Typisch Holland Huizer Museum
Colofon: Huizer Museum, 2012 Achterbaan 82 1271 TZ Huizen www.huizermuseum.nl De tentoonstelling Typisch Holland, van 24 mei t/m 15 september 2012 in het Huizer Museum. Vormgeving: Elganan Jelsma
De tentoonstelling Typisch Holland is samengesteld voor Museum Nairac in Barneveld door Kunstbureau Albion Putti. Voor het Huizer Museum is de samenstelling iets aangepast, i.s.m. Elganan Jelsma.
Typisch Holland! Molens, tulpen en klompen, haring, Delfts blauw, ‘kopje koffie’ en spruitjes. Ruim twintig kunstenaars geven met één of meerdere werken hun persoonlijke - vaak speelse en ironische - kijk op het clichébeeld van Nederland in diverse technieken en materialen: schilderijen, fotografie, keramiek, mixed media, textiel en video-kunst. Met enige variatie op de beroemde uitspraak van prinses Maxima: typisch Hollands bestaat niet. Of wel? Zodra je de grens passeert is er geen vergissing meer mogelijk: we zijn weer thuis, dit is Nederland. En dat komt niet alleen door de plaatsnamen en de nummerborden. Zodra je het benoemt worden het clichés, maar toch. Het grappige is, dat veel dat als typisch Hollands ervaren wordt uit een – ver – buitenland komt. De oorsprong van ons Bintje ligt bijvoorbeeld in Peru en tulpen komen uit Turkije.
Onderstaande kunstenaars geven samen een ‘typisch Hollandse’, eigenzinnige kijk op wat Nederland Hollands maakt.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Patrick Bergsma Peter Boersma Sietske Bosma Mario ter Braak Beatrix Frederiks Hanneke Giezen Marianne van Heeswijk Diederick Kraaijeveld Ien van Laanen Theo Leijdekkers Frank Lisser Els Maasson
13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23.
Edith Madou Mels van der Mede Kees Moerbeek Nanon Morsink Vincent van Ojen Guido Orsetti Erica Scheper Tineke Tukker Linda Vloedgraven Reina de Vries Sacha Wendt
PATRICK BERGSMA (Purmerend, 1965) Patrick Bergsma woont en werkt in Heerhugowaard. Hij volgde een opleiding aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Het werk van Patrick Bergsma bestaat uit een natuurgetrouwe weergave van alledaagse dingen en beelden die ons bekend zijn, zoals het melkmeisje of het jongetje met de traan. Hij verwerkt deze onderwerpen in stillevens, die geplaatst zijn tegen een achtergrond die een net zo belangrijke plaats innemen als het stilleven zelf. Voor zijn achtergronden maakt hij onder meer gebruik van motieven uit tapijten, vitrage en details van het Delftsblauw. In de ontwerpfase gebruikt Patrick Bergsma de computer. Het manipuleren van foto's en het samenvoegen van voorwerpen en afbeeldingen van verschillende aard leveren verrassende combinaties op en bijzondere effecten. Werkelijkheid en fantasie raken op een eigenaardige manier met elkaar verstrengeld. De Delftsblauwe tegel werd populair in de zeventiende eeuw. We kunnen het ons nu bijna niet meer voorstellen met het dagelijkse beeldenbombardement via de vele media, maar toen waren de voorstellingen op die tegels vaak de enige afbeeldingen die mensen in huis hadden. De plaatjes vertelden iets over wat er in de wereld zoal te zien was. Kinderspelletjes, vogels, bloemen, exotisch fruit en dieren zoals olifanten en kamelen waren populair. De meeste mensen hadden in die tijd waarschijnlijk nog nooit een kameel of olifant in het echt gezien. De tekening van een dromedaris zag er dan ook vaak meer uit als een paard met een bult op zijn rug. In deze serie “opgeblazen” Delftsblauwe tegels heb ik met de blik van deze zeventiende-eeuwse mens om mij heen gekeken naar de wereld zoals ze nu aan ons verschijnt.
