vereniging protestants christelijk primair onderwijs nieuwerkerk aan den ijssel Postbus 37 2910 AA Nieuwerkerk aan den IJssel
Toezicht rapportage 2014 1. Taakopdracht raad van toezicht Deze notitie beschrijft de activiteiten van de raad van toezicht en haar bevindingen, die zij heeft opgedaan bij de uitoefening van haar toezichtstaak, zoals deze is uitgevoerd in het voorjaar van 2014. Deze notitie is een verantwoording van de werkzaamheden en bevat enkele aanbevelingen die voortvloeien uit onze bevindingen.
2. Activiteiten raad van toezicht a. Toezichtactiviteiten Tijdens de eerste toezichtronde in 2012 hebben wij gekozen voor een werkwijze, die bestond uit de beoordeling van documenten en het voeren van een groot aantal gesprekken met direct of indirect aan de scholen verbonden mensen. Doel van de gesprekken was om naast een meer formele beoordeling ook inzicht te verkrijgen in de beleving van het functioneren van onze scholen. Wij noemen dit het ‘koud’ toezicht verrijken met ‘warm’ toezicht. Op grond van positieve reacties besloten wij in 2013 dezelfde werkwijze te gebruiken. Ook dit jaar hebben wij een vergelijkbare manier van werken gehanteerd. Deze werkwijze is in onze eerdere toezichtsrapportages nader toegelicht. Begin mei hebben wij in een groot aantal gesprekken met leerlingen, leerkrachten, ouders en directeuren ons een beeld gevormd van het reilen en zeilen in de scholen. We hebben ook gesproken met een beleidsmedewerker van de gemeente Zuidplas en met de directeur van een extern adviesbureau, die binnen de schoolvereniging actief is. In het totaal hebben wij in onze gesprekken 63 mensen, w.o. 16 kinderen, ontmoet. Dit keer hebben we in de gesprekken wat meer ingezoomd op de kernwaarden, de komst van passend onderwijs en de profilering van de scholen. Bevindingen worden onder 3. weergegeven. b. Bijzondere activiteiten In december 2013 is een functioneringsgesprek gevoerd tussen de voorzitter van de raad van toezicht en de directeur-bestuurder (voorzitter van het college van bestuur). Daarin heeft de voorzitter van de raad van toezicht het vertrouwen in de directeur-bestuurder onderstreept. De raad van toezicht is verder betrokken geweest bij verkennende besprekingen over mogelijke vormen van samenwerking met andere protestant-christelijke schoolverenigingen in de regio.
1
In februari is Esther Kruit-Schuurman als ondersteunend lid toegetreden tot de raad van toezicht. Zij neemt de plaats over van Corwine Voordendag-Westmaas, die de raad van toezicht vanaf de oprichting heeft ondersteund. Wij danken Corwine ook vanaf deze plaats voor haar inzet.
3. Bevindingen De raad van toezicht heeft statutair een aantal omschreven toezichtstaken. In deze paragraaf geven wij weer wat ons oordeel is op basis van het door ons uitgevoerde toezicht. a. Jaarrekening 2013 en begroting 2014: Aan de hand van de door het college van bestuur beschikbaar gestelde jaarstukken 2013 heeft de raad van toezicht zich een beeld gevormd van de financiële situatie van de vereniging. Hierover heeft ook een gesprek plaatsgevonden met dhr. Dorst, bovenschool directeur-bestuurder. De (voorlopige) cijfers 2013 komen overall positief uit ten opzichte van de begroting van 2013. Er is sprake van een gunstig resultaat van € 96.000,-. In grote lijnen komt het er op neer dat op basis van het zogenaamde herfstakkoord ca. € 145.000,- extra middelen is binnengekomen. Daar tegenover staat een tegenvaller als gevolg van een te gunstige prognose van de resultaten van beleggingen (ca. € 44.000,- negatief). Als we deze twee bijzondere posten uit de jaarcijfers filteren, sluiten begroting en werkelijkheid keurig op elkaar aan. Onze beleggingsportefeuille heeft het afgelopen jaar een negatief resultaat opgeleverd. Hierbij moet worden opgemerkt, dat het behaalde resultaat beter (ruim 2%) is dan gebenchmarkte resultaten op vergelijkbare portefeuilles. Over de volledige looptijd heeft de beleggingsportefeuille een ruim positief resultaat. De verwachting voor het komend jaar