Treed in de wereld van de vrijetijd!

Studiehandleiding periode 1.1 2015 – 2016

‘Treed in de wereld van de vrijetijd!’

Thema: Verkennen van de vrijetijdssector

1

Opleiding: Leisure Management Auteurs: Martijn Mesman Projectcoördinator: Martijn Mesman Deze studiehandleiding is met de inzet van vele collega’s, uiterst zorgvuldig samengesteld. Dit kan echter niet voorkomen dat er in de uitvoering kleine wijzigingen en/of aanpassingen plaatsvinden. De student kan dus op geen enkele wijze rechten aan deze studiehandleiding ontlenen. Voor de meest actuele versie verwijzen wij u naar Blackboard van Inholland.

© Hogeschool Inholland, augustus 2015, Diemen

2

Inhoudsopgave 1

2

Achtergrondinformatie jaar 1 .......................................................................................................... 5 1.1 Beroepsbeeld ........................................................................................................................... 5 1.2

Curriculum jaar 1 ...................................................................................................................... 6

1.3

Projectonderwijs ...................................................................................................................... 6

Project 1.1........................................................................................................................................ 8 2.1 De opdrachtgever .................................................................................................................... 8 2.1.1 Werkgebied ..................................................................................................................... 8 2.1.2 Wapenfeiten .................................................................................................................... 9 2.1.3 Verdienmodel .................................................................................................................. 9 2.2

De projectopdracht ................................................................................................................ 10 2.2.1 Projectgroep .................................................................................................................. 10 2.2.2 Opdracht ........................................................................................................................ 10

3

Beroepsproducten ......................................................................................................................... 11 3.1 Marktonderzoek..................................................................................................................... 11 3.1.1 Trends in het vrijetijdsaanbod in Nederland ................................................................. 11 3.1.2 Analyse vrijetijdsaanbieders in Amsterdam .................................................................. 11 3.1.3 Trends in vrijetijdsgedrag van Nederlandse consument in één deelsector .................. 12 3.2

Conclusie ................................................................................................................................ 12

3.3

Aanbevelingen........................................................................................................................ 13

3.4

Beurspresentatie .................................................................................................................... 14 3.4.1 Beursstand ..................................................................................................................... 14 3.4.2 Presentatie..................................................................................................................... 14 3.4.3 Beoordeling presentatie ................................................................................................ 14

4

5

Procesproducten ........................................................................................................................... 16 4.1 Convenant .............................................................................................................................. 16 4.2

Plan van Aanpak ..................................................................................................................... 16

4.3

Projectarchief ......................................................................................................................... 16

Begeleiding .................................................................................................................................... 16 5.1 Onderwijs in periode 1.1 .......................................................................................................... 6 5.2

Werkwijze en planning ........................................................................................................... 16 5.2.1 De consultant................................................................................................................. 16 5.2.2 De docent Teammanagement ....................................................................................... 16 5.2.3 Planning ......................................................................................................................... 16

6

7

Beoordelingsformulieren............................................................................................................... 19 6.1 Convenant .............................................................................................................................. 19 6.2

Plan van aanpak ..................................................................................................................... 20

6.3

Projectarchief ......................................................................................................................... 21

6.4

Productformulier.................................................................................................................... 22

6.5

Procesformulier...................................................................................................................... 23

Studiehandleidingen ...................................................................................................................... 25 7.1 Project 1.1: Introductie in de Leisure sector .......................................................................... 25 3

4

1

Achtergrondinformatie jaar 1

Welkom bij de opleiding Vrijetijdsmanagement (VTM) van de Hogeschool Inholland te Diemen! Tijdens deze vierjarige HBO-opleiding word je klaargestoomd om een volwaardige professional in de vrijetijdssector te worden. Vele studenten zijn je voorgegaan. Zij zijn tegenwoordig werkzaam in de vrijetijdssector als onder andere evenementorganisator, projectmanager, brand designer, imagineer en marketeer. Allerlei beroepen die zeer specifieke kennis, vaardigheden en een professionele houding vereisen. Om dezelfde ontwikkeling door te gaan, ga je tijdens deze studie allerlei verschillende onderwijsvormen meekrijgen, die jou er toe in staat stellen je deze kennis, vaardigheden en houding eigen te maken. Zo ga je onder andere hoorcolleges, werkcolleges, trainingen en workshops volgen. Daarnaast moet je je zelfstandig en in samenwerking met medestudenten verdiepen in studieboeken en artikelen. Het doel hiervan is jou kennis te laten vergaren over vrijetijdsgedrag en de vrijetijdssector, om je vaardigheden aan te leren hoe je moet handelen in de verschillende beroepscontexten van de Vrijetijdsmanager en om je een attitude (houding) aan te leren die past bij een beginnend professional in de vrijetijdssector.

1.1

Beroepsbeeld

Binnen de opleiding Vrijetijdsmanagement word je opgeleid voor “het creëren, vermarkten en organiseren van belevenissen en het aansturen van managementprocessen in de beleveniseconomie”. In onderstaand beroepsbeeld worden de vijf rollen, kerncompetenties en deelcompetenties voor de vrijetijdsmanager benoemd, die ook allemaal terugkomen in de competentiekaart van de opleiding. Een functie in de vrijetijdsbranche is doorgaans een combinatie van meerdere of alle onderstaande rollen en kerncompetenties. Zoals je kunt zien in onderstaande afbeelding, komt deze periode alleen de rol van de organisator/regisseur en de bijbehorende kerncompetentie (organiseert/regisseert (vrijetijds)belevenissen) niet aan bod. De deelcompetenties die deze periode aan bod komen, staan in een wit kader.

Figuur 1: VTM kerncompetenties en rollen in project 1.1 (2015/2016)

5

1.2

Curriculum jaar 1

In het eerste jaar wordt in iedere periode aandacht besteed aan één of meer competenties die een toekomstige Leisure Manager zich eigen moet maken. In periode 1.2 ligt de nadruk op het creëren van belevenissen, periode 3 staat in het teken van het managen en vermarkten van een (vrijetijds)belevenis. In periode 4 wordt voornamelijk aandacht besteed aan het organiseren en managen van een (vrijetijds)belevenis. In het onderstaande overzicht is op gestructureerde wijze te zien hoe het onderwijsprogramma er in het eerste jaar uitziet.

Er wordt uitgegaan van het projectonderwijs waaraan vakken ondersteunend zijn. Om de projecten goed te kunnen uitvoeren is het dan ook essentieel dat je alle vakken en trainingen volgt.

1.3

Projectonderwijs

Iedere periode in jaar 1 beslaat tien weken. Je hebt zeven weken colleges en trainingen en tijdens deze zeven weken werk je zelfstandig in de projectgroep. Daarna zijn er drie weken voor de afronding van je project en tentamens ter afronding van de cursussen. Het project vormt het hart van het onderwijs. De cursussen verschaffen je informatie die je nodig hebt om je project succesvol uit te voeren. Door het project goed uit te voeren leer je dus tegelijkertijd hoe je de kennis, die je opdoet in de cursussen, toe kunt passen. Je werkt in het projectteam aan de beroeps- en de procesproducten. De ondersteuning bij het uitwerken van de beroepsproducten wordt gegeven door de consultant. Hij/zij geeft jullie advies en beantwoordt jullie vragen over de inhoudelijke uitwerking van het project. De docent teammanagement begeleidt het samenwerkingsproces van het projectteam en de individuele ontwikkeling van de projectleden.

1.4

Onderwijs in periode 1.1

In de introductieweek maak je al kennis met de vrijetijdsbranche van Amsterdam. Hiervoor ga je het veld in met je medestudenten zodat je jezelf kunt onderdompelen in het geweldige vrijetijdsaanbod van Amsterdam In de cursus Introducing Leisure worden de aanbod- en de vraagzijde uitvoerig toegelicht. Voor de vraagkant ga je onderzoek doen naar consumentengedrag in de vrijetijdssector. Waarom maken consumenten welke keuzes in hun vrije tijd? Bij de verkenning van de aanbodzijde wordt uitgebreid ingegaan op de vervlechting van de verschillende deelsectoren binnen de vrijetijdssector. Vrijetijdsmanagers gebruiken elementen vanuit verschillende vrijetijdssectoren om nieuwe belevenissen te kunnen creëren in de zeer competitieve vrijetijdssector.

6

Naast de cursus Introducing Leisure volg je ook generalistische cursussen. In de eerste periode wordt bij Management 1 een basis gelegd in het ontwikkelen van beleid op strategisch, tactisch en operationeel niveau. Bij Management 1 wordt ook ingegaan op projectmatig werken. Deze bijzondere manier van werken wordt vaak toegepast in het vrijetijdswerkveld, met name in de evenementenbranche. Wij vinden het dan ook belangrijk dat je hier zo spoedig mogelijk in een project mee leert werken. Bij Onderzoek 1 wordt ingegaan op het doen van deskresearch en het hanteren van de correcte bronvermelding. In de verslaglegging in project 1.1 kun je deze kennis heel goed gebruiken. Groepsdynamiek is een Teammanagementtraining gericht op het samenwerken in een projectgroep. Hier start je direct mee vanaf periode 1 van jouw studie dus het is van essentieel belang dat je leert werken in verschillende groepssamenstellingen. Ook krijg je in deze periode een cursus Engels zodat je je ook in een internationale en cultureel diverse context kan redden. Verder leg je het eerste contact met je studieloopbaanbegeleider (SLB’er). Je SLB’er leert je deze periode hoe je je weg kunt vinden binnen de school en de opleiding en hij/zij is je eerste aanspreekpunt bij vragen of onduidelijkheden. Hieronder vind je het overzicht van de periode met daarin ook de werkvormen, contacttijd en toetsen vermeld. De EC staan voor European Credits en vertegenwoordigen de tijd die je dient te besteden aan een bepaald onderwijsonderdeel. 1 EC staat voor 28 uur. -

Introducing Leisure Management 1 Onderzoek 1 Engels 1 Communicatie 1 Teammanagement 1 Studieloopbaanbegeleiding 1

3 EC 3 EC 1 EC 0 EC 1 EC 0 EC 0 EC

Schriftelijk meerkeuzevragen Schriftelijk meerkeuzevragen Schriftelijk open en meerkeuzevragen Onderwijs wordt in periode 2 getoetst Schriftelijk open vragen Onderwijs wordt in periode 3 getoetst Onderwijs wordt in periode 2 getoetst

In de beschrijving van het project zijn tips opgenomen die tot doel hebben jullie te helpen zo goed mogelijk aan de slag te gaan met een bepaalde opdracht. Deze tips staan in een blauw kader in de tekst en zijn voorzien van het hiernaast weergegeven teken.

7

2

Project 1.1

In jaar 1 van de opleiding Vrijetijdsmanagement word jij, met jouw projectgroep, iedere periode geconfronteerd met een bepaalde uitdaging in de vorm van een project. Vanuit een fictieve (periode 1, 2 en 3) of echte opdrachtgever (periode 4) wordt een bepaald praktijkprobleem geschetst. Het is aan jullie om voor dit praktijkprobleem een oplossing te vinden. Het vinden van een oplossing begint doorgaans met gedegen onderzoek. Op basis van de, met het onderzoek, opgedane kennis kun je vervolgens aanbevelingen doen waarmee je hopelijk het praktijkprobleem van de opdrachtgever (in ieder geval ten dele) op kan lossen. Om te begrijpen waar het “probleem” in project 1.1 vandaan komt, zal in de volgende subparagraaf achtergrondinformatie gegeven worden over de opdrachtgever.

2.1

De opdrachtgever

De opdrachtgever is het in 2011 gelanceerde bedrijf Leisure L!fe. De oprichters van dit bedrijf zijn vijf oud-Vrijetijdsmanagementstudenten. Eigenaren Laura, Dave, Michael, Rae en Jaap zijn destijds het bedrijf gestart om zelf vrijetijdsbelevenissen te gaan organiseren in de regio Amsterdam. De missie die zij hierbij hanteren is de volgende: “Leisure L!fe wil voorloper zijn in het leveren van hoogwaardige kwaliteit en het realiseren van continue innovatie op het gebied van vrijetijdsbelevenissen voor Nederlandse jongeren tussen de 18 en 25 jaar.”

Figuur 2: Leisure L!fe

De hier aan gekoppelde visie: “Leisure L!fe wijdt zich aan het creëren, vermarkten en organiseren van de meest betekenisvolle vrijetijdsbelevenissen met als ambitie marktleider te worden in de alsmaar groeiende Nederlandse vrijetijdssector”. Leisure L!fe hanteert de differentiatiestrategie om hun missie en visie te verwezenlijken. Hierover zegt Dave (27): “Wij zijn uniek en onderscheidend in de vrijetijdsmarkt door een betere kwaliteit en vernieuwendere vrijetijdsbelevenissen te bieden dan onze concurrenten”.

2.1.1

Werkgebied

Ondanks het feit dat Leisure L!fe op de langere termijn ambities heeft om op de nationale markt succesvol te worden, hebben zij zich in eerste instantie alleen gericht op de Amsterdamse markt. De jongeren komen zelf uit Amsterdam en zij beschouwen deze stad als de bakermat van de Nederlandse vrijetijdsindustrie. De gemeente Amsterdam is opgedeeld in acht stadsdelen. Dit is het werkterrein van Leisure L!fe. Deze stadsdelen zijn door de gemeente Amsterdam opgedeeld in specifieke gebieden. Meer informatie over de afbakening van de stadsdelen is te vinden via de volgende link: Stadsdelen gemeente Amsterdam. Het werkgebied van Leisure L!ife is hieronder weergegeven in de plattegrond. Deze geografische indeling is van belang bij de keuze van de vrijetijdsaanbieders die jullie gaan analyseren (zie paragraaf 3.1.2).