Afbeelding: ‘Typisch Hollands’, onderdeel vierluik , acryl, 2011, totaal 200 x 200 cm
PETER BOERSMA (1974) Peter Boersma studeerde af aan de Kunstacademie Minerva in Groningen. Zijn inspiratie vindt hij in oude documenten, verweerde boeken en tijdschriften uit vervlogen tijden. Daarmee creëert hij nieuwe geschiedenis. Zijn techniek is origineel en uniek, zijn werken zijn zowel abstract als figuratief. Tijdens de expositie ‘Typisch Hollands’ zal door Peter een eettafel worden geplaatst met een bijzondere tafelschikking. Op een tafel van maar liefst 3 meter lang en slechts 55 centimeter breed is voor 2 personen gedekt. Er staan 2 gouden stoelen gereed voor het aanschuiven van de gasten. Het ‘diner’ zal echter bestaan uit 65 gangen… Aan weerszijden van het servies liggen messen, vorken en lepels voor, naar het schijnt, een eindeloze maaltijd. Eten, drie maaltijden per dag, vaak vluchtig in het voorbijgaan, uit het vuistje, snelle hap en bord op schoot. Typisch Hollandser kan het niet. Hoe anders wordt het als je dicht tegenover elkaar zittend, lichamelijk contact makend, ja, zelfs elkaars adem voelend, gedurende 65 gangen de communicatie ‘op gang’ moet zien te houden… Maar ook de installatie op zich vertelt een verhaal. De borden, glazen en het bestek zijn gemiddeld heel veel jaren oud en heeft vele monden gevuld en de krasjes en beschadigingen laten een tijdloze geschiedenis zien… vele verhalen zijn weggegeten. www.hehallo.nl
Afbeelding: ‘De Aardappeldaters’. (detail), installatie
SIETSKE BOSMA (Heerenveen, 1951) Tien jaar geleden verruilde Sietske Bosma haar geboorteplaats Heerenveen voor de stad Groningen om er eindelijk haar droom waar te maken: studeren aan kunstacademie Minerva. In 2007 studeerde ze af en won tevens de Allianz Grafiekprijs. Zij specialiseerde zich in een specifieke kunstvorm : de grafiek. Ze geeft de traditionele linosnede een nieuwe impuls door het experiment aan te gaan. Haar levenslange passie voor stoffen, hun patronen en de tactiele eigenschappen ligt aan de basis van het werk. Haar beeldtaal is het patroon dat zich vertaalt in sferische beelden. Recentelijk deed ze onderzoek naar de streekdrachten op Urk : dit resulteerde in een nieuwe serie prenten, ook vallend onder “Hollands Glorie”. Ze combineert in dit werk de traditionele klederdracht met een hedendaags element. www.sietskebosma.nl
Afbeelding: ‘Boni’, gemengde techniek
MARIO TER BRAAK (Hengelo, 1960)
Mario ter Braak speelt graag met ons verwachtingspatroon. Wat hij schildert ziet er heel realistisch uit, maar hij wil ons eigenlijk iets heel anders laten zien. Wat dat betreft doet hij denken aan de surrealist René Magritte toen deze een pijp schilderde en het de titel gaf: Dit is geen pijp. Alsof niet het geschilderde voorwerp er iets toe deed, maar dat wat de kunstenaar werkelijk wilde uitdrukken in de titel was verwerkt. Dat spel met waarneming, verwachting en vermoeden is in allerlei varianten in het werk van Mario ter Braak aanwezig. Organische en tijdloze voorwerpen, als vruchten en vissen, worden geordend vanuit het geometrisch kader van een schilderdoek. Zo is ‘En Scène’ begonnen met het verdelen van een vierkant doek in vieren. Vervolgens is er een wereldje van traditionele stillevenvoorwerpen geënsceneerd, dat precies past in die vier kwadranten. Typisch Hollands! ‘Ichtus’ gaat over het trompe l’oeil effect van iets dat liggend waargenomen op het schilderij lijkt te gaan staan. Er is hier ondermeer sprake van een christelijke connotatie. Typisch Hollands! ‘Hollands zelfportret’, is een gespierde spruit op uitgesproken roze. Dit schilderij heeft het formaat van de schilder zelf, 184x184 cm.; een beeld niet geheel vrij van zelfspot. Een mens moet zichzelf zo af en toe eens opblazen, in welke betekenis dan ook. www.marioterbraak.nl
Afbeelding: ‘Hollands zelfportret’, olieverf op linnen, 184 x184 cm
BEATRIX FREDERIKS (Bussum, 1950) Beatrix heeft een opleiding als etaleur gevolgd, waar zij leerde om te gaan met schildermaterialen voor het maken van reclameborden en andere expressies. Na vijftien jaar in het buitenland te zijn geweest, heeft zij het schilderen weer opgepakt. Zij heeft diverse opleidingen gevolgd; onder andere een 3-jarige opleiding tekenen/kunstgeschiedenis en een 2-jarige cursus vrijexpressievormen aan de Gooische Academie in Laren. Maar ook een keramiek/boetseercursus van meerdere jaren bij Karin Heeman in Bussum en later in Naarden. Zo raakte zij vertrouwd met veel materialen zoals houtskool, pastel, aquarel, olieverf en ook met klei. Voor de wereldtentoonstelling Expo 2005 in Aichi/Japan, werd zij gevraagd door het Ministerie van Economische Zaken, om voor de VIP Lounge in het Holland Paviljoen, 7 grote schilderijen te maken met als thema tulpen. Beatrix maakte een 3-luik van 330 x 220 cm, een 2-luik van 220 x 220 cm en twee solo schilderijen van 110 x 220 cm gemaakt. Al deze schilderijen zijn na de Expo verkocht in Japan, aan een school, Japans consulaat en een Design Studio. www.beatrixfrederiks.com