ziet er beter uit, met navenante resultaten. Op basis van dit gegeven steunen wij continuering van dit beleid. De begroting van 2014 geeft een positief saldo van ca. € 85.900,- , waarbij voor de daarop volgende jaren 2015 en 2016 een klein negatief saldo wordt begroot. Deze cijfers tonen het effect van het ingezette bezuinigingsbeleid en wijzen op een gezonde financiële basis. Deze bezuiniging betreft met name het beperken van structurele kosten in relatie tot personeel. Wij willen benadrukken dat het resultaat van 2013 dient te worden ingezet voor het verruimen van het “beleidsrijk begroten” 2014, 2015 en 2016. Waar het college van bestuur terecht trots is op de resultaten, ziet de raad van toezicht toch een te sterk conservatief begrotingsbeleid. Kijkend naar het personeelsbestand, ziet het bestuur de toekomst positief tegemoet. Gezien de leeftijdsopbouw van het personeelsbestand en de verwachte leerlingaantallen voor de komende jaren, kan op basis van het ingezette aanstellingsbeleid (directie niveau op parttime basis en terughoudendheid in het aangaan van structurele kosten in relatie tot personeel), de huidige organisatievorm de komende jaren verantwoord worden gecontinueerd. Beleidsrijk begroten is met name ingezet op materiële zaken, zoals een extra Digibord en leermiddelen. Ondanks deze naar de mening van de raad van toezicht juiste inzit van middelen, zien wij de reserves voor beleidsrijk begroten groeien. De raad van toezicht adviseert ruimer in te zetten op materiële verbeteringen. Het beeld vanuit de leerkrachten “dat er nergens geld voor is” kan met recht worden ontkracht. De raad van toezicht adviseert, de mogelijkheden tot beleidsrijk begroten vanuit onze reserves meer en sneller te benutten. Zij ziet met belangstelling de discussie binnen het bestuur over de
2
herinvoering van de “van Beuzekom norm” tegemoet, waarbij de voorwaarde dat investeringen overwegend van materiële aard dienen te zijn uiteraard van kracht zal blijven. Al met al mogen we constateren dat het college van bestuur een verantwoord financieel beleid voert en er voldoende financiële speelruimte is om onze schoolvereniging in de huidige vorm de komende jaren gezond en kwalitatief hoogstaand voort te zetten. Wij merken op dat de accountantsverklaring bij het schrijven van deze rapportage nog niet binnen, maar deze zal naar verwachting overeenkomen met de besproken voorlopige cijfers. b. Goedkeuren jaarverslag Met instemming heeft de Raad van Advies kennisgenomen van het jaarverslag 2013 van de vereniging, zoals dat is opgesteld onder leiding van de directeur-bestuurder. Het college van bestuur geeft inzicht in het gevoerde beleid. Daarnaast lezen we over de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad en de raad van toezicht. Het belangrijkste deel is gevuld met informatie over de scholen. De directeuren geven inzicht in de wijze, waarop het onderwijs wordt vormgegeven en over de vele ontwikkelingen en activiteiten die in 2013 op de scholen hebben plaatsgevonden. We lezen over de onderwijskundige benadering, maar ook over wetenswaardigheden rond het personeel. Verder kunnen we kennisnemen van het gevoerde ICT-beleid, van leerling prognoses, over ontwikkelingen in de cito eindscores, over de externe contacten en over het gevoerde financiële beleid. Op diverse thema’s gaan we later in deze toezichtrapportage in. Graag stemmen wij in met het jaarverslag. In aansluiting op de inzet van het college van bestuur om de vereniging én de scholen een meer aansprekend profiel te geven, wil de raad van toezicht in overweging geven om wat betreft inhoud en lay-out meer aansluiting te zoeken bij de (potentiële) ouders als belangrijke lezers van het jaarverslag. c. Jaarplan 2014-2015 De raad van toezicht heeft kennis genomen van het jaarplan 2014-2015, wat is gebaseerd op het meerjarenbeleidsplan Om-scholen voor de jaren 2013-2017. In het jaarplan staan diverse doelen en resultaten helder omschreven. Daarbij is de indeling gevolgd, die ook in het