toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
Colofon Dit is een uitgave van Vilans, kenniscentrum langdurende zorg. Vilans is het onafhankelijke kenniscentrum voor werkers en organisaties die langdurige zorg bieden. Wij ontwikkelen met hen vernieuwende, praktijkgerichte kennis. Samen verbeteren we de kwaliteit van leven voor mensen die langdurig zorg nodig hebben. Vilans richt zich met haar kennis en handelen primair op werkers en organisaties. Het verbeteren van de kwaliteit van leven voor cliënten die langdurende zorg nodig hebben is onze inspiratiebron. Onze inzet is dat mensen die langdurig zorg nodig hebben zelf hun leven richting en inhoud kunnen geven wat betreft gezondheid, relaties, werk en onderwijs, materiële omstandigheden - zoals inkomen, wonen - en zingeving. Daarbij is het belangrijk dat de samenleving en het gevoerde beleid de eigen regie ondersteunen. De meerwaarde voor de praktijk is de maatstaf voor de toegevoegde waarde van Vilans. Wij vervullen een maatschappelijke functie en kiezen daarom nadrukkelijk een onafhankelijke positie. Onze kenniscollecties en relatienetwerken zijn openbaar en algemeen toegankelijk. Wij staan open voor zowel inhoudelijke vragen als vragen over werkvormen of instrumenten. Neem voor meer informatie contact op met de Vilans Infolijn, e-mail
[email protected], telefoon (030) 789 25 25 of kijk op www.vilans.nl
De ontwikkeling van de toolkit is gefinancierd door ZonMw, vanuit het programma zorg voor Beter. Samengesteld door Manon Verdonschot, Bianca van der Linden en Francisca Hardeman.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
2
inhoudsopgave Leeswijzer 4 Inleiding 5
Deel 1 Aan de slag met de verbetermethode! 6 Voorbereidingsfase 7 Hoe zet ik een verbeterproject zorg voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen op? 7 Een goede voorbereiding is het halve werk 7 Aan de slag door stap voor stap af te bouwen Stap 1 - maand 1 Stap 2 - maand 2 Stap 3 - maand 3 Stap 4 - maand 4 Stap 5 - maand 5 Stap 6 - maand 6 Stap 7 - maand 7 Stap 8 - maand 8 Stap 9 - maand 9
9 9 11 12 13 14 15 16 17 18
Gewoon doorgaan!
19
Deel 2
20
Overzicht van formulieren en documenten
Formulieren uitleg 22 Inventarisatie en overzicht (Zweedse) vrijheidsbeperkende maatregelen en vergelijkbare maatregelen 22 Geeltjesmeting 23 Analyse Kwaliteitscriteria 24 ‘Spreadsheet’ 25 Inventarisatie en overzicht balansindicatoren 26
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
3
Leeswijzer Voor u ligt de toolkit ’Zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen’. Vindt u het gebruik van de onrustband ook een zware maatregel die ernstig ingrijpt op de vrijheid van mensen? Vindt u ook dat er veel afspraken zijn voor mensen in de langdurige zorg? Wilt u graag leren om in negen maanden verantwoord om te gaan met het afbouwen van de vrijheidsbeperkende maatregelen? Dan kunt u nu aan de slag. Met ’Zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen’ profiteert u op een efficiënte wijze van de kennis en ervaringen van Vilans, het kenniscentrum voor de langdurende zorg, en de vele zorgorganisaties die u voorgingen in het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen en vergelijkbare maatregelen. In deze toolkit spreken we over vrijheidsbeperkende maatregelen. Dit is een breed begrip. De definitie van vrijheidsbeperking is: alle maatregelen (fysiek en verbaal) die de vrijheid van cliënten beperken. Deze brede definitie van vrijheidsbeperking vraagt een grote bewustwording van medewerkers. Veel vormen die op het eerste gezicht geen vrijheidsbeperking lijken, worden door deze brede definitie wel als zodanig beschouwd. Vrijheidsbeperkende maatregelen zijn (Zweedse) banden, vesten in bed of stoel die cliënten niet zelf kunnen openen. Maar ook vergelijkbare, even restrictieve, maatregelen die gebruikt worden om te voorkomen dat een cliënt zelf op staat uit de stoel of bed (in plaats van voor comfort). Bijvoorbeeld een tafelblad over stoel, een plank onder de stoel, een verpleegdeken, een diepe stoel en andere maatregelen die cliënten belemmeren uit bed of stoel te komen (met uitzondering van bedhekken). Daarnaast zijn er individuele afspraken die vrijheidsbeperkend zijn. Afspraken over eten en drinken, roken, bellen en allerlei tijdsafspraken zijn ook vrijheidsbeperkende afspraken. Wat houdt de methode Zorg voor Beter in? Binnen het programma ’Zorg voor Beter’ werken zorgprofessionals hard om de thuiszorg, ouderenzorg, gehandicaptenzorg en langdurende geestelijke gezondheidszorg te verbeteren. Doel is een kwalitatief betere, efficiënte en duurzame zorg met tevreden cliënten. Door te leren en te profiteren van bestaande ervaringen en kennis. Door het creëren van meer samenhang en een betere aansluiting op andere zorgsectoren. En door het slimmer en beter organiseren van het werk. Het programma ’Zorg voor Beter’ stimuleert organisaties in de langdurende zorg om nu én in de toekomst goede zorg te leveren waarbij de focus ligt op kwaliteit en arbeidsbesparing. ’Zorg voor Beter’ is een initiatief van het ministerie van VWS, in samenspraak met de brancheorganisaties, beroepsverenigingen en cliëntenorganisaties. ZonMw heeft de regie. De methode heeft de volgende kenmerken: Gestructureerd Resultaatgericht Kleinschalige acties Clientgericht Zo onderbouwd mogelijk Voortdurend meten Leren van en met elkaar
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
4
