TRAJECTGROEP als ondersteuningsarrangement in het VO
Ervaringen en perspectief Brochure voor schoolbesturen, zorgprofessionals en samenwerkingsverbanden in het Voortgezet (Speciaal) Onderwijs
Inhoudsopgave 1. Wat is een trajectgroep
3
2. Achtergrond ontstaan trajectgroep
3
3. Doel en beoogde opbrengsten van een trajectgroep
5
4. Afstemming en toeleiding van een trajectgroep in de begeleidingsstructuur van de school
5
5. Werkwijze trajectgroep
7
6. Voorwaarden trajectgroep
8
7. De start van de trajectgroep
9
8. Overleg binnen de school, met ouders en REC, kwaliteitszorg, financiering en ontwikkeling
9
Bijlagen: 1: voorbeeld taakomschrijving trajectbegeleider 2: schema toeleiding onderinstroom 3. voorbeeld trajectgroep met vaste bezetting 4: voorbeeld uitwerking kaderplan
Uitgave: Platform SWV VO – december 2012 Auteurs: Marjoke Laan en Frank Hoogeboom Contactadres:
[email protected]
2
13 14 15 15
1. Wat is een trajectgroep In het Voortgezet Onderwijs zijn op verscheidene plekken interne voorzieningen ontstaan die leerlingen met een extra zorgvraag een eigen opvang in de school bieden. De namen van deze voorzieningen variëren. Er zijn structuurgroepen, onderwijsopmaat groepen, time-outgroepen. In het vervolg van deze brochure gebruiken wij de naam trajectgroep. Deze aanduiding heeft al een wat langere geschiedenis en laat zien dat de leerlingen voluit op weg blijven naar de eindbestemming: het diploma. Veelal gebaseerd op drie pijlers: - observatie en begeleiding van leerlingen; - coaching van docenten; - partnerschap met ouders. Deelname aan de trajectgroep is altijd tijdelijk. De trajectgroep levert maatwerk en professionele ondersteuning voor: - leerlingen met een geformuleerde ondersteuningsbehoefte zoals bijvoorbeeld leerlingen die ondanks hun cognitieve niveau, dreigen uit te vallen of af te stromen; - docenten, onderwijsondersteuners, school en ouders/verzorgers met een geformuleerde ondersteuningsbehoefte. Bij deze doelgroep gaat het om geïndiceerde leerlingen die gebruik maken van een rugzak, als om leerlingen met frequent problematisch gedrag zonder indicatie. De trajectgroep kent ruwweg twee organisatievormen: een meer vaste groep en een flexibele (ambulante) groeperingsvorm (zie verder paragraaf 5). De dagelijkse leiding van de trajectgroep is in handen van de trajectbegeleider. In een aantal gevallen is dat een docent, soms een onderwijsassistent (soms combinaties). In een enkel geval is een orthopedagoog de dagelijkse aanstuurder. Soms blijkt de trajectgroep niet voldoende te kunnen ondersteunen. Dan kan er gekozen worden voor bijvoorbeeld een reboundtraject.
2. Achtergrond ontstaan trajectgroep Leerlingen die door de Commissie voor de Indicatiestelling positief geïndiceerd worden, krijgen een leerlinggebonden budget toegewezen. Dit leerlinggebonden budget (lgf), of “rugzakje” is bedoeld om de begeleiding van (docenten van) leerlingen met een handicap in het regulier onderwijs te optimaliseren. Op dit moment wordt het rugzakje in twee delen beschikbaar gesteld. Eén deel gaat naar het regulier onderwijs waar de leerling het onderwijs volgt en een ander deel gaat naar het REC of naar de school voor (voortgezet) speciaal onderwijs, die voor de extra ondersteuning en begeleiding zorg draagt. Door deze gelden te bundelen en in te zetten in het regulier onderwijs ontstaat een win-win situatie voor alle betrokkenen. Zie onderstaande twee voorbeelden. Voorbeeld 1: Pilot trajectgroep Regionaal Expertisecentrum 4.5 Noord-Holland en SWV 22.2 Schagen e.o, In 2007 hebben het REC Cluster 4 en het Samenwerkingsverband de handen ineen geslagen voor de uitvoering van een pilot. Het doel daarvan was het zoeken naar vormen van samenwerking om de begeleiding aan leerlingen en scholen te optimaliseren. De pilot vernieuwt en verbetert de reeds bestaande begeleiding door de VO-scholen en sluit goed aan bij scholen die al een bepaalde expertise, gericht op gedragsproblematiek en psychiatrische problematiek, in huis hebben. De trajectgroep is het resultaat van de bundeling van middelen en expertise. Het initiatief is uitgewerkt in een concreet plan waarin de samenwerking tussen het REC en het SWV is geregeld. In een convenant worden de wederzijdse verplichtingen vastgelegd. Veel belang wordt gehecht aan de kwaliteit van de uiteindelijke begeleiding, waarbij ook de verantwoordelijkheden die alle betrokkenen wettelijk hebben, duidelijk onderkend worden. Een deel van de middelen van het REC wordt ingezet voor coaching door medewerkers van het REC.
3
Op die manier wordt gezorgd voor een vorm van kwaliteitsbewaking en de inzet van specifieke expertise door het REC. Daartoe functioneert van uit het REC een coach. Die ziet o.m toe op de handelingsplannen per leerling die de school in ieder geval tot 1 augustus 2014 moet maken. Daarna is er een ontwikkelperspectief nodig. De trajectgroep wordt geleid door een trajectbegeleider, waarvan werkzaamheden worden vastgelegd in een taakomschrijving (bijlage 1). Hierin wordt verantwoording afgelegd over de wijze van begeleiden van lgf-leerlingen, de medewerkers t.b.v. de lgf-leerlingen, de werkzaamheden van de REC-coach en de besteding van de middelen.
