.
De Kempenaer
Advocaten
mr. P.e. Plochg mr. P.M. Wilmini
Trans 6, 6811 HR Arnhem Correspondentie: postbus Telefoon: 026 - 351 3232
Telefax: Email:
mr. J.E. Brands 9218,
mr. W.H.J.O. Wc
6800 HX Arnhem
mr. drs. P.A.J.M.
026 - 351 6504;4430020
mr. A.H.M. Bou\\ mr. J.P.A. Greut,
[email protected]
mr. P.e.M. Heim mr. H.A. Wiggen mr. M.P. Nan mr. M.e. de Ken
SPOED
mr. P.J.G. van d mr. M.F. Baltuss
Belastingdienst/Grote Ondernemingen t.a.v. de heren H.G. Hassing en Stapelkamp Postbus 9006 6800 DH ARNHEM
mr. drs. I.E. Nat
PER TELEFAX: 353
mr. M.E. Meijnh: mr. R.D. Boesve
mr. G.J. Gülche' mr. J.M. Heiken: mr. A.J.A. Tessc
mr. H.A.A. Vrij hl
47
08
Advocaten en pl tevens Recht5
.
..
tevens
belasti
Arnhem, 6 mei 1998 Betreft: lee B.V./IMEX B.V.
Geachte heren Hassing en Stapelkamp, In aansluiting als volgt.
op mijn telefax
van 28 april
jl. bericht
ik u
Met de heer Stapelkamp had ik 29 april jl. telefonisch overleg. Hij deelde mij mee dat uiterlijk maandag 4 mei j1. een beschikking zou worden genomen waaruit zou blijken dat IMEX B.V. geen of in verhouding tot het teruggevraagde bedrag van zou terugontongeveer f 900.000,- zeer weinig omzetbelasting vangen. De administratieve verwerking van de beschikking zou nog enige tijd op zich kunnen laten wachten. Eventueel zou een administratieve afhandeling op de Eenheid kunnen plaatsvinden. In ieder geval zou de inhoud van de beschikking worden meege-
deeld.
Ik heb de heer Stapelkamp toen meegedeeld zijn reactie even af te wachten om vervolgens in overleg met cliënten te bezien welke rechtsmaatregelen genomen zouden moeten worden. Immers, de bedrijven van IMEX B.V. en van lee B.V. liggen, ik deelde u dat reeds meerdere malen mee, geheel of nagenoeg geheel stil wegens uw weigering tot teruggave van omzetbelasting en de mededeling dat IMEX B.V. en/of lee B.V. verdacht worden van
SNS Bank 92 87 50 000 ABN-AMRO Bank 53 50 17 049 Postbank 74166 alle t.n.v. De Kempenaer Advocaten
SNS Bank 92 88 21 935 t.n.v. Stichting Beheer Derdengelden De Kempenaer Advocaten
De aansprakelijkheid van ons is beperkt tot het bedrag dat in voorkomend geval uitgekeerd wordt krachtens de door ons afgesloten beroepsaansprakelijkheidsverzekering.
De Kempenaer
Advocaten
Vervolg brief aan Belastingdienst inzake lee B.V./lMEX B.V.
