Toekomst begraafplaatsen Gemeente Heusden

Toekomst begraafplaatsen Gemeente Heusden 2006-2020

Datum:

18 oktober 2005

Betreft:

Begraafplaatsen Gemeente Heusden 2006-2020

Auteur:

G. Guliker

Toekomst begraafplaatsen – gemeente Heusden B057ba6 toekomst.doc - 20-10-2005

Inhoudsopgave 1

Inleiding........................................................................................................................... 1

1.1

Inleiding........................................................................................................................... 1

2

Gemeentelijke begraafplaatsen.......................................................................................2

2.1

Begraafplaats ‘Duynhaeghe’ Drunen...............................................................................2

2.2

Begraafplaats ‘Onsenoort’ Vlijmen ..................................................................................2

2.3

Begraafplaats ‘Buytenhove’ Heusden ..............................................................................3

3

Begraafbehoefte en begraafcapaciteit ............................................................................4

3.1

Werkwijze ........................................................................................................................4

3.2

Behoeftebepaling ............................................................................................................4

3.2.1 3.2.2

Tabellen ...........................................................................................................................4 Rekenresultaten...............................................................................................................4

3.3

Capaciteit.........................................................................................................................4

3.3.1 3.3.2

Beschikbare capaciteit......................................................................................................4 Bruto grafoppervlak ........................................................................................................5

3.4

Conclusie begraafcapaciteit ............................................................................................ 6

4

Exploitatie........................................................................................................................7

4.1

Begroting in de bestaande situatie .................................................................................7

4.1.1

Kostendekking.................................................................................................................7

4.1.2 4.1.3

Meerjarenbegroting ........................................................................................................7 Tarieven ...........................................................................................................................7

4.2

Onderhoudskosten.......................................................................................................... 8

5

Organisatie beheer begraafplaatsen .............................................................................. 9

5.1

Organisatievormen ......................................................................................................... 9

5.2

Beheer vanuit de bestaande gemeentelijke organisatie................................................. 9

5.3

Interne verzelfstandiging................................................................................................ 9

5.4

Externe verzelfstandiging .............................................................................................. 10

5.5

Privatisering ....................................................................................................................11

6

Begraafplaatsadministratie............................................................................................ 13

6.1

Inventarisatie ................................................................................................................. 13

6.2

Software ........................................................................................................................ 13

7

Gesloten begraafplaatsen.............................................................................................. 14

8

Bijzondere begraafplaatsen........................................................................................... 15

8.1

Bijzondere begraafplaatsen........................................................................................... 15

8.2

Verplichtingen en verantwoordelijkheden .................................................................... 15


8.2.1

Wet op de Lijkbezorging (Wlb)...................................................................................... 15

8.2.2

Gemeentewet ................................................................................................................ 15

8.2.3 8.2.4

Rol van de gemeente ..................................................................................................... 16 Begraven op eigen grond .............................................................................................. 16

9

Thema’s begraven in de gemeente Heusden................................................................. 17

9.1

Thema’s begraven in de toekomst ................................................................................. 17

9.2

Financiën........................................................................................................................ 18

9.3

Planning......................................................................................................................... 18

Bijlage 1 Werwijze berekening begraafbehoefte en -capaciteit……………………………………..19 Bijlage 2 Tabellen berekening begraafbehoefte en -capaciteit………………………………………21


1

Inleiding

1.1

Inleiding Na de herindeling van de gemeente Heusden op 1 januari 1997 heeft de nieuwe gemeente Heusden drie gemeentelijke begraafplaatsen in beheer gekregen. Voor de herindeling zijn de betreffende begraafplaatsen ieder op eigen wijze beheerd en geëxploiteerd. Na de herindeling is een eerste slag gemaakt om de drie begraafplaatsen op dezelfde wijze te gaan beheren en exploiteren. Hiertoe is o.a. één begraafplaatsadministratie opgezet en zijn de gegevens geactualiseerd, is één beheersverordening vastgesteld voor de drie begraafplaatsen, zijn de afmetingen van de graven en de begraafsystemen gelijk getrokken en is het onderhoud van de begraafplaatsen zoveel mogelijk naar één niveau getrokken. De laatste twee jaar zijn veel activiteiten uitgevoerd op de begraafplaatsen zelf. Zo zijn op alle drie de begraafplaatsen urnenmuren gebouwd, is op de begraafplaats in Drunen een nieuw vak in gebruik genomen en is de begraafplaats in Vlijmen opgeknapt en grotendeels heringericht, waaronder een Islamitisch gedeelte. Om in de toekomst op de drie gemeentelijke begraafplaatsen kwalitatief hoogwaardig te kunnen blijven begraven en hiermee aan de wettelijke verplichtingen te kunnen blijven voldoen zal nog op diverse onderdelen beleid moeten worden geformuleerd of aangescherpt en zullen maatregelen moeten worden genomen. In deze notitie worden de onderdelen welke betrekking hebben op het begraven in de toekomst (2006-2020) in de gemeente Heusden benoemd. Allereerst zal de begraafbehoefte en de begraafcapaciteit van de begraafplaatsen in beeld worden gebracht. Daarnaast zal de exploitatie met daarbij de kostendekkendheid worden besproken. Tevens zullen de verantwoordelijkheden welke de gemeente heeft naar de bijzondere begraafplaatsen in de gemeente Heusden worden beschreven. Ook zullen onderwerpen zoals de kwaliteit van het begraven en de begraafplaatsen, de organisatie, de informatievoorziening waaronder de begraafplaatsadministratie, begraven op eigen grond en hoe om te gaan met gesloten begraafplaatsen aan de orde komen. Deze onderdelen zullen in de periode van de komende jaren aan de orde dienen te komen.