John is een leerling in leerjaar 1 van de HAVO. Hij heeft sinds een half jaar een cluster 4 beschikking. John heeft een stoornis in het autistisch spectrum, PDD-NOS. De sociale antenne van John is gebrekkig ontwikkeld. En dat in een volle puberklas. Vooral in situaties waarin leerlingen communicatief moeten schakelen, moeten anticiperen en sociaal begrip moeten tonen is John erg onzeker. In zijn angst gaat hij heel rigide vasthouden aan regels en patronen Daardoor wordt het contrast met de groepsgenoten steeds groter. Er ontstaat soms ruzie, waarbij John doorschiet in overreacties. De docenten zien dit inmiddels aankomen en piepen de trajectbegeleider op. Voordat het dusdanig escaleert dat de drempel om de groep weer in te kunnen veel te hoog wordt, gaat John een uurtje naar de trajectgroep. Na een half jaar kan John zelf aangeven wanneer de druk te hoog wordt. Hij meldt dit aan de docent en gaat zelfstandig naar de trajectgroep.
Voorbeeld 2: Pilot Trajectgroep Samenwerkingsverband Noord-Kennemerland Een tweede voorbeeld betreft een pilot in Samenwerkingsverband Noord-Kennemerland (24.1), eveneens in 2007. De trajectgroep wordt gerealiseerd in de VMBO-afdeling van een school voor voortgezet onderwijs. De opzet is grotendeels gelijk aan de pilot in SWV Schagen e.o. Men verruimt echter de populatie. Naast leerlingen met leerlinggebonden financiering cluster 4, worden ook leerlingen toegelaten die niet over lgf beschikken. Volgens het Zorg- en adviesteam (ZAT) zouden deze leerlingen er echter wel voor in aanmerking komen. Door een uitblijvend akkoord van de ouders met de aanvraag of het niet voldoen aan de criteria wordt de leerlinggebonden financiering niet verleend. Deze leerlingen vertonen echter wel voortdurend gedrag, dat op een aantal momenten niet hanteerbaar is in de reguliere lessen. Het aantal leerlingen zonder lgf bedraagt 30 tot 40% van de trajectgroeppopulatie. De VO-school zal op basis van de pilot-ervaringen de trajectgroep ook blijven openstellen voor leerlingen zonder lgf. De verruiming vraagt om een stukje aanvullende fiananciering waarin de school zelf voorziet.
Cindy zit in het tweede leerjaar van VMBO T. Cindy stelt hoge eisen aan het pedagogisch uithoudingsvermogen van de docenten. Ze heeft regelmatig de spullen niet mee, huiswerk is niet in orde. Haar grootste probleem is echter dat ze zich nergens op laat aanspreken. Op waarschuwingen en vermaningen reageert ze grof en vaak respectloos. Cindy heeft een tijdje in de reboundvoorziening gezeten. Men wilde een cluster 4 beschikking gaan aanvragen, maar Cindy’s ouders werken niet mee. Hoewel dus erg moeilijk in de omgang hebben veel docenten wel een zwak voor haar. Zoals een docent zegt: “Als je er eenmaal doorheen gebroken bent, staat daar een lief behulpzaam kind dat ook niet weet hoe het verder moet.” Al vaak is de term oppositioneel-opstandig gevallen, maar een leerlinggebonden financiering zit er niet in. Om die reden is in het ZAT besloten om Cindy toegang te verlenen tot de trajectgroep. Op het moment dat haar gedrag tijdens de reguliere lessen over de grenzen van hanteerbaarheid gaat, krijgt ze haar trajectkaart waarmee ze naar juf Ilse gaat. Dat is een onderwijsassistente die er op getraind is problemen niet verder te laten escaleren. Ze zorgt er voor dat Cindy niet in toenemend verzet vervalt. Na een heftige uitbarsting verblijft Cindy vaak de rest van de dag in de trajectgroep. Twee keer in de week volgt Cindy er een communicatietraining.
4
3. Doelen en beoogde opbrengsten van een Trajectgroep Doelen - Voorkomen van uitval van leerlingen die qua cognitief niveau bij binnenkomst het gekozen opleiding zouden moeten aankunnen, maar die vanwege gedrags- en/of sociaal-emotionele problematiek dreigen uit te vallen of af te stromen naar een lager niveau. - Begeleiden van de huidige leerlingen met een rugzak in cluster 2, 3 of 4 die aangewezen zijn op een tijdelijke opvang buiten de klas (doorgaans cluster 4). - Voorkomen dat leerlingen de school voortijdig verlaten zonder diploma; het in stand houden van het sociale netwerk van de leerlingen. - Ondersteuning van docenten in het handelen m.b.t. leerlingen met een speciale onderwijsbehoefte. - Werken met één handelingsplan omdat het begeleidingsplan van REC 4 is opgenomen in het handelingsplan van de school. - Ouders ondersteunen in hun rol als pedagogische partner van de school. - Planmatig, handelings- en oplossingsgericht werken door alle betrokkenen. Beoogde opbrengst - De ondersteuning wordt gebundeld en toebedeeld aan de trajectbegeleider. Daardoor is de ambulante begeleiding geen “los element” naast de school is, maar een geïntegreerd deel van het begeleidingssysteem. De begeleiding voor de leerling en de ondersteuning van desbetreffende ouders/verzorgers houden een grotere continuïteit en alertheid in. - Docenten worden versterkt in de vroegtijdige signalering van leer- en ontwikkelingsbelemmeringen doordat ze gevraagd worden aan te geven welke leerlingen mogelijk in aanmerking komen voor plaatsing in de trajectgroep. Expertise wordt ook versterkt door ondersteuning bij handelingsverlegenheid van docenten in het omgaan met leerlingen met specifieke problemen. - Ouders hebben een korte, rechtstreekse lijn met de trajectbegeleider, waardoor er meer rust en basisveiligheid bij ouder en kind ontstaan. - Geïntegreerde implementatie handelingsplan. - Draagt bij aan oplossingen voor onderwijsbehoeften van leerlingen. - Tijdig afwegen van een passende onderwijsplek, professioneel en flexibel maatwerk. - Minder uitstroom en minder afstroom, minder voortijdig schoolverlaters. - Draagt bij aan het voorkomen van thuiszitters (leerlingen die nog wel leerplichtig zijn, maar helemaal niet meer naar school gaan). - Handelingsgerichte advisering t.b.v. docenten en ouders/verzorgers. - Bieden van een consultatiemogelijkheid voor docenten en zorgcoördinatoren. De trajectbegeleider gaat nauw samenwerken met de mentoren en andere collega’s en kan integreren met het zorgteam (en dus waar nodig met de ketenpartners), waardoor er meer ervaring en kennis uitgewisseld kan worden. Als de trajectgroep “leeg” is kan de trajectbegeleider de volgende activiteiten ontplooien: observeren of assisteren in de groep. Een stap verder is coaching. De docent krijgt feedback op zijn aanpak van de klas waarin leerlingen zitten die van de trajectgroep gebruik maken.
