www.teundenooijeracademy.com Wijzer · Rabobank Private Banking
31
32
‘Jonge renners helpen geeft voldoening’ Jacques Hanegraaf (53)
‘V
oormalig profwielrenners fietsen nog geregeld een tocht voor het goede doel. Zo af en toe doe ik daar ook aan mee en het is goed dat er door jouw naam meer mensen op zo’n evenement afkomen. Maar helaas ontbreekt het mij vaak aan tijd.’ De Nederlands kampioen wegwielrennen van 1981 en 1985 werkt gedeeltelijk in het vastgoed en heeft een groothandel in exclusieve fietsmerken. ‘Voordat ik dit ging doen ben ik eerst gaan studeren. Mijn familie zei altijd cynisch: ‘Wat moet jij nou doen als je niet meer met fietsen je geld kunt verdienen?’ Ik heb gekscherend gezegd: ‘Nou, dan ga ik alsnog studeren.’ Ik kan me herinneren dat ik weer in de schoolbanken terechtkwam en dacht: wat doe ik hier? Maar alles went en uiteindelijk heb ik mijn diploma gehaald. Ik heb toen wat voor de ASO gedaan, de club die de Tour de France organiseert, en een jaar in Bonn gewerkt op de afdeling sponsoring van Duitse Telekom. Daarna heb ik jonge renners geholpen die problemen hadden om een contract bij een ploeg te krijgen. Ik zocht in het buitenland naar een geschikte ploeg en ondersteunde ze bij contractbesprekingen. Dat gaf veel voldoening. Daar ben ik twee jaar terug mee gestopt en heb ik mij gefocust op de groothandel. Eerlijk gezegd wil ik het nu wel wat rustiger aan doen. Ik ben nu 53, doe al jaren heel wild van alles door elkaar, reis veel, heb twee volwassen kinderen van wie er een in Shanghai woont en de ander de groothandel bestiert. Ik wil eindelijk wel wat meer tijd aan mijn vrouw en mezelf besteden.’ www.cardsports.nl
Wijzer · Rabobank Private Banking
33
Bezit & betekenis
‘Met vrijheid ben ik tevreden’ Actrice Carine Crutzen lijkt onstuitbaar. Wat weer niet betekent dat ze zorgeloos door het leven fladdert.
34
Wijzer · Rabobank Private Banking
35
36
‘Ik hoef geen tweede huis, ik hoef geen boot, ik hoef geen nieuwe auto, ik hoef geen twintig jurken van duizend euro per stuk’
E
r zijn inmiddels ‘flarden van een boek’. Want op basis van haar berichten op Twitter en Facebook ontdekte een uitgever dat ze – ook nog – kan schrijven. Nu combineert Carine Crutzen haar leven als actrice, partner en moeder-op-afstand met een ontluikend schrijverschap, dat via opinieartikelen voor kranten en websites en reisverhalen voor magazines moet leiden tot die eerste echte roman. Al is van moeten in het leven van de inmiddels 53-jarige geen sprake meer. ‘Als er al iets moet, dan is het: mogen mislukken. Het is net als met een rol. Hoe meer je wilt dat het gaat lukken, des te minder gaat het. Je moet vrijheid voor jezelf creëren. Als je van de Toneelschool komt, heb je een aantal tools in handen, maar je bent volstrekt niet vrij. En zeker ik was dat niet, omdat ik toch ben opgegroeid in een keurige omgeving. Met hoe het hoort en hoe het niet hoort. Ik was een slim, verstandig meisje dat goed kon leren op het gymnasium en waarvan haar vader hoopte dat zij wél zou gaan studeren. Na vier, vijf maanden psychologie besloot ik: ik hou ermee op. Ik wilde echt gaan durven wat ik eigenlijk wilde doen: acteren. In de roman is straks – als die er komt – een grote rol weggelegd voor haar familie. Een familie waarin dingen drastisch veranderden. Haar moeder overleed. Haar zoons gingen het huis uit. ‘Dat heeft heel veel impact gehad. Natuurlijk vind ik dat je kinderen hun eigen leven moeten leiden. Maar het zet, als ook je moeder in die periode overlijdt, toch alles op zijn kop.’ In welke zin? ‘Het idee dat alles weer kan als je kinderen uitvliegen. Dat is zowel bedreigend als bevrijdend. Maar het is ook heel verwarrend en die verwarWijzer · Rabobank Private Banking
ring is niet in één keer weg. Plus het feit dat ik in drieënhalf jaar tijd mijn beide ouders verloor. Mijn vader had parkinson en werd dement en daarna kreeg ik als enig kind de zorg over mijn moeder die longkanker kreeg, terwijl ze nooit had gerookt. Toen ze doodging, moest ik, met mijn beste vriendin en Nico, door dat hele huis. Ik had een heel heftig contact met mijn moeder; heel fel, maar ook met grote liefde. Toen we dat huis door gingen, kastje voor kastje, laatje voor laatje, kwam mijn hele jeugd terug. Mijn moeder was op zichzelf gericht geraakt. Egocentrisch en hard. Toen zag ik dingen uit de tijd dat ze ruimte had om er voor anderen te zijn. Hoe ze alles in zakjes deed, op een spuugpotje poesieplaatjes plakte, de zorgzaamheid van het kleine ... Dat vond ik ontroerend.’
U bent al decennia samen met uw man, Nico de Vries. ‘Je ouders is familie. Je kinderen is familie. Maar je man, dat is objectief gezien een vreemde. Waarmee je twee kinderen hebt en een topgezin had en ik vind hem een topvader en ik hou van hem en dat zal nooit weg gaan. Maar hoe je verder je leven inricht, zonder ouders en kinderen, en wat die liefde is buiten liefde voor de kinderen en in het verleden, dat moet je opnieuw uitzoeken. Alles is in deze fase van mijn leven een vraag. Er zijn geen garanties. Niets is vanzelfsprekend. Wat wil ik met de rest van mijn leven nu ik voor niemand meer iets hoef te laten? Dat zijn de vraagstukken waar ik mee bezig ben en waar wij mee bezig zijn.’ Speelt bij al die afwegingen ook de vraag of u überhaupt wel actrice wilt en kunt blijven? ‘Ik kan ooit zonder toneel en film,
want ik leef niet voor het applaus. Ik ga nog altijd die bus in voor mezelf. Als ik sta te spelen, vind ik dat heerlijk. Als je dat een roeping zou kunnen noemen, dan is dat een roeping. Gelukkig zeggen mensen dat ik dingen vól doe. Met mijn hart, mijn ziel én mijn hoofd. Maar ik ga niet tot mijn negentigste door, denk ik.’ Niet omdat u niet meer gevraagd wordt toch? ‘Nou, officieel ben ik zwaar voorbij de houdbaarheidsdatum voor actrices. Het is nog steeds jong, jonger, jongst en na je veertigste is het normaal gesproken echt wel aan het aflopen. Maar ik heb niet te klagen over werk, dat klopt. Zeker op toneel niet. Misschien ligt het ook wel aan het type, mijn uiterlijk. Ik zit qua imago toch een beetje in het laatje van de klassieke vrouw. Verder schatten mensen me ook een beetje jonger in en hangt er ook een waas van sexy om me heen omdat ik tieten heb, een beetje speel en flirt. Dan krijg je een pakketje dat
37
Carine Crutzen (1961) Carine Crutzen groeide op in Heerlen. Na het gymnasium studeerde ze enkele maanden psychologie in Nijmegen. Daar ontdekte ze dat de wetenschap niet haar echte passie was. Ze stapte over naar de Toneelschool in Maastricht. Ze speelde vanaf 1984 bij diverse toneelgezelschappen (Het Toneel Speelt, Hollandia, Het Nationale Toneel). Daarnaast zat ze in televisieseries als ‘Pleidooi’, ‘Vuurzee’, ‘De Daltons’ en ook ‘Oud Geld’, waarin ze met een monoloog van acht minuten over het verlies van haar zoon alle harten verovert. Verder speelde ze in diverse films, waarbij ze in ‘Majesteit’ zowel de jonge als de oude Beatrix was. Ze woont in Haarlem met acteur/regisseur Nico de Vries. Samen hebben ze twee zoons: Vincent en Sebastiaan. Vanaf 10 januari staat Carine Crutzen met Anne-Wil Blankers op de planken in ‘Een sneeuw’.
38
‘Alles is in deze fase van mijn leven een vraag. Er zijn geen garanties. Niets is vanzelfsprekend’ nog goed in de markt ligt en waarvoor rollen zijn.’
Want de financiële noodzaak om elke avond op weg te gaan naar de volgende schouwburg is weg? ‘Haha! Ik klaag niet, Ik kan wel zakelijk zijn. Als ik bij commerciële dingen weet dat er geld is, dan wil ik ook mijn eerlijke aandeel en dan onderhandel ik hard. Bij gesubsidieerd toneel neem ik genoegen met minder als het een interessante rol is. Ik speelde laatst in de lowbudgetfilm ‘De Poel’ en daar heb ik haast niets aan verdiend.’
Hoe belangrijk is geld? ‘Geld is altijd belangrijk. Ik wil er niet te veel over hoeven nadenken. Ik hoef geen tweede huis, ik hoef geen boot, ik hoef geen nieuwe auto, ik hoef geen twintig jurken van duizend euro per stuk. Ik wil een goed huis, ik wil uit eten kunnen gaan, ik wil lekker op vakantie kunnen, ik wil mijn kinderen kunnen steunen, ik wil kleding kunnen kopen die ik leuk vind en ik wil iets geks kunnen doen wat veel geld kost als ik er zin in heb. Stel dat ik
opeens zou denken: ik wil met Nico en onze beste vrienden naar Kopenhagen om voor een godsvermogen bij Noma te gaan eten, dan moet dat kunnen. Als geld me die vrijheid biedt, ben ik tevreden. En verder heb ik vanaf ‘De Brug’ in 1989 als ik geld over had het in een koopsompolis gestopt, doe ik aan banksparen en heb ik een erfenis die ik in een aandelenportefeuille beleg. Ook daar doe ik eigenlijk niets aan, ik heb een profiel en wil me er vooral niet druk om maken.’
Uw angstbeeld ‘voor later’, hoe ziet dat eruit? ‘Dat is ziek zijn en dingen niet meer kunnen. En wat ik ook echt vervelend vind is de aftakeling, die bij mij nu ook al is ingezet. Alles wat ik leuk en aantrekkelijk aan mezelf vond, wordt gewoon minder. Van binnen verander ik niet zoveel, maar de buitenkant wordt gewoon ouder en dat kan ik niet uitstaan. Ik voel me al mijn hele leven 16 jaar en daarbij past het niet dat alles minder wordt. Maar je zult mij geen botox zien spuiten.’
Hollandse held #1 De tulpenbol Een van de bekendste Nederlandse exportproducten, de tulpenbol, was ooit een bron van veel financiële ellende. Het waren immers de tulpenbollen die centraal stonden in het eerste beleggingsdebacle uit de vaderlandse geschiedenis. In het begin van de zeventiende eeuw was er een tulpenmanie. Op een gegeven moment waren tulpenbollen bijna net zo veel waard als een Amsterdams grachtenpand! Er werd zelfs gespeculeerd in opties op tulpen die nog in de grond zaten. Een enkele tulp veranderde voor honderden guldens van eigenaar. In 1635 deden veertig tulpenbollen maar liefst 100.000 piek. Deze bollenrazernij leidde in 1637 tot het onvermijdelijke uiteenspatten van wat wel ‘de eerste economische zeepbel’ wordt genoemd.
