TOELICHTING OP DE BEGROTING VAN DE PROTESTANTSE GEMEENTE TE HILVERSUM (PgH) VOOR HET JAAR 2015.
EEN ANDERE OPZET. De begroting 2015 is anders opgezet dan vorig jaar. Dit is een gevolg van het besluit van de algemene kerkenraad van 26 mei 2014 over de notitie ‘vitaal en solidair’. In deze notitie is onder andere geregeld dat de lasten en baten van de wijkgemeenten met betrekking tot de wijkkassen en de exploitatie kerkgebouwen vanaf het jaar 2014 worden geïntegreerd/ geconsolideerd in de centrale begroting en rekening. Op deze wijze ontstaat een totaalbeeld van de vermogenspositie en de financiële resultaten van de hele Protestantse gemeente Hilversum. Tot en met het jaar 2014 (begroting) / 2013 (jaarrekening) bleven de financiële gegevens van de wijkkassen en exploitatie kerkgebouwen alleen in een bijlage vermeld, maar maakten geen deel uit van de begroting/rekening. De wijkgemeenten hebben tijdig de gevraagde gegevens over 2015 opgesteld en aangeleverd. Om de lasten en baten 2015 te kunnen vergelijken met de begroting 2014 en jaarrekening 2013 zijn de resultaten aangepast. Dit betreft voor de jaarrekening 2013 het inbrengen van de cijfers volgens bijlage 5 van de rekening. Voor de begroting 2014 zijn geen cijfers beschikbaar; daarom zijn de cijfers over 2015 eveneens toegepast in de begroting 2014. De wijzigingen betreffen: Baten post 80.10 inkomsten kerkgebouwen. Hierop zijn de netto exploitatiebaten van de kerkgebouwen opgenomen. Omdat de personeelskosten van de kosters-beheerder onder de salarissen zijn verantwoord, betreffen deze inkomsten de netto baten zonder rekening te houden met de personeelskosten. Lasten post 46.15 bijdrage wijken. Deze post is op nihil gesteld. Tot en met 2014 zijn hierop de bijdragen van de wijken in de kostersalarissen geadministreerd voor zover deze meer bedroegen dan € 21.600. Baten post 83.70 opbrengsten wijkkassen. Dit betreft voornamelijk giften, collecten en rentebaten. Voor zover bijvoorbeeld bijdragen van deelnemers aan een cursus zijn ontvangen zijn deze baten gesaldeerd met de lasten. Lasten post 58.70 uitgaven wijkkassen. De uitgaven zijn ontleend aan de begrotingscijfers die door de wijkgemeenten zijn ingediend. Wijkbegrotingen. De notitie ‘vitaal en solidair’ schrijft tevens voor dat de geconsolideerde begroting volgens een in de notitie beschreven systematiek moet worden verdeeld over de wijkgemeenten. Zo ontstaat voor elke wijkgemeente een wijkbegroting. Met behulp van een vereveningsbijdrage worden de resultaten genivelleerd. De wijkgemeenten moeten met hun eigen begroting aan de slag om te zorgen dat er geen nadelige saldi ontstaan. Het denken in deze vorm van financieel beheer zal voor alle partijen wennen zijn. Voor achtergronden van de nieuwe opzet wordt verwezen naar genoemde notitie. De wijkbegrotingen zullen niet als bijlage aan de begroting 2015 worden toegevoegd en dus niet in het begrotingsproces officieel worden vastgesteld. Zij zullen in het onderlinge verkeer tussen het college en de wijkraden worden uitgewisseld en besproken. ALGEMEEN. De begroting 2015 sluit met een nadelig resultaat van € 66.700. Over 2014 is een nadelig resultaat geraamd van € 97.100. De gunstiger uitkomst is het resultaat van een aantal aanpassingen: € 10.000 minder toevoeging aan de voorziening voor onderhoud; € 23.000 door de post nieuwe initiatieven aan te passen aan de verwachtingen; € 12.000 in verband met de inkrimping van de personeelsformatie bij het kerkelijk bureau; € 9.000 wegens een nieuwe opzet van het kerkblad. 1
Hiertegenover staat dat de verwachte inkomsten lager zijn geraamd: € 11.000 minder bijdragen levend geld; € 6.000 minder inkomsten uit kosterswoningen; € 3.000 lagere inkomsten uit rente en dividenden.
