Tussentijdse beleidsevaluatie Visie Agrologistiek
Uitgevoerd in opdracht van: Ministerie van LNV / Platform Agrologistiek
Nijmegen, mei 2007
Inhoudsopgave Blz.
Samenvatting
1
Hoofdstuk 1 Achtergrond
3
1.1 1.2 1.3
Inleiding Methodologie Leeswijzer
Hoofdstuk 2 Wat willen we bereiken? 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Inleiding Hoofdlijn en doelstellingen Visie Agrologistiek Doelstellingen uit Kamerbehandeling Doelstellingen instrumenten (Platform) Krachtenveld rond agrologistiek
Hoofdstuk 3 Ingezette instrumenten 3.1 3.2
Inleiding Inventarisatie instrumenten
Hoofdstuk 4 Inzet van middelen 4.1 4.2
Inleiding Inzet van middelen
Hoofdstuk 5 Inventarisatie bereikte resultaten 5.1 5.2 5.3 5.4
Inleiding Inventarisatie bereikte resultaten Confrontatie doelen, instrumenten en resultaten Resultaten in perspectief
3 6 8
9 9 9 11 11 13
17 17 17
23 23 23
25 25 25 29 32
Blz.
Hoofdstuk 6 Conclusies en aanbevelingen 6.1 6.2 6.3 6.4
Bijlage 1
Inleiding Conclusies evaluatie Observaties beleidsveld agrologistiek Aanbevelingen
Speelveld Agrologistiek
35 35 35 38 40
47
Samenvatting
Vanuit de Visie Agrologistiek en een Tweede Kamerbehandeling in november 2001 is het Platform Agrologistiek opgericht om de doelstellingen van de Visie Agrologistiek te verwezenlijken. Eind 2006 is Buck Consultants International gevraagd een tussentijdse beleidsevaluatie uit te voeren van de acties uitgevoerd in het kader van de Visie Agrologistiek. In de evaluatie zijn de doelstellingen van de Visie, als ook de ingezette instrumenten en middelen uitgebreid in kaart gebracht en geplaatst in het krachtenveld van het thema Agrologistiek. Uiteindelijk is beoordeeld of de instrumenten en middelen in verhouding staan tot de beoogde en de gerealiseerde resultaten. Kernvraag is daarbij of het Platform met haar middelen en instrumenten voldoende heeft bijgedragen aan de doelstellingen van de Visie Agrologistiek en de Kamerbehandeling. De resultaten zijn tevens geplaatst binnen het beleidsveld Agrologistiek. Terugkijkend op de jaren 2001-2006 heeft het Platform zich sterk gericht op verspreiding van het gedachtegoed, kennisontwikkeling en op samenwerking tussen verschillende partijen door de organisatie van congressen en bijeenkomsten. Voorbeelden zijn de verspreiding van publicaties, het vormen van een (online) best practices/kennisbank maar ook CoP (Community of Practice) bijeenkomsten waarmee verschillende partijen gezamenlijk tot initiatieven komen door boven het partijbelang uit te stijgen. Het Platform heeft sterk ingezet op benoemen, het stimuleren en het ondersteunen van A-statusprojecten door mediaaandacht, en ondersteuning op cruciale momenten door het opgebouwde netwerk. Naast bovengenoemde activiteiten richt het Platform zich in het begin op onderzoek en later op onderwijs. Kijkend naar de middelen en personele inzet (ongeveer 2 FTE op jaarbasis) dan staan deze in verhouding tot de resultaten. In het beleidsveld Agrologistiek blijkt dat beslissingen rondom realisatie van projecten vaak worden genomen op regionaal niveau en dat daarmee slechts een beperkt aantal projecten wordt gerealiseerd. Dit komt doordat de trajecten langdurig, complex en vaak afhankelijk zijn van enkele beslissingen op regionaal niveau waarvan de uitkomsten onzeker zijn. De algemene conclusie is dat het Platform een sterke bijdrage heeft geleverd in de periode 2001-2006. Het bestaan van het Platform wordt door verschillende partijen als positief ervaren. De Visie wordt door inzet van een breed pakket aan instrumenten verspreid en men weet veel verschillende partijen te motiveren en aan elkaar te binden. Het thema Agrologistiek staat zeker op de kaart en het Platform heeft daaraan een belangrijke bijdrage geleverd. De A-status projecten die door het Platform worden ondersteund zijn goede voorbeeldprojecten die het thema Agrologistiek breed benaderen. Zo wordt niet enkel gekeken naar bijvoorbeeld transportbesparing maar wordt de problematiek rondom Agrologistiek breed verbonden met ruimtelijke ordening, regionale productie/internationalisering, intermodaal vervoer en horizontale en verticale ketenintegratie in lijn met de Visie Agrologistiek. Buck Consultants International
1
De kwantitatieve resultaten blijven, in absolute zin, achter op de verspreiding van het gedachtegoed en bij de te verwachten effecten ligt de nadruk sterk op clusteren. Zo ligt de taak duidelijk in de opschaling van de effecten. De concrete effecten op gebied van transportbesparing, CO2-uitstoot en bijvoorbeeld dierenwelzijn zijn sterk verbonden met de A-status projecten en regionaal van aard. Ten opzichte van de landelijke situatie zijn de effecten beperkt De rol ligt daarbij nadrukkelijk niet bij het Platform alleen. Zo zal er ook landelijk discussie gevoerd moeten worden en vragen beantwoord moeten worden rondom thema’s als schaalvergroting, clustering en semi-industrialisering binnen landbouwontwikkelingsgebieden. De volgende aanbevelingen worden gedaan:
Visie en doelstelling • •
Voortzetten van uitgangspunten van de Visie Agrologistiek. Concretiseren van meetbare doelstellingen en sturing van deelactiviteiten om de instrumenten en middelen sterk te koppelen aan de beoogde doelstellingen.
Pijlers van de Visie Agrologistiek • •
•
Voortbouwen op de pijler clusteren en uitwerking van deelthema’s op gebied van schaalvergroting, clustering etc. Meer aandacht voor de pijler verbinden door samenwerking met partijen rondom logistiek en transport (V&W, logistiek dienstverleners) mede om expertise op gebied van bijvoorbeeld intermodaal transport te verbeteren. Gericht zoeken naar mogelijkheden rond de pijler regisseren en kennis en expertise op dit vlak uit te breiden (bijv. informatievoorziening, ontkoppeling fysieke stromen en handelsstromen). Dit thema is vaak een voorwaarde voor de pijler verbinden, bijvoorbeeld waar het gaat om een efficiënte inzet van meerdere modaliteiten in de logistieke keten.
Naar massa maken • •
• •
2
Voortzetten ondersteuning pilotprojecten maar wel gestructureerde verversing van de pilotprojecten gericht op een thema of specifieke branche. Massa maken via samenwerking met andere initiatieven zoals het Programma Duurzame Logistiek van het Ministerie van Verkeer & Waterstaat en het 7e Kaderprogramma, het Marco Polo Programma en initiatieven op gebied van energie- en klimaat. Massa maken in de regio door Provincies, LTO-regio’s, Gemeenten, etc. te activeren. Massa maken met landelijk bestuur en politiek door het thema Agrologistiek op de agenda te zetten en discussies rondom belangrijke thema’s (bijv. schaalvergroting) te stimuleren en te ondersteunen met andere organisaties. Zo kan het complexe en onzekere traject voor realisatie van dit type projecten versneld en vereenvoudigd worden.
Buck Consultants International
Hoofdstuk 1
1.1
Achtergrond
Inleiding
Historie Eind jaren ‘90 is door het Ministerie van LNV en de agro(logistieke) sector vastgesteld dat er meer structurele aandacht besteed zou moeten worden aan de ontwikkelingen op het gebied van agrologistiek in Nederland. Hierbij stonden zowel de concurrentiekracht van de sector in Nederland (innovatie, werkgelegenheid, etc.) als ook maatschappelijke factoren (milieu, dierenwelzijn, voedselveiligheid, etc.) centraal. Op basis van deze vaststelling is in 2000 het Platform Agrologistiek in de eerste instantie opgericht door het Ministerie van LNV in samenwerking met vele partijen uit de sector. Doel was het stimuleren van een efficiëntere en meer duurzame logistiek van agrarische goederen. Het vervoer van agrarische goederen neemt een substantieel deel in van het totale vervoer: schattingen lopen uiteen maar over het algemeen wordt onderkend dat één op de drie vrachtwagens in Nederland gevuld is met flower en food producten (Ministerie LNV, 2006). Daarnaast wordt er nog een flink volume afgehandeld via andere modaliteiten als spoor en binnenvaart. Deze grote goederenstroom zorgt voor knelpunten op het gebied van ruimtelijke inrichting, infrastructuur en economie en druk op de bereikbaarheid van veel agroclusters. Het Platform heeft de eerste twee jaren vooral hard gewerkt aan het bijeenbrengen van partijen uit de sector en het ontwikkelen van de Visie Agrologistiek. Deze is in 2002 in de Tweede Kamer besproken en goedgekeurd. Op basis van eerder genoemde doelstellingen van Platform en Visie kan worden vastgesteld dat de drivers achter de Visie Agrologistiek nog steeds actueel zijn: • •
• •
Belang van agro-producten (productie, handel en logistiek) voor de Nederlandse economie. Toenemende vervoersstromen van agro-producten als gevolg van: − een steeds wijder wordende ‘gap’ tussen productie, handel en consumptie; − meer vervoer in kleine fracties; − meer afleverpunten (verkooppunten voor consumenten). Tegengaan van nadelige effecten van dit vervoer (afname bereikbaarheid, toename congestie, negatieve milieueffecten). Meer samenwerking en verbeterde interdepartementale afstemming.
Buck Consultants International
3
Figuur 1.1
Tijdlijn Visie, Platform, Netwerk, Uitvoering projecten
In figuur 1.1 worden de verschillende fasen van het thema agrologistiek weergegeven. In eerste instantie wordt in A de Visie Agrologistiek door de Ministeries van LNV en V&W opgesteld en uitgedragen. In B gaat de taakstelling van het Platform van start. Naast het Platform zijn er ook andere instanties die aandacht besteden aan het thema agrologistiek. Deze initiatieven zorgen gezamenlijk voor bewustwording, samenwerking en het netwerk rondom het thema Agrologistiek (C). Bovenstaand agrologistiek netwerk brengt uiteenlopende projecten voort. Binnen het Platform zijn de A-status projecten verantwoordelijk voor uiteindelijke kwantitatieve effecten (D). Buiten het Platform profiteren ook andere projecten van een versterking van het agrologistieke netwerk. De effecten op gebied van CO² uitstoot, dierenwelzijn, economie en energie worden veelal pas op (middel-)lange termijn zichtbaar door de lange doorlooptijd van deze projecten. Om de doelstellingen uit de Visie Agrologistiek te realiseren wordt een aantal instrumenten ingezet. Het Platform Agrologistiek kan in dit kader worden gezien als het belangrijkste overkoepelende instrument. In het Platform Agrologistiek zijn naast de Ministeries van LNV, V&W, EZ en VROM, bedrijfsleven en koepelorganisaties vertegenwoordigd zoals EVO en TLN, NDL, Productschap Tuinbouw, Frugi Venta, The Greenery, Rabobank, Unilever en het Havenbedrijf Rotterdam.
