OUDE (UIT
VOLKNDAMMER.
EXTOS-BOF.K
VAN
TEEKKN1XC. 1)K F I R M A
VAN
W1I.I.Y
BUKMAN
F.N
SLUITER. SARTORIUS).
YOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND".
2/7
en Amerika „to do Volendam" zooals zij hoed in de hand en de kanten muts op naar zeggen. Weinig tijd wordt hun gelaten, Amsterdam terug gingen en de heeren wagen want er moet geluncht worden en de booten een oogje aan de talrijke knappe meisjes en gaan op tijd en de man met de gegaloneerde vooral ook er moet „gekiekt" worden. Dit pet maant in drie talen tot voortmaken en is een eerste vereischte nog meer haast zoo heb ik mij vaak verwonderd over deze dan liet „handjes wasschen" in het Hotel manier van reizen. Dag in dag uit heb ik Spaander".... hetzelfde spel gadegeslagen, ik spreek nu * * van vóór den tijd dat de w: reldbrand * woedde en er nog aan „oorlog" niet Zij volgden de gedacht werd. want talrijke schilders, heel het vreemdedie Yolendam als lingverkeer werd ,,sketching-ground" begrijpelijkerwijze ontdekten. daardoor in é:'ns Sedert tal van stopgezet. Zoo komt jaren komen van daar dan de mas-nheinde en verre mensch lunchen; zit de kunstenaren en aan zee in de heer„would-be"'artisten lijke ruime waranin Yolenda.m en dit da's van het Hotel is geen wonder want Spaander en deze het pittoreske volk menschen zien niets, en bedrijf schenkt zij voelen niets en rijkelijk stof tot begrijpen niets van werken. het Volendammer Zoo heeft zich. volk doch heel hun hier in den loop denken gaat uit der tijden een kunnaar hun biefstuk stenaars-kring gemet gebakken aardvormd, waarvan appelen en hun het reeds genoemde glaasje wijn of sodaHotel Spaander het water en de prentmiddenpunt is. briefkaarten die Zij brachten met toch vooral geschrezich, die schilders ven moeten worVOI.ENIIAMSCH MEIPIK. SÏTDIK VAN HANS VON HAMELS. en schilderessen een den, welke later als geest van ,,volde zwerm gasten weer verdwenen is, door lcven", uitbundige vroolijkhcid en grappeneen der talrijke dochters van den Heer niakerij, welke de wanden deed daveren van Spaander bij honderdtallen tegelijk naar net jolijt en luid gelach en welke met zich voerde postkantoor van Tante Brechtje gebracht de sfeer der Parijsche ateliers en Parijsche worden. academies, want hier vond men elkaar Het zijn dan ook menschen van één dag, wéér, de luid je:- van Julian en Cok-rossic, de daagjesmensehen in Volendam: de dames van „the London Sketch Club ' en Anieriknopen echte Yolendammer mutsen om zich kaansche „art Clubs and Societies of Art" mee te sieren: ik heb er gezien die niet den en het kosmopolitische kunstleven vierde
278
YOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND".
DE WERF TE YOLENDAM, ETS VAN W. O. J. NIEÜWENKAMP.
hoogtij in dit kleine dorpje van ons lieve Doch keeren wij tot Yolendam terug. Zal vaderland. ik u verhalen van de verkleedpartijen en de Ik heb dit in Laren ook meegemaakt, bals in de groote eetzaal van het Hotel doch in mindere mate en het was slechts waarbij met de geringste middelen het kort, want al spoegrootst mogelijk dig werd Laren effekt bereikt werd bedorven. Ik heb en van de dame altijd het gevoel die een lieer bleek gehad dat van te zijn en de Parijs uit de waarheer die een dame lijk schoone plekw a s ? . . . . Of ook ken van ons land van den dikken werden gesignaduitscher die het leerd. In de Parijspelletje niet kende sche ateliers waar van het dubbeltje ik werkte kende op het voorhoofd men Laren om zoo en den trechter tuste zeggen op een schen den broeksKU.NSTKNAARSGROKI' TE VOI.ENIIAM. prik en van Parijs band en van het SLUITER, Ml-LE CASSIF.RS, CASSIKRS, BENEDITO, HANICOTTE, uit ging ook, en koude stortbad Jl'NCMANX, NP'K CASSIERS. dit weet ik heel dat er volgde?. .. zeker, het bericht rond dat Laren verknoeid was. Het cngelsch pension is verloopcn en in Laren, waar vroeger drommen vreemde artisten kwamen, is in de laatste jaren een vreemdeling de „rara-avis".
of ook van de wonderlijke biljartpartijen, waarbij ten sint te geen pommerans meer op de stokken en geen bal meer op liet biljart te vinden w a s ? . . . . Ik kan u /eggen, dat na het harde euvele
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND"..