Inleiding Het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen komt in de verstandelijk gehandicaptenzorg (VG) en in verpleeg- en verzorgingshuizen (V&V) nog steeds voor. Ook in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ). Vrijheidsbeperkende maatregelen worden om verschillende redenen toegepast. In de gehandicaptenzorg worden vaak vrijheidsbeperkende maatregelen toegepast om anderen of zichzelf te beschermen tegen gevaar, zoals agressie. In de ouderenzorg is het voorkomen van letsel door een val de voornaamste reden om een fysieke vrijheidsbeperking toe te passen. Hoofdreden voor de inzet van vrijheidsbeperkende maatregelen is dus bescherming van de cliënt en zijn omgeving. Bij de inzet van een vrijheidsbeperkende interventie wordt een afweging gemaakt van het risico dat men loopt als er vrijheidsbeperking wordt toegepast. Maar bij deze afweging wordt vaak onvoldoende rekening gehouden met de negatieve aspecten van vrijheidsbeperking. Ernstig letsel door vrijheidsbeperkende maatregelen Het toepassen van vrijheidsbeperking heeft vaak vergaande gevolgen voor de cliënt. Er kunnen bij bijv. gebruik van Zweedse banden lichamelijke gevolgen zijn zoals een verminderde lichamelijke conditie, afname van de spiermassa, doorligwonden en incontinentie. Ook kunnen er negatieve psychische gevolgen zijn van vrijheidsbeperking zoals een negatief zelfbeeld, verwardheid, onrust, angst, depressie en agressie (Huizing, 2008). Toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen kan hierdoor vergaande gevolgen hebben voor iemands kwaliteit van bestaan. Tegelijkertijd schrijft de wet voor dat een vrijheidsbeperkende maatregel juist gericht moet zijn op het bevorderen of het in stand houden van de kwaliteit van bestaan. Nieuwe wet In Nederland ligt het wetsvoorstel ‘Zorg en dwang’ bij de Tweede kamer. Doel van de nieuwe wet is tweeledig. Enerzijds wordt in de nieuwe wet geregeld dat onvrijwillige zorg alleen mag worden toegepast als er sprake is van ernstig nadeel voor de cliënt of voor anderen. Het geeft de zorgverleners een duidelijk afwegingskader van wat wel of niet mag. Anderzijds regelt de wet onder welke condities mensen kunnen worden opgenomen als ze zichzelf niet meer over opname kunnen uitspreken. De wet regelt verder dat dit soort maatregelen altijd in een zorgplan te vinden moeten zijn en multidisciplinair zijn overlegd. Bovendien moet in het zorgplan zijn aangetoond dat er écht sprake is van ernstig nadeel. Vooruitlopend op de goedkeuring en de invoering van de ‘nieuwe wet’, is er voor de ontwikkeling van deze toolkit gebruik gemaakt van het ‘richtinggevend kader’. Afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen nog steeds nodig! De afgelopen jaren is er, door de campagne ‘Zorg voor vrijheid‘ die de inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) in samenwerking met het veld uitvoert, veel aandacht geweest voor het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen in de langdurige zorg. Een belangrijk onderdeel is het streven dat organisaties in de verstandelijke gehandicaptenzorg en verpleeg- en verzorgingshuizen geen vrijheidsbeperkende maatregelen meer gebruiken in 2011. Nederland is (nog) niet vrijheidsbeperkende maatregelen vrij, maar veel organisaties zijn op de goede weg. IGZ heeft in het laatste rapport (2010) een afname van het aantal vrijheidsbeperkende maatregelen geconstateerd bij de bezochte instellingen, maar een landelijk beeld in cijfers is niet te geven. Het volledige rapport vindt u op de site van IGZ. [http://www.igz.nl/]
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
5
deel 1 Aan de slag met de verbetermethode!
voorbereidingsfase aan de slag door stap voor stap af te bouwen stap 1 - maand 1 stap 2 - maand 2 stap 3 - maand 3 stap 4 - maand 4 stap 5 - maand 5 stap 6 - maand 6 stap 7 - maand 7 stap 8 - maand 8 stap 9 - maand 9
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
6
voorbereidingsfase Hoe zet ik een verbeterproject zorg voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen op? Verbeteren kan! Het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen is mogelijk. Organisaties die deelnamen aan de Verbetertrajecten ’Ban de band’ in het ’Zorg voor Beter’ programma hebben het aantal vrijheidsbeperkende maatregelen binnen een half jaar met ruim 30% teruggebracht, zonder toename van ernstig letsel of agressie-incidenten. Ook zijn belangrijke verbeteringen gerealiseerd in de bewustwording van medewerkers. Deze toolkit helpt u in negen maanden op weg vrijheidsbeperkende maatregelen af te bouwen en op onderdelen, daar waar nodig, te verbeteren. Naast het afbouwen van vrijheidsbeperking leert u ook cyclisch te werken volgende de PDSA cirkel.
‘Een goede voorbereiding is het halve werk’ Voordat u daadwerkelijk begint met het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen is het raadzaam een verbeterteam samen te stellen, een planning te maken en randvoorwaarden te regelen. Onderstaande punten helpen uw verbeterproject tot een succes te maken.
Hoe belangrijk het is om het afbouwen gezamenlijk te doen, ondervond Ine Smeets, verpleegkundig specialiste in Lückerheide. “Pas toen de Raad van Bestuur uitsprak dat de banden weg moesten gebeurde er echt wat. Het was geen vraag meer of de band wel weg kon. Nee, nu moest het! Iedereen werd uitgedaagd met creatieve oplossingen te komen en alle disciplines mochten hierbij worden betrokken. Ineens stond ik er niet meer alleen voor, maar werd het iets gezamenlijks.”