De wijzigingen zijn in het vervolg van deze toelichting nader verklaard. De tekorten worden gedekt uit de reserve tekortdekking. In de loop der jaren heeft de PgH een, naar de stand per 31 december 2013, algemene reserve opgebouwd van 4,0 miljoen euro en een reserve tekortdekking van 0,40 miljoen euro. Op grond van de meerjarenraming is de reserve tekortdekking voldoende om de verwachte tekorten tot en met 2017 op te vangen. De beleidsnota predikantsplaatsen geeft aanwijzingen hoe in de komende jaren de tekorten moeten worden teruggebracht. In beperkte mate kan daarbij de algemene reserve worden aangesproken. In de nota is het minimum van deze reserve bepaald op tweemaal de jaarlijkse exploitatiekosten, echter niet lager dan 2,5 miljoen euro. BATEN. Baten onroerende zaken (post 80). In eigendom en gebruik zijn de Grote Kerk, de Bethlehemkerk, de Morgenster en de Regenboogkerk. Inkomsten kerkgebouwen (post 80.10). De exploitatie van de kerkgebouwen is opgedragen aan de wijkraden van kerkrentmeesters. De exploitatie-begrotingen van de wijkgemeenten zijn samengevat in de bijlage “begrotingscijfers voor de exploitatie kerkgebouwen”. De netto baten zijn op post 80.10 verantwoord. De verwachting is dat de opbrengsten lager zullen zijn dan in 2013. Dit heeft voornamelijk te maken met de verbouwing van de Bethlehemkerk. Het linker gedeelte van het complex zal worden verhuurd, waarbij de baten uit verhuur als dekking zullen dienen voor de verbouwing. De exploitatie van het rechtergedeelte zal naar verwachting een lagere opbrengst te zien geven. Inkomsten kosterswoningen (post 80.50). De kosterswoning bij de Bethlehemkerk zal in 2015 worden aangepast ten behoeve van permanente verhuur aan derden. De baten uit verhuur van de kosterswoning en de wijkzaal zullen in 2015 niet in de resultatenrekening worden opgenomen, maar geactiveerd. Hiertegenover komen de kosten van de verbouwing van het rechtergedeelte te staan. Vanaf 2016 zullen dan de inkomsten uit verhuur op de resultatenrekening worden gesteld tegenover de afschrijving op de investeringen. Rentebaten en dividenden (post 81). De baten uit de financiële vaste activa zijn op deze post geraamd. Een berekening is gemaakt van de verwachte opbrengsten uit de effectenportefeuille en uit de spaarrekeningen. Het uit deze berekeningen voortvloeiende bruto rendement bedraagt ongeveer 3% van het totaal aan beleggingen en spaarsaldi. Daartegenover zijn de bankkosten opgenomen onder post 48.11; het netto rendement is ongeveer 2,8%. In de loop van 2014 is het beleggingsbeleid aangepast. De belegging in aandelen is verhoogd. Uitgegaan is van een defensieve portefeuille met een grote spreiding. De ontwikkelingen op de financiële markten worden nauwlettend in de gaten gehouden. Het rendement op spaarrekeningen zal naar verwachting de komende jaren minimaal zijn, vandaar dat het beleid is aangepast. Dit alles echter nog binnen de bepalingen van het beleggingsstatuut. De wijkgemeenten hebben de niet direct benodigde gelden voor de wijkkassen en de exploitatie kerkgebouwen gestald bij centraal. De baten uit deze beleggingen zijn verantwoord bij de wijkkassen.
2
Bijdragen levend geld (post 83). Rekening houdend met de tot nu toe bekende cijfers over 2014 is in de begroting 2015 een streefbedrag aan vrijwillige bijdragen opgenomen van € 631.000. Dit betekent dat er sprake is van een daling van € 21.000 ten opzichte van het jaar 2013, hetgeen met name het gevolg is van het dalende ledental. Acties zijn vooral gericht op gemeenteleden die tot nu toe niets of een zeer gering bedrag geven. De collecten zijn ingeschat op basis van de opbrengsten in de periode 2011-2013. Onder giften is een raming opgenomen van de uitkomsten van de najaarsactie. De baten uit overige bijdragen levend geld (post 83.90) en ontvangsten voor solidariteitskas (post 83.60) - totaal € 47.000 - zijn bestemd voor de dekking van de afdrachten aan de landelijke kerk. Hiertegenover staan de lasten (zie “verplichtingen/bijdragen andere organen”: post 45) tot een totaal van € 54.000. De plaatselijke gemeente komt derhalve € 7.000 tekort op de bijdragen van gemeenteleden voor de landelijke kerk en moet dit verschil uit plaatselijke inkomsten aanzuiveren. Opbrengsten wijkkassen (post 83.70). De opbrengsten zijn ontleend