Figuur 3: Werkgebied Gemeente Amsterdam

Stadsdelen van de gemeente Amsterdam  Centrum  Noord  Oost  Zuidoost  Zuid  West  Nieuw-West  Westpoort

8

2.1.2

Wapenfeiten

Hun gedrevenheid en passie voor het creëren van vrijetijdsbelevenissen heeft ertoe geleid dat Leisure L!fe een aantal mooie vrijetijdsbelevenissen gerealiseerd heeft in hun relatief jonge bestaan: De opening van Italiaans restaurant Bellissima in de vorm van een operavoorstelling Een dancefeest in de Pathé Arena met live-beelden van een optreden van Armin van Buuren in Los Angeles Een kickboksgala in de ontvangsthal van het Scheepvaartmuseum Een reeks theatervoorstellingen in de Jimmy Woo Een kledingruilmarkt in de Hallen De ervaring die zij opgedaan hebben heeft er toe geleid dat Leisure L!ife inmiddels een belangrijke speler is in de vrijetijdssector in Amsterdam. De aanvragen om vrijetijdsbelevenissen te organiseren bij nieuwe opdrachtgevers nemen dan ook met de week toe. Hun strategie heeft hen dus geen windeieren gelegd. Nu zij succesvol zijn in het creëren, vermarkten en organiseren van belevenissen willen de jonge professionals van Leisure L!fe ook hun kennis en kunde delen met andere toekomstige professionals. Dit hebben zij onder andere al gedaan door

-

Brainstormsessies met startups te organiseren op verschillende locaties in Amsterdam. Een startup is een (tijdelijk) bedrijf dat op zoek gaat naar een succesvol en schaalbaar businessmodel.

-

Een online vraagbaak te creëren waar jonge ondernemers terecht kunnen met prangende vragen

-

Workshops te geven aan verschillende startups over succesvol ondernemen.

Daarnaast houden zij altijd hun ogen open voor mogelijk interessante samenwerkingen tussen startups en mogelijk geïnteresseerde investeerders. Leisure L!fe zet zich dus in voor concurrerende start-ups die zich op hun markt begeven. Dit klinkt eigenlijk tegenstrijdig. Co-owner Laura (26) zegt hierover: “ Wij hebben vanaf onze oprichting continu moeten opboksen tegen grote concurrenten. Volgens mij hebben wij, als bedrijven in de vrijetijdssector, allemaal een gedeelde ambitie en dat is het verhogen van de kwaliteit van de vrijetijdsbesteding. Als we daarin samen kunnen optrekken is dat toch alleen maar mooi?”

2.1.3

Verdienmodel

De vrijetijdsbelevenissen leveren de ondernemers van Leisure L!fe veel geld op. Een belangrijke inkomstenbron is het verkopen van toegangsbewijzen tot de belevenissen. Waar zij ook veel geld aan verdienen is het aannemen van opdrachten vanuit externe opdrachtgevers. Om inkomsten te genereren uit alle activiteiten die zij ondernemen om startups te helpen heeft Leisure L!fe besloten te werken met aandelen. Afhankelijk van de mate en vorm van ondersteuning van de startup krijgt Leisure L!fe een bepaald aandeel in het bedrijf. Veel startups ontstijgen na verloop van tijd het niveau van startup helaas niet. Dit betekent dat de (tijds)investering vanuit Leisure L!fe hen uiteindelijk niets oplevert. In sommige gevallen laten startups hun potentie al in een vroeg stadium zien. Dit leidt in eerste instantie tot een stijging van de waarde van de aandelen van Leisure L!fe. In een beperkt aantal gevallen hebben de ondernemers van Leisure L!fe meer geïnvesteerd in een startup in de hoop dat dit hen in de toekomst nog meer zal gaan opleveren.

9

2.2

De projectopdracht

In de beschrijving van de opdrachtgever in paragraaf 2.1 is een beeld geschetst van de herkomst van de projectopdracht. Om een duidelijk beeld te schetsen van de opdracht die de opdrachtgever voor jullie heeft is onderstaand een uitgebreide toelichting gegeven. 2.2.1 Projectgroep In de hedendaagse vrijetijdssector is het belangrijk om een ondernemende houding te hebben. Er zijn steeds minder grote bedrijven waar jullie voor kunnen gaan werken. Dit heeft er mede toe geleid dat mensen steeds meer voor zichzelf gaan beginnen als freelancer of in sommige gevallen met anderen hun eigen bedrijf beginnen (startup). In dit project zijn jullie als projectgroep een startup met de ambitie succesvol te worden in de vrijetijdssector. Het is dus zaak jezelf te onderscheiden door assertief te zijn en kansen te creëren of, indien nodig, te grijpen als deze zich aandienen. In dit eerste project krijgen jullie dan ook de mogelijkheid hier een aanzet tot te doen. 2.2.2 Opdracht Het ontbreekt veel startups aan (vooral financiële) mogelijkheden om een rol te kunnen spelen op de competitieve vrijetijdsmarkt. Zoals in 2.1 aangegeven initieert Leisure L!fe allerlei mogelijkheden om startups door middel van advies te ondersteunen bij het uitbouwen van hun bedrijf. Het is voor hen echter niet mogelijk financieel in alle startups te investeren. Tegelijkertijd spreken de leden van Leisure L!fe wel verscheidene investeerders die op zoek zijn naar investeringsmogelijkheden in de aldoor groeiende vrijetijdsmarkt. Dat heeft Leisure L!fe doen besluiten eind 2015 de eerste “The Future of Amsterdam Leisure-fair” te organiseren. Tijdens deze beurs, die zal plaatsvinden in de centrale hal van de Hogeschool in Diemen zullen eerstejaars studenten van de opleiding Vrijetijdsmanagement te Inholland de mogelijkheid krijgen hun potentie en investeringsmogelijkheden te pitchen bij mogelijke investeerders. Zoals co-owner David (30) aangeeft: “Connect, Convince and Collaborate zullen de sleutelwoorden zijn tijdens deze ontmoeting tussen ‘de grote namen uit de vrijetijdssector’ en de toekomstige leisure professionals van de opleiding Vrijetijdsmanagement van Inholland.”

Het doel is dat je met jouw projectgroep als startup startkapitaal genereren tijdens deze beurs. Dit doen jullie door op overtuigende en professionele wijze jullie stand te bemannen. Alle aanwezige investeerders die bereid zijn te investeren in jullie bedrijf kunnen jullie een stap dichter bij het verwezenlijken van jullie droom brengen: een succesvol bedrijf te hebben in de vrijetijdssector. Hiervoor zullen jullie wel in zeer korte tijd grote kennis van het werkveld, een groot oplossingsvermogen moeten ontwikkelen en al deze aspecten overtuigend moeten kunnen presenteren. Hoe jullie dat kunnen doen kunnen jullie in paragraaf 3 lezen. Leisure L!fe verwacht kwaliteit en professionaliteit tijdens het evenement omdat zij niet alleen hun nek uitsteken voor de startups maar ook hun eigen naam verbinden aan het evenement. In ruil voor de deelname aan het evenement krijgt Leisure L!fe daarnaast een symbolisch aandeel van 1% in jullie startups.

10

3

Beroepsproducten

3.1

Marktonderzoek

Om succesvol te zijn in een markt is het allereerst belangrijk te weten wat er in de markt waarop je je begeeft gebeurt. Dit betekent zowel inzicht in de aanbod- als in de vraagkant van de vrijetijdsmarkt. Jullie zullen als startup dus eerst de benodigde kennis moeten verwerven over de vrijetijdsmarkt. In onderstaande subparagrafen staat een verdere toelichting op waar jullie jezelf in zullen moeten verdiepen.

3.1.1

Trends in het vrijetijdsaanbod in Nederland

Analyseer aan de hand van de deelsectoren van Mommaas (2000) welke trends er plaatsvinden onder de aanbieders van vrijetijdsactiviteiten in de vrijetijdssector. In het eerste college van Introducing Leisure wordt dit model behandeld. Vragen die je jezelf hierbij kunt stellen zijn - Wat werd er tien, twintig of dertig jaar geleden aangeboden op het gebied van vrijetijdsactiviteiten? - Wat zijn de trends op het gebied van vrijetijdsaanbod in Nederland? - Welke vormen van vrijetijdsbesteding worden op dit moment veel aangeboden en welke vormen zijn in opkomst? - Met wat voor maatschappelijke ontwikkelingen houden vrijetijdsaanbieders rekening in hun aanbod? - Hoe worden vrijetijdsactiviteiten aangeboden en aangeprezen? - Op wat voor doelgroep richten de verschillende vrijetijdsaanbieders zich? - Wat doen aanbieders om de doelgroep te bereiken? Zorg dat je zo concreet mogelijk beschrijft wat in jullie ogen de belangrijkste trends zijn in het aanbod van vrijetijdsactiviteiten in Nederland. Kijk ook verder dan de hierboven beschreven vragen! Beperk je deskresearch niet tot de zoekterm “vrijetijd” maar zoek ook per deelsector

3.1.2

Analyse vrijetijdsaanbieders in Amsterdam

De trends geven jullie een algemeen beeld van wat er speelt in de aanbodkant van de vrijetijdssector. Maar hoe maak je de markt nog beter inzichtelijk? Een goede manier is om in te zoomen op vrijetijdsaanbieders. Wie zijn dat, wat doen zij in deze markt en hoe zorgen zij dat ze onderscheidend zijn en blijven? Er worden op verschillende niveaus vrijetijdsactiviteiten gecreëerd. Jullie zullen dus moeten gaan kijken naar in het oog springende grote maar ook vernieuwende kleine vrijetijdsaanbieders. Door dit inzicht kunnen jullie profiteren van de kwaliteiten die jullie ontdekken bij concurrenten en innoveren op gebieden waar de concurrentie nog niet goed presteert. Om hier inzicht in te bereiken dienen jullie één vrijetijdsaanbieder uit alle acht de deelsectoren te kiezen. Het is van belang een vrijetijdsaanbieder te kiezen die de deelsector goed vertegenwoordigt. Jullie hebben dus uiteindelijk in totaal acht verschillende vrijetijdsaanbieders gekozen. Deze keuze dienen jullie goed te onderbouwen aan de hand van de volgende selectiecriteria: - De vrijetijdsaanbieder is duidelijk actief in de specifieke deelsector. - Elke deelsector, volgens de indeling van Mommaas, is vertegenwoordigd. - De vrijetijdsaanbieder bevindt zich in de gemeente Amsterdam. - Er mogen maximaal twee vrijetijdsaanbieders per stadsdeel uitgekozen worden. Dit betekent dus dat jullie minimaal vier stadsdelen beslaan met jullie onderzoek (zie werkgebied opdrachtgever 2.2.1).

11

-

Er moet sprake zijn van een goede mix tussen gevestigde en nieuwe innovatieve vrijetijdsaanbieders. De acht vrijetijdsaanbieders dienen een zo divers mogelijk beeld te geven van het vrijetijdsaanbod in de regio Amsterdam; de aanbieders mogen niet allemaal op dezelfde doelgroep gericht zijn (dus niet alleen organisaties gericht op jongeren of op toeristen, e.d.)

In je zoektocht naar vrijetijdsaanbieders zal je ontdekken dat velen van hen zich op het snijvlak van twee en soms zelfs meer vrijetijdssectoren bevinden. Dit is een ontwikkeling genaamd transsectoraliteit die plaatsvindt in de vrijetijdssector en bij het zoeken naar aanbieders hoef je je er dan ook niet van te laten weerhouden om voor een dergelijke aanbieder te kiezen. Tijdens Introducing Leisure zal ingegaan worden op deze ontwikkeling. Onderdelen die per aanbieder in ieder geval aan bod dienen te komen zijn onder andere - Inleiding (o.a. waarom deze aanbieder, beschrijving, korte geschiedenis, missie en visie van het bedrijf) - Aangeboden product (o.a. wat, hoeveel, waarom, voor welke behoefte, wanneer en hoe) - Concurrentie (o.a. wie, waarom zij, op welk vlak concurrentie?) - Klantenkring (o.a. wie of wat en hoe wordt de doelgroep bereikt) - Multidisciplinaire analyse van het vrijetijdsaanbod (o.a. psychologisch, sociologisch, economisch en geografisch) De bovenstaande items zijn richtinggevend. Je kunt de invulling van specifieke items vervangen door andere theoretische concepten of eigen inzichten. Het doel is uiteindelijk om een manier te vinden om zo volledig mogelijk inzichtelijk te maken wat het productaanbod is van de gekozen vrijetijdsaanbieders.

3.1.3

Trends in vrijetijdsgedrag van Nederlandse consument in één deelsector

Nu je inzicht gekregen hebt in de trends in de vrijetijdssectoren en het vrijetijdsaanbod in Amsterdam is het tijd om naar de andere kant van de markt te kijken, wetende de vrijetijdsconsument. Voor het analyseren van de consument kies je één deelsector uit het model van Mommaas. Door middel van de algemene analyse en het inzicht in één vrijetijdsaanbieder heb je al een aardig beeld gekregen van de deelsector. Jullie verdere analyses zullen zich dus beperken tot slechts één in plaats van alle acht deelsectoren (bijvoorbeeld de sport-, media-, retail- of de cultuursector).

Kies de vrijetijdssector die jullie als projectgroep het meest interessant vinden!