4
Buck Consultants International
In de visie wordt agrologistiek als volgt gedefinieerd: Definitie agrologistiek In deze visie wordt onder agrologistiek verstaan: het transport, de opslag, de distributie en de regie (besturing, beheersing en organisatie) van de agrostromen - food en non-food - in de gehele agroketen, van grondstoffen tot consument, o.a. op de verssector en het diertransport. Hierbij zijn de volgende voertuigbewegingen te onderscheiden: • • • •
toelevering van grondstoffen zoals mengvoeder en meststoffen aan primaire producenten; collectievervoer van de primaire productie naar de verwerking (bijvoorbeeld de veiling); verplaatsingvervoer van de veiling naar het distributiecentrum; fijndistributie van het distributiecentrum naar de winkelier en supermarkt.
Bij de implementatie van de visie ligt de nadruk op het ondersteunen door het aanbieden organisatorische netwerken. Het Platform heeft de afgelopen jaren verschillende instrumenten ingezet om haar doelstellingen te realiseren. Voorbeelden hiervan zijn de website Agrologistiek, de benoeming en ondersteuning van 13 A-status projecten, de inzet van een actieve voorzitter, periodieke Platformbijeenkomsten, de opzet van Communities of Practice, congressen, brochures etc. De zeer beperkte directe financiële middelen worden vooral gebruikt om bovengenoemde instrumenten mogelijk te maken.
Evaluatie In 2006 is gekozen voor een tweeledige aanpak om de (tussentijdse) resultaten van de inspanningen van het Platform en de daaruit voortvloeiende effecten in kaart te brengen. Als eerste is in het najaar van 2006 een monitoringstudie uitgevoerd gericht op de A-status projecten die nauw verbonden zijn met het Platform. In de tweede fase wordt het geheel aan ingezette middelen geëvalueerd en getoetst aan de doelstellingen uit de Visie Agrologistiek. Buck Consultants International (BCI) is gevraagd om deze ‘Tussentijdse beleidsevaluatie Visie Agrologistiek’ uit te voeren. Met dit onderzoek wordt in de behoefte tot inzicht in de resultaten van het Platform voorzien en wordt ook voldaan aan de verplichting vanuit de Rijksbegroting om een evaluatie uit te voeren. De uitkomsten van de studie zijn input voor de strategische beslissingen inzake (de wijze van) voortzetting van het Platform Agrologistiek in de komende jaren. Op grond van het voorafgaande is de volgende evaluatie doelstelling geformuleerd: Het verschaffen van inzicht in de ingezette instrumenten en middelen, de daarmee bereikte resultaten en de mate waarin deze bijgedragen hebben aan realisatie van de doelstellingen van de Visie Agrologistiek. Naast het in kaart brengen van de ingezette instrumenten en middelen en de bereikte resultaten, worden deze ook geplaatst in de context van de veranderende (beleids-)omgeving.
Buck Consultants International
5
1.2
Methodologie
Algemeen De gefaseerde aanpak van de evaluatiestudie wordt in onderstaand figuur weergegeven: ‘ Figuur 1.2 Fasering onderzoeksaanpak
1 Analyse uitgangspunten Visie Agrologistiek
2 Analyse ingezette middelen en bereikte resultaten
3 Confrontatie doelstelling middelen en resultaten
4 Evaluatie in perspectief
5 Eindrapportage
De evaluatie is binnen relatief korte tijd uitgevoerd. Het doel was dan ook om de evaluatie concreet, kort en bondig te houden. Het ging daarbij nadrukkelijk niet om een definitieve eindevaluatie van de Visie en het Platform. Conform voorschriften van de Rijksoverheid is de tussentijdse beleidsevaluatie uitgevoerd volgens de VBTB-voorschriften (Van Beleidsbegroting Tot Beleidsverantwoording) van de overheid. Onderstaand tekstblok geeft de uitgangspunten van deze voorschriften weer. Van Beleidsbegroting tot Beleidsverantwoording (VBTB) Sinds 2002 hanteert het Rijk de VBTB-begroting. In deze begroting staat niet alleen het geld centraal, maar ook wat we met het beleid willen bereiken en op welke manier. Uitgangspunt zijn dan ook “de 3 W-vragen”: • • •
Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Wat gaat het kosten?
Formulering doelstellingen/maatschappelijke effecten Opsomming instrumenten en prestaties Het uit te geven geld en aan te gane verplichtingen
Bron: Ministerie van LNV, 2007
6
Buck Consultants International
De informatieverzameling heeft uit verschillende elementen bestaan: • • • •
Desk research: websites, dossiers LNV, overige publicaties. Voorafgaande studies (o.a. “Vinger aan de pols”, “Monitoring pilotprojecten Agrologistiek”, etc.). Vijf interviews met experts. Gesprekken met Arno Rohde en Lucie Wassink als centrale personen binnen het secretariaat van het Platform Agrologistiek en werkzaam bij het ministerie van LNV.
Bij deze tussentijdse evaluatie wordt er duidelijk onderscheid gemaakt tussen instrumenten, middelen en resultaten. Instrumenten: Instrumenten hebben betrekking op alle handelingen, acties die door het Platform worden ingezet om het uiteindelijke doel te verwezenlijken. Middelen: Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen financiële middelen en de personele inzet in voltijdseenheden. Resultaten: Resultaten hebben ten eerste betrekking op de effecten van het Platform op doelgroep en stakeholders (kennisontwikkeling, kennisverspreiding, bewustwording, samenwerking, motivatie). Ten tweede heeft het betrekking op de uiteindelijke effecten die mede door faciliteren van het Platform gerealiseerd zijn zoals vermindering uitstoot, vermindering voertuigbewegingen, leefomgeving.
Interviews Er is voor gekozen om personen uit zowel bedrijfsleven als overheid te betrekken bij dit onderzoek. Geïnterviewde personen zijn: • • • • •
Dhr. R. Bol, Ministerie van LNV, directeur Industrie & Handel Dhr. M. Jurriaans, Ministerie van V&W, projectleider Duurzame Logistiek Dhr. P. Kersten, Alterra, coördinator van Communities of Practice Dhr. G. Driessen, Provincie Limburg, gedeputeerde Dhr. W. Baljeu, FrugiVenta, directeur
Buck Consultants International
7
1.3
Leeswijzer
Het vervolg van dit rapport is opgebouwd aan de hand van de drie W-vragen uit de VBTBaanpak. Hoofdstuk 2 gaat in op de eerste W: Wat willen we bereiken. Hier wordt een analyse van de uitgangspunten en doelstelling van de Visie Agrologistiek weergegeven. Hoofdstuk 3 gaat vervolgens in op: Wat gaan we daarvoor doen? Dit hoofdstuk geeft een beschrijving van de ingezette instrumenten. Hoofdstuk 4 gaat in op de derde W: Wat gaat het kosten? In hoofdstuk 5 wordt een analyse weergegeven waarin de drie W-vragen met elkaar worden samengebracht (wat heeft het opgeleverd) en waarin de uitkomsten van de analyse vervolgens in de bredere beleidscontext worden geplaatst. Hoofdstuk 6 geeft tenslotte de conclusies en aanbevelingen weer.
8
Buck Consultants International
Hoofdstuk 2
2.1
Wat willen we bereiken?
Inleiding
In dit hoofdstuk wordt in gegaan op de eerste W-vraag uit de VBTB-aanpak. Het gaat hier om het vaststellen van de doelstellingen die ten grondslag liggen aan de inzet van instrumenten en middelen op het gebied van agrologistiek in de afgelopen jaren. De volgorde die in dit hoofdstuk wordt gehanteerd is als volgt: 1 2 3
Hoofdlijn en doelstellingen Visie Agrologistiek Doelstellingen voortkomend uit de Kamerbehandeling Doelstellingen direct voortvloeiend uit de instrumenten (Platform Agrologistiek)
Vervolgens wordt een beschrijving gegeven van het krachtenveld rond agrologistiek om te laten zien waarop de Visie betrekking heeft.
2.2
Hoofdlijn en doelstellingen Visie Agrologistiek
De volgende factoren waren aanleiding tot het formuleren van een Visie Agrologistiek: •
• • • •
Knelpunten op het gebied van bereikbaarheid van de knooppunten van productie, distributie en detailhandel door toename goederenvervoer en internationalisering van agroketens. Knelpunten op het gebied van de ruimtelijke ordening van bedrijfsvestigingen. Knelpunten op gebied van veterinaire risico’s, dierenwelzijn en voedselveiligheid. Behoefte vanuit Ministeries voor een gezamenlijke visie op agrologistiek (het thema agrologistiek beslaat heel nadrukkelijk het werkveld van meerdere Ministeries). Verwachting dat door intensievere samenwerking tussen Ministeries (LNV, V&W, EZ, VROM) meer effectieve resultaten op afzonderlijke beleidsdoelen kunnen worden gerealiseerd.
Buck Consultants International
9
Doelstelling van de Visie is dus primair om oplossingen te bieden voor deze knelpunten en behoeften. De Visie Agrologistiek moet worden beschouwd als een echte Visie, een gewenst toekomstbeeld, die aangeeft waarop de focus zou moeten liggen voor een bepaalde periode. In een Visie zijn veelal geen direct meetbare SMART-doelen opgenomen. Deze SMARTdoelen worden vaak juist gekoppeld aan de focusgebieden die voortkomen uit een Visie. Zo is het ook in het geval van de Visie Agrologistiek. De algemene doelstelling voortvloeiend uit de Visie is “een bijdrage te leveren aan het verder ontwikkelen van een duurzame, innoverende en vervoersefficiënte agrologistiek, ten behoeve van het behoud en de versterking van economisch krachtige en maatschappelijk verantwoorde agroketens”. Deze algemene doelstelling wordt in de Visie vormgegeven door drie focusgebieden (pijlers) te benoemen, namelijk: Clusteren, Verbinden en Regisseren. 1 2 3
Clusteren: minder ruimtelijke versnippering en meer logistieke efficiency door clustering van agrobedrijven nabij logistieke ontsluitingen in agrarische bedrijventerreinen. Verbinden: betere bereikbaarheid realiseren door het inzetten van o.a. spoor en binnenvaart voor vervoer van agrostromen. Regisseren: agrostromen besturen, beheersen en organiseren, met als resultaat efficiencywinst, minder veterinaire risico’s en verbetering van dierenwelzijn en voedselveiligheid.
