Topsport
Revalidatie Magazine jaargang 18
in het
revalidatiecentrum
> Fit blijven in de rolstoel > Revalidatie Kennisnet in gebruik > Comarevalidatie > ‘Revalidatie is een belangrijke groeimarkt’ > Chronische rugklachten ‘ompraten’ > Digitaal leerplein
nummer 2
juni 2012
inhoud 2-12 Wilt u reageren op RM? Hebt u een idee voor een artikel? De redactie hoort het graag:
[email protected]!
4 > ‘Oppassen’ zeggen is niet genoeg et revalidatiecentrum kan meer doen H om rolstoelgebruikers te helpen om fit te blijven.
8>
6 > Berichten 7 > Rugklachten ‘ompraten’ Als mensen met chronische lage rugklachten onjuiste gedachten over hun rugprobleem kwijtraken, gaan ze beter functioneren. 10 > Thuis leren Libra Zorggroep, Revalidatie Friesland en Sophia Revalidatie ontwikkelden het Revalidatie Leerplein. 11 > ’Je kan altijd meer dan je denkt’ Rob Bakker. 15 > D e professor Jules Becher. 16 > ‘Revalidatie is een belangrijke groeimarkt’ Heino van Essen is de nieuwe voorzitter van Revalidatie Nederland. 17 > Column Shoot me to heaven. 20 > Het standpunt Marktwerking: goed voor u en uw patiënten! 21 > Het werk irjam de Jong, cognitief trainer. M
Kennis delen: een kwestie van dóen Het gloednieuwe Revalidatie Kennisnet brengt professionals in de revalidatiesector dichter bij elkaar. Tenminste, als zij de weg naar kennisnet ook vinden. Sinds eind januari draaide een pilot; wat zijn de eerste ervaringen?
• Adri Bolt
Meer aandacht voor topsport in revalidatiecentra NOC*NSF wil tijdens de Paralympische Spelen
<12
dit jaar in Londen nog betere prestaties neerzetten dan in Beijing. Chef de mission André Cats zegt dat de hoge kwaliteit van het paralympisch team mede te danken is aan revalidatiecentra.
• John Ekkelboom
18>
Comarevalidatie voor volwassenen onder de aandacht De recente belangstelling van de Nederlandse media voor behandelmogelijkheden voor volwassen comapatiënten, heeft de gespecialiseerde comarevalidatie onder de aandacht gebracht. Wat weten we daar eigenlijk over?
• Alice Broeksma
COLOFON Revalidatie Magazine is een uitgave van Revalidatie Nederland. Het tijdschrift verschijnt viermaal per jaar. Redactie Steven Berdenis van Berlekom MBA (hoofdredacteur, directeur Zorg en Innovatie revalidatiecentrum De Hoogstraat) - John Ekkelboom (journalistiek adviseur) - Drs. Annelies van Lonkhuyzen (eindredacteur) - Jan Verbaal MHA (hoofdredacteur, algemeen directeur revalidatiecentrum Tolbrug). Redactieraad Dr. Renata Klop (programmacoördinator ZonMw) - drs. Judith Boot (kwaliteitsfunctionaris Sophia Revalidatie) - Drs. Karin van Londen (senior communicatieadviseur Revalidatie Nederland) - Drs. Hans Slootman (revalidatiearts Stichting Heliomare) Drs. Ria Zondervan (kwaliteits- en communicatieadviseur Reade) - Heidi Wals (secretariaat en communicatie VRA). Redactieadres Revalidatie Nederland - Samantha de Jong - Postbus 9696 - 3506 GR Utrecht - (030) 2739384
[email protected]. Vormgeving AC+M, Maarssen. Foto’s Foto omslag is gemaakt door Inge Hondebrink - Foto’s worden bij de artikelen gekozen, maar worden niet altijd op de betreffende locatie gemaakt. Abonnementen Revalidatie Nederland - Samantha de Jong - Postbus 9696 - 3506 GR Utrecht - (030) 2739384 -
[email protected]. Abonnementsprijs Jaarabonnement particulieren € 36,95 - Studenten € 18,48 - Instellingen € 72,95 - Voor buitenlandse abonnees geldt een toeslag - Het abonnement kan elk gewenst moment ingaan en wordt automatisch verlengd, tenzij twee maanden voor de vervaldatum schriftelijk is opgezegd. Adreswijzigingen Bij wijziging van de tenaamstelling en/of het adres verzoeken wij u de adresdrager met de gewijzigde gegevens op te sturen naar Revalidatie Nederland. Advertenties Bureau van Vliet - Postbus 20 - 2040 AA Zandvoort - telefoon (023) 5714745 - fax (023) 5717680 -
[email protected]. Overnemen en vermenigvuldigen van artikelen Dit is slechts geoorloofd met bronvermelding en na schriftelijke toestemming van Revalidatie Nederland.
Afvallen is nooit gemakkelijk en al helemaal niet als je in een rolstoel zit. Maar driekwart van de mensen in een rolstoel krijgt overgewicht. Ook het risico op hart- en vaatziekten, diabetes en complicaties is voor deze groep veel hoger dan normaal. ‘De boodschap is dus: laat het niet uit de hand lopen.’ Daar kan het revalidatiecentrum bij begeleiden. • Door Alice Broeksma
Fit blijven in de rolstoel
‘Oppassen’ zeggen is niet genoeg Wie na behandeling in het revalidatiecentrum naar huis mag is meestal in
nog niet goed aan de toekomst denken. Als ze te horen krijgen dat ze moeten
prima vorm, zien behandelaars van dwarslaesiepatiënten. Maar die fitheid
‘oppassen’, is dat dus niet genoeg.’
thuis behouden blijkt een probleem. Driekwart van de mensen met een
Reade biedt een voorlichtingscyclus voor revalidanten met een dwarslaesie,
dwarslaesie heeft na vijf jaar overgewicht. Vooral in het eerste jaar neemt het
waarbij ook een bijeenkomst wordt gewijd aan voeding. Verder werken nu
gewicht duidelijk toe.
diëtist, fysiotherapeut, gedragskundige, sportinstructie en verpleging aan
Ook al lette ze nog zo op, telkens kwam ze een beetje aan, vertelde een
een behandelmodule waarin revalidanten leren om voeding- en activitei-
dwarslaesiepatiënt aan haar revalidatiecentrum Reade in Amsterdam. Zij
tenpatroon beter op elkaar af te stemmen. Ook zijn de mogelijkheden voor
vroeg meer informatie en wilde weten of er onderzoek bestond naar onder
poliklinische revalidanten en ex-revalidanten om zich te wegen uitgebreid.
meer energieverbruik en verandering van spiermassa. Reade zocht uit dat
Buiten tilliften met een weegunit en weegstoelen heeft Reade sinds kort ook
het antwoord eigenlijk ‘nee’ was. Het revalidatiecentrum zag door eigen
twee oprijdweegschalen, waarmee rolstoelgebruikers zelf hun gewicht kun-
metingen wel bewezen dat iemand in een rolstoel dagelijks een kwart minder
nen checken. Een grote verbetering, zegt Rubay Bouman, want de cliënt kan
calorieën verbruikt. ‘Dat te vertalen naar de praktijk is minder eenvoudig’,
zonder afspraak het centrum binnenrollen om zijn gewicht te meten.
zegt diëtist Marijke Rubay Bouman. Zelf baseert ze haar voedingsadviezen op wat iemand normaal gesproken nodig heeft, minus die vijfentwintig
Naslagwerk
procent. ‘Maar wetenschappelijk is er geen informatie over welke balans die
Revalidatiecentrum Rijndam in Rotterdam wil revalidanten gezondere maal-
voeding precies moet hebben. Neem eiwitten. Die zijn nodig voor spierop-
tijden, met andere samenstelling, gaan voorschotelen om gewichtsbeheersing
bouw, maar als je in een rolstoel zit ligt dat anders. Hoeveel eiwitten blijven
aan te moedigen. ‘Iedereen moet z’n pleziertje kunnen hebben’, zegt fysiothe-
dan nodig, bijvoorbeeld voor een goede conditie van huid en haar? Dat zijn
rapeut Rogier Broeksteeg, ‘en dat mag best eens ongezond eten zijn. Maar bij
de vraagtekens waarmee we zitten.’
iemand in een rolstoel komt het gewicht er veel gemakkelijker aan en gaat het er veel moeilijker af.’
4
Behandelmodule
Rijndam gaat patiënten ook meer informatie geven over voeding en over-
Revalidanten moeten wél zo vroeg mogelijk horen hoe belangrijk het is om
gewicht. Want de gezondheidsrisico’s zijn nog niet voldoende bekend, zegt
in de rolstoel in vorm te blijven. Rubay Bouman: ‘Maar velen van hen zijn
Broeksteeg. Dat wil zeggen, de professionals weten het wel, maar de kennis
ondervoed als ze na een periode in het ziekenhuis bij ons komen, dus over-
was te versnipperd en kwam onvoldoende bij revalidanten terecht. Daarom
gewicht lijkt dan niet relevant. En in die eerste periode kunnen mensen ook
schreeft Broeksteeg samen met ergotherapeut Linda Valent van Heliomare
RM 2 2012
Illustratie: Roel Seidell
het boek Hoe blijf je fit met een dwarslaesie. Een nieuw naslagwerk dat de
van ons boek zijn het voedings- en activiteitenpatroon. Met nadruk op
fysiologische gevolgen belicht, en voortvloeiende gezondheidsrisico’s. Alles
activiteiten die iemand graag doet en daarom makkelijker vol kan houden.
staat erin, over verbeteren en monitoren van fitheid, trainingen en trainings-
Fanatiek sporten hoeft niet. Maar pak de handbike in plaats van je auto, of
schema’s, gewichtsmanagement en voeding, enzovoort.
ga een extra rondje om met de hond.’
Het belangrijke verschil met eerdere informatie is, zegt de fysiotherapeut, dat het niet is gericht op behandelaars, maar nadrukkelijk op de rolstoelge-
‘Hoe blijf je fit met een dwarslaesie’, door Rogier Broeksteeg en Linda Valent,
bruikers zelf. ‘Niet alleen bij een dwarslaesie, het boek is ook geschikt voor
€ 10,00 plus € 2,50 verzendkosten. Verkrijgbaar via www.rijndam.nl, kies
mensen die om een andere reden in een rolstoel zitten. De grootste pijlers
‘Over ons’ en ‘Publicaties’.