In deze paragraaf ga je de vraag naar vrijetijdsbelevenissen in de door jullie gekozen deelsector vanuit de Nederlandse consument bekijken: - Wat voor vrijetijdsactiviteiten zoeken consumenten op in hun vrije tijd? - Waarom kiezen consumenten eigenlijk voor vrijetijdsactiviteiten in deze deelsector? - Wat zijn voor de Nederlandse consument de belangrijkste motieven om een vrijetijdsactiviteit te kiezen en welke behoefte willen zij precies bevredigen met deze activiteit? Voor de analyse van de Nederlandse consument is het aan te raden dezelfde aspecten te gebruiken als in paragraaf3.1.2 bij de multidisciplinaire analyse (e.g. psychologisch, sociologisch, economisch en geografisch). Gebruik zo actueel mogelijke bronnen

12

3.2

Conclusie

In de voorgaande paragrafen heb je op gestructureerde wijze informatie ingewonnen over: - Trends in het vrijetijdsaanbod in Nederland en het aanbod van vrijetijdsactiviteiten in Amsterdam - De vrijetijdsvraag van de Nederlandse consument in één specifieke deelsector In onderzoekstermen worden deze gegevens ook wel de ‘resultaten’ genoemd. In het schrijven van je conclusie ga je de verschillende gegevens met elkaar in verband brengen. Hiervoor dien je de belangrijkste vraag te beantwoorden die de basis vormde voor het onderzoek: In hoeverre sluit het vrijetijdsaanbod in Amsterdam aan op de vraag naar vrijetijdsactiviteiten in de door jullie gekozen deelsector van de Nederlandse consument? Zijn er bepaalde ontwikkelingen in het aanbod van vrijetijdsactiviteiten die niet aansluiten bij de vraag onder consumenten in de door jullie gekozen vrijetijdssector? Het uiteindelijke doel van het conclusiehoofdstuk is te ontdekken waar overeenkomsten en verschillen te vinden zijn in datgene wat de consument wil en datgene wat hij aangeboden krijgt in de deelsector. Het gaat in dit hoofdstuk in je verslaglegging dus niet om beschrijven maar om analyseren. Breng je verschillende resultaten vanuit een kritische blik en gedegen analyses met elkaar in verband en zorg vervolgens voor een helder geformuleerde verslaglegging. Een conclusie is geen samenvatting!

3.3

Aanbevelingen

In de conclusie komen jullie tot nieuwe inzichten. Deze inzichten hebben al een zekere waarde voor potentiële investeerders. Zij kunnen aan deze inzichten namelijk zien hoe professioneel jullie te werk gaan en hoeveel diepgang jullie kunnen creëren. Dit kan veel zeggen over hoe jullie toekomstige vraagstukken aan zullen pakken. Wat mogelijk nog meer waarde heeft zijn echter de aanbevelingen die jullie op deze inzichten baseren. Weten dat er bepaalde verschillen zijn tussen datgene wat vrijetijdsaanbieders aanbieden, wat de trends zijn en wat consumenten willen is interessant. Maar welke oplossingen hebben jullie voor ogen om dit gat te dichten? Hiervoor moeten jullie dus op basis van alle inzichten die jullie opgedaan hebben een vernieuwende vrijetijdsbelevenis bedenken voor de Amsterdamse consument in de door jullie gekozen deelsector.

Creëer tijd en ruimte om na te denken over jullie vrijetijdsbelevenis

De volgende aspecten moeten jullie meenemen tijdens het uitwerken van jullie aanbevelingen: De vrijetijdsbelevenis moet - onderbouwd zijn met jullie conclusies - haalbaar zijn - vernieuwend zijn - klantgericht zijn - wat op gaan leveren zodat het de moeite waard is voor de potentiële investeerder om er geld aan uit te geven.

13

3.4 3.4.1

Beurspresentatie Beursstand

Tijdens de beurspresentatie is het aan jullie de taak om de beursstand zo in te richten dat potentiële investeerders er naartoe getrokken zullen worden. Het is allereerst belangrijk om de goede uitstraling te creëren. Hierbij richten jullie je stand zo in dat het past bij de vrijetijdsbelevenis die je wilt ontwikkelen. In de inrichting van jullie stand mogen jullie zelf kiezen welke middelen in jullie ogen het meest overtuigend zijn naar de investeerders toe. Zorg in ieder geval dat het duidelijk is - Welke deelsector je vertegenwoordigt - Wat je productinnovatie is Mogelijk leidt dit er toe dat de investeerders in zee met jullie willen gaan door geld te investeren in jullie startup. Om dat geld in ontvangst te nemen is het dus ook slim om een mooie spaarpot te maken voor mogelijke donaties van investeerders. De creativiteit in de door jullie gekozen middelen kan van grote invloed zijn op de beoordeling door de potentiële investeerders. Denk dus goed na over je promotiemateriaal op de beurs en ben je bewust van de uitstraling van jullie groep (dress to impress)! Wees creatief, denk in beelden en bovenal: Overtuig!

3.4.2

Presentatie

De verschillende investeerders komen, nadat jullie hun aandacht hebben getrokken, bij jullie langs met vragen over jullie onderzoek en de daar uit voortgekomen inzichten en aanbevelingen. Het is aan jullie om deze investeerders te woord te staan en te overtuigen van jullie gedegen onderzoek en professionaliteit. Daarna dienen jullie de investeerders er van te overtuigen dat de door jullie bedachte vrijetijdsbelevenis een oplossing gaat bieden voor het door jullie ontdekte gat in de markt. Waarom zouden zij eigenlijk moeten investeren in deze vrijetijdsbelevenis? En als ze dat al doen, wat zouden jullie dan nodig hebben aan middelen om deze belevenis te kunnen realiseren? Ook in deze presentatie zullen jullie de kenmerken uit 3.3 mee moeten nemen in de beschouwing. Wees voorbereid op deze vragen en zorg dat je overtuigend uit de hoek komt. Zorg ook dat ieder lid individueel kennis van zaken heeft zodat je als sterk team naar voren komt.

3.4.3

Beoordeling presentatie

Tijdens de beurs zullen potentiële investeerders rondlopen over de beurs om te bepalen welke stands zij in het oog vinden springen. Welke startup heeft zichzelf écht laten zien door middel van een professionele uitstraling en een creatieve uitwerking van hun beursstand? Daarnaast zullen de potentiële investeerders jullie als startups vragen gaan stellen over jullie startup. Hier hebben jullie de mogelijkheid jullie kennis en kunde zo goed mogelijk over te brengen. Overtuig hen en zie jullie startkapitaal groeien. Wie zijn dan die potentiële investeerders en hoe kunnen zij dan investeren? Leisure L!fe Allereerst is er vanuit Leisure L!fe een groep medewerkers aanwezig. Leisure L!fe heeft besloten voor de startups hun stimuleringsfonds aan te spreken. Zij zullen in totaal 4 briefjes van 100 euro investeren in wat zij de bedrijven/ideeën met de grootste slagingskans achten.

14

Potentiële investeerders De consultants zullen de rol van potentiële investeerder aannemen en zullen ook interesse tonen om aandelen te kopen in de verschillende bedrijven. In totaal zullen zij 150 euro te besteden hebben bestaande uit 3 briefjes van 50 euro. Studenten Tevens kunnen jullie, als deelnemers aan project 1.1 zelf ook in staat gesteld worden om aandelen te kopen in één van de startups. Elke student krijgt 1 briefje van 10 euro. Deze kan hij geven aan het project dat in zijn ogen de beste presentatie en het beste idee heeft. *Let op: Dit briefje mag niet aan een startup gegeven worden uit de eigen klas! Bezoekers Jullie mogen ook bezoekers uitnodigen op de beurs. Iedere bezoeker krijgt 1 briefje van 10 euro die ook geïnvesteerd kan worden in een willekeurige startup. Het helpt dus om mensen uit te nodigen. Aan het einde van de beurs zullen de verschillende spaarpotten ingeleverd dienen te worden bij de beursorganisatie (Leisure L!fe). Uiteindelijk zal, op basis van de grootte van het startkapitaal dat gegenereerd is tijdens de beurs, bepaald worden welke startup zichzelf “Leisure Startup of the Year” mag noemen. Hiervoor zal een uitreiking georganiseerd worden aan het begin van periode 2.

15

4

Procesproducten

4.1

Convenant

Het convenant is het document waarin je omschrijft hoe je als projectgroep met elkaar zult werken tijdens dit project. Het betreft regels en afspraken die jullie samen afstemmen en waar eenieder zich aan dient te houden. Hoe zo een convenant er uit ziet lees je bij de beoordelingsformulieren en oefen je bij het “vak” teammanagement.

4.2

Plan van Aanpak

Het plan van aanpak is het document waarin je omschrijft wat je precies gaat opleveren en hoe je dat gaat opleveren. Waar de convenant zich meer op het proces richt, richt de plan van aanpak zich meer op de inhoud. Wat daar allemaal in moet lees je bij de beoordelingsformulieren.

4.3

Projectarchief

Het projectarchief bevat dat alle informatie ten behoeve van de opdracht, alle verslagen van projectgroepsvergaderingen, alle gespreksverslagen van bijeenkomsten met de consultant en alle communicatie met de opdrachtgever en derden.

5

Begeleiding

5.1

Werkwijze en planning

Tijdens het project wordt jouw projectgroep begeleid door een consultant, een docent Teammanagement en wordt je voorzien van feedback door je medestudenten.

5.1.1

De consultant

De consultant houdt zich bezig met de inhoudelijke begeleiding van het project en zal dienen als sparring partner voor de projectgroepen. Hij vertegenwoordigt de potentiële investeerders die op de beurs de stands zullen bezoeken en hij weet dan ook wat er van de projectgroepen verwacht wordt.

5.1.2

De docent Teammanagement

De docent Teammanagement richt zich op het begeleiden van het proces van de projectgroep aan de hand van theorieën en modellen uit projectmatig werken.. Belangrijke procesmatige aspecten zijn onder andere de omgang tussen projectgroepsleden, de samenwerking binnen de projectgroep, het maken en nakomen van afspraken en de individuele inbreng.

5.1.3

Parallelle projectgroep

Tijdens het project zal je de mogelijkheid krijgen de kennis van je medestudenten te benutten. Hiervoor krijgt iedere groep een parallelle projectgroep die hen van feedback kan voorzien tijdens Consultancy-bijeenkomsten. De consultant bepaalt de verdeling van de projectgroepen. Bijvoorbeeld: - Projectgroep 2 kijkt de documenten van projectgroep 1 na - Projectgroep 3 kijkt de documenten van projectgroep 2 na - Projectgroep 4 kijkt de documenten van projectgroep 3 na - Projectgroep 1 kijkt de documenten van projectgroep 4 na

5.1.4

Planning

In het onderstaande overzicht vind je de deadlines, welke inhoudelijke onderwerpen aan bod zullen komen en welke aanpak gehanteerd zal worden tijdens consultancy.

16

Fase 1.Oriëntatie

W 1

Beroeps- of procesproducten Kick-off project: kennismaken met het project

Inhoud Convenant

Inleveren convenant

Omdat deze week het uitwerken van het convenant centraal staat is er op vrijdag wel een moment gepland met de docent Teammanagement om vragen te stellen over de uitwerking van het convenant. Hiervoor moeten studenten zich al ingelezen hebben over de vereiste inhoud van het convenant.

Per mail sturen naar docent Teammanagement

2

Inleveren Plan van aanpak *

Plan van aanpak

Per mail sturen naar consultant

2.Definitie

3

Inleveren analyse trends vrijetijdsaanbod en analyse van één vrijetijdsaanbieder Per mail sturen naar consultant en projectleider van de parallelle groep

3.Realisatie

4

Werkwijze consultancy (in lokaal) Geen klassikale bijeenkomst met de consultant

Deadline 04-09 voor 16.00 uur

KIassikaal en in projectgroepen Studenten lezen de studiehandleiding van tevoren helemaal door. De docent deelt de parallelle groepen in. Hij zal vervolgens indien nodig nog een algemene toelichting geven op het project. Daarna zal hij vragen beantwoorden over de inhoud van het project. Tevens spreekt hij met iedere projectgroep afzonderlijk.

Analyse trends vrijetijdsaanbod (NL)

Klassikaal en op expertise

Analyse trends vrijetijdsaanbod (NL)

KIassikaal en in projectgroepen + andere projectleider

Docent beantwoordt algemene vragen klassikaal. Iedere groep gebruikt de tijd van Consultancy om schriftelijke feedback te geven op de stukken van parallelle projectgroepen. Deze wordt daarna uitgewisseld per mail of hardcopy.

Dag voor consulta ncy vóór 16:00 uur

Docent beantwoordt algemene vragen klassikaal en loopt vervolgens langs de verschillende projectgroepen. Projectgroepen gaan bij elkaar zitten samen met een projectleider uit een andere groep. Door de goede vragen te stellen kan de projectleider kennis opdoen over het project Deze zou hij mogelijk kunnen gebruiken voor zijn eigen projectgroep.

17

5

Analyse vrijetijdsvraag

KIassikaal en in projectgroepen Docent beantwoordt algemene vragen klassikaal. Vervolgens loopt hij langs de verschillende projectgroepen en helpt waar nodig.

6

Conclusie

KIassikaal en in projectgroepen + andere projectleider Docent beantwoordt algemene vragen klassikaal. Projectgroepen gaan bij elkaar zitten samen met een projectleider uit een andere groep. Door de goede vragen te stellen kan de projectleider kennis opdoen over het project Deze zou hij mogelijk kunnen gebruiken voor zijn eigen projectgroep.

7

4.Afronding sfase

Eén bestand inleveren met daarin  Beschrijving vrijetijdsaanbod  Beschrijving vrijetijdsgedrag  Conclusie**  Aanbevelingen voor marktanalyse Voeg in de mail ook de link naar het projectarchief toe.

Aanbevelingen voor marktanalyse

KIassikaal en in projectgroepen: Docent beantwoordt algemene vragen klassikaal. Vervolgens loopt hij langs de verschillende projectgroepen.

16-10 voor 16.00 uur

8

Per mail sturen naar consultant en uploaden in Ephorus Herfstvakantie

9

Beurspresentatie

Docent bezoekt The Future of Amsterdam Leisure-beurs en gaat langs al zijn eigen projectgroepen.