279
HUIZEN AAN" DEN DI|K. TEEKENINC', DOOR OTTO VAN TUSSKN1ÏROEK.
werken overdag de avonden vroolijk waren als nooit te voren.
slechts enkele namen te noemen: de franschen: Paul Signac; Wery; Possin; Staquet; de duitschers: Hans Hermann; Kallmorgen; Althans; Emil Orlik; Noster; Georg Hering; de Hongaren: Iszak Perlmutter; Ford. Schmützer; Max Pollak; de Belgen: Melchers en Maurice Sijs; de Engelschen en Amerikanen: Leo Cheney; Gibson; Robinson; Castlie Keth; Colin Campbell Cooper en ten slotte de Hollanders:Evert Pieters; Veldheer; Nieuwen kamp; Cramer; Huidekoper; Tjipke Visser e. a.
Het is niet doenlijk in dit kort bestek alle namen te noemen van hen, die in Volcndam woonden en werkten en er hunne penaten hebben opgeslagen. !» Onder hen zijn het vooral Hanicotte; Hans von Bartels +; Paul Rieth; Cassiers: Benedito; Charlèt: Bartlett f: Jungmann: l'hil „LEUR MER' . NAAR KEN SCHILDERIJ VAN HANICOTTE Van enkelen May t en Torn dezer wil ik in Browne f; Paul Kink f en Willy Sluiter, die liet kort iets zeggen. Het zou mij te ver Volcndam bekend gemaakt hebben en wier voeren van elk een volledige biographic te werken alom verspreid zijn ter getuigenis geven, ik doe dus slechts een greep en reken van de schoonheid van dit echt Hollandsche dan vooral den franschman Hanicotte als vissehersdorp. Tevens werkten hier ook om een der oudste getrouwen. Hij heeft jaren
28()
YOI.ENDAM ALS „SKETCHING-GROUND".
-|,£ K W
(/lift.-' *"* •
I)K 1IAVKN VAN VOI.ENDAM.
KKKENINC, VAN' O ï ' l ' 0 VAN TUSSENHROKK.
lang in Volcndam gearbeid en er zijn beste dingen gemaakt. Hij huwde met een der dochters van den heer Spaander, de gastheer van half Europa zooals zij onlangs lazen, en zijn werk heeft in Parijs eene uitnemende reputatie: Hans von Bartels was mede een der buitenlanders in wier werk Volendam leefde. In 1895 kwam hij er voor de eerste maal ,,und diese Binnen wasserwelt hat ihm, dein auf die Höhe seines Mutes und Erohgcfühles gelangtenKünstlerabermals eine vielseitige Anzahl vonNeuanregungengegeben" zoo lezen wij in een künstler
1110110-
graphie door Ed. Heyck. Cassiers is do ten onzent ook op het gebied der affiche-kunst overbekende Belgische schilder; Phil May en Tom Browne de jong gestorven engelsche zwart en wit kunstenaren, wier werk eerst wereld-vermaardheid verkreeg. Paul Kink (zie Elsevier's Maandschrift, Jaargang XI, deel 2i, biz. 83) onze landgenoot, geboren te Yechel in 1862 en overleden te Edam in 1903 heeft op zeer eigene wijze zijn naam verbonden aan Yolendam evenals Willy Sluiter, die er thans nog telken I'AAI,WONINGEN TE VOLENDAM. jare heen /eist TKKKENING VAN OTTO VAN TCSSKNÜKOEK.
UL'DE VOLKNDAMMKR. DOOR OTTO VAN TUSSENBROEK.