Toekomst begraafplaatsen – gemeente Heusden B057ba6 toekomst.doc - 20-10-2005 pagina 1

2

Gemeentelijke begraafplaatsen

2.1

Begraafplaats ‘Duynhaeghe’ Drunen Kenmerken: • Eerste begraving in 1974; • Enkeldiep begraven; • Grondwaterstand maakt dubbeldiep begraven niet mogelijk; • Ruimtelijk/open begraafplaats; • Aula aanwezig; Mogelijke begraafwijzen:

2.2

•

Volwassen graven;

•

Kindergraven;

•

Urnengraven;

•

Urnennissen.

Begraafplaats ‘Onsenoort’ Vlijmen Kenmerken: • Eerste begraving begin jaren 80; • Enkeldiep begraven; • Zeer ruime/open begraafplaats; • Geen aula aanwezig; • Islamitisch gedeelte aanwezig. Mogelijke begraafwijzen: •

Volwassen graven;

•

Islamitische graven;

•

Kindergraven;

•

Urnengraven;

•

Urnennissen.


2.3

Begraafplaats ‘Buytenhove’ Heusden Kenmerken: • Gedeeltelijk oude kerkelijke begraafplaats; • Enkeldiep begraven; • Meer besloten begraafplaats; • Aula aanwezig; • Oude (vervallen) graven aanwezig. Mogelijke begraafwijzen: •

Volwassen graven;

•

Kindergraven;

•

Urnennissen.


3

Begraafbehoefte en begraafcapaciteit

3.1

Werkwijze In dit hoofdstuk is de begraafbehoefte en de begraafcapaciteit van de gemeentelijke begraafplaatsen in Drunen, Vlijmen en Heusden berekend. De werkwijze van de totstandkoming van de berekening van de begraafbehoefte en de begraafcapaciteit, een toelichting op de grafcyclus van 40 jaar en een toelichting op het brutografoppervlak zijn weergegeven in bijlage 1.

3.2

Behoeftebepaling

3.2.1

Tabellen Aan de hand van de beschikbare gegevens uit de begraafplaatsadministratie is de begraafbehoefte bepaald voor de drie genoemde begraafplaatsen afzonderlijk. In bijlage 2 zijn in tabellen de berekeningen per begraafplaats weergegeven. In de eerste tabel is steeds het gemiddelde van de lijkbezorgingen van de afgelopen 5 jaar bepaald. Aan de hand van dit gemiddelde is in de tweede tabel de behoefte aangegeven in stappen van 5 jaar. In de derde tabel is steeds de totale behoefte aangegeven voor periodes van 5 jaar en cumulatief voor de totale periode tot en met 2044.

3.2.2

Rekenresultaten In de onderstaande tabellen is voor elke begraafplaats het resultaat van de berekening weergegeven. De tabellen geven de behoefte aan nieuwe graven en asbestemmingen voor de periode tot en met 2044 weer. Begraafbehoefte aantal nieuwe graven Begraafplaats

Behoefte t/m 2044

‘Duynhaeghe ’Drunen

2.078

‘Onsenoort’ Vlijmen

642

‘Buytenhove’ Heusden

1.031

Behoefte aantal nieuwe asbestemmingen Begraafplaats

Behoefte t/m 2044

‘Duynhaeghe’Drunen

438


81


Niet bekend*

* sinds 2005 pas de mogelijkheid om urnen in nissen te plaatsen 3.3

Capaciteit

3.3.1

Beschikbare capaciteit Op de begraafplaats Duynhaeghe is ruimte voor in totaal 2.297 graven aanwezig. Hiervan zijn 1.176 graven bezet en 162 graven gereserveerd. Van 109 graven is het grafrecht beëindigd. 850 graven zijn leeg.


Op de begraafplaats Onsenoort is ruimte voor in totaal 1.342 graven aanwezig. Hiervan zijn 434 graven bezet en 108 graven gereserveerd. Er zijn geen graven aanwezig waarvan de grafrechten reeds zijn verlopen. 800 graven zijn leeg. De begraafplaats in Heusden bestaat uit twee delen, een oud (R.K.) gedeelte en een nieuw gedeelte welke begin jaren 80 in gebruik is genomen. Op het nieuwe deel zijn 790 graven aanwezig. Op het oude deel ca. 613. De graven op het oude gedeelte zijn dusdanig dicht bij elkaar gelegen dat na ruiming van deze graven de afmetingen van de graven aan de huidige wettelijke bepalingen aangepast dienen te worden. Dit betekent dat na ruiming van alle ca. 613 graven er in een nieuwe situatie ca. 409 nieuwe graven voor in de plaats komen. Het totaal aantal graven op de begraafplaats komt dan op 1.199. Daarnaast is van de ca. 613 graven de juridische status niet bekend. Aangenomen wordt dat deze graven voor onbepaalde tijd zijn uitgegeven. Indien dit het geval blijkt te zijn dan kunnen deze graven niet tot de grafcyclus van 40 jaar worden gerekend, waarmee de totale begraafcapaciteit van de begraafplaats in totaal 790 graven betreft. Op de begraafplaats zijn in totaal 141 graven leeg. Op de begraafplaats Heusden zijn in totaal 1.403 graven aanwezig. Hiervan zijn 1284 graven bezet en 119 graven leeg. Aantallen graven Begraafplaats ‘Duynhaeghe’Drunen

Behoefte t/m 2044 2.078

Capaciteit beschikbaar

Ruimte zonder

(lege graven)

maatregelen tot ca.