Woensda g 28 oktober

10

Beoordeling met docent Teammanagement en consultant

De docenten plannen zelf de eindevaluaties in.

In overleg met beide docenten

Voorbereiden beurs

18

6

Beoordelingsformulieren

6.1

Convenant

Vormgeving en structuur Inhoud Titel document Gegevens projectgroep

Titel project Projectorganisatie

Vergaderingen

-

-

-

4 tot 6 pagina's (A4 formaat), overzichtelijke lay-out en met 11 pt lettertype (Arial of Calibri) Het document krijgt een titel en datum Opleiding, klas en projectgroepsnummer binnen deze klas Voornaam, achternaam, (mobiele) telefoonnummer, e-mailadres bij Inholland van alle projectgroepsleden Naam van de docent Teammanagement Naam van de consultant/opdrachtgever Komt later op de kaft van het (schriftelijke) projectresultaat: één korte slagzin of een paar trefwoorden eventueel met ondertitel. Beschrijving teamrollen, verdeling en argumenten voor die verdeling. Afspraken m.b.t. samenwerking: - Aanpak en frequentie van vergaderingen, wie wanneer notuleert, wat het ambitieniveau van het team is (uitgedrukt in een cijfer 1-10) en wat het team doet als er binnen het team meningsverschillen ontstaan over - Communicatie / Reageren op emails, whats app etc. - Kwaliteit van stukken - Aanwezigheid (ook bij colleges) - Omgangsregels, etc. etc. Het team geeft aan hoe ze ervoor zorgt dat: - de werkzaamheden op tijd verlopen; - de informatie goed wordt uitgewisseld; - welke sancties gelden bij niet-nakomen van afspraken* - de leden elkaar op constructieve wijze feedback geven (wanneer en hoe)? Vergaderschema van de projectgroep in tabelvorm: begin- en eindtijd en plaats van de twee projectgroepsvergaderingen per week. Overzicht van gemaakte afspraken t.a.v. vergaderingen: - hoe en wanneer wordt agenda, notulen en besluitenlijsten opgesteld? - hoe komen deze bij de leden van de projectgroep? - Wie is er verantwoordelijk voor het projectarchief?

Toepassing sancties: Afspraak is afspraak. Wie een afspraak onverhoopt niet na kan komen, is daarmee nog niet van de verantwoording af. Eén keer niet of onvoldoende nakomen van een afspraak kan gebeuren; een waarschuwing volgt; deze waarschuwing moet worden genotuleerd/binnen twee werkdagen worden gecommuniceerd naar alle groepsleden en betrokken docenten. Dit laatste is heel belangrijk!!!! Twee keer niet of onvoldoende nakomen van een afspraak betekent een gele kaart, door de overige teamleden toe te kennen. Ook een gele kaar moet worden genotuleerd / binnen twee werkdagen worden gecommuniceerd naar alle groepsleden en betrokken docenten. Dit laatste is heel belangrijk!!!! Een gele kaart bevat een omschrijving van het incident, een omschrijving van wat gewenst wordt, voorzien van een deadline; Drie keer niet of onvoldoende nakomen van afspraken betekent een rode kaart, toe te kennen in overleg met de docent Teammanagement. Het betreffende teamlid krijgt dan een onvoldoende op zijn Procesformulier, en kan dan zijn project niet met een voldoende afmaken. Het heeft dan geen zin meer om nog deel te nemen aan het project.

19

6.2

Plan van aanpak

Titel document

Het document wordt een titel en datum meegegeven.

Gegevens projectgroep

Gegevens van de projectgroep

Titel van het project

Titel overnemen van convenant

Inhoudsopgave

Hoofdstukken, onderverdeeld in paragrafen

Achtergrond project

Korte beschrijving van de context van het project en waarom het project moet worden uitgevoerd (wat is de aanleiding voor het project?).

Doelstelling project

Beschrijving van wat met het project bereikt moet worden. Let op: een doelstelling is niet hetzelfde als een resultaat!

Opdrachtanalyse

- Wie is de opdrachtgever (wat is de positie van de opdrachtgever)? - Waarom wil de opdrachtgever dat de opdracht wordt uitgevoerd? - Wat is de context van de opdracht? - Wat is de opdracht precies? M.a.w.: wat is het probleem dat opgelost moet worden?

Afbakening project

Beschrijving van de grenzen van het project; wat gaat de projectgroep wel doen en wat gaat de projectgroep vooral niet doen in het kader van het project.

Projectresultaten

Wat wordt concreet opgeleverd? (welke producten/ inhoud van het rapport)

Risicoanalyse

-

Waar kun je tegenaan lopen? Hoe voorkom je dit? Wat doe je om tot een succesvol resultaat te komen

Projectkwaliteitsplan

Beschrijving van hoe de projectgroep de projectvoortgang gaat monitoren en hoe de projectgroep (periodiek) gaat controleren of de producten en resultaten voldoen aan de eisen en aan de verwachting van de opdrachtgever.

Communicatieplan

Beschrijving van wie allemaal geïnformeerd moet worden door de projectgroep, waarover, wanneer en op welke wijze.

Planning

In deze paragraaf stelt de projectgroep op basis van een grondige analyse van de projectopdracht vast welke activiteiten verricht moeten worden om tot het gewenste projectresultaat te komen: - Hoofdactiviteiten; - Deelvragen (bij de hoofdactiviteiten); - Deelactiviteiten; - Timing activiteiten / personele invulling / taakverdeling; - Aanpassing planning en terugkoppeling

20

6.3

Projectarchief

Vormgeving en structuur

Digitaal archief (Blackboard) met een duidelijke mappenstructuur. Er wordt per map duidelijk aangegeven wat de lezer in de map kan vinden. Heldere benaming van het archief waaruit blijkt: - Om welke project het gaat; - Om welke projectgroep het gaat (klas en projectgroepsnummer).

Inhoud MAP: Agenda’s

MAP: Notulen

MAP: Gebruikte bronnen

Agenda’s van projectgroep-vergaderingen waarin duidelijk staat aangegeven: - Om welke vergadering het gaat (datum, begin- en eindtijdstip van de vergadering); - Genummerde agendapunten in voorgenomen behandelingsvolgorde. - ie de agenda heeft gemaakt Notulen van projectgroepsvergaderingen waarin tenminste is opgenomen: - Namen van de aanwezigen (en indien er iemand afwezig is, naam van de afwezige en reden van afwezigheid; bij gedeeltelijke afwezigheid de tijd van binnenkomst en/of vertrek); - Naam voorzitter en notulist; - Per behandeld agendapunt een verslag van de bespreking: wat is er besproken, welke aspecten zijn aan de orde gekomen, wie heeft wat ingebracht, welke afwegingen zijn er gemaakt, welke conclusies zijn er getrokken en in hoeverre werden deze unaniem ondersteund? Gebruikte bronnen (literatuur, onderzoeken, tijdschriften, websites, interviews met deskundigen etc). Noteer de bronnen zodanig dat de informatie die je er vandaan hebt weer makkelijk te vinden is, dus: Titel boek

Titel tijdschrift

Naam geïnterviewde

Auteur

Uitgave datum

Telefoonnummer geïnterviewde

Uitgever

Uitgever

E-mail geïnterviewde

Datum van uitgifte inclusief druk)

Naam artikel

Onderwerp interview

Auteur(s) artikel

Datum interview

ISBN nummer Pagina MAP: Correspondentie

Pagina Belangrijke correspondentie (met opdrachtgever, met consultant, met Docent Teammanagement indien van toepassing).

21

6.4

Productformulier

Projectgroep Consultant Beoordeling

VTM 1.. Groep.. Max. ++/+/+Punt /-/--

Onderdeel en criteria Resultaten: Het vrijetijdsaanbod in Amsterdam en heel Nederland -

40

Er is, op basis van verschillende bronnen, een gedegen analyse gemaakt van de belangrijkste trends die momenteel spelen in het vrijetijdsaanbod in Nederland. Er is een gedegen analyse gemaakt van acht vrijetijdsaanbieders in Amsterdam. Hierbij heeft de projectgroep een multidisciplinaire analyse gemaakt en is zij ingegaan op onderwerpen als het aangeboden product, de concurrentie en de klantenkring.

Resultaten: Het vrijetijdsgedrag van de Nederlandse consument in één deelsector

20

Er is een gedegen analyse gemaakt van het vrijetijdsgedrag van de Nederlandse consument in één door de projectgroepen gekozen deelsector. Hierbij zijn in ieder geval motieven, wensen en behoeften meegenomen. Conclusie: Aansluiting vrijetijdsaanbod op vrijetijdsgedrag consument in één deelsector in Nederland

10

De conclusie laat een kritische beschouwing zien waarin het vrijetijdsaanbod afgezet wordt tegen het gedrag, de motieven en de behoeften van de Nederlandse consument met betrekking tot de aangeboden activiteiten in één van de acht (vrijetijds)deelsectoren Aanbeveling: Vrijetijdsbelevenis in gekozen deelsector -

10

De belangrijkste ‘gaten in de markt’ in de door de projectgroep gekozen deelsector Een innovatieve en creatieve vrijetijdsbelevenis uitgewerkt die invulling geeft aan één van de, in de conclusie vastgestelde, gaten tussen het vrijetijdsaanbod en het vrijetijdsgedrag.

Beurspresentatie: Overtuigen van potentiële investeerders -

-

10

Een aansprekende en opvallende stand op de Future of Amsterdam Leisure-beurs Duidelijke weergave van de marktanalyse en de daar aan gekoppelde innovatieve vrijetijdsbelevenis Professionele uitstraling van het projectgroepsteam met een duidelijke taakverdeling tijdens de beurspresentatie Overtuigende presentatie vanuit de projectgroepsleden naar de potentiële investeerder toe waarin zij de mate van haalbaarheid, vernieuwing, klantgerichtheid en de succeskans toegelicht wordt.

Taalgebruik/ Vormgeving / Bronvermelding

10

- Is sprake van een goed gestructureerd overzicht van een breed spectrum aan secundaire bronnen - Wordt gebruik gemaakt van actuele en betrouwbare bronnen - Wordt gebruik gemaakt van meerdere soorten bronnen - Wordt gebruik gemaakt van werk van erkende experts of organisaties - Wordt correct refererend geschreven (Hoofd- en bijzaken onderscheiden, betekenis eigen woorden) - Staan correcte en volledige verwijzingen naar de bronnen (zie extra document op Blackboard) - Is gesteld in foutloos Nederlands - Is sprake van een verzorgde en overzichtelijke vormgeving Totaalscore

100

Criterium die voorwaardelijk zijn voor een voldoende beoordeling De projectgroep is op een professionele wijze met de opdrachtgever omgegaan. +/+/+-/-/-Ephoruscheck

Paraaf consultant

JA

NEE

Totaal score

22

6.5

Procesformulier PROCESFORMULIER van: (deze zijde uitgebreid invullen en meenemen naar evaluatie)

Cijfer van student zelf

Onderbouwing en reflectie

ATTITUDE Ik was behulpzaam en hield mij aan afspraken. Ik was respectvol naar iedereen Ik was verantwoordelijk voor het resultaat. Ik heb taken overgenomen als dat nodig was. MOTIVATIE Ik heb een positieve bijdrage geleverd aan de sfeer. Ik nam voldoende initiatief. Ik heb mijn ‘rol’ goed uitgevoerd. COMMUNICATIE Ik heb teamgenoten (op een correcte wijze) feedback gegeven. Ik heb regelmatig en op tijd adequaat gereageerd op vragen via email/whatsapp etc. LEERVERMOGEN Ik heb, n.a.v. feedback van medestudenten en docenten, aantoonbaar gewerkt aan mijn verbeterpunten. BIJDRAGE AAN HET EINDPRODUCT Ik ben voldoende aanwezig geweest bij de projectbijeenkomsten. Ik heb een constructieve bijdrage geleverd. Ik heb werk geleverd op HBO niveau. PROCES Wij hebben ons aan het convenant gehouden. Wij hebben knelpunten (groeps-functioneren/ communicatie/ leiderschap etc.) op tijd gesignaleerd, besproken en bijgesteld. WERKSFEER Wij hebben elkaar in de uitvoering van ons werk en in onze persoonlijke ontwikkeling ondersteund. Wij hebben elkaar gestimuleerd. Wij hebben op professionele wijze samengewerkt. PROJECTARCHIEF Het archief is volledig (zie bladzijde 16 handleiding projectmatig werken) GEMIDDELD CIJFER

23

Mening van

Cijfer

Onderbouwing

anderen Projectlid 1 Projectlid 2 Projectlid 3 Projectlid 4 Projectlid 5 Projectlid 6 Projectlid 7 Eindcijfer (in te vullen door de docent) -

Ieder projectlid vult het cijfer(1-10) in voor betreffende student over het IK-deel (eerste 5 punten voorkant formulier)

-

Ieder projectlid geeft een korte toelichting bij het cijfer dat gegeven is en geeft het aan de docent.

-

De input en de (zeggingskracht van de) cijfers worden besproken in de evaluatie. Wat zegt het over de student?

-

De docent leest en luistert om tot een oordeel te komen en bepaalt het eindcijfer.

Paraaf docent

24

7 7.1

Studiehandleidingen Project 1.1: Introductie in de Leisure sector

Algemene informatie Algemeen Aanwezigheidsplicht

Studiebelasting Werkvorm Inhoud onderwijseenheid

Toelichting Ja, bij het vak teammanagement en consultancy. Bij de eerstgenoemde wordt het proces beoordeeld. Je zult minimaal 6 van de 7 bijeenkomsten moeten bijwonen om voldoende beoordeeld te kunnen worden. Dit geldt ook voor de consultancy bijeenkomsten waarbij de consultant, naast de opgeleverde producten, ook de individuele bijdrage aan het eindproduct beoordeeld. 5 EC 140 uur Consultancy Teammanagement In dit project gaat de student in een projectgroep voor Leisure L!fe (fictieve opdrachtgever) kennis vergaren over de Nederlandse en meer specifiek de Amsterdamse vrijetijdsmarkt. Op basis hiervan dient de projectgroep tevens een nieuwe vrijetijdsbelevenis te bedenken.