meerjarenbeleidsplan is gevolgd. Tijdens onze toezichtsronde hebben wij kunnen vaststellen dat veel van de voorgenomen activiteiten daadwerkelijk worden uitgevoerd. Zo zijn er identiteitnota’s geschreven op de scholen, delen de scholen kennis en ervaring rond onderwijskundige vraagstukken, er wordt personeels- en financieel beleid ontwikkeld en uitgevoerd en kwaliteitsdenken krijgt aandacht op de wijze, zoals dat in de visie van het meerjarenbeleidsplan is beschreven. Daarnaast wordt gericht gewerkt aan een meer aansprekende profilering van de vereniging én van de scholen. Het is goed om te zien dat het college van bestuur de lat hoog legt. Wij stemmen graag in met het jaarplan en wensen het college van bestuur, met de directeuren en de teams, veel enthousiasme en wijsheid om de voornemens om te zetten in concrete, binnen de scholen merkbare, activiteiten. d. Overige verplichtingen Uit het toezicht op het college van bestuur is niet gebleken dat niet is voldaan aan wettelijke verplichtingen. Tevens is ons niet gebleken dat de aangewende middelen op een onrechtmatige wijze zijn verworven dan wel een ondoelmatige en onrechtmatige bestemming hebben gekregen. e.
Terugblik op de aanbevelingen van vorig jaar
De directeur-bestuurder heeft ons desgevraagd geïnformeerd over de activiteiten naar aanleiding van de aanbevelingen van de raad van toezicht van vorig jaar. De belangrijkste aanbevelingen en zijn reactie daarop laten wij hier passeren:
3
Aanbeveling: Er valt winst te behalen als er nog meer samenwerking, uitwisseling van deskundigheid en onderlinge ondersteuning wordt gegeven. Naast de bestaande overleggen tussen de directeur-bestuurder en de directeuren en in het directeurenoverleg is in het cursusjaar 2013-2014 voor het eerst overgegaan tot het beleggen van zgn. pizzabijeenkomsten, waarin collega’s met een soortgelijk taakgebied/aandachtsgebied elkaar ontmoeten. Deze bijeenkomsten zijn door de deelnemers als waardevol ervaren. De raad van toezicht heeft kennis genomen van de ervaringen en deze zijn zeer positief. Zij ziet dit als een voortgaande aanmoediging om te blijven zoeken naar mogelijkheden als scholen elkaar te blijven versterken. Aanbeveling: Het is goed als in het kader van de professionalisering van leerkrachten de teambrede ontwikkeling en de individuele ontwikkeling van de leerkracht gelijkwaardige aandacht krijgen. In hun POP-gesprekken die de directeuren voeren, schenken zij aandacht aan en motiveren zij de collega’s tot het doen van uitspraken tot voornemens in het kader van hun persoonlijke professionele ontwikkeling. Overigens blijken niet alle leerkrachten daar in gelijke mate toe te motiveren te zijn. Alle directeuren hebben hun leerkrachten opgeroepen zich in te schrijven bij het Lerarenregister. Registratie in dit register wordt in de toekomst een verplichting en zal in toenemende mate bij werkgevers een rol spelen in sollicitatieprocedures. De reactie van de directeur-bestuurder brengt de raad van toezicht ertoe om dit punt nogmaals te benadrukken. Het raakt aan de vraag welke leiderschapsstijl van een directeur het meest passend is. Aanbeveling: Voortdurende aandacht blijven geven aan het door de leerkrachten en IB-ers ervaren probleem van de werkdruk. In de directeuren-overleggen is diverse malen doorgesproken over deze problematiek. Concreet is afgesproken: Er vindt een thematische bespreking van dit onderwerp plaats aan de hand van het inmiddels hierover verzamelde materiaal. De directeuren verzoeken hun respectievelijke MR-en om mee te denken over deze problematiek. Het huidige instrument voor de urenregistratie in het kader van de normjaartaak wordt kritisch bezien en mogelijk ingewisseld voor een beter instrument. De beschikbare gelden in het kader van passend onderwijs (in 2014/2015: € 57,00 per leerling) worden aangewend om meer tijd te genereren voor IB-ers om hun werk te kunnen doen. Wij komen verderop nog op dit onderwerp terug. Aanbeveling: De scholen mogen zich nadrukkelijker profileren op hun