Toen publicist Annemarie Postma als kind van twaalf door een partiële
Voor Revalidatie Magazine schreef Annemarie Postma columns over het
dwarslaesie in een rolstoel belandde, zag haar waakzame moeder de
vinden van een nieuwe draai na een ziekte of ongeluk. Zelf omarmt ze
toekomst: zware lichamelijke problemen, als niet aan goede voeding en
lichamelijke tegenslag als kans op een spiritueel leerproces, omdat het aan-
conditie zou worden gewerkt. Door haar ervaring is Postma nu zelf des-
leiding kan zijn om na te denken over zingeving en identiteit. Daar zouden
kundige op het gebied van fit blijven in de rolstoel. Haar boek Het lichaam
revalidatiecentra beter op kunnen inspelen, vindt zij. ‘Zo zou yoga in een
is perfect kwam voort uit vragen van vrienden die wilden weten hoe het
behandeltraject een must moeten zijn. Yoga helpt mensen om weer in con-
toch kon dat Annemarie met haar zittend bestaan zo slank bleef, terwijl zij
tact te komen met zichzelf. Als in de revalidatie alleen wordt gefocust op
zelf met hun gewicht kampten.
het lichamelijke, worden kansen gemist. Door het vergroten van bewustzijn
Haar antwoord is duidelijk: ‘Wie door een handicap de hele dag zit-
krijgt de patiënt kans zich beter te verbinden met zijn nieuwe lichaam.’ Het
tend of liggend doorbrengt, moet zijn lichaam niet extra belasten door
vergroten van eigenwaarde en acceptatie dragen belangrijk bij aan de wil
verkeerde voeding. Met koolhydraten zou je heel voorzichtig moeten zijn.
om ondanks de handicap in vorm te blijven. En daarbij zijn goed eten en
Het lichaam kan al die energie niet kwijt. Dus kijk uit met vlees, vet en
bewegen onmisbaar, benadrukt de publicist. Zelf heeft ze thuis een zelf-
macaroni. Een visje met wat groente is prima, bovendien veel drinken om
fietsende hometrainer. ‘Goed voor de doorbloeding. En ik zwem; daarmee
afvalstoffen weg te spoelen.’
houd je ook je organen en stofwisseling in beweging.’ RM 2 2012
5
b e r i cht e n
Op 8 juni 2012
Meer zelfstandigheid dankzij tablet
hield Revalidatie Nederland
Samen met de firma Revacom ontwikkelde revalidatiecentrum De Hoogstraat onder de naam Re-control
het symposium
een aanpassing die het mogelijk maakt om met behulp van een tablet of smartphone apparaten draadloos
Innovatie in de
aan te sturen. Er zijn veel mogelijkheden, zoals het openen van deuren en gordijnen of het bedienen van
revalidatie.
telefoon en verlichting. Alle apparaten die worden bestuurd met infrarood of hoogfrequente signalen kun-
is ook het gelijknamige magazine gepresenteerd, met een overzicht van alle projecten uit het Innovatieprogramma Revalidatie. U kunt het magazine downloaden via www.revalidatienederland.nl, knop
nen op deze manier worden aangestuurd. Voorheen waren daarvoor allemaal verschillende bedieningssystemen nodig, die vaak ook duur waren. Doordat een tablet of smartphone bovendien veel eenvoudiger is te gebruiken, vergroot de aanpassing de
‘Publicaties’.
zelfstandigheid van mensen met ernstige
Judith Vloothuis, revalidatiearts bij Reade in
won in mei de Support Innovatieprijs in
Amsterdam, nam het initiatief om een website
de categorie product. Informatie: www.
in te richten met een overzicht van app’s die
dehoogstraat.nl, zoekwoord ‘Re-control’.
lichamelijke beperkingen. Re-control
Foto: Ellen Tieben
Bij die gelegenheid
bruikbaar zijn voor revalidatieprofessionals en voor revalidanten: www.revalidatieapps.nl. Op 2 april 2012 vond de tweede editie van
Aan het werk na hersenletsel
TEDxMaastricht plaats. Meer dan dertig sprekers
Slechts 40 procent van de mensen met niet-aangeboren hersenletsel die een baan hebben, zijn twee jaar na het
gaven hun inspirerende visie op de toekomst van
hersenletsel weer aan het werk. De nieuwe, multidisciplinaire richtlijn Niet-aangeboren hersenletsel en arbeids-
de zorg. Filmpjes staan op www.tedxmaastricht.nl.
participatie moet dat percentage omhoog brengen. Belangrijkste aanbeveling: terugkeer naar werk dient centraal
In opdracht van het Revalidatiefonds ontwikkelde Mikado, kenniscentrum voor interculturele zorg, voorlichting over revalidatie voor migranten. Op www.mikadohelpdesk.nl staat informatie in de vorm van filmpjes, brochures en persoonlijke verhalen.
te staan in het revalidatieproces. De revalidatie richt zich op het weer zelfstandig functioneren in het dagelijks leven; werk is daarbij doorgaans geen thema. Na hun revalidatie moeten mensen zelf proberen weer aan de slag te gaan, maar dat blijkt dus moeilijk. Daarom moet terugkeer naar werk een behandeldoel zijn, aldus de richtlijn.
Voeding bij spierziekten Het netwerk Diëtisten voor Spierziekten heeft een website gemaakt over voeding bij neuromusculaire aandoeningen: www.dietistenvoorspierziekten.nl. Mensen met een spierziekte kunnen geleidelijk minder bewegen,
Wetenschap en organisatie
wat kan leiden tot gewichtstoename, obstipatie en botontkalking. Verder kunnen onder meer kauw-, slik- en verslikproblemen ontstaan, of incontinentie voor ontlasting. Op de website wordt informatie gegeven. Zie ook
> In februari 2012 behaalde Rijndam revalidatiecentrum in Rotterdam het HKZ-certificaat. In totaal hebben nu
het artikel op pagina 4.
tien revalidatiecentra een certificaat. > Rijksuniversiteit Groningen. Op 7 maart 2012 promoveerde sportwetenschapper Carolin Curtze op het proefschrift Neuromechanics of movement in lower limb amputees. > Universiteit Twente. Per 1 april 2012 is dr. Karlein
Handleiding en cursus GAS GAS (Goal Attainment Scaling) is een manier om te meten of je je behandeldoelen haalt. GAS maakt zichtbaar in hoeverre vooruitgang is geboekt op de punten die voor de revalidant zelf belangrijk zijn. Een groep van des-
Schreurs, GZ-psycholoog bij Het Roessingh, benoemd
kundigen ontwikkelde een landelijke richtlijn voor het werken met GAS, die is vastgelegd in een handleiding.
tot hoogleraar aan de faculteit gedragswetenschappen.
Daarnaast is een cursus ontwikkeld, waarin deelnemers in twee keer twee uur leren werken met GAS.
Haar aandachtsgebied is diagnostiek en behandeling van chronische pijn en vermoeidheid. > Radboud Universiteit. Op 29 mei 2012 promoveerde bewegingswetenschapper Annemieke Houwink op het proefschrift Assesment of upper-limb capacity and performance in unilateral spastic paresis. > Rijksuniversiteit Groningen. Op 12 juni 2012 hield
6
Nieuwe vorm van fondsenwerving Om extra’s naast de revalidatie te kunnen bekostigen, zoeken revalidatiecentra naar donateurs of sponsoren. Het Enschedese revalidatiecentrum Het Roessingh doet dat nu op een nieuwe manier, die crowd funding wordt genoemd. Via www.steunhetroessingh.nl kunnen bedrijven en particulieren zelf bepalen aan welke
Corry van der Sluis, hoogleraar revalidatiegenees-
projecten ze geld willen spenderen, en hoeveel. Het revalidatiecentrum zegt de eerste zorgverlener in
kunde, haar oratie Handen in Beeld.
Nederland te zijn die op deze manier fondsen werft.
RM 2 2012
Rugklachten ‘ompraten’ Circa 2,4 miljoen Nederlanders hebben chronische lage rugklachten, soms zeer ernstig. Wat kan helpen, is anders leren denken over de pijn. Petra Siemonsma promoveerde op onderzoek naar de door haar ontwikkelde Cognitieve Educatie. Wat blijkt: als mensen onjuiste gedachten over hun rugprobleem kwijtraken, gaan ze beter functioneren. Foto: Inge Hondebrink
Anders leren kijken naar pijn kan ook betekenen: de pijn gaan aanvaarden en ermee leren leven. Precies daarop is ACT gericht, Acceptance and Comittment Therapie. Op dit moment wordt ACT als onderdeel van het Innovatieprogramma Revalidatie breed ingevoerd in de revalidatie. Mensen met chronische pijnklachten doen vaak vele vruchteloze pogingen om pijn te vermijden of te controleren. Juist door die pogingen blijft de pijn veelal in stand of verergert die. Bij ACT wordt dit inzichtelijk gemaakt en wordt de aandacht verplaatst naar de zaken die iemand waardevol vindt in het leven. Door op zoek te gaan naar zinvolle of prettige activiteiten, kan een negatieve cirkel worden doorbroken.
Bij Cognitieve Educatie draait het om ziektepercepties: gedachten die een patiënt
bleek dat de mensen die behandeld waren duidelijk meer fysieke activiteiten deden,
heeft over zijn aandoening. Kern van de behandeling is het opsporen van dis-
en dat zelf ook als verbetering opmerkten. Degenen die niet waren behandeld deden
functionele - niet helpende of biomedisch onjuiste - percepties, het ontkrachten
nauwelijks meer activiteiten en merkten zelf ook geen verschil.
daarvan en het vinden van alternatieve percepties. Veel chronische rugklachten hebben geen aanwijsbare medische oorzaak. Het
Belangrijke informatie
zou bijvoorbeeld zo kunnen zijn dat de klachten ontstaan doordat spieren in de
Onderzocht werd ook bij welke patiënten de behandeling het meest effectief is.
rug voortdurend in een kramp schieten; dat is medisch niet vast te stellen. Er is
Dit bleken mensen te zijn die op een rationele en systematische manier hun pro-
dan geen bezwaar tegen bukken, zwaar tillen of sporten, maar door hun klachten
blemen oplossen. Dit is belangrijke informatie, omdat het behandelaars kan helpen
denken mensen vaak dat dit niet goed is voor hun rug. Ze gaan hierdoor minder
om te beslissen welke behandeling het beste bij een patiënt past. Op dit moment
en slechter bewegen, en kunnen in een vicieuze cirkel komen van minder doen en
wordt in de revalidatie veel gewerkt vanuit een medische diagnose en fysieke trai-
minder kunnen. Dit kan diep ingrijpen in hun dagelijks leven.