Steun van het management Het management heeft ook een grote rol bij het stimuleren en meekrijgen van de medewerkers en het faciliteren van het verbetertraject. Het is dan ook belangrijk het onderwerp op het netvlies van het management te krijgen. Welke disciplines hebben een meerwaarde in het verbeterteam Een sterk verbeterteam en heldere rollen van alle betrokkenen zijn cruciaal voor een geslaagd project en goede resultaten. De inzet van de juiste mensen op de juiste plek is een succesfactor voor het realiseren van de ambities. Dit verbeterteam is multidisciplinair (een gedragsdeskundige, een arts, een fysiotherapeut of ergotherapeut, medewerkers van de werkvloer (indien van toepassing ook nachtdienst) en wordt aangestuurd door een projectleider (manager). Het verbeterteam komt regelmatig bijeen. Zie document voorbereidende opdrachten.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
7
De Sterkte/Zwakte-analyse Voordat u echt van start gaat is het goed om een globaal beeld te hebben van de huidige situatie op de afdeling(en). De Sterkte/Zwakte-analyse is hier een handig instrument voor. Het doel van deze analyse is inzicht krijgen in de sterke en zwakke punten rond de inzet van vrijheidsbeperking. Met behulp van deze analyse krijgt u inzicht in sterke en zwakke kanten van het proces van toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen. U maakt hiermee op een gestructureerde manier een schets van de huidige situatie op uw pilotafdeling(en). Deze situatieschets vormt de basis voor de oriëntatie op de inhoud van het verbeteractieplan. Zie document voorbereidende opdrachten.
ervaringsverhalen Bets Schoenmakers is een hoogbejaarde vrouw met de ziekte van Alzheimer. Ze woont sinds twee jaar op een afdeling psychogeriatrie. Sinds een beroerte (CVA) loopt ze wankel, maar zij weigert vaak haar rollator te gebruiken of zij vergeet waar die staat. Daardoor loopt ze soms zoveel rond dat uitputting dreigt. In het najaar van 2009 breekt zij bij een val haar heup. De operatie verloopt goed, maar de onrust blijft en Bets wil al snel weer gaan lopen. Dat is in de ogen van de zorgverleners niet verantwoord, omdat ze nog slechter loopt dan voor de val. In plaats van de band? Inmiddels doet het verpleeghuis waar Bets verblijft mee aan ‘Ban de Band’. Vóór dit project zou Bets wegens ernstig valgevaar gefixeerd worden met een band in de stoel en in bed. In dit geval kiezen haar verzorgers voor een andere aanpak. Zij proberen verschillende dingen uit: zij maken bijvoorbeeld de ruimte om haar heen vrij van obstakels. En om haar minder prikkels te geven, verblijft zij wat meer op haar eigen kamer. Voor voldoende veiligheid plaatsen zij wel een belmat, maar dat blijkt geen succes. Vervolgens kiezen haar verzorgers voor een signaleringssysteem waarbij Betsie en de stoel met een magneet zijn verbonden. Het harde signaal gaat echter vaak af en Betsie schrikt daar zo van, dat ze erg geagiteerd reageert. Afweging tussen vallen en vrijheid Uiteindelijk is daarom een infraroodsensor geplaatst. De verzorgers hebben met de familie besproken dat het kan voorkomen dat Betsie al meters heeft afgelegd voordat de verzorging bij haar is. Hoewel het niet gebruiken van een band een groter risico op vallen betekent, besluiten zij gezamenlijk het nieuwe beleid te ondersteunen. Betsie hecht immers veel waarde aan haar zelfstandigheid en vrijheid. In de weken erna gaat de sensor vele malen af. Het verzorgend personeel heeft haar telkens begeleid en dat vergt de nodige inzet. Maar na enkele weken is haar looppatroon, door fysiotherapie maar ook doordat ze zelf zoveel liep, dusdanig vooruit gegaan, dat begeleiding niet meer nodig is. Soms is er nog sprake van valgevaar, met name als ze zelf besluit dat ze de rollator niet wil gebruiken. Maar haar verzorgers maken steeds opnieuw de afweging tussen het risico op vallen en het welbevinden van Bets als cliënt.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
8
aan de slag door stap voor stap af te bouwen In de komende negen maanden gaat u werken aan het verantwoord afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen volgens de verbetermethode. U gaat aan de hand van metingen een actieplan resultaatgericht verbeteren. Hieronder volgen de te ondernemen acties per stap. Deze acties zijn ook schematisch weergegeven in het ‘draaiboek’. De eerste drie stappen - stap 1, 2, en 3 - staan allemaal in het teken van informeren, bewustwording creëren, startmetingen en een actieplan opstellen.
stap 1 - maand 1 Stap 1 staat in het teken van: infomeren, metingen inplannen en de startmetingen uitvoeren. De volgende concrete activiteiten staan gepland: 1 Breng mensen op de hoogte van het verbetertraject Breng medewerkers, cliëntenraad, familie en andere disciplines op hoogte van het project. Maak hiervoor een beknopt communicatieplan. Gebruik hiervoor het document ‘communicatieplan’. Een manier om iedereen te informeren en te enthousiasmeren is het organiseren van een kick-off bijeenkomst. Een verbetertraject heeft een begin en een einde. Een belangrijke gebeurtenis is natuurlijk de officiële start, de zogenoemde kick-off. Gebruik voor het organiseren van de kick-off bijeenkomst het document ‘kick-off’. Wanneer u voor familie een aparte bijeenkomst organiseert kunt u tevens het formulier ‘familiebijeenkomst’ gebruiken. 2 Plan alle metingen van het verbetertraject in De belangrijkste activiteit in het verbetertraject is het meten. Elke maand wordt een aantal metingen uitgevoerd en geanalyseerd. Om te voorkomen dat door de hectiek en waan van de dag er niet voldoende tijd is om aan het verbeteren te werken zult u hier vooraf al tijd voor moeten reserveren. Het document ‘meetplan’ geeft een overzicht en toelichting op de verschillende metingen. 3 Voer de startmeting uit In deze eerste maand voert u vijf metingen uit (meer uitleg over de metingen vindt u in het ‘meetplan’). Hierdoor krijgt u inzicht in de beginsituatie. Doe dit aan de hand van de volgende stappen: 3.1 Voer een analyse kwaliteitscriteria uit. Met deze analyse kunt u het proces van de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in kaart te brengen. U krijgt inzicht in wat goed gaat en waar verbeterdoelen liggen. Gebruik voor de analyse het formulier ‘analyse kwaliteitscriteria’ en verwerk de gegevens in de ‘spreadsheet’. De uitleg bij het invullen van de spreadsheet is ook in dit document te vinden. 3.2 Inventariseer alle vrijheidsbeperkende maatregelen van de locatie. Met het formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’ kunnen alle vrijheidsbeperkende maatregelen van de locatie in kaart worden gebracht.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
9
3.3 Inventariseer de balansindicatoren van alle cliënten op de locatie (psychofarmaca, valincidenten met letsel en agressie-incidenten) van de afgelopen 9 maanden. Gebruik hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. Maak ook een inventarisatie van deze balansindicatoren van deze maand. Het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen kan leiden tot meer valincidenten, maar uit onderzoek blijkt dat dit niet leidt tot meer ernstig letsel. Deze inventarisaties zijn nodig om de gevolgen van het afbouwen te kunnen monitoren. 3.4 Meet gedurende 1 week het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen (geeltjesmeting) en verwerk de gegevens in het tabblad ‘geeltjesmeting’ van de ‘spreadsheet’. De uitleg bij het invullen van de spreadsheet is ook in dit document te vinden.