kwaliteiten. Deze aanbeveling is/wordt nader vormgegeven in het kader van de ontwikkeling van het PR-beleid. Ook hierop komt de raad van toezicht nader terug. Aanbeveling: Het is goed om de ervaren spanning tussen de gezamenlijke profilering en de eigenheid van de drie scholen nader te verkennen. Deze aanbeveling is in het kader van de ontwikkeling van het PR-beleid opgepakt. Waar de gezamenlijkheid werd gezocht en gevonden in de formulering van de kernwaarden (liefde en aandacht/passend onderwijs/talentontwikkeling), behoudt iedere school haar eigenheid in de uitwerking van deze kernwaarden binnen de eigen school. Dit wordt vormgegeven doordat iedere school haar eigen brochure rondom die kernwaarden uitbrengt. 4
Aanbeveling: Het is goed om bewust om te gaan met het onderscheidende karakter van de scholen op identitair gebied. In het kader van de uitvoering van het jaarplan behorend bij het meerjarenbeleidsplan stellen alle directeuren de levensbeschouwelijke identiteit planmatig aan de orde binnen hun teams. Bovendien blijft de identitaire achtergrond leidraad bij de intakegesprekken met nieuwe ouders en in het personeelsbeleid. Aanbeveling (ook uit 2012): Er kan effectiever omgegaan worden met de hulp van de ouders binnen de scholen. Op alle scholen is mede in het kader van de ontwikkelingen rondom Handelingsgericht Werken aandacht besteed aan de positie van ouders. Daarbij is e.e.a. breder bezien: Betrekken van ouders bij kinderen met ‘zorg’: op alle drie de scholen zijn aan het begin van de cursus 2013/2014 zgn. ‘luisteravonden’ belegd. Deze avond kwam in de plaats van de traditionele rapportavond en was bedoeld om nadrukkelijker ouders aan het woord te laten over de vraag naar de belemmerende en stimulerende factoren zoals die gelden voor hun kind. Op de Gideonschool is een leerkracht in een LB-functie benoemd rondom het onderwerp ‘Ouderparticipatie’. Zij heeft over dit onderwerp een masterscriptie geschreven. Op de Gideonschool is een werkgroep ouderparticipatie ingesteld. In het kader van een mogelijke ontwikkeling tot academische basisschool wil de Gideonschool in samenwerking met de CHE onderzoek op dit punt inzetten. Beide andere scholen profiteren hier van mee. Aanbeveling: Trek meer in gezamenlijkheid op rondom ontwikkel- en monitorgesprekken (tevredenheidsinstrumenten voor ouders en leerlingen). In contacten met GMR is besproken dat in het kader van een ouderenquête voor de drie scholen op voorspraak van de Elimschool een gezamenlijk instrument gehanteerd en ingezet zal worden. De raad van toezicht adviseert om, gelet op het belang van het instrument, hierin zelf het initiatief te nemen. Aanbeveling: Stagiaires meer benutten voor extra begeleiding van minder presterende, maar juist ook van meer presterende leerlingen. Deze aanbeveling werd gedaan in het kader van de werkdrukvermindering. Het CvB hecht eraan te benoemen dat in de samenwerking tussen CHE en de schoolvereniging er van meet af aan is ingezet op het creëren van een rijke leeromgeving voor studenten. Zij komen op de scholen om daar daadwerkelijk het vak van leerkracht te leren. Daarom zijn de scholen terughoudend in het inzetten van studenten voor andere zaken dan in het kader van hun eigen leerproces. De raad van toezicht adviseert, zonder iets af te doen van deze benadering, toch tot maximale winwinsituaties te komen. Aanbeveling: De formule achter de door de MR van de Elimschool georganiseerde ouderavonden zou moeten worden gedeeld met de beide andere scholen/MR-en In de GMR-vergaderingen brengen MR-leden elkaar op de hoogte van bijzondere activiteiten in hun scholen. In dat kader is genoemde ouderavond ook aan de orde geweest en de kennis daarover overgedragen. Niettemin is er overigens weinig uitwisseling tussen de MR-en. Het CvB ondersteunt daarom van harte de oproep vanuit de oudergeleding van de Elimschool om als MR-en onderling meer samen te werken. De raad van toezicht sluit zich hierbij aan, vanuit de constatering dat dit nog wel vorm moet krijgen.