850 (excl. 162

2023

reserveringen) ‘Onsenoort’ Vlijmen

642


1.031

800 (excl. 108

>2044

reserveringen) 119 (excl. 22

2010

reserveringen)

Totalen Begraafplaats

Behoefte t/m 2044

Capaciteit totaal

Verschil


2.078

2297

-219


642

1342

-700


1.031

1199*

-168

* Aantal graven na herinrichting van het oude gedeelte

3.3.2

Bruto grafoppervlak Van de begraafplaatsen zijn het totaal aantal graven en de totale oppervlakte bekend. Hiermee is het bruto grafoppervlak te bepalen. In de onderstaande tabel is per begraafplaats het bruto grafoppervlak (BGO) aangegeven. In de praktijk blijkt over het algemeen dat bij een gemiddeld bruto grafoppervlak van 6 – 8 m2 er voldoende ruimte beschikbaar is om voldoende kwaliteit te kunnen waarborgen en een goede exploitatie is te realiseren.


Begraafplaats

Capaciteit totaal

Oppervlakte in m2

Bruto grafoppervlak


2.297

20.135

9


1.342

35.000

26


1.403

12.250

9

Uit de bovenstaande tabel is af te lezen dat de begraafplaatsen in Drunen en Heusden met een bruto grafoppervlak van ca. 9 m2 ruim zijn van opzet en iets boven het optimale brutografoppervlak van 6 – 8 m2 liggen. De begraafplaats in Vlijmen is met een brutografoppervlak van 26 m2 zeer ruim van opzet.

3.4

Conclusie begraafcapaciteit Op de begraafplaatsen in Vlijmen en Drunen is gebrek aan begraafcapaciteit (voorlopig) niet aan de orde. De begraafplaats in Vlijmen heeft zelfs aan oppervlakte een overcapaciteit. Voor de begraafplaats in Heusden zullen op korte termijn maatregelen genomen moeten worden om in de begraafbehoefte te kunnen blijven voorzien. Het college van B&W heeft inmiddels ingestemd met het opstarten van een traject om op korte termijn de benodigde begraafcapaciteit beschikbaar te krijgen. Als basis hiervoor dient een administratieve inventarisatie uitgevoerd te worden voor het oude (kerkelijke) gedeelte van de begraafplaats. De rechten en rechthebbenden van deze (oude) graven zijn niet bekend. Als eerste stap dienen voornoemde gegevens geactualiseerd te worden.


4

Exploitatie

4.1

Begroting in de bestaande situatie

4.1.1

Kostendekking Na de gemeentelijke herindeling is door de raad van de gemeente Heusden bepaald dat de begraafplaatsen kostendekkend moeten zijn. De gemeente Heusden is zich ervan bewust dat daar op dat moment geen sprake van was. Men heeft er toen voor gekozen om de tarieven gefaseerd te verhogen. In 2004 en 2005 zijn daarom de tarieven aanzienlijk verhoogd ( voor een enkel graf in 2004 met ca. 31% en in 2004 nog eens met ca. 37%). Uit de beschikbare gegevens kan worden afgeleid dat in 2004 de werkelijke kosten voor het begraafplaatsbeheer voor ca. 49% worden gedekt. Een dergelijke dekking van kosten is erg laag. In 2004 was dus nog geen sprake van een volledige kostendekking. In 2005 is een notitie opgesteld (‘Notitie inzake de berekening van de graf- en urnenrechten en de kostendekkendheid hiervan in de gemeente Heusden’). Hierin worden zowel de tariefsdifferentiatie als de kostendekkendheid ter discussie gesteld. Ten aanzien van de tariefsdifferentiatie wordt voorgesteld de toe te passen tarieven te bepalen op basis van de verdeling van vaste kosten en het netto gebruik van het grafoppervlak. Ten aanzien van de kostendekkendheid wordt voorgesteld de doelstelling van de kostendekking bij te stellen en niet langer te streven naar een volledige kostendekking. Vaststelling hiervan heeft inmiddels plaats gevonden.

4.1.2

Meerjarenbegroting In de meerjarenbegroting (2004 – 2009) is door de gemeente een beeld gevormd over de exploitatie van de begraafplaatsen voor de korte termijn. Opvallend in deze meerjarenbegroting is dat er voor 2005 hogere kapitaallasten zijn begroot (€ 70.225,-- ten opzichte van € 53.885,-- in 2004) waarna deze vanaf 2006 weer afnemen van € 51.179,-- tot € 39.082,-- in 2009. Ook de arbeidskosten van de eigen organisatie (‘aandeel KPL’) zijn in 2005 hoger begroot (€ 258.090,--) dan in 2004 (€ 198.418,--) en de jaren vanaf 2006 (€ 196.557,--). Deze kosten zijn extra kosten als gevolg van de herinrichtingwerkzaamheden op de begraafplaats in Vlijmen (incl. Islamitisch deel). De te verwachten inkomsten uit grafrechten in de meerjarenbegroting nemen tot 2006 toe (tot € 223.000,--), waarna deze op een gelijk niveau blijven. Hieruit kan worden geconcludeerd dat men er in de begroting vanuit is gegaan dat er na 2006 geen tariefsverhogingen meer zullen plaatsvinden. Uit de meerjarenbegroting kan daarnaast worden afgeleid dat de kostendekking in deze periode langzaam oploopt tot ca. 71% in 2009.