Afbeelding: ‘tulpen’
HANNEKE GIEZEN (Delft, 1967) Hanneke Giezen woont en werkt in Breda. Ze volgde een opleiding aan de Academie voor Beeldende Kunsten St. Joost, Breda. Ze doet alles om schoonheid te etaleren, maar doet dat met weinig eerbied voor het betamelijke. Haar versieringen zijn te overdadig, het glazuur te wild, de hantering van het porselein is ruig, de vormen zijn asymmetrisch. Daarnaast ontdoet ze objecten van hun dienstbare karakter. Ze zijn onbruikbaar, je kunt ze alleen maar mooi wegzetten en er verliefd naar kijken. Door al die keuzes komen er elementen naar voren die niet geciviliseerd zijn, een speelse humor, sensualiteit, gulzigheid en begeerte. Daar gaat haar werk dan ook vooral over; over de schoonheid van het uitzin-nige, over hebzucht, pronkzucht, de liefde voor de overvloed. ‘Mijn werk is absoluut geen camp vol ingewikkelde connotaties en cynische dubbelzinnigheden. Ik zoek serieus naar de grenzen van de schoonheid. Het is weliswaar een schoonheid die sommigen heel lelijk zullen vinden, maar ik vind het mooi. Hoewel het mooi op het randje is. Dat is dan ook de uitdaging: durf je dit nog mooi te vinden en in je hart te sluiten? Over die verliefde, onverstandige schoonheid gaat het’. Ze maakt in haar werk gebruik van symbolen en elementen uit de Hollandse cultuur zoals tulpenblaadjes en klompen. Soms letterlijk maar meestal worden deze herkenbare elementen verwerkt in het beeld en krijgen ze een andere functie. Haar werk ‘Gansch’ bedekt met tulpenblaadjes is een goed voorbeeld van boven-staande uitspraak. Het Hollandse landschap wordt overspoeld met ganzen, ze veroorzaken veel overlast. Maar wat is er mooier dan een groep opvliegende ganzen in de uiterwaarden of overvliegende ganzen in V-vlucht? Wel of niet beschermen is de vraag. ‘Gansch’ staat hier symbool voor.
Afbeelding: ‘Tulpenklomp’ en ‘Oosterse muil’, Keramiek
MARIANNE VAN HEESWIJK (1961) Marianne van Heeswijk studeerde aan de kunstacademies van Arnhem en Tilburg. Na haar eindexamen in 1991 heeft zij 3 jaar als vormgeefster in New York gewerkt. In 1994 startte zij met ontwerpstudio Villa van Heeswijk. Ze verzamelt afgedankte gebruiksvoorwerpen uit verschillende culturen en huiselijke sferen en verwerkt deze met behulp van diverse technieken tot decadente illustratieve objecten. De oorspronkelijke functie van elk voorwerp vervalt en krijgt in het geassembleerde object een nieuwe rol. De interactie tussen ogenschijnlijk auto-nome vormen en dessins staat daarbij centraal. Sommige voorwerpen kunnen een speciale herinnering of emotie oproepen. Ze horen bij een dierbaar persoon of bij een belangrijke periode uit je leven. En toch staan diezelfde voorwerpen soms jarenlang weggestopt in een kast op zolder. Voor Marianne is dat een gouden kans om een mooie herinnering tot leven te wekken. Geef haar serviesgoed, blikjes of andere gebruiksvoorwerpen, beeldjes, sieraden of foto’s en er ontstaat een uniek kunstwerk. Het object dat vervolgens onder haar handen ontstaat, is stoer en fijnzinnig tegelijk. Een gebruiksvoorwerp wordt teruggebracht tot zijn essentie: de herinnering of emotie die het vertegenwoordigt. Vervolgens gaat die essentie op in een kunstobject dat een oneindig verhaal vertelt: oud en nieuw tegelijk, heel en gebroken. ‘Dreaming in Delft’ is geïnspireerd door het ‘Melkmeisje’ van Vermeer. Is het een droom of een nachtmerrie? Ingesloten door koeien die gemolken willen worden en molens zonder wieken blijft ze kalm. Wordt ze in Nederland gastvrij verwelkomd of zijn het alleen de dieren die haar onvoorwaardelijk accepteren. www.villavanheeswijk.nl
Afbeelding: ‘Please hold me’, mixed media
DIEDERICK KRAAIJEVELD (1963) Diederick Kraaijeveld bouwt klassieke en moderne iconen in sloophout; een Airstream trailer, een Porsche 911 of een paar Chuck Taylors (All Stars)... Gemaakt met soms zelfs eeuwenoud hout. Kraaijeveld omschrijft zijn werk als “foto-realistisch”, alleen vinden we bij hem geen klodders verf op het palet, maar een rijke verzameling aan oud hout... Wat ooit begon als een hobby, het verzamelen van gevonden souvenirs die hun weg vonden in kleurrijke collages, liep op een gegeven moment samen met een andere passie van Diederick Kraaijeveld: klassieke auto´s. In 2005 kwamen deze passies bijeen: Diederick nam de taak op zich om zijn favoriete Mustang 1966 vast te leggen in wat zijn allereerste werk in Oud Hout zou worden... Hij werkt voornamelijk met foto´s als referentie. Ieder werk is met de hand gezaagd en samengesteld uit herwonnen, authentiek gekleurd hout dat Diederick zelf zoekt tijdens speurtochten in Nederland en tijdens reizen over de hele wereld. Hij wordt regelmatig getipt als er soms eeuwenoude vloeren (zijn favoriete materiaal vanwege de historie van het materiaal en het patina van jaren