Wijzer · Rabobank Private Banking
39
40
Wij
zijn vertrokken ‘Alles in Nederland is georganiseerd, dat wakkert de ondernemingslust niet aan’
‘W
aarschijnlijk doordat ik als kind drie jaar in Indonesië heb gewoond, heb ik altijd een fascinatie voor het buitenland gehad. Ik ben dan ook aan de Rijks Hogere School voor Tropische Landbouw in Deventer gaan studeren, een studie waarmee je automatisch in het buitenland terechtkomt.’ Dus vertrok Frans Erdtsieck in 1968 uit Nederland. Eerst werkte hij vijf jaar in de Verenigde Staten, waarna hij via Pakistan in Zuid-Afrika belandde. ‘Ik was gespecialiseerd in genetica en was vooral actief bij kippen- en kwartelfokkerijen. Nadat mijn werkgever me naar Zuid-Afrika had gestuurd, zag ik daar kansen voor een eigen bedrijf. Toen de politieke situatie op een gegeven
moment onaangenaam werd, heb ik het land enige jaren verlaten. Na de vrijlating van Nelson Mandela ben ik er teruggekeerd.’ In de loop der jaren bouwde Erdtsieck binnen en buiten Zuid-Afrika verschillende eigen bedrijven op, veelal handelsondernemingen. ‘Nederland heeft een uitstekend georganiseerde maatschappij, maar het nadeel is dat dit de ondernemingslust niet zo aanwakkert. Ik heb bewust nooit voor een risicoloos bestaan gekozen. Ik heb klappen gekregen, maar heb ook ontzettend veel geleerd en ervaren.’ In Zuid-Afrika heeft Erdtsieck alle facetten van het ondernemerschap kunnen uitoefenen. Daarnaast geniet hij nog dagelijks van de overweldigen-
Naam Frans Erdtsieck (70)
Vertrok in 1968
Is ondernemer in Zuid-Afrika
Mist de Nederlandse gezelligheid
Wijzer · Rabobank Private Banking
de natuur van het land en zijn gretige, actieve bevolking. Wat niet wegneemt dat hij Nederland in sommige opzichten mist. ‘Diep in mijn hart ben ik een echte Nederlander gebleven. Ik vind Nederland een gezellig, haast knus land met plezierige inwoners. Zoals ik de Rabobank een prettige, zorgvuldige bank vind. Ik bankier ook in het buitenland, maar voel me bij een coöperatieve Nederlandse bank echt thuis.’ Om zichzelf gaandeweg met pensioen te kunnen sturen heeft Erdtsieck de afgelopen jaren de meeste van zijn bedrijven verkocht, maar stilzitten doet hij niet. ‘Ik richt mijn energie nu op activiteiten tegen de neushoornstroperij. Die maakt gruwelijk veel slachtoffers in Zuid-Afrika.’
41
42
‘Jarenlang stond mijn koffer bij wijze van spreken in de gang’
‘I
k ben in 1985 in Costa Rica beland, toen ik van het ministerie van Buitenlandse Zaken een baan kreeg aangeboden op de Nederlandse ambassade. Toen ik na zeven jaar zou worden overgeplaatst naar een ander land, had ik inmiddels mijn Oostenrijkse man leren kennen. Hij was hier een plantenkwekerij begonnen en had helemaal zijn draai gevonden.’ Dus besloot Mirjam Haas haar baan bij Buitenlandse Zaken op te zeggen en bleef ze in Costa Rica wonen. ‘Het land heeft ons veel gebracht. Het bedrijf van mijn man floreert, het klimaat is heerlijk. Het leven is hier wat simpeler dan in Europa. Je moet een
beetje coulant zijn, je kunnen aanpassen aan de mañanacultuur.’ Zelf heeft Haas er tien jaar over gedaan om helemaal aan de Costa Ricaanse mentaliteit te wennen. Al die jaren had ze als het ware haar koffer in de gang staan, om als het echt niet langer ging naar Nederland te kunnen afreizen. ‘Totdat onze oudste dochter tijdens een vakantie in Europa vroeg: “Mama, wanneer gaan we naar huis?” Toen realiseerden we ons dat Costa Rica inderdaad ons thuis is.’ Wat Haas in vergelijking met Nederland duidelijk mist, is de bewegingsvrijheid. In Costa Rica moesten haar kinderen om veiligheidsredenen altijd met de auto
Naam Mirjam Haas (52)
Vertrok in 1985
Heeft een kwekerij in Costa Rica
Mist de bewegingsvrijheid en cultuur
Wijzer · Rabobank Private Banking
van deur tot deur worden gebracht. ‘En er is in Nederland natuurlijk op cultureel gebied wat meer te beleven.’ Haar Rabobankrekening, geopend toen ze op haar zestiende vakantiewerk bij de bank deed, heeft voor Haas een emotionele betekenis: ‘Hij vormt een link met mijn land van herkomst. Daarnaast zijn er praktische redenen, zoals het hebben van een eurorekening voor als ik in Nederland ben, en het veiligheidsaspect. Ik ben op een haar na een boel geld kwijtgeraakt toen een Costa Ricaanse bank failliet ging. Ook het persoonlijke contact met mijn accountmanager is heel aangenaam. Niet overdreven: ik ben een fan.’
43
44
‘Blijven hangen in de hectiek, of het roer om’
N
a jaren van hard werken, waarvan de laatste vijf jaar als managing director in Engeland, stelde Ton van Horssen zichzelf de vraag: wat wil ik met de rest van mijn leven gaan doen? Blijven hangen in de hectiek, of het roer omgooien? Hij besloot voor het laatste te kiezen, en kwam toen eigenlijk vanzelf op Italië uit: het favoriete land van zowel zijn vrouw als hijzelf. ‘We zijn er indertijd getrouwd en hebben er vele vakanties doorgebracht. Bovendien kende ik de Italiaanse cultuur ook op een andere manier, doordat ik ooit een aantal jaren bij Olivetti heb gewerkt.’ Voor de invulling van het nieuwe bestaan in Italië overwoog Van
Horssen diverse scenario’s en kwam uiteindelijk in 2013 uit op de verhuur van appartementen binnen een eigen verbouwde boerderij: Casa Navicella. ‘Een bed & breakfast runnen ambieerden we niet, maar het idee om via appartementenverhuur toch regelmatig contact te hebben met onze gasten leek ons erg aantrekkelijk. En dat bleek een juiste inschatting.’ De boerderij met drie appartementen van Van Horssen bevindt zich in het grensgebied van Toscane en Umbrië. Naast de Italiaanse cuisine, het fantastische weer en de natuur en cultuur in de directe omgeving genieten Van Horssen en zijn echtgenote vooral van de omgang met de Italianen. ‘Hun
Naam Ton van Horssen (51)
Vertrok in 2013
Is verhuurder van appartementen in Italië
Mist hagelslag en de Nederlandse ambtenaren
Wijzer · Rabobank Private Banking
charme, behulpzaamheid en servicegerichtheid is ongeëvenaard.’ Natuurlijk zijn er ook Nederlandse dingen die hij mist. ‘Chocoladehagelslag en peperkoek, haha. Maar ook de aanzienlijk minder stroperige bureaucratie. En ik zie mijn Nederlandse vrienden minder vaak, maar wel intensiever, want als ze hier naartoe komen, blijven ze meteen een aantal dagen of een week.’ Zijn privatebankingzaken blijft Van Horssen gewoon bij de Rabobank in Nederland doen. ‘De bank heeft persoonlijk contact en vriendelijkheid hoog in het vaandel. Bovendien is de Rabobank een robuuste, stabiele bank. Dat is uiteraard ook een buitengewoon prettige gedachte.
45
46
Wortels
‘Mijn familie hoort al heel lang bij Tilburg’ Hoefnagels is een begrip in Tilburg én ver daarbuiten. Gijs Hoefnagels, commercieel directeur, is de vierde generatie.
D
e vader van mijn opa kwam ook uit Tilburg, en de generaties voor hem vermoedelijk ook. Ik heb thuis nog dingen die hij ooit heeft gemaakt: een paraplubak, een kroonluchter en een spiegel. Mijn overgrootvader zal wel uit een lange lijn van hoefsmeden komen; ongetwijfeld komt daar onze achternaam vandaan. Ik ging in Tilburg – de stad waar ik geboren en getogen ben en waar ook het familiebedrijf gevestigd is – bedrijfseconomie studeren. Na mijn studie heb ik twee jaar bij een ander bedrijf gewerkt. Het is goed dat ik even van een andere organisatie heb geproefd, maar het familiebedrijf bleef trekken. Als ik echt beleid wilde maken, en invloed wilde hebben op mijn werk en werkomgeving, was dit toch dé plek. Wijzer · Rabobank Private Banking
Daarnaast was het een gevoelsmatige keuze die ik in 2006 maakte. Het is bijzonder om dit met je familie te doen. Er ligt ontzettend veel historie. Het bedrijf is ontstaan uit de rolluikenfirma Janssen-Wayers, opgericht in 1884, en smederij Hoefnagels uit 1908, opgericht door de vader van mijn opa. In 1947 zijn deze twee bedrijven samengevoegd. Inmiddels werkt de vierde generatie van onze familie er. Tegenwoordig bestaat onze organisatie uit twee werkmaatschappijen: Hoefnagels Branddeuren en Hoefnagels Marine.’
Verbonden met de stad ‘Ik ben nooit weggegaan uit Tilburg. Nou ja, ik woon nu met mijn gezin in een dorpje naast Tilburg. Het bedrijf zit natuurlijk hier; het zou raar en onlo-
gisch zijn als ik in Amsterdam zou gaan wonen. En ik heb hier mijn vrienden en familie. Het is een aangename stad, er zijn veel leuke culturele initiatieven, waar wij actief in participeren. Zo nemen wij deel aan Kobra, de Stichting Kunst & Onderneming Brabant. Ik ben zelf nog lid van de Ronde Tafel. Hoefnagels is als bedrijf nauw verbonden met de stad. Zo sponsoren we diverse goede doelen en sportclubs, waaronder eredivisieclub Willem II en hockeyclub Tilburg. Iedereen in onze familie hockeyt trouwens, of heeft gehockeyd. We gaan met de hele familie naar de wedstrijden van deze clubs en we hebben al decennialang namens het bedrijf twee stoelen bij Willem II. Daar kom je natuurlijk iedereen uit de stad tegen.
47
‘Het is juist leuk als mensen vragen: “Ah, bende gij er één van Hoefnagels?”’ Tot 1965 zaten we midden in het centrum van Tilburg. Dan kan helemaal niemand om je heen. Tegenwoordig richten we ons iets meer op export, maar vroeger maakten wij natuurlijk vooral producten die we leverden aan de mensen in de omgeving. Dan kent iedereen je wel, ja. Nadelen heb ik daar nooit van ondervonden. Het is juist leuk als mensen vragen: “Ah, bende gij er één van Hoefnagels?” Natuurlijk was in mijn jeugd het familiebedrijf altijd op de achtergrond aanwezig. Je krijgt veel dingen mee. In mijn kindertijd werkten zowel mijn opa als mijn vader voor het familiebedrijf. Als er festiviteiten vanuit het werk waren, gingen we daar met het hele gezin naartoe, en vanaf mijn dertiende, veertiende jaar was het natuurlijk de uitgelezen plek voor vakantiewerk. Er waren genoeg klusjes te doen die door de drukte waren blijven liggen; zo heb ik onder andere een keer het dak geschilderd. Ook hielp ik met opruimen, en werkte mee in de productie. Toch is het nooit de achterliggende gedachte geweest dat ik later ook bij het bedrijf zou gaan werken. Mijn vader heeft in ieder geval nooit enige druk uitgeoefend op mij, mijn broer en mijn zus. Ik kan niet zeggen dat ik meteen affiniteit met het product had, maar dat 48
is gaandeweg zeer zeker gekomen. Ik merkte dat ik het erg leuk vind om een product fysiek te ontwikkelen en te verkopen, het is tastbaar wat je maakt. Dat heeft een advocaat niet. Ik denk dat ongeveer 80 procent van onze huidige omzet in de laatste tien jaar uit nieuwe activiteiten en nieuwe producten komt. Het bewijst dat we in staat zijn om een nieuwe koers te varen. Het familiebedrijf biedt volop kansen, en de uitdaging blijft om de continuïteit van de onderneming te waarborgen. Hoefnagels zal zich de komende jaren met name richten op nichemarkten, zoals de markt van ‘superjachten’, waar onze jongste BV Hoefnagels Marine zich mee bezighoudt.’