Opdrachtgever

Leisure L!fe (fictief)

Probleem opdrachtgever

Leisure L!fe organiseert de Future of Amsterdam Leisure-beurs. Deze beurs heeft tot doel jonge startups in de vrijetijdssector in contact te brengen met potentiële investeerders.

Projectopdracht

Zie beschrijving boven

Kerncompetenties en beroepshandelingen

Kerncompetentie A: creëert (vrijetijds)belevenissen A1: onderzoekt en analyseert interne en externe omgeving - H2: signaleert en analyseert laatste ontwikkelingen en trends in relatie tot de aanleiding - H5: brengt waarden en behoeften van de doelgroep in kaart - H6: observeert en analyseert het bestaande aanbod op de markt Kerncompetentie B: vermarkt (vrijetijds)belevenissen B1: onderzoekt en analyseert de markt - H3: signaleert en analyseert de laatste ontwikkelingen en trends op het gebied van marketing(communicatie) Kerncompetentie E: functioneert als HBO-professional in de VT-sector E1: heeft persoonlijk leiderschap - H1: reflecteert op eigen kwaliteiten en functioneren E2: werkt in teamverband - H1: overlegt en vergadert op gestructureerde en effectieve wijze - H2: herkent en bespreekt conflictsituaties in een (project)team - H3: herkent en bespreekt leiderschapsstijlen in een (project)team - H4: onderhandelt binnen een (project)team of netwerk - H5: communiceert binnen een (project)team of netwerk - H6: beheerst de gangbare omgangsvormen in het werkveld en kan deze effectief inzetten E3: communiceert mondeling en schriftelijk - H1: schrijft heldere, goed gestructureerde teksten in correct Nederlands, passend bij het doel en de doelgroep van de tekst - H3: leest en begrijpt teksten en filtert ze op de benodigde informatie - H4: onderbouwt in gesprekken persoonlijke mening met argumenten - H5: geeft duidelijke presentaties, passend bij het doel en de doelgroep van de presentatie

25

H6: begrijpt betogen, discussies en redeneringen en filtert ze op de benodigde informatie door goed te luisteren E4: onderzoek en analyseert - H4: voert literatuuronderzoek uit en ontwikkelt op basis daarvan een theoretisch en conceptueel kader De student kan: op constructieve wijze samenwerken in de projectgroep, waarbij de student bijdraagt aan individuele en teamontwikkeling, doelgerichte communicatie en een goede werksfeer een project in teamverband volgens de regels van projectmatig werken inrichten, dit vastleggen in een convenant en aan de hand hiervan het project uitvoeren en evalueren het vrijetijdsaanbod in de regio Amsterdam beschrijven met oog voor transsectorale verbanden; het vrijetijdsaanbod in de regio Amsterdam vanuit verschillende perspectieven analyseren; een goed literatuuroverzicht over trends in het vrijetijdsgedrag van de Nederlandse consument in één deelsector opstellen, waarbij de student meerdere soorten bronnen gebruikt en hier op correcte wijze naar verwijst; een conclusie schrijven over de aansluiting van het vrijetijdsaanbod op de vrijetijdsvraag van de Nederlandse consument een vrijetijdsorganisatie presenteren op een beurs d.m.v. een goed aangeklede stand; het uitwerken van een suggestie voor een nieuwe vrijetijdsbelevenis op basis van gedegen onderzoek in foutloos Nederlands een verslag schrijven en het verslag aansprekend vormgeven. -

Leerdoelen

Beroepsproducten

PLAN VAN AANPAK

Procesproducten

EINDRAPPORT HET VRIJETIJDSAANBOD IN AMSTERDAM EN HEEL NEDERLAND o Analyse trends vrijetijdsaanbod in heel Nederland o Analyse vrijetijdsaanbieders Amsterdam HET VRIJETIJDSGEDRAG VAN DE NEDERLANDSE CONSUMENT IN ËËN DEELSECTOR o Analyse trends vrijetijdsgedrag Nederlandse consument in één deelsector o Analyse motieven en behoeften van Nederlandse consument m.b.t. vrijetijdsgedrag in één deelsector AANSLUITING VRIJETIJDSAANBOD OP VRIJETIJDSVRAAG IN AMSTERDAM AANBEVELINGEN VOOR EEN NIEUWE VRIJETIJDSBELEVENIS PRESENTATIE BEURSPRESENTATIE Convenant Projectarchief Teammanagement 1 Introducing Leisure Management 1 Onderzoek 1 Communicatie 1 Procesproduct aan de hand van het procesformulier (1215LM111A) Beroepsproduct aan de hand van productformulier (1215LM111B) Algemeen - de docent Teammanagement en de consultant bepalen gezamenlijk je eindcijfer voor het project; - je dient voor de twee de onderdelen (product en proces) een voldoende te halen om de 5 credits van het project binnen te halen.

Onderwijs ondersteunend aan project

Toetsvorm Code Beoordeling

Beoordeling productformulier - De consultant beoordeelt de inhoudelijke uitwerking van de projectopdracht. Hiervoor gebruikt hij het product-formulier;

26

-

Literatuur en bronnen

De projectgroep heeft een voldoende op het product-formulier bij het behalen van 55 van de 100 punten. Als je als projectgroep een onvoldoende scoort op het product-formulier, heb je de mogelijkheid om binnen 2 weken na de beoordeling een verbeterde versie in te leveren;

Beoordeling proces-formulier - De docent Teammanagement beoordeelt de procesmatige gang van zaken bij het uitvoeren van de projectopdracht. Hiervoor gebruikt hij het procesformulier; - Bij een onvoldoende voor het proces-formulier dien je deel te nemen aan een herkansingsproject. Meer informatie hierover lees je in de handleiding projectonderwijs. Alle stof aangeboden in deze periode. Literatuur behorende bij de ondersteunende vakken

27

7.2

Management 1: Inleiding in management

Algemene informatie Algemeen Contacttijd

Aanwezigheidsplicht Studiebelasting Werkvorm

Inhoud

Toelichting Hoorcollege: 45 minuten per week Werkcollege: 90 minuten per week 7 lesweken Nee 3 European Credits: 84 uur  Zelfstudie  Huiswerkopdrachten  Hoor- en werkcolleges Het programma Management 1 behandelt de uitgangspunten van het vakgebied management. Hoofdvragen die in deze lessenreeks worden beantwoord zijn: 1. 2. 3.

wat is een (klantgerichte) organisatie en welke functie heeft een organisatie in de samenleving? wat is management en welke uitgangspunten worden er voor management gehanteerd? welke methoden hanteert het management om een organisatie te kunnen managen?

Aanname bij Management 1 is dat een goed functionerende organisatie producten, diensten en vertrouwen produceert die aansluiten op de vraag in de Vrijetijdmarkt. Op basis van de vraagsituatie wordt behandeld hoe organisaties georganiseerd en gestuurd moeten worden om aan de vraag te kunnen voldoen. Kerncompetenties en beroepshandelingen

Kerncompetentie D: stuurt managementprocessen aan in de VT-sector: D1: onderzoekt en analyseert omgeving t.b.v. bedrijfsvoering/eigen bedrijf - D1.H1: analyseert kansen en bedreigingen op de markt voor het opzetten van een (eigen) bedrijf/afdeling - D1.H3:analyseert beschikbare of benodigde bronnen (geld, informatie, personeel) binnen een organisatie D2: plant managementprocessen/start eigen bedrijf - D2.H3:maakt een operationeel plan ten behoeve van bedrijfsvoering D3: stuurt en controleert de managementprocessen - D3.H1: stuurt personeel/vrijwilligers aan - D3.H4: bewaakt de financiële middelen van een organisatie/afdeling - D3.H6: analyseert de bestaande organisatie op het gebied van doelen, cultuur, structuur, processen, procedures en richtlijnen D4: evalueert managementprocessen - D4.H1: evalueert behaalde resultaten

Leerdoelen

De student kan: - de twee meest elementaire uitdagingen van management benoemen en herkennen in verschillende ‘uitingen van gedrag’ in de organisatie - aangeven wat een organisatie is en hoe een organisatie is opgebouwd uit verschillende niveaus - aangeven op welke wijze het bestaansrecht van organisaties samenhangt met klanten en hun behoeften - de verschillende krachten toelichten uit het vijf-krachtenmodel van Porter en aangeven op welke wijze het gebruik van dit model bijdraagt aan de ontwikkeling van een organisatie

28

-

benoemen hoe organisaties zich ontwikkelen in 8 stappen beschrijven hoe het vakgebied van management & organisaties zich in de 20ste eeuw heeft ontwikkeld en wat de belangrijkste trends zijn. vijf verschillende leiderschapsstijlen herkennen en beschrijven het verschil tussen visie en missie benoemen

Toetsvorm Code:

Schriftelijk (gesloten boek) bestaande uit 80 meerkeuzevragen 1215LM112Z

Beoordeling Literatuur en bronnen

-

een voldoende wordt behaald vanaf een 5.5. De gehanteerde cesuur is 62,5% e Marcus J., Van Dam, N. Organisatie en Management 7 druk. Noordhoff Uitgevers, 2012. Van Dam, N.H.M., Marcus, J.A., en Huijsmans, E. . Een praktijkgerichte benadering van organisatie en management - werkboek, Noordhoff Uitgevers, Groningen, 2012

Overzicht bijeenkomsten Bijeenkomst Beschrijving bijeenkomst 1

In week 1 zijn er geen colleges Management

2

Voorbereiding college 1: lezen Marcus & Van Dam. Deel A. Denken over organisatie en management (Omgeving) Leerdoelen voor deze bijeenkomst - de twee meest elementaire uitdagingen van management benoemen en herkennen in verschillende ‘uitingen van gedrag’ in de organisatie Inhoud college: De klant als leidend beginsel voor de organisatie. De twee elementaire uitdagingen van het management: effectiviteit en efficiency, gekoppeld aan de aandachtsgebieden plannen, organiseren, leidinggeven en controleren. Opdracht tijdens de bijeenkomst van het WERKCOLLEGE: Casus Dance Valley: opdracht 1, klantenprofiel

3

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Afmaken opdracht werkcollege! Leerdoelen voor deze bijeenkomst: - aangeven wat een organisatie is en hoe een organisatie is opgebouwd uit verschillende niveaus - aangeven op welke wijze het bestaansrecht van organisaties samenhangt met klanten en hun behoeften Inhoud college: Klanten, behoeften, productontwikkeling en communicatie De organisatie als verzameling mensen die doelgericht samenwerken De opbouw en ontwikkeling van organisaties Primaire- en secundaire processen Organisatiestructuur Opdracht tijdens de bijeenkomst van het werkcollege: Casus Dance Valley: behoefteninventarisatie op basis van het eerder ontwikkelde klantenprofiel (zie week 2)

4

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Lezen Marcus en Van Dam: deel C: structuur Leerdoelen voor deze bijeenkomst: - benoemen hoe organisaties zich ontwikkelen in 8 stappen - het verschil tussen visie en missie benoemen

29

Inhoud college: Visie en missie Fasen van ontwikkeling van organisaties (8 stappen en 4 fases) Opdracht tijdens de bijeenkomst van het werkcollege: Casus Dance Valley: opdracht 3 missie en visie Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Lezen bladzijden 98 – 100 Markus en Van Dam (concurrentieanalyse Porter)

5

Leerdoelen voor deze bijeenkomst: - de verschillende krachten toelichten uit het vijf-krachtenmodel van Porter en aangeven op welke wijze het gebruik van dit model bijdraagt aan de ontwikkeling van een organisatie - beschrijven hoe het vakgebied van management en organisaties zich in de 20ste eeuw heeft ontwikkeld en wat de belangrijkste trends zijn. Inhoud college: De organisatie op meso-niveau en het 5-krachtenmodel. Eerste deel van de geschiedenis van de organisatiekunde en de mensen die een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan deze geschiedenis. Hierbij wordt in het bijzonder aandacht besteed aan de denkbeelden van Frederick Taylor en Henry Fayol als aan het revisionisme van Likert, Herzberg en anderen. We geven deze denkrichtingen ook een plaats in de context van de tegenwoordige tijd. Opdracht tijdens de bijeenkomst van het werkcollege: Casus Dance Valley: opdracht 4 Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Opdracht 4 afmaken

6

Leerdoelen voor deze bijeenkomst: - beschrijven hoe het vakgebied van management en organisaties zich in de 20ste eeuw heeft ontwikkeld en wat de belangrijkste trends zijn. Inhoud college: Tweede deel van de geschiedenis van de organisatiekunde en de mensen die een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan deze geschiedenis. Hierbij wordt in het bijzonder aandacht besteed aan de denkbeelden van Frederick Taylor en Henry Fayol als aan het revisionisme van Likert, Herzberg en anderen. We geven deze denkrichtingen ook een plaats in de context van de tegenwoordige tijd. Opdracht tijdens de bijeenkomst van het werkcollege: Casus Dance Valley: opdracht 5 Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Opdracht 5 afmaken Inleveren portfolio met alle gemaakte opdrachten

7

Leerdoelen voor deze bijeenkomst: vijf verschillende leiderschapsstijlen herkennen en beschrijven Inhoud college: De menselijke drijfveren, motivatie (Maslow, Herzberg, Vroom), groepsdynamiek en wat de manager hiermee kan. Ook alle aspecten van het werken met individuen en groepen, van belang voor het goed (aan)sturen van organisaties. Leiderschapsstijlen. Management en macht. De X- en Y theorie van McGregor. Het leiderschapsdiagram van Blake en Mouton.