ning. Natuurlijk is er daarbij ook aandacht voor de cognitieve kant. Zo is ACT in opkomst (zie tekst hierboven). Ook andere behandelvormen hebben aantoonbaar
Logisch redeneren
hun waarde, maar het zou goed zijn als er meer aandacht kwam voor disfunctionele
Cognitieve Educatie is onderzocht bij Reade in Amsterdam. Fysiotherapeuten en
ziektepercepties als oorzaak van aanhoudende klachten. Dat geldt niet alleen voor
ergotherapeuten gaven de poliklinische behandeling, die bestaat uit tien tot veertien
rugklachten; aangezien ziektepercepties bij elke aandoening een rol kunnen spelen,
gesprekken van een uur. Uitgaand van een Socratische dialoog wordt de patiënt
ligt een bredere toepassing van Cognitieve Educatie voor de hand.
via vragen naar het inzicht geleid dat bepaalde ziektepercepties niet kloppen. Met nieuw inzicht in de klachten wordt gewerkt aan het hervatten van activiteiten, maar
Petra.Siemonsma, wetenschappelijk onderzoeker bij TNO Life Style, Delft
praten en logisch redeneren vormen de kern van de behandeling. 156 mensen die op de wachtlijst stonden voor pijnrevalidatie namen deel aan de
Petra Siemonsma promoveerde in januari bij de Vrije Universiteit in Amsterdam.
studie. Tweederde van de deelnemers werd behandeld en de rest bleef op de wacht-
Haar proefschrift is te vinden op http://dare.ubvu.vu.nl, zoeken op naam van de
lijst staan. Voor en na de behandeling werden beide groepen gemeten. Daarbij
auteur. Contact:
[email protected]. RM 2 2012
7
Het gloednieuwe Revalidatie Kennisnet brengt professionals in de revalidatiesector dichter bij elkaar. Tenminste, als zij de weg naar kennisnet ook vinden. Sinds eind januari draaide een pilot; wat zijn de eerste ervaringen? • Door Adri Bolt
Kennis delen: een De kwaliteitsadviseur
De revalidatiearts
‘Ik heb een werkgroep aangemaakt op
Revalidatiearts Sven Slikkerveer: ‘Revalidatie
Revalidatie Kennisnet, het kwaliteitsnetwerk.
Kennisnet is een heel handig instrument
Dat is bestemd voor de leden van de landelijke
voor de landelijke werkgroep Multiple
werkgroep van kwaliteitsadviseurs’, vertelt
Sclerose van de Nederlandse Vereniging
Marieke de Jonge-Algra, adviseur kwaliteit
van Revalidatieartsen. Namens Revalidatie
en innovatie bij het Rijnlands Revalidatie
Friesland praat ik daarin mee over het beleid
Centrum (RRC). ‘Het is een semi-open werkgroep, mensen die lid willen
bij mensen met MS.’ Die werkgroep van revalidatieartsen komt een paar keer
worden moeten zich bij mij melden. Die werkgroep is vooral handig voor
per jaar bij elkaar. ‘Sinds begin februari staan de vergaderstukken op ken-
het uitwisselen van stukken. Daarnaast heb ik een profiel aangemaakt en
nisnet, centraal en gestructureerd. Dat scheelt veel mails.’ Daarnaast stellen
ben gelinked met andere kwaliteitsadviseurs. Ook krijg ik vanuit het netwerk
de werkgroepleden inhoudelijke vragen aan elkaar via een besloten forum op
wekelijks een e-mailalert met updates en informatie. Ik heb me geabonneerd
kennisnet. ‘Zo vroeg iemand waar koelvesten, die MS-patiënten soms gebrui-
op alle voor RRC relevante terreinen. Daarover krijg ik zorginhoudelijke
ken omdat zij slechter tegen warmte kunnen, besteld kunnen worden en of
informatie, maar bijvoorbeeld ook informatie over cursussen. Je kunt zelf
ze vergoed worden. Een ander had de indruk dat een bepaalde behandeling
aangeven hoe vaak je zo’n mail wilt ontvangen.’ De Jonge-Algra maakte deel
relatief veel pijnklachten gaf bij MS-patiënten, vergeleken met bijvoorbeeld
uit van de begeleidingscommissie van Revalidatie Kennisnet. Daarmee werd
CVA-patiënten. Zoiets bediscussieer je in de groep. Wanneer anderen ook die
zij de schakel tussen RRC en kennisnet. ‘Ik wil het gebruik van kennisnet
indruk hebben, maar nog niemand het goed heeft uitgezocht, duik je verder de
stimuleren. Daarom heb ik collega’s over kennisnet geïnformeerd; veel van
literatuur in.’ Slikkerveer ziet de kennisuitwisseling via de besloten omgeving
hen zijn het ook gaan gebruiken. En ik stuur regelmatig relevante informatie
van de werkgroep als een begin. ‘We moeten die uitwisseling geleidelijk en
door naar zorgprofessionals. Op termijn moeten ze die informatie zelf gaan
zorgvuldig uitbreiden. En bijvoorbeeld ook onderzoeken hoe we de binnen de
verzamelen, maar tijdens de opstartperiode help ik ze graag een handje.’
werkgroep opgebouwde kennis kunnen toevoegen aan de algemene kennis-
Kennisnet gaat de sector werk besparen, denkt De Jonge-Algra. ‘Bijvoorbeeld
bank over MS op kennisnet. Verder werken we mee aan een multidisciplinaire
bij de ontwikkeling van behandelprogramma’s. Dat doen alle centra nu voor
MS-richtlijn. Wanneer die af is, willen we hem voor andere professionals toe-
zichzelf, aan de hand van de landelijke richtlijnen. Het is toch veel efficiënter
lichten op kennisnet.’
om eerst te kunnen zien hoe andere centra de vertaling van de richtlijn in
Het werken via kennisnet bevalt Slikkerveer goed. ‘Je merkt dat kennisnet
een behandelprogramma hebben gemaakt? En om daar gemakkelijk over te
is toegesneden op onze sector. En de ondersteuning is goed. Suggesties om
kunnen communiceren met professionals elders? Daarvoor is het wel belang-
dingen te verbeteren worden meteen opgepakt. Zo wordt kennisnet steeds
rijk dat professionals informatie en literatuur naar kennisnet toe brengen.
gebruikersvriendelijker. Veel collega’s weten nog niet hoe gebruikersvriende-
Dat moet nu echt gaan gebeuren.’
lijk het al is. Het zou goed zijn als zij allemaal gaan kijken, en dan ook direct hun profiel invullen!’
8
RM 2 2012
Revalidatie Kennisnet is een sectorbreed systeem voor kennisuitwisseling. Het is een digitale ontmoetingsplaats waar revalidatieprofessionals vakinhoudelijke kennis delen en hun onderlinge samenwerking versterken. Ze kunnen al dan niet besloten groepen vormen, informatie plaatsen in kennisbanken, elkaar vragen stellen en casuïstiek bespreken in fora. Revalidatie Nederland ontwikkelde het kennisnet in samenwerking met revalidatieprofessionals, in het kader van het Innovatieprogramma Revalidatie. Professionals kunnen een account aanmaken op www.revalidatiekennisnet.nl.
kwestie van dóen De logopedist
De fysiotherapeut en onderzoeker
‘Ik heb op Revalidatie Kennisnet de semi-open groep Cognitieve Communicatiestoornissen aangemaakt’, vertelt Nicole Verwegen, logo-
‘Waarschijnlijk zal Revalidatie Kennisnet zich
pedist bij Tolbrug Specialistische Revalidatie
snel ontwikkelen op het terrein van de dwars-
in Den Bosch. Ze werkt vooral met patiënten
laesierevalidatie, de neurologische revalidatie en
met neurologische problemen, waaronder dus
de pijnrevalidatie. Op deze terreinen bestonden
communicatieproblemen, vaak na een beroerte. ‘Het kan bijvoorbeeld gaan om
namelijk al werkgroepen, die nu via kennisnet gaan werken. Zij nemen veel
mensen die nog goed lijken te kunnen communiceren, maar moeite hebben
informatie mee.’ Martin van der Esch maakte deel uit van de begeleidingscom-
met de beurtwisseling of met oogcontact tijdens een gesprek.’ Mensen met deze
missie van kennisnet. Dat deed hij vooral vanuit het wetenschappelijk onder-
cognitieve communicatiestoornissen zoeken de laatste jaren steeds vaker hulp,
zoek. Hij werkt als senior onderzoeker voor Reade, centrum voor revalidatie en
en komen dan bij de logopedist terecht. Voor de logopedisten zijn cognitieve
reumatologie in Amsterdam. Daarnaast werkt hij wekelijks nog een paar uur als
communicatiestoornissen dus een betrekkelijk nieuw werkveld. ‘In de groep
fysiotherapeut. ‘Ik verwacht dat ook de uitwisseling van wetenschappelijke kennis
op kennisnet bespreken we hoe we onderzoeken wat er precies bij een patiënt
snel zal toenemen.’ Voor de praktiserende fysiotherapeuten ziet hij eveneens goede
aan de hand is, en hoe we vervolgens behandelen. Er blijkt maar heel weinig
mogelijkheden, zodra hen duidelijker wordt wat de meerwaarde van kennisnet is.
evidence-based informatie over deze aandoening voorhanden te zijn. Als groep
‘Fysiotherapie binnen de revalidatie is een heel specialistisch terrein. Kennisnet is
kunnen we bekijken hoe we anamnese en behandeling meer evidence-based
een uitstekend platform voor het uitwisselen van specialistische kennis en, in het
kunnen maken. We bediscussiëren wat we kunnen met de wetenschappelijke
verlengde daarvan, het stimuleren en breed implementeren van nieuwe ontwik-
bewijzen die we wel kunnen vinden.’
kelingen.’
Revalidatie Kennisnet moet zich nu verder ontwikkelen, stelt Verwegen. ‘De
Over het praktisch functioneren van Revalidatie Kennisnet is Van der Esch tevre-
standaardindeling is diagnosegericht, maar als vakgenoten heb je elkaar ook
den. ‘Ik krijg wekelijks e-mailalerts binnen, waardoor ik weet op welke voor mij
veel te melden. Daarom heb ik die semi-open groep opgericht, waarvoor
interessante gebieden iets nieuws staat op kennisnet. Meestal ga ik dan ook even
logopedisten zich bij mij kunnen aanmelden. Er zijn zoveel mogelijkheden.
kijken.’ Er zijn dus goede mogelijkheden, maar het zal niet vanzelf gaan. ‘Het
We zouden bijvoorbeeld ook informatie kunnen uitwisselen over alternatieve
gebruik van kennisnet moet gepromoot worden bij de revalidatiecentra. Ook
hulpmiddelen, zoals app’s voor mensen met communicatie- of geheugenpro-
moeten mensen binnen deelgebieden de kar gaan trekken, bijvoorbeeld door een
blemen.’ De logopedist vindt al langer dat revalidatiecentra meer informatie
informatiestroom te beheren. Daarvoor is inzet nodig vanuit de revalidatiecentra
moeten uitwisselen. ‘Daarom heb ik ook meegedaan aan de pilot van kennis-
en Revalidatie Nederland. Kennisnet heeft veel potentie. Met een kleine duw in de
net. Het raamwerk staat er, nu is het aan ons professionals om het te vullen.
rug kunnen we heel ver komen.’