BCI interpreteert bovenstaande als volgt: vanuit de Visie Agrologistiek wordt gestreefd naar een verduurzaming van agroketens, zowel economisch, maatschappelijk als ruimtelijk. Hierbij gaat het om het terugdringen van externe kosten (uitstoot, files, ruimtebeslag, etc.) en het verhogen van waardetoevoeging van de agroketens door innovatie en verduurzaming van transport, logistiek en de inrichting van agroketens. Hiertoe worden bedrijven samengevoegd, wordt gewerkt aan samenwerking en een verbetering van organisatie/regie in de agroketen. In de conclusie van deze evaluatie zal worden weergegeven in hoeverre de afgelopen jaren middels inzet van Platform en onderliggende instrumenten is toegewerkt naar realisatie van deze doelstellingen.
10
Buck Consultants International
2.3
Doelstellingen uit Kamerbehandeling
In de Tweede Kamerbehandeling van de Visie Agrologistiek (27 november 2001, 25 februari 2002) is deze besproken in zowel de Commissie Verkeer en Vervoer als de Commissie Landbouw en unaniem aangenomen. Toenmalig Minister Brinkhorst van LNV heeft aangegeven de Tweede Kamer jaarlijks te informeren over de voortgang van de projecten en het beleid. In de behandeling van de Visie Agrologistiek wordt besloten: • • •
Tot een actieplan rondom tien innovatieve pilotprojecten in de agrologistiek. Dat er wordt ingezet op een brede pragmatische aanpak gekoppeld aan een globale visie op de toekomst van de agroketen. Dat het Platform Agrologistiek de regiefunctie vorm zal geven.
In verschillende brieven is de Tweede Kamer jaarlijks geïnformeerd over de voortgang van de acties in het kader van de Visie Agrologistiek.
2.4
Doelstellingen instrumenten (Platform)
In Figuur 2.1. wordt de samenhang weergegeven van de Visie, de Kamerbehandeling en het Platform. De Visie en het kamerstuk hebben geleid tot een invulling van het thema Agrologistiek door het Platform Agrologistiek. Zowel de Visie, de Kamerbehandeling als de taakstelling van het Platform zijn nauw verbonden met deelthema’s verbinden, clusteren en regisseren. De taakstelling is door het Platform zelf gedefinieerd maar is zowel resultaat van de Visie als de Kamerbehandeling. Het centrale instrument dat ingezet is in het kader van de Visie Agrologistiek is zoals eerder gezegd het Platform Agrologistiek. Vanuit het Platform zijn vervolgens allerlei subinstrumenten ingezet om de taakstelling te verwezenlijken.
Buck Consultants International
11
Figuur 2.1 Samenvatting doelstellingen Visie, Kamerbehandeling, Platform
Visie Agrologistiek •
• • •
•
Knelpunten op het gebied van bereikbaarheid van de knooppunten van productie, distributie en detailhandel door toename goederenvervoer en internationalisering van agroketens Knelpunten op het gebied van de ruimtelijke ordening van bedrijfsvestigingen. Knelpunten op gebied van veterinaire risico’s, dierenwelzijn en voedselveiligheid. Behoefte vanuit Ministeries voor een gezamenlijke visie op agrologistiek (het thema agrologistiek beslaat heel nadrukkelijk het werkveld van meerdere Ministeries) Verwachting dat door intensievere samenwerking tussen Ministeries (LNV, V&W, EZ, VROM) meer effectieve resultaten op afzonderlijke beleidsdoelen kunnen worden gerealiseerd.
Clusteren
Kamerbehandeling • • •
Tot een actieplan komen rondom tien innovatieve pilotprojecten in de agrologistiek. Inzetten op een brede pragmatische aanpak gekoppeld aan een globale visie op de toekomst van de agroketen. Vormgeven van de regiefunctie door het Platform Agrologistiek.
Regisseren
Platform •
• • • • •
Verbinden
Advisering, samenwerking, begeleiding bij uitvoering van de voorbeeldprojecten om de, in de Visie Agrologistiek genoemde, systeeminnovaties in deze sector te helpen tot stand brengen; Stimuleren, aanjagen, ideeën opperen, creëren van enthousiasme van betrokkenen bij proefprojecten; Ambassadeur van de Visie Agrologistiek; Het creëren van politieke bewustwording in Nederland en de Europese Unie inzake het belang van de agrologistiek; Het op de politieke agenda krijgen van knelpunten en kansen in de agrologistiek; Informatie-uitwisseling over o.a. knelpunten, oplossingen en kansen in de agrologistiek.
Het Platform Agrologistiek heeft de volgende taken: •
12
Advisering, samenwerking, begeleiding bij uitvoering van de voorbeeldprojecten om de, in de Visie Agrologistiek genoemde, systeeminnovaties in deze sector te helpen tot stand brengen.
Buck Consultants International
• • • • •
Stimuleren, aanjagen, ideeën opperen, creëren van enthousiasme van betrokkenen bij proefprojecten. Ambassadeur van de Visie Agrologistiek. Het creëren van politieke bewustwording in Nederland en de Europese Unie inzake het belang van de agrologistiek. Het op de politieke agenda krijgen van knelpunten en kansen in de agrologistiek. Informatie-uitwisseling over o.a. knelpunten, oplossingen en kansen in de agrologistiek.
2.5
Krachtenveld rond agrologistiek
Tot slot van dit hoofdstuk wordt het krachtenveld beschreven rondom agrologistiek in Nederland. Ten eerste wordt beschreven welke rollen er bestaan binnen het krachtenveld. Ten tweede wordt een matrix gepresenteerd waarin wordt aangegeven waar de huidige activiteiten binnen agrologistiek zich op richten en ten derde wordt een totaaloverzicht van het krachtenveld weergegeven.
Rollen in agrologistiek Het thema Agrologistiek kent vele partijen die in te delen zijn naar hun rol. In deze paragraaf worden voorbeelden gegeven van de verschillende partijen en hun rol.
Politieke besluitvorming Politieke besluitvorming zorgt voor wet- en regelgeving op diverse relevante beleidsterreinen zoals op gebied van mestbeleid, uitstoot van voertuigen, emissie, etc. Herziening van regelgeving kan ook een belangrijke stimulans zijn voor innovaties. De politieke besluitvorming van de Europese Commissie en het Europees Parlement op gebied van duurzame energie en reductie van CO2 uitstoot vormt een belangrijke stimulans voor Agrologistieke projecten op nationaal en regionaal niveau: • • • •
Europese Commissie en Parlement De Tweede Kamer Provinciale Staten Colleges van B&W
Buck Consultants International
13
Beleid maken en uitvoeren Rondom het thema Agrologistiek zijn veel beleidsmakers betrokken op lokaal, regionaal, nationaal en Europees niveau. Naast het beleid van LNV en V&W heeft het thema Agrologistiek ook raakvlakken met het beleid van VROM en EZ, bijvoorbeeld rondom de inrichting en ontwikkeling van de Greenports. De overige overheden zijn veelal verantwoordelijk voor uitvoering en beleid op gebied van vergunningen en wet- en regelgeving. Daarmee zijn ze nauw betrokken bij totstandkoming van innovaties op gebied van Agrologistiek. De belangrijkste partijen zijn: • • • •
Europese Commissie en Europees Parlement Ministeries van LNV, V&W, EZ, VROM Gemeenten Provincies, etc.
Aanjagen & verbinden Het Platform heeft een sterk aanjagende rol. Tevens heeft het een sterk verbindende functie voor verschillende partijen zoals overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen. Het aanjagen is gericht op innovatie binnen het bedrijfsleven en op de faciliterende functie van overheid en kennisinstellingen bij die innovatie. Overige organisaties die deze rollen ook kunnen spelen zijn bijv. brancheorganisaties zoals Frugi Venta, Productschappen, etc.
Innoveren (bedrijven, kennisinstellingen) Zowel bedrijven als kennisinstellingen richten zich op innovatie op het gebied van agrologistiek. Het bedrijfsleven is sterk gericht op kostenbesparing die bij optimalisering van Agrologistiek te behalen is. Innovatie op het gebied van Agrologistiek is vaak ook van strategisch belang voor bedrijven om het bestaansrecht te garanderen. Verder plaatsen steeds meer bedrijven duurzaamheid hoog op de agenda, gedreven door zowel bedrijfsmissie als de vraag vanuit de markt.
Bedrijfsvoering (bedrijven, overheden) Uiteindelijk zijn het bedrijven en ketens van bedrijven die invulling geven aan de organisatie van agro(logistieke) ketens en met name overheden die ruimte geven voor die bedrijfsvoering. Het bedrijfsleven heeft dan ook een centrale rol in alle activiteiten vanuit de Visie Agrologistiek.
14
Buck Consultants International
Expertise inbrengen (kennisinstellingen, adviseurs) Zowel kennisinstellingen als adviseurs dragen bij aan het thema Agrologistiek door inbreng van (nieuwe) wetenschappelijke principes, concepten, kruisbestuiving vanuit andere sectoren en bedrijven.
Procesmanagement, projectmanagement Een belangrijke rol in de innovatie is de rol van proces en projectmanagement. Agrologistieke projecten ontstijgen veelal het individuele bedrijfsniveau en zijn vaak complex door bijv. wet- en regelgeving en de lange duur van de projecten. In de uitvoering van agrologistieke projecten blijkt communicatie naar omgeving, bestuurders en beleidsmakers/uitvoerders cruciaal. De rol van projectmanagement kan liggen bij een bedrijf zelf, bij projectmanagement/adviesbureaus maar ook bij bijvoorbeeld een provincie of een regionale ontwikkelingsmaatschappij, geheel afhankelijk van de aard van het project.
Faciliteren en belangenbehartiging Brancheorganisaties en bijvoorbeeld regionale ontwikkelingsmaatschappijen hebben een faciliterende rol op branche en regionaal niveau. De ondersteuning vindt plaats op verschillende gebieden zoals communicatie, secretariële ondersteuning, belangenbehartiging, netwerkfunctie etc.
Consumeren Binnen het thema Agrologistiek speelt de consument een belangrijke rol doordat ze de randvoorwaarden bepaalt van de markt, bijvoorbeeld op gebied van dierenwelzijn, voedselkwaliteit, assortiment, etc. Het bedrijfsleven richt zich in de teelt, handel en retail op de vraag van de consument en die bepaalt voor een deel de mate van duurzaamheid van de keten. De burger stelt verder eisen aan haar omgeving en speelt een belangrijke rol in de voorwaarden waaraan een Agrologistiek project moet voldoen op gebied van geluidsoverlast, lichtoverlast etc. De belangen van consument en burger worden vaak behartigd in actiegroepen, natuur- en milieuorganisaties, etc. De perceptie van de consument en burger is daarbij niet altijd gelijk aan de visie van beleidsmakers, het bedrijfsleven en kennisinstellingen.
Buck Consultants International
15
Totaaloverzicht krachtenveld Agrologistiek Het krachtenveld rondom Agrologistiek is hieronder samengevat.