30

Opdracht tijdens de bijeenkomst van het werkcollege: Toetsvoorbereiding

31

7.3

Introducing Leisure


Toelichting Totale contacttijd 18 uur Aantal minuten per week 90 minuten hoorcolleges 90 minuten werkcolleges Aantal lesweken

Aanwezigheidsplicht Studiebelasting Werkvorm Inhoud

Zeven Nee 3 EC, 84 uur Hoor- en werkcolleges Deze cursus geeft een inleiding op zowel de aanbodzijde als de vraagzijde van de vrijetijdsmarkt. Bij de aanbodzijde wordt ingegaan op de enorme diversiteit aan vrijetijdsaanbieders. Het vrijetijdsdomein bestaat uit veel verschillende deelsectoren, van sportsector tot cultuursector, van mediasector tot toeristische sector. Een belangrijke ontwikkeling in de laatste decennia is de vervlechting die plaats vindt tussen deze deelsectoren. Deze dynamiek biedt veel kansen voor de vrijetijdsmanager die belevenissen kan creëren, vermarkten en organiseren in verschillende contexten en daarbij juist over de grenzen van de (deel)sectoren heenkijkt. Deze transsectoraliteit is een belangrijk uitgangspunt van de opleiding Leisure Management. Aan de aanbodzijde wordt ingegaan op belangrijke kenmerken en ontwikkelingen van de verschillende beleveniscontexten met de achterliggende klassieke deelsectoren. Bij de vraagzijde wordt ingegaan op het vrijetijdsgedrag van de Westerse consument. Het startpunt is de vraag "Wat is vrijetijd?". Bij het beantwoorden van deze vraag en bij het verklaren van vrijetijdsgedrag van consumenten wordt gebruik gemaakt van een multidisciplinair perspectief. Dit perspectief is een belangrijk uitgangspunt van de opleiding Vrijetijdsmanagement. Gebruikmakend van de disciplines psychologie, sociologie, economie en geografie wordt de theoretische basis van de vrijetijdskunde gelegd. Tijdens colleges worden theorieën en modellen afkomstig uit de genoemde disciplines behandeld zodat studenten een scherpere analyse van het vrijetijdsgedrag kunnen maken. Ook wordt het fenomeen vrijetijd in een historisch perspectief geplaatst en de belangrijkste trends die van invloed zijn op het vrijetijdsgedrag besproken.


Kerncompetentie A: creëert (vrijetijds)belevenissen A1: onderzoekt en analyseert interne en externe omgeving -

H1: analyseert de aanleiding voor conceptontwikkeling H2: signaleert en analyseert laatste ontwikkelingen en trends in relatie tot de aanleiding H3: analyseert kernwaarden van de opdrachtgever/organisatie H5: brengt waarden en behoeften van de doelgroep in kaart H6: observeert en analyseert het bestaande aanbod op de markt

Kerncompetentie B: vermarkt (vrijetijds)belevenissen B1: onderzoekt en analyseert de markt H3: signaleert en analyseert de laatste ontwikkelingen en trends op het gebied van marketing(communicatie)

32

Leerdoelen

H5: analyseert marketing(communicatie)doelen en –belangen van stakeholders Aanbodzijde De student kan -

karakteristieken van de (deel)sectoren van de vrijetijdssector volgens Mommaas kunnen benoemen overzicht geven van de ontwikkeling van de vrijetijdssector verbanden leggen tussen verschillende sectoren binnen en buiten de vrijetijdssector om zo tot transsectorale belevenissen te komen. trends herkennen en benoemen en de invloed van deze trends op de vrijetijdssector uitleggen

Vraagzijde De student kan verschillende definities van het begrip vrijetijd onderscheiden de ontwikkeling van vrijetijd in historisch perspectief zetten vrijetijdskundige modellen uit verschillende disciplines uitleggen en toepassen om vrijetijdsgedrag van consumenten te verklaren: psychologie:, motivatie, behoeften, tevredenheid, beleving sociologie: sociaal-structurele factoren (o.a. kapitaalsoorten van Bourdieu) en sociaalculturele factoren (o.a. leefstijl) economie: vraag en aanbod, belang van arbeid als "time-money converter", elasticiteiten geografie: (tijd)geografische randvoorwaarden, site- (o.a. draagkracht) en situationkenmerken (o.a. actieradius) aangeven wat een trend is en trends op verschillende manieren en niveaus (macro, meso, micro) categoriseren. mega trends en hun impact op de vrijetijd benoemen de work-and-spend cycle uitleggen en hoe deze tot stand gekomen is. het gedrag van de eigentijdse leisure consument analyseren en koppelen aan trends Toetsvorm Code Beoordeling Literatuur en bronnen

Schriftelijk meerkeuzevragen 1215LM113Z De student moet 62% van de vragen juist beantwoorden voor een score 55 (60 vragen). Mulder, M. (2011) Inleiding in de vrije tijd. Bussum: Coutinho. Powerpoints op Blackboard Aanvullende artikelen gepubliceerd op Blackboard

33

Overzicht bijeenkomsten Introducing Leisure 1.1 Bijeenkomst 1.1 en 1.2

Beschrijving bijeenkomst In week 1 zijn er geen colleges Introducing Leisure

2.1 en 2.2

Inhoud eerste hoorcollege (Mulder h. 1 en 2) Verschillend definities van vrijetijd: objectieve, subjectieve en contextuele benadering Multidisciplinair perspectief op vrijetijdsgedrag inleiding van deze cursus en een uitleg van de plaats van de cursus in het curriculum definiëren van vrijetijd vanuit verschillende disciplines (psychologie, sociologie en economie) belang van het multidisciplinair perspectief Historisch perspectief op vrijetijdsgedrag het belang van historische kennis m.b.t. vrije tijd en vrijetijdsbesteding kenmerken t.a.v. vrijetijd in de verschillende perioden van de wereldgeschiedenis het ontstaan van het begrip vrije tijd

3.1 en 3.2

4.1 en 4.2

Inhoud eerste werkcollege Tijdens dit werkcollege zal ingegaan worden op het ontstaan van de vrijetijds(sector) het overzicht van de aanbodzijde van de vrijetijdssector de vrijetijdssector aan de hand van het model van Mommaas de (samenhang tussen de) verschillende sectoren sport, wellness, recreatie, kunst, cultuur, entertainment, media, toerisme, horeca en retail. vervlechting en verdichting binnen en buiten de vrijetijdssector (transsectoraliteit) Inhoud tweede hoorcollege (Mulder h.3.1, 3.2, 6.1.1) Sociologisch perspectief op vrijetijdsgedrag vrijetijd als sociaal fenomeen sociale factoren op verschillende niveaus sociale structuur vs. sociale cultuur normen en waarden verzorgingsposities (Mommaas) verschillende soorten van kapitaal (Bourdieu) status en identiteit introductie in lifestyle marketing Inhoud tweede werkcollege Tijdens dit werkcollege zal ingegaan worden op de geschiedenis van het creatieve cluster de belangrijkste kenmerken van het creatieve cluster transsectoraliteit binnen het creatieve cluster het economisch belang van het creatieve cluster de belangrijkste trends en ontwikkelingen in het creatieve cluster Inhoud derde hoorcollege (Mulder, h. 3.3, 3.4, 6.2.1) Psychologisch perspectief op vrijetijdsgedrag emoties verschil tussen beleving en belevenis modellen over de optimale vrijetijdsbeleving: flow van Csikszentmihalyi en pure leisure van Neulinger categoriseren van behoeften met behulp van de theorieën van Maslow, Ragheb & Beard en IsoAhola verwachtingen en tevredenheid (Goossens & Mazursky) Inhoud derde werkcollege Tijdens dit werkcollege zal ingegaan worden op de geschiedenis van het sportieve cluster de belangrijkste kenmerken van het sportieve cluster transsectoraliteit binnen het sportieve cluster het economisch belang van het sportieve cluster de belangrijkste trends en ontwikkelingen in het sportieve cluster

34

5.1 en 5.2

Inhoud vierde hoorcollege (Mulder, h. 4 en 5)) Economisch perspectief op vrijetijdsgedrag - Vrije tijd vs. arbeidstijd - de wet van vraag en aanbod - prijselasticiteit van de vraag en inkomenselasticiteit Geografisch perspectief op vrijetijdsgedrag - ruimtelijke factoren die het vrijetijdsgedrag beïnvloeden - tijdruimtelijke beperkingen - draagkracht - afstanden, actieradius en verzorgingsgebied Verklaring voor vrijetijdsgedrag (Knulst)

6.1 en 6.2

Inhoud vierde werkcollege Tijdens dit werkcollege zal ingegaan worden op de geschiedenis van de retail- en hospitalitysector de belangrijkste kenmerken van de retail- en hospitalitysector transsectoraliteit binnen de retail- en hospitalitysector het economisch belang van de retail- en hospitalitysector de belangrijkste trends en ontwikkelingen in de retail- en hospitalitysector Inhoud vijfde hoorcollege (Mulder, h. 8) definitie van een trend extrapolatie van trendlijnen trendwatching trendpiramides trends in tijdbesteding en verandering in collectieve tijdsordening sociale, demografische, economische, ruimtelijke en technologische trends work-and-spend cycle

7.1 en 7.2

Inhoud vijfde werkcollege Tijdens dit werkcollege zal ingegaan worden op de geschiedenis van de mediasector de belangrijkste kenmerken van de mediasector transsectoraliteit binnen de mediasector het economisch belang van de mediasector de belangrijkste trends en ontwikkelingen in de mediasector Inhoud zesde hoorcollege (Mulder, h. 9.1) analyse van het gedrag van de eigentijdse leisure consument: leisure als identiteitsverlener en als vertrekpunt van communities het belang van co-creatie van belevenis naar betekenis Overzicht van de collegereeks en gelegenheid tot stellen van vragen Het belang van het multidisciplinaire perspectief Toets-voorbereiding Inhoud zesde werkcollege Tijdens dit werkcollege zal ingegaan worden op de geschiedenis van de toeristische sector de belangrijkste kenmerken van de toeristische sector transsectoraliteit binnen de toeristische sector het economisch belang van de toeristische sector de belangrijkste trends en ontwikkelingen in de toeristische sector

8

35

8.1

Onderzoek 1: Intro onderzoek en deskresearch


Toelichting Aantal uur 10 uur en 30 minuten Aantal minuten per week 45 minuten hoorcolleges 45 minuten werkcolleges


Kerncompetenties en beroepshandelingen Leerdoelen

Toetsvorm Code Beoordeling

Aantal lesweken Zeven Nee 1 EC, 28 uur Hoor-en werkcolleges In de cursus “Wat is onderzoek?” laten we je kennis maken met de wereld van onderzoek. Je leert over de VTM-onderzoekscyclus en uit welke fasen deze bestaat. Daarnaast leer je over onderzoeksethiek, wat plagiaat is en hoe je geraadpleegde bronnen vermeldt. Tevens leer je zelf deskresearch uit te voeren en hierover te rapporteren. De context waarbinnen wordt gewerkt, heeft te maken met de trends en ontwikkelingen van de vraag en het aanbod van leisure in Amsterdam. Kerncompetentie E: functioneert als HBO-professional E4: Onderzoekt en analyseert H4: voert literatuuronderzoek uit en ontwikkelt op basis daarvan een theoretisch en conceptueel kader De student kan: primaire, secundaire en tertiaire bronnen herkennen, beschrijven en van elkaar onderscheiden primaire en secundaire gegevens herkennen, beschrijven en van elkaar onderscheiden plagiaat herkennen en beschrijven zoekparameters herkennen en beschrijven bolean zoekoperatoren herkennen, beschrijven en van elkaar onderscheiden de begrippen validiteit en betrouwbaarheid herkennen, beschrijven en van elkaar onderscheiden de factoren die betrouwbaarheid beïnvloedt herkennen, benoemen, beschrijven en van elkaar onderscheiden de verschillende fases in het onderzoeksproces herkennen, benoemen, beschrijven en van elkaar onderscheiden het belang van het doen van onderzoek herkennen, benoemen en beschrijven het belang van ethiek t.a.v. onderzoek herkennen, benoemen en beschrijven het belang van bronverwijzing beschrijven het verschil tussen mening en feit herkennen, benoemen en beschrijven secundaire gegevens zoeken en vinden in alle mogelijke bronnen secundaire gegevens beoordelen op validiteit en betrouwbaarheid een zoekstrategie formuleren een zoekstrategie toetsen zoekparameters toepassen bolean zoekoperatoren toepassen betrouwbaarheidsanalyse t.a.v. deskresearch toepassen bronverwijzing juist toepassen onderzoeksdata analyseren en interpreteren beargumenteerd antwoord geven op onderzoeksvragen Open vragen en meerkeuzevragen 1215LM114Z Uitgangspunt dat beide onderdelen even zwaar meewegen (30-70) Compensatie is mogelijk tussen beide onderdelen Voor het deel met meerkeuzevragen geldt: o Alleen vierkeuzevragen

36

-

o

Aantal meerkeuzevragen: 20 vragen

o

Bij 12 vragen goed een score van 55 voor dit onderdeel

Voor het deel met open vragen geldt: o Totaal aantal punten is 100 o

Aantal punten van de 100 dat behaald is, is de score voor dit onderdeel

Het eindcijfer is het ongewogen gemiddelde van de score voor beide onderdelen Baarda, B. et al, (2012, vijfde druk), Methoden en Technieken - Kwantitatief praktijkgericht onderzoek op wetenschappelijke basis Reader Onderzoek Jaar 1 - VTM (2013)


Overzicht bijeenkomsten Bijeenkomst

Beschrijving bijeenkomst

1

Er zijn in de eerste week geen colleges in verband met de introductieweek

2

Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Introductie VTM onderzoekscyclus wat is onderzoek verschillende fases onderzoek verwijzend schrijven APA bronverwijzen

3

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Huiswerkopdracht 1 tav Verwijzend leren schrijven Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Zoeken I Stappen in het zoekproces (zoekplan) Behandelen opdracht 1 primaire, secundaire en tertiaire bronnen relevante begrippen en termen tabel 1.1. stappen van het zoekproces 1 t/m 4 (Inholland databanken) (boolean) zoekoperatoren zoekparameters: herkennen, beschrijven en toepassen

4

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Huiswerkopdracht 2: Stappen 1 t/m 3 à 4 zoekproces tbv deelvragen voor het project Introductie Leisure Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Zoeken II Bespreken zoekstrategie opdracht 2 CARS betrouwbaarheidsanalyse: onder meer tbvwaar ga je zoeken?