aan de begrotingen van de wijkgemeenten en samengevat in de bijlage: ‘begrotingscijfers voor de wijkkassen’. Deze opbrengsten zijn ten opzichte van de jaarrekening 2013 beduidend lager geraamd. In de jaarrekening 2013 zijn echter de mutaties in de specifieke wijkfondsen (bloemenfonds en dergelijke) mede als inkomsten en uitgaven opgenomen. Als de post uitgaven wijkkassen (58.70) bij de vergelijking wordt betrokken is het verschil een lager resultaat van rond € 5.000. LASTEN. Lasten kerkelijke gebouwen (post 40). De dotatie aan de onderhoudsvoorziening is ontleend aan de meerjarenonderhoudsbegroting (MJOB) 2015 – 2024, zoals deze is vastgesteld in de CVK van 3 september 2014. De kosten over de 10-jarige periode worden bij elkaar geteld en gelijkmatig over de jaren verdeeld als toevoeging aan de voorziening. Ten laste van de voorziening komen de uitgaven, waarbij de onderhoudsbegroting over het eerste jaar maatstaf gevend en voor de volgende jaren indicatief is. Op deze wijze bedragen de dotaties 2015 aan de onderhoudsvoorziening: voor de Grote Kerk voor de Regenboogkerk, Bethlehemkerk, Morgenster voor 5 pastorieën: voor 1 kosterswoning: voor de overige gebouwde eigendommen Totaal
€ 18.000 (40.11) € 77.000 (40.21) € 12.200 (40.41) € 4.500 (40.51) € 10.200 (41.71) € 121.900 (vorig jaar € 132.800)
De lagere dotatie is voornamelijk toe te schrijven aan het onderhoud van de Grote Kerk. Door het al in 2014 met rijkssubsidie tot stand brengen van de dakrenovatie is deze dotatie € 12.000 lager dan in 2014. Het onderhoud van de gebouwen is deels centraal geregeld als het om groot onderhoud of investeringen gaat, deels opgedragen aan de wijkraden van kerkrentmeesters als het om het jaarlijks terugkerend onderhoud betreft. De overige kosten in deze rubriek betreffen belastingen, verzekeringen, energie en water en overige kosten. De post verzekeringen is door de hertaxatie van de kerkgebouwen gestegen ten opzichte van 2013.
3
Afschrijvingen (post 42). De kosten betreffen de afschrijving op de nieuwbouw van het kerkelijk bureau over een periode van 20 jaar. Daarnaast vallen hieronder de afschrijvingskosten op kantoorinventarissen en automatiseringsapparatuur. Pastoraat (post 43). De raming is gebaseerd op 5,75 fte predikantsplaatsen. Vanaf 1 februari 2014 is 0,50 fte bezuinigd door het niet vervullen van de vacature. De kosten van de predikanten zijn gebaseerd op een omslagstelsel, zodat het voor een gemeente niet uitmaakt of een predikantsplaats bezet wordt door een oudere of door een jongere predikant. De tegemoetkoming in ziektekostenverzekeringen (post 43.20) is verdubbeld ten opzichte van de begroting 2014. In het Centraal Overleg is na langdurig beraad overeenstemming bereikt over de aanpassing van deze premie. De traktementen van de predikanten volgen de CAO voor personeel in dienst van het Rijk. De onderhandelingen tussen werkgever en vakbonden zijn sedert 2011 in een impasse geraakt. Het is zeer onzeker wat de uitkomst zal zijn. Voor het jaar 2015 is rekening gehouden met een stijging van 2,0% ten opzichte van 2013 . Vacaturegelden worden niet geraamd. Het uitgangspunt is dat eventuele kosten van vacatures kunnen worden gedekt uit lagere bezettingskosten. De kosten voor de preekvoorziening zijn hetzelfde geraamd als vorig jaar. De kosten bedragen € 118 + reiskosten. Bij de PgH gaat de wijkpredikant 36 x per jaar voor in de eredienst in één van de Hilversumse kerkgebouwen. Voor de overige preekbeurten door eigen predikanten of gastpredikanten geldt de vergoedingsregeling. Voor de wijkgemeente Centrum is naast de voltijds predikantsplaats nog 0,2 predikantsplaats beschikbaar (post 43.32). Vanaf 1 augustus 2006 is deze plaats bezet door een predikant, op basis van een overeenkomst tot het verlenen van structurele hulpdiensten. Deze kosten komen voor 100% ten laste van het fonds Grote Kerk (zie ook post 54.10). Lasten kerkdiensten, catechese, etc. (post 44). Post 44.10, nieuwe initiatieven, € 30.000, is al enkele jaren begroot maar niet of nauwelijks gebruikt. Dit geeft een onevenwichtigheid tussen begroting en rekening. De post is nu op € 7.000 geraamd op basis van de te verwachten voorstellen. Verplichtingen/bijdragen andere organen (post 45). De kosten voor de landelijke kerk worden over de plaatselijke