Figuur 2.2 Krachtenveld Agrologistiek
Overige overheden Provincies Gemeenten
Rijks overheid LNV VROM V&W EZ
Agribusiness Verladers Vervoerders
Brancheorganisaties
Platform Agrologistiek
Politiek Kamer PS B&W
Kennisinstellingen
Adviseurs
Belangenorganisaties Natuur & Milieu organisaties Europese Unie
Consument & Burger
Het Platform staat centraal in het krachtenveld. Daar omheen bestaan verschillende ‘ringen’ van stakeholders. De eerste ring bevat partijen die nauw betrokken zijn bij de activiteiten van het Platform. De tweede ring bevat partijen die weliswaar invloed hebben op en/of beïnvloed worden door de activiteiten van het Platform maar daar niet direct bij betrokken zijn.
16
Buck Consultants International
Hoofdstuk 3
3.1
Ingezette instrumenten
Inleiding
In dit hoofdstuk wordt in gegaan op de tweede W-vraag, namelijk: welke instrumenten zijn ingezet om de doelstellingen uit de Visie Agrologistiek te bereiken? Er is een inventarisatie uitgevoerd van de ingezette instrumenten. Hierbij wordt gerefereerd aan figuur 2.3 waaruit blijkt dat het centrale instrument het Platform Agrologistiek zelf is en dat daaronder vervolgens allerlei subinstrumenten worden ingezet.
3.2
Inventarisatie instrumenten
Het Platform Agrologistiek zet een breed pakket aan instrumenten in om haar taakstelling te bewerkstelligen. Als eerste is het Platform van Platformleden zelf een instrument. Daarnaast zijn de instrumenten onder te verdelen in instrumenten voor het faciliteren van de projecten, instrumenten gericht op interactie en communicatie m.b.t. het thema Agrologistiek en instrumenten gericht op onderwijs, kennisontwikkeling en onderzoek. Daarnaast wordt ook gewerkt aan internationalisering van agrologistieke ontwikkelingen.
“Het Platform van Platformleden” Een belangrijk instrument is de Platformfunctie: Platformleden die regelmatig bijeenkomen onder leiding van onafhankelijk voorzitter Frans Tielrooij. Binnen dit Platform zijn bedrijfsleven, belangenorganisaties en overheid op hoog niveau breed vertegenwoordigd. De Platformleden dragen in belangrijke mate bij aan het vormgeven, het uitdragen van en het creëren van draagvlak voor het thema Agrologistiek. Daarnaast worden de A-statusprojecten ondersteund. Een voorbeeld van deze ondersteuning is het adopteren van projecten door leden van het Platform om de ontwikkeling van de projecten te volgen en op kritische momenten bij te staan.
Buck Consultants International
17
Facilitatie projecten Het Platform ondersteunt de A-statusprojecten naar gelang de behoefte van de projectleiders. Dit kan variëren van het mobiliseren van de juiste personen binnen Ministeries, juridische ondersteuning, en het indienen van een verzoek bij bijvoorbeeld de Minister van LNV. Daarnaast heeft het Platform een aantal tools ontwikkeld zoals de Financiële Wegwijzer (subsidie databank voor specifieke doelgroepen) en een kennisbank. Het Platform geeft enkel bij uitzondering (beperkte) financiële ondersteuning aan projecten.
Interactie & Communicatie Het Platform Agrologistiek heeft in de periode 2002 tot 2007 op verschillende wijze bijgedragen aan het verspreiden van de Visie Agrologistiek door interactie en communicatie. Een bijzondere plek wordt ingenomen door de Communities of Practice (CoP) en de door het Platform georganiseerde congressen.
Communities of Practice (CoP) Er zijn in totaal 6 Communities of Practice bijeenkomsten georganiseerd. De methodiek achter de Communities of Practice is gericht op interactie, sociaal leren en het ontstijgen buiten het eigen partijbelang (bedrijf, overheid, bestuur, belangenorganisatie etc.). Tijdens deze bijeenkomsten is een netwerk gevormd/versterkt rondom Agrologistiek. De Communities of Practice werden geleid door Alterra Wageningen Universiteit. Deze bijeenkomsten hebben geleid tot een verbetering in de samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen door kennisoverdracht en inzicht in de overkoepelende problematiek. De opzet van de CoP-bijeenkomsten zorgt voor nieuwe samenwerkingsvormen, creatieve ideeën en een netwerk dat ook na de CoP-bijeenkomsten wordt benut. De volgende onderwerpen stonden op de verschillende Community of Practice bijeenkomsten centraal: • • • • • • •
Domeinbepaling Agrologistiek Bespreking van diverse projectplannen Organisatievormen en ontwikkelingsplanologie Kennismanagement Monitoring en evaluatie Agrologistiek Innovaties en corridors Toekomst van Agrologistiek
Beurzen en Congressen Het Platform zorgt voor aandacht voor het thema Agrologistiek door het organiseren van congressen, workshops en bijeenkomsten. Tijdens deze momenten wordt extra aandacht gegeven aan Agrologistiek en de ontwikkelingen in Nederland en daarbuiten.
18
Buck Consultants International
Congressen waaraan is deelgenomen en waar het Platform vaak zelf initiator van was zijn: • • • • • • • • • •
Congres Platform Agrologistiek te Amsterdam (oktober 2004) Congres Platform Agrologistiek op de Hortifair in Amsterdam ( november 2005) Congres Food Logistics samen met Food Valley in 2005 Greenports 2005 en 2006 Dag van de Toekomst/ LNV 2005, 2006, 2007 Congres “Goed op Weg”, Madurodam, Maart 2007 Workshop voor gemeenten en provincies, januari 2005 Workshop Agroketens en Ruimte, april 2001 ElsevierCongres, april 2003 2e Nationaal Platform Agribusiness Complete
Beurzen waaraan is deelgenomen: • • •
Agrinova 2005 in Alkmaar AGF 2004 in Rotterdam Hortifair 2005
TV-uitzending ‘Nederland in bedrijf’(november 2005) In november 2005 was er een uitzending van Nederland in Bedrijf gericht op Agrologistiek. Deze trok meer dan 600.000 kijkers. Het Platform en de A-statusprojecten stonden hierbij centraal.
Website Agrologistiek De website van het Platform biedt uitgebreid informatie en hulpmiddelen rondom het thema agrologistiek. In de loop van de jaren is het bezoekersaantal gegroeid van 800 tot meer dan 3500 unieke bezoekers per maand. Daarnaast geeft het Platform brochures uit en zijn DVD’s uitgegeven over Agrologistiek. Aanvullend wordt een periodieke nieuwsbrief verstuurd aan plus minus 1500 geïnteresseerden. Onderstaand figuur geeft de ontwikkeling weer van de bezoeken aan de website en de twee centrale tools die daarop beschikbaar zijn.
Buck Consultants International
19
Figuur 3.1 Bezoek website www.agrologistiek.nl
Onderwijs, Kennisontwikkeling en Onderzoek Op het gebied van kennisontwikkeling heeft het Platform veel verschillende onderzoeken laten uitvoeren. Voorbeelden hiervan zijn: onderzoek naar agroproductieparken, bundelen van agro-producten en clustering. Daarnaast is er ondersteunend onderzoek verricht naar bijvoorbeeld wet- en regelgeving, binnenlands distributievervoer en agrostromen. Onderzoeken die zijn uitgevoerd door en/of vanuit het Platform Agrologistiek zijn: • • • • • • • • • • • • • • • • • •
20
Agribusiness complexes: a worldwide quickscan, Alterra Arcadis, Innovatienetwerk, 2005. Duurzame Agrologistieke concepten, een bijdrage aan agrologistiek van internationale klasse, Klict, 2002. Gebundelde Agrostromen. Gevraagd: Gids in Doolhof Wet- en Regelgeving, Ecorys en Scheffer Advocaten, 2004. Enquête onder vervoerders en verladers. Rapport: Agroketens en ruimte BCI. Factsheet agrologistiek Duitsland, NEA, 2007. Rapport: Illustratie Agrologistieke Concepten. Vertraging binnenlands distributie vervoer, Verdi 2 Arcadis, 2004. Visie Agrologistiek - Relevante kennisvragen voor onderzoek. Voorbeelden van Agribusinessparken, Alterra, 2002. Internationale trends, WUR, 2007. Agribusinesscomplexen in een nieuwe ruimtelijke jas, Arcadis, 2003. Mainports en agrologistiek, LEI, 1999. Naar voorstelbare beelden voor Agribusinessparken, Expertise Centrum LNV, 2002. Ruimtelijke uitwerking ABP’s, BCI en Arcadis, 2001. Agribusinessparken: optimalisatie van agrologistiek en ruimte, BCI en EC LNV, 2007. Fresh consolidation Centres, NDL, LNV, Klict, IEM, 2000.
Buck Consultants International
• • • • •
• • •
Integrale informatie Infrastructuur voor het agrocluster, Alterra, AIF, LEI, 2005. Het Nederlandse agrocluster in kaart, LNV, 2004. Het Nederlandse agrocluster op de wereldkaart, LNV, 2006. Instrumenten voor agribusinessparken, EC LNV, 002. Onderzoek naar bekendheid van het Platform Agrologistiek bij decentrale overheden en naar de benadering van de agrologistiek gerelateerde problematiek op decentraal niveau, NEA 2005. Naar een gedeelde agenda voor infrastructuur en agrologistiek rondom Greenports, WUR, v/d Geijn en Partners, BCI, 2006. Agroproductie parken en het vigerende beleid: succesfactoren, knelpunten en oplossingsrichtingen, Ecorys, Alterra, LEI 2002. Denkbare combinatie stromen in de Nederlandse Agrologistiek, GEODES 2007.
Internationaal Het Platform Agrologistiek heeft internationaal bijgedragen aan het thema Agrologistiek door kennisuitwisseling. Zo zijn er werkbezoeken geweest aan China en de VS. Verder worden de internationale ontwikkelingen in kaart gebracht om optimaal gebruik te maken van de ervaring en kennis in andere landen. Voorbeelden van internationale studies zijn: • •
• • • •
Promotiestudie Tamara Metze UvA: vergelijking tussen Dairy Gate Wisconsin en A1 eiwit corridor. Overzicht van agrarische bedrijventerreinen wereldwijd, boekje en "Agribusiness Complexes: a worldwide quick scan" (Marco Steekelenburg, Tia Hermans en Peter Smeets, 2005). Engelstalige flyer uit de portfolio van de directie Industrie en handel getiteld: "Platform Agrolgistics: Intelligent solutions to transport problems" (2005). Engelstalige folder: "Platform Agrologistics: Improving logistics for the agricultural industry" (2005). DVD Agrologistiek in het Engels ("It can be done!"), Frans, Duits en Spaans (2004). Verkenning Agrologistiek in Duitsland (NEA, 2006).