ervaringsverhalen De heer Verpaalen is 82 jaar oud en heeft Alzheimer. Hij is erg onrustig. Om valgevaar, onrust en loopdrang tegen te gaan, laten zijn verzorgers de heer Verpaalen slapen in een Zweedse band. De band wordt ook gebruikt omdat hij anders niet aan voldoende rust komt. Hij draait namelijk het dag- en nachtritme om. De band helpt wel: hij krijgt meer nachtrust en valt niet. Hij is alleen wel erg onrustig in de band en dat zou je kunnen zien als een vorm van verzet. Eerst aarzeling De familie was het in eerste instantie niet eens met het plan om de band af te bouwen. Zij vonden het risico op vallen te groot. Na verloop van tijd werd de familie echter steeds positiever. Uiteindelijk heeft mevrouw Verpaalen zelfs meegewerkt aan een familieavond binnen de instelling waar ze haar verhaal heeft verteld. Ook medewerkers hadden hun twijfels. Toen de eerste positieve resultaten zichtbaar werden, durfden de medewerkers pas echt aan de slag te gaan met het afbouwen van de band. Plan van aanpak Bij de heer Verpaalen is de band stapsgewijs afgebouwd. Het verbeterteam heeft een plan van aanpak gemaakt en heeft dat eerst besproken met zijn verzorgers en met de familie. Met hen zijn ook observatieafspraken gemaakt. Daarnaast hebben de medewerkers in overleg alternatieven uitgeprobeerd en aangeschaft. De heer Verpaalen slaapt nu niet meer in een band en dat gaat heel goed. De instelling maakt gebruik van een extra laag bed, een matras vóór het bed en een sensorbel. Het team, de familie én de cliënt zijn tevreden.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
10
stap 2 - maand 2 In maand 2 staan de volgende activiteiten gepland: 1 Voer de metingen voor maand 2 uit In het ‘meetplan’ staan de twee metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: 1.1 Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen en/of vergelijkbare maatregelen. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.2 In kaart brengen van de drie balansindicatoren: valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen kan leiden tot meer valincidenten, maar uit onderzoek blijkt dat dit niet leidt tot meer letsel. Toch willen we dit goed monitoren. Daarom willen we het aantal valincidenten met letsel (dus waarvoor een arts moet worden geconsulteerd), het aantal agressie-incidenten en het psychofarmacagebruik volgen. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’.
ervaringsverhalen Tony is 46 jaar oud, verstandelijk beperkt en hij heeft een sterke behoefte aan structuur. Hij is drie jaar geleden uit bed gevallen en heeft toen zijn heup gebroken. Om valgevaar in de nacht te voorkomen hebben zijn verzorgers indertijd besloten een Bratexband te gaan gebruiken in de nacht. Nadat hij hersteld was van zijn botbreuk, vroeg hij steeds zelf om de band. Als hij deze niet kreeg, ging hij gillen. Dat was natuurlijk niet zo prettig, ook niet voor de medebewoners. Dankzij het gebruik van de band sliep Tony goed. Alternatieven niet nodig De medewerkers vonden het eigenlijk maar niets om de band af te bouwen. Ze waren bang dat de nachtelijke rust verstoord zou worden. Nu ging Tony toevallig verhuizen naar een andere locatie. Omdat de verhuizing voor hem al een nieuwe omgeving en structuur bood, hebben de medewerkers toen het verdwijnen van de band als onderdeel meegenomen in het geheel van veranderingen. En wat bleek? Alternatieven waren niet nodig. Tony slaapt nu net zo goed als in zijn vorige woonomgeving. Zijn gedrag is hetzelfde als voorheen en ook zijn structuur is hetzelfde gebleven. Maar dan dus zonder band.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
11
stap 3 - maand 3 Maand 3 staat in het teken van het maken van een actieplan en meten. 1 Maak een actieplan Formuleer doelstellingen voor dit verbetertraject op basis van de resultaten van de startmetingen en van de analyse kwaliteitscriteria (zie maand 1). Maak op basis van deze doelstellingen en resultaten een actieplan voor de komende maanden. Stel realistische doelen en maak ze SMART. Gebruik hiervoor het document ‘format actieplan’. 2 Voer de metingen uit In het ‘meetplan’ staan de metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: 2.1 Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen en alle vergelijkbare restrictieve maatregelen. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1 en 2) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 2.2 In kaart brengen van de drie balansindicatoren: valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’.