Lange dienstverbanden ‘Mijn vader was net twee jaar met pensioen toen ik bij Hoefnagels begon, maar zijn neef Cees werkte er toen nog wel – hij is in juli van dit jaar met pensioen gegaan. Mijn eigen kinderen zal ik nooit pushen om ook bij het familiebedrijf te gaan werken. Als ze dat min of meer onder dwang zouden doen, zullen ze er waarschijnlijk geen voldoening uit halen. Het zou natuurlijk wél heel leuk zijn. Maar goed, ze zijn vijf en twee, dat is nog lang niet aan de orde. Natuurlijk zal mijn vader altijd ge-
ïnteresseerd blijven in het bedrijf, maar we praten er echt niet dagelijks over. Ook als ik andere familieleden tegenkom op de hockeyclub of bij een familiefeestje, is het niet zo dat we nog even wat zaken bespreken. Maar eerlijk gezegd hebben we het op dat soort momenten toch wel regelmatig over werk. Het is een onderdeel van ons leven. Natuurlijk kleven er ook nadelen aan als wonen, werken en familie zo met elkaar verbonden zijn. Er zit ongelooflijk veel bagage in deze organisatie. Het gaat nu heel goed met Hoefnagels, maar iedere onderneming heeft wel eens een periode dat het, bijvoorbeeld door economische omstandigheden, minder gaat. Wij hebben om die reden ook wel eens afscheid moeten nemen van medewerkers. Mensen hebben hier vaak een lang dienstverband, en dan vallen dat soort beslissingen extra zwaar. Je ziet de zorgen van dichterbij als je zo vergroeid bent met een bedrijf. Mensen denken wel eens dat je in een gespreid bedje terechtkomt – “makkelijk, jij kunt het bedrijf van je vader overnemen” – maar we zorgen voor de boterham van circa honderd mensen in de gemeenschap, en indirect dus ook voor hun gezinnen. Dat is een grote verantwoordelijkheid.’
Hollandse held #2
De gloeilamp De gloeilamp heeft ons land op de kaart gezet. Hoewel het strikt genomen geen puur Nederlandse uitvinding betreft – in dit verband worden de Duitser Heinrich Göbel en de Amerikaan Thomas Edison genoemd – wordt het product door menigeen met onze natie geassocieerd. Verantwoordelijk is Gerard Philips (1858 – 1942), die in 1891 aan de Eindhovense Emmasingel een familiebedrijfje in kooldraadgloeilampen ‘en andere elektrotechnische artikelen’ startte. In de daaropvolgende jaren groeide de NV Philips uit tot een multinational – met een bedrijfsvoetbalteam dat in 1988 de Europa Cup 1 won.
Wijzer · Rabobank Private Banking
49
Familieportret
Mannen van staal 50
Vader Harry van Opdorp bouwde de BOZ Group, industrieel plaatwerk voor machines en apparaten, bijna met blote handen op. Nu heeft zoon Corné de leiding. Wijzer · Rabobank Private Banking
51
Harry van Opdorp (1943) Vmbo, hts gieterij- en elektrotechniek, diverse managementcursussen 1974 – 2000 Algemeen directeur Metaalwerken Bergen op Zoom 2000 – 2008 Algemeen directeur BOZ Group 2008 – heden Technisch adviseur BOZ Group Getrouwd met Afra, en vader van Janny en Corné
D
e BOZ Group (BOZ staat voor Bergen op Zoom) maakt plaatwerk voor machines en apparaten, voor onder andere de agro, voedings, (para)medische en elektrotechnische industrie. In grote productiehallen op het industrieterrein van Bergen op Zoom worden stalen, roestvrijstalen en aluminium platen gesneden, gebogen, gelast, gepoedercoat, geassembleerd. Een enorm complex, 10.000 vierkante meter, honderd man personeel. Het levenswerk van Harry van Opdorp. We zitten in het kantoor van de BOZ Group, op een hoek van de fabriekshallen. In de directiekamer van Corné is het koel, stil en rustig. Er dringt niets door van het lawaai dat in de fabrieken te horen moet zijn. Het is 52
opgeruimd en schoon, zoals het ook schoon is in de productiehallen. Dat is ook het eerste wat bezoekers zeggen: “Wat is het hier schoon.” Vader en zoon zitten aan tafel. Ze verschillen zo op het oog veel, Corné draagt een pak, vader Harry ziet er informeler uit. Corné luistert, zijn vader vertelt. Harry van Opdorp werd, na aardig wat omzwervingen, in 1974 technisch directeur van Metaalwerken Bergen op Zoom en later algemeen directeur. In 1978 nam hij het bedrijf over, met hulp van de eigenaar en de bank. Hij breidde uit, hal na hal kwam erbij. In 1997 volgde de verhuizing naar de huidige plek. Het was groeien, groeien. Hij was dag en nacht aan het werk, zeven dagen in de week. Je kunt niet anders, als ondernemer.
Maar soms voelt het als een behoorlijk eenzaam beroep.
Ranja in de keuken Harry komt niet uit een ondernemersgezin. Hij is de oudste van zeven kinderen uit een arm gezin uit Dinteloord, twintig kilometer boven Bergen op Zoom. Zijn vader was landarbeider. Hij werd in de oorlog geboren, in 1943. Van zo vroeg hij zich kan herinneren, van ’s morgens vroeg voor school tot na school ’s avonds laat, moest hij meewerken op het land. Bieten rooien, boontjes plukken, ploegen, eggen. Met elf jaar kon hij een tractor besturen. Met Nieuwjaar mocht vader met zijn gezin een borrel bij de boer komen drinken. De kinderen van de boer mochten mee in de pronkkamer, de
Corné van Opdorp (1980) Havo, hbo small business & retail management, bedrijfskunde, Erasmus Universiteit 2004 – 2008 Diverse functies BOZ Group 2008 – heden Algemeen directeur BOZ Group Getrouwd met Ilona, vader van Iselle Sophie
Harry: ‘Ik ben met niks begonnen, en moet je kijken wat we nu hebben. Een schitterend bedrijf’ arbeiderskinderen dronken hun ranja in de bijkeuken op. Dat stak de jonge Harry. Dat nooit meer, dacht hij. Hij ging naar de ambachtsschool in Bergen op Zoom. Twintig kilometer heen en twintig weer terug, vier jaar lang, door weer en wind. Andere jeugd Zoon Corné van Opdorp, van 1980, groeide anders op. Niemand die kan zeggen dat hij in een gespreid bedje kwam. Corné volgde het pad van de
Wijzer · Rabobank Private Banking
moderne manager, van een generatie die de wind wat meer in de rug had. Hij ging naar de hbo in Rotterdam, small business & retail management. Daarna naar de Erasmus Universiteit, bedrijfskunde, strategic management. Corné is niet technisch, zegt hij, hij is gefocust op het proces, op ondernemen. Op strategie en managen. In 2008 nam Corné de leiding over de BOZ Group over van zijn vader. Corné was vaak op de fabriek. Toen hij zeven was, zat hij al schroefjes
te tellen in het magazijn. Toen hij 15, 16 was, deed hij met een groepje vrienden voorbereidend werk in het weekend: opruimen, schoonmaken, pallets klaarzetten. Janny, zijn twee jaar oudere zus, ging een andere kant op. Zij werkt in de verpleging. Vader werkte altijd, zijn moeder, Afra, was thuis. Hij is nooit wat tekort gekomen, zegt Corné. ‘Als klein menneke ging ik mee naar de klant in Duitsland. Ik lustte weinig, maar dat Duitse eten, langs de snelweg, wienerschnitzel,
53
worst, heerlijk.’ Vanuit de onderhoudsploeg verkende hij de onderdelen van de BOZ Group, voor zover hij die nog niet kende.
Overdracht in crisistijd Dertien jaar geleden richtte Harry een bv op, om het aandelenkapitaal in gedeeltes over te dragen aan de kinderen. Toen, in 2001, kwam de crisis, een van de vorige. Als hij het toen had doorgezet, had hij de kinderen opgezadeld met een verlies in plaats van een kapitaal. De geplande overdracht werd daarom uitgesteld. Ondertussen was Corné tijdens zijn studie in Rotterdam in contact gekomen met grote bedrijven als Google, Microsoft, Deloitte. Mooi, maar toch. In de weekends was hij hier, op de zaak. Het was 2004 toen zijn vader zei: wat zou je ervan vinden om hier wat te gaan doen. Corné ging werken als accountmanager. Harry: ‘Hij moest weten, leren, waarmee wij onze boterham verdienen.’ Eind 2008 – Harry was 65 – nam Corné de leiding over de BOZ Group over. Hij gaf zijn vader symbolisch een golfclub. Hij kreeg van Harry een boetseertafel voor een pottenbakker. Hij zat amper op de bok, of de crisis barstte in 2009 in alle hevigheid los. De toeleveringsindustrie klapte 30 procent naar beneden. Gelukkig was Harry in de eerste jaren na de overdracht achter de schermen nog steeds de kapitein. ‘Anders waren we het eerste jaar met mij als directeur meteen failliet gegaan’, beseft Corné. Harry had het bedrijf zó in de vingers dat hij precies wist welke maatregelen hij moest nemen om te overleven. Hij stelde middelen beschikbaar om het bedrijf overeind te houden. Veel schulden waren er niet. Harry had altijd één regel: eerst geld verdienen, dan investeren. Zo konden ze in de moeilijke jaren ook vrijwel al het personeel houden. Beetje autoritair ‘Vader is van de oude stempel’, zegt Corné. ‘Een beetje autoritair: jongens, dat gaan we doen. Ik moest het respect van onze mensen verdienen. Ik moest echt naar de medewerkers toe: jongens, ik heb jullie nodig.’ Harry heeft nog altijd het grootste deel van de aandelen in handen. Het is de bedoeling om ze onder te brengen 54
Corné: ‘Ik moest het respect van onze mensen verdienen’
in een bv, en ze zo over te doen aan de kinderen. Ze zijn allebei in gelijke mate erfgenaam van het opgebouwde kapitaal. Van Opdorp senior maakt zich niet druk om geld. Nooit gedaan ook. Hij heeft spaar- en vermogensrekeningen bij Rabobank Private Banking, hij heeft zijn pensioen ondergebracht in een bv. Het is goed geregeld. ‘Ik ben met niks
begonnen, en moet je kijken wat we nu hebben. Een schitterend bedrijf. We behoren op ons gebied tot de top drie in Nederland, de top vijf in Europa.’ ‘Voor mij is het meer hobby dan geld verdienen. Ik hoef geen zeilboot, ook geen tweede huis. Als het bedrijf goed draait, alle machines lopen lekker, en als het thuis ook goed gaat, dan ben ik tevreden.’
Wijzer · Rabobank Private Banking
55
56
Financieel DNA
‘De rollen worden nu omgedraaid’ Modeontwerpster Sheila de Vries verwende haar zoon Gideon flink. Maar als hij iets wilde kopen, moest er gespaard worden.