In onderstaand overzicht worden de verschillende instrumenten nog eens weergegeven en geplaatst in de tijd:
Buck Consultants International
21
Figuur 3.2 Instrumenten gedurende de looptijd van het Platform Agrologistiek
Thema
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Visie Agrologistiek “Het Platform Agrologistiek” Facilitatie projecten Support A-statusprojecten Financiele Wegwijzer/subsidiewijzer Experience box Ondersteuning bij opening/start projecten Juridische ondersteuning Interactie & communicatie Bijeenkomsten Congressen & Beurzen TV-uitzending "Nederland in Bedrijf" DVD, film Nieuwsbrief Brochures, etc. Website Communities of Practice Rondetafel gesprekken (oa Tweede Kamer) Werkbezoeken Europese Commissie Workshop voor gemeenten en provincie Onderwijs, kennisontwikkeling en onderzoek Onderwijs (stagiares, lezingen, publicaties) Onderzoek inhoudelijk Onderzoek meta Extern Onderzoek Monitoring A-statusprojecten Agrologistiek in het MKB Monitoring & evaluatie Internationaal Studies internationale ontwikkelingen Werkbezoeken oa China en VS Marktonderzoek
Geconcludeerd kan worden dat veel instrumenten gericht zijn op de lange termijn (worden meerdere jaren toegepast).
Samenvattend hoofdstuk 3 • • • •
22
Het Platform staat centraal als instrument in de realisatie van de Visie Agrologistiek. Onder het Platform is een breed scala aan instrumenten ingezet. Het Platform weet via verschillende (media) kanalen de gedachte van de visie naar buiten te brengen. Het Platform heeft verschillende onderzoeken verricht, in bijzonder rondom logistieke concepten, trends en ontwikkelingen.
Buck Consultants International
Hoofdstuk 4
4.1
Inzet van middelen
Inleiding
In dit hoofdstuk wordt de derde W-vraag beantwoord: wat zijn de kosten die voortvloeien uit de inzet van de instrumenten? Tevens wordt hier een overzicht gegeven van de bezetting van het Platform Agrologistiek. De informatie is gebaseerd op financiële informatie verkregen vanuit het secretariaat van het Platform Agrologistiek en de bestudering daarvan. Er is voor gekozen te werken met een aggregatie van kosten in een aantal hoofdcategorieën. Doelstelling van het onderzoek is tenslotte niet om een gedetailleerde financiële analyse van het Platform uit te voeren.
4.2
Inzet van middelen
Tabel 4.1
Middelen Platform Agrologistiek (x1000 euro) (bron LNV)
“Het Platform Agrologistiek” Interactie & communicatie Onderwijs, kennisontwikkeling en onderzoek Totaal DLO middelen (externe onderzoeksmiddelen) Inzet FTE
2)
2003 120 167 73 360
2004 120 641 93 854
70 2,1
2,1
1)
2005 203 238 141 582
2006 207 272 510 988
2007 200 50 150 400
115
80
80
2,3
2
1,9
1) Begroting 2) Full Time Equivalent (medewerkers LNV)
Buck Consultants International
23
De ingezette externe onderzoeksmiddelen zijn met name ingezet ten behoeve van onderzoek en kennisontwikkeling. Vanuit V&W is daarnaast een bedrag toegezegd aan AKK van ca 1.6 mln. euro. Dit bedrag is in de jaren 2002-2006 uitgekeerd aan AKK via LNV en het Platform Agrologistiek. Gemiddeld gaat dit om een bedrag van 0.32 mln. per jaar.
Figuur 4.1 Verdeling middelen Agrologistiek
1)
1.000.000 900.000 800.000 700.000
Onderwijs, kennisontwikkeling en onderzoek Interactie & communicatie
600.000 500.000 400.000
“Het Platform Agrologistiek”
300.000 200.000 100.000 0 2003
2004
2005
2006
2007
1) 2007 betreft begroting
Het hoge aandeel Interactie & Communicatie in 2004 is te verklaren door een congres, bijeenkomsten en gebruik van diverse promotiematerialen. De kosten voor “het Platform” zijn relatief constant. Verder blijkt dat er in 2006 relatief veel is besteed aan onderwijs, kennisontwikkeling en onderzoek.
Samenvattend hoofdstuk 4 • • • •
24
Kosten Platform zelf (de organisatie) relatief gering. Totale kosten per jaar grofweg tussen 0,3-1 mln. €/jaar. Sterke daling verwacht voor 2007. Niet alle kosten gemaakt in het kader van de Visie zijn opgenomen. Investeringen door het bedrijfsleven zijn bijv. niet in kaart gebracht.
Buck Consultants International
Hoofdstuk 5
5.1
Inventarisatie bereikte resultaten
Inleiding
In dit hoofdstuk worden de drie W-vragen met elkaar in verband gebracht en gerelateerd aan de bereikte resultaten. In 5.2 wordt eerst een inventarisatie weergegeven van alle bereikte resultaten (kwalitatief en waar mogelijk kwantitatief). Vervolgens worden de drie Wvragen en de resultaten in 5.3 in een totaaloverzicht gepresenteerd).
5.2
Inventarisatie bereikte resultaten
Kwantitatief Onderstaande tabel geeft een samenvatting van de bereikte resultaten die kwantitatief zijn uit te drukken. Hierbij wordt wederom de indeling in ‘Platform’, ‘Interactie & Communicatie’ en ‘onderwijs, kennisontwikkeling en onderzoek’ gehanteerd.
Buck Consultants International
25
Tabel 5.1
Kwantitatieve resultaten
Aandachtsveld ‘Platform’
Resultaat • Leden Platform • Bijeenkomsten Platformleden • A-status projecten
‘Interactie & Communicatie’
• • • • • • •
‘Onderwijs, kennisontwikkeling en Onderzoek’
• • •
Georganiseerde congressen Aantal bezoekers congressen Aantal beurzen Aantal bezoekers website Aantal ontvangers nieuwsbrief Aantal verspreide brochures, DVD’s etc. Aantal Kijkers Nederland in Bedrijf Community of Practice bijeenkomsten Onderzoeken Afstudeeropdrachten en promotiestudies
Aantal en periode • Gemiddeld 25-30 (2002-2006) • 3x per jaar Excl. Seminars en conferenties (2002-2006) • 13(2002-2006) • (2002-2006) • Ca 1000 (2002-2006) • 2002-2006) • >50.000 (2002-2006) • 1500 • 20 oplagen a 500 (2002-2006) •
666 duizend kijkers (nov. 2005)
•
6 (2002-2006)
• •
>30 onderzoeken (2002-2006) 3 afstudeeropdrachten en promotie studies(2002-2006)
In 2006 is, zoals eerder aangegeven, een uitgebreide monitoring studie uitgevoerd naar de (potentiële) effecten van de 13 door het Platform Agrologistiek ondersteunde projecten. Oorspronkelijk waren 10 projecten bedoeld maar enkele aanvullende projecten hebben zich in de loop van de tijd aangediend. Onderstaande tabel geeft de in die studie geïdentificeerde (potentiële) effecten weer:
26
Buck Consultants International
Tabel 5.2
(potentiële) km-besparing en CO² reductie A-status projecten
Project 1 Agriport A7 2
Eiwitcorridor A1
3 4
Kuijpers Kip Greenport Venlo/Klavertje Vier 5 Flora Holland Eelde 6 Check Trade 7 Zuivelpark Hoogeveen 8 Gezinsbedrijf Plus 9 Fresh Logistics Network 10 Nieuw gemengd bedrijf 11 UnitNet 12 Bedrijvencluster Zuid-Groningen 13 Groene Hoed/Ruraal Park
Besparing (kilometers/ jaar) 256.815
Besparing Ton Inschatting CO2/jaar kwalitatief 222 Gemiddeld
86.400
15
75
Gemiddeld
543.743 NB
69 NB
471 NB
Hoog Gemiddeld
Potentieel of gerealiseerd Deels gerealiseerd Deels gerealiseerd Potentieel Potentieel
205.675
15
134
Hoog
Potentieel
Transportbesparing Transportbesparing Transportefficiency Transportefficiency
NB NB
NB 5
NB 5%
Neutraal Gemiddeld
NB Gerealiseerd
Geen Transportbesparing
76.733
60
49
Gemiddeld
Potentieel
NB
10
10%
Gemiddeld
Potentieel
Transportbesparing Transportefficiency Transportefficiency
100.000
7
96
Gemiddeld
Potentieel
Transportbesparing
>20 mln km (weg) 1.200.000
90 (weg)
NB
Hoog
Potentieel
Modal shift
20
780
Gemiddeld
Gerealiseerd
Transportbesparing
45-60 (binnenlands) Tot 95 internationaal
NB
Hoog
Potentieel
Transportbesparing
NB
Besparing (%) 10
Driver(s) Transportefficiency Transportbesparing
Bron: rapport ‘Monitoring Pilotprojecten Agrologistiek’, 2007, BCI
In totaal leiden de A-status projecten op korte termijn tot een kilometerreductie op de weg van 3 mln. km, met een CO2-reductie van 2600 Ton tot gevolg. Op langere termijn is een verdubbeling tot 6 mln. km respectievelijk 5200 Ton CO2 realistisch. In de monitoringstudie is tevens aangegeven dat door opschaling en kopiëren van concepten door de hele agrologistieke branche in Nederland resultaten van 600 mln. rit km denkbaar zijn.
Buck Consultants International
27
Onderstaand figuur geeft aan dat de pilotprojecten in de komende jaren nog een stap moeten maken richting implementatie en realisatie van het totale potentieel.
Figuur 5.1 Potentieel en realisatie
Uitvoering
Voorbereiding Idee
Plan
Organisatie
Business Plan
Pilot
Besparingspotentieel toekomst: 90% (3 mln km)
Effecten
Opschaling
Brede Implementatie
Besparingsrealisatie nu: 8-10% (250.000 km) Actie!
Kwalitatief Naast de kwantitatieve resultaten is er uiteraard ook een aantal resultaten bereikt die niet zozeer in getallen uit te drukken zijn. Deze worden hieronder kort genoemd:
Samenwerking in de branche bevorderd Door middel van congressen, (CoP) bijeenkomsten, projecten en het Platform zelf is de samenwerking in de branche bevorderd. Vanuit deze bijeenkomsten zijn nieuwe projecten en initiatieven ontstaan. Daarnaast is er meer bewustzijn rondom Agrologistiek gecreëerd bij verschillende overheden die daardoor meer ruimte scheppen voor ondernemers en projectleiders. De samenwerking tussen de verschillende departementen (LNV, Min V & W, EZ, VROM ) is tevens bevorderd op dit gedeelde beleidsterrein.
Koppeling milieu en economie gelegd Het Platform weet enerzijds economisch interessante projecten te koppelen aan een vermindering in uitstoot en transport(bewegingen). Daarmee zijn de projecten zowel interessant voor bedrijfsleven, de Nederlandse economie als geheel als ook overheid en omgeving.