5
f.
Algemeen beeld vanuit de documentstudie en de gevoerde gesprekken
De raad van toezicht heeft zich op grond van het bekijken van beschikbaar gestelde documenten en gesprekken een beeld gevormd van de situatie op de scholen. Beoordeling van de documenten In het lezen van de documenten vielen een aantal zaken op: Binnen de vereniging nemen gezamenlijke activiteiten tussen de drie scholen toe. Naast het bestaande overleg tussen directeuren en IB’ers zijn nu ook pizza-bijeenkomsten georganiseerd (en geëvalueerd). In deze bijeenkomsten ontmoeten leerkrachten van de verschillende scholen elkaar rond onderwijskundige thema’s. Daarnaast is nadere inzet op de profilering van de scholen met hulp van een communicatie-adviesbureau gezamenlijk ter hand genomen. De raad van toezicht moedigt verder aan aanhoudend op zoek te zijn naar manieren om de synergie tussen de scholen te versterken. Op een aantal thema’s is vereniging breed nader beleid geschreven. Wij noemen: o Beschrijving kernwaarden PCPO o Mobiliteitsbeleid o Attentieregeling o Profielschets voor de voorzitter van het college van bestuur Ook binnen de scholen zijn visie- of beleidsdocumenten geschreven en besproken, onder andere met de medezeggenschapsraden. Voorbeelden die gelden voor alle of sommige scholen: o De christelijke identiteit op school o Sociale media op school o Tussentijdse instroom in groepen 3/8 o Protocol doorstroming o Visie en plan cultuureducatie o Veiligheidsbeleid op school o AMK meldingen o Time out / schorsen / verwijderen van de school o Vroeg engels op de school De documenten zijn in een aantal gevallen tot stand gekomen door uitwisseling van kennis en ervaring tussen de scholen. Zij zijn verder besproken in personeelsvergaderingen en in de MR’en. Wij hoorden positieve reacties over de manier waarop de leden van de MR betrokken zijn en invloed konden uitoefenen op het uiteindelijke resultaat. De raad van toezicht maakt hieruit op dat systematisch gewerkt wordt aan de verbetering van de eigen organisatie. Er is een groeiende dynamiek zichtbaar in het aanbrengen van verbeteringen. Het doordenken en formuleren van beleid, ook op specifieke thema’s, vermindert de kans op willekeurig handelen, wat de betrouwbaarheid van de organisatie ten goede komt. Bovendien biedt de meer kans op evaluatie en bijstelling en daardoor tot verdergaande verbetering. Verder viel het ons, afgaande op de notulen, op dat het gesprek in de personeelsvergaderingen zich verdiept. Daar waar wij eerder zagen dat de inhoud zich richtte op regelen en organiseren, zien we nu meer (onderwijskundige) verdiepende thema’s.
6
Algemene indruk uit de gesprekken Het viel ons op dat het enthousiasme en de tevredenheid onder leerkrachten, ouders en kinderen groot is. Wij hebben veel positieve verhalen gehoord. We ervaren een zekere mate van rust en welbevinden binnen de scholen. Daar waar in vorige jaren in de gesprekken ‘springende punten’ naar voren kwamen, was dit nu minder het geval. Zo kwam het thema ‘werkdruk’ minder nadrukkelijk op tafel. Wij komen hier verder nog even op terug. Wel blijft het omgaan met zorgkinderen een punt van aandacht. Ook hierop komen we terug. Er is veel waardering voor de directeuren, hun onderling functioneren en hun relatie met de directeur-bestuurder. De gezamenlijkheid en goede sfeer hebben een positieve uitstraling op de scholen. In de gesprekken hoorden wij hoe teams meer als team gaan functioneren en hoe initiatieven worden opgepakt om tot nieuwe dingen te komen. Zo neemt in alle scholen aandacht voor plusonderwijs toe (elke school is voorzien van een pittige plustoren voor de bovenbouw en leerkrachten maken zelf een pittige pluskast voor de onderbouw). Ook wordt gewerkt of zijn plannen voor vroegEngels onderwijs. Daarnaast wordt ervaring opgedaan in het werken met tablets. Het is goed te zien dat de verbeterdynamiek