3 Werk aan de bewustwording van medewerkers De bewustwording van medewerkers is een belangrijke voorwaarde voor veranderingen. Dat geldt ook voor het omgaan met vrijheidsbeperking en het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Maar het is ook een van de moeilijkste onderdelen van het verbetertraject. Bewustwording heeft te maken met cultuur en het veranderen van gewoontes in de dagelijkse zorg. Taaie thema’s die om aanhoudende aandacht van het verbeterteam vragen. In het document ‘werken aan bewustwording’ staan een aantal tips voor het werken aan bewustwording.
tip Uitvoerend medewerkers zijn soms bang voor de gevolgen van het verdwijnen van de band. Zij willen graag een overgangsfase. Toch is het bij een aantal cliënten goed mogelijk om de band radicaal te verwijderen, zonder ‘afbouwregeling’.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
12
De volgende stappen - stap 4, 5, 6, en 7 - staan allen in het teken van meten en het uitvoeren van het actieplan.
stap 4 - maand 4 In stap 4 wordt eveneens gemeten, maar is er ook aandacht voor overleggen. En bovendien wordt in deze maand gestart met datgene waar het allemaal om gaat: het verbeteren! 1 Voer de metingen uit In het ‘meetplan’ staan de metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: - Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1, 2 en 3) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. - In kaart brengen van de drie balansindicatoren: valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. - Voer een tweede ’geeltjesmeting’ uit. 2 Plan en voer multidisciplinair overleg Het afbouwen van een al lang bestaande situatie lukt niet van de ene op de andere dag. Er zijn waarschijnlijk meerdere gesprekken nodig met cliënt/familie/wettelijk vertegenwoordigers. Voor elke cliënt met vrijheidsbeperkende maatregelen voert u de komende maanden diverse multidisciplinairE overleggen (MDO). Gebruik hiervoor de documenten ‘alternatieve maatregelen’ en ‘format MDO’. 3 Voer het actieplan uit In maand 3 is een actieplan opgesteld. In deze maand start de uitvoer van de geplande verbeteracties. 4 Vier uw successen! Vier uw eerste successen. Trakteer bijvoorbeeld op taart!
tip Ga op zoek naar goede alternatieven. Vraag dit na bij andere instellingen, die al verder zijn met non-fixatie. Je hoeft niet steeds opnieuw het wiel uit te vinden.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
13
stap 5 - maand 5 In maand 5 staan de volgende activiteiten gepland: 1 Voer de metingen uit In het ‘meetplan’ staan de metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: 1.1 Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen en alle vergelijkbare restrictieve maatregelen. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1, 2, 3 en 4) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.2 In kaart brengen van de drie balansindicatoren: valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 2 Bewaak de voortgang van de MDO’s Voor elke cliënt met een onrustband of vergelijkbare vrijheidsbeperkende maatregel voert u de komende maanden diverse multidisciplinaire overleggen (MDO). Gebruik hiervoor de documenten ‘alternatieve maatregelen’ en ‘format MDO’. 3 Voer het actieplan uit In maand 3 is een actieplan opgesteld. In deze maand vindt de verdere uitvoer van de geplande verbeteracties plaats. Stel indien nodig het plan bij. 4 Vier uw successen! Besteed op een positieve manier aandacht aan de behaalde resultaten!
tip Doe alles in goed overleg en neem geen overhaaste beslissingen. Geef de belangenbehartigers de tijd om te wennen aan het idee dat hun verwante straks niet meer vastligt. Het vastliggen geeft de verwante vaak een vertrouwd gevoel.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
14
stap 6 - maand 6 In maand 6 staan de volgende activiteiten gepland: 1 Voer de metingen uit In het ‘meetplan’ staan de metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: 1.1 Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen en alle vergelijkbare restrictieve maatregelen van de locatie. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1, 2 , 3, 4 en 5) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.2 In kaart brengen van de drie balansindicatoren: valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 2 Bewaak de voortgang van de MDO’s Voor elke cliënt met een onrustband of vergelijkbare vrijheidsbeperkende maatregel voert u de komende maanden diverse multidisciplinair overleggen (MDO). Gebruik hiervoor de documenten, ‘alternatieve maatregelen’ en ‘format MDO’.
3 Voer actieplan uit In maand 3 is een actieplan opgesteld. In deze maand vindt de verdere uitvoer van de geplande verbeteracties plaats. Stel indien nodig het plan bij. 4 Vier uw successen! Blijf successen vieren!
tip Vaak wordt als reden voor een onrustband ‘valgevaar’ opgegeven, maar meestal zijn andere redenen de oorzaak voor het inzetten van een band. De onderliggende reden moet je goed onderzoeken.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
15
stap 7 - maand 7 In maand 7 staan de volgende activiteiten gepland: 1 Voer de metingen uit 1.1 In het ‘meetplan’ staan de metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen en alle vergelijkbare restrictieve maatregelen van de locatie. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1, 2 , 3, 4, 5 en 6) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.2 In kaart brengen van de drie balansindicatoren: valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 2 Bewaak de voortgang van de MDO’s Voor elke cliënt met een onrustband of vergelijkbare vrijheidsbeperkende maatregel voert u de komende maanden diverse multidisciplinaire overleggen (MDO). Gebruik hiervoor de documenten, ‘alternatieve maatregelen’ en ‘format MDO’. 3 Voer het actieplan uit In maand 3 is een actieplan opgesteld. In deze maand vindt de verdere uitvoer van de geplande verbeteracties plaats. Stel indien nodig het plan bij. 4 Vier uw successen! Blijf successen vieren!
tip Het kost moeite om bij sommige medewerkers het bewustzijn te creëren dat het ook zonder fixatie kan. Je moet het langzaam brengen, stukje voor stukje, zodat men aan het idee kan wennen.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
16
De laatste stappen - stap 8 en 9 – weten is weten en borgen.
stap 8 - maand 8 In maand 8 staan de volgende activiteiten gepland: 1 Voer de metingen uit In het ‘meetplan’ staan de metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: 1.1 Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen en alle vergelijkbare restrictieve maatregelen. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1, 2 , 3, 4, 5, 6 en 7) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.2 Breng de drie balansindicatoren in kaart: valincidenten met letsel, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.3 Voer een laatste ‘geeltjesmeting’ uit. 1.4 Voer een analyse kwaliteitscriteria uit. Met deze analyse kunt u het proces van de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in kaart brengen. U krijgt inzicht in wat goed gaat en waar verbeterdoelen liggen. Gebruik voor de analyse het formulier ‘analyse kwaliteitscriteria’ en verwerk de gegevens in link ‘spreadsheet’. Voor uitleg bij het invullen van de spreadsheet zie document ‘uitleg spreadsheet’. 2 Bewaak de voortgang van de MDO’s Voor elke cliënt met een onrustband of vergelijkbare vrijheidsbeperkende maatregel voert u de komende maanden diverse multidisciplinaire overleggen (MDO). Gebruik hiervoor de documenten ‘alternatieve maatregelen’ en ‘format MDO’. 3 Voer actieplan uit In maand 3 is een actieplan opgesteld. In deze maand vindt de verdere uitvoer van de geplande verbeteracties plaats. 4 Vier uw successen! Blijf successen vieren!