H
oe werd er vroeger bij u thuis met geld omgegaan? Sheila: ‘Mijn zus en ik werden behoorlijk verwend. Niet op een verkeerde manier, maar er was veel ruimte voor leuke dingen. Zo gingen we twee keer per jaar op vakantie, ook naar de wintersport. Dat deed bijna niemand in die tijd. We waren niet rijk, maar er werd wel bewust geld opzijgezet om dat soort dingen te doen. Mijn vader werkte hard in het hotelwezen, en mijn moeder regelde met strakke hand alle geldzaken. Zij zal ook wel een keurig huishoudboekje gehad hebben. Ik was als kind al ondernemend; ik verkocht spulletjes die ik niet meer wilde aan vriendinnetjes, zodat ik met het geld wat ik daarmee verdiende weer nieuwe dingen kon kopen. Gideon is enig kind en mijn man Tom en ik hebben hem op diezelfde manier
Wijzer · Rabobank Private Banking
verwend. Als je zelf zo warm bent opgegroeid en daar zulke mooie herinneringen aan hebt, wil je dat voor je eigen kind ook.’
Wat heb jij meegekregen of geleerd van je ouders, waar het financiën betreft? Gideon: ‘Natuurlijk hebben zij me bijgebracht dat je moet werken voor je geld. Dat hebben zij zelf ook altijd gedaan. En dat je moet sparen als je iets graag wilt. Dat vond en vind ik niet altijd even makkelijk. Ik ben er ook niet heel goed in; als ik het heb, geef ik het uit.’ Sheila: ‘Maar je bent nu toch aan het sparen? Voor je vakantie?’ Gideon: ‘Dat klopt. Soms moet het nu eenmaal, haha. Ik denk dat een belangrijke les die ik van mijn ouders heb gekregen ook is geweest dat je niet boven je stand moet leven. Wat
maakt het nou uit of je in een dure auto rijdt?’
De economische crisis is nog niet helemaal voorbij. We hebben veel faillissementen gezien, onder andere die van Monique Collignon, Jaap Rijnbende en Marlies Dekkers. Hoe heeft u zich meer dan 35 jaar staande weten te houden? Sheila: ‘Door inventief te blijven. Ja, natuurlijk ben ik creatief, maar ook zakelijk. Niets ging bij mij ooit op rekening; klanten betaalden 50 procent vooraf, en de rest nadat een stuk naar tevredenheid was geleverd. Zo houd je je cashflow op peil, en heb je niet het probleem van onbetaalde rekeningen. Ik ben altijd blijven vernieuwen, en speelde steeds in op het heersende klimaat. Dat is ook een van de redenen dat ik in 2011 stopte met het geven van grote modeshows. Vroeger was na
57
‘Vroeger zei ik tegen jou dat je moest sparen, tegenwoordig zeg jij “Nu even de hand op de knip, mam”’ Gideon de Vries (1976) Mede-eigenaar van Sheila & Gideon Collections. Groeide op boven het atelier van zijn moeder. Was voorheen ondernemer en webdesigner, ontwerpt nu de herencollectie.
Sheila de Vries (1949) Modeontwerpster. Opende in 1978 haar eerste winkel. Ze stopte in 2011 met het geven van grote modeshows. Sheila ontwerpt sinds 2003 de kleding voor prinses Beatrix.
58
afloop van een show alles al verkocht, de laatste jaren nog geen fractie. Mensen kwamen voor zichzelf naar zo’n show, om gezien te worden. Maar ze gaven het geld niet meer uit. Dergelijke shows kosten zomaar een ton, dus dan moet je daarmee stoppen.’ Gideon: ‘Ik denk ook dat veel ontwerpers het niet redden omdat ze te snel denken dat ze er zijn. Ze komen net van hun opleiding, hebben één collectie gemaakt, en noemen zichzelf ontwerper. Maar het kost jaren om een naam op te bouwen.’ Sheila: ‘Dat is absoluut waar. Misschien hebben sommigen ook te veel mensen in dienst, wat veel geld kost. Ik heb overigens altijd gezorgd dat ik er dingen naast deed. Ik ontwerp bedrijfskleding en maak voor Witteveen een betaalbare collectie damesconfectie. Ik ben nu bezig met het ontwerpen van banken voor Prominent, dat is weer iets totaal nieuws. Ik vind dit allemaal erg leuk om te doen, maar het is financieel natuurlijk ook aantrekkelijk. Dat houd ik altijd wel in mijn achterhoofd.
Ik vind het om veel redenen fijn om het bedrijf nu met Gideon te doen, maar niet in de laatste plaats omdat hij van een andere generatie is. Hij is jong, en heeft die frisse blik. Weet wat er speelt, en wat er nodig is. En hij is online natuurlijk veel sterker dan ik.’
Jullie werken sinds enkele jaren samen. Wie van jullie gaat over het geld? Gideon: ‘Ik. Jarenlang heeft de nicht van mijn vader alle financiën geregeld, maar zij heeft dat langzaam overgedragen aan mij. Op de verdieping onder onze winkel bevinden zich het atelier en ons kantoor, daar doe ik achter mijn computer de administratie. Mijn moeder en ik hebben eigenlijk nooit meningsverschillen, ook niet over geld. We zitten heel erg op één lijn.’ Sheila: ‘Maar het is nu een beetje de omgekeerde wereld. Vroeger zei ik tegen jou dat je moest sparen, tegenwoordig zeg jij af en toe: “Nu even de hand op de knip, mam.” Waar ik dan ook braaf naar luister.’
Hollandse held #3 Nijntje Er is in de Nederlandse beeldende kunst bijna geen eenvoudiger creatie dan het konijntje van de Utrechtse illustrator Dick Bruna (1971). In een halve eeuw groeide Nijntje – of ‘Miffy’, zoals de Engelsen zeggen – uit tot een van Nederlands belangrijkste exportproducten.
Wijzer · Rabobank Private Banking
Nochtans maakte Dick Bruna in juli 2014 bekend dat hij geen nieuwe boeken meer zal maken. Een heel grote ramp kan dat echter niet worden genoemd, want de hele wereld heeft Nijntje al lang en breed in de armen gesloten.
59
Kennis
M
Column
Wij worden zorgconsumenten
et de hand overschrijvingsformulieren invullen, naar de brievenbus lopen, waarna een weekje later een betaling door een bankmedewerker wordt ingeklopt. Ondenkbaar anno 2014, waar internet en mobiele apps een vaste plaats hebben gekregen in de manier waarop wij onze bankzaken (zelf) regelen. Maar in de gezondheidszorg is deze werkwijze nog aan de orde van de dag. Chronisch zieke patiënten moeten regelmatig naar het ziekenhuis voor kleine controles. Ouderen zien soms wel tien verschillende zorgverleners en moeten iedere keer opnieuw hun verhaal vertellen, doordat medische dossiers niet zijn gekoppeld. Ik vind het tijd voor een digitale revolutie in de zorg. Ondanks dat het logisch lijkt, gaat zo’n revolutie niet vanzelf. En net zoals toen banken met de eerste vormen van elektronisch bankieren startten, zijn er bezwaren. En vaak blijkt dat het niet de klanten – of patiënten zoals zij in de zorg worden genoemd – zijn die zo’n ontwikkeling tegenhouden. Natuurlijk zijn er zorgen over privacy, veiligheid en betrouwbaarheid. En terecht. Maar de werkelijke weerstand zit hem in het
60
Daan Dohmen
dr. ir. D.A.J. (Daan) Dohmen is zorgfuturist en CEO van Focus Cura. Hij was Ondernemer van het Jaar en zijn bedrijf Meest Innovatieve Bedrijf van Nederland. In 2012 promoveerde Daan cum laude op techniek in de zorg thuis.
adapteren van een heel andere manier van werken. Dat gaat niet over techniek, maar over een cultuuromslag. De komende jaren is die cultuuromslag in de zorg onvermijdelijk. Immers, in een sector waarin wij zelf steeds meer moeten betalen voor onze zorg, zal de patiënt meer en meer verworden tot klant. Een zorgconsument die op zoek gaat naar de beste
zorg die bij hem of haar past. En een klant is ook op zoek naar service. Gemak. En, als het over je gezondheid gaat: vertrouwen. Zelf werk ik hard aan een missie om ouderen en chronisch zieken zelfstandig te laten blijven. Zo kan via onze virtuele wachtkamer PatientHub de dokter op afstand veilig, middels videocontact met patiënten communiceren. En door de ThuismeetApp kunnen vitale waarden als bloeddruk, gewicht of hartslag vanuit huis ingestuurd worden. Is er iets aan de hand, wordt er gelijk aan de bel getrokken. Voor ouderen en chronisch zieken kan dit een uitkomst zijn omdat ze dan niet steeds naar het ziekenhuis hoeven. En mijn helden? Naast de ouderen en chronisch zieken, waarvoor ik heel graag wil zorgen dat zij zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven, zijn dat de zorgverleners. Zorgverleners die elke dag onder enorme tijdsdruk hun patiënten zo goed mogelijk helpen. En die ervaren dat dankzij eenvoudige techniek het leven van hun patiënt een stukje aangenamer kan worden. Gewoon omdat zij weer de regie hebben over hun eigen leven.
Kennis Het katern over economische, financiële en culturele trends en thema’s
Wijzer · Rabobank Private Banking
61
Start me up
Helden van de toekomst
Veelbelovende start-ups genoeg in Nederland. Wie naast geld ook eigen expertise investeert in helden in de maak, heeft de meeste kans op succes.
D
é valkuil voor de startende ondernemer: te lang wachten met de markt opgaan. Zelfs al is het nog maar half af, lanceer je product snel en gebruik feedback om het gaandeweg te verbeteren. Zie hier een van de tips van doorgewinterde ondernemer en informal investor Paul Straathof. Hij stond al diverse start-ups bij met financiële middelen, maar vooral ook met zijn expertise en omvangrijke netwerk. Want dat is bij informal investments een onlosmakelijke combinatie. In start-ups investeren kan interessant zijn, maar ervaring met ondernemen is een must. Het gaat immers om bedrijven in de vroegste fase van hun ontwikkeling, vaak nog zonder klanten of bewezen producten. Zie zonder een zakelijke achtergrond zo’n bedrijf maar eens op waarde te schatten en verder te helpen. ‘Door als informal investor bij te sturen en je netwerk open te stellen, heb je zelf invloed op het succes’, zegt vermogensmanager Mark Janssen van Rabobank Bollenstreek. ‘Dan kan een investering in een jonge onderneming een mooi rendement en een goed gevoel opleveren.’ Het kán, maar het kan ook goed misgaan. Welk bedrijf een succes wordt?
62
Dat is de million dollar question. De vuistregel is dat van de tien starters vijf voortijdig omvallen en vier hun inleg of iets meer opbrengen. Gemiddeld zal slechts een op de tien werkelijk doorbreken, en misschien wel tien keer de investering uitbetalen. Des te belangrijker is spreiding: zet niet alles in op één start-up, hoe veelbelovend die ook lijkt.