4. Afstemming en toeleiding van een trajectgroep in de begeleidingsstructuur van de school Voor de formulering van een toeleiding naar de trajectgroep als een onderdeel van het gehele ondersteuningsaanbod plaatsen we in het schema hieronder een voorbeeld van een mogelijke inbedding van de trajectgroep in de ondersteuning van een VO-school. Het voorbeeld betreft reeds zittende leerlingen in de VO-school. In de bijlage treft u een schema voor plaatsing van onderinstromers in de trajectgroep 5
Steun waar nodig
Sterke basis primaire proces
Integrale ondersteuningsroute
Start of voortzetten integraal leerlingdossier Stap 1 (observeren en signaleren) Docent observeert en signaleert in de klas, de ouders signaleren thuis of er komen signalen uit de omgeving van het kind. handelingsplan opstellen Overleg met mentor. uitvoeren en evalueren
Met ouders kijken naar kansen en oplossingen, ondersteunings-adviezen voor thuis, omgeving en op school.
- Informeren - Uitwisselen - Aanmelding intern zorgoverleg bespreken Mogelijk aanmelding - Instemming vragen Trajectgroep
Handelingsplan bijstellen en uitvoeren Aanvullen, uitvoeren en evalueren Stap 3 (interne zorgoverleg) Bespreking met disciplines binnen de school. Vaststellen ondersteuningsbehoeften kind, school, ouders en omgeving.
Handelingsplan bijstellen aanvullen, uitvoeren en evalueren Stap 4 (bespreking in het ZAT) Multidisciplinaire bespreking in ZAT. Op grond van eerdere evaluaties ondersteuningsbehoeften kind, school 1 kind, 1 gezin,vaststellen. 1 plan, evaluatie en ouders opnieuw Past dit nog binnen het ondersteuningsprofiel Handelingsplan bijstellen van de school. aanvullen,aanstellen uitvoeren (onderwijs, en evalueren Casemanager
Handelingsplan bijstellen aanvullen, uitvoeren en evalueren Stap 5 (bespreking in PCL) Indien de trajectgroep onvoldoende soelaas biedt, Handelingsplan afwegen waar debijstellen vervolgondersteuning gegeven kan/moet worden. Vaststellen aanvullen, uitvoeren en evalueren of er zwaardere vormen ingezet moeten worden zoals de rebound of de VSO.
Handelingsplan bijstellen Aanvullen, uitvoeren en evalueren Stap 6 (nazorg en evaluatie) Evaluatie van geboden arrangementen, nazorg kind/ouders. Signalering knelpunten tbv beleidsadviezen school of SWV.
Start integraal leerlingdossier en handelingsplan.
Signaleren - Overdracht gegevens - Toetsen/ cijfers - Verzuim registratie - Incidenten - Informatie ouders/omgeving
Handelingsplan opstellen uitvoeren en evalueren Stap 2 (collegiale consultatie) Mentor deelt zorg met zorgcoördinator. handelingsplan bijstellen Indien nodig collegiale consultatie interne aanvullen, uitvoeren evalueren deskundigen (w.o. consulten trajectbegeleider)
Dossier Route* Overdrachtsgegevens
Stap 0: (warme) overdracht
zorg) deze is verantwoordelijk voor bijstellen en uitvoeren plan
Speciaal als het moet
Contact ouders/omgeving
Intern: - Leerlingbespreking - Rapportenvergadering - Schoolpedagoog/psycholoog leerlingbegeleider - Trajectgroep - Andere interne ondersteuner
(Mogelijke) aanmelding Trajectgroep.
- Informeren, uitwisselen - Aanmelding Trajectgroep, ZAT bespreken - Instemming vragen - Visie ouders - Visie leerling
- Ouders informeren over uitkomst ZAT - Bespreking te nemen stappen - Ondersteuning ouders daar bij
- Ouders informeren over uitkomst PCL - Bespreking te nemen stappen - Ondersteuning ouders daarbij - Evaluatie; Hoe gaat het nu met kind/ouders
Integraal leerlingdossier verder aanvullen. Gebruik makend van verslag handelingsplan, observaties, did. toetsen, cijfers, LVS, Magister (LVS), incidenten registratie,verzuimregistratie, gegevens vorige school(en), oudergesprekken (ouder)vragenlijsten, medische gegevens, psych, info ouders, info betrokken instanties.
Integraal leerlingdossier verder aanvullen Aantonen dat de grens van de ondersteuning zoals geboden in de trajectgroep bereikt is.