Ik zou tegen collega’s willen zeggen: ga er lekker mee aan de slag!’ RM 2 2012
9
Thuis leren Alliantiepartners Libra Zorggroep, Revalidatie Friesland en Sophia Revalidatie slaan op verschillende gebieden de handen ineen. Gezamenlijk ontwikkelden ze ook het Revalidatie Leerplein: een digitale leeromgeving voor zorgprofessionals. Het leren wordt er leuker door.
Foto: Cas van Cooten
tussen werk en privé kan vervagen. Voorheen werd er thuis ook wel gestudeerd, maar dat kon zittend op de bank en dat is toch iets anders dan je computer opstarten en er echt voor gaan zitten. Digitaal leren vraagt een andere investering van medewerkers; in overleg met de ondernemingsraden wordt nagedacht over hoe dat ondervangen kan worden. Zo moeten computers binnen de organisatie geschikt gemaakt worden voor e-learning. Modules De alliantie gaat nieuwe modules plaatsen voor de verpleging, maar ook voor andere beroepsgroepen. Algemene modules worden ingekocht, modules die specifiek zijn voor de revalidatie worden zelf geschreven. Dit laatste kost veel tijd: er is schriftelijk materiaal beschikbaar, maar
De snelle ontwikkelingen in de zorg vragen om
scholingen in een portfolio. Het oefenen en toet-
informatie overdragen via het web is iets heel
het voortdurend bijhouden van de kennis en
sen van praktische vaardigheden gebeurt in dit
anders. Uitgangspunt is dat het ook veel oplevert:
vaardigheden van het personeel. Leren moet
systeem nog steeds in het skillslab.
actuele modules en daarnaast auteurs die door
bijdragen aan de prestaties van de individuele
10
het verzamelen en overdragen van kennis hebben
medewerker en van de organisatie als geheel.
Zelfgekozen
bijgeleerd. Inmiddels is ook een didactisch model
Daarbij moet het leren bij voorkeur zo efficiënt
Het Revalidatie Leerplein startte in november
gemaakt, waarin is beschreven aan welke eisen
mogelijk gebeuren. Om dat te bereiken, sprak de
2011 met een drie maanden durende pilot: bijna
modules moeten voldoen qua vormgeving en stijl,
alliantie van de drie revalidatieorganisaties af om
honderd verplegenden volgden de zelfgeschreven
oefen- en toetsvragen en normering. Aan de hand
het opleidingsbeleid gezamenlijk op te pakken.
modules Enterale toedieningswegen en Urologie.
van dit model en de ervaringen in de pilot wor-
In samenwerking met PAT Learning Solutions
De modules bestaan uit lesstof, oefentoetsen
den de eerste twee modules nu bijgeschaafd. Zo
werd een elektronische leeromgeving ontwik-
en een eindtoets; alles wordt thuis achter de
worden ze nog beter en zijn ze geschikt om uit te
keld, het Revalidatie Leerplein. Voorheen werd
computer doorgenomen. Uit de evaluatie bleek
wisselen met andere gebruikers, binnen of buiten
lesstof op de traditionele manier overgedragen:
dat medewerkers het prettig vonden om op een
de revalidatiezorg.
cursisten bereidden de stof thuis voor vanuit de
zelfgekozen moment en plek te leren. De lesstof
boeken, kregen toelichting van docenten in de
vonden ze door de afbeeldingen en filmpjes extra
Mascha de Haan,
klas en deden daar ook hun toetsen. Veel papier
prikkelend en het kunnen oefenen van stof aan
Coördinator Opleiden Sophia Revalidatie
en vooral veel tijdsinvestering en geregel. Met
de hand van vragen maakte hen zelfverzeker-
het leerplein is de eerste digitale leeromgeving in
der. Het leren werd duidelijk als leuker ervaren.
Meer informatie:
[email protected].
de revalidatie gerealiseerd. Deze leeromgeving
Als nadelen werden genoemd het lezen van het
Op www.revalidatieleerplein.nl is een introduc-
biedt naast modules en een bibliotheek ook extra
scherm - dat is niet voor iedereen even gemakke-
tiefilmpje te zien (klik op de knop voor nieuwe
mogelijkheden, zoals een overzicht van gevolgde
lijk - en het feit dat door het thuis leren de grens
bezoekers).
RM 2 2012
Foto: Inge Hondebrink
2009
16 december 1978 > geboren September en oktober 2009 > ziekenhuis November 2009 tot oktober 2010 > klinische revalidatie
’Je kan altijd meer dan je denkt’ Rob Bakker (33 jaar) reed tijdens een patrouille in Uruzgan op een bermbom en raakte ernstig gewond aan beide benen. In het rechterbeen zaten elf breuken, links waren ze niet te tellen. Rob: ‘Ik dacht: een breuk herstellen duurt zes weken, daarna ga ik weer aan de slag.’ Dat bleek iets te optimistisch. • Door Anne Merkies ‘Achtenveertig uur na de explosie lag ik in het Militair Hospitaal in Utrecht,
voordat ik uiteindelijk mijn prothese kreeg. Eenmaal met prothese ging het
waar ik in twee maanden tijd tal van operaties heb ondergaan. Ik was blij
tot ieders verbazing razendsnel. Na tien dagen stond ik te dansen op een
toen ik mocht gaan revalideren. Mijn aankomst bij het Militair Revalidatie
dancefestival, twee weken later liep ik hard en een maand later kon ik, na
Centrum in Doorn zal ik nooit vergeten. Het leek alsof Frankenstein Center
ruim een jaar revalidatie, eindelijk naar huis.
Parcs had bezocht: zo’n mooie omgeving met al die oorlogsslachtoffers zonder armen, benen of ogen, heel bizar.
Binnen defensie leer je je eigen grenzen op te zoeken, je kan altijd meer dan je denkt. Ik heb daar veel aan gehad. Een psycholoog had ik niet nodig,
Met fysio- en hydrotherapie en sporten werd mijn rechterbeen snel sterker
in Doorn hadden we elkaar. De jongens praten veel onderling, iedereen
en kon ik het gaan belasten. Links lukte niet, te veel breuken en te complex.
heeft in dezelfde situatie gezeten. Voor een ander is het lastig te begrijpen.
Daarnaast had ik last van infecties aan dat been. In zo’n bom zit zoveel
Mensen vragen mij bijvoorbeeld: “Wat deed je dan ook in die berm?” Weten
troep en dan dat stof erbij, dat wil wel. Na ruim drie maanden zei mijn arts
zij veel dat een bermbom niet per se in een berm hoeft te liggen.
dat mijn revalidatieperiode er bijna op zat. Ik antwoordde: “Hoezo klaar, ik kan er niet eens op staan! Als dat been niet meer herstelt, haal het er dan
Ik werk nu als burger bij defensie, want als militair had het voor mij geen
maar af.” Om me heen had ik allang gezien dat andere revalidanten sneller
zin meer. Met een prothese mag je niet meer worden uitgezonden en daar
herstelden en weer liepen, dankzij een prothese. We kwamen overeen dat
doe je het natuurlijk voor. Verder kan ik alles met mijn prothese: voetballen,
amputatie van mijn onderbeen de beste oplossing was. Een maand later was
badmintonnen en zelfs parachutespringen in een wingsuit. De eerste keer
het ‘bijltjesdag’ en lachend reed ik de operatiezaal in.
heb ik in een windtunnel getraind om te kijken wat er gebeurt als je met 200 kilometer naar beneden dondert. Het oefenen was belangrijk, want je stuurt
Geen seconde heb ik spijt gehad, ik ben blij met mijn prothese. Wel was ik
met je armen en benen en met de prothese kan ik niet sturen. Het ging hart-
na de operatie benauwd dat er nog een stuk van mijn been af moest, omdat
stikke goed. De afgelopen acht maanden heb ik 250 sprongen gemaakt en
de boel opnieuw ging infecteren. Maanden liep ik met een soort stofzuiger
in mei heb ik me de Nederlandse Kampioenschappen meegedaan. Prachtig
aan mijn been om de bacterie eruit te krijgen. Daardoor duurde het lang
toch, de enige wingsuit-parachutist met een prothese!’ RM 2 2012
11
‘Sport heeft mij veel zelfvertrouwen gegeven’ Suzan Verduijn (28 jaar) verstuikte toen ze elf jaar was haar enkel, wat leidde tot een posttraumatische dystrofie. Jarenlang zat ze in een rolstoel en deed iedere aanraking aan haar been pijn. In 2003 werd haar onderbeen geamputeerd en dit jaar doet ze als atlete mee aan de Paralympische Spelen in Londen. ’Ik heb wel pijnrevalidatie gehad, maar omdat de pijn bleef overheersen en ik afhankelijk bleef van een rolstoel, heb ik besloten tot die amputatie. Voor mij betekende dat een nieuwe toekomst. Al na drie maanden had ik een prothese. Nadat de revalidatieperiode voorbij was, wilde ik me verder fysiek ontwikkelen. Op advies van mijn instrumentenmaker ben ik gaan kijken naar atletiek voor mensen met een amputatie. Ik vond het zo leuk, dat ik ben begonnen met hardlopen en verspringen. Ik werd steeds fanatieker en nu ben ik er fulltime mee bezig. Ik heb zelfs mijn studie geneeskunde onderbroken om mee te kunnen doen aan de Paralympische Spelen. Omdat ik bij NOC*NSF een A-status heb, krijg ik van deze organisatie een stipendium. Verspringen is mijn hoofdonderdeel en waarschijnlijk ga ik de 100 en 200 meter hardlopen. Ik vind het geweldig om op dit niveau met sport bezig te zijn. Sport heeft me heel veel zelfvertrouwen gegeven. Dat vertrouwen in mijzelf was ik als puberend meisje in een rolstoel grotendeels verloren. Dat ik mijn onderbeen mis, speelt geen rol meer in mijn leven. Het enige moment dat ik me gehandicapt voel, is als ik mijn prothese niet aankan door bijvoorbeeld een dat komt gelukkig weinig voor.’