niet alleen in beleidsdocumenten tot uitdrukking komt, maar ook in de scholen zelf. Kernwaarden Binnen de schoolvereniging zijn een drietal kernwaarden geformuleerd, die moeten bijdragen aan een optimaal (onderwijskundig) klimaat binnen de scholen. Het gaat om: Liefde en aandacht Passend onderwijs Talentontwikkeling Wij ondersteunen dit initiatief zeer. Kernwaarden kunnen gaan functioneren als ankers om het denken en doen binnen de scholen te zekeren. Wel merken we dat de kernwaarden als zodanig nog beperkt leven. Daarvoor worden nog de nodige stappen gezet. De thema’s moeten nog meer geladen worden. Niettemin zijn er voldoende thema’s binnen de scholen actueel die direct op de kernwaarden aansluiten. Wij noemen: Binnen de teams is nadrukkelijk gesproken over de identiteit van de school, mede door gezamenlijk een identiteitsnota vast te stellen. Met een aantal initiatieven voor het talentgericht benaderen van kinderen wordt invulling gegeven aan het voornemen uit het meerjarenbeleidsplan om kinderen te benaderen met aandacht voor hart, hoofd en handen. Dit gebeurt door het aanbieden van bijvoorbeeld vroegengels, sociale vaardigheids-training, aandacht voor techniek en cultuur, muziek, etc. Er is aandacht voor verdere verbetering van de relatie met de ouders. Ouders worden gezien als partners in de ontwikkeling van de kinderen. Het initiatief binnen de Gideonschool naar aanleiding van de masterscriptie van een van de leerkrachten, Jorien Kraal, om nog meer samen met ouders op te trekken als zich rond de kinderen vragen voordoen, verdient krachtig navolging. Overigens zijn de luisteravonden, die nu op alle scholen worden gehouden, hiervan het gevolg. Op deze luisteravonden zijn vooral de ouders aan het woord om de leerkrachten te vertellen over hun kinderen. Dit past in het streven ouders uit te nodigen om vrijmoediger hun zorgen met leerkrachten te delen. Leerkrachten moeten nadrukkelijker het partnerschap met ouders aangaan om tot optimale samenwerking en afstemming te komen. Er zijn voorbeelden waaruit blijkt dat verdieping in het samenspel tussen ouders en leerkrachten tot goede resultaten leidt.
7
Het is goed om deze ontwikkelingen te koppelen aan de kernwaarden. Daarnaast is het gesprek over de betekenis van de kernwaarden belangrijk. Zo lijkt er spanning te zitten tussen opbrengst gericht werken en de waarde die wordt toegekend aan de CITO-scores en opbrengstgericht werken. Het verdiept het professioneel bewustzijn om dit soort spanning bespreekbaar te maken. Overigens mooi om te zien hoe één van de conciërges aangaf dat de eerste kernwaarde voor haar betekent dat zij zich ook als gastvrouw opstelt voor bezoekers binnen de school. Het laat zien dat de kernwaarden in het alledaagse betekenis moeten krijgen. Passend onderwijs Naast het feit dat passend onderwijs als één van de kernwaarden is benoemd, staat het onderwijs ook voor de invoering van de Wet Passend Onderwijs per 1 augustus 2014. De scholen bereiden zich voor op deze verandering. De vereniging is aangesloten bij het samenwerkingsverband “Passend Onderwijs aan den IJssel”, dat zich voortvarend op de nieuwe ontwikkelingen voorbereidt. Wij constateren dat deze ontwikkeling nog nieuw is en dat binnen de vereniging nog geen gedeelde visie bestaat over de reikwijdte van de verandering. Zo spreken directeuren en IB’ers nog niet op dezelfde wijze over wat passend onderwijs gaat betekenen, ook als het gaat om de impact van de verandering. De leerkrachten, ouders en MR-leden zijn wisselend, maar overwegend nog beperkt op de hoogte. Tegelijkertijd geldt wel dat de leerkrachten binnen onze scholen voorbereid zijn, door het enkele jaren geleden ingevoerde Handelingsgericht Werken. Bovendien geldt dat het aantal doorverwijzingen naar speciaal onderwijs vanuit onze schoolvereniging, in tegenstelling tot andere scholen in het