Integraal leerlingdossier verder aanvullen. Gebruik makend van verslag handelingsplan, observaties, did. toetsen, cijfers, LVS, Magister, incidentenregistratie,verzuimregistratie,gegevens vorige school(en), oudergesprekken (ouder)- vragenlijsten, medische gegevens, psych, info ouders, info betrokken instanties.
* Model ontleend aan Samenwerkingsverband Utrecht / Vechtstreek
6
Toelichting ondersteuningsroute m.b.t. de trajectgroep Een aanmelding richting van de trajectgroep start altijd bij de signalering door de docent in de klas (STAP 1). Iedere docent moet in staat zijn om signalen bij leerlingen, die wijzen op leer-, gedrags-, opvoed- en opgroeiproblemen tijdig te signaleren en op te pakken. De docent zal proberen het eigen handelen beter af te stemmen op de behoeften van de leerling en afwegen of (STAP 2) het consulteren of inschakelen van anderen nodig is. Dat zal meestal eerst een collega (de mentor) of de zorgcoördinator zijn maar kan ook de trajectbegeleider zijn of functionarissen bij een leerlingenbespreking. Als er zorgen blijven bestaan over de leerling wordt dit met de ouders en de leerling besproken en wordt een plan van aanpak opgesteld, uitgevoerd en geëvalueerd. In STAP 3 wordt de leerling in het interne zorgoverleg (IZO) van de school besproken. Het intern zorgoverleg bespreekt de problemen met de disciplines binnen de school en gezamenlijk wordt vastgesteld wat de ondersteuningsbehoefte van de leerling, de school, de ouders en de omgeving zijn. De uitkomst hiervan kan zijn dat de leerling in de trajectgroep geplaatst wordt. Afhankelijk van dit besluit wordt het handelingsplan bijgesteld, aangevuld, uitgevoerd en geëvalueerd. In een aantal gevallen is nog niet duidelijk of de trajectgroep het juiste antwoord biedt op een complexe hulpvraag. Men consulteert het ZAT. STAP 4 betreft de ZAT-bespreking: multidiscplinair overleg met de ketenpartners. Op grond van de eerdere evaluaties stelt het ZAT de ondersteuningsbehoeften van de leerling, de ouders en de school opnieuw vast en kan men o.m. besluiten tot een plaatsing in de trajectgroep. Na het genomen besluit wordt de leerling in de trajectgroep geplaatst. Daartoe wordt het bestaande handelingsplan bijgesteld, uitgevoerd en geëvalueerd. STAP 5 bespreking in de PCL vindt plaats als de ondersteuningsvraag de mogelijkheid van de trajectgroep in de school overstijgt en er wordt afgewogen welke zwaardere ondersteuning, zoals een reboundtraject, geboden moet worden. Dit uiteraard In samenspraak met de ouders en de leerling. Het handelingsplan wordt bijgesteld, aangevuld, uitgevoerd en geëvalueerd. STAP 6: evaluatie van de geboden arrangementen en nazorg voor leerling en ouders maken steeds deel uit van de cyclus t.b.v. beleidsadviezen school of SWV VO
5.
Werkwijze trajectgroep
Een trajectgroep met een redelijk vaste bezetting bestaat uit zo’n 12- 18 leerlingen (zie beide voorbeelden). Een trajectgroep met een meer ambulant karakter zal zo’n 20 à 30 leerlingen kunnen bedienen. Doorgaans treffen we de trajectgroep aan in de ambulante vorm, vandaar de nadere uitwerking van alleen deze vorm. Voor een voorbeeld van een trajectgroep met een vaste bezetting verwijzen we naar bijlage 3. Trajectgroepleerlingen in de ambulante trajectgroep volgen in principe het lesrooster van de eigen klas. Er zijn hierbij trajectgroepen, waarin de leerlingen de dag altijd collectief starten. Gecontroleerd wordt of het huiswerk van de vorige dag gemaakt is, iedereen zijn spullen in orde heeft en de planning van de dag duidelijk is (om bijvoorbeeld te anticiperen op onverwachte gebeurtenissen). Als dat tijdens lessen of schoolmomenten nodig is, kunnen de leerlingen terugvallen op de trajectgroep voor extra ondersteuning en begeleiding. De trajectgroep is er niet alleen voor tijdelijke opvang van leerlingen, maar biedt ook expertise en ondersteuning aan de docenten, de ouders en het ondersteuningsbeleid van de school. Een trajectgroep heeft dus nadrukkelijk niet de functie van uitstuurlokaal. De ondersteuning in de trajectgroep is altijd tijdelijk. Doel is dus het weer deelnemen aan alle lessen van het eigen rooster. In de dagelijkse praktijk bepalen de trajectbegeleider en de school in overleg met leerling en ouders, hoe en wanneer er gebruik gemaakt kan worden van de trajectgroep. Deze afspraken staan vermeld in het handelingsplan en zijn bekend bij alle docenten die de leerling lesgeven.