28
Buck Consultants International
Basis gelegd voor opschaling in de hele sector Met voorbeeldprojecten is een goede basis gevormd voor opschaling in de sector. De voorbeeldprojecten realiseren een grote besparing op gebied van CO2 uitstoot en transportbewegingen. De A-status projecten zijn innovatief. Ondanks dat niet alle projecten volledig gerealiseerd zijn kan gezegd worden dat een eerste basis is gelegd voor brede opschaling. Vanuit het Platform is aangegeven dat dit type projecten noodzakelijk zijn om als voorbeeld te dienen.
Relaties bedrijfsleven-kennisinstellingen-overheden versterkt Het Platform heeft zowel bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden betrokken bij congressen en de bijeenkomsten. Binnen de A-statusprojecten is te zien dat er goede samenwerking mogelijk is tussen bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid. Naast het Platform zijn er verschillende samenwerkingsinitiatieven ontstaan. Het Platform heeft hier zeker een positieve bijdrage aan geleverd.
Centraal kennisplatform gecreëerd Het Platform heeft veel kennis verzameld op gebied van Agrologistiek. Het Platform heeft onderzoek uitgevoerd op verschillende terreinen en de publicaties beschikbaar gesteld op haar website. Tevens is er een (kennis)netwerk ontwikkeld van actief betrokken personen. Deze biedt ondersteuning op gebied van bestuur en beleid.
5.3
Confrontatie doelen, instrumenten en resultaten
In deze paragraaf worden de doelstellingen, ingezette instrumenten en bereikte resultaten met elkaar in verband gebracht. De doelstellingen hebben we eerder in 3 delen opgesplitst: doelen uit de Visie Agrologistiek, de Kamerbehandeling van de Visie en de doelstellingen vanuit het Platform Agrologistiek als belangrijkste instrument. Hieronder wordt deze indeling ook gehanteerd bij de confrontatie.
Buck Consultants International
29
Visie Agrologistiek In hoofdstuk 2 is aangegeven dat met de visie gestreefd wordt naar een verdere ontwikkeling van een duurzame, innoverende en vervoersefficiënte agrologistiek, ten behoeve van het behoud en de versterking van economisch krachtige en maatschappelijk verantwoorde agroketens. Als belangrijkste pijlers voor het bereiken hiervoor zijn clusteren, verbinden en regisseren benoemd. In de volgende tabel wordt aangegeven wat, op basis van deze tussentijdse evaluatie, wel gerealiseerd is en wat (nog) niet.
Tabel 5.3
Tussentijdse evaluatie Centrale instrumenten Pilotprojecten Kennisontwikkeling Platformfunctie CoPs
Resultaten Veel projecten kennen een vorm van clustering in zich.
Conclusie Goed onderweg, tijd voor opschaling
Verbinden
Pilot projecten Platformfunctie
Logistiek gerealiseerd
Nog niet gelukt, extra aandacht nodig, koppelen aan clustering en internationalisering?
Regisseren
Pilot projecten Platformfunctie CoPs
In aantal projecten wordt dit gerealiseerd
Onderweg, aandacht nodig. Langlopende trajecten
Clusteren
Acht van de dertien A-status projecten kennen een vorm van clustering in zich. Veel van deze projecten zijn in een ver stadium van uitvoering. Daarnaast zijn 2 projecten gericht op verbinden door inzet van alternatieve modaliteiten. Deze zijn echter nog echt in een opstartfase. Eigenlijk alle projecten zorgen voor een optimalisering van regie in de keten. Als we specifiek kijken naar innovatieve optimalisering van regie (bijvoorbeeld virtueel veilen, sterk verbeteren van informatiestromen etc.) wat niet direct het resultaat is van clustering dan zijn er vier projecten sterk verbonden met de pijler Regisseren. Ook deze bevinden zich grotendeels in de beginfase. Daarmee kan gezegd worden dat de meeste resultaten zijn geboekt op vlak van clustering.
Kamerbehandeling De doelstellingen uit de Kamerbehandeling waren: • • •
30
actieplan rond 10 pilotprojecten; inzetten op brede pragmatische aanpak gekoppeld aan globale visie op de agroketen; regiefunctie door het Platform Agrologistiek.
Buck Consultants International
Over de resultaten ten aanzien van deze doelstellingen kunnen we kort zijn: • • •
Er zijn 13 pilotprojecten ondersteund die over het algemeen als succesvol kunnen worden genoemd. Er is een brede aanpak gehanteerd waarin het gehele krachtenveld van stakeholders is betrokken en waarin zoveel mogelijk de gehele agrologistiek is opgenomen. Het Platform Agrologistiek heeft, binnen haar mogelijkheden, een regiefunctie vervuld.
Platform Agrologistiek Voor het Platform Agrologistiek is een DIN-figuur opgezet (Doelen-Inspanningen-Netwerk) Hierin zijn de in hoofdstuk 2 geïdentificeerde doel-/taakstellingen van het Platform opgenomen evenals de onder het Platform ingezette instrumenten en de daarmee gemoeid gaande middelen. Geconcludeerd kan worden dat het Platform alle taken uitvoert, deels middels de Astatusprojecten en externe ambassadeurs. In termen van effecten in de praktijk worden de eerste resultaten, gezien de uitkomsten van de monitorstudie, ook geboekt.
Figuur 5.2
“Het Platform Agrologistiek”
verbinden
clusteren
regisseren
Ambassadeurs fuctie
Aanjagen, Stimuleren Enthousiasmeren
Bewustwording
Support Pilotprojecten
“Het platform”
Financiële wegwijzer Subsidiewijzer
Experience box
middelen
A-status projecten
Euro x
FTE
Externe ambassadeurs
resultaten
X km
X ton CO2
Positieve publiciteit
Netwerk
Taakstellingen Systeeminnovatie
instrumenten
Buck Consultants International
Politieke agendasetting
Juridische/ Netwerk ondersteuning
31
Samenvattend De afgelopen jaren zijn zeker resultaten geboekt die in lijn zijn met de doelstellingen zoals vastgesteld in de Visie Agrologistiek en de doelen uit de Kamerbehandeling en van het Platform als belangrijkste instrument. Zonder al deze resultaten te herhalen kan worden gezegd dat middels interactie en communicatie een groot publiek bereikt is, dat actief gewerkt is aan samenwerking tussen verschillende stakeholders in het agrologistieke krachtenveld en dat, uiteindelijk essentieel, ook daadwerkelijk kwantitatieve resultaten in de praktijk zijn bereikt in bijzonder door de 13 pilotprojecten. De activiteiten en resultaten sluiten zeker aan op de algemene doelstelling voortvloeiend uit de Visie Agrologistiek (zie paragraaf 2.2) Omdat de doelstellingen uit de Visie breed gedefinieerd zijn en niet kwantitatief onderbouwd is het niet mogelijk ook kwantitatief vast te stellen of er voldoende gewerkt is aan het bereiken van doelstellingen door effectieve en efficiënte inzet van instrumenten en middelen. Onze algemene conclusie ten aanzien van bereikte resultaten luidt dat er voldoende toegewerkt is naar de doelstellingen zoals destijds gesteld. Wel moet de kanttekening worden geplaatst dat: 1 2 3
De nadruk vooral ligt op de pijler clusteren. Het verbinden komt tot nog toe onvoldoende van de grond. Het regisseren komt op gang maar kost veel tijd. De bereikte resultaten op zich prima zijn (focus op pilotprojecten), maar in absolute zin beperkt. Het Platform met name projecten ondersteund en geen projecten opstart. Daarmee boekt ze op het gebied van transportbesparing, uitstoot en dierenwelzijn indirecte resultaten. We verwachten dat er voldoende ruimte is om actiever op zoek te gaan naar nieuwe projecten.
5.4
Resultaten in perspectief
De activiteiten in de afgelopen jaren, voortvloeiend uit de Visie Agrologistiek, zijn in het voorgaande geëvalueerd, los van wat er aan overige ontwikkelingen plaatsvindt op het gebied van duurzaamheid in transport en logistiek. In een onderzoek door Amsterdam Consultants (2007) in opdracht van het Ministerie van LNV zijn de activiteiten vanuit het Platform Agrologistiek, met een focus op de pilotprojecten, vergeleken met andere programma’s die in Nederland lopen / hebben gelopen. Voorbeelden van deze programma’s zijn Transactie Modal Shift, Transportbesparing, CO2reductie Goederenvervoer, Verladerssamenwerking en Duurzame Agro Food Ketens AKK. Deze programma’s kwamen hoofdzakelijk voort uit het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en zijn, behoudens AKK, uitgevoerd zonder direct focus op een bepaalde industrie.
32
Buck Consultants International
De positie van de activiteiten in het kader van de Visie Agrologistiek ten opzichte van deze andere programma’s kan als volgt worden samengevat: •
•
• •
•
Het Platform Agrologistiek heeft geen subsidieprogramma waarmee projecten kunnen worden geworven en direct financieel ondersteund. De andere programma’s zijn vaak juist opgebouwd rondom een subsidieprogramma. Mede in lijn met het vorige punt zijn de geïnvesteerde euro’s door de overheid per gereduceerde ton CO2 in de projecten van het Platform relatief laag ten opzichte van de overige programma’s. De aantallen direct bereikte bedrijven zijn in de overige programma’s veel groter dan de 13 projecten van het Platform. De doelstellingen van overige programma’s zijn vaak concreter gedefinieerd in termen van bijv. CO2 – en/of kilometerreductie. Dit hangt waarschijnlijk ook samen met het hebben van een subsidieprogramma: het al dan niet verschaffen van subsidie is gebonden aan een aantal voorwaarden. De geprognosticeerde en/of gerealiseerde effecten per ondersteund project zijn in de agrologistieke projecten gemiddeld groter dan in de projecten in de overige programma’s.
Op basis van bovenstaande kan worden geconcludeerd dat beide typen programma’s vooren nadelen hebben. In de toekomst zou het Platform Agrologistiek in ieder geval meer gericht de samenwerking moeten zoeken met andere programma’s om gebruik te maken van het grotere bereik van die programma’s (massa maken) en de financiële bronnen die daar beschikbaar zijn. Ook bij het bepalen van doelstellingen voor de komende jaren (SMARTdoelen) kan gebruik worden gemaakt van kennis in deze andere programma’s. In de aanbevelingen wordt hier nog op teruggekomen.
Buck Consultants International
33
34
Buck Consultants International
Hoofdstuk 6
6.1
Conclusies en aanbevelingen
Inleiding
In dit hoofdstuk worden de conclusies en aanbevelingen weergegeven van de tussentijdse evaluatie van de Visie Agrologistiek met het Platform Agrologistiek als belangrijkste instrument. De evaluatie beslaat de periode vanaf de totstandkoming van de Visie in 2001 tot eind 2006. De evaluatie is opgebouwd aan de hand van de drie W-vragen: • • •
Wat willen we bereiken met de Visie Agrologistiek? Wat gaan we daarvoor doen? Wat gaat het kosten?