en jaren) uit gebouwen worden gesloopt. Geschilderde planken, vloeren uit herenhuizen en boerderijen hebben een plek gekregen in zijn werk. Meestal is er eerst het materiaal en dan, soms pas veel later, krijgt het een plaats in zijn werk. Als hem wordt gevraagd naar zijn favoriete hout, legt Diederick uit dat de kleur leidend is bij het zoeken naar materiaal. Eén werk kan bestaan uit honderd verschillende gekleurde stukjes, en dus uit honderd verschillende stukken hout, die het werk allemaal hun unieke perspectief en onregelmatigheid geven. Door het hout niet te bewerken of behandelen, blijft de geschiedenis van het materiaal intact. Dit geeft extra diepte aan het werk. Het is Diedericks doel om begerenswaardige ikonen te maken van materiaal dat mensen hebben weggegooid. Kraaijeveld heeft een werkplaats in Hilversum, Nederland. De originele houten portretten van Maxima en prinses Beatrix zijn te zien in Oranienbaum, Dessau, DLD www.oudhout.nl Afbeelding: jonge Beatrix
IEN VAN LAANEN (1956) Ien van Laanen volgde na Gymnasium de NLO tekenen en schilderen in Nijmegen, Amsterdam en Groningen. Begon in 1980 met autonoom werk en ontwierp grafiek en toneelbeeld voor het Grand Theatre in Groningen. Exposeerde o.a. in het Drents Museum te Assen en in diverse galeries in Groningen en Amsterdam. Sinds 1989 woont en werkt zij in Amsterdam en heeft zich toegelegd op toegepast en grafisch werk. Ze tekent regelmatig voor de Volkskrant en maakte afgelopen jaren o.a. covers voor VN, de Groene en VPRO-gids. Ze illustreerde voor HPdeTijd en het maandblad J/M en werkte behalve voor tijdschriften en weekbladen ook voor diverse culturele en non-profit organisaties. Zo ontwierp ze het beeld voor de campagne ‘Women rights are human rights’ van Amnesty International, de affiches voor de jaarlijkse jazzfestivals ‘Les Trois Jours’ en het beeld voor de campagne voor de kinderboekenweek in 2000. Ze tekent covers voor boeken van verschillende uitgevers en illustreert de covers van de leesbibliotheek van uitgeverij Augustus die in 2006 van start ging. Naast volwassenenwerk tekent ze voor kinderen. Ze ontwierp bijvoorbeeld de Hazen in het ‘kankerwoordenboek voor kinderen’ een speciale uitgave van het KWF en de omslagen van de Nederlandse editie van Harry Potter, waarvan J.K Rowling ooit zei ze tot de allermooiste omslagen te rekenen. Ze ontving voor de omslagen van Harry Potter in 2001 het ‘Apeldoornse Uiltje’. Ien van Laanen’s werk valt op door de techniek en de beeldtaal die zij gebruikt. Zij hanteert de pen en het penseel even gemakkelijk als het elektronische tekentablet. Ze tekent, schildert, fotografeert en maakt collages met uiterste precisie. Ze gebruikt alle mogelijkheden die de computer te bieden heeft. Door deze gemengde techniek bestaan haar beelden vrijwel altijd, letterlijk en figuurlijk, uit meerdere lagen. www.ienvanlaanen.nl
afbeelding: illustraties op tegels
THEO LEIJDEKKERS (Borne, 1955) Theo Leijdekkers volgde opleidingen aan de Kunstacademie Minerva en Pedagogiek/Andragologie aan de Rijksuniversiteit, beide te Groningen. Hij woont op een van de mooiste plekken van Nederland: Pieterburen. In het atelier van de kunstenaar blijkt dat de bloemenpracht uit de directe omgeving niet onopgemerkt is gebleven; tientallen grote doeken met meer dan levensgrote bloemen staan stuk voor stuk te stralen. De bloemen zijn volop in bloei en lijken om de aandacht van de kijker te vechten. Net als in een weelderige tuin creëren ze een bont kleurenpalet, maar vormen toch een harmonieus geheel. Pas bij nadere beschouwing bemerk je de grote verschillen: bloemen uit verschillende seizoenen, bloemen in diverse stadia van bloei en een grote variëteit aan close-ups en doeken met meerdere bloemen in het kader. Allemaal zeer verfijnd en met grote aandacht geschilderd. “De werken die ik maak mogen verleiden en behagen. Door middel van kleur en vorm schep ik een sensuele en barokke wereld. Het plezier in het schilderen mag gezien worden.” Net als in een Nederlands 17-eeuws bloemstilleven, waarin de bloemen pronken met hun schoonheid, zijn de satijnachtige blaadjes en de grilligheid van bladnerven met grote liefde vereeuwigd. De kunstenaar schildert behalve bloemen ook stillevens, landschappen en portretten. Ook hierin is de kenmerkende hand en de werkwijze van de kunstenaar zichtbaar. www.theoleijdekkers.nl
Afbeelding: ‘Omgevallen tulpen’, olieverf op doek, 150 x 110 cm