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
17
stap 9 - maand 9 In maand 9 staan de volgende activiteiten gepland: 1 Voer de metingen uit In het ‘meetplan‘ staan de metingen die deze maand uitgevoerd moeten worden. Dit zijn: 1.1 Inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen en alle vergelijkbare restrictieve maatregelen van de locatie. Gebruik hiervoor het reeds (in maand 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8) gebruikte formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.2 In kaart brengen van de drie balansindicatoren: valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik. Gebruik ook hiervoor het document ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’. 1.3 Verwerk alle gegevens naar eindtotalen en verspreid de resultaten. 2 Organiseer een afsluitende bijeenkomst Presenteer de resultaten van de afgelopen negen maanden in een afsluitende bijeenkomst voor medewerkers, cliënten, familie en andere geïnteresseerde. Maak er een feestelijk happening van. Geef tijdens deze bijeenkomst aan dat het verbetertraject is afgerond, maar dat het bannen van vrijheidsbeperkende maatregelen een vast agendapunt blijft. 3 Maak een borgingsplan Zie ‘borgingsplan’ en ’de laatste tips rondom borgen en verspreiden’
tip Probeer niet teveel in 1 keer te doen. Werk stapsgewijs. Dat kost wel meer tijd, maar vergroot je kans om je doel te behalen. En als er iets niet goed gaat, kan je beter zien in welk gedeelte van het traject het niet goed gaat.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
18
gewoon doorgaan! De negen stappen van het verbetertraject zijn doorlopen. Hoogstwaarschijnlijk heeft u een groot aantal vrijheidsbeperkende maatregelen verantwoord en succesvol afgebouwd en veel ervaringen opgedaan. Geweldige resultaten die behouden moeten worden en wellicht ook voor andere teams of locaties interessant zijn. Verspreiden Het zou zonde zijn als elk team afzonderlijk een eigen wiel gaat uitvinden. Laat uw collega’s zien en horen wat werkt en hoe zij jullie valkuilen kunnen voorkomen. Zo verspreid u de verandering. Vasthouden van de resultaten Natuurlijk wilt u de doorgevoerde verbeteringen ook op lange termijn vasthouden (borgen). De praktijk leert dat dit niet vanzelf gaat. Blijvende aandacht moet u organiseren. Dit doet u bijvoorbeeld door aandachtsfunctionarissen aan te stellen: in elk team is iemand verantwoordelijk om het thema vrijheidsbeperking onder de aandacht te houden. Leg de verbeteringen zoveel mogelijk vast in bestaande structuren, dit voorkomt dat ze wegzakken. Maak bijvoorbeeld een nieuw kopje in het zorg-leefplan/ondersteuningsplan en zorg voor blijvende aandacht voor (evaluatie van) vrijheidsbeperkende maatregelen en vergelijkbare maatregelen tijdens cliënt besprekingen/MDO. Ook kan een BOPZ commissie een belangrijke rol spelen. Tot slot is regelmatig meten na de projectperiode essentieel voor het vasthouden van de resultaten. Zo zie je of de verbeteringen behouden zijn en of het juiste effect er nog is. Op basis van de meetgegevens kunt u zo nodig bijsturen. Ook kunnen metingen aanleiding geven nieuwe onderwerpen aan te pakken. Zoek naar een meetmethode en meetfrequentie die zoveel mogelijk informatie oplevert en zo min mogelijk tijd kost. De geeltjesmeting is hiervoor een goed middel. Let op: te vaak meten kan leiden tot ‘geeltjesmoeheid’, dit vertekent de resultaten. Doseer je metingen dus goed in de tijd. Gebruik ook het bestaande registratie- en meldingssysteem (MIC/FOBO) voor het signaleren van fouten en verbetermogelijkheden. Deze kunnen input leveren voor nieuwe verbetercycli. Vragen of ondersteuning nodig? Neem contact op met Vilans via
[email protected], www.vilans.nl of 030 789 2300.
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
19
deel 2 Overzicht van formulieren en documenten
Formulieren analyse kwaliteitscriteria
formulier
uitleg
geeltjesmeting
formulier
uitleg
inventarisatie balansindicatoren
formulier
uitleg
inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen
formulier
uitleg
spreadsheet
formulier
uitleg
Documenten
toolkit
actieplan
document
alternatieve maatregelen
document
communicatieplan
document
factsheet vbm
document
factsheet wetgeving
document
format mdo afbouw formulier
document
instructie geeltjesmeting (voor medewerkers)
document
meetplan
document
opzet familiebijeenkomst
document
strokenoefening
document
uitleg bij spreadsheet
document
vragenlijst attitude
document
voorbereidende opdrachten
document
werkboek vrijheid
document
werken aan bewustwording
document
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
20
Verder worden een aantal documenten aanbevolen, die niet bij deze methodiekbeschrijving zijn gevoegd. Dit zijn: - - - - - - - - - - - - - - - -
DVD met voorbeelden. Te bestellen via de webwinkel van Vilans (www.vilans.nl) Goede zorg bij verzet, handreiking, Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Intentieverklaring veldpartijen, Inspectie voor de Gezondheidszorg Leven in vrijheid, werken in vrijheid, werkboek, te downloaden via Meepraten over beperking van je vrijheid, een handreiking voor cliënten, Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Nadenken over vrijheidsbeperking, een handreiking voor medewerkers, Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Omgaan met verzet, handleiding bij een dvd, Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland Richtlijn Omgaan met gedragsproblemen bij dementie, UMC St. Radboud/Hogeschool INHolland Richtlijn Preventie van valincidenten bij ouderen, NVKG Richtlijn Probleemgedrag, NVVA Richtlijn Vrijheidsbeperking in de zorg voor mensen met een beperking, UMC Utrecht, disciplinegroep Verplegingswetenschap Vrijheidsbeperking, factsheet, Universiteit Maastricht Zorg voor vrijheid, rapport, Inspectie voor de Gezondheidszorg Vonnis en uitspraak, LJN Zweedse band Brochure Over de wet Bopz van het miniserie van VWS Beleidsnota Domotica in Inovum Op de website van de Borg (www.deborg.nl) vindt u een handboek signaleringsplannen en kunt u een leeg signaleringsplan downloaden
Deze documenten kunt u ook opvragen bij Vilans of Zorg voor Beter (www.vilans.nl of www.zorgvoorbeter.nl/kennisbank).