Gebruik vrij vermogen Investeer vooral ook met geld waarvoor je geen specifiek doel hebt, adviseert Han Dieperink, chief investment officer van de Rabobank. ‘Is het geld dat je in een start-up wil steken bestemd voor de pensioen-bv die over een paar jaar moet beginnen met uitkeren? Niet doen. Gebruik alleen echt vrij vermogen. Je moet het geïnvesteerde bedrag namelijk volledig kwijt kunnen raken.’ Niet alleen is het succes van de starter ongewis, bovendien kan de investeerder niet zomaar elk moment uitstappen en cashen. Gesteld dat het product aanslaat, dan gaat er al gauw een jaar of vijf overheen voordat zich een exitmogelijkheid voordoet. Dat tijdspad is ook afhankelijk van de sector, is de ervaring van Hendrik van der Meulen,
directeur van KplusV. KplusV verzorgt de voorselectie van ondernemers die willen deelnemen aan het platform van de Rabobank dat start-ups introduceert bij informal investors. Investeringen in ICT-starters kunnen soms na een jaar al renderen, terwijl bijvoorbeeld de ontwikkeling van een medicijn zo tijdrovend is dat minimaal op zeven à acht jaar gerekend moet worden. Veelal wordt het bedrijf dan
Top 3 start-ups
Ondernemers binnen deze sectoren zoeken kapitaal 1 ICT Vooral: ontwikkeling van nieuwe applicaties (apps) of onlineplatforms. 2 Energie Ontwerp van technologie voor minder of schoner energieverbruik. 3 Medische apparatuur Productie van hulpmiddelen om langer (thuis) te kunnen leven. bron: Hendrik van der Meulen, KplusV organisatieadvies
Wijzer · Rabobank Private Banking
63
‘Je investeert vanuit passie, net als ondernemen’
64
verkocht aan een grotere branchegenoot, een andere investeerder of aan het management zelf. Wel kan bij een goede cashflow mogelijk een jaarlijkse dividenduitkering afgesproken worden, maar dat zal niet de regel zijn.
Spreid over meerdere starters In de praktijk zal een investeerder die een deel van zijn vermogen in start-ups steekt al gauw over een vrij beschikbaar vermogen moeten beschikken van zo’n 1 à 2 miljoen euro. Aangezien een start-up minimaal een ton tot wel 1,5 miljoen euro nodig heeft om op gang te komen, is spreiding over meerdere starters nog niet zo eenvoudig. Een platform als Money Meets Ideas biedt soelaas. Met enige regelmaat organiseert het platform bijeenkomsten waar drie gescreende start-ups zich presenteren voor enkele tientallen investeerders in spe. Dit zijn vaak ex-ondernemers, volgens Van der Meulen ook dertigers die al fortuin hebben gemaakt met de verkoop van hun eigen bedrijf. Voor de investeerder is deze bemiddeling kosteloos, de starter betaalt 2 procent van het geïnvesteerde bedrag. Er zijn meer van dergelijke platforms. Zo screent ook Informal Investment Services van ABN AMRO start-ups die beginkapitaal nodig hebben, om deze vervolgens te koppelen aan geïnteresseerde privatebankingklanten. Online matchmakers zijn bijvoorbeeld Investormatch.nl en Investeringsplein. nl. Investeren via een fonds kan ook, bijvoorbeeld van ICN (The Informal Capital Network) of TIIN Capital (The Informal Investor Network). Bij deze fondsen kán de investeerder een actieve, adviserende rol aangaan, maar dat hoeft niet. Grootschalige private-equityfondsen of venturecapitalfondsen zijn af te raden, vindt Rabobank-CIO Dieperink. Niet alleen zijn zij beperkt toegankelijk voor particulieren, bovendien zijn de kosten dermate hoog dat het nettorendement gemiddeld gelijk is aan een aandelenbelegging, terwijl het risico vaak hoger is. Zonder tussenkomst van enige intermediair contact leggen met een veelbelovende starter kan natuurlijk ook. Eerst enige kennis over Wijzer · Rabobank Private Banking
informal investing verwerven is dan verstandig. Een overzicht van opleidingen en netwerken in Nederland is te vinden bij de overkoepelende organisatie BAN Nederland (Business Angels Network). De keuze is uiteindelijk aan de investeerder, ook als intermediairs de voorselectie maken. Daarom laat de informal investor zich vaak bijstaan door eigen professionele adviseurs (niet zijnde de Rabobank of KplusV). Zoals voor het uitvoeren van een eigen due-diligenceonderzoek ten aanzien van de onderneming waarin de informal investor wil investeren. Daarnaast valt te denken aan andere, door de informal investors in te schakelen, eigen experts, zoals een jurist, een patentkundige of een hoogleraar technologie. Zo is bij een ICT-starter kennis van technologie onmisbaar om te kunnen bepalen of die spannende vinding wel te vertalen is naar een commerciële markt.
Investeren met passie De investeerder kan nog zoveel expertise inschakelen, uiteindelijk zal hij zelf moeten geloven in de ondernemer en het plan. Vertrouwen staat daarbij volgens Van der Meulen van KplusV op nummer één. ‘Je moet je in elkaar kunnen verplaatsen, het eens zijn over waar de onderneming naartoe moet.’ Op dit punt ziet hij heel wat verkennende gesprekken stranden. ‘De starter is te trots op zijn vinding, de investeerder te kritisch.’ Ander criterium is dat het bedrijf in de nabije toekomst waarde moet kunnen creëren. Om groeipotentie te hebben, moeten de activiteiten makkelijk en zonder forse investeringen zijn uit te breiden. Daartoe moet het bedrijf beschikken over de juiste technologie, de goede mensen, kanalen in de markt. Laatste test is of de cijfers die de startende ondernemer aanlevert deugdelijk zijn. En ten slotte doet de informal investor er verstandig aan zijn eigen motivatie onder de loep te nemen. Alleen gaan voor het gewin is vragen om een teleurstelling. Daarvoor is het risico op mislukking te groot. Van der Meulen: ‘Je doet het vanuit passie, net als ondernemen.’
Succesverhaal: Homewizard Met Homewizard had informal investor Paul Straathof – die al diverse startende ondernemingen met financiën, raad en daad terzijde stond – een gouden idee in handen. De ontwikkeling van een kastje dat kan communiceren met bestaande apparaten in huis als lampen, verwarming en rolluiken, zodat die via de smartphone op afstand zijn te bedienen. De jonge IT-expert Erwin Marges richtte zich op de technische foefjes, Straathof stond hem bij met de praktische bedrijfsvoering en zette zijn netwerk in. Verschillende partijen haakten aan op basis van no cure, no pay. Zo zorgde een zakelijke kennis van Straathof voor onderdak, een deel van diens kantoor stond toch leeg. Hij zou met terugwerkende kracht betaald krijgen zodra de Sassenheimse onderneming winstgevend werd. Diezelfde toezegging kregen de programmeurs die de software ontwikkelden. Marketing verliep via sociale media, ‘community selling’ noemt Straathof het. Dat werkte. Binnen enkele jaren was Homewizard winstgevend. Inmiddels gaat het kastje ook internationaal over de toonbank, onder meer in Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Begin dit jaar is Homewizard, drie jaar na oprichting, verkocht aan branchegenoot Smartwares. Marges en Straathof blijven de komende jaren betrokken bij het bedrijf. Hun beloning: de verkoopsom plus een extra bedrag bij voortgaande verkoopsuccessen. 65
Door de ogen van
Mr. Han Dieperink (1967) trad na zijn studie civiel en fiscaal recht aan de Universiteit Leiden in dienst bij de Rabobank. Sinds 2000 is hij Chief Investment Officer bij Rabobank Private Banking.
Sterke Nederlandse wortels D e muren waarmee Nederlandse bedrijven zich beschermen tegen overnames zijn voor een groot deel afgebroken. Als de corporate governance nu ook verbetert, kan er een einde komen aan de Dutch discount. Dat effent de weg voor meer bedrijvigheid en nieuwe Hollandse helden. Ze bestaan nog steeds: de Hollandse helden van de AEX. We mogen in Nederland trots zijn op grote beursgenoteerde bedrijven als Philips, Heineken en DSM. Ook succesvolle multinationals die ontstaan zijn uit grensoverschrijdende fusies, zoals Unilever en Shell, hebben nog altijd sterke wortels in Nederland. Dat neemt niet weg dat een behoorlijk deel van het Nederlandse bedrijfsleven de afgelopen jaren in buitenlandse handen is gekomen. Voor het uitbreken van de kredietcrisis hoorden we het ene na het andere verhaal over overnames door private equity. Zoals VNU, Hoogovens, Numico en de halfgeleiderdivisie van Philips. De teneur was dat buitenlandse investeerders bezig waren de BV Nederland in
66
hoog tempo leeg te roven. De Dutch discount is debet aan die overnamegolf. Die houdt in dat Nederlandse bedrijven lager worden gewaardeerd dan gelijksoortige bedrijven uit andere landen. Dat was zo en dat is nog steeds zo. Voor investeerders is die lagere waardering aantrekkelijk; bij een overname krijgen ze feitelijk een korting op de aankoopprijs.
Dutch discount? De term Dutch discount kwam op in de jaren negentig van de vorige eeuw. De lagere waardering van Hollands glorie hangt samen met de sterke beschermingsconstructies die Nederlandse bedrijven hebben opgetuigd. In ons Rijnlandse model hebben aandeelhouders minder te vertellen dan in het Angelsaksische model. Een ‘beschermd’ Nederlands bedrijf is daarom voor aandeelhouders minder interessant dan een buitenlandse onderneming waarop ze meer invloed hebben. De Dutch discount is ook veroorzaakt door tekortschietende corporate governance. Dat wil zeggen de inrichting van het ondernemingsbestuur en
de manier waarop verantwoording wordt afgelegd aan aandeelhouders, werknemers en andere belanghebbenden. Door het old boys network was het ons kent ons in de Nederlandse bestuurskamers. Die mentaliteit was de voedingsbodem voor schandalen als de boekhoudfraude bij Koninklijke Ahold en de ‘zoekgeraakte’ oliereserves van Shell. Transparantie In de loop der jaren is – mede onder druk van Europa – een deel van de kasteelmuren rondom Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen afgebroken. Ook wat betreft het versterken van de corporate governance zijn stappen gezet, bijvoorbeeld met de invoering van de code-Tabaksblat. Dat is een goede zaak, maar er moet meer gebeuren. De code-Tabaksblat heeft aandeelhouders weliswaar meer zeggenschap gegeven, maar nog altijd is het ondernemingsbestuur onvoldoende transparant. Dat maakt het voor aandeelhouders lastig om de leiding van een bedrijf aan te spreken op slecht beleid. De recente overnameperikelen bij KPN lieten bovendien zien dat een Nederlands bedrijf nog altijd
‘We hebben als land veel te winnen bij het versterken van corporate governance’ beschermingswallen kan optrekken tegen een ongewenste overname. Nederland heeft veel te winnen bij het slechten van beschermingsmuren en het versterken van de corporate governance. Als open economie heeft de BV Nederland belang bij een aantrekkelijk investeringsklimaat en een open bedrijfscultuur. Om die reden vestigen bedrijven als staalreus ArcelorMittal hun hoofdkantoor hier. Zij zijn dan wel geen Hollandse helden, maar ze zorgen wel voor werkgelegenheid. Bovendien heeft de toegenomen invloed van aandeelhouders ervoor gezorgd dat problemen bij een aantal Nederlandse bedrijven sneller worden aangepakt. Het waren aandeelhouders die met Shell in discussie gingen over de structuur van het bedrijf Wijzer · Rabobank Private Banking
en ABN AMRO wezen op de matige resultaten binnen sommige onderdelen. Zo zijn het ook de aandeelhouders die de bedrijfstop kunnen aanspreken op buitensporige bonussen of een te risicovolle strategie. Door beschermingsconstructies af te breken en de governance te verbeteren komt er een einde aan de Dutch discount. Dat is gunstig, want de discount zorgt er nog altijd voor dat Nederlandse bedrijven die naar de beurs gaan, minder of tegen minder gunstige voorwaarden kapitaal kunnen ophalen dan de concurrentie in het buitenland. Zonder discount zijn we van die handicap af. Als de discount verdwijnt, kan Nederland gemakkelijker buitenlandse bedrijvigheid aantrekken en kunnen
nieuwe Hollandse helden ontstaan. Bedrijven die voldoende kapitaal kunnen aantrekken en goed worden bestuurd, mede doordat de aandeelhouders daadwerkelijk zeggenschap hebben. Dat zorgt voor meer werkgelegenheid en komt de economie als geheel ten goede. Daar komt bij dat bedrijven die al aan de Nederlandse beurs genoteerd staan, hoger gewaardeerd zullen worden. Uiteindelijk is een hoge waardering de beste bescherming tegen een overname. Daar kan geen constructie tegenop. En laten we eerlijk zijn: dan maakt het ook niet zoveel uit of die goedgeleide ondernemingen in Nederlandse of buitenlandse handen zijn. 67
Door de ogen van
Drs. Jos Brauwers (1961) is directeur Vermogensstructurering. Hij studeerde bedrijfseconomie en fiscale economie in Rotterdam en is lid van de examencommissie van de MFPopleiding aan de Erasmus Universiteit.