4.1.3

Tarieven De Raad heeft er in het verleden voor gekozen om de kostendekking te verhogen door het verhogen van de tarieven van grafrechten. In de eerder genoemde notitie is vooral gekeken naar het effect van tariefsverhoging op kostendekking. In de afgelopen jaren is het tarief van een enkel graf toegenomen van € 991,-- (2003) via €1.298,-- (2004) tot € 1.776,-- (2005). Toekomst begraafplaatsen – gemeente Heusden B057ba6 toekomst.doc - 20-10-2005 pagina 7

Deze verhoging van de tarieven leidt tot een verbetering van de kostendekking. Voor de bepaling van de toe te passen tarieven is het ook van belang om deze te bezien in relatie tot wat geboden wordt. De ruimtelijke indeling, de aanwezige voorzieningen en het onderhoudniveau zijn voor een belangrijk deel bepalend voor de kwaliteit van een begraafplaats. Bij een hogere kwaliteit zijn nabestaanden eerder bereid een hoger tarief te betalen. Zoals aangegeven in voornoemde notitie vormen voor de bepaling van de toe te passen tarieven de landelijk gemiddelde tarieven een goede richtlijn. Deze landelijk gemiddelde tarieven liggen ca. 16% hoger dan de tarieven van de gemeente Heusden.

4.2

Onderhoudskosten Een instrument om de kostendekking te verbeteren is een verhoging van de inkomsten. Daarnaast is het van belang dat de kosten beheersbaar blijven. Er dient dan ook op toe gezien te worden dat een toename van de kosten zoveel mogelijk worden beperkt en de mogelijkheden dienen bekeken te worden om kosten te kunnen verlagen. Een belangrijk aandachtspunt hierbij zijn o.a. de onderhoudskosten. Het onderhoud op de gemeentelijke begraafplaatsen wordt door medewerkers van de eigen diensten van de gemeente uitgevoerd. Hiervoor wordt een onderhoudsbestek opgesteld. Het bestek is enerzijds een handleiding ten behoeve van de planning van de werkzaamheden, anderzijds vormt het een begroting van de jaarlijkse onderhoudskosten. Het bestek is opgesteld op basis van de bestaande werkwijze. Het wordt actueel gehouden door ervaringen en inzichten van de verschillende betrokken medewerkers in het bestek te verwerken. Er is geen beheerplan dat de grondslag vormt voor het onderhoudsbeleid op de begraafplaatsen. Het onderhoudsniveau is op alle begraafplaatsen gelijk. In de begroting voor 2005 vormen de totale kosten voor het onderhoud (de posten onderhoud verharding, bouwen en wonen, buitendienst, civiele en cultuurtechniek) 47 % van de totale kosten. Een besparing op de onderhoudskosten betekent een keuze voor een extensiever onderhoud. Een extensivering van het onderhoud kan op verschillende manieren worden vormgegeven. Dit kan over de gehele breedte plaatsvinden door de frequenties van maatregelen te verlagen, het kan zich ook richten op een aantal bepaalde beheergroepen, zoals bijvoorbeeld het onderhoud van minder beeldbepalende beheergroepen (bosplantsoen, sloten, etc.). Daarnaast is het ook denkbaar dat er een bepaalde zonering op een begraafplaats wordt toegepast, waarin het onderscheid in onderhoudsniveau wordt aangebracht (bijvoorbeeld intensief bij entree en afscheidsplaats en minder intensief op de grafvelden). Tevens is het denkbaar dat er een onderscheid in onderhoudsniveau wordt gemaakt per begraafplaats, bijvoorbeeld door op de gesloten begraafplaatsen een extensiever onderhoud toe te passen dan op de begraafplaatsen die nog in gebruik zijn. Een extensivering van het onderhoud zal leiden tot een vermindering van de kwaliteit van de begraafplaats. De mate waarin daarvan sprake zal zijn is uiteraard afhankelijk van de keuzes die daarin worden gemaakt. Hierbij wordt opgemerkt dat de binding van de bevolking met een begraafplaats in de praktijk groter is dan de binding met bijvoorbeeld het openbaar groen. Om hierin beter inzicht te krijgen is het raadzaam om een visie op te stellen over het beheer en het onderhoud van de begraafplaatsen, waarin de keuze mogelijkheden en de effecten daarvan op het beeld en de kwaliteit van de begraafplaatsen worden uitgewerkt.


5

Organisatie beheer begraafplaatsen

5.1

Organisatievormen Voor het beheren en exploiteren van begraafplaatsen zijn meerdere organisatiemodellen mogelijk. Hiertoe zijn te onderscheiden:

5.2

1.

beheer vanuit de bestaande gemeentelijke organisatie;

2.

interne verzelfstandiging (aparte dienst instellen/bestuurscommissie);

3.

externe verzelfstandiging (gemeente richt private rechtspersoon op);

4.

privatisering.

Beheer vanuit de bestaande gemeentelijke organisatie In de gemeente Heusden zijn de beleidsontwikkeling en uitvoering die daarmee gepaard gaat gepositioneerd op een afdeling die onderdeel uitmaakt van de gemeentelijke organisatie. Dit betreft de afdeling Publiekszaken en openbare werken. Kenmerk van deze organisatievorm is dat er geen sprake is van een zelfstandig onderdeel binnen de gemeentelijke organisatie dat zich uitsluitend richt op de beleidsontwikkeling en het beheer en onderhoud van de gemeentelijke begraafplaatsen. De functiebeschrijvingen van de leidinggevenden en medewerkers omvatten ook andere taken dan de exploitatie van de begraafplaats. De financiën met betrekking tot de gemeentelijke begraafplaats worden centraal in de organisatie geadministreerd en beheerd. Wanneer er sprake is van een sectorenmodel is er veelal sprake van een decentraal budgetbeheer. Voordelen het gemeentebestuur behoudt nadrukkelijk de regie inzake de begraafplaats beheer en onderhoud zijn gewaarborgd Nadelen geen specialisatie binnen de gemeentelijke organisatie efficiency en effectiviteit niet optimaal gemeentelijke begraafplaats drukt volledig op de gemeentebegroting

5.3

Interne verzelfstandiging Bij interne verzelfstandiging zal er vaak sprake zijn van het inrichten van een afzonderlijke dienst, die zich uitsluitend gaat bezighouden met het exploiteren van de gemeentelijke begraafplaats. Er is sprake van verbijzondering van de organisatie op basis van een specifieke dienstverlening. Kenmerk van een ingestelde dienst is de grote mate van zelfbeheer voor het onderdeel. Zowel op financieel als op personeel gebied geldt een grote mate van zelfstandigheid. Dat geldt uiteraard ook voor de taakuitoefening binnen het terrein van de gemeentelijke begraafplaats. Het gemeentebestuur blijft wel volledig verantwoordelijk, zowel politiek als bestuurlijk.