5

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Huiswerkopdracht 2: Stappen 1 t/m 8 Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Vinden Validiteit, relevantie en Betrouwbaarheid factoren die betrouwbaarheid beïnvloeden betrouwbaarheidsanalyse bronnen verschil validiteit en betrouwbaarheid Voorbereiding voor volgende bijeenkomst -

Huiswerkopdracht 3: Reflectie op hoe succesvol je zoekproces is verlopen en hoe relevant

37

6

de uitkomsten zijn aan de hand het zoekplan (pag 27) en de beantwoording van de deelvragen. Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Vinden en Beoordelen Bespreken opdracht 3 Toepassen van CARS op meegebracht materiaal Plagiaat Onderzoeksethiek ethisch besef onderzoeker in verschillende fases van onderzoekscyclus verschil feit en mening herkennen Voorbeelden en gevolgen Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Huiswerkopdracht 4: Beantwoording van een deelvraag op verwijzende wijze (als opdracht 1)

7

Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Bespreken opdracht 4 en voorbeeld van uitwerking Rapporteren Wrap up Voorbeeld meerkeuzevragen Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Alle aangeboden literatuur van deze collegereeks.

38

8.2

Engels 1


Toelichting Totale contacttijd 10 uur en 30 minuten Aantal minuten per week 90 minuten werkcolleges



Leerdoelen

Toetsvorm: Code: Beoordeling


Aantal lesweken Zeven Nee 1 EC, 28 uur Werkcolleges Deze cursus is onderdeel van een tweejarig traject, waarin de student wordt voorbereid op een internationale werkomgeving waarin Engels de voertaal is. Het doel is dat de student na twee jaar tenminste een B2 taalbeheersingsniveau (volgens het Common European Framework of Reference for Languages, Council of Europe) heeft bereikt. Er wordt in de lessen gewerkt aan de vier vaardigheden binnen taalbeheersing: lezen, schrijven, luisteren en spreken. Het ontwikkelen van correcte spelling, vocabulaire, uitdrukkingen en het bevorderen van de flexibiliteit met de taal zijn belangrijke aandachtspunten. Ook wordt de student gestimuleerd om zijn eigen aandachtspunten te herkennen en daarmee aan de slag te gaan. In dit tweejarig traject zijn de belangrijkste onderwerpen: - het herkennen van het juiste stijlniveau voor formele teksten; - het schrijven van effectieve teksten - het herkennen van de hoofdpunten in professionele teksten; - het verduidelijken en bevestigen in gesprekken; - het correct gebruik van de grammatica. Kerncompetentie E: Functioneert als HBO-professional in de VT-sector E3: Communiceert mondeling en schriftelijk - H2: schrijft heldere, goed gestructureerde teksten in correct Engels, passend bij het doel en de doelgroep van de tekst. - H3: leest en begrijpt teksten en filtert ze op de benodigde informatie. De student kan - de tijdens de les behandelde zakelijke vocabulaire en begrippen op de juiste manier toepassen - een verscheidenheid aan professionele teksten lezen en begrijpen. - de hoofdpunten uit een (professionele) tekst/gesprek halen. - een formele tekst opstellen waarbij hij overwegend gebruik maakt van gepast taalgebruik (vocabulaire, uitdrukkingen, spelling en stijlniveau). - een tekst opstellen die effectief en helder de boodschap communiceert aan de beoogde lezer. - de grammaticale regels en de tijden op een overwegend correcte manier toepassen in tekst, zodat er geen verwarring kan ontstaan bij de lezer 50 Cloze en open vragen + schrijfopdracht Beoordeling in twee delen: 50 punten maximaal voor de cloze/open vragen en 50 punten maximaal voor de schrijfopdracht. De toets is voldoende gemaakt bij een totaal van 55 punten of meer. - Dubicka, I. & O’Keeffe, M. (2011) Market Leader Advanced, Business English Course Book, 3rd Edition. Pearson Education. - Rogers, J. (2011) Market Leader Advanced, Business English Practice File, 3rd Edition. Pearson Education.

39

Overzicht bijeenkomsten Bijeenkomst

Beschrijving bijeenkomst

1

There will not be a lecture in the first week due to the introduction week.

2

Content: - Introduction to the course, the textbooks and the exams - Listening exercise on an interview with an industry professional talking about the importance of verbal and non-verbal communication during presentations - Gap-fill exercise to check understanding of the vocabulary used in the interview - Gap-fill exercise using verbs describing non-verbal communication in the correct form Assignments: Market Leader Unit 1, First Impressions, pp 6, 7 (exercises A to G) Preparation:

3

Practice File, Word Power, pp 4, 5 (exercises A-D) Content: - Dictation exercise to review vocabulary used in unit 1 - Reading exercise on a newspaper article about networking in business - Vocabulary exercise on definitions of business vocabulary as used in the context of the article - Grammar exercise on the correct position of adverbs in sentences Assignments: -

Market Leader Unit 1, First Impressions, pp 8, 9 (exercises A to F) pp 126, 127, Language Reference (adverbs)

Preparation: 4

Practice File, Text and Grammar, pp 6, 7 (exercises a, B) Content: - Dictation exercise to consolidate vocabulary used in unit 1 - Listening and discussion exercise on how conference delegates use networking strategies - Gap-fill exercise to check understanding of the vocabulary used in the conversation - Writing exercise on when to use formal and informal language in business correspondence Assignments: -

Market Leader Unit 1, First Impressions, pp 10, 11 (exercises A to I) P 142, Writing File (formal letters)

Preparation: 5

Practice File, Business Skills, pp 8, 9 (exercises A-G) Content: - Dictation exercise to introduce vocabulary used in unit 2 - Listening exercises on interviews with industry professionals talking about apprenticeships and training - Comprehension exercises to check understanding of the vocabulary used in the interviews - Gap-fill exercises using the correct form of verbs and nouns related to training Assignments: Market Leader Unit 2, Training, pp 14, 15 (exercises A-I)

40

Preparation: 6

Practice File, Word Power, pp 10, 11 (exercises A-F) Content: - Dictation exercise to review vocabulary used in unit 2 - Reading and comprehension exercise on a newspaper article about executive training - Word-matching exercise to check understanding of the vocabulary used in the article - Exercise using writing techniques to emphasize a point in business communication Assignments: -

Market Leader Unit 2, Training, pp 16, 17 (exercises A-G) P 128, 129, Language Reference (emphasizing your point)

Preparation:

7

- Practice File, Text and Grammar, pp 12, 13 (exercises A-D) Content: - Dictation exercise to consolidate vocabulary used in unit 2 - Listening and role-play exercises on using appropriate techniques to check, confirm and correct information - Writing exercise on how to write effective business e-mails using clear and concise language Assignments: -

Market Leader Unit 2, Training, pp 18, 19 (exercises A-H) P 143, Writing File (e-mails)

Preparation: - Practice File, Skills and Communication, pp 14, 15 (exercises A-G) Prep for revision of Market Leader Units 1 and 2, First Impressions and Training, pp 6-19

41

8.3

Communicatie 1: Spellen en formuleren


Toelichting Totale contacttijd 15.45 Aantal minuten per week 135 Aantal lesweken zeven

Aanwezigheidsplicht Studiebelasting

Nee 1 EC 28 uur

Werkvorm

Werkcolleges

Inhoud

Opfriscursus Nederlandse taal om de basis te leggen voor het goed kunnen toepassen van taal in beroepsproducten. De volgende onderdelen komen aan bod: Spelling Formuleren Stijl Interpunctie Structuur-aanduiders (voegwoorden, verwijswoorden, ten eerste etc.) Taalgebruik in teksten Toon van teksten (publiek)


Kerncompetentie E: Functioneert als HBO-professional E3: Communiceert mondeling en schriftelijk BEROEPSHANDELINGEN E3: Communiceert mondeling en schriftelijk H1: schrijft heldere, goed gestructureerde teksten in correct Nederlands, passend bij het doel en de doelgroep van de tekst

Leerdoelen

Beoordeling

LEERDOELEN De student kan spelfouten in zinnen signaleren en verbeteren op B2niveau. De student kan formuleringsfouten in zinnen signaleren en verbeteren op B2-niveau. De student kan interpunctiefouten in zinnen signaleren en verbeteren op B2-niveau. De student kan verkeerd gebruikte structuur-aanduiders in zinnen signaleren en verbeteren op B2-niveau. De student kan binnen een tekstuele context, waarbij het doel en het publiek duidelijk is, verkeerd taalgebruik signaleren en verbeteren op B2niveau. De student kan binnen een tekstuele context, waarbij het doel en het publiek duidelijk is, signaleren wanneer een verkeerde toon wordt gezet. Meerkeuzevragen 1215LM115Z Van de 70 MC-vragen moet de student 49 vragen goed hebben beantwoord (=5,5).


Ansems, Joost. Van woord tot tekst. Basiscursus praktische taalvaardigheid. Thieme Meulenhoff, Amersfoort 2010. 7e dr. ISBN 9789055745548

Toetsvorm Code

42

Overzicht bijeenkomsten Bijeenkomst 1

Beschrijving bijeenkomst Geen les in verband met de introductieweek

2

Inhoud - Introductie, toelichting werkvorm, toetsvorm en beoordelingscriteria - Diagnostische toets Opdrachten tijdens de bijeenkomst: Diagnostische toets maken en bespreken.

3

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Lezen van theorie (aangegeven tijdens de les door de docent) Inhoud - Theorie Spelling (deel 1) - Werkwoordspelling - ‘Engelse werkwoorden’ - Bijvoeglijke naamwoorden - Spellingtekens - Hoofdletters Opdrachten tijdens de bijeenkomst: - Oefeningen maken en bespreken - Veel gemaakte fouten

4

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Lezen van theorie (aangegeven tijdens de les door de docent) Inhoud - Theorie Spelling (deel 2) - Enkele/enkelen - Samenstellingen - Tussen ‘s’ en tussen ‘n’ - Aaneenschrijven van woorden Opdrachten tijdens de bijeenkomst: - Oefeningen maken en bespreken - Veel gemaakte fouten

5

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Lezen van theorie (aangegeven tijdens de les door de docent) Inhoud - Formuleren (deel 1) - Hun/hen/zij - Als/dan - Dat/wat - Etc. - Theorie Interpunctie - Punten en komma’s - Dubbele punt en puntkomma - Aanhalingstekens Opdrachten tijdens de bijeenkomst: - Oefeningen maken en bespreken - Veel gemaakte fouten

6

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Lezen van theorie (aangegeven tijdens de les door de docent) Inhoud - Formuleren (deel 2)

43

- Foutieve combinaties van woordbetekenissen - Structuuraanduiders (verwijswoorden/verband-aanduidende woorden) - Taalgebruik in teksten - Toon teksten (publiek) Opdrachten tijdens de bijeenkomst: - Oefeningen maken (Oefening meneer Lemmers) en bespreken - Veel gemaakte fouten

7

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Lezen van theorie (aangegeven tijdens de les door de docent) Inhoud - Correspondentie - Regels omtrent taalgebruik (binnen de Hogeschool Inholland) Opdrachten tijdens de bijeenkomst: - Oefeningen maken en bespreken - Veel gemaakte fouten - Oefenstof ter voorbereiding op toets - Extra oefeningen Voorbereiding voor volgende bijeenkomst: Geen

44

8.4

Teammanagement 1 (Groepsdynamiek)


Toelichting Aantal uur 21 Aantal minuten per week 180

Aanwezigheidsplicht

Aantal lesweken 7 Ja

Studiebelasting Werkvorm Inhoud

28 uur (contacturen en thuiswerk) Training/werkcollege In de training Teamanagement 1 genaamd “GROEPSDYNAMIEK” gaan we in op de voorwaarden voor een groep mensen om succesvol te kunnen samenwerken. Wat is een groep en wat is groepsdynamiek? Kun je daar invloed op uitoefenen? Je leert over hoe communicatie werkt, wat non en para verbale communicatie is. Ook leer je hoe er ruis kan optreden en hoe je dat kunt vermijden. Daarnaast leer je aan de hand van opdrachten goed vergaderen met je groep. Aan het eind van de training beheers je enkele communicatieve vaardigheden zoals actief luisteren en feedback geven en succesvol een vergadering voorzitten.