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
21
formulieren uitleg Hieronder volgt een uitleg van formulieren die gebruikt worden in de negen stappen van het verbetertraject. De formulieren zijn vervolgens in alfabetische volgorde toegevoegd in deel 3 van deze methodiekbeschrijving.
Inventarisatie en overzicht (Zweedse) vrijheidsbeperkende maatregelen en vergelijkbare maatregelen Titel
Inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen
Doel van dit formulier?
Het aantal vrijheidsbeperkende maatregelen1 of vergelijkbare restrictieve maatregelen2 binnen uw instelling in kaart brengen.
Wanneer gebruiken?
Maand 1 t/m 9 (en verder)
Hoe vaak gebruiken?
1x per maand
Wie gaat met dit formulier werken?
Teamleider
Wat te doen met de resultaten?
Dit formulier inleveren bij de projectleider/locatiemanager. De resultaten bespreken in verbeterteam en evt. verspreiden onder medewerkers. Resultaten gebruiken als input voor actieplan.
Beschrijving
Deze meting is de belangrijkste indicator. Hiermee krijgt u inzicht in het aantal vrijheidsbeperkende maatregelen (of vergelijkbare maatregel) bij de start van het traject en het afbouwen van de onrustband.
Werkwijze
Deze inventarisatie bestaat uit twee metingen. Meting A en meting B. Meting A betreft de inventarisatie van vrijheidsbeperkende maatregelen in maand 1 t/m 9. Meting B betreft de inventarisatie van andere restrictieve maatregelen in maand 1 t/m 9.
Overige informatie
Meer informatie kunt u vinden in het meetplan.
Naar het formulier
Naar het overzicht
1
Onder een onrustband verstaan wij: Zweedse band; Bratex band; Zwarte band; Houdingvestje en alle andere vestjes die gebruikt worden om een cliënt in bed of stoel te fixeren; Alle vrijheidsbeperkende maatregelen in bed of stoel die cliënten niet zelf kunnen openen.
2
Vergelijkbare maatregelen die wij even restrictief vinden en die ook binnen de doelstelling van Ban de band vallen, zijn: tafelblad over stoel, wanneer gebruikt om cliënt te beletten op te staan; plank onder stoel, wanneer gebruikt om cliënt te beletten op te staan; verpleegdeken; diepe stoel, wanneer gebruikt om te voorkomen dat een cliënt zelf op staat; andere maatregelen die cliënten belemmeren uit bed of stoel te komen (met uitzondering van bedhekken).
toolkit
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
22
Geeltjesmeting Titel Geeltjesmeting Doel van dit formulier?
Doel van de geeltjesmeting is medewerkers bewust maken van het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen en vergelijkbare maatregelen en inzicht krijgen bij wie en hoe vaak deze maatregelen worden toegepast, of er sprake is van verzet en het volgens afspraak gebeurt.
Wanneer gebruiken?
Maand 1, 4 en 8
Wie gaat met dit instrument werken? Elke medewerker/teamleider Wat te doen met de resultaten?
De projectleider haalt aan het eind van de week alle geeltjes van de geeltjesposter, verwijdert de geeltjesposter van de afdeling en zet de informatie van de geeltjes in de ‘spreadsheet’ (op te vragen bij Vilans). De scores van de metingen wordt automatisch in de spreadsheet verwerkt. Deze spreadsheet is voor eigen gebruik. De resultaten in het verbeterteam interpreteren en terugkoppelen aan medewerkers. Gebruiken als input voor het actieplan.
Voorbereiding vereist?
Licht medewerkers en cliënten/vertegenwoordigers/familie in over de meting.
Beschrijving
Met de geeltjesmeting krijgt u inzicht in hoe vaak en op welke momenten vrijheidsbeperkende maatregelen omgedaan worden. Ook of er sprake is van verzet. Daarnaast worden medewerkers zich bewust van de maatregelen.
Werkwijze
Elke medewerker plakt een post-it op de geeltjesposter op het moment dat hij/zij tijdens zijn/haar dienst een onrustband of vergelijkbare maatregel toepast. Elke keer wanneer de onrustband of vergelijkbare maatregel weer wordt toegepast (dus ook na verzorging of toiletgang) wordt een geeltje geplakt. Een uitgebreide instructie over het uitvoeren van de ‘geeltjesmeting‘ vindt u in het document ‘instructie geeltjesmeting‘.
Overige informatie
Meer informatie kunt u vinden in het ‘meetplan‘.
Naar het formulier
toolkit
Naar het overzicht
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
23
Analyse Kwaliteitscriteria Titel
Analyse kwaliteitscriteria
Doel van dit instrument?
De definitie van vrijheidsbeperking is: alle maatregelen (fysiek en verbaal) die de vrijheid van cliënten beperken. Met deze analyse kunt u het proces van de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in kaart te brengen. U krijgt inzicht in wat goed gaat en waar verbeterdoelen liggen.