FRANK LISSER (Nijmegen, 1959) Frank Lisser kreeg zijn opleiding aan de Academie Minerva Groningen. Docentschap: 1990 - heden aan de Academie Minerva Hanze Hogeschool Groningen, 2009 heden aan de Kabk Den Haag en van 1994 - 2003 aan de Rietveld Academie te Amsterdam. Tevens schrijver van essays in kunstmagazine ’De Nieuwe’. Veel is er de afgelopen 16 jaar niet gebeurd in Nederland. Althans in het Nederland afgebeeld op de schilderijen van Frank Lisser. Het is er al ruim anderhalf decennium overzichtelijk stil. Het regent, schemert en mist in de schilderijen al jarenlang op een zelfde wijze. De afgebeelde garageboxen, bushokjes en nieuwbouwhuizen ogen haast ongeloofwaardig gewoon en vertrouwd. Er is op de schilderijen geen mens te zien: vermoedelijk zitten ze allemaal binnen en kijken constant tv. Daar heerst al tientallen jaren de grote opwinding waar iedereen de hele dag over spreekt. In de woonkamers voor de tv, dáár vinden de grote veranderingen plaats, niet buiten. Daar is nooit iets te zien en te merken van waarover men zo druk op tv debatteert. De kalme werkelijkheid buiten lijkt in alles tegengesteld aan de schokkende werkelijkheid die men binnen op het scherm aandachtig aanschouwt.
Afbeelding: ‘Doorgaande straat’ , olieverf op linnen, 90x75 cm
ELS MAASSON (1967) Els Maasson werkt als beeldend kunstenaar, maakt grafiek en objecten en studeerde af aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag van 1987 – 1992. Sindsdien exposeert zij haar werken in binnen- en buitenland. Haar werk gaat uit van twee essentiële gegevens. We leven in een wereld die vol staat met tekens en betekenissen. En om die wolk van tekens en betekenissen in stand te houden moeten er beelden gemaakt worden, waarvoor gevoel voor ambacht en zorgvuldige keuze van materiaal van essentieel belang zijn. Deze twee uitgangspunten zijn gelaagd en hebben elkaar nodig. De betekenissen in de wereld ontstaan doordat de natuur vol is van soorten planten en dieren. Die vormen als in een fabelwereld een afspiegeling van andere werelden, van mensen en van begrippen. Els maakt afbeeldingen van die soorten. Het zijn ook steeds portretten van soorten; het zijn bijvoorbeeld geen afbeeldingen van individuele mussen, maar van De Mus in het algemeen. 1 Els Maasson groeide op tussen de weilanden in het dorp Maasland, waar haar fascinatie voor Hollandse dieren begon. Gebruikmakend van de techniek van het linoleum snijden, beeldt Els deze dieren af, voorzien van een tekst of een titel. Zij is wel eens de administrateur van de Ark van Noach genoemd, waarbij ze in een groots project een leesplank samenstelt van alle dieren van de schepping. De typische Hollandse ‘Maatjes’ mochten hierbij niet ontbreken. 1 Citaat artikel Michael van Hoogenhuyze www.elsmaasson.nl
Afbeelding: ‘Maatjes’, schaal van papier-maché bedrukt met linosnede
EDITH MADOU (Helden, 1964) Edith Madou voltooide in 1992 haar opleiding aan de kunstacademie van Maastricht. Sinds 1996 werkt ze full-time als beeldend kunstenaar. Haar werk is aangekocht door particulieren, bedrijven en musea. Daarnaast is het te zien en te koop in diverse galerieën in binnen- en buitenland. In alle kunstwerken van Edith Madou zijn altijd typisch Hollandse keramische vissen verwerkt: haring, sprot, schol en kabeljauw. Haar werk straalt een oerhollandse sfeer uit. De sfeer van gezelligheid, eten, geschiedenis, romantiek en huiselijkheid. Haar kunstwerken stelt ze samen uit diverse materialen, oude voorwerpen, antiek en keukengerei uit grootmoeders tijd, waarmee vissen van keramiek gecombineerd worden. Op deze manier ontstaan er kunstwerken, die het verleden en het heden met elkaar verbinden. Daarnaast maakt ze puur keramische kunstwerken waarvoor ze allerlei keramische technieken gebruikt. Ze werkt driedimensionaal, maar maakt ook wandobjecten in allerlei formaten. Van kleine objecten die passen in één hand tot werken die kubieke meters omvatten. Deze diversiteit van werken maakt dat haar kunst blijft boeien. www.edithmadou.nl
Afbeelding: ‘Witte brood met haring’, keramiek
MELS VAN DER MEDE (Nijmegen, 1985) Mels van der Mede, studeerde aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Sinds zijn afstuderen in 2011 werkt hij aan verschillende audiovisuele projecten, zowel autonoom als in opdracht. Centraal in het werk van Mels van der Mede staat de spanning tussen het fragmentarische karakter van de indrukken, die wij opdoen en het streven hier een coherent geheel van te maken. We proberen ons bestaan, de dingen die we meemaken en de levens van anderen te begrijpen aan de hand van impressies die we opdoen. We zien weinig, begrijpen vaak weinig, maar streven toch naar een kloppend verhaal waarin deze fragmenten samenvallen. Wie ’s avonds een wandeling door een Nederlandse straat maakt wordt verleid tot het creëren van zulke verhalen. De Nederlandse gewoonte om ’s avonds de gordijnen open te laten nodigt de buur of passant uit om op grond van de taferelen die te zien zijn, te speculeren over de levens van bewoners. Wie zijn deze mensen? Zijn ze alleen of samen? Hebben ze het goed voor elkaar, of niet? Door de uitnodigende openheid van verlichte ramen worden zulke vragen opgeroepen, die we invullen op grond van de flarden die we zien. Maar is de openheid die hier geëtaleerd wordt oprecht? Of is het slechts de suggestie van openheid, waarachter iets anders schuilgaat?