Naast antwoord op de bovenste drie vragen (en dus een terugblik op de periode 20012006) willen we in deze evaluatie een blik werpen op de toekomst in de vorm van aanbevelingen. In 6.2 worden de conclusies vanuit de evaluatie weergegeven. Paragraaf 6.3 gaat vervolgens in op een aantal observaties die, los van de precieze onderzoeksvraag, zijn gedaan door de adviseurs. Paragraaf 6.4 presenteert tenslotte de aanbevelingen voor de toekomst.
6.2
Conclusies evaluatie
De Visie Agrologistiek is effectief uitgedragen door het Platform Agrologistiek Een belangrijke conclusie is dat het Platform Agrologistiek het thema Agrologistiek effectief heeft uitgedragen. Er zijn zeer veel instrumenten gebruikt en het thema staat zeker op de kaart in Nederland. Het Platform heeft daaraan in grote mate bijgedragen.
Buck Consultants International
35
Activiteiten/instrumenten met name gericht op het proces Het Platform is sterk procesgericht. Het verbindt en activeert partijen en het zorgt voor enthousiasme en doorzettingsvermogen rondom het thema Agrologistiek. Daarnaast hebben de Visie en het Platform een sterke rol gespeeld in de gedachtevorming rondom het thema Agrologistiek. De Visie Agrologistiek zorgt ervoor dat er vanuit verschillende dimensies wordt gekeken naar het thema Agrologistiek. Zo wordt niet enkel gekeken naar bijvoorbeeld transportbesparing maar wordt de problematiek rondom Agrologistiek breed verbonden met ruimtelijke ordening, regionale productie/internationalisering, intermodaal vervoer en horizontale en verticale ketenintegratie. De A-statusprojecten zijn divers en sluiten goed aan op deze verschillende benaderingen.
Doelstellingen zijn algemeen van aard en daardoor is realisatie moeilijk meetbaar De Visie is zeer breed en zowel de doelstellingen van de Visie als de taakstelling van het Platform kennen geen SMART-doelen. In gesprekken met diverse personen blijkt dat de brede aanpak tot nu toe heeft gewerkt. Het heeft partijen bijeengebracht en biedt ruimte voor projecten en ideeën zonder een zekere regelzucht. Dit wil niet zeggen dat een brede aanpak ook wenselijk is bij een eventueel vervolg. Het concretiseren van doelstellingen in SMART-termen is noodzakelijk in de nabije toekomst. In paragraaf 6.3 Observaties beleidsveld wordt nader ingegaan op dit punt.
Brede inzet van instrumenten In lijn met de brede doelstellingen valt op dat het Platform een zeer breed pallet aan instrumenten heeft ingezet. Met deze instrumenten bereikt het Platform veel verschillende doelgroepen. Positief is het feit dat het Platform bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen op verschillende posities aan zich weet te binden, van ondernemer tot multinational, beleidsambtenaar en gedeputeerde.
Middelen in verhouding tot instrumenten en resultaten Het budget van het Platform staat in de juiste verhouding tot de effecten. Bij vergelijking met andere Platform-achtige initiatieven blijkt het Platform positief te scoren als het gaat om bijv. in de praktijk gerealiseerde kilometerreductie (zie rapportage Amsterdam Consultants, 2007). Het Platform weet met een gemiddelde bezetting van 1,9-2,5 FTE veel personen te activeren. Het Platform besteedt relatief veel opdrachten uit aan externe bureaus. De vraag kan worden opgeroepen of de huidige beperkte bezetting van het Platform nog toereikend is wanneer in de nabije toekomst hard gewerkt wordt aan opschaling en internationalisering.
36
Buck Consultants International
Focus op Nederland, vaak zelfs regionaal Bij het verspreiden van de Visie en het gedachtegoed richt het Platform zich op Nederland en beperkt op het buitenland. Het faciliteren van projecten en realisatie van projecten vindt met name op regionaal niveau plaats. Ook wordt de wet- en regelgeving rondom realisatie van projecten regionaal “uitgevochten” waarbij het Platform en het netwerk van het Platform een positieve rol speelt. Op landelijk niveau heeft het Platform geen sterke adviserende rol op gebied van politieke besluitvorming of beleidsadvisering. Het is van belang dat besluiten en discussies over de invulling van het thema niet enkel regionaal worden genomen om de ruimte voor het realiseren van projecten niet enkel te laten afhangen van de verantwoordelijken binnen lokale overheid en de invloed vanuit de omgeving hierop. Als men landelijk grote effecten wil realiseren met besparingen op agrologistiek zal men ook de discussie rondom thema’s als schaalvergroting, clustering, en de meer industriële verwerking van producten in landelijk gebied aan moeten gaan en zal men het traject om agrologistieke projecten te realiseren moeten versnellen en vereenvoudigen (vergunningen, productierechten, regelgeving, inspraak, politieke besluitvorming) Veelal is men afhankelijk van regionale gedachtevorming en besluitvorming (deels voortvloeiend uit landelijke wet en regelgeving) waarbij de uitkomst van het langdurige traject onzeker is. Voor veel ondernemers is zo’n complex, langdurig en onzeker traject niet haalbaar.
Resultaten in de praktijk via A-statusprojecten Bij het in kaart brengen van concrete resultaten in termen van CO2-reductie en transportbesparing blijkt dat er indirect via de A-statusprojecten resultaten zijn geboekt. De vooruitzichten van diverse projecten zijn ook goed en per project worden relatief hoge besparing gerealiseerd. Als we de effecten van de Visie en het Platform afzetten tegen de doelstellingen clusteren, verbinden en regisseren blijkt dat de concrete effecten met name gericht zijn op clusteren en in mindere mate regisseren. Verbinden, concrete inzet van spoor en binnenvaart, is onvoldoende gerealiseerd. Een zeer brede efficiencywinst of keten-verandering is nog niet gerealiseerd maar de verwachting is dat bepaalde projecten zeker zullen laten zien wat er mogelijk is op gebied van Agrologistiek. Op landelijk niveau zijn de directe effecten zeer gering en zal er een opschaling moeten plaats vinden ( massa maken).
Samenvatting Uiteindelijk kunnen we concluderen dat het thema Agrologistiek goed op de kaart is gezet door het inzetten van een breed spectrum aan instrumenten. Het Platform Agrologistiek weet effectief haar gedachtegoed op verschillende partijen op verschillende niveaus over te brengen. De concrete effecten op gebied van transportbesparing, CO2-uitstoot en bijvoorbeeld dierenwelzijn zijn sterk verbonden met de A-status projecten en regionaal van aard. De kwantitatieve resultaten blijven achter op de verspreiding van het gedachtegoed. Van omvangrijke absolute resultaten of een brede verandering in agro-ketens in Nederland is
Buck Consultants International
37
nog geen sprake. Wel ligt die taak ook grotendeels bij ondernemers en verschillende overheden. In termen van pijlers ligt de nadruk sterk op clusteren. Belangrijk is verder dat de bijdrage van het Platform vanuit zowel bedrijfsleven (ondernemers/ projectleiders A-statusprojecten, bestuur, politiek en kennisinstellingen) als positief wordt ervaren. Het Platform levert een positieve rol in de regionale totstandkoming van Astatusprojecten. Op landelijke agendasetting en besluitvorming heeft het Platform veel minder effect. Deze decentrale aanpak lijkt bewust gekozen (hierin wordt nader ingegaan in paragraaf 6.3) Het Platform heeft daarmee een sterke bijdrage geleverd in de periode 2001-2006. De uitdaging ligt wel in het opschalen van de effecten. De rol ligt daarbij nadrukkelijk niet bij het Platform alleen!
6.3
Observaties beleidsveld agrologistiek
Algemene Visie vraagt om meer specifieke invulling in de toekomst Het Platform functioneert als verlengstuk van de Visie Agrologistiek en functioneert daarmee veelal als proeftuin waarbinnen agroprojecten actief worden ondersteund en beeldvorming wordt gecreëerd. Het thema Agrologistiek en zeker de realisatie van projecten speelt zich op regionaal niveau af. Veel van de agrologistieke projecten die verbonden zijn met de Visie en het Platform zouden door het lange traject van idee tot realisatie niet door een gemiddelde ondernemer kunnen worden gerealiseerd omdat voor realisatie professionele communicatie naar omgeving en overheid noodzakelijk is. Met name wet- en regelgeving, vergunningen (rondom productierechten en mest-beleid) en een kritische omgeving zorgen voor een te lastig en langdurig traject bij projecten die een vorm van clustering of schaalvergroting met zich meebrengen. Ook is er een welwillende regionale overheid noodzakelijk voor totstandkoming van dit type projecten. Met name door een meewerkende regionale/ lokale overheid kunnen clusters als Agriport A7, Nieuw gemengd bedrijf en Greenport Venlo zich goed ontwikkelen. Een landelijke visie en daarmee versnelling van de verschillende procedures zou grote besparingen kunnen opleveren en het innovatievermogen van de agribusiness bevorderen. Voor het daadwerkelijke massa maken lijkt het noodzakelijk dat er concreter antwoord wordt gegeven op vragen als : •
38
Willen we tuinbouw concentreren in de Greenports en wordt daar ruimte voor vrij gemaakt? En hoeveel?
Buck Consultants International
• • • •
Juichen we bio-energiecentrales en vergistingsinstallaties in agrarische ontwikkelingsgebieden toe of niet? Moeten regionale overheden ruimte (fysiek maar ook qua regelgeving) creëren voor projecten die door schaalvergroting een besparing realiseren op totaal transport? Juichen we grote pluimvee/varkensclusters in plaats van kleinschalige pluimveebedrijven toe of niet ? Wat wordt het (bio) energie beleid op dit vlak?
Duidelijk is dat bovenstaande vragen veelal door markt én overheid moeten worden beantwoord. Het zou vooruitstrevend zijn als antwoorden op het type vragen zoals hierboven verder worden uitgewerkt met daarbij de economische, landschappelijke en ethische consequenties.
Sterke koppeling tussen milieu en economie Agrologistieke projecten kenmerken zich door een sterke koppeling tussen milieu (incl. energievraagstuk en economie). Dit kan meer uitgenut worden, bijvoorbeeld door aansluiting bij lopende ontwikkelingen in binnen- en buitenland.
Internationalisering nog onderbelicht Agrologistiek is internationaal van aard. Agroketens in Nederland concurreren met ketens in andere Europese landen en steeds meer met productielanden in andere continenten. De inrichting van de keten, de intensiteit van de productie en de mate van efficiency is direct verbonden aan de ontwikkelingen op internationaal vlak. Een Nederlandse ondernemer zal bijvoorbeeld zeer moeilijk brede afzet vinden van duurdere biologische extensief geproduceerde producten op het moment dat intensief geproduceerde importproducten veel goedkoper in de schappen liggen. Ook zal een ondernemer gebruik maken van import van grondstoffen op het moment dat lokaal geproduceerde grondstoffen veel duurder zijn. Bij terugblik op de activiteiten in het kader van de Visie Agrologistiek blijkt dat deze toch met name een nationale scope hebben.