LI. Elsevicrs No. 4.
282
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND".
om er nieuwe indrukken op te doen. Sluiters van dagen, zij allen zijn gaarne model en beste werken ontstonden, naast die in Kat- de „teekenaar" is bij hen thuis. wijk gemaakt, vooral in dit Zuiderzeedoi p Het Volendammer volk is, dat zal ieder en hij is er een graag geziene figuur. die het waarlijk kent, gaarne getuigen: ruw Ferdinand Schmützer behoort tot de maar zeer goedhartig. Is genegenheid eengrootste etsers der wereld, ook zijn leerling maal gewonnen dan is zij ook durend en het Max Pollak, een jonge Prager is op weg is een volk van trouwe kameraadschappenaar roem. lijkheid. In vele opzichten grof en ruw maar Colin Campbell fijn in hun gcCooper is de i negenheiden lijn Amerikaan, die, in de hulp die na veel in Holzij elkander in land te hebben moeilijke uren geschilderd tot bebieden. Is het kendheid kwam trouwens niet fijn om zijn schildeuitgedrukt van rijen van de Newden VolendamYorksche „Skymer die op een Scrapers". briefkaart beZij allen hebricht: ,,als dat ben in meer of mijn vrouwtje mindere mate weder een zoonhetVolendammer heeft"? schoon begrepen en vertolkt. In Er kan verde eerste plaats \ deeldheid hcerde schoonheid schen, er kan van liet volk zelwrijving zijn ve: het visscherssoms op den dijk, volk en het bemaar het volk is drijf; de typen één.Twisten worvan het dorp en den vrij spoedig in de tweede bijgelegd en tot plaats de schoonvechten, tot slaan heid van het dorp komt het zelden. met de paalwoEn van de eenningen; de haheid van dit visven; de,.botters" OUDE YISSCIIER, TEEKENIN'G VAN NICO JUNGMANN. schersvolkje was en „kwakken"' ik getuige toen (een groot model „botter" In.et „kwak"). een knaapje in de haven viel en verdronk. Voor figuurstukken en landschappen of Er was een spanning, een trilling in heel het zeegezichten was hier steeds stof tot werken, dorp op het oogenbh'k toen het ventje werd overvloedig. De allerliefste kinders in hun opgehaald. „Zou het nog leven'" en in stille Volendammer pakjes als poppen, de meisjes afwachting stond heel de bevolking op den en knapen, visschersvrouwen en visschers dijk en voor het kleine huisje aan de haven, in den dop en de Volendammer jongens en waarbinnen wij bezig waren tevergeefs den meiden, mannen en moeders en ouderen kleinen jongen tot het leven terug te roepen.
' ' ^ "^"CHlXr,-GK(,vxi,-.
283
t -ï
•••••-i-ja»».»..,..,.
^^'^
*0 ^•, •*;
«'•W.KI.MAN, TKFKKMv;
AN , AN J- C. VKI.D1IKKK.
Hot was 0111 nooit te veiiMnv. lu-t hU-rkr .rnatti-ventjropdon vloer i-ndcst.in-c-cl..nkfiv T"'" ' ^""^mati-c adcinlialinK toepasten, mannen in liet schamele vertivk, - r l , t ' "^^^ -^' ''"'""^'' ^ ' " " ''''' ^ ' " ^'""' ^''" staande in krinj.' te^en het liclu èn^toe / ^ ' " ^ ' viiststc-UU-. Daar buiten stond ziende lme wij in telkens herhalende bewe- ""! ^'"^ " ' ' ^ ' ' " e . . . . De ouder< van het ventje woonden be-
284
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND"
IMlL MA/ is TEEKENING VAN' 1'HIL MAY IN DE GRAPHIC. „KRONINGSFEEST TE EDAM".
ncden dijks en later zag ik van uit het venster van mijn atelier hoe een knappe jonge visscherman het lijkje droeg, dat in een sterk groen gekleurde deken was gewikkeld. Het groen van deze deken waarin de vormen van het lijkje te speuren waren tegen het donkere Volendammer pak van den drager; de wijze waarop hij vast maar met zekere wijding den lichten last droeg en voortschreed tusschen de rijen volks naar het huisje; waar de moeder in treurnis wachtte en ook de wijze waarop bij het langs schrijden de mannen hun petten en mutsen afnamen en de vrouwen
wier
oogen
KRABBEL
vochtig glansden hun kruisje sloegen. Het zal mij immer bijblijven. Vraag het eiken Yolendammcr en hij zal u zeggen „ja wij staan elkander bij!" En dit is wel een der schoonste trekken '...,van dit volk waarvan ik u veel goeds zou kunnen verhalen....