Afbeelding: videostill digitale video installatie, december 2011
KEES MOERBEEK (Halsteren - 1955) Kees Moerbeek volgde de opleiding Grafische Vormgeving aan de ABK Arnhem, is eigenlijk paper engineer en maakt pop-up boeken voor de internationale markt, maar zou het liefst Grafisch Illusionist zijn. De mooiste illusie is toch wel de Herinnering: voor elk individu net zo concreet als de alledaagse werkelijkheid, maar voor buitenstaanders volledig onzichtbaar. De complexiteit van de herinnering, waarbij alle zintuigen in meerdere of mindere mate zijn betrokken, en het hoogst onbetrouwbare karakter ervan, zijn buitengewoon intrigerend. De uitdaging is om slechts met enkel één zintuig (het zicht) die illusie op te roepen en voelbaar te maken. Naast het ontwerpen van boeken houdt hij zich bezig met het vervaardigen van het Jönköping Lucifermeubilair: uitvergrote luciferdoosjes geklemd tussen poten van uitvergrote, ogenschijnlijk afgebrande lucifers. De historische achtergrond van de ontstaansgeschiedenis van dit meubilair, die terugvoert naar de vroegste beschavingen, speelt hierbij een essentiële rol. Door dit meubilair in een dergelijk enorm historisch perspectief te plaatsen krijgen de meubels een bijna mythische status. De vraag of deze geschiedenis al dan niet verzonnen is, speelt geen enkele rol meer: als het niet echt waar was, dan had het zo moeten zijn. www.keesmoerbeek.com
Afbeelding: ‘Schiermonnikoog’, foto
NANON MORSINK (1964) Nanon Morsink woont en werkt in Hengelo. In 1995 studeerde ze af aan de Kunstacademie AKI te Enschede, sindsdien is ze werkzaam als zelfstandig beeldend kunstenaar. Nanon maakt schilderijen , 3-dimensionaal werk (binnen en buiten) en installaties. Zij werkt vaak met opvallende materialen en prints zoals hoogglans kunststoffen en (voorbedrukte) lakplastics. Daarnaast maakt ze vaak gebruik van verschillende dessins en motieven die zij op, naast en door elkaar heen schildert, waardoor perspectief en gevoel van ruimte niet altijd meer te definiëren zijn. De onderwerpen in haar werk zijn altijd direct herkenbaar: clichés, stereotypen en zogenaamde “iconen”. Door verschillende beelden en materialen te combineren, uit te vergroten of juist af te zwakken, probeert ze een nieuw beeld te scheppen dat bij de toeschouwer een gevoel van twijfel en/of vervreemding oproept: “Zie ik wel wat ik denk dat ik zie?” De tentoonstelling Typisch Hollands: een droomonderwerp voor Nanon. Bol van de clichés natuurlijk! In het schilderij ‘Hollandse Nuchterheid’ gebruikte zij als uitgangs-punt de Oudhollandse tegel waarin zij ‘onze nationale held de Hond’ in een ondeugende pose centraal plaatst. Hollandse zelfingenomenheid, betweterigheid en zedenprekerij worden hier gecombineerd met relativeringsvermogen, humor en zelfkritiek en het ‘met -twee-benen-op-de-grondstaan- gevoel’. Bij haar klompen zien we het aloude cliché van ‘the wooden shoe’ afbuigen naar iets waarbij de vorm van de klomp nog steeds centraal staat en zeer herkenbaar is, maar waarbij de aankleding de klomp totaal onbruikbaar heeft gemaakt. Nut is on-nut geworden. Een nationaal begrip is een persoonlijk item geworden. Traditie wordt ter discussie gesteld! www.nanonmorsink.nl
Afbeelding: ‘Hollands nuchterheid’, Plastic zeil met applicaties, acryl-en lakverf, 2011
VINCENT VAN OJEN (Someren, 1960) Vincent van Ojen studeerde grafiek aan de Kunstacademie van ’s-Hertogenbosch. In 1992 ontving hij de Nederlandse Grafiekprijs . Van Ojen is een meester in de techniek van houtsneden. Hij weet de techniek, door zijn jarenlange onderzoek en ervaring, uit te buiten en er alles uit te halen wat erin zit. Dat leidt tot vrije, complexe en schilderachtige beelden. De gelaagdheid in vorm en kleur, de structuur van het hout en de overlapping van de kleurvlakken komen door de specifieke eigenschappen van de techniek van de houtsnede dan ook in vele hoedanigheden in zijn werk aan bod. ‘Een stilleven is een uiteenzetting van kleuren, vlakken, alles wat je kan ervaren. Het gaat mij er niet om die zo precies