Arnhem,
6 mei
1998,
2
Blad 2
een betrokkenheid bij een "carrouselfraude" met omzetbelasting. De heer Hassing deelde mij mee dat hij in zijn brief van 27 april jl. ten onrechte spreekt van "IMEX B.V. en lee B.V.",dit moet zijn "IMEX B.V. en/of lee B.V.". Zoals ik u meedeelde durven cliënten vrijwel geen zaken te doen. Hierdoor lijden zij grote schade. U hebt niet aangegeven dat zij wel gerust, wellicht onder door u te stellen voorwaarden, zaken kunnen doen waardoor zij de geleden en te lijden schade zouden kunnen beperken. Maandag 4 mei jl. heb ik contact opgenomen om te vernemen welke beschikking zou zijn genomen. U was beiden niet aanwezig. Om toch te proberen enig inzicht te krijgen heb ik contact gekregen met de heer mr. M.A.e~ van Elk, klantcoördinator van cliënten. Hij deelde mee dat een gerechtelijke procedure geen enkele zin zou hebben omdat er een forse aanslag vennootschapsbelasting zou volgen. Deze zou verrekend kunnen worden met de eventueel aan IMEX B.V. terug te geven omzetbelasting. Dat lee Holding B.V. vennootschapsbelasting moet betalen, is mij bekend. Echter IMEX B.V. hoeft geen vennootschapsbelasting te betalen. Tussen IMEX B.V., lee B.V. en lee Holding B.V. bestaat voor de omzetbelasting geen fiscale eenheid, noch kan deze met terugwerkende kracht worden bekrachtigd (Art. 7 lid 4 Wet OB). Voor de heffing van omzetbelasting kan, omdat niet sprake is van één belastingschuldige, geen verrekening plaatsvinden met een te betalen vennootschapsbelastingschuld (zie onder andere art 24 par. 1 Leidraad Invordering 1990). Voor wat de vennootschapsbelastingschulden betreft kan verrekening plaatsvinden, met betrekking tot de omzetbelasting niet. De reden tot weigering van de teruggave gegeven door de heer Van Elk kan ik niet volgen. Met betrekking tot de reden tot weigering van de teruggave zijdens de FIOD kon de heer Van Elk mij geen mededelingen doen. lee B.V. heeft over december 1997 een verzoek tot teruggave omzetbelasting gedaan (suppletie-aangifte). Dit verzoek is tijdig gedaan. De heer Hassing heeft een boekenonderzoek ingesteld en geoordeeld dat de teruggave kan worden verleend, zo begreep ik van de heren Rothengatter en Smit. lee B.V. wacht inmiddels, ondanks uw beleid dat teruggaven omzetbelasting snel worden verleend, reeds maanden op haar geld.
De Kempenaer
Advocaten
Vervolg brief aan Belastingdienst inzake Iee B.V./IMEX B.V.
Arnhem,
6 mei
1998,
3
Blad 3
IMEX B.V. heeft over de maanden januari, februari en maart 1998 tijdig een verzoek tot teruggave van omzetbelasting gedaan middels de maandelijkse aangiften. Ook naar deze aangiften heeft de heer Hassing onderzoek gedaan, hetgeen resulteerde in dezelfde reactie als die hiervoor genoemd ten aanzien van de aangifte van lee B.V. over december 1997. Over februari 1998 is een bedrag van f 658.192,75 teruggevraagd en over maart 1998 f 230.618,-. U weigert teruggave. Een gemotiveerde en juridisch correcte weigering tot teruggave van de omzetbelasting aan lee B.V. en IMEX B.V. heb ik van u tot op heden, ondanks uw toezegging, niet ontvangen. Sterker nog, bewust wordt gekozen voor het niet afgeven van beschikkingen. Hiermee wordt blijkbaar getracht een oordeel door de rechter te blokkeren. Overigens is deze weigering een beschikking in de zin van de AWB. Alleen op grond van een mededeling van de FIOD dat een strafrechtelijk onderzoek bij relaties van IMEX B.V. en/of lee B.V. is gestart waaruit zou blijken dat er serieuze aanwijzingen zijn dat IMEX B.V. en/of lee B.V. bij een zogenaamde carrouselfraude betrokken zou zijn, weigert u teruggave van omzetbelasting. "Aanwijzingen" dat cliënten betrokken "zouden zijn". Een erg vage bewering. Cliënten weten niet wat bedoeld wordt. U meent wel, zonder enige voldoende motivering, een teruggave te moeten weigeren en daardoor de ondernemingen geheel of vrijwel geheel stil te moeten leggen.