Voordelen het gemeentebestuur blijft het beleid bepalen beheer en onderhoud zijn gewaarborgd expertise en betrokkenheid medewerkers verbetert Nadelen efficiency en effectiviteit (nog) niet optimaal gemeentelijke begraafplaats drukt volledig op de begroting Daarnaast bestaat de mogelijkheid om over te gaan tot binnengemeentelijke decentralisatie van bevoegdheden. Dat houdt in dat een bestuurscommissie1 wordt ingesteld door het gemeentebestuur, en dat deze commissie bevoegdheden van het betreffende bestuursorgaan krijgt overgedragen. Op het gebied van de exploitatie van een gemeentelijke begraafplaats kan een bestuurscommissie worden belast met de vaststelling-, of de uitvoering van een beheerverordening. Aangezien het handelt om een commissie die een bepaald gemeentelijk belang behartigt (gemeentelijke begraafplaats), is er sprake van een functionele commissie. Een bestuurscommissie is verantwoording verschuldigd aan het bestuursorgaan dat de bevoegdheden heeft overgedragen. In wezen is hier slechts sprake van een verschuiving van centraal naar decentraal bestuur, ook wel interne verzelfstandiging van bestuur genaamd. De ondersteuning van de commissie zal meestentijds bij ambtenaren van de gemeentelijke organisatie blijven berusten. Voordelen het gemeentebestuur kan toezicht houden de continuïteit is gewaarborgd in de commissie kunnen materiedeskundigen zitting nemen Nadelen op gebied uitvoering verandert er niets efficiency en effectiviteit niet optimaal gemeentelijke begraafplaats drukt volledig op de begroting

5.4

Externe verzelfstandiging Bij externe verzelfstandiging richt het gemeentebestuur een private rechtspersoon op, waarbij de verwevenheid met de gemeente op juridisch en organisatorisch gebied ontbreekt. De mogelijkheid bestaat dat de taak wordt overgedragen aan een private rechtspersoon, of dat het organisatieonderdeel wordt omgevormd tot een private rechtspersoon. Ook na de rechtsovergang blijft de gemeente echter als enig aandeelhouder en subsidiënt rechtstreeks verantwoordelijk voor de financiële positie van de verzelfstandigde onderneming. Bij externe verzelfstandiging is het gemeentebestuur dus zelf de oprichter van de nieuwe rechtspersoon, en daarmee verantwoordelijk voor het formuleren van de statutaire taken en verplichtingen. Cruciaal daarbij is enerzijds het verankeren van de gewenste bestuurlijke zeggenschap, en anderzijds de onafhankelijkheid van het samenwerkingsverband.

1

betreft een commissie met bestuursbevoegdheden zoals bedoeld in artikel 83 Gemeentewet


Kenmerk van externe verzelfstandiging is dat, hoewel er sprake is van een beperkte vorm van privatisering, de gemeente nog wel invloed houdt op het beleid en de uitvoering van de organisatie. Voorbeeld van een externe verzelfstandiging is b.v. een stichting.

Voordelen verhoging efficiency en effectiviteit als gevolg van marktconform handelen bezuiniging en ontlasting voor gemeente gemeente kan nog steeds bijsturen als beleidsdoelen niet worden bereikt mogelijkheid om ook andere (bijzondere) begraafplaatsen een plaats te geven in nieuw te vormen rechtspersoon Nadelen een (belangrijk) deel van de gemeentelijke regiemogelijkheden is verdwenen gemeentelijke begraafplaats wordt een bijzondere begraafplaats2 externe verzelfstandiging kost doorgaans veel tijd

5.5

Privatisering Van privatisering is sprake zodra een private partij geheel of gedeeltelijk verantwoordelijk wordt voor de financiering en/of de exploitatie van de begraafplaats. Wanneer een private partij slechts één van de taken op het terrein van de gemeentelijke begraafplaats gaat uitvoeren, bijvoorbeeld het onderhoud, dan is er sprake van “uitbesteding”. Het gemeentebestuur blijft dan de regie voeren. Kenmerk van privatisering is dat de op te richten organisatie volledig (financieel, juridisch en organisatorisch) is losgekoppeld van de gemeente. De nieuwe organisatie is een concurrerende marktpartij die voor het voortbestaan afhankelijk is van de eigen prestaties. De uit te voeren taken worden niet meer gezien als specifieke overheidstaken en de gemeente ziet af van strategische ambities. Toch kan de gemeente nog enige invloed laten gelden. Zo kunnen privaatrechtelijk voorwaarden worden verbonden aan de overdracht. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de hoogte van de tarieven van de begraafplaats. Daarnaast kan worden bedongen dat een overheidsbestuurder of -commissaris wordt aangesteld. Voordelen slagvaardig, efficiënt en effectief gemeentelijke begraafplaats drukt niet meer op begroting Nadelen gemeentebestuur heeft doorgaans nog slechts minimale invloed continuïteit voorziening en algemeen belang minder gewaarborgd gemeentelijke begraafplaats wordt een bijzondere begraafplaats privatisering kost doorgaans veel tijd