mogelijk te verbeelden. Mij gaat het om de visie, om wat er uiteindelijk uitkomt. Het is het beeldende dat interessant is, niet het onderwerp. Het onderwerp hoop ik te overstijgen, zoals Van Gogh dat al door had, met z'n aardappels. De abstracte kwaliteit van een beeld, dat vind ik belangrijk.' Een van zijn geliefde onderwerpen is het stilleven dat ontstaat als je van de markt terugkomt en je al je boodschappen op tafel zet: bloemen, vruchten, groenten. ‘Eigenlijk ligt dan alles altijd goed. Je kan proberen het te gaan draperen, maar dan wordt 't niks. Dingen die zonder een bijbedoeling een ordening hebben, die kloppen altijd. En als 't klopt, heeft 't schoonheid. Schoonheid is dat iets, is wat het is. Het is mooi en lelijk samen.' Het is die vanzelfsprekendheid van een compositie die Van Ojen vaak tegenkomt in zijn eigen omgeving. Hij lijkt voortdurend open te staan voor de schoonheid van het alledaagse. 1 1 Tekst deels uit artikel Mirthe Blussé www.vincentvanojen.nl
Afbeelding: ‘Uitgebloeide tulpen’, houtsnede, 90 x 110 cm
GUIDO ORSETTI (Arquata del Tronto, Italië, 1954) Guido Orsetti heeft in de beginjaren ‘70 de kunstacademie in Rome doorlopen, richting design. Jarenlang heeft hij bij een smid in Rome gewerkt en het vak metaalbewerking geleerd. Werkzaamheden liepen uiteen van smeden tot restaureren en repareren. Sinds 1986 woont en werkt Guido in Nederland, in Deventer. Vanwege zijn atelier is hij voornamelijk overgestapt op het werken in hout. Kleine houten objecten. Guido Orsetti deed mee aan de tentoonstelling Beschermheiligen in het Comenius Museum te Naarden. Daarvoor maakte hij een prachtige houten pelgrim. Voor de tentoonstelling Typisch Holland heeft hij de geveltjes van Nederland vastgelegd in hout.
Afbeelding: Vreugde over de thuiskomst, hout
ERICA SCHEPER (1974) Erica Scheper volgde een opleiding aan de Hogeschool voor de Kunsten Arnhem, afdeling Vrije Kunst. Haar werk gaat over de dromen van mensen en de pijnlijke kantjes van de realiteit. Volwassenen dromen over een mooi huis, vakantie, succes. De realiteit van de Vinex-wijk, de volle camping, de stress op het werk. De concessies die gedaan en verdoezeld worden. Het universele en het uniforme daarbinnen vindt ze interessant. De werkelijkheid is het uitgangspunt, maar het gaat niet om objectieve realistische weergaven; ze creëert de situaties zelf en overdrijft daarin graag. Belangrijk daarbij is de sfeer. Erica Schepers meest recente werk is de serie "Functionele dingen aan de muur". Ze schildert zaken als lichtknopjes, stopcontacten en brandmelders, al dan niet in combinatie met gedecoreerd behang. Deze serie komt voort uit observaties die in al haar werk een rol spelen: de realiteit strookt niet met de wenselijkheid. Concreet in dit geval: bij het inrichten van een expositie hang je het werk mooi op, maar zit er altijd ergens een lichtknopje, een brandmelder of een afvoerbuis die de aandacht van het schilderij afleidt. In de serie caravanschilderijen laat ze het benauwende gevoel zien hoe veel mensen leven en recreëren; dicht op elkaar, weinig privacy en veel stress. Dat ze op vakantie in de file gaan staan, om gezamenlijk op een camping dicht op elkaar te staan, vindt ze curieus. Campings waar je op een afgemeten plekje staat, enkel door een boom of een heg van je buren gescheiden. Dit gevoel vertaalt ze naar een beeld waarin cara-vans extra dicht op elkaar staan, waar ze zwart zijn of omringd door hoge heggen, als zijnde muren. www.ericascheper.nl
Afbeelding: ‘kudde caravans’, olieverf op doek, 40 x 60 cm