Levensbelang G
oede kans dat u een testament heeft. Daarin heeft u tot in de puntjes vastgelegd hoe u de zaken na uw overlijden geregeld wilt hebben en natuurlijk wat er met uw nalatenschap moet gebeuren. En gelukkig maar. Onduidelijkheid voor uw familie, en mogelijk zelfs ruzie over de erfenis, is niet uw laatste wens. Maar wat gebeurt er als u een zwaar ongeluk of ernstige ziekte krijgt en zelf geen beslissingen meer kunt nemen? Waarschijnlijk denkt u daar niet graag over na. Maar een ongeluk zit in een klein hoekje. Bovendien komt met het stijgen van de levensverwachting dementie – vaak als gevolg van de ziekte van Alzheimer – steeds meer voor. Stel, u begint te dementeren en moet naar een verzorgingshuis. Dan bent u misschien niet langer in staat zelf te beslissen over uw vermogen, verzorging en medische behandeling.
68
Dat is een schrikbeeld, maar helaas wel de praktijk als u niets op papier heeft staan. De wet bepaalt dat de rechter iemand die niet langer zelf beslissingen kan nemen ‘wilsonbekwaam’ kan verklaren. Hij benoemt dan een bewindvoerder om uw zaken waar te nemen.
Wie beslist? Doorgaans is dat uw partner, maar dat hoeft niet. De rechter kan ook een (ver) familielid of een onbekende derde als bewindvoerder benoemen. Hij of zij moet ineens de beslissingen voor u nemen. De rechter houdt wel toezicht op uw vermogen en voor belangrijke beslissingen is zijn toestemming nodig. Voor de zorgzaken wordt er een mentor benoemd. In uitzonderlijke gevallen kunt u onder curatele worden gesteld. U kunt deze gang van zaken voorkomen door tijdig een notariële volmacht op te stellen. Met zo’n volmacht
kunt u uw partner of een derde namens u laten optreden. Maar de notariële volmacht kent een belangrijk nadeel; net als bij de wettelijke procedure bij de rechter kunt u daarin geen persoonlijke wensen vastleggen.
Opmars levenstestament Een levenstestament, opgemaakt door de notaris, kan uitkomst bieden. In het levenstestament legt u vast wat er moet gebeuren en wie namens u beslissingen neemt als u dat niet meer kunt. Dat kan uw partner zijn, maar ook uw kinderen of een andere persoon die u vertrouwt. Het levenstestament is bezig aan een opmars. Inmiddels hebben ruim 44.500 Nederlanders zo’n testament, zo blijkt uit cijfers van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB). De groeiende populariteit is begrijpelijk: het geeft u de zekerheid dat er naar uw wensen wordt gehandeld en het schept duidelijkheid voor uw
‘Een levenstestament wordt op maat gemaakt, zeer geschikt voor mensen met vermogen’ omgeving en diegene die uw zaken regelt. In omringende landen bestaat het levenstestament overigens al veel langer. Een groot voordeel van het levenstestament is dat het op maat kan worden gemaakt. Daarmee is het bij uitstek geschikt voor mensen met vermogen. Want juist in die gevallen zitten de zaken vaak complex in elkaar en zijn de belangen groot. Misschien heeft u een eigen bedrijf, meerdere huizen en uw geld gespreid over verschillende rekeningen en beleggingen. Dan heeft u vast ook opvattingen over hoe daarmee moet Wijzer · Rabobank Private Banking
worden omgegaan als u dat zelf niet meer kunt bepalen.
Regie houden U kunt in een levenstestament ook uw wensen als het gaat om schenkingen, verzorging, medische behandelingen en uw levenseinde vastleggen. Zo kan een niet-behandelverklaring of een euthanasieverklaring deel uitmaken van uw levenstestament. Ook kunt u praktische zaken vastleggen, zoals de verzorging van uw huisdieren. Zo houdt u de regie over uw geld, gezondheid en andere voor u belangrijke zaken, ook al laat u de uitvoering aan iemand anders over.
Om er zeker van te zijn dat er in uw belang wordt gehandeld, kunt u bovendien een toezichthouder aanwijzen. De akte wordt geregistreerd in het Centraal Levenstestamentenregister (CLTR) van notarissen. Van de akte kunt u een uittreksel krijgen, dat u aan uw vertrouwenspersoon kunt geven. Zie het levenstestament als ‘uw laatste wil bij leven’. Veel mensen regelen hun uitvaart en hun nalatenschap tot in de puntjes. Wat is er dan logischer dan uw wensen net zo zorgvuldig vast te leggen als het over uw leven gaat? 69
Door de ogen van
Dr. Wim Boonstra (1958) is chef-econoom en hoofd van het directoraat Kennis en Economisch Onderzoek van de Rabobank. Aan de Vrije Universiteit doceert hij het vak geld- en bankwezen. Daarnaast is hij onder meer voorzitter van de Monetaire Commissie van de European League for Economic Cooperation.
Economisch herstel is nog kwetsbaar M
inister Dijsselbloem van Financiën presenteerde op 16 september zijn derde miljoenennota. Het was een relatief opgewekt verhaal, zeker vergeleken met voorgaande jaren. De Nederlandse economie groeit een beetje en het gaat de goede kant op met de overheidsfinanciën. Daardoor kan het kabinet de budgettaire teugels wat laten vieren en dat geeft het economisch herstel een steuntje in de rug. Kortom, geen ongunstig beeld. Maar spectaculair was de inhoud van het koffertje niet. Dat maskeert enigszins dat de Nederlandse economie de afgelopen jaren ingrijpend op de schop is gegaan. Denk aan de stapsgewijze verhoging van de pensioenleeftijd. Die maatregel draagt in hoge mate bij aan het betaalbaar houden van oudedagsvoorzieningen als de AOW. Ook de woningmarkt is stevig hervormd: de hypotheekrenteaf-
70
trek wordt geleidelijk afgebouwd en de huurmarkt wordt losgetrokken. Hierdoor gaat de woningmarkt beter functioneren. En het toezicht op het bankwezen is sterk aangescherpt. Daardoor hebben de Nederlandse grootbanken vandaag de dag hogere financiële buffers dan lange tijd het geval was. Eigenlijk is dat nog maar een kleine greep uit de vele maatregelen van de afgelopen jaren. De kabinetten Rutte I en II hebben voor 54 miljard euro aan hervormingen en lastenverzwaringen doorgevoerd. Noodzakelijk vond men, want de overheidsfinanciën moesten weer in het gareel worden gebracht. Uiteraard zijn nog lang niet alle hervormingen volledig afgerond. Met sommige moet zelfs nog worden begonnen. Lastenverlichting Het is dit kabinet dan ook nauwelijks kwalijk te nemen dat het nu eerst het beleid dat al in gang is gezet zorgvul-
dig wil afronden en niet te veel nieuwe maatregelen wil aankondigen. Die mogelijkheid is er ook. Dankzij het herstel van de economie verbeteren de overheidsfinanciën en ziet het kabinet zelfs ruimte om een deel van de voorgenomen lastenverzwaringen voor 2015 op te schorten. Ten opzichte van het voorgenomen beleid is daardoor sprake van een lastenverlichting. Voor gezinnen gaat het in totaal om een bedrag van 1 miljard euro. Het kabinet heeft verder onder meer extra geld gevonden voor defensie (100 miljoen structureel), extra noodhulp (eenmalig 500 miljoen) en opvang van asielzoekers (375 miljoen). En de ambtenaren, die jarenlang geen loonsverhoging kregen, zien hun inkomen volgend jaar weer iets stijgen. Het aantal kindregelingen gaat terug van elf naar vier. Die maatregel kan flinke gevolgen hebben voor lagere inkomens. Zo stijgt de koopkracht van alleenstaande ouders met een baan, terwijl alleenstaande ouders
‘Is het verstandig om het budgettaire kruit nog even droog te houden?’ met een uitkering erop achteruitgaan. Dat is pijnlijk voor die laatste groep en daardoor is de maatregel politiek lastig te verkopen. Maar vanuit economisch oogpunt is het verstandig. Het verkleint de zogeheten armoedeval waarin veel mensen met een uitkering zich bevinden.
Meer ambitie! Alles overziend is het een tamelijk conservatieve, maar degelijke begroting. Het overheidstekort neemt volgend jaar af tot 2,2 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Dat is ruim beneden de Europese norm van 3 procent. Uiteraard roept de oppositie dat de regering dús ruimte heeft om meer te stimuleren, maar daar gaat Wijzer · Rabobank Private Banking
de minister niet in mee. Hij wijst er terecht op dat het economisch herstel nog kwetsbaar is en dat hij rekening moet houden met tegenvallers. Door nu een beetje marge in te bouwen hoeft hij bij de eerste de beste tegenvaller niet gelijk opnieuw in te grijpen. Het is verstandig om het budgettaire kruit nog even droog te houden. Dit neemt niet weg dat het kabinet wel iets meer ambitie mag uitstralen. Het kabinet heeft weliswaar een belastinghervorming aan gekondigd die 100.000 banen moet opleveren, maar die is natuurlijk pas over een jaar of vijf klaar. We weten dat er miljarden moeten worden geïnvesteerd in het verbeteren van onze waterinfrastructuur, zoals dijken, kanalen, sluizen en gemalen. De
rente is lager dan ooit, dus goedkoper dan nu kan het niet worden uitgevoerd. Kan dat in de vorm van publiek-private samenwerking niet snel in gang worden gezet? En mocht dat bijten met Europese begrotingsregels, dan kan ik me niet voorstellen dat Nederland voor zoiets belangrijks geen toestemming krijgt. Ons land produceert immers meer dan de helft van het bbp beneden de zeespiegel. Het kabinet heeft een zeer verantwoorde begroting ingediend. Maar het mag best wat ambitieuzer. Niet om meer ‘leuke dingen voor de mensen’ te doen. Wel om de toekomst van de BV Nederland te versterken. 71
Hoe werkt …
Spreiding bij beleggen
Beleggen vraagt om een evenwichtige aanpak, gericht op de lange termijn. Om daarbij onnodige risico’s te voorkomen, is spreiding in de portefeuille essentieel.