7
Voorbeelden. - Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben gaan vóór en/of na hun lessen naar de trajectgroep om een gestructureerde aanpak te leren betreffende planning van de schooldag en het huiswerk thuis. - Leerlingen kunnen in de trajectruimte werken tijdens hun tussenuren. - Voor leerlingen die rust in de pauze nodig hebben, staat de trajectruimte open. - Er kunnen toetsen worden gemaakt. - De leerlingen kunnen in de trajectgroep terecht tijdens de vakles als dit, incidenteel, nodig mocht zijn voor de rust van de leerling, zijn / haar klasgenoten en de docent ( uiteraard in overleg met alle betrokken partijen). De leerling gaat daar met instructie- en/of studiewijzer voor het vak, aan de slag. - De leerling heeft individuele begeleidingsgesprekken met de trajectbegeleider. De onderwerpen van deze gesprekken zijn afhankelijk van de problematiek van de leerling, te denken valt aan: agressieregulatie, het aanleren van stappenplannen bij spanning, angst of boosheid, sociale vaardigheden, het aangaan van vriendschappen, samenwerken enz. Afspraken over de frequentie en de inhoud van de begeleidingsgesprekken staan in het handelingsplan. - Trainingen (zowel individueel als groepsgewijs). - Docenten kunnen bij de trajectbegeleider terecht met vragen over de aanpak van de leerling (denk aan het geven van structuur, duidelijk taalgebruik, plaats in de klas, noteren van huiswerk). - De trajectbegeleider kan, na afspraak, in de lessen komen om te observeren. Er wordt altijd geobserveerd naar aanleiding van een vraag van de docent of trajectbegeleider. Het gedrag van de individuele leerling wordt geobserveerd, maar ook de interactie van de leerling met klasgenoten en de interactie tussen de leerling en de docent. De observatie wordt nabesproken met de betreffende docent. Op die manier kan zowel de leerling als de docent er profijt van hebben in hun onderlinge samenwerking - De trajectbegeleider kan de personeelsleden informeren over een bepaalde rugzakleerling of voorlichting geven over bijvoorbeeld de aspecten binnen het autistisch spectrum en literatuurtips en handelingsaanwijzingen geven. - De trajectbegeleider houdt korte lijnen met ouders/verzorgers. - Vaak zijn er afspraken gemaakt over het vervolgtraject in geval de trajectgroepplaatsing geen soelaas biedt, zoals bijvoorbeeld een snelle plaatsing in de reboundvoorziening.
6.
Voorwaarden trajectgroep
Uitgangspunten: integrale blik, sterke basis van het primaire proces, steun waar nodig en speciaal als het moet. Voor alles gaat dat de directie en de docenten zich committeren aan de doelstellingen en de werkwijze van de trajectgroep. Het gaat dan om de trajectgroep zowel als een voorziening in de zorgstructuur van de school als om een antwoord op de hulpvraag van de leerling. Er is een sterke gerichtheid op het creëren van draagvlak binnen de school. - Inbedding van de trajectgroep in de interne zorgstructuur. - Bereidheid om de interne zorgstructuur waar nodig te professionaliseren, te versterken en te faciliteren. - Scholing en coaching voor alle medewerkers in het oefenen van de integrale blik. - Scholing in het primaire proces m.b.t. omgaan met leerlingen met lastig gedrag en het verbeteren van het klassenmanagement. - Scholing van teamleiders en zorgcoördinatoren in het handelings- en oplossingsgerichte voorzitten van een leerlingbespreking. Voeding door een externe ondersteuner (coach) van het REC. Deze kan ondersteunen bij: - het begeleiden van het proces bij het opstarten van de trajectgroepen op de scholen (per school; - het geven van informatie en voorlichting aan docenten, leerlingen en ouders in de startfase; 8
-
het adviseren t.a.v. professionalisering van de interne zorgstructuur in relatie tot de trajectgroep; het coachen van de trajectbegeleiders; het monitoren van de trajectgroep.
7. De start van de trajectgroep Om de kans van slagen van de trajectgroep binnen de school te optimaliseren, is het belangrijk dat er vooraf een duidelijk plan ligt. Werk eerst een kaderplan in grote lijnen uit. Maak dit samen met de interne deskundigen en met de ondersteuning van de REC-coach. Het DammanCollege wil graag op Passend Onderwijs vooruitlopen. Men vindt dat het ambulant begeleidingsmodel vervangen moet worden door een geprofessionaliseerde eigen opvang van rugzakleerlingen in de school. Daartoe maakt men met het REC cluster 4 een eerste plan. De REC ambulant begeleider, die al veel gevallen onder zijn hoede heeft, wordt de trajectbegeleider. Het Damman slaat twee vliegen in een klap. Men heeft een vakman in huis op gebied van leerlingen met een ontwikkelingstoornis en het REC blijkt bereid een flink deel (75%) van het ambulant begeleidingsbudget af te staan. De school gaat de trajectgroep opzetten voor 12 LGF-leerlingen. De rector rekent even ruw uit: 12 x 3000 euro en 12 keer 2250 is bij elkaar € 63.000,-. Nou daar kom ik een heel eind mee. We gaan nu regelen: - populatiebeschrijving (cluster 4 leerlingen, met een enkel vergelijkbaar geval zonder rugzak) - toeleiding tot trajectgroep ZAT; verantwoordelijk voor handelingsplannen zorgcoördinator - commitment docenten: op studiemiddag bezoek brengen aan twee bestaande trajectgroepen, open discussie over voor- en nadelen aan de hand van stellingen - werkwijze in de trajectgroep samen met het REC: wat leveren wij in plaats van de ambulante begeleiding (eigen veilig home, planningstraining, strategie begrijpend lezen, omgaan met emotie) - doelstellingen: maatwerktraject realiseren cluster 4 leerlingen, de-escalatie en gedragsbeïnvloeding, bevordering naar volgend leerjaar, perspectief behouden op diploma, voorkomen doorverwijzing cluster 4 - aansturing trajectbegeleider en zorgcoördinator:afdelingsleider onderbouw VMBO - inhoudelijke ondersteuning: door het REC - in servicetraining trajectbegeleider: VSO-ZMOK of REC, meelopen in bestaande trajectgroepen - (aanvullende) diagnostiek: punt nog niet opgehelderd - lokaal: lokaal ex-taalklas op tweede verdieping; kosten lokaal uitrekenen - commitment ouders: formeel vaststellen, want de vertrouwde AB-er komt immers niet meer. - route MR uitzetten. Er wordt een commissie gevormd. Deze gaat het plan uitwerken: inhoudelijk, financieel en personeel. Deze zal zich ook buigen over noodzaak, aanstelling en bekostiging van een orthopedagoog of psycholoog.