2

Artikel 33 Wlb vereist dat een gemeente voor zich, of met een aantal gemeente samen, tenminste een gemeentelijke begraafplaats heeft. Gedeputeerde Staten kunnen van deze verplichting ontheffing verlenen. Het tijdelijke karakter van de ontheffing impliceert dat een gemeente haar enige of laatste begraafplaats nooit definitief kan afstoten. Toekomst begraafplaatsen – gemeente Heusden B057ba6 toekomst.doc - 20-10-2005 pagina 11

Keuze organisatievorm Het is afhankelijk van allerlei omstandigheden welke organisatievorm de voorkeur geniet. Om optimale efficiëntie en een zo hoog mogelijke kostendekkendheid te realiseren waarbij het begraven op een zo hoog mogelijk niveau binnen de gemeente plaats vindt verdient het aanbeveling een afweging van de meest passende organisatievorm te onderzoeken, waarbij de relatie met de bijzondere begraafplaatsen onderdeel van het onderzoek uit maakt.


6

Begraafplaatsadministratie

6.1

Inventarisatie Het administreren van de gegevens met betrekking tot de begraafplaatsen gebeurt op de afdeling Burgerzaken. Vanuit de 3 voormalige gemeenten Heusden, Vlijmen en Drunen zijn eind jaren ‘90 de handmatige begraafplaatsadministraties van de voormalige gemeenten 1 op 1 overgezet in een geautomatiseerd begraafplaatsadministratie systeem. Dit betekende dat alle gegevens allemaal in hetzelfde systeem zijn overgezet. Deze gegevens waren echter niet allemaal compleet en actueel. De afgelopen jaren is een inhaalslag gemaakt voor wat betreft de volledigheid en de actualiteit van de begraafplaatsadministratie. Voor de begraafplaatsen Vlijmen en Drunen en het nieuwe gedeelte van de begraafplaats in Heusden heeft deze inhaalslag geresulteerd in een volledige administratie welke een grote actualiteit van de gegevens genereert. Van het oude deel van de begraafplaats in Heusden zijn geen grafrechten en rechthebbenden bekend. Hiervan zijn geen oude grafakten meer aanwezig. Begraafplaatsadministratie Begraafplaats

Volledigheid

Actualiteit

Opmerking

administratie administratie Vlijmen

100%

90%

Drunen

100%

90%

Heusden

60%

60%

Van het oude deel zijn na inventarisatie (in 1998) alleen de gegevens van de grafmonumenten in de administratie opgenomen.

6.2

Software Destijds is gekozen voor het softwarepakket ‘Atlas’ van Trobit. Met dit pakket wordt op dit moment door de gemeente Heusden gewerkt. De leverancier van dit pakket heeft inmiddels de doorontwikkeling van dit pakket stop gezet. Hoe lang zij dit pakket nog blijven ondersteunen is niet bekend. Indien deze ondersteuning komt te vervallen zal door de gemeente Heusden een keuze gemaakt dienen te worden voor een nieuw begraafplaastadministratie systeem. De keuze voor een nieuw systeem is afhankelijk van de eisen waaraan het systeem dient te voldoen. Om een goede informatievoorziening op te zetten zullen diverse koppelingen met overige systemen en diensten noodzakelijk zijn. Daarnaast dienen afwegingen gemaakt te worden welke informatie en het informatieniveau waarop deze voor een ieder beschikbaar moet zijn (vb. informatiezuilen op de begraafplaatsen etc.).


7

Gesloten begraafplaatsen De gemeente heeft drie begraafplaatsen in eigendom welke gesloten zijn. Daarnaast zijn er nog enkele gesloten bijzondere begraafplaatsen welke (nog) geen eigendom van de gemeente zijn. Alle begraafplaatsen zijn ook juridisch gesloten volgens art. 43 van de Wet op Lijkbezorging, Voor de gemeentelijke begraafplaatsen heeft de raad het besluit daartoe genomen. Op gesloten begraafplaatsen worden geen graven meer uitgegeven en vinden geen begravingen meer plaats. Indien de eigenaar van een gesloten bijzondere begraafplaats geen belangstelling meer heeft voor de gesloten begraafplaats heeft deze de mogelijkheid deze aan de gemeente over te dragen. De gemeente dient deze begraafplaats conform wettelijke eisen te aanvaarden en daarmee ook de lasten welke aan dergelijke begraafplaatsen zijn gekoppeld et accepteren. Ten aanzien van deze gesloten begraafplaatsen is het van belang dat een duidelijke visie opgesteld wordt met betrekking tot de toekomst van deze gesloten begraafplaatsen. Wat is de toekomstige bestemming van deze begraafplaatsen? Is het de bedoeling dat deze op de lange termijn weer worden geopend om in een eventuele toenemende behoefte te voorzien of dienen deze percelen op de lange termijn een andere bestemming te krijgen? Ook dient te worden bepaald hoe in dat kader zal worden omgegaan met eventueel aanwezige historische en monumentale waarden en aanwezige oorlogsgraven op deze begraafplaatsen. De ligging en de beperkte oppervlakte maken het in de praktijk moeilijk om de begraaffunctie op deze begraafplaats in de toekomst te handhaven. Toch is maatschappelijk gezien het opheffen van deze begraafplaatsen niet vanzelfsprekend. De discussie over de toekomst van deze begraafplaatsen zal op gang moeten worden gebracht. Het opheffen van een begraafplaats is immers een ingrijpende maatregel. Conform de Wet op de lijkbezorging houdt een begraafplaats op dit te zijn, indien de grond die bestemming heeft verloren, en hetzij zich daarin geen graf bevindt, hetzij 50 jaar na de laatste begraving zijn verstreken. Na sluiting blijft de begraafplaats gedurende 20 jaar onaangeroerd liggen. Na 20 jaar mag een graf slechts tot bezaaiing of beplanting worden gebruikt, mits niet dieper dan 0,50 m1 wordt gegraven. Graven op een gesloten begraafplaats, waarop een uitsluitend recht rust en waarvoor behoorlijk in het onderhoud wordt voorzien, worden onaangeroerd gelaten. 50 jaar na sluiting kan de begraafplaats worden opgeheven. Dit moment zou kunnen worden vervroegd door alle aanwezige graven voortijdig te ruimen. Voorwaarde is dat er geen grafrechten meer op de graven rusten. De kosten van deze ruiming zouden vervolgens kunnen worden verdisconteerd in de ontwikkelingskosten ten behoeve van de nieuwe bestemming. Een eventuele herbestemming dient ook direct te worden bezien in relatie tot de toekomstige ontwikkelingen in de directe omgeving van de begraafplaatsen.