samenwerkingsverband, laag is. De raad van toezicht ziet kansen voor beter gezamenlijk optrekken tussen de scholen in a) voorbereiding op de gevolgen van het passend onderwijs, b) op het voorbereiden op bepaalde soorten zorgleerlingen en op c) communicatie naar eigen leerkrachten, ouders en MR’en. Het gesprek met de beleidsmedewerker van de gemeente Zuidplas gaf inzicht in samenwerkingsmogelijkheden in het Meer Partijen Overleg, die mede kunnen leiden tot cofinanciering van noodzakelijke inzet van expertise rond zorgkinderen. Daarnaast lijkt intensieve afstemming met vroeg- en voorschoolse educatie ( VVE) zinvol. Zorgkinderen In het verlengde van onze opmerkingen over passend onderwijs willen wij nog een paar specifieke opmerkingen maken rond zorgkinderen. Ondanks de invoering van het passend onderwijs is het al langer praktijk dat zorgkinderen in het regulier onderwijs blijven participeren. Dat vraagt extra zorg. Wij hoorden van ouders dat leerkrachten goed inspelen op de specifieke behoeften van de kinderen en dat er goede afstemming was met de leerkrachten. Toch hoorden we ook kritische opmerkingen. Zo is het een opgave om in een zo vroeg mogelijk stadium vast te stellen dat kinderen extra zorg nodig hebben. Niet zelden hebben ouders eerder in de gaten dat er iets aan de hand is. Wij hoorden van ouders die op eigen kosten ‘diagnostisch’ onderzoek hebben laten doen of andere lesmethoden hebben laten toepassen. Wij vinden dit onwenselijk. Het is van groot belang dat de afstemming tussen ouders en school optimaal is. Wij spraken daar ook over bij de bespreking van de kernwaarden. Niettemin bleek ons opnieuw dat goede communicatie met ouders van (mogelijke) zorgkinderen kwetsbaar is. Zeker in deze situaties moeten school en ouders gezamenlijk optrekken. Het ligt dus ook in de rede om ouders bij gesprekken met
8
bijvoorbeeld deskundigen mee te nemen. Er zijn het negatieve ervaringen op dit vlak, die het imago van onze scholen ondermijnen. Virtualisering en ICT Een belangrijke ontwikkeling, waarin eerste stappen zijn gezet, is de komst van tablets binnen de scholen. Overigens zijn er, vooral in de onderbouw , wisselende ervaringen. Dit riep bij de MR-leden, met wie wij spraken, de vraag op vanuit welke visie de tablets worden ingevoerd. Overigens hebben ook leerkrachten behoefte aan meer handvatten. De verdergaande virtualisering heeft nog een ander aspect, waar sommige ouders op wezen. Veel kinderen zijn bezig met sociale media en zij hebben daarvoor bijv. een smartphone ter beschikking. Voor de kinderen is dit normaal onderdeel van hun leven. Het is goed als de scholen ook aandacht besteden aan hoe hiermee moet worden omgegaan. Daarnaast vragen wij aandacht voor het feit, dat het voorhanden hebben van ICT-voorzieningen hoge kosten met zich meebrengt, ook gelet op de relatief korte afschrijvingstermijnen van de hardware. Wij adviseren het college van bestuur hier in het kader van de begroting in te voorzien. Werkdruk Wij constateerden dat werkdruk minder geprofileerd naar voren kwam dan voorheen. Alleen de intern begeleiders (IB’ers) legden uit zichzelf op tafel dat zij veel meer willen doen dan zij aankunnen. Het probleem van werkdruk is niet weg, maar lijkt wel meer beheersbaar. Dit is wellicht het gevolg van een aantal factoren: - Het thema is op verschillende plaatsen expliciet gethematiseerd. - Meer dan voorheen geldt dat kiezen voor zaken die nieuw zijn en tijd kosten ook leidt tot het schrappen van andere activiteiten. - Er wordt actief gezocht naar efficiëntere manieren om met schoolplannen en verantwoording in Parnas Sys om te gaan. Wij roepen het college van bestuur op om deze zoektocht onverminderd voort te zetten. Het is raadzaam om hierin de Inspectie actief te betrekken. Ten aanzien van IB’ers constateren wij het volgende. De betrokkenheid en gedrevenheid van deze leerkrachten