gemeenten omgeslagen volgens de regeling van het “kerkrentmeesterlijk quotum”. Dit quotum (post 45.10) is gebaseerd op een voor het jaar 2014 vastgesteld percentage van 4,35 van de inkomsten van een plaatselijke gemeente uit vermogen en levend geld. De verwachting is dat voor het jaar 2015 hetzelfde percentage zal gelden. De bijdrage aan de solidariteitskas (post 45.60) is gebaseerd op 2.400 belijdende leden x € 5,00 = € 12.500. Salarissen en vergoedingen (post 46). Ingecalculeerd is een te verwachte kostenstijging van 2% voor het jaar 2015 ten opzichte van het jaar 2013. De salarisonderhandelingen zijn nog steeds gaande; de schalen per 1 september 2010 zijn sindsdien niet gewijzigd. De salarisregeling voor de kosters-beheerder is als volgt in de begroting verwerkt: voor de wijkgemeente Centrum is uitgegaan van een 75% koster in schaal 4; in de wijkgemeente Morgenster is de koster-beheerder aangesteld in schaal 7 (voltijds). Vanaf 1 juli 2014 is de vergoeding voor overuren beëindigd en wordt uitgegaan van een 36-urige werkweek. 4
in de wijkgemeente Bethlehemkerk is de koster-beheerder aangesteld in schaal 7 voor een 34-urige werkweek. in de wijkgemeente Regenboogkerk is de koster-beheerder aangesteld in schaal 7 voor een 18-urige werkweek. Voor een wijziging in de systematiek van verantwoorden wordt verwezen naar het begin van deze toelichting onder ‘een andere opzet’. De kosten over 2013 waren lager door langdurige ziekte en de hiervoor ontvangen verzekeringsuitkeringen. De personele kosten voor de organisten en cantors zijn nagenoeg gelijk aan de raming voor 2014. In het jaar 2013 was sprake van een vacature. Per 1 januari 2013 is de personeelsformatie van het kerkelijk bureau met een halve formatieplaats ingekrompen. De hieruit voortvloeiende bezuiniging is in de jaren 2013 en 2014 gerealiseerd. De pensioenpremie en de sociale lasten zijn procentueel gelijk gehouden aan vorig jaar. Kosten beheer en administratie (post 47) De ramingen zijn aangepast aan de uitkomsten over 2013 en de verwachtingen over 2014. Vanaf 2013 zijn de actie kerkbalans en de overige financiële acties in eigen beheer uitgevoerd. Dit heeft veel besparing opgeleverd. Onttrekking fondsen (post 54). Dit betreft het fonds Grote Kerk (kosten van 0,2 predikantsplaats). Overige baten en lasten (post 58) Vanaf het jaar 2015 zal het kerkblad verschijnen in een omvang van 8 pagina’s zonder advertenties (2014: 10 of 12 pagina’s met advertenties). Het hernieuwde contract met de drukker leidt tot een besparing van € 9.000. MEERJARENBEGROTING Voor de meerjarenbegroting geldt dat de komende jaren de inkomsten naar verwachting zullen dalen, terwijl de kosten bij ongewijzigd beleid jaarlijks blijven stijgen. Maatregelen om de inkomsten en uitgaven weer in evenwicht te krijgen zijn uitgewerkt in de nota’s predikantsplaatsen, gebouwenbeleid en personeel. Met deze nota’s als achtergrond zijn in het beleidsplan ‘In vertrouwen bouwen aan de toekomst’ voor de jaren 2014 – 2018 meerdere beleidsvoornemens geformuleerd. Ook de notitie ‘vitaal en solidair’, waarin een grotere zelfstandigheid bij de wijkgemeenten is gelegd voor het financieel beheer, is van wezenlijk belang voor het in evenwicht brengen van de financiën. Al deze beleidsvoornemens zullen moeten leiden tot een zodanige stijging van de inkomsten, dan wel beperking van de uitgaven dat in 2020 de uitgaven gedekt zullen zijn door de inkomsten. RESERVES, FONDSEN EN VOORZIENINGEN. Het totaal vermogen van de PgH bedroeg volgens de balans per 31 december 2013 € 7.781.663, waarvan € 3.140.800 (reserve herwaardering) als een correctie op de waardering van de gebouwde eigendommen moet worden gezien. Per saldo derhalve een eigen vermogen van rond € 4.600.000. In de jaarrekening 2014 zal dit vermogen als gevolg van de consolidatie wijziging ondergaan door het inbrengen van de gegevens van de wijkgemeenten. Het negatieve resultaat van de boekjaren 2014 en 2015 (totaal € 156.000) komt in mindering op de reserve tekortdekking en de wijkfondsen. Overige onttrekkingen aan het vermogen worden niet verwacht. Wel zal een gedeelte van de beleggingen worden geactiveerd als investering in de verbouwing van de Bethlehemkerk. Hierdoor ontstaat een verschuiving tussen de materiële activa en de financiële activa.
5