VAN I'IIIL
* Er is nog een moment dat ik wil trachten te omschrijven omdat ook dit zich onuitwischbaar in mijn herinnering heeft vastgezet. Een gebeuren van gansch anderen aard.
MAY.
Op een warmen zomeravond had ik mij verlaat bij een bezoek aan Edam.
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND". Langs het jaag pad gaande bereikte ik na een half uur gaans weer Yolendam dat in het maanlicht te droomen lag. Het dichtslaan der klaphekken op mijn weg en nu en dan het schel gekwaak der eenden uit de talrijke broedcrijen in die buurt en mijn tred op het grindpad was het eenige geluid dat de avondstilte verstoorde. In Yolendam was alles ter ruste en langs een der smalle straten gaande, die naar den
285
voor mij en onbegrijpelijk maar van een schoonheid onzegbaar.... Doch later werd het mij duidelijk gemaakt. Het had overdag geregend. Zaterdags komt heel de vloot binnen, maar daar het zeer warm was en volkomen windstil hingen de zeilen te drogen en durfde men niet voor vier uur 's morgens de haven binnengaan daar anders de visch aan boord zou sterven. Want, zoo men weet, heeft elke
01' DEN DIJK, NAAR SCHII.DKKIJ VAN PAUL KINK.
dijk voeren, treft mij als ik boven ben plotseling een wonderlijk schouwspel. Hce/ r/e ji/ssrV/mT/iw/ /<7i,' ;;ic/ w// ,:«7e« toi roi/i-cr
i»oor r/c /MÏ'C/;. Het schitterende maanlicht met zijn prachtige reflexen op liet water, de roerlooze stilte alom; de beide havenhoofden met het roode en groene licht en de grillige lijnen der lantarens en staktsels en die zwerm van schepen daar op zee met de talrijke lichten dat was heel iets nieuws
botter of kwak, een z.g. „beun" aan boord ingebouwd waarin vrijelijk het zeewater blijft doorstroomen, het havenwater echter was dien dag te warm. Het was een..geval dat hoogst zelden voorkomt, wat betreft het met volle zeilen in volmaakte windstilte wachten van de vloot. Veel heb ik gezien en op vele plekken van de schoone aarde ben ik geweest maar nimmer zag ik iets van zoo toovcrachtige schoonheid.
286
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND".
Ook het z.g. „vluchten" van de vloot bij dreigend weer is prachtig, .l/s rfa;; /?ee/ rfe Ï7OO^ /M;«< O/>2«7CM en vlak voor de haven elk schip beurtelings een „slag" maakt en binnen vaart en ten slotte heel de haven vol komt te liggen zooals alleen op Zaterdag en Zondag het geval is, met dat feestelijke gevlag van al die wimpels aan de masten en de bedrijvigheid aan boord om later tegen den avond weer uit te zeilen en heel de zee bedekt is, zooverre men kan zien met visschersbooten, alle in dezelfde richting zeilend: ziet, dat zijn nu dingen die de daagjesmenschen nimmer zullen aanschouwen en ook niet de rijke „Globe-trotters" want hun rijkdom van dollars is in het Rijk der Schoonheid geen gang-
Zij zullen niet zien den „stijl", die in sommige knappe jonge mannen en vrouwen is en ook niet kunnen waardeeren de waarlij ke deftigheid van het zwarte „bestepak" der mannen, stijlvol en evenwichtiger dan hun mooiste „smoking" of „dress-suit", want de broeklijn en ook de kleur die er in deze „pakken" zit is van een gratie die zich wonderwel aanpast bij het vroolijker costuum der Yolendammer vrouw. De Volendammer klccderdracht is overbekend, maar hebt gij er u wel eens rekenschap van gegeven hoe prachtig bij de mannen het roode baaien hemd of roode baaien halsstuk met de beide gouden knoopen aan den hals tegen het dof zwarte mouwenvest contrasteert en hoe daarbij het prachtig sterke groen der strikken aan bonten muts, het „ruigie" en aan den broek, als i"-~' het ware onmisbaar is? Hoe goed is alles gekozen. En weet gij dat de mannen een blauw baaien corset dragen dat zij hun „gezondheid" noemen, hetgeen mij even denken doet aan een andere aardige benaming die zij bezigen n.1.: „broodwinning" zooals één der achterzeilen van hun schuit heet, hetwelk alleen gcheschen wordt als zij werkelijk aan het visschen zijn? En hebt u wel eens opgelet hoe prachtig bij de meisjes en vrouwen het gelaat omsloten wordt door die kanten „hullen", in vorm zeer gelijkend op Spaansche helmen uit den ouden tijd? En weet gij wel dat het halsstuk van haar Zondagskleed]c menigmaal bij het kiezen hoofdbreken kostte, want kiezen is o! zoo moeilijk en een bloempje zus of bloempje zóó maakt nog een heel verschil in haar „kletje" (fransch: „collet") is haar trots, lui mocht gij eens in Yolendam zijn en
bare munt.