12
RM 2 2012
Foto: Inge Hondebrink
wondje aan mijn stomp. Dan moet ik rust nemen, maar
NOC*NSF wil tijdens de Paralympische Spelen dit jaar in Londen nog betere prestaties neerzetten dan in Beijing. André Cats, chef de mission Paralympische Spelen, zegt dat de gekwalificeerde topsporters er klaar voor zijn. Volgens hem is de hoge kwaliteit van het team mede te danken aan revalidatiecentra, die sport tijdens het revalidatieproces promoten en topsporters begeleiden. • Door John Ekkelboom
Meer aandacht voor topsport in revalidatiecentra D e aangepaste topsport heeft het afgelopen decennium een hoge vlucht
iemand met een dubbelzijdige bovenbeenamputatie. De classificatie is per
genomen. Waren in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw de
sport anders.’ Dat het classificeren nogal eens gepaard gaat met discussies,
Paralympische Spelen nog een West-Europees onderonsje, inmiddels is
vindt hij logisch. Het belang van de sporter is immers dat hij of zij zo laag
het een mondiaal evenement waar veel landen uit de wereld zich willen profileren.
mogelijk wordt ingedeeld, om optimaal te kunnen scoren. Vanaf 4 juli dragen de
In Londen zullen in augustus en september dit jaar ruim 4000 sporters in
bonden de zorg helemaal over aan Holtslag en zijn medische team, bestaande
twintig sporten uitkomen, van wie ruim tachtig uit Nederland. De emancipatie
uit een sportarts, negen fysiotherapeuten en een psycholoog. ‘Tot en met de
van de gehandicapte topsporter heeft zich dus als een olievlek over de wereld
Paralympische Spelen zijn we dan verantwoordelijk voor alle medische zorg,
verspreid. André Cats, vanuit NOC*NSF verantwoordelijk voor het begeleiden
ook voor de zorg die normaal door de huisarts wordt verleend. Ik vind het
van de paralympische sportprogramma’s, is erg blij met deze ontwikkeling.
prachtig om met deze sporters te werken. Wat mij opvalt, is dat zij hun handicap
Hij constateert dat dankzij die toegenomen belangstelling de aangepaste
voorbij zijn.’
topsport zich in een rap tempo heeft kunnen ontwikkelen. ‘Het gewicht van rolstoelen is in korte tijd gehalveerd en de kwaliteit van protheses is sterk
Affiniteitstest
verbeterd. De paralympische topsport is een walhalla voor wetenschappers en
Een flink deel van de sporters die meegaan naar Londen, heeft ooit gerevalideerd
uitvinders. Maar niet alleen op technologisch gebied is er veel winst geboekt.
in een revalidatiecentrum of ziekenhuis. Cats vindt het belangrijk dat de contac-
Ook het niveau van de sport is gigantisch gestegen. Twintig jaar geleden kon
ten met die instellingen intensiever worden om in de toekomst over nog meer
je aan de top meedraaien als je tweemaal per week oefende. Wil je nu een
paralympisch talent te kunnen beschikken. ‘Vanuit NOC*NSF hebben we de
medaille winnen, dan moet je toch als een professional dagelijks trainen.’
laatste jaren de banden aangehaald met de centra die veel belangstelling hebben voor sport. We kennen elkaar inmiddels goed en daar plukken we de vruchten
Classificatie
van. Zij leveren vaak de sporters die wij op talentdagen in aanraking brengen
Een ingewikkeld aspect bij aangepaste topsport is de indeling naar vermogen.
met coaches. Tijdens de revalidatie hebben die revalidanten kennisgemaakt met
Dat geeft regelmatig strijd met de betrokken personen, weet revalidatiearts
de gehandicaptensport. Met steun van het centrum, de bewegingsagoog, de
Herman Holtslag. Hij is vanuit revalidatiecentrum De Hoogstraat in Utrecht
fysiotherapeut of de revalidatiearts zijn zij serieus gaan sporten. De stimulerende
gedetacheerd naar het UMC Utrecht, en is tevens revalidatiearts van het
rol vanuit de centra is enorm belangrijk.’ De chef de mission benadrukt dat er
Nederlands paralympisch team. In deze laatstgenoemde functie is hij onder
voor iedere handicap wel een sport is. Hij beseft dat het voor revalidatiecentra
andere verantwoordelijk voor de classificatie van de Nederlandse sporters
niet eenvoudig is de juiste sport te kiezen die bij iemand past. Een dergelijk
die meegaan naar Londen. ‘De classificatie is bedoeld om mensen met ver-
advies vergt veel expertise. Daarom stelt NOC*NSF deskundigen beschikbaar die
schillende soorten beperkingen tegen elkaar te laten strijden zodat het toch
in de centra revalidanten beoordelen op hun capaciteiten en mogelijkheden. De
rechtvaardig is. Zo kun je iemand met een dwarslaesie laten zwemmen tegen
koepelorganisatie heeft hiervoor een speciale affiniteitstest ontwikkeld. RM 2 2012
13
Foto: Inge Hondebrink
‘ Mensen die sporten zitten goed in hun rolstoel of lopen mooi met hun prothesen omdat ze geoefend zijn’ Fieldlab
te volgen. Karin den Balvert, manager van De Hoogstraat Sport, licht toe dat
Zoals Cats aangeeft, is een revalidant erg afhankelijk van of een revalidatiecen-
de zes afgevaardigden antwoorden proberen te krijgen op vragen die zij zich
trum wel of niet sportminded is. Hij ziet gelukkig steeds meer centra die sport
vooraf hebben gesteld. ‘Zo is er een deelneemster die altijd op hoog niveau
een warm hart toedragen, zoals De Hoogstraat, UMCG, Reade, Heliomare,
heeft gehandbald. Onlangs kreeg ze een hersenbloeding en raakte deels ver-
Het Roessingh, Vogellanden en Blixembosch. Zo gaat laatstgenoemd centrum
lamd. Tijdens de revalidatie heeft ze het zwemmen ontdekt. Haar ambitie
binnenkort een speciaal fieldlab bouwen dat eind dit jaar klaar moet zijn. In
is om mensen na een CVA te laten zien dat je nog steeds veel motorische
dit lab worden sporters begeleid en wordt onderzoek gedaan naar innovaties
mogelijkheden hebt en deze kan ontwikkelen. Alle informatie – ook van
op het gebied van aangepaste sporten. Dergelijke innovaties moeten het voor
topzwemmers in Londen – gebruikt ze om te delen met anderen. Verder gaat
revalidanten interessanter maken om te gaan sporten, maar hebben tevens als
er bijvoorbeeld een rolstoeltennister mee om toptennissers te spreken. Zij wil
doel bij te dragen aan betere prestaties van topsporters. Ed Albers, manager
graag in de voetsporen van Esther Vergeer treden.’
van het fieldlab, vertelt dat Blixembosch door NOC*NSF is aangewezen als een van de centra die paralympische sporters mogen testen. ’We hebben nu een
Rolmodel
aantal dressuurruiters en zitvolleyballers volgens een vast protocol medisch
Op zaterdag 19 januari 2013 organiseert De Hoogstraat Sport een congres
getest. We brengen die gegevens in het elektronisch medisch topsportersdos-
waar de zes deelnemers over hun ervaringen zullen vertellen. Zij gaan ook
sier, dat NOC*NSF heeft ontwikkeld en dat de medische begeleiders tijdens
figureren als rolmodel. Zo kunnen ze andere revalidanten stimuleren om
de Paralympische Spelen kunnen raadplegen.’ Diverse centra die actief zijn
te gaan sporten tijdens de revalidatie. Dat hoeft dan niet direct te leiden tot
op sportgebied, leveren topsporters af. Zo scoorden ex-revalidanten van
nieuwe topsporters. De grootste groep mensen die revalideren en willen
Heliomare hoge ogen tijdens de voorgaande Paralympische Spelen. Na Londen
sporten, pakken dit uiteindelijk op binnen de breedtesport. Zij worden na de
organiseert dit centrum in september ook zijn eigen spelen: de Heliolympics.
revalidatieperiode lid van een vereniging bij hen in de buurt. Cats vindt het
Ruim 3000 kinderen, jongeren en volwassenen met een beperking ontdekken
belangrijk dat zoveel mogelijk mensen met een beperking gaan sporten. Het
dan op diverse locaties in Noord-Holland op een inspirerende manier spor-
valt hem op dat degenen die op dit gebied actief zijn, ondanks hun beperking
ten, zoals zeilen, duiken en rolstoelbasketbal. Dit evenement grijpt Heliomare
heel getraind en gezond zijn. ’Ze zitten goed in hun rolstoel of lopen mooi
tevens aan om weer potentieel paralympisch sporttalent te ontdekken.
met hun prothesen omdat ze geoefend zijn. Daardoor zijn ze mobieler, hebben ze meer zelfvertrouwen en staan ze prettiger in hun leven. Of je nou topsportambities
14
Londen Times 2012
hebt of je leven weer wilt oppakken, sporten is daar een fantastisch middel
Vier jaar geleden maakten acht ambitieuze sporters van De Hoogstraat een
voor.’ Dat het ministerie van VWS vanuit het landelijk beweegprogramma
‘ervarings- en stimuleringsreis’ naar de Paralympische Spelen in Beijing.
Revalidatie, Sport en Bewegen geld heeft uitgetrokken om sportloketten bij
Zelf waren ze geen actief deelnemer, maar deden ze zoveel mogelijk kennis
revalidatiecentra vorm te geven, juicht revalidatiearts Holtslag dan ook toe.
en ervaring op via contacten met topsporters en coaches. Een van hen was
‘Bij De Hoogstraat hebben we een sportconsulent die revalidanten kan adviseren.
Jetze Plat, die nu als handbiker in Londen zal deelnemen. Ook dit jaar gaan
Maar lang niet alle centra hebben zo’n functie en eigenlijk zouden álle reva-
zes ex-revalidanten van de Hoogstraat met ambities in de top- of breedte-
lidanten een sportadvies moeten krijgen om zich verder te ontwikkelen. Dat
sport naar de spelen. Dit project is via de website www.londentimes2012.nl
gebeurt nu nog veel te weinig.’
RM 2 2012
D e prof e ssor
Een hoogleraar revalidatiegeneeskunde aan het woord
Kinderen op weg helpen naar participatie Door John Ekkelboom Jules Becher (Amsterdam, 1951) studeerde in 1985 af als revalidatiearts. Een jaar werkte hij in Heliomare en vervolgens onafgebroken in het VUmc, waar hij in 2005 hoogleraar werd. Als task officer voor de International Society for Prosthetics and Orthotics (ISPO) geeft hij over de hele wereld cursussen over de behandeling van kinderen met een cerebrale parese. Becher is getrouwd en heeft drie kinderen. Zijn hobby is dansen, zowel klassiek als Latijns-Amerikaans.