Ruimte maken en vrijblijvendheid Concreet kan gezegd worden dat er op landelijk niveau vanuit de Tweede Kamer en de betrokken Ministeries bewustzijn bestaat van de problematiek. Tevens wordt actief gewerkt aan voorbeeldprojecten en beeldvorming rondom het thema Agrologistiek. De beslissingen rondom realisatie van projecten worden op regionaal niveau genomen en daarmee wordt slechts een beperkt aantal projecten gerealiseerd. Dit komt doordat de trajecten langdurig en complex en vaak afhankelijk zijn van enkele beslissingen (op regionaal niveau) waarvan de uitkomsten onzeker zijn.
Buck Consultants International
39
Voor een opschaling van de effecten lijkt dat met name op gebied van wet –en regelgeving meer ruimte kan worden gecreëerd voor projecten die –alle aspecten meegenomen- een positief effect hebben op de samenleving. Dit is een taak van Rijksoverheid én andere overheden. Anderzijds lijkt de innovatie op gebied van Agrologistiek grotendeels vrijblijvend. Als er een besparing van 20% op de uitstoot van broeikasgassen gerealiseerd dient te worden tussen nu en 2020 (EU-doelstellingen in energie en klimaatplan zie “Energy for a Changing World”) zullen innovaties niet alleen vrijblijvend moeten zijn. Het is essentieel dat ondernemers en ketens daarbij kunnen blijven concurreren met andere ondernemers en ketens. Het Platform kan in deze problematiek ook op landelijk niveau een adviserende functie vervullen.
6.4
Aanbevelingen
Tot slot worden in deze paragraaf een aantal aanbevelingen gedaan richting het Platform Agrologistiek en het Ministerie van LNV. Deze aanbevelingen zijn gegroepeerd in: • • •
Visie en doelstellingen Pijlers van de Visie Agrologistiek Naar “Massa maken”
Visie en doelstellingen De uitgangspunten van de Visie Agrologistiek kunnen worden voortgezet Wel dient duidelijker te worden verwoord welke dimensies en partijen een rol spelen bij het thema Agrologistiek (van ruimtelijke ordening tot consumentenvraag) en hoe die rol in de komende jaren ingevuld dient te worden om de in gang gezette ontwikkelingen verder uit te bouwen.
Er is behoefte aan meer concreet meetbare doelstellingen en sturing van deelactiviteiten De doelstellingen uit de Visie zijn breed en slecht meetbaar. Deze dienen meer als een missie, een toekomstvisie. Om tussentijds te kunnen bepalen of de juiste combinatie van instrumenten en middelen wordt ingezet is het noodzakelijk beter meetbare doelstellingen te definiëren. Dit kan vorm krijgen in een Actieplan Agrologistiek voor de periode 20072009. Hierin dienen, op basis van de Visie Agrologistiek, concrete acties te worden gedefi40
Buck Consultants International
nieerd die in de komende 2 jaren worden uitgevoerd. Aan de acties worden verantwoordelijkheden, budgetten én meetbare (SMART-) doelstellingen gekoppeld. Een belangrijk deel van het Actieplan zal bestaan uit acties gericht op “Massa Maken”. Een dergelijk plan kan vervolgens na twee jaren worden geëvalueerd en vernieuwd.
Pijlers van de Visie Agrologistiek Voortbouwen op de pijler clusteren Voor opschalen van projecten en effecten rondom de pijler clusteren kan het Platform een nadrukkelijker rol spelen in de advisering van landelijke overheid, regionale overheid en markt. Dit kan worden vormgegeven met behulp van experts rondom belangrijke thema’s verbonden aan Agrologistiek. Daarmee kan agendasetting van landelijke politiek en brancheorganisaties gestimuleerd worden. Tevens kunnen vragen beantwoord worden als: “Welke aanpassing in Wet- en regelgeving is beperkend voor realisatie van dit type projecten?” en “Hoe kunnen procedures sneller verlopen?”. Deelthema’s zoals Bio-energie centrales, clustering van intensieve bedrijven, etc. verdienen na opgedane ervaring uitwerking. De discussie rondom deze thema’s kan op die manier vanuit regionale aanpak tevens landelijk worden gevoerd. Dit kan bijv. worden vormgegeven door organisatie van een aantal exportsessies met ongeveer 20 externe experts rond één of twee centrale thema’s.
Meer aandacht voor de pijler verbinden Voor het opschalen van projecten en effecten rondom de pijler verbinden dient meer samenwerking met partijen rondom logistiek en transport gezocht te worden. De expertise van het Platform rondom transportmiddelen, modaliteiten en logistieke dienstverlening blijft achter op de expertise rondom clustering en beleid. Deze pijler zou kunnen worden versterkt door meer samenwerking met partijen in logistieke dienstverlening en het ministerie van V & W (zie ook Massa Maken).
Gericht zoeken naar mogelijkheden rond de pijler regisseren Voor opschalen van projecten en effecten rondom het thema regisseren is het wenselijk de mogelijkheden op dit vlak beter in kaart te brengen. Te verwachten is dat er zeer veel besparingen te realiseren zijn door koppeling en verdieping van informatiestromen, ontkoppeling van fysieke stromen en handelstransacties. Het is aan te bevelen kennis en expertise op dit vlak uit te breiden. Dit thema is vaak een voorwaarde voor de pijler verbinden, bijvoorbeeld waar het gaat om een efficiënte inzet van meerdere modaliteiten in de logistieke keten.
Buck Consultants International
41
Naar massa maken Voortzetten ondersteuning pilotprojecten De ondersteuning van de huidige projecten dient te worden voortgezet. Dit zijn belangrijke ambassadeurs voor het Platform en de Visie. De projecten vervullen een belangrijke rol in de innovatie in agroketens en dienen als voorbeeld voor bedrijfsleven maar zeker ook overheid (hoe het ook kan!).
Gestructureerde verversing van de pilotprojecten De projecten dienen meer gestructureerd te worden geëvalueerd. De in het monitoring project ontwikkelde methodiek kan daarvoor de basis vormen. Via evaluatie kan worden bepaald welke projecten verder ondersteund dienen te worden, welke projecten het verder zelf af kunnen/afgerond zijn en welke projecten niet in aanmerking komen voor verdere ondersteuning. Nieuwe projecten dienen meer gestructureerd te worden gezocht volgens een vast te stellen set aan criteria en randvoorwaarden (kenmerken projecten maar ook gericht zoeken in bepaalde branches binnen de agrosector).
Massa maken via samenwerking met andere initiatieven Het Platform Agrologistiek heeft geen budget om grootschalig projecten te gaan financieren. Wel kan het een belangrijke functie vervullen in communicatie, initiatie en het leggen van de juiste contacten. Aanbevolen wordt om, voortbouwend op die functie, de samenwerking te zoeken met andere initiatieven zoals het Programma Duurzame Logistiek van het Ministerie van Verkeer & Waterstaat (de eerste stappen hiertoe zijn reeds gezet) en het 7e Kaderprogramma en Marco Polo Programma van de Europese Commissie. Ook valt te denken aan aanhaken bij initiatieven vanuit de energie- en klimaat ontwikkelingen zoals bijvoorbeeld het Platform Duurzame Mobiliteit. Agrologistiek vormt een belangrijk deel van het goederenvervoer in Nederland en zou dus middels gerichte samenwerking best een meer centrale rol mogen hebben in dit soort programma’s.
Massa maken in de regio Agrologistiek speelt zich vaak af in de regio. Het massa maken dient dus niet alleen gezocht te worden op nationaal en internationaal niveau. Het is ook zaak om regio’s (Provincies, LTO-regio’s, Gemeenten, etc.) te activeren. Dit dient opgenomen te worden in het eerder genoemde Actieplan. Gedacht kan bijvoorbeeld worden aan het onder de aandacht brengen van agrologistiek middels brochures gericht op doelgroepen in de regio en het organiseren van regionale agrologistieke bijeenkomsten (“ronde tafels” / workshops) waar gericht gezocht wordt naar mogelijkheden om nieuwe initiatieven te initiëren en bestaande initiatieven verder op weg te helpen.
42
Buck Consultants International
Massa maken met landelijke politiek en bestuur Voor een opschaling van de effecten kan op gebied van wet –en regelgeving meer ruimte worden gecreëerd voor projecten die –alle aspecten meegenomen- een positief effect hebben op de samenleving. Naast regionale invulling van het thema zal op landelijk niveau het traject om agrologistieke projecten te realiseren versneld en vereenvoudigd moeten worden (vergunningen, productierechten, regelgeving, inspraak, politieke besluitvorming) Een versnelling van het huidige langdurige en onzekere traject voor realisatie van veel agrologistieke projecten begint met het vaststellen van wenselijke ontwikkelingen op landelijk niveau bijvoorbeeld ten aanzien van schaalvergroting, clustering, de ontwikkeling van greenports, gebruik van bio-energie en semi-industrialisering van landbouwontwikkelingsgebieden (vergistingsinstallaties etc.). Het Platform kan dit op de agenda zetten en met andere instellingen advies geven.
Buck Consultants International
43
44
Buck Consultants International
Bijlage
Buck Consultants International
45
46
Buck Consultants International
Speelveld Agrologistiek
Bijlage 1
Figuur 1
Speelveld Agrologistiek: Clusteren, Verbinden en Regisseren
Aanbod
Human capital Wereld
Grondstoffen Energie
Segmenten
Kennis
Europa
Beleid, wet en regelgeving Provincies
Ketens
Gemeenten
Sectoren
Productie
Verwerking
Keteninrichting
Retail
Beleid, wet en regelgeving Transport en Logistiek Consument en omgeving
Vraag
Uitleg Het thema Agrologistiek heeft betrekking op verschillende segmenten zoals akkerbouw, tuinbouw, veeteelt etc. Daarnaast kan ook specifieker gekeken worden vanuit de productgroep naar bijvoorbeeld de zuivelketens, de AGF ketens etc. Elk van deze ketens is opgebouwd uit meerdere onderdelen, van teelt/primaire productie tot aan de retail kanalen. Transport en logistiek vormt de verbindende schakel tussen de afzonderlijke ketenonderdelen. Elk van de keten onderdelen en de ketens/segmenten als geheel heeft te maken met randvoorwaarden vanuit zowel aanbod en de vraagkant. Zo bepalen de aanwezige, grondstoffen, kennis (techniek), de wet en regelgeving en de eisen van de consument en burger uiteindelijk de inrichting van de ketens. De inrichting van ketens speelt zich af op meerdere niveaus. Beleid Wet en regelgeving bepaalt zowel de vraag als aanbodzijde en speelt zich op meerdere niveaus af .
06-343
Buck Consultants International
47