8

Bijzondere begraafplaatsen

8.1

Bijzondere begraafplaatsen Binnen de gemeente Heusden zijn 11 bijzondere begraafplaatsen aanwezig waar momenteel op begraven wordt. Ten aanzien van deze begraafplaatsen heeft de gemeente verplichtingen. In de volgende paragrafen worden de wettelijke kaders aangegeven.

8.2

Verplichtingen en verantwoordelijkheden

8.2.1

Wet op de Lijkbezorging (Wlb) In art 20 t/m 22 van de Wet op de lijkbezorging wordt de overheidszorg behandeld met betrekking tot het ambtshalve begraven cq. cremeren van niet-bezorgde overledenen. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt tussen gemeentelijke begraafplaatsen en bijzondere begraafplaatsen. In dit kader dienen zowel door de burgemeester, het College van B&W als de gemeenteraad op verschillende aspecten goedkeuringen te worden verleend. Onderstaand zijn enkele verantwoordelijkheden van betreffende personen weergegeven. De Burgemeester §

draagt de zorg voor de ambtshalve begravingen;

§

verleent vergunning bij her- en opgravingen van lijken binnen de wettelijke grafrusttermijn van 10 jaren.

Het college van B&W §

geeft toestemming van voor het in gebruik nemen van een (bijzondere) begraafplaats en/ of een uitbreiding van een (bijzondere) begraafplaats;

§

verleent vergunning voor het oprichten van een bewaarplaats voor asurnen gelegen buiten een crematorium of begraafplaats;

§

verleent vergunning voor de bestemming van een terrein waarop permanent asverstrooiingen plaatsvinden.

Gemeenteraad §

draagt zorg voor het toewijzen van de bestemming begraafplaats aan de betreffende gronden met bijbehorende voorwaarden;

§

draagt zorg voor het sluiten van een gemeentelijke begraafplaats of delen daarvan;

§

draagt zorg voor het sluiten van zowel van een gemeentelijke begraafplaatsen indien de laatste tien jaren geen begraving heeft plaatsgevonden.

8.2.2

Gemeentewet Burgemeester en Wethouders dienen in het kader van de Gemeentewet (Stb 1992, 96) toezicht te houden op het begraven en de begraafplaatsen in hun gemeente en kunnen in deze de gemeenteraad voorstellen hiervoor spelregels en voorwaarden op te stellen. Het toezicht heeft zowel betrekking op de gemeentelijke- als op de bijzondere begraafplaatsen. Deze bevoegdheid is weerlegd in art 160 van de Gemeentewet, waarin deze taak niet expliciet wordt omgeschreven.


Tot 1994 werd deze taak in de Gemeentewet art. 209 aanhef en onderdeel expliciet genoemd (Stb 1851, 85). Omtrent deze bevoegdheid is in de Gemeentewet geen omschrijving gegeven. Het toezicht van het College is zover nu bekend alleen toegepast om in het kader van ongewenste situaties te kunnen op treden. 8.2.3

Rol van de gemeente Het toezicht op het begraven en de begraafplaats dient vooral gezien het onderwerp niet dwangmatig te worden gebracht middels het opstellen van voorwaarden en spelregels welke kunnen leiden tot een bepaald spanningsveld tussen het College van B&W en de begraafplaatsbeheerder. Hierbij dient te worden opgemerkt dat het toezicht eveneens geldt voor de gemeentelijke begraafplaatsen. Het beleid rondom de begraafplaatsen dient geënt te zijn op de controle van de bestaande regelgeving en daarnaast dienen de begraafplaatsbeheerders te worden geadviseerd ten aanzien van het beheer van de begraafplaatsen.

8.2.4

Begraven op eigen grond Tegenwoordig komt er bij steeds meer gemeenten in Nederland het verzoek binnen om op eigen terrein begraven te mogen worden. De Wet op de Lijkbezorging sluit dit niet uit. Door hier tijdig op in te spelen wordt voorkomen dat de gemeente voor verrassingen komt te staan en ontstaan er geen ongewenste situaties. Door het opstellen van eisen en regels waar men aan moet voldoen is het mogelijk hieraan sturing te geven indien zo'n verzoek gedaan wordt. Het is van belang hier tijdig op te anticiperen en beleid op te stellen.