Als onderzoeker concentreert Becher zich op kinderen met cerebrale parese, een hersenbeschadiging die ze opliepen rond de geboorte. Het kan onder meer leiden tot spastische parese, die een verhoging geeft van de spierspanning. Het VUmc wil nieuwe behandelingen voor kinderen met deze aandoening ontwikkelen en promoten. Zo startte het als eerste in ons land met botuline-toxine-therapie Foto: Inge Hondebrink
in combinatie met een intensief revalidatieprogramma. Ook doet het als enige in Nederland de selectieve dorsale rhizotomie, waarbij een deel van de gevoelszenuwen die de spasticiteit geleiden, worden doorgesneden. Volgens de hoogleraar is de selectie van patiënten voor deze succesvolle behandeling cruciaal.
D
Een groot landelijk onderzoeksprogramma waaraan de faculteit van Becher e revalidatiegeneeskunde is de afgelopen decennia volwassen geworden.
deelneemt, is PERRIN, wat staat voor PEdiatric Rehabilitation Research in the
Dat blijkt onder meer uit de komst van vele leerstoelen binnen dit
Netherlands. Hierbij volgen sinds 2000 enkele universitaire centra en revalida-
vakgebied. Echter voor de kinderrevalidatiegeneeskunde is er in
tiecentra kinderen van 0 tot 24 jaar met een cerebrale parese. Het doel is inzicht
ons land lange tijd geen hoogleraar geweest. De eerste is Jules Becher, die in
te krijgen in hun functioneren en hoe dat functioneren verandert in de tijd.
2005 werd aangesteld aan het VU medisch centrum (VUmc) in Amsterdam.
Becher: ‘Voortbouwend op dit onderzoek zijn we met dezelfde centra enkele
Volgens hem is hij de enige in Europa en zitten er nog slechts enkelen in
jaren geleden een tweede landelijk onderzoeksprogramma gestart, Learn2Move.
de Verenigde Staten. ‘Toen ik in 1985 afstudeerde als revalidatiearts, was er
Als VUmc hebben we in dit kader een nieuw behandelprogramma gemaakt voor
geen opleiding in de kinderrevalidatie. Je leerde dit vak in de praktijk. In 1996
kinderen van 7 tot 12 jaar. Het is gericht op verbetering van kracht, conditie en
kwam het boek Kinderrevalidatie uit onder redactie van Ton Mulders, Jan de
mobiliteit in het dagelijks leven. De resultaten zijn positief; binnenkort gaan we
Moor en Greet Meihuizen-De Regt. Dat boek heeft een sterke inhoudelijke
erover publiceren.’
impuls gegeven aan ons vakgebied.’ De doelstelling van de kinderrevalidatiegeneeskunde is dat kinderen na hun Dat de kinderrevalidatiegeneeskunde als apart aandachtsgebied in de lift zit,
tienerjaren zo goed mogelijk kunnen participeren in de maatschappij, bijvoor-
beschouwt Becher als een logische en belangrijke stap. De meeste aandoeningen
beeld door het hebben van sociale contacten, opleiding of arbeid. Becher is bang
die kinderrevalidatieartsen behandelen zijn namelijk aangeboren. ‘Een ander
dat dit doel in de knel komt door de tanende financiële ondersteuning van
groot verschil met volwassenen is dat kinderen in de groei zijn. Ze bewegen
verzekeraars en gemeenten via de WMO. ‘Het wordt voor deze jongeren steeds
anders dan normaal en kunnen daardoor vergroeien en ze kunnen in hun
moeilijker hulpmiddelen vergoed te krijgen, zoals een rolstoel, een driewielfiets of
ontwikkeling worden gehinderd. Om dit te voorkomen, moet je voor lange tijd
een aanpassing aan een auto. Het is natuurlijk mooi dat onze medische behande-
maatregelen nemen, omdat je meestal het oorzakelijke probleem toch niet kunt
lingen beter worden, maar als dergelijke voorzieningen worden afgebroken, komt
oplossen. Met die maatregelen kun je veel bereiken voor kinderen.’
van participatie nog niets terecht.’ RM 2 2012
15
Foto: Inge Hondebrink
‘Ik zie de revalidatie als een levendige, bruisende sector die zich goed ontwikkelt’
Nieuwe voorzitter Revalidatie Nederland:
‘Revalidatie is een belangrijke groeimarkt’ Begin dit jaar kreeg brancheorganisatie Revalidatie Nederland een nieuwe voorzitter in de persoon van Heino van Essen. We vroegen hem naar zijn visie op de revalidatiesector nu en in de toekomst. • Door Anita Drost Het curriculum vitae van Heino van Essen toont een rijke ervaring in het
Twente betrokken bij de samenwerking tussen UT en revalidatiecentrum
voorzitterschap van uiteenlopende organisaties. Momenteel vervult hij
Het Roesingh en is hij toezichthouder bij Tolbrug Specialistische Revalidatie.
naast zijn rol als bestuurlijk voorzitter van Revalidatie Nederland (RN) een
Indertijd zag hij als bestuurslid van de Vereniging van Ziekenhuizen ook de
aantal commissariaten en is hij voorzitter van onder andere de Vereniging
VRIN, voorloper van RN, ontstaan. Desondanks stelt hij zich bescheiden op
Toezichthouders Woningcorporaties.
als wordt gevraagd naar zijn visie op de revalidatiesector: ‘Ik vind het nogal
Hoewel Van Essen geen directe achtergrond heeft in de revalidatiesector,
aanmatigend om daarover nu al uitspraken te doen.’ Toch wil hij zijn eerste
heeft hij in de loop van zijn loopbaan wel op verschillende manieren zicht
indrukken wel met ons delen.
op deze sector kunnen krijgen. Zo had het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis
16
in Nijmegen, waarvan hij lange tijd directeur en bestuurder was, een eigen
Hoe ziet u als nieuwe voorzitter van RN de revalidatiesector?
revalidatieafdeling die nauw samenwerkte met de Sint Maartenskliniek.
‘Toen ik voor deze functie gevraagd werd, zag ik dat als een buitenkans. In
Verder was hij als voorzitter van de raad van toezicht van de Universiteit
mijn ogen is de revalidatiesector een levendige, bruisende sector waarin
RM 2 2012
col u mn men samen heel sterk bezig is met ontwikkeling in de kerntaak, het bieden van medisch-specialistische revalidatie. Meer dan in de ziekenhuizen, waar de ver-
Shoot me to heaven
houdingen als gevolg van onderlinge concurrentie en uiteenlopende belangen heel anders liggen. Revalidatie Nederland vind ik een mooie compacte vereniging,
Een huisarts vraagt of ik langs wil gaan bij zijn patiënt Michaël.
waarin de aandacht vooral uitgaat naar de inhoud van de gezamenlijke activitei-
Hij heeft al vijftien jaar een dwarslaesie. Er is bij hem kanker
ten. Professionals werken vanuit gedeelde belangen nauw samen; de Nederlandse
ontdekt waarbij geen behandeling meer mogelijk is, en hij zal
Vereniging van Revalidatieartsen en RN zitten in één gebouw op dezelfde etage.
snel doodgaan. Door zijn slechte conditie heeft hij een diepe
Heel sterk aan de revalidatiesector vind ik de aandacht voor vernieuwing.
doorzitplek ontwikkeld op zijn zitbot. De huisarts vraagt zich af
Innovatie staat pregnant op de agenda. Er is in deze sector veel toekomstgericht-
of Michaël met zo’n plek nog wel thuis kan blijven.
heid die op lange termijn zeker kansen biedt. Op het gebied van zelfmanagement,
Ik heb Michaël een tijd niet gezien, maar vroeger wel veel met
eHealth en zorg aan huis kan de revalidatiesector een belangrijke gidsfunctie
hem meegemaakt. Zijn vrouw had ook een dwarslaesie. Ze heb-
vervullen voor de gehele zorg. Helaas heeft ook de revalidatie op dit moment te
ben elkaar tijdens de revalidatie in het centrum leren kennen
maken met een enorm spanningsveld als het gaat om de bekostiging.’
en zijn daar ook getrouwd. Ik was haar getuige. Ze waren een aantal jaren erg gelukkig samen, maar toen kreeg ze kanker en is
Kijkt de buitenwereld ook zo positief naar de revalidatiesector?
ze daaraan overleden.
‘Er is door RN de afgelopen jaren nogal wat onderzoek gedaan naar de toegevoeg-
Ik bel Michaël op en de volgende dag ga ik tussen de middag
de waarde van medisch-specialistische revalidatie met betrekking tot de kwaliteit
naar hem toe, samen met de wondverpleegkundige, ergothera-
van leven. RN heeft ook veel geïnvesteerd in het tonen van de meerwaarde van
peute en de revalidatietechnicus. Michaël is geluidstechnicus en
revalidatie aan de politiek. Dit heeft er onder meer toe geleid dat er voor de sector
zijn woonkamer is ingericht als studio, eet- en slaapkamer. Hij
middelen zijn vrijgemaakt om zich op het terrein van innovatie verder te ontwik-
zit in zijn rolstoel achter zijn geluidstafel, praat open en rustig
kelen. Mijn indruk is dat het imago van de revalidatiesector bij de politiek en de
over zijn naderend einde en de dingen die hij nog af wil maken.
zorgverzekeraars heel positief is.’
Hij vraagt of wij hem daarbij kunnen helpen. De wond wordt schoongemaakt, de rolstoel wordt beter inge-
Wat kan beter?
steld, met een andere rugleuning en zitkussen, en de wijkverple-
‘Dat is nu zo’n vraag die ik na slechts enkele maanden voorzitterschap lastig te
ging krijgt advies over matras, een tillift, zijn houding in bed en
beantwoorden vind. Wat bij mij opkomt, is de rol van de revalidatiearts in de geor-
in de rolstoel.
ganiseerde professie. Ik merk dat de discussie over een scherpe definiëring van
Daarna gaan de wondverpleegkundige en ik iedere week naar
de medisch-specialistische revalidatie wat moeizaam verloopt. De revalidatieart-
Michaël terug, om te kijken hoe het met hem gaat en om de
sen zouden hierin een stevigere professionele positie kunnen innemen: minder
wond te behandelen. Hij voelt dat hij langzaam achteruit gaat en
bescheidenheid, meer beroepstrots. De sector als geheel kan zich denk ik binnen
laat muziek horen die hij samen met vrienden voor zijn begrafe-
de zorg nog beter profileren en een duidelijker plaats verwerven. Maar dit is niet
nis aan het maken is. Binnenkort geeft hij een afscheidsfeest.
meer dan een eerste indruk!’