Pas als voor dit kaderplan voldoende draagkracht bestaat binnen de school (ter beoordeling van het management) en zowel het management als REC akkoord kunnen zijn met de inhoud, kan een definitief “go” worden gegeven. De MR van een school heeft adviesrecht. De ouders van leerlingen met een rugzak moeten van te voren geïnformeerd worden. Individuele begeleiding wordt ingeruild voor een permanente voorziening in school. Van belang daarbij is dat het REC er natuurlijk ook achter staat. Het kaderplan kan vervolgens praktisch uitgewerkt en ingevuld worden. Zie voorbeeld bijlage 3.
8. Overleg binnen de school, met ouders en REC, kwaliteitszorg, financiering en ontwikkeling Overleg binnen de school De trajectgroep moet geen eendagsvlieg zijn. Betekent dat de directie naar maximaal draagvlak moet streven. Onder de docenten kan scepsis heersen, waarbij men bijvoorbeeld de volgende vragen stelt: 9
-
waarom zou de trajectgroep beter zijn, dan de individuele begeleiding; als we voor dit initiatief reclame maken, dan komen alle moeilijke gevallen op ons af; de trajectgroep vormt een vrijbrief om leerlingen eruit te sturen; als leerlingen het in de lessen te bont maken, moeten ze straf krijgen en niet orthopedagogisch beloond worden; we krijgen tweespalt in de school: sommige leerlingen die zich misdragen genieten een privilege en andere leerlingen niet; die trajectgroep zit al snel vol en wat moeten we dan, nog een trajectgroep maken; wij voelen dat we ongewenst opschuiven van vakdocent naar zorgdocent.
In de discussie zal de meerwaarde moeten blijken. Daarbij is de ervaring dat met de aanstaande invoering van passend onderwijs, de argumenten om een trajectgroep te vormen sterker worden. Als de invoering aanstaande is, moet men het (vrijwel) eens zijn over de volgende aspecten: - de meerwaarde; - de populatie en de afgrenzing; - onder welke voorwaarden gaat een leerling naar de trajectgroep; - wat gaat de school doen als de trajectgroep ook geen oplossing biedt; - zit er voldoende deskundigheid op; zit er voldoende formatie op; - hoe zetten we deze formatie in als de trajectgroep leeg is; - gaan de ouders instemmen; - zit er een limiet aan het aantal rugzakleerlingen dat wij opnemen of anders gezegd: zijn andere VO-scholen in ons samenwerkingsverband te bewegen ook trajectgroepen in te richten in verband met spreiding en evenwicht. Zorg dat bij de discussies het REC aan tafel zit. Overleg met REC en ouders Voor de REC’s is de vorming van trajectgroepen in meerdere opzichten interessant. Ook de REC’s zullen zich afvragen of het ambulant begeleidingsmodel niet zijn langste tijd gehad heeft. Is het niet raadzaam de deskundigheid gebundeld in te zetten in een permanente voorziening. Snijdt het mes niet aan twee kanten als de VO-school kiest voor de aanstelling van een trajectgroepbegeleider, die voorheen ambulant begeleider was. Punten voor overleg: - kwaliteit van de begeleiding via de trajectgroep: komt die overeen met de oorspronkelijke individuele handelingsplannen; - overdracht van REC-middelen naar de VO-school op basis van het convenant; - deskundigheid en inzet trajectbegeleider: REC-medewerker of een door de VO-school zelf opgeleide functionaris); - betrokkenheid bij de evaluaties van de aanpak; - invulling van de consultfunctie van het REC. Plaatsing in een trajectgroep zonder akkoord van de ouders is in geval van lgf onmogelijk en bij ouders van leerlingen zonder lgf onwenselijk. Beleg een goed voorbereide vergadering. Praktijkvoorbeelden leren dat de ouders nauwkeurig willen weten wat de trajectgroep voor hun kind kan betekenen, afgezet tegen de vertrouwde ambulante begeleiding. Zet de individuele en op afspraak geregelde begeleiding af tegen een permanente voorziening. Kwaliteitszorg Kwaliteitszorg is het geheel van activiteiten dat ondernomen wordt om de kwaliteit van het onderwijs (c.q. de school) te onderzoeken, te borgen of te verbeteren, en openbaar te maken. Kwaliteitszorg kent meerdere functies waarvan de belangrijkste zijn: - verantwoording afleggen; - communicatie over de kwaliteit met alle bij de school betrokken personen en groepen; - verbetering van de prestaties; - het tijdig signaleren van zwakke plekken en het opstellen van een verbeterplan.