een aardig meisje zien, zet haar dan eens
VAN TUSSENBROEK EN WILI.Y SLUITER. NAAR TEEKENING
VAN WILLY
SLUITER.
YOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND"'.
287
tegen het licht en zie eens, zie goed hoe prachtig door het kanten mutsje met de zijstukken het profiel zich afteekent en vraag haar eens de „hul" af te zetten en zich te toonen in het dof-zwartc onderkapje dat nauw om het hoofd sluit, tien tegen één dat zij kleuren zal. Mogelijk is zij er toe te bewegen, maar ik geloof niet dat u dit gelukken zal, om ook dat mutsje af te zetten en gij zult verwonderd zijn om het jongenskopje, dat te voorschijn komt, want het haar is kortgeknipt recht van voren halverwege het voorhoofd en recht-af van achter halverwege de hals, waar het ietwat omgekruld is. Het geldt in Yolendam als onkuisch eenig haar te toonen van voren onder de kanten „hul" uit. 's Lands wijs 's lands eer!
Het Yolendammer leven concentreert zich op den dijk. Daar wordt alle handel gedreven, daar is de vischafslag, waarvan met klokgelui telkenmale als er schepen binnen . komen de koopers worden opgeroepen, daar is het waar jong en oud elkaar ontmoet.... En daar zitten ook den ganschen dag de ouden van dagen neergehurkt naar zee te staren. Hetzelfde neerhurken wat in Indië de inlanders doen is dit in-kiing-heerzitten van de Yolendammer inboorlingen. Het geeft aanleiding tot het zien van prachtige „gevallen" en het is geen wonder dat de schilders daar hun hart aan ophalen. En 's avonds komen van het achter den dijk lager gelegen dorpsdeel de bewoners wat kuieren op den dijk en wat lucht happen aan zee. Want het is niet altijd frisch daar in die nauwe straatjes en steegjes in het dorp, dat men in twee deelen zou kunnen splitsen n.1. het gedeelte wat tegen den dijk aan gebouwd is en dat wat verder land-
TEEKENIXG VAN LEO CHENEY.
waarts ligt, de z.g. ,,»iccr\ Dwars door het dorp loopt een binnenwater waarover eenige alleraardigste eenarmige ophaalbruggen zijn in vroolijk blauw of groen of geel geschilderd. Yooral waar de huizen tegen den dijk aangebouwd zijn ziet men een grillig silhouet en als de schepen binnen zijn en de masten en zeilen daarachter staan is dit dorpsdeel bizonder mooi. En 's maandags als de nieuwe weck begint met „waschdag" en de zon schijnt, dan worden langs al de straten en langs het water en dwars over de weg lijnen gespannen en dan is het of geheel Volendam gepavoiseerd is. De warme rooden der baaien hemden, het sterk blauw der schorten en al het kleurige fleurige gedoe der gestreepte „veststukken" of ,,polleke-baa-
288
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND".