Daarna mag het afgelopen zijn. Shoot me to heaven is de titel van zijn laatste nummer. Het is mooi, het lijkt me fijn om zoiets
Wat zijn volgens u belangrijke toekomstige ontwikkelingen op de
met je vrienden te kunnen maken. En het is goed om met het
revalidatiemarkt?
revalidatieteam in de laatste fase van iemands leven nog iets te
‘In de zorg is revalidatie een van de belangrijkste groeimarkten. Ik zie twee
kunnen betekenen.
belangrijke ontwikkelingen die naar mijn verwachting allebei zullen leiden tot een
We denken daar te weinig aan in de revalidatie. We werken in het
uitbreiding van de revalidatiesector. De eerste ontwikkeling betreft de geriatrische
centrum aan de terugkeer naar het gewone leven. Maar ook behan-
revalidatie. Doordat een belangrijk deel van de AWBZ overgeheveld wordt naar de
deling en advies over zorg en voorzieningen aan het einde van
Zorgverzekeringswet, ontstaat de discussie of de geriatrische revalidatie apart gehou-
iemands leven, zodat die persoon thuis kan blijven wonen, is zinvol.
den moet worden van de revalidatiesector of juist een uitbreiding ervan moet gaan vormen. Waarschijnlijk het laatste. Een tweede ontwikkeling is dat onder meer
Hans Slootman
vanuit de arbeidsrevalidatiemarkt meer commerciële initiatieven ontstaan. Er verschijnen nieuwe partijen. De vraag is of we daar als Revalidatie Nederland afstand van moeten houden of dat we juist moeten gaan samenwerken. Persoonlijk denk ik dat we in samenwerking met de nieuwe partijen tot afbakening moeten komen, op de manier waarop we nu al onze gezamenlijke kerntaak medisch-specialistische revalidatie scherp aan het definiëren zijn. Dat afbakenen en afstemmen met andere partners in de zorgketen past ook in het beleid van de overheid op het gebied van marktwerking in de zorg. Voor de langere termijn denk ik dat de opkomst van bijvoorbeeld telerevalidatie en robotica het revalidatievak zullen ver-
Hans Slootman is revalidatiearts bij Heliomare in Wijk aan Zee.
anderen: minder face to face contact tussen patiënt en behandelaar en meer zorg thuis via de computer. Dat vraagt een behoorlijk andere manier van werken, maar het is zinvol om daar gezamenlijk de schouders onder te zetten.’ RM 1 2012
17
Comarevalidatie voor volwassenen onder de aandacht
Foto: Wouter Hoens
De recente belangstelling van de Nederlandse media voor behandelmogelijkheden voor volwassen comapatiënten, heeft de gespecialiseerde comarevalidatie onder de aandacht gebracht. Wat weten we daar eigenlijk over? • Door Alice Broeksma
Leijpark in Tilburg is in Nederland het enige revalidatiecentrum met een
zijn te komen, zegt revalidatiearts Larja de Letter. Maar deze gespecialiseerde
gespecialiseerde revalidatiebehandeling voor patiënten in een toestand
revalidatie is in ons land alleen verzekerde zorg voor kinderen en jongeren
van verminderd bewustzijn na een coma. Het centrum hanteert Vroege
tot 25 jaar. Boven die leeftijd wordt deze behandeling niet vanuit de zorg-
Intensieve Neurorevalidatie (VIN), waarbij zintuiglijke of cognitieve prik-
verzekering vergoed. ‘De veronderstelling dat er na die leeftijd geen kansen
kels worden aangeboden. Bijvoorbeeld laten ruiken aan ammonia, inzet van
meer zijn op hersenregeneratie, is echter achterhaald. In de hersenen is ook
felle kleuren, tastprikkels zoals aaien met stofjes. De behandelaars observe-
bij volwassenen wel degelijk herstelcapaciteit aanwezig.’
ren de reactie van de patiënt. Als zijn gezicht vertrekt bij ammonia, is dat een indicatie dat de prikkel binnenkomt. Wanneer de bewustzijnstoestand
Specialistisch revalidatieprogramma
dat toelaat, kunnen ingewikkelder prikkels worden aangeboden en meer
Er is geen medische reden om volwassen patiënten niet óók te behande-
gerichte reacties gevraagd worden om beter bewustzijn uit te lokken. Het
len. ‘We hebben hiervoor enkele jaren terug een projectvoorstel ingediend
stimuleringsprogramma helpt zestig procent van de getroffenen bij bewust-
bij het ministerie van VWS’, licht De Letter toe. Men leek ervoor open te staan, maar toen viel in 2010 het kabinet Balkenende. ‘Het projectvoorstel ligt er nog steeds en wij hopen vurig op een positief besluit. Nu is er voor
Coma is een staat van diepe bewusteloosheid, die onder andere
volwassen patiënten in ons land géén specialistisch revalidatieprogramma.
kan worden veroorzaakt door vergiftiging, stofwisselingsproblemen
Volwassenen worden op dit moment door hun zorgbehoefte en kwetsbaar-
of hersenletsel. In de acute fase opent de patiënt de ogen niet; zijn
heid na de acute fase overgeplaatst naar een verpleeghuis. Slechts twee
ledematen bewegen hooguit door reflex. Als iemand wakker wordt uit
verpleeghuizen bieden een vorm van stimuleringsbehandeling voor deze
een coma, gebeurt dat meestal snel. Hoe het dan verder gaat met de
doelgroep. Maar zij kunnen, inhoudelijk en qua intensiteit, niet bieden wat
patiënt, is afhankelijk van de schade in de hersenen. Er zijn mensen
een gespecialiseerd revalidatiecentrum kan.’
die volledig herstellen en mensen die zeer grote beperkingen houden.
Het probleem voor de verzekeraars is dat er geen wetenschappelijk onder-
Het bijkomen uit coma kan ook langer duren of uitblijven. Een deel van
zoek is gedaan naar het effect van VIN bij volwassenen. Een kip- of ei-
de patiënten overlijdt, een ander deel raakt in een vegetatieve toestand,
kwestie, zegt De Letter. Daarbij is voor een gerandomiseerd onderzoek een
tegenwoordig niet-responsief waaksyndroom genoemd. Deze laatsten zijn
controlegroep nodig, maar je kunt patiënten ethisch gezien de behandeling
buiten bewustzijn, maar hebben wel de ogen open, hebben een slaap/
niet onthouden. Dat de aanpak bij jongeren tot 25 jaar werkt, blijkt echter
waakcyclus, kunnen doorgaans ademen zonder hulp en geluiden maken.
wel uit de cijfers van onderzoek in die patiëntengroep. In Leijpark komen
Hoe langer deze fase duurt, hoe minder kans op verbetering. Het niet-
zij twee keer vaker bij dan op basis van de literatuur kan worden verwacht
responsief waaksyndroom kan overgaan in minimaal bewustzijn, waarbij
zonder behandeling.
de persoon zich enigszins bewust is van zichzelf en zijn omgeving. Een zeldzame variant is het locked-in-syndroom, waarbij de patiënt wél
Heel ander brein
bij bewustzijn is, maar niet in staat tot beweging.
Het revalidatiecentrum gebruikt meetschalen, zoals de Coma Recuperatie Schaal die is ontwikkeld in het vooraanstaande comacentrum in Luik in
18
RM 2 2012
Foto: Hans Hogervorst
België. Daarmee wordt gekeken of de patiënt in vegetatieve of niet-respon-
responsieve patiënt met veel complicaties in leven houden is een menselijk
sieve staat is, of bij minimaal bewustzijn. ‘Het is van groot belang dat zo snel
drama en bovendien erg kostbaar. Gedegen onderzoek kan de machteloos
mogelijk het verschil wordt herkend tussen beide bewustzijnstoestanden’,
toekijkende familie helpen te accepteren als er, zichtbaar gemaakt door de
benadrukt neuroloog Steven Laureys, hoofd van het Luikse comacentrum.
geavanceerde scan, écht geen enkele hoop meer is. Dat helpt bij beslissingen
‘Iemand met minimaal bewustzijn heeft namelijk een heel ander brein.
over levensbeëindiging en bij het rouwproces.’ En als er wél een herstelkans
Klinisch lijken die condities op elkaar, maar bij meting blijken hersendelen
is, kan daarop worden ingespeeld door meteen alle behandelkansen te pak-
bij minimaal bewustzijn wel dégelijk te reageren. Er is aangetoond dat die
ken. ‘Als iemand onterecht het label ‘vegetatief’ heeft, kunnen belangrijke
patiënten emoties en pijn kunnen ervaren.’
signalen worden gemist. Iets kan als reflex zonder betekenis worden gezien,
Zonder valse hoop te willen geven, beaamt de Belgische deskundige dat
terwijl er misschien meer mogelijk is. Dat is waar revalidatie een kans krijgt.
er bij minimaal bewustzijn inderdaad meer kans is op verbetering. ‘Post-
Een vingerbeweging kan weinig lijken. Maar die vingerbeweging kan wél de
comapatiënten zijn te lang een verwaarloosde groep geweest. Maar in
communicatie op gang brengen.’
Europa zijn er honderdduizenden patiënten die de intensieve zorgen hebben overleefd, maar geen normaal bewustzijn hebben hersteld. Velen van hen hebben in geen jaren een neuroloog of gespecialiseerd clinicus gezien. Zo
Vanuit het specialisme ouderengeneeskunde van het UMC St Radboud
hebben zij het vaak zonder evaluatie moeten stellen.’ Zo kan het gebeuren
inventariseert arts-onderzoeker Willemijn van Erp op dit moment hoe vaak
dat wordt verondersteld dat de patiënt in een toestand is van niet-respon-
het niet-responsief waaksyndroom voorkomt in Nederland en hoe patiën-
sieve waakzaamheid, terwijl hij minimaal bewustzijn heeft waarop ook met
ten worden behandeld. Zij werkt samen met specialist ouderengeneeskun-
revalidatie kan worden ingespeeld. ‘Tests in de behandelcentra moeten dus
de Jan Lavrijsen, die in 2005 promoveerde op patiënten in vegetatieve
worden geoptimaliseerd’, vindt de neuroloog. Hersenactiviteit kan klinisch
toestand in verpleeghuizen. Hij vertelt: ‘Daar telde ik toen 32 patiënten.
worden vastgesteld, en worden aangetoond met geavanceerde meetinstru-
Dit is bij het buitenland vergeleken een laag aantal, waarbij een grotere
menten zoals MRI, hoogdensiteit EEG en PET-scan. Luik zet die instrumen-
openheid over levenseindebeslissingen en kaders over zinloos doorbehan-
ten in voor deze patiëntengroep en krijgt ook uit Nederland patiënten voor
delen een rol spelen.’ Op dit moment wordt onder meer gewerkt aan een
diagnostiek naar de vorm van bewustzijn. Een multidisciplinair team van
protocol voor diagnostiek en prognostiek in de acute fase. Lavrijsen: ‘Dat
vijfendertig werknemers, van psycholoog tot technicus, werkt er aan com-
moet goed gebeuren als basis voor een gespecialiseerde vervolgbegelei-
plexe hard- en software om de diagnose verder te verbeteren. België heeft -
ding. In de eerste plaats om de herstelkans maximaal te maken, maar
met jaarlijks 150 nieuwe comagevallen - zestien expertisecentra: een initiatief
ook om zinloze behandelverlenging te voorkomen. Je hebt het hier dus
van de regering, gecoördineerd door het centrum van Steven Laureys.
over een speciaal soort behandeling, waarvan een deel zeker onder revalidatie zou kunnen vallen.’ Een nieuw netwerk voor onderzoek en expertise
Behandelkansen
in de totale zorgketen is vanuit Nijmegen in ontwikkeling. Daarover wordt
Door de uitgebreide diagnostiek wordt zo vroeg mogelijk zichtbaar welke
op 28 juni een symposium gehouden. Informatie: www.umcn.nl/elg.
patiënt hoop heeft op enige mate van herstel. Laureys: ‘Dertig jaar een nietRM 2 2012
19
HET STANDPUNT Hebt u ook een standpunt dat u kwijt wilt? Mail met
[email protected].