10
In de uitvoering van deze functies wordt de trajectgroep meegenomen. Aspecten voor de trajectgroep: - leveren de leerlingen prestaties in overeenstemming verwachtingen (diplomaperspectief / afstroom / doublures); - functioneert de trajectgroep tot tevredenheid van docenten, leerlingen en ouders (worden de doelstellingen behaald; o.a. tevredenheidsonderzoek); - het blijkt dat de trajectgroep geen tweede uitstuurlokaal is geworden; - kan aangetoond worden dat de VO-school die de trajectgroep heeft ingericht niet onevenredig belast wordt met ernstige problematiek van leerlingen ten opzichte van andere VO-scholen in het samenwerkingsverband; - er is evaluatief overleg met het REC; aantonen vanuit de doelstellingen dat de trajectgroep een veel meer door de school gedragen oplossing biedt dan de ambulante begeleiding en dat niet ingeboet is op deskundigheid. Financiering De meeste trajectgroepen die wij kennen zijn de hele week open gedurende de gehele schooldag. Er zijn enkele uitzonderingen (kleine scholen) die de trajectgroep voor vier dagen kunnen borgen. Leerlinggebonden budget per 1 augustus 2012 voor het voortgezet onderwijs (bedragen per schooljaar) Toelaatbaar verklaard tot onderwijs van Clusters cluster 2: dove kinderen cluster 2: slechthorende kinderen cluster 3: lichamelijk gehandicapte kinderen cluster 3: langdurig zieke kinderen met een lichamelijke handicap cluster 3: zeer moeilijk lerende kinderen cluster 3: meervoudig gehandicapte kinderen met de combinatie: doof en zmlk / doof en blind / slechthorend en zmlk cluster 3: meervoudig gehandicapte kinderen met de combinatie: lich. gehandicapt en zmlk cluster 4: kinderen met gedragsproblemen en/ of psychiatrische problematiek
voor PrO en LWOO *
voor overig VO
voor AB (rechtstreeks naar REC)
personeel en materieel deel 2.469,08 1.587,26 1.616,66
personeel en materieel deel 3.203,94 3.203,94 3.203,94
personele deel 5.234,18 3.385,41 4.519,88
materiële deel 580 224 421
1.587,26
3.203,94
2.923,22
246
1.587,26
3.203,94
2.923,22
134
1.587,26
3.203,94
3.385,41
285
1.587,26
3.203,94
2.923,22
246
1.587,26
3.203,94
2.923,22
246
* Voor leerlingen met een beschikking praktijkonderwijs (PrO) of VMBO met leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) wordt een korting toegepast op het schooldeel
Er zijn al wel pogingen gedaan om met REC 2 en REC 3 tot overeenstemming te komen over opname van leerlingen in de trajectgroep met een cluster 2 en 3 beschikking. Dit vanwege de overlap in problematiek met cluster 4. Bijvoorbeeld een communicatief beperkt kind met een stoornis in het autistisch spectrum (met een cluster 2 beschikking) of een leerling met stoornis in het autistisch spectrum met niet andere (gestapelde) problematiek (hebben soms een cluster 3 beschikking vanwege de bereikbaarheid van voorzieningen). We gaan bij de berekening echter uit van cluster 4. Bij 10 leerlingen bedragen de inkomsten € 55.808,55. Uitgaande van 75% van het REC-deel en dat het leerlingen betreft zonder LWOO- of PrO-beschikking (korting op schooldeel, zie eerste kolom). Bij 15 leerlingen is dat € 83.712,83. 11
Loonkosten en materiële kosten. Loon op jaarbasis - halverwege gevorderd - in een salarisschaal met doorberekening alle werkgeverslasten – volledige benoeming: - onderwijsassistent € 37.492,00 - leraar € 50.370,00 - orthopedagoog € 57.745,00 - aansturing directie (afdelingsleider) € 58.120,00 Onderwijsruimte, uitgaande van een apart lokaal trajectgroep (doorgaans een klaslokaa): - theorielokaal € 7,80 per klokuur - vaklokaal € 11,14 per klokuur Stel: theorielokaal 8 klokuren per dag open, op jaarbasis € 12.480,00
Rekenvoorbeeld bij 15 LGF leerlingen inkomsten: € 83.712,83 (als er 5 lln met VMBO-LWO zijn is het bedrag € 75.629,49) Uitgaven: - docent (0,7 fte): - onderwijsassistent (0,5 fte) - orthopedagoog (0,1 fte) - aansturing directie (0,05 fte) - lokaal Totaal uitgaven
€ 30.222,00 € 18.746,80 € 5.774,50 € 2.906,00 € 12.480,00 € 70.129,30
Ontwikkelingen: de trajectgroep in Passend Onderwijs De trajectgroep is een overzichtelijke, betaalbare maatregel die goed aansluit op de doelstellingen van passend onderwijs. Op elke school zullen er leerlingen zijn met een aantoonbare ondersteuningsbehoefte, waarvoor een afgebakend ondersteuningsarrangement nodig is. De organisatie daarvan in de aanloopjaren naar passend onderwijs biedt een orthopedagogisch en financieel kader voor straks. In 2014 komt de wijze van financiering en begeleiding zoals we die nu kennen te vervallen. In het Ondersteuningsplan van de nieuwe samenwerkingsverbanden worden afspraken gemaakt over de inzet van ondersteuningsmiddelen, de indicatie en het in stand houden dan wel het inrichten van nieuwe voorzieningen. De trajectgroep is een voorziening die gemakkelijk kan doorlopen vanuit de oude naar de nieuwe situatie. Elk samenwerkingsverband zal echter daartoe beleidskeuzes moeten maken: vinden we de trajectgroep in passend onderwijs een waardevol ondersteuningsarrangement en indien ja, hoeveel middelen willen we er voor gaan uittrekken. De rugzak is over een paar jaar verleden tijd. De verwachting is dat een aantal rugzakwaardige leerlingen in de toekomst minder frequent of niet meer gediagnosticeerd zal worden. Dit geldt voor de instromende leerlingen, maar wellicht ook voor zittende leerlingen. De druk om onderzoek ook te verrichten om leerlinggebonden financiering te verkrijgen wordt veel minder groot. Hoe het ook zij, een permanente voorziening in de school zelf is van groot belang vanwege de volgende bijkomende aspecten: - naast hulp voor leerlingen met ernstige frequent optredende gedragsproblemen kan de trajectgroep diagnostiek voorbereiden (observatiefunctie); - doordat de school ervaring heeft opgedaan met een permanente voorziening voor leerlingen met een complexe hulpvraag kan van daaruit ook beter gesignaleerd worden; - ontwikkelingsperspectieven van leerlingen, die vragen om een schoolinterne orthopedagogische time-outmogelijkheid, kunnen door de trajectgroep gerealiseerd worden;t Samenwerkingsverband kan de deskundigheid bevorderen door een kenniskring trajectbegeleiders in te stellen.