tjes" en groote bol-uitwaaiende fel-witte lakens met een enkele maal daartusschen het hel-oranje-geel der oliejassen, die te droogen hangen tegen hemelsblauw geschilderde deuren en met grillig brcede reflexen spiegelend in liet binnenwater, dit alles geeft een feestelijke stemming, welke nergens in den lande haar weerga •j-*'" vindt. En bin- L_„' * nenshuis zijn de vrouwen altijd aan het poetsen en schuren, want kinderlijk blij zijn zij, met al wat blinkt. De glazen kastjes ziin vol glimmende prullen: verguld porseleinen hondjes met kattenkopjes en katten met hondensnoetjes en schoteltjes met opschriften als „ter uwer verjaring" of „voor vader" in onmogelijke krul letters van goud en zilver en scheepjes van albast; groote glazen knikkers met wonderlijke kleurslicrtcn daarin gedraaid; vergulde ankers en VOOR 'T EDAMSCH MUSEUM. reddingsboeien van porselein; tot zilverglans opgepoetste ledige cacaobussen en trommeltjes en allerlei wonderlijke waardelooze snuisterijen zijn haar grootste schat. En de wanden van de kamertjes zijn volgehangen met portretten en prentbriefkaarten in blikken lijstjes en vaak vindt men er ook de altijd leelijke por-
fretten der leden van het Koninklijke Huis. De meubileering is overal hetzelfde --- in elk huis is de tafel bij het raam aangeschoven en in elk huis ook staat het kastje met de heilig-beelden en het olielichtje, want de Volcndammers zijn katholiek, in tegenstelling met de Markers die protestant zijn. Hun grootste trotsch is bij het haardvuur koper te hebben, een doofpot is een rijk bezit en bii mindergegoeden vond ik vaak de deksels van biscuitblikken glanzend geschuurd en het is dan ook geen wonder, dat een koperen ketel een waarlijk koninklijk bezit beteckent. En zoo leeft dan geslacht na geslacht in deze kleine huisjes in dezelfde kleeding,metdenzelfden smaak en dezelfde zorgen voor het dagelijksch brood en met dezelfde kinderlijke lust voor al wat blinkt en glimt en schittert. Maar in liet leven der goede AQUAREL DOOR II. CASSIERS. Volendammers is het toch niet al goud wat blinkt
*
*
*
En zoo zijn met de jaren ook verschillende geslachten van kunstenaren door dit dit dorp gegaan en bijna zonder uitzonde-
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND". ring hebben zij eenig werk achtergelaten in het Hotel Spaander als aandenken van hun verblijf. Het was van de dochters van den hotelier wel goed bedacht om zich van flinke schetsboeken te voorzien, waarin de schilders-vrienden-van-den-huize om beurten konden teekenen, want, niet waar, als een meisje vriendelijk iets vraagt is het moeilijk te weigeren? En zoo ontstond ook een grootc collectie teekeningen, waarvan die van Willy Sluiter en Leo Cheney hierbij gereproduceerd zijn nit het album van mevrouw Pauline Hering-Spaander te Edam. Op de eerstgenoemde zijn Willy Sluiter en schrijver van dit artikel op weg naar den arteid, gewapend met schilderdoos en ezel en schetsboek, vol goeden moed, terwijl op de teekening van Cheney deze zijn „straw-haf' op het dikke Volendammer hoofd geplant heeft en hij zelf de bonTEEKENING VAN ten muts op de ooren zette! De vroolijke geest van een levenslustig Yolendamsch verblijf spreekt daar ten volle uit, evenals bij de groote teekening van Phil May welke gemaakt werd ter gelegenheid van de kroningsfeesten te Edam. Ook daar is een zelf-portret op te ontdekken, want geheel links op de teekening als tweede figuur zien wij Phil May met de eeuwige sigaar in den mond, aandachtig kijkend LI. Elseviers No. 4.
289
naar het voorbijtrekken van den stoet, waarvan de ingewijde talrijke bekende Edammers kan erkennen, want ik verzeker u, alles is portret. Ook Ricardo Florês teekende zich zelf, pratend met een Volendammer en zijn jongens, terwijl Hanicotte öp den achtergrond te schilderen zit en ook de teekening van Tom Browne is van het bekende Volendammer type, *) En zoo kwamen dan in den loop der jaren al die schilders naar Volendam optrekken en velen van hen zijn reeds heengegaan om nimmer weer te keercn. Phil May en Tom Browne zijn vroeg gestorven, ook Paul RinkenHansvon Bartcls, maar in Volendam leeft nog de herinnering aan hun samenzijn met de bent van vroolijk gestemde levenslustige bcroepsgenootcn. In het leven dier kunstenaars was Volendam dierbaar en dat blijkt ook uit het teckeningetjeTOM BROWNE. en bijschrift van Phil May in het boek van de „Cheshire cheese", de overoude taverne in Fleet Street te Londen. De „Cheshire cheese pudding" heeft een wereldvermaardheid: „to draw after diner is never an easy feat; but to
'•'•) Ken van zijn vrienden wil den weg vragen aan een Volendammer en kan er niet ,,uit'' komen: „oü est the — er — er — welk — is de
er — 11111 — er — O, damn!!"