is zeer groot. Enerzijds hebben zij verantwoordelijkheid in de onderwijskundige ontwikkeling binnen de school, daarnaast adviseren en ondersteunen zij leerkrachten in groepen als prestaties achterblijven. Verder spelen zij een belangrijke rol naar kind, leerkracht en ouder als het gaat om problemen rond individuele kinderen. Deze verschillende thema’s maken het werk van IB’ers uitdagend. Hun bijdrage wordt door collega-leerkrachten en ouders gewaardeerd. Niettemin is op de verschillende thema’s meer te doen dan zij aankunnen. Naar ons bleek is het grotendeels aan de IB’ers zelf om hierin keuzen te maken. Het ontbreekt aan een gedeelde visie hoe met keuzevraagstukken en prioriteiten moet worden omgegaan. Eén van onze gesprekspartners gaf aan gecoacht te willen worden op dit punt. Ons advies is om vanuit de directies het gesprek met de IB’ers hierover te intensiveren. Overigens bieden extra financiële middelen, die beschikbaar komen bij de invoering van passend onderwijs, mogelijkheden om de capaciteit van IB binnen de scholen te versterken. Profilering Tot slot willen we nog iets zeggen over de activiteiten tot nadere profilering van de scholen. Diverse gesprekspartners gaven aan dat er binnen de scholen heel veel is om trots op te zijn, maar zij signaleerden tegelijkertijd een (te) grote bescheidenheid om dit naar buiten te brengen. Dat is herkenbaar. Iemand omschreef trots als het moeilijke midden tussen valse bescheidenheid en 9
arrogantie. Het laatste is niet goed, maar het eerste ook niet. Er is overigens een andere reden waarom profilering is een belangrijk thema is. Het onderwerp wint aan noodzakelijkheid, nu leerlingenaantallen meer en meer onder druk komen te staan. Wij zijn blij dat de aanbevelingen rond profilering in onze vorige toezichtrapportages nu ter hand genomen worden. Het definiëren en tot leven brengen van de kernwaarden is een belangrijke stap. Wij schreven hier eerder over. Niettemin zijn er ook andere, meer praktische zaken die wellicht meer actief naar buiten kunnen worden gebracht. Denk hierbij aan de kwaliteit van het onderwijs, aan vroeg-engels, de plusklassen, tablets, sova-trainingen, etc. Bovendien kunnen middelen als websites en sociale media de profilering meer nadrukkelijk ondersteunen. Ongetwijfeld leven er ook onder de leerkrachten ideeën over hoe dit verder vorm te geven is. In onze gesprekken hebben wij gevraagd waarom ouders voor onze scholen kozen en welke profielkenmerken leerkrachten in de scholen zien. Dit biedt belangrijke aanknopingspunten. Eén punt willen we niet onbenoemd laten. De aantrekkingskracht van onze scholen wordt sterk bepaald door het onderlinge gesprek tussen (potentiële) ouders: de mond-op-mond-reclame. Daarbij bepaalt de mate van vertrouwen in de scholen hoe over de scholen wordt gesproken. Dit pleit opnieuw voor nog intensievere contacten en wellicht ook andere contacten met de ouders. Geen betere ambassadeurs dan de ouders, daar kan geen brochure tegenop. De raad van toezicht adviseert het college van bestuur om daar, samen met medezeggenschapsraden en personeel, verder invulling aan te geven. g. Ter afronding Wij danken onze gesprekspartners voor de open en eerlijke manier waarop zij ons te woord hebben gestaan. Ondanks dat de organisatie niet van hetzelfde niveau was als voorgaande jaren, heeft dat aan de kwaliteit van de gesprekken geen afbreuk gedaan. Wij zijn dankbaar voor en kijken met waardering naar de wijze waarop onderwijs wordt gegeven binnen onze scholen. Daarnaast zijn we blij met de vebeterdynamiek die steeds sterker binnen de vereniging als geheel en binnen de afzonderlijke scholen zichtbaar wordt. Bovendien zijn we dankbaar dat binnen de scholen naar de kinderen en hun ouders het goede nieuws van Jezus Christus mag doorklinken. Wij wensen alle bij onze schoolvereniging betrokken mensen Gods zegen toe.
10