Marktwerking: goed voor u en uw patiënten!
A
ls wij op zaterdag naar de markt gaan,
king door de revalidatiecentra vertaald in risico’s
anderen, zodat ook jouw klanten daarvan kunnen
doen we dat voor ons plezier en voor de
voor de bedrijfsresultaten en voor de ‘eigen’
profiteren. Ik zou zeggen: revalidatie, trek eens een
koopjes. Vooral aan het eind van de dag
markt?
sprintje en maak werk van marktwerking. Kies
willen de kooplui van hun waren af en is er nog
een duidelijke positie ten opzichte van andere aan-
wel eens een voordeeltje te halen. De reclame zei
Waarom willen we geen nieuwe eenden in onze bijt
bieders en versterk tegelijk je netwerk. Ga samen
indertijd niet voor niets dat op de markt je gul-
en hebben we last van de regels van de Nederlandse
met je patiënten systematisch voor meer kwaliteit
den een daalder waard is. In de zorg komt echter
Mededingingsautoriteit? Marktwerking is toch
tegen minder kosten. Maak keuzes in je aanbod.
niemand voor zijn plezier of voor de koopjes.
het mechanisme waardoor vraag en aanbod tot
Waarom kunnen we wel met ZonMw-geld zorgen
afstemming komen? Door marktwerking wordt
dat alle revalidatiepatiënten kunnen profiteren van
Patiënten zijn geen consumenten, maar komen
meer waarde gecreëerd voor patiënten en neemt
de innovatie, gedeelde kennis en kwaliteit die we
door omstandigheden gedwongen tot hun vraag.
de kwaliteit van ons onderzoek en onze behan-
als sector te bieden hebben, maar blijven we tege-
Toch hebben ook zij wel degelijk baat bij de
deling alleen maar toe. Die ervaring hebben wij
lijk zorgelijk doen over alle risico’s van marktwer-
hoogste waarde voor de laagste prijs. Al was het maar in hun collectief belang. Daarom past de overheid sinds een paar jaar het mechanisme van marktwerking toe in de zorg. Dat gaat stapsgewijs. Zo worden de meeste aanbieders inmiddels betaald voor hun prestaties en niet meer voor
‘ De revalidatiebranche is geen koploper als het gaat om marktwerking’
hun capaciteit of erkenning. Bovendien stimuleert de overheid de verzekeraars om zodanig in
inmiddels opgedaan in ons revalidatiecentrum
te kopen dat er sprake is van de hoogste kwaliteit
en ik kan iedereen verzekeren dat het geen kwes-
van zorg tegen de beste prijs. Nieuwe aanbieders
tie is van meer geld krijgen voor wat je doet.
Darwin wijst ons de weg met zijn evolutietheorie.
worden toegelaten om het bestaande systeem van
Marktwerking zit vooral in de ambitie van je
Hij heeft bewezen dat in de natuur niet de groot-
het zorgaanbod in beweging te brengen. Mij werd
medewerkers om de beste zorg te willen leveren
ste, sterkste of slimste soort het langste leeft, maar
gevraagd of dit beleid ook gevolgen heeft voor de
en steeds te streven naar innovatie en meer kwa-
de soort die zich het beste kan aanpassen aan
revalidatie. Nou, ik dacht van wel!
liteit voor dezelfde of minder kosten. Juist door
veranderende omstandigheden. De wisselwerking
marktwerking telt deze maatschappelijke opgave
met de omgeving en met anderen is daarvoor een
als een echte uitdaging.
voorwaarde: hoe meer interactie, des te sterker je
De meeste revalidatiecentra hechten sterk aan de ooit verworven positie in hun ‘eigen’ regio. Zij
20
king voor de continuïteit van ons eigen centrum?
wordt. Door je af te sluiten voor de werking van
verdedigen die positie en lopen ver achter bij de
In de transport- en logistieksector heeft men het
de markt doe je je patiënten tekort en loop je meer
ziekenhuizen, die werken aan concentratie en
al lang begrepen. Daarover las ik dat in tijden van
risico dat anderen beter en goedkoper de patiënten
spreiding van gespecialiseerde zorg. Ook vinden
crisis de ondernemers niet in de valkuil stappen
kunnen helpen. Het is beter om de gezonde com-
zij vrije prijsvorming maar een lastig issue. Dat
van het elkaar beconcurreren op leven en dood.
petitie te zoeken, en dan maar zonder vangnet.
mag alleen onder voorwaarden die door de aan-
Nee, in zware tijden zetten zij vol in op gezamen-
bieders worden gedicteerd, met een financieel
lijke innovatie, netwerkvorming en samenwerking.
Willem Romijn,
vangnet van jaren. Nee, de revalidatiebranche is
Alles om meer waarde voor de klant te kunnen
directeur revalidatiecentrum Sint Maartenskliniek,
geen koploper als het gaat om marktwerking. En
leveren in tijden van krimp. Dan gun je elkaar
Nijmegen
waarom eigenlijk niet? Waarom wordt marktwer-
een succes en stel je je open voor innovaties van
RM 2 2012
h e t w e rk
Mirjam de Jong Door Kitty Rotteveel
Werk > cognitief trainer bij de NAH-poli van Heliomare Revalidatie Leeftijd > 46 jaar
Wat doe je als cognitief trainer? ‘Ik behandel mensen met niet-aangeboren hersenletsel, bijvoorbeeld als gevolg van een tumor, ongeluk of beroerte. Deels zie ik mensen als ze net uit het zieken-
Foto: Mike Bink
Grootste hobby > buikdansen Hekel aan > te veel regels
huis komen, deels ook als het letsel al langer geleden optrad. Want vaak gaan cognitieve problemen thuis of tijdens werk of studie pas opvallen. Ik begin veelal met uitleg, liefst met de partner erbij, over de cognitieve gevolgen die hersenletsel kan hebben. Zoals snel afgeleid zijn of minder goed kunnen onthouden, organiseren en plannen. Daar heeft iedereen wel eens last van, maar na hersenletsel kan het veel erger zijn én kunnen mensen soms minder goed compenseren. Deze onzichtbare gevolgen kunnen erg frustrerend zijn. Het besef dat hersenletsel de oorzaak is, is vaak een begin van acceptatie van de beperkingen.’ Hoe gaat de behandeling in zijn werk? ‘We gaan eerst na wat precies het probleem is. Ik maak duidelijk dat het niet meer zo wordt als
cognitief trainer startte in de jaren ‘70; tegenwoor-
hebben we een beroepsprofiel ontwikkeld. Ook zijn
vroeger, maar dat we compensatiestrategieën gaan
dig zijn er trainers bij veertien revalidatiecentra,
we betrokken bij de lesstof van hbo-opleidingen en
zoeken: taken op een andere manier uitvoeren of
soms onder de noemer van psychologisch mede-
bij de post-hbo-opleiding tot cognitief trainer. Er is
gebruikmaken van hulpmiddelen, zoals een duide-
werker. Ook op revalidatieafdelingen van zieken-
een enthousiaste uitwisseling tussen cognitief trai-
lijke agenda. Dat trainen we dan. Zo begeleidde ik
huizen en bij activiteitencentra werken steeds vaker
ners in het hele land en dat geeft mij veel energie.’
iemand met een pittige baan, die zijn werkplek goed
cognitief trainers. Ik begon zelf als enige trainer in
had georganiseerd. Keurig opgeruimde kasten vol
Heliomare en heb nu drie collega’s. Het vak is erg
Wat maakt dit beroep zo uitdagend voor jou?
nette ordners. Toch liet zijn geheugen hem in de
in ontwikkeling en het is spannend om aan die
‘Het is mooi om samen met de revalidant oplos-
steek. Samen hebben we een individuele werklijst
ontwikkeling deel te nemen.’
singen te bedenken, én samen te ervaren dat het
gemaakt, waarbij we iedere werksituatie doorliepen
werkt. Zo kwam er ooit een grote sombere man
en oefenden. Die werklijst werd zijn houvast. Zo
Je bent voorzitter van de Vereniging van
binnen, met letterlijk hangende schouders. Hij
kun je allerlei praktische situaties aanpakken. Met
Cognitief Revalidatie Trainers. Wat doen jullie?
dacht werkelijk dat hij dom was. Toen ik dat door-
wat oefening ervaren revalidanten dat de dingen
‘Cognitief trainers hebben een therapeutische of
had en kon uitleggen dat zijn klachten onderdeel
op een andere manier toch lukken.’
pedagogische achtergrond op hbo- of universitair
waren van het hersenletsel, rechtte hij zijn rug en
niveau. Het zijn bijvoorbeeld psychologen, mensen
ging aan de slag. Zo sterk hadden zijn gedachten
Zijn er cognitief trainers bij alle revalidatie-
uit het onderwijs, voormalig ergotherapeuten of
zijn houding bepaald. De problemen waren er nog
instellingen?
logopedisten, mensen met hbo agogiek of psycho-
steeds, maar nu konden we ze aanpakken en er
‘Nog niet, maar onze beroepsgroep groeit. De eerste
logie. Om toch tot één duidelijke lijn te komen,
anders mee omgaan. Kippenvel geeft mij dat.’ RM 2 2012
21