W
ie slechts een beperkt aantal dezelfde of op elkaar lijkende beleggingen in zijn portefeuille heeft, neemt extra risico. Gebeurt er iets met het desbetreffende bedrijf of in de desbetreffende sector of regio, dan kan die portefeuille veel waarde verliezen. Door beleggingen te spreiden, over bijvoorbeeld verschillende beleggingscategorieën, regio’s en sectoren, is een portefeuille meer bestendig tegen schokken in de markt. Spreiding kan bovendien voorkomen dat een belegger emotionele, ongefundeerde beslissingen neemt en de spreekwoordelijke eieren allemaal in één mandje legt. Als de beleggingen goed gespreid zijn, is er minder reden om bij te sturen. Verdeling in categorieën Spreiding begint meestal bij een verdeling van de beleggingen over aandelen en obligaties. Aandelen zijn risicovoller dan obligaties. De koers is meer afhankelijk van de winstgevendheid van ondernemingen en van gebeurtenissen en sentimenten in de markt, terwijl obligaties een stabieler rendement opleveren. Aandelen en 72
obligaties kunnen een min of meer tegengestelde beweging laten zien. Dalende rentes zorgen nogal eens voor stijgende koersen. Trekt de economische groei aan, dan zorgen de aandelen doorgaans voor waardevermeerdering van de portefeuille. Zit het tegen, dan helpen obligaties een al te groot verlies aan waarde te voorkomen.
Spreiding binnen aandelen Binnen de categorie aandelen kunnen de beleggingen over sectoren en regio’s worden gespreid. Sectoren zijn bijvoorbeeld: l energie; l industrie en dienstverlening; l farmacie en gezondheidszorg; l financiële dienstverlening; l IT, telecom en nutsbedrijven. De Rabobank spreidt over de regio’s Europa, Noord-Amerika, Azië en opkomende markten. Doen de aandelen het slecht in bijvoorbeeld IT en telecom, dan kunnen de aandelen in farmacie en gezondheidszorg het toch goed doen. En als de beurzen in Azië in de min staan, dan kunnen ze in NoordAmerika nog best in de plus staan. Zo voorkomt spreiding over sectoren
en regio’s onnodige extra risico’s bij beleggen.
Spreiding van obligaties Ook binnen de categorie obligaties is spreiding goed te doen. Bijvoorbeeld naar looptijd, een spreiding naar sectoren (staats- of staatsgerelateerde obligaties, financiële instellingen, bedrijfsobligaties en covered bonds) en een spreiding naar rating (AAA, AA, A, BBB en high yield). Maar hoe weet u nu of uw portefeuille voldoende gespreid is? Beleggers van de Rabobank kunnen dat in de online spreidingsrapportage voor hun portefeuille zien. Er is overigens niet zoiets als de beste spreiding. Van belang is de doelstelling die u met uw beleggingen nastreeft en welk risico u bereid bent te lopen. Wie bereid is meer risico te lopen, wordt daar op de lange termijn meestal voor beloond. Hebt u echter een korte beleggingshorizon, dan is veel risico lopen onverstandig. De portefeuille heeft dan immers onvoldoende tijd om van tegenvallers te herstellen.
‘Ook binnen de categorie obligaties is spreiding goed te doen’
Spreidingsrapportage De Rabobank geeft beleggers online, waar en wanneer ook, inzicht in de spreiding van hun beleggingsportefeuille. In deze spreidingsrapportage is helder weergegeven wat de waarde is van de beleggingen in de diverse categorieën en subcategorieën en ook welk belang, in percentages, die categorieën en subcategorieën in de portefeuille hebben. De gegevens zijn behalve in cijfers ook in diagrammen weergegeven. Deze rapportage, tot voor kort alleen inzichtelijk tijdens adviesgesprekken, is binnenkort voor elke belegger bij de Rabobank online beschikbaar.
1
4
7
Specifiek risico
10
13
16
19
22
25
28
Marktrisico
De grafiek laat gestileerd het effect van spreiding op de portefeuille zien. Naarmate meer titels aan een portefeuille worden toegevoegd, neemt het specifieke risico af. Dit specifieke risico is een extra, onnodig risico waaraan een belegger zich blootstelt bij een onvoldoende gespreide portefeuille.
Wijzer · Rabobank Private Banking
73
Fiscale pensioenwetgeving op de schop
Pensioen is in 2015 niet meer hetzelfde A
Per 1 januari 2015 wordt de fiscale pensioenwetgeving opnieuw aangepast. De wijzigingen raken iedereen die een pensioen opbouwt, in het bijzonder mensen met een inkomen boven 100.000 euro.
l twintig jaar geleden, in 1995, onderzocht de commissieWitteveen het vraagstuk van flexibilisering en individualisering van pensioenen. Daaruit kwam destijds het Witteveenkader voort. Dit kader geeft de grenzen aan waarbinnen fiscaal gefacilieerd pensioen kan worden opgebouwd. In juni 2013 ging de Tweede Kamer, en in mei 2014 de Eerste Kamer, akkoord met de Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioenen en maximering pensioengevend inkomen. Deze wet leidt tot een flinke versobering van het Witteveenkader. Wie geen maatregelen neemt, loopt een risico met zijn ouderdomspensioen en nabestaandenpensioen. Ingrijpende veranderingen Per 1 januari 2015 zullen verschillende aspecten van het Witteveenkader ingrijpend veranderen. Om te beginnen worden de opbouwpercentages versoberd. Daarnaast zal er boven 74
een inkomen van 100.000 euro geen fiscaal gefacilieerde pensioenopbouw meer mogelijk zijn. De veranderingen zullen ook gevolgen hebben voor de jaarruimteberekening voor de aftrek van lijfrentepremies en de maximale opbouw van de oudedagsreserve. Verder wordt per 1 januari 2015 een nieuwe faciliteit ingevoerd, namelijk een nettopensioen of nettolijfrente.
Pensioen in orde? Wat uw plannen voor later ook zijn, bereid u op tijd op uw pensioen voor. Bekijk welke maatregelen u kunt treffen om later voldoende te kunnen besteden. Denk bijvoorbeeld aan het aflossen van uw hypotheekschuld. U kunt hypotheekrente maximaal 30 jaar aftrekken. Is uw hypotheekschuld na 30 jaar niet afgelost, dan kunt u de rente over het restant van uw hypotheekschuld niet meer aftrekken. Extra aflossen op uw hypotheekschuld levert lagere lasten op, waardoor u maandelijks meer kunt overhouden.
Checklist Lagere opbouwpercentages Deelnemers in een pensioenregeling bouwen jaarlijks een bepaald percentage van de pensioengrondslag op aan ouderdomspensioen. Vanaf 2015 is dat in een eindloonregeling maximaal 1,657 procent (nu 1,9%) en in een middelloonregeling maximaal 1,875 procent (nu 2,15%). Dit betekent dat de jaarlijkse ruimte om pensioen op te bouwen met zo'n 13 procent wordt verkleind. Een soortgelijke aanpassing wordt voor pensioenopbouw in een beschikbarepremieregeling doorgevoerd. Wel bouwt u als gevolg van de aanpassing van de pensioengerechtigde leeftijd langer pensioen op en verandert de vaststelling van de AOW-franchise. De gevolgen hiervan zijn per pensioenregeling verschillend. Meer dan 100.000 euro inkomen? In 2014 kan nog pensioen over het volledige salaris worden opgebouwd. Vanaf 1 januari 2015 wordt dit op een pensioengevend inkomen van 100.000 euro afgetopt. Wel blijven de in het verleden opgebouwde pensioenaanspraken behouden.
Wijzer · Rabobank Private Banking
75
Checklist Lager nabestaandenpensioen Omdat het opbouwpercentage voor ouderdomspensioen wordt verlaagd, wordt ook minder partner- en wezenpensioen opgebouwd. Na het overlijden van de pensioendeelnemer ontvangen de nabestaanden dus minder pensioen dan voorheen. Hoeveel minder, hangt af van de persoonlijke omstandigheden. De verlaging geldt immers alleen voor de toekomst. Is een aanvullende voorziening nodig om nabestaanden eenzelfde dekking als voorheen te bieden? Dan kan dat in de vorm van een overlijdensrisicoverzekering. Let op: dit probleem doet zich direct na een overlijden in 2015 voor. Ook hierbij geldt dat de gevolgen per pensioenregeling kunnen verschillen. Lijfrentes en oudedagsreserve De jaarruimte is het bedrag dat in een kalenderjaar als inleg of premie op een lijfrente mag worden gestort en afgetrokken, vanwege een pensioentekort in het voorafgaande kalenderjaar. De formule om deze jaarruimte te berekenen wijzigt, onder andere doordat niet meer mag worden gerekend met een inkomen hoger dan 100.000 euro. Het is daarom belangrijk de jaarruimte opnieuw te berekenen. Voor ondernemers geldt dat zij jaarlijks 9,8 procent van de winst aan de oudedagsreserve kunnen doteren (nu 10,9%), met een absoluut maximum van 8.640 euro (nu 9.542 euro).
‘De veranderingen zijn ingrijpend’ Advies na UPO Wilt u over uw inkomen voor later advies van de Rabobank? Maak dan een afspraak voor een gratis oriëntatiegesprek. Tijdens dit vrijblijvende gesprek brengen we uw behoeften op het gebied van advies in kaart. Vervolgens gaan we na welke vorm van advies bij u past en bepaalt u zelf 76
of u voor een advies kiest. Aan dat advies over uw inkomen voor later zijn kosten verbonden. Overigens zijn de gevolgen van de pensioenwijzigingen pas goed in kaart te brengen nadat u een Uniform Pensioenoverzicht (UPO) hebt ontvangen waarin de wijzigingen per 1 januari 2015 zijn verwerkt.
Nettopensioen en nettolijfrente De aftopping van pensioenopbouw op een inkomen van 100.000 euro is voor betrokkenen een vervelende maatregel. Daarom introduceert de wetgever het nettopensioen en de nettolijfrente. Deze faciliteit houdt in dat iedereen (werknemers, dga’s, zzp’ers) met een inkomen van meer dan 100.000 euro voor dat meerdere zelf netto geld mag inleggen bij een pensioenfonds (nettopensioen) of bij een bank of verzekeraar (nettolijfrente). De hierdoor op te bouwen oudedagsvoorziening komt grofweg overeen met een jaarlijkse brutopensioenopbouw van 1,875 procent van het gemiddelde arbeidsinkomen. Vanaf de pensioendatum ontvangt de deelnemer dan een onbelaste periodieke uitkering. Het opgebouwde vermogen zit niet in box 3.
Hollandse held #4
De oranje wortel Denken wij Nederlanders aan wortels dan springt de veelbetekenende kleur oranje in gedachten. Terecht, maar dat wil niet zeggen dat het belangrijkste ingrediënt van de oerHollandse hutspot altijd die kleur heeft gehad. Tot aan de zestiende eeuw at men hier te lande voornamelijk witte en gele wortels – en dat is inclusief het feestmaal ter gelegenheid van het Leids Ontzet, op 3 oktober 1574. Pas in de zeventiende eeuw, tijdens de Spaanse overheersing, zou bij wijze van verzetsdaad de huidige oranje wortel zijn gekweekt.
Wijzer · Rabobank Private Banking
77
78
Scheepsramp met vraagtekens
Goud in de Noordzee
Het Britse fregat Lutine ging in 1799 ten onder bij Terschelling. Ruim tweehonderd jaar zoeken duikers al naar het goud waar het schip mee beladen was. Martin Hendriksma zocht het uit en schreef ‘Lutine: de spannendste Nederlandse goudjacht ooit’.
De lading van de Lutine, circa tweehonderd goudstaven, was een kapitaalinjectie voor Hamburg om een financiële crisis te bezweren.