12
Bijlage 1 Taakomschrijving functionarissen betrokken bij trajectgroep
Zorgcoördinator (ZC)
Trajectbegeleider (TB)
REC 4 Ambulante begeleider
Taken - Verantwoordelijk voor het beleid, jaarlijkse evaluatie/jaarverslag, intake, inhoudelijke begeleiding/aansturing Trajectroep, . - Informeren afdelingsleider - Toelating berust bij zorgcoördinator en afdelingsleider - Voorzitterschap toelatingscommissie TG - Voorzitter leerlingbespreking binnen TG - Zorgt voor leerling-dossier volgens LGF plan - Intake en introductie TG - Verantwoordelijk voor (her)indicaties - Verantwoordelijk voor voorlichting (folders ) /thema avonden ouders Plaats van de taak: - is een functie voor een HBO-er met een passende studierichting - de TB functioneert direct onder de zorgcoördinator Taken tbv uitvoering : - Ondersteunt zorgcoördinator bij intake - Ondersteunt zorgcoördinator bij (her)indicaties - Draagt zorg voor introductie leerling in TG - Schrijft begeleidingsplan / handelingsplan - Draagt zorg voor uitvoering van handelingsplan - Voorbereiding en uitvoering van de evaluatie van begeleidings- en handelingsplan - Informeert en ondersteunt mentoren/docententeam - Terugrapportage over het verloop/ontwikkelingen aan zorgcoördinator - Verwerking Magister/ leerling werkdossiers/schriftelijke verslaglegging begeleidingsgesprekken - Deelname aan leerlingbespreking met docententeam en binnen Trajectgroep - Levert gegevens aan zorgcoördinator voor jaarverslag. - Ondersteuning ZC bij ontwikkeling voorlichting/ thema avonden ouders. - Deskundigheidsbevordering/scholing Taken tav de directe begeleiding van de leerlingen: - Volgt leerling bij de schoolse taken biedt ondersteuning bij : huiswerkplanning/organisatie/ opdrachten. - Opvang leerlingen, aanwezig tijdens pauzes, surveillance bij toetsen - Volgt en bespreekt met de leerling: behaalde cijfers, aanwezigheid. - Bemiddelt bij conflicten met docenten/ medeleerlingen - Signaleert tijdig onderwijsbelemmeringen. - Begeleidt leerling op vergroten sociale competentie en emotionele ontwikkeling - Doet aanbevelingen voor oplossingen vanuit het perspectief van de stoornis - Schept een klimaat waarin zorgleerlingen gedijen - Heeft een adviserende rol ten aanzien van toelating - Zitting in leerlingbespreking TG - Adviseert de TG mbt begeleiding, evaluaties en schrijven van BP en HP - Houdt kwaliteitscontrole op het project volgens het ZEK-kader, bespreekt dit met ZC en TG. - Voert communicatie met ZC. - Coördineert de herindicaties. - Heeft een actieve rol bij het doorplaatsen van leerlingen naar vervolgonderwijs. - Adviseert inhoudelijk bij nieuwe aanvragen voor indicaties. - Signaleert of de school de wettelijke formaliteiten uitvoert mbt de begeleiding aan de leerling - Neemt op verzoek deel aan evaluatie gesprekken
(bron: projectplan OSG Willem Blaeu (Alkmaar, 2010)
13
Bijlage 2 Procedure plaatsing in de trajectgroep onderinstromers Aanmelding en plaatsing (s)bao / so voortgezet onderwijs
Schoolcontact - Bij (s)bao-scholen zijn de trajectgroepen bekend -(s)bao kan advies vragen aan de PCL-PO/VO * -(s)bao controleert de geldigheid van de lgf-indicatie
Contact ouders/omgeving - Ouders in vroegtijdig stadium ingelicht over plaatsing en werkwijze - REC-begeleider geïnformeerd - Akkoord van ouders met eventuele aanvraag / verlenging van de lgf-indicatie
Dossier Route - Indien advies PCL PO/VO overdracht van dossiergegevens - I.v.m. toelatingsbeslissing VO dossiergegevens naar VO
Aanmelding in aanmeldingsweek, voorzien van de gebruikelijke documenten.
Warme overdracht - Gesprek (s)bao-so / VO - Invlechting evt. advies PCL PO/VO - Mogelijk nog observatie door VO of medewerker OPDC
-
Ouderadvisering - Met ouders kijken naar de mogelijkheden die trajectgroep biedt - Hierin REC-begeleider meenemen - Afwegen t.o.v. van andere mogelijkheden zoals plaatsing in VSO of OPDC
Overdrachtsgegevens - onderwijskundig eindrapport - testrapportage van testbureau** - gegevens leerlingvolgsysteem - rapportages onder andere ook GGZ / jeugdzorg
Plaatsingsbesluit Plaatsingscommissie (in overleg met medewerkers trajectgroep OPDC: Commissie van toelating en begeleiding Soms advies nader onderzoek Overleg met REC of VSO Overleg met de ouders / handelingsplan vaststellen
Instappen in model op blz. 6 bij STAP 3
* PCL-PO/VO: bovenschools toewijzings- en advieslichaam, onder andere gericht op de overstap van leerlingen met een lgf- beschikking van uit (speciaal)basisonderwijs, speciaal onderwijs naar voortgezet onderwijs. ** Testrapportage testbureau: vrijwel alle eindgroepleerlingen (speciaal)basisonderwijs worden door een samenwerkend testbureau onderzocht (psychologisch, sociaal-emotioneel en op gebied van leervorderingen). (bron: SWV Noord-Kennemerland VO (Alkmaar 2010)
14
Bijlage 3 Trajectgroep met vaste bezetting: AOC Clusius College, Heerhugowaard http://www.swvnoord-kennemerland.nl/swv/documenten-swv/71-overige-documenten
Bijlage 4 Voorbeeld kaderplan, zie link naar trajectgroep en nieuwsbrief SWV Zuid-Kennemerland http://www.samenwerkingsverband-zuid-kennemerland.nl/index.php?pagina=trajectgroepen
15