zegt hij, waarop de Volendammer antwoordt: (Wam: I do not know.
Edam I know'.!
290
VOLENDAM ALS „SKETCHING-GROUND".
draw after a Cheshire Cheese dinner of lark, steak, kidney, oyster, and mushroom pudding, argues much for the powerful talent and indomnability of the designer" zegt de schrijver van een artikel in „the Strand magazine". Toch was het Phil May wel toevertrouwd om met enkele rake lijnen den Volendammer neer te zetten in het gastenboek en het „just come back .from Volendam" als hulde aan de „Cheshire Cheese". En als dan de schilders uit verre oorden, uit „underground" of „metropolitain" en „schwebebahn" tot de Hollandsche lokaaltreintjes kwamen en daar in Kwadijk het wonderlijke stoomtrammetje binnengingen dat hen naar Volendam zou brengen of wel in Edam de trekschuit betraden, ziet,''dan was het wel een wonderlijk gebeuren.' Dat stoomtrammetje werd vereeuwigd op een teekening welke in het Hotel Spaander hangt en waarvan de maker mij onbekend is. „Great fun" was het zeker voor hem zelf en al de anderen toen deze teekening ontstond: „Irresitable, transporting!" en daaronder: „Remarkable curiosity. Please visit!! Old sewing machine. Glass porch on wheels and cowshed. Can be seen in Volendam, Edam and Kwadijk daily. Visitors may take advantage and follow moving operations ceremony about every two hours at Volendam. Steam calliope and chimes to threaten cows and towns". En ook de trekschuit, dat wonderding, het echt oud Hollandsche unieke middel van vervoer was niet minder het onderwerp van spot en grappen en gij zult kunnen voelen hoe MWMK; dit o«
studiemakkers en broederschap der verschillende nationaliteiten! De schilders waren altijd samen, en men kon zeggen: Volendam was met de schilders één. Als een bewijs daarvan geldt een foto van de schilders Hanicotte en Jungmann. Het is lang geleden, ik meen in het jaar 1900 dat op Sint Nicolaasdag „een prachtig geïllustreerd aanplakbiljet den volke kond deed, dat het Sint Nicolaas behaagde 's avonds om half zeven Volendam in hoogst eigen persoon te bezoeken en dat hij aan de jeugd een herinnering aan dit bezoek wenschte te geven", zooals in een der bladen destijds te lezen stond. De avond viel en honderden stonden op den dijk in zee te turen vol verwachting naar wat komen zou.. Daar was in de lichte mist plots het fel opflikkeren van bengaalsch vuur en verlicht door flambouwen kwam langzaam een vaartuig de haven binnen waarop Sint Nicolaas en knecht duidelijk zichtbaar waren. Hoe schoon was de stilte van den avond, de mist op zee en het vaartuig met de vreemde lichten in grillig lange verticale lijnen spiegelend in het „blakke" water; het was alsof men de kinderharten hoorde kloppen, wel zevenhonderd kregen later hun geschenk in het Hotel Spaander waar St. Nicolaas op een sierlijk gedrapeerden troon had plaats genomen. Uit zulke dingen blijkt genegenheid en deze komt waarlijk niet van één kant. Mogelijk kunt gij nu wel begrijpen het een „droogmaking der Zuiderzee" en een „IJsel-meer" dingen zijn waarover niet gaarne gesproken wordt, althans niet door hen die Volendam kennen als visschersdorp. En waarheen zal dan de zwerm van kunstenaren trekken en wat zal er van de schoone kleedcrdracht worden ? . . . . Ik kan het u niet zeggen. Laren, „het Eksternest".
-• • •-