Wijzer · Rabobank Private Banking
D
e één na beroemdste scheepsramp ter wereld. Zo wordt de ondergang van de Lutine op 9 oktober 1799 wel genoemd. In een najaarsstorm liep het Britse fregat ’s nachts op een zandbank bij Terschelling. Van de circa 250 bemanningsleden overleefde slechts één de ramp. Maar haar reputatie dankt de Lutine vooral aan iets anders: de kolossale goudschat die zij aan boord vervoerde en die na de ramp ineens voor het grijpen lag. Nee, het was geen sprookje. De zoon
van de Terschellinger vuurtorenwachter viste daags na de ramp twaalf goudstaven uit zee. Hij droeg ze braaf over aan de Britse vloot, die in die weken vergeefs een invasie uitvoerde op de Hollandse kust. Toen de Britten eind oktober afdropen, kwamen de Lutine en haar goud in Nederlandse handen. Oorlogsbuit, immers. Het ‘gouvernement’ in Den Haag verleende aan de Terschellinger burgemeester Robbé als enige het recht om het goud te bergen. Een derde deel van de vangst mocht 79
‘Nog tot 2010 zijn er officiële bergingspogingen ondernomen. Allemaal zonder resultaat’ hij zelf houden, de rest viel de Nederlandse staat toe. De lading van de Lutine moest eigenlijk naar de tot bloei gekomen Hanzestad Hamburg. Nergens kon je in die jaren zo snel rijk worden als aan de Elbe. Lokale kooplieden verwierven hun fortuin door te speculeren op prijsstijgingen van koloniale waar. Tot de handelsprijzen zomer 1799 kelderden en het ene na het andere Hamburgse koopmanshuis failliet ging. Geld kon je er nauwelijks nog krijgen. Nog erger: de Hamburgse crisis dreigde ook Londense handelshuizen mee te sleuren en vervolgens ook de rest van Europa. 1799 week op dat punt niets af van 2010. Ook niet in de gekozen oplossing: een enorme kapitaalinjectie voor de, in dit geval Hamburgse, economie. En uitgerekend de toenmalige redding van Europa bevond zich nu in z’n geheel bij Terschelling onder het zand. Schat in zee Pas in de zomer van 1800 kon Robbé uit vissen. Het wrak lag op een lastige plek in het zeegat tussen Terschelling en Vlieland. Vrijwel altijd wind, veel stroming. Maar op 15 augustus 1800 schreef een opgewonden Robbé aan zijn opdrachtgever in Den Haag: ‘Men meent ook ettelijke vaatjes met banden erom gezien te hebben.’ Twee weken later had hij beet: ‘Een open vaatje met zeven staafjes goud tezamen 81 pond’. Ook haalde hij die dag een kist op met ruim 4500 zilveren munten. ‘De animositeit is hierdoor ettelijke graden bij al wat visserman hier gerezen.’ Iedereen wilde bij hem in dienst komen, schreef Robbé, maar hij hield het bij zijn originele vissersploeg bestaande uit ‘twintig man der eerlijksten Urkers’. 80
Zo’n vijftig goudstaven haalde Robbé met zijn Urker vissersploeg in de zomers van 1800 en 1801 uit het Lutinewrak omhoog. Daarna liepen de vangsten terug. Het met de zee meegevoerde zand bedekte het wrak. Met de primitieve tangen die Robbé gebruikte, kon je niets meer uitrichten. De schat van de Lutine leek ten prooi aan de zee. Totdat Egmonder duikers rond 1860 opnieuw zo’n vijftig staven ophaalden.
Van hun vindersloon kochten ze grote boerderijen. Zo eerlijk als de Urkers waren de Egmonders echter niet: een van de duikers smokkelde een gouden horlogeketting langs de agenten die de duikers na elk wrakbezoek fouilleerden. Hij hield het sieraad slim verborgen tussen de pruimtabak in zijn mond. Geheim van Volendam Vlak voor de Tweede Wereldoorlog
Lutine op Terschelling Het verhaal van de Lutine leeft op Terschelling. Museum ’t Behouden Huys toont bezoekers onder meer een paar goudstaven, replica’s helaas. Bij de haven staat het Lutinemonument met twee van de originele kanonnen. In de hal van het gemeentehuis is een fraai model van het schip te zien. Ook het Wrakkenmuseum in Formerum bezit diverse vondsten uit de Lutine en een uitgebreide bibliotheek over de ramp.
Zo’n vijftig goudstaven haalde een Urker vissersploeg in de zomers van 1800 en 1801 uit het Lutinewrak omhoog. Daarna liepen de vangsten terug. Vlak voor de Tweede Wereldoorlog vond de beroemdste van de ruim twintig bergingspogingen plaats.
vond de beroemdste van de ruim twintig bergingspogingen plaats. De tinbaggermolen Karimata groef de wrakbodem tot circa 20 meter diepte af en haalde die door een zeef. Zo moest de schat wel bovenkomen. Opbrengst: één enkele goudstaaf. Volgens een hardnekkig gerucht nam de directie van de Karimata die zelf mee aan boord om de totale mislukking van hun peperdure exercitie te maskeren. Toch blijft de mythe van de Lutine duiWijzer · Rabobank Private Banking
kers trekken. Nog tot 2010 zijn er officiële bergingspogingen ondernomen. Allemaal zonder resultaat. Hoe dat kan als officieel slechts ruim de helft van de circa tweehonderd goudstaven aan boord is gevonden? Een sleutel tot het antwoord ligt in Volendam. Nazaten van enkele vissers uit dat dorp vertellen over geheime goudvangsten. In het Volendammer bevolkingsregister kun je zien hoe hun voorouders van een klein vissershuisje aan de rand van
de haven plotseling naar hét centrale pand verhuisden. Hoe ze royaal geld uitleenden aan andere vissers. Zo kreeg de opbloei van Volendam een extra impuls dankzij Europees goud. Vermoedelijk loont het nog amper de moeite bij Terschelling te duiken. Toch meldde zich afgelopen zomer opnieuw een berger bij Rijkswaterstaat. De goudkoorts van de Lutine blijkt na twee eeuwen nog steeds besmettelijk.
81
Wat maakt u rijk?
‘Tot nu toe lukt het om overal het beste uit te halen’
Maartje Paumen (1985) won met het Nederlands dameshockeyteam driemaal goud: op de Olympische Spelen in Beijing (2008) en Londen (2012) en dit jaar op het WK. Vijf vragen over roem en rijkdom. 1. Wat maakt jou rijk? ‘De mensen om me heen maken mij rijk: mijn familie, mijn vrienden en natuurlijk mijn vriendinnetje. Daarnaast voel ik me rijk met mijn werk. Tien jaar geleden ben ik gaan doen wat ik het allerleukste vind: hockeyen, en daar heb ik mijn beroep van kunnen maken. Het is mooi als je zo je geld kunt verdienen.’ 2. Wat is je grootste vermogen? ‘In geld uitgedrukt is dat mijn huis, ik heb net een nieuw appartement gekocht. Mijn eerste koophuis, en dat voelt heel anders dan huren. Ik ben nog nooit zo voorzichtig geweest als nu in mijn eigen huis. Maar als je vermogen leest als kracht, dan is mijn grootste vermogen de manier waarop ik in het leven sta. Ik probeer overal 82
het beste uit te halen en daar optimaal van te genieten. Tot nu toe lukt dat heel goed.’ 3. Zou rijkdom je veranderen? ‘Nee. Ik ben heel nuchter. Het hockeygoud heeft me bijvoorbeeld ook niet veranderd. Alle ervaringen hebben me wel rijker gemaakt, als mens, maar niet ánders. Ik heb ook geen grote verlangens. In de sport hebben we alles bereikt wat we kunnen bereiken en privé heb ik alles wat ik hebben wil. Misschien op termijn een keer een groter huis. Maar dat is niet wat ik nu nastreef.’
4. Zou je een huis kopen voor je moeder? ‘Zeker weten. Zij heeft, samen met mijn vader, zo veel voor mij gedaan! Ze
brachten me overal naartoe en het heeft me nooit aan iets ontbroken. Dus mocht het ooit nodig zijn en het kan, dan koop ik zeker een huis voor mijn ouders. En als er geen noodzaak is? Ik denk niet dat mijn ouders veel waarde hechten aan een ander huis. Ze wonen nog altijd op de plek waar ik geboren ben en hebben het daar prima naar hun zin.’ 5. Waar kun je geen weerstand aan bieden? ‘Ik houd enorm van lekker eten. Buiten de deur, graag, maar ook thuis – zelf inkopen doen en koken. Ik zal daar niet snel op bezuinigen. Op dit moment kan ik ook even geen weerstand bieden aan woonwinkels. Ik blijf maar dingen kopen voor de inrichting van mijn appartement. Dat moet wel een keer stoppen.’
Colofon
Disclaimer
Coverfotografie Mark Horn
Deze publicatie is samengesteld in opdracht van Rabobank Nederland Private Banking. Iedere lokale Rabobank en de andere onderdelen van de Rabobank Groep die als beleggingsonderneming zijn aan te merken, zijn als zodanig geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten te Amsterdam. De informatie in deze publicatie is ontleend aan door Rabobank betrouwbaar geachte bronnen en publieke informatie, maar voor de juistheid en de volledigheid van de genoemde feiten, meningen, verwachtingen en de uitkomsten daarvan kunnen wij niet instaan. Hoewel wij ten aanzien van de selectie en berekening van de gegevens de nodige zorgvuldigheid in acht nemen, zijn wij niet aansprakelijk voor enige schade die het gevolg is van de hierin opgenomen gegevens. De informatie in deze publicatie dient niet te worden opgevat als een aanbod en evenmin als een uitnodiging tot het doen van een aanbod tot het kopen of verkopen van financiële instrumenten en is ook niet bedoeld om enig recht of verplichting te creëren. Het gebruikmaken van de informatie geschiedt dan ook geheel op eigen risico. De waarde van beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. De in deze publicatie opgenomen informatie is geen expliciete of impliciete beleggingsaanbeveling en kan op ieder moment zonder verdere aankondiging worden gewijzigd. Alle auteursrechten en overige intellectuele eigendomsrechten ten aanzien van (de inhoud van) deze publicatie behoren toe aan Rabobank, tenzij expliciet anders aangegeven.
Een uitgave van Rabobank Private Banking Wendelien Post Concept en realisatie MediaPartners Group, Amstelveen Redactie Anja Corbijn van Willenswaard (Editor in Chief ) Annemiek Sinnige Art director Rein Vogel Vormgeving Allan Grotjohann Janet Deibert (beeld) Creative director Muk Swart Projectcoördinatie Isabelle Seelen Contactadres redactie
[email protected] Productie Frank van der Kolk Medewerkers Aga Urbanowicz@Angelique Hoorn, Miloe van Beek, Jaap van den Beukel, Rhonald Blommestijn, Wim Boonstra, Hans Bouman, Thomas Braun, Jos Brauwers, Erik van der Burgt, Conciso, Han Dieperink, Jan Dijkgraaf, Daan Dohmen, Martin Hendriksma, Juri Hiensch, Mildred Hofkes, Hollandse Hoogte, Mark Horn, Hilbert Krane, Jos Leijen, Danielle Levendig, Dirk van der Lit, Arie Meijer, Bert Nijmeijer, Gert van de Paal, Phenster, Annette Prins, Suus Ruis, Joyce Schellekens@SaltyStock, Lizanne Schipper, Peter van Steen, Esther Wagemans, Koos de Wilt, Mark van der Zouw, Manon van der Zwaal@Dutch Photo Collective.
Wijzer · Rabobank Private Banking
83
‘Als je vermogen leest als kracht, dan is mijn grootste vermogen de manier waarop ik in het leven sta. Ik probeer overal het beste uit te halen’ – Maartje Paumen, aanvoerder Nederlands hockeyelftal – p. 82
www.rabobank.nl/privatebanking