Wanneer gebruiken?
Maand 1 en 8
Wie gaat met dit instrument werken? Zoveel mogelijk betrokkenen bij de vrijheidsbeperking vullen deze lijst in: verpleegkundigen, verzorgenden, begeleiders, arts, gedragskundige en/of andere disciplines, afdelingshoofd. Wat te doen met de resultaten?
De projectleider zorgt voor de invoer van de gegevens in de spreadsheet. De spreadsheet heeft ruimte voor de antwoorden van maximaal 20 personen
Beschrijving
Uit de ‘analyse kwaliteitscriteria‘ komen naar voren op welke processen verbeterd kan worden: communicatie, preventief beleid, deskundigheid, zorg als proces, randvoorwaarden en verantwoording. Met behulp van dit instrument kunt u verbeterpunten formuleren per thema. Naast het werken aan een verantwoorde afbouw van vrijheidsbeperkende maatregelen en vergelijkbare maatregelen wordt gewerkt aan deze verbeterpunten met behulp van het actieplan. U formuleert doelstellingen en bepaalt verbeteracties.
Werkwijze
Deze analyse bevat een aantal vragen. Wij verzoeken u elke vraag met ja of nee/weet niet te beantwoorden én een cijfer tussen 0 en 10 te geven. Dit cijfer zegt iets over uw oordeel over de kwaliteit op uw afdeling/uw organisatie. Verwerk in maand 1 alle antwoorden van alle personen in tabblad ‘invoer analyse begin’ van de ‘spreadsheet’. Verwerk in maand 8 de antwoorden van de tweede vragenlijst van alle personen in tabblad ‘invoer analyse eind’ van de ‘spreadsheet’.
Overige informatie
Naar het formulier
toolkit
Meer informatie kunt u vinden in ‘analyse kwaliteitscriteria‘ en het ‘meetplan’.
Naar het overzicht
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
24
Spreadsheet Titel Spreadsheet Doel van dit instrument?
In de spreadsheet kunt u de resultaten van de geeltjesmeting en de analyse kwaliteitscriteria verwerken. Hierdoor brengt u het proces van de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in kaart. U krijgt inzicht in wat goed gaat en waar verbeterdoelen liggen.
Wanneer gebruiken?
Maand 1 en 8 voor ‘analyse kwaliteitscriteria’.
Wie gaat met dit instrument werken? Zoveel mogelijk betrokkenen bij de vrijheidsbeperking vullen deze lijst in: verpleegkundigen, verzorgenden, begeleiders, arts, gedragskundige en/of andere disciplines, afdelingshoofd. Wat te doen met de resultaten?
De projectleider zorgt vervolgens voor de invoer van de gegevens in de spreadsheet. Het spreadsheet deel ‘analyse kwaliteitscriteria’ heeft ruimte voor de antwoorden van maximaal 20 personen. Onder het tabblad ‘geeltjesmeting’ kunnen de geeltjes ingevoerd worden.
Beschrijving
Uit de ‘analyse kwaliteitscriteria’ komen naar voren op welke processen verbeterd kan worden: communicatie, preventief beleid, deskundigheid, zorg als proces, randvoorwaarden en verantwoording. Met behulp van dit instrument kunt u verbeterpunten formuleren per thema. Naast het werken aan een verantwoorde afbouw van vrijheidsbeperkende maatregelen en vergelijkbare maatregelen wordt gewerkt aan deze verbeterpunten met behulp van het actieplan. U formuleert doelstellingen en bepaalt verbeteracties.
Werkwijze
Verwerk in maand 1 alle antwoorden van alle vragenlijsten analyse kwaliteitscriteria in tabblad ‘invoer analyse begin’ van de spreadsheet. Verwerk in maand 6 alle antwoorden van alle personen in tabblad ‘invoer analyse eind’ van de ‘spreadsheet’. De uitkomsten van de ‘geeltjesmeting’ kunnen per meetmaand onder het betreffende tabblad ingevoerd worden.
Overige informatie
Voor uitleg bij de spreadsheet zie het document ‘uitleg spreadsheet’.
Naar het formulier
toolkit
Naar het overzicht
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
25
Inventarisatie en overzicht balansindicatoren Titel
Inventarisatie balansindicatoren
Doel van dit instrument?
Het aantal meldingen betreffende vallen, agressie en psychofarmacagebruik in kaart brengen.
Wanneer gebruiken?
Maand 1 t/m 9 (en verder)
Hoe vaak gebruiken?
1x per maand
Wie gaat met dit instrument werken? Teamleider Wat te doen met de resultaten?
Dit formulier inleveren bij de projectleider. Resultaten verwerken en interpreteren en bespreken in verbeterteam. Indien nodig project en acties aanpassen en aanscherpen.
Beschrijving
Deze meting is een belangrijke indicator. De relatie tussen vrijheidsbeperkende maatregelen, valincidenten, agressie-incidenten en psychofarmacagebruik is al in veel onderzoek aangetoond. Het afbouwen van vrijheidsbeperkende maatregelen kan leiden tot meer valincidenten, maar uit onderzoek blijkt dat dit niet leidt tot meer letsel. Het is belangrijk het aantal valincidenten met letsel (dus waarvoor een arts moet worden geconsulteerd), het aantal agressie-incidenten en het psychofarmacagebruik te volgen en indien nodig acties bij te stellen.
Werkwijze
Valincidenten met letsel en agressie-incidenten haalt u uit de formele MIP/FONA registratie van de locatie. Aan het eind van het traject vergelijken we deze aantallen met het aantal valincidenten met letsel en agressie-incidenten een half jaar vóór het verbetertraject. Psychofarmacagebruik haalt u uit het formulier ‘inventarisatie vrijheidsbeperkende maatregelen’.
Overige informatie
Meer informatie kunt u vinden in het ‘meetplan’.
Naar het formulier
toolkit
Naar het overzicht
zorg zelf voor minder vrijheidsbeperkende maatregelen
terug naar de inhoudsopgave
26