TINEKE TUKKER (Roermond, 1959) Tineke Tukker volgde een opleiding aan de kunstacademie St. Joost in Breda. Ze woont en schildert in Alkmaar. Laag op laag brengt zij de schrale olieverf op het doek aan. Met een snelle en losse toets suggereert zij met vlekken en lijnbewegingen ruimte. Binnen- en buitenvoorstellingen krijgen aandacht. Het meest recente werk van Tineke is de Boeketreeks. Deze bloemschilderijen zijn ontstaan naar aanleiding van titels van Nederlandse boeken die haar moeder zaliger in de jaren vijftig en zestig las. Jarenlang zwierven de bewaarde boekomslagen door haar atelier. Ze prikkelden Tineke om bloemstukken te gaan schilderen. Deze bloemstukken zijn net als de titels afgeleid van een in het verleden verbeelde werkelijkheid. Zij gebruikte als voorbeeld bloemstillevens uit de 17e en 19e eeuw. De Boeketreeks is voor haar een knipoog naar het hedendaagse schone en goede. Ook gaat deze reeks over formele aspecten als abstractie versus figuratie. Hierin onderscheiden deze werken zich niet van de serie Landmarks. Deze landschapschilderijen zijn nog net te her kennen oriëntatiepunten. Toeristische trekpleisters en industriegebieden zijn met een sterke beweging in een losse toets geschilderd. Dat het schilderij blijft boeien, daar gaat het Tineke om. Een goed schilderij is een verbeelding van kracht en geheimen. www.tineketukker.nl
Afbeelding: ‘Bouquetreeks’, olieverf op doek, 40x30 cm
LINDA VLOEDGRAVEN (Deventer, 1964) Linda Jansen-Vloedgraven richt zich, na de kunstacademie, waar zij voornamelijk de illustratieve kant heeft gedaan, meer op de vormgeving. Nu is zij ontwerpster van het atelier MAKIDINKI. Haar interesse voor de techniek van het haken is ‘een rode draad’ door haar leven. Alle materialen, technieken en draaddiktes hebben mijn belangstelling. Zo heeft zij een huisje ontworpen voor huisdieren. De KODDY is geschikt als slaap - en speelhuis voor o.a. hamsters, muizen, ratten, fretten en cavia’s. En dan het wezentje PIMPY, buigbare ledematen, gevuld met gekleurde schapenwol. Zij heeft een techniek bedacht en ontwikkeld om sloffen te haken in 3D. De sloffen kunnen gemaakt zijn van katoen tricot of van wol. ALADIN sloffen zijn er in verschillende kleuren en verkrijgbaar in heren-, dames-, kinder-, baby-, poppen- en Barbie maten. www.makidinki.nl
Afbeelding: Aladin sloffen, katoen, gehaakt, in alle maten.
REINA DE VRIES (Woudenberg, 1963) Reina de Vries volgde een opleiding aan de AKI, Academie voor Beeldende Kunsten in Enschede. “Mode hoeft geen kunst te zijn, maar er is wel een kunstenaar voor nodig om mode te maken. Het materiaal is mijn uitgangspunt, prachtige stoffen, band, kant. Verzamelen. Een ongekende rijkdom aan kleuren, dessins, weefsels. Glad, wollig, dun, doorzichtig, zwaar. Stofbewerkingen staan centraal in mijn werk. Niet voor de hand liggende combinaties. Onorthodoxe verwerkingen. Me mee laten voeren door het ontstaansproces. Me telkens weer laten verrassen door de uitkomst. Ik maak kleding, kostuums, tassen en accessoires op maat. Op de persoon. Net als elk mens is elk stuk uniek.” “Typisch Hollands is voor mij de samensmelting van culturen met de Hollandse iconen die zo gedateerd zijn dat ze kitsch zijn geworden. Een melting pot die zich in mijn werk uit door het gebruik en de verwerking van stoffen”. De schorten hebben qua vorm niks meer te maken met het schort zoals wij het kennen, maar dat qua materiaalgebruik wel degelijk als typisch Hollands wordt ervaren. Een vervreemding. www.lareinadesign.wordpress.com
Afbeelding: ‘Schort’, textiel
Sacha Wendt (Eindhoven, 1967) Atelier Sacha Wendt is opgericht in 1996. Het ontwerpen en/of uitwerken van de meest uiteenlopende en onverwachte vormen die theater voortbrengt is een creatieve uitdaging. De laatste tijd ontwerpt Sacha veel tassen. In de tentoonstelling Typisch Holland zijn enkele postzakobjecten/ -tassen te zien. Haar meer commerciële lijn is die van de 2D tassen. De collectie is functioneel en vol humor. Dutch Design met twee hoofdletters “D”! Sacha Wendt verwerkt nostalgische modellen op een kleurrijke wijze. Door de bijzondere tweedimensionale vertaling, lijken de tassen en hoezen uit een strip herrezen. Een origineel design uitgevoerd in leder en in (wol)vilt. Simpel en functioneel met een vleugje humor! 2D tassen van vilt en leer, diepte getekend als een cartoon, maar genoeg ruimte om te vullen! Ze kunnen ook op maat en van speciaal materiaal gemaakt worden. www.sachawendt.nl
Afbeelding: object ‘Postzakhouder’ en PTT postzakbeugeltassen