Mede op grond van het voorgaande kan ik niet anders dan concluderen dat sprake is van een bewust beleid de branche waarin cliënten actief zijn volledig stil te leggen. U stelt het nemen van gemotiveerde beschikkingen zonder een juridische grondslag uit en de heer Van Elk geeft een reden tot weigering van teruggave die juridisch wat mij betreft niet kan. Redenen en tijd tot motivering worden gezocht, anders zou u deze conform bestendig beleid van de Belastingdienst allang hebben gegeven. Uit een gesprek met de heer J.H.G. van MierIo van de FIOD te Haarlem meen ik te mogen concluderen dat het Ministerie van Financiën dit beleid steunt. Bewust wordt het risico genomen dat cliënten, en met hen veel anderen, veel schade lijden. Zoals ik u reeds eerder meedeelde houden cliënten de Belastingdienst (het Ministerie van Financiën c.q. de Staat der Nederlanden) aansprakelijk voor alle geleden en nog te lijden schade.
De Kempenaer
Advocaten
Vervolg brief aan Belastingdienst inzake lee B.V./lMEX B.V.
Arnhem,
6 mei
1998,
Inmiddels moet in ieder geval IMEX B.V. constateren dat zij geen liquide middelen meer heeft. IMEX B.V. heeft een schuld van ongeveer f 500.000,- aan lee Holding B.V. Op korte termijn zullen naar verwachting de directeur en een medewerkster van IMEX B.V. moeten worden ontslagen. Dit ten gevolge van uw weigering tot teruggave en het feit dat IMEX B.V. geen activiteiten meer durft te ondernemen door mededelingen van u en de FIOD. IMEX B.V. houdt de Belastingdienst aansprakelijk voor alle hierdoor te lijden schade. Door het niet kunnen verrichten van transacties schat IMEX B.V haar schade wegens te derven winst op minimaal f 200.000,- per maand. Ook hiervoor wordt de Belastingdienst aansprakelijk gehouden. De schade geleden en te lijden door lee B.V. en de aandeelhouders van cliënten is thans nog niet goed in te schatten. Uiteraard wordt de Belastingdienst ook hiervoor aansprakelijk gehouden. Het is triest voor cliënten, in het bijzonder de heer en mevrouw Smit, te moeten constateren dat zij ondanks hun zeer open, positieve en constructieve houding jegens de Belastingdienst en de FIOD, door diezelfde Belastingdienst met hun zakelijke/financiële ondergang worden bedreigd. Tot op dit moment zonder een echt duidelijke motivering.
Indien en voorzover wegens de zijn deze kennis te
4
Blad 4
voorzover nodig moet ik namens cliënten meedelen dat thans belastingaanslagen niet betaald zijn, zij weigering tot teruggave van omzetbelasting onmachtig te betalen. Ik verzoek u de Ontvanger hiervan in stellen.
Wanneer ik van u voor heden 12.00 uur geen deugdelijke gemotiveerde beschikking tot teruggave van omzetbelasting aan lee B.V. en IMEX B.V. heb ontvangen, zal deze in rechte worden afgedwongen. Cliënten hebben er recht en belang bij zo snel mogelijk toegang tot de rechter te krijgen. Het door u gekozen beleid is onevenredig en bij gebrek aan nadere informatie concludeer ik tot misbruik van bevoegdheden en handelt u, gezien de belangen van cliënten, niet zorgvuldig en in strijd met uw plicht tot motiveren van uw beleid en beslissingen.
De Kempenaer
Advocaten
Vervolg brief aan Belastingdienst inzake ree B.V./IMEX B.V.
Arnhem,
6 mei
1998,
Een snelle rechtsgang is ook in het belang van de Belastingdienst. Snel zal dan kunnen blijken of u een juist standpunt inneemt of niet. Als u een onjuist standpunt inneemt, waar ik vooralsnog van uitga, kan op deze wijze de aan cliënten te betalen schade worden beperkt. Een zorgvuldig beleid van een overheidsorgaan vereist naar mijn menig een dergelijke gang van zaken.
Ik denk aan een civiele kort-geding procedure of aan een versnelde behandeling conform artikel l8c WARB. U kunt, bij de laatstgenoemde rechtsgang, onmiddellijk uitspraak op het door mij direct in te dienen bezwaarschrift doen en mede verzoeken om een versnelde behandeling door het Hof. Cliënten kunnen en willen niet langer wachten. Graag uw spoedige reactie.
5
Blad 5