Kerncompetentie E: Functioneert als HBO-professional E1: Heeft persoonlijk leiderschap H1: reflecteert op eigen kwaliteiten en functioneren H2: formuleert persoonlijke (leer)doelen en handelt daarnaar H5 neemt verantwoordelijkheid voor zijn handelen en is zich bewust van de effecten van zijn handelen op anderen H6 handelt op ethische / morele wijze H7 kan zich flexibel opstellen, passend bij de situatie, en kan adequaat inspelen op veranderingen H7 herkent problemen en zoekt naar passende oplossingen H8 heeft pro-actieve houding en neemt initiatief H9 neemt op basis van informatie beslissingen en kan deze beargumenteren E2: Werkt in teamverband H1 overlegt en vergadert op gestructureerde en effectieve wijze H5: communiceert binnen een (project)team of netwerk H6: beheerst de gangbare omgangsvormen in het werkveld en kan deze effectief inzetten E3: Communiceert mondeling en schriftelijk H4: onderbouwt in gesprekken persoonlijke mening met argumenten H6: begrijpt betogen, discussies en redeneringen en filtert ze op de benodigde informatie door goed te luisteren

Leerdoelen

De student kan: de vergaderrollen beschrijven; een correcte agenda opstellen en notulen maken. tijdens een vergadering herkennen wanneer van het onderwerp wordt afgeweken, zowel bij zichzelf als bij een andere deelnemer; de fases Beeldvorming, Oordeelsvorming en Besluitvorming (vergaderfuik) beschrijven;

45

Toetsvorm

Beoordeling Literatuur en bronnen

in eigen woorden het communicatiemodel van Schulz von Thun en de daarbij horende begrippen beschrijven; in eigen woorden uitleggen wat het referentiekader is en welke betekenis het speelt in communicatie tussen mensen; samenwerkingssituaties noemen waarin het zinvol is actief te luisteren de techniek van actief luisteren toepassen; samenwerkingssituaties noemen waarin het zinvol is om elkaar feedback te geven; de techniek van feedback geven toepassen’ de Johari Window beschrijven

De training worden getoetst in periode 1.3 door middel van een individueel assessment. De samenwerking binnen de projectgroep wordt getoetst aan de hand van het Procesformulier. Proces -formulier Aanwezigheid en participatie zijn voorwaardelijk. Klaas Wiertzema en Patricia Jansen, Basisprincipes van communicatie, 2011 Pearson Education


Beschrijving bijeenkomst Inhoud bijeenkomst GROEPSDYNAMIEK Wiel van Martijn Vroemen Voorbereiding op deze eerste bijeenkomst: Lees het artikel over groepsdynamiek op blackboard over ‘het wiel van Vroemen’ Teammanagement bestaat uit een 2 uur durende training/werkcollege gevolgd door 1 uur begeleiding in de projectgroepen. Tijdens deze eerste bijeenkomst wordt het doel en de opzet van deze training uitgelegd. Bovendien wordt uitgelegd hoe dit onderdeel getoetst zal gaan worden. Vervolgens wordt er theorie behandeld uit het boek Basisprincipes van Communicatie en zul je regelmatig aan het werk worden gezet met opdrachten. Uiteraard verwachten we een actieve deelname van je. In deze bijeenkomst komen de volgende vragen aan bod: Welke factoren zorgen ervoor dat een team succesvol is? (wiel van Vroemen) Wat is succesvolle communicatie? Aansluitend ga je met je projectgroep vergaderen.

2

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Lees hoofdstuk 10 (vergaderen) van ‘Basisprincipes Communicatie’ en lees de teksten op blackboard die gaan over ‘agenda maken’. Inhoud bijeenkomst Na de eerste bijeenkomst heb je een beeld gekregen van hoe communiceren in zijn werk gaat en kun je benoemen welke factoren invloed uitoefenen op een groepsproces. In deze bijeenkomst doen we een oefening over samenwerken en we maken een begin met het onderwerp ‘vergaderen’. Vergaderingen hebben vaak een slechte reputatie: ze zijn saai, zinloos, leveren te weinig op en duren te lang. Helaas is dit maar al te vaak waar. De voorzitter heeft een heel belangrijke rol in de vergadering, maar de rol van de deelnemers moet ook niet onderschat worden. In deze bijeenkomst komen de volgende vragen aan bod: Hoe is het om samen te werken (adhv een oefening) Wat zijn de taken van de voorzitter, de notulist en de deelnemers? Hoe ziet een goede agenda eruit? Hoe werk je met zo’n agenda? Aansluitend ga je met je projectgroep vergaderen. Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Voortaan (voor alle vergaderingen) correcte agenda’s maken en deze in het projectarchief wegzetten & meenemen naar de volgende bijeenkomst

46

Lees hoofdstuk 10 (vergaderen) van ‘Basisprincipes Communicatie’ en lees teksten op blackboard die gaan over notuleren 3

Inhoud bijeenkomst In de vorige bijeenkomst is er gestart met het onderwerp ‘vergaderen’. Jullie hebben een agenda leren maken en de rollen in een vergadering zijn duidelijk geworden. In deze bijeenkomst gaat het over de besluitvormende vergadering, waarin de zogenaamde ‘BOB’ aan de orde komt. Voordat je iets gaat beslissen met de groep zul je eerst een goed beeld moeten hebben van het onderwerp. Verder staat het maken van notulen centraal. In deze bijeenkomst komen de volgende vragen aan bod: Wat is een ‘bob’ binnen een besluitvormende vergadering? Hoe zien goede notulen eruit? Wat is de waarde van notulen? Hoe ga je om met notulen? Aansluitend ga je met je projectgroep vergaderen.

4

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Voortaan(na alle vergaderingen) correcte notulen maken en deze in het projectarchief wegzetten & meenemen naar de volgende bijeenkomst Lees hoofdstuk 5 en 7 (feedback & Johari) van ‘Basisprincipes Communicatie’ en lees de teksten op Blackboard die gaan over’ feedback geven’ Inhoud bijeenkomst In deze bijeenkomst gaat het over feedback geven. Feedback geven aan elkaar is belangrijk, omdat je daarvan kunt leren. Goed feedback leren geven (en ontvangen) vereist wel enige oefening. Spontane en evaluatieve feedback staan centraal in de bijeenkomst. We gaan in deze bijeenkomst ook het kwaliteitenspel spelen. In deze bijeenkomst komen de volgende vragen aan bod: Waar moet je op letten als je feedback geeft? Wat is het verschil tussen spontane en evaluatieve feedback? Wat is de Johari window? Aansluitend ga je met je projectgroep vergaderen.

5

Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Vul voor jezelf het PROCES formulier in en neem deze mee naar de volgende bijeenkomst Lees hoofdstuk 2 (communicatie & ruis) en 4 (Schulz von Thun) van ‘Basisprincipes Communicatie’ en lees de teksten op blackboard die gaan over deze onderwerpen Inhoud bijeenkomst Mensen zijn er vaak van overtuigd dat hetgeen zij communiceren volkomen helder is maar is dat wel zo? In deze bijeenkomst ga je leren dat dat communicatie veel meer inhoudt dan alleen maar iets zeggen. Daarnaast gaan we het hebben over ruis en hoe dat samenhangt met je referentiekader. In deze bijeenkomst komen de volgende vragen aan bod: Wat is de theorie van Schulz von Thun? Wat is een referentiekader? Hoe zorgt dit voor ruis? Aansluitend ga je met je projectgroep vergaderen. Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Lees hoofdstuk 3 (lichaamstaal) van ‘Basisprincipes Communicatie’ en lees de artikelen op blackboard die over dit onderwerp gaan (Ooms)

47

6

Inhoud bijeenkomst Communicatie is ingewikkeld en vooral non- en para- verbale communicatie. Non- en para- verbale communicatie is veel ouder dan de verbale manieren van contact maken. Niet voor niets bestaat negentig procent van onze communicatie uit non verbale signalen. Onze lichaamstaal dus. Het is belangrijk te weten hoe je communiceert en hoe je non en para verbaal gedrag van anderen interpreteert. In deze bijeenkomst komen de volgende vragen aan bod: Wat is non- en para- verbale communicatie? Wat herken ik bij mijzelf en bij anderen? Welke rol speelt non- en para- verbale communicatie in ons groepsproces? Aansluitend ga je met je projectgroep vergaderen. Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Lees hoofdstuk 6 van ‘Basisprincipes Communicatie’ en lees de artikelen op blackboard die over LSD gaan

7

Inhoud In de communicatie is het belangrijk om te achterhalen wat voor de ander belangrijk is zodat:   

je betere beslissingen kunt nemen, beter kunt aansluiten op de ander en een oplossing zoekt bij het échte probleem.

Om het echte probleem en belang te achterhalen is het goed om te luisteren, door te vragen, en daarna te luisteren naar het antwoord, verder te vragen en tussentijds de antwoorden kort samen te vatten om te checken of je het goed begrepen hebt; kortom LSD. Luisteren lijkt zo makkelijk, maar vraagt vooral aandacht: met je aandacht bij de ander zijn, niet alleen met je oren, maar ook met je ogen, je lijf, je gedachten. Het betekent dat je even je eigen referentiekader loslaat, om zo open mogelijk het verhaal van de ander te horen. In deze bijeenkomst komen de volgende vragen aan bod: Wat is LSD? Waarom of in welke situaties is dit belangrijk? Hoe luister ik? Hoe geef ik mijn eigen interpretatie aan een verhaal? Aansluitend ga je met je projectgroep vergaderen.

48

8.5

Studieloopbaanbegeleiding


Toelichting Totale contacttijd 10 uur Aantal minuten per week 90 min werkcollege per week 30 minuten kennismakingsgesprek

Aanwezigheidsplicht Studiebelasting Inhoud

Aantal lesweken Zes Nee 0 EC De drie hoofdthema’s van Studieloopbaanbegeleiding zijn: a. Studieontwikkeling b. Professionele ontwikkeling c. Persoonlijke ontwikkeling In de eerste periode wordt aan deze drie thema’s op weg naar beroepsgeschikt niveau als volgt aandacht geschonken: Ad a. Studieontwikkeling Oriëntatie op opleiding Werkwijze/onderwijsmethoden opleiding Weg vinden in de onderwijsorganisatie Leren werken met de competentiekaart Hoe bouw je een portfolio op met bronnen en relevante bewijsstukken? Verbanden leggen tussen ontwikkeling van de eigen competenties en de competentiekaart Studievoortgang Ondersteuning bij studievoortgangsproblemen en deficiënties Tentamenvoorbereiding Ad b. Professionele ontwikkeling Oriëntatie op het werkveld Is dit de juiste studiekeuze? Is het niveau haalbaar? Ad c. Persoonlijke ontwikkeling Leren studeren Eigen competenties ontdekken Ontdekken van eigen dominante leerstijl(en) Groepsdynamische processen (welbevinden in de groep) Doelen ten aanzien van je studie leren stellen In de eerste periode staat kennismaking met de opleiding centraal. De studieloopbaanbegeleider zal in deze periode de student dan ook door individuele en klassikale begeleiding wegwijs maken door de opleiding.

Werkvorm


In de eerste periode van de opleiding vindt een individueel kennismakingsgesprek plaats tussen student en studieloopbaanbegeleider aan de hand van een motivatiebrief en een Curriculum Vitae. Werkcolleges Workshops Individuele begeleiding Kerncompetentie E: functioneert als HBO-professional in de VT-sector E1: Heeft persoonlijk leiderschap E3: Communiceert mondeling en schriftelijk

49

BEROEPSHANDELINGEN E1: heeft persoonlijk leiderschap H3: analyseert benodigde kwaliteiten/ competenties in het werkveld en verantwoordt in hoeverre die passen bij de eigen kwaliteiten en persoonlijkheid H4: analyseert welke beroepen er zijn in het werkveld en verantwoordt in hoeverre die passen bij de eigen ambities, kwaliteiten en persoonlijkheid. H9: heeft een proactieve houding en neemt initiatief H10: neemt op basis van informatie beslissingen en kan deze beargumenteren E3: Communiceert mondeling en schriftelijk H1: schrijft heldere, goed gestructureerde teksten in correct Nederlands, passend bij het doel en de doelgroep van de tekst H4: onderbouwt in gesprekken persoonlijke mening met argumenten Leerdoelen

Code: Toetsvorm: Beoordeling Literatuur en bronnen Tentamenstof

De student kan uitleggen wat de inhoud van de opleiding Vrijetijdsmanagement is. zijn keuze voor deze opleiding verantwoorden de competenties in de competentiekaart in eigen woorden toelichten leerdoelen formuleren ten behoeve van het reflectieverslag. een overzicht geven van zijn studie- en werkervaring in een cv; een toelichting geven op zijn aanpak van tentamenvoorbereiding Geen toets Geen Geen Geen


2

3

4

Beschrijving bijeenkomst Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Introductiebijeenkomst: In de eerste bijeenkomst wordt je welkom geheten op de opleiding en leer je de studieloopbaanbegeleider, medestudenten en de school kennen. Tevens wordt de eerste informatie over de opleiding verstrekt. Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Kennismakingsbijeenkomsten inplannen Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Tijdens de tweede bijeenkomst ga je met je medestudenten op zoek naar informatie over de opleiding die je nodig zult hebben in de vier jaar dat je aan deze opleiding studeert. Het is dus belangrijk op de hoogte te zijn van de belangrijkste informatiebronnen. Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Geen Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege In deze bijeenkomst staan jouw ambities centraal. Wat wil jij bereiken met deze studie? Hoe ga je dit bereiken. Hoe pak je dit aan? Met al deze vragen zal je samen met je medestudenten aan de slag gaan. Voorbereiding voor volgende bijeenkomst Verdiep jezelf in de competentiekaart. Vorm groepjes studenten om de klassenevenementen mee te organiseren. Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Tijdens deze bijeenkomst ga je met medestudenten aan de slag met de competentiekaart. Wat moet je nu eigenlijk kunnen om een goede Vrijetijdsmanager te zijn? En hoe heb je al aan deze kwaliteiten gewerkt? Voorbereiding voor volgende bijeenkomst

50

5

Hoe bereid je jezelf voor op tentamens? Inhoud bijeenkomsten hoor-en werkcollege Tijdens deze week ga je met je klasgenoten jouw aanpak van tentamenvoorbereiding bespreken. Wat doen zij om zich succesvol Voorbereiding voor komende periode Geen voorbereiding. Klassenevenement vindt plaats in de komende weken.

6

Klassenevenement (optioneel)

7

Klassenevenement (optioneel)

51

Treed in de wereld van de vrijetijd!

Recommend Documents