9

Thema’s begraven in de gemeente Heusden

9.1

Thema’s begraven in de toekomst Om de goede lijn welke na de gemeentelijke herindeling in 1997 ten aanzien van de begraafplaatsen binnen de gemeente is opgepakt naar de toekomst door te trekken, zullen de komende jaren (2006-2020) nog verschillende thema’s aan de orde dienen te komen. Door het uitwerken van de betreffende thema’s voldoet de gemeente Heusden aan alle wettelijke bepalingen welke voortvloeien uit de Wet op de Lijkbezorging en de Gemeente Wet. Daarnaast biedt de gemeente Heusden haar inwoners de mogelijkheid om op kwalitatief goede begraafplaatsen de overledenen te bezoeken en te gedenken. Om in de toekomst aan alle wettelijke bepalingen te kunnen (blijven) voldoen en daarnaast kwalitatief hoogwaardige begraafmogelijkheden te blijven bieden dienen de volgende thema’s in willekeurige volgorde ten aanzien van het begraven nader uitgewerkt te worden: 1.

Uitbreiding begraafcapaciteit begraafplaats Heusden;

2.

Vaststelling kwaliteit begraafplaatsen, beeldniveaus, voorzieningenniveau etc. en opstellen beheerplannen;

3.

Onderzoek naar de bijzondere begraafplaatsen, hoe om te gaan met de (wettelijke) verplichtingen welke de gemeente heeft ten aanzien van de bijzondere begraafplaatsen;

4.

Onderzoek naar een zo effectief mogelijke organisatievorm van het beheren van de begraafplaatsen binnen of buiten de gemeentelijke organisatie;

5.

Opstellen beleid hoe om te gaan met de gesloten begraafplaatsen;

6.

Opstellen beleid begraven op eigen terrein;

7.

Optimalisatie kostendekkendheid;

8.

Optimaliseren van de informatievoorzieningen waaronder het actualiseren van het begraafplaatsadministratiesysteem.

Met punt 1, uitbreiding van de begraafcapaciteit begraafplaats Heusden is reeds een eerste begin gemaakt om in 2010, wanneer de begraafplaats vol is, nieuwe begraafcapaciteit gerealiseerd te hebben.


9.2

Financiën De onderwerpen zoals hierboven benoemd hebben geen directe invloed op de begroting 2005/2006, uitzondering hierop vormt het genereren van nieuwe begraafcapaciteit op de begraafplaats in Heusden. Hiervoor heeft het college van B&W inmiddels ingestemd met het opstarten van de procedure om nieuwe begraafcapaciteit ter beschikking te krijgen.

9.3

Planning Op de korte termijn zal de begraafcapaciteit van de begraafplaats in Heusden moeten worden opgepakt. De eerste aanzet hiertoe is inmiddels door het College van B&W gegeven. De overige onderwerpen dienen in de komende jaren te worden opgepakt, waarbij zoveel mogelijk naar de samenhang tussen de verschillende onderwerpen gekeken moet worden.


Bijlage 1 werkwijze berekening begraafbehoefte en -capaciteit Huidige situatie Om inzicht te krijgen in de huidige situatie op de gemeentelijke begraafplaatsen is een inventarisatie formulier opgesteld. Aan de hand van dit formulier zijn voor zover mogelijk gegevens uit de huidige begraafplaats administratie aangeleverd. Daarnaast zijn middels tellingen op de begraafplaatsen gegevens verzameld. Begravingen en asbestemmingen van 2000 t/m 2004 Om de toekomstige behoefte aan graven van de begraafplaatsen te kunnen berekenen, is het aantal begravingen en asbestemmingen van 2000 t/m 2004 in beeld gebracht. Hierbij is onderscheid gemaakt in uitgifte van nieuwe graven, bijzettingen en asbestemmingen (alle vormen van asbezorging die op de begraafplaats mogelijk zijn zoals urnengraven, verstrooiingen en het bijzetten van urnen in bestaande graven). Een gemiddeld aantal begravingen, bijzettingen en asbestemmingen is voor de begraafplaats vastgesteld. Dit gemiddelde vormt de basis van de behoefte bepaling voor de toekomst. Behoeftebepaling Op basis van gemiddelde gegevens van voorgaande jaren, 2000 t/m 2004, is de toekomstige behoefte berekend over een periode van 40 jaar, 2005 t/m 2044. Uitgangspunt hiervoor zijn de landelijke prognoses van het aantal begravingen, gebaseerd op voorspelde ontwikkelingen van het sterftecijfer (Bevolkingsprognose CBS 2004). Het sterftecijfer is een percentage van de bevolking dat komt te overlijden. Het is dus een geprognosticeerd cijfer dat geldt voor de Nederlandse bevolking. Uitgangspunt voor de prognose is dat het sterftecijfer in Heusden het landelijk gemiddelde volgt. Er is tevens uitgegaan van een landelijk gemiddelde belangstelling voor een graf van 40 jaar. Dit gemiddelde is gebaseerd op onze ervaring. Na een dergelijke termijn hebben de nabestaanden in de regel geen interesse meer het graf nog langer aan te houden. Dit betekent in de praktijk dat de behoefte resulteert in een 40 jarige begraafcyclus. Capaciteitsbepaling Bij de capaciteitsbepaling is een onderscheid gemaakt tussen de beschikbare capaciteit en de totale capaciteit. De beschikbare capaciteit is het aantal graven dat beschikbaar is voor direct gebruik. Dit zijn de lege graven. Op basis van de beschikbare capaciteit kan worden bepaald tot wanneer op de begraafplaats kan worden begraven zonder aanvullende maatregelen. De totale capaciteit is het totaal aantal graven op een begraafplaats, zowel de lege graven als de graven die in gebruik zijn. In de berekeningen wordt uitgegaan van een gemiddelde belangstelling voor een graf van 40 jaar, waarbij dus gemiddeld genomen elk graf in een periode van 40 jaar één maal wordt geruimd en opnieuw wordt uitgegeven. Indien de totale capaciteit van een begraafplaats groter is dan de behoefte voor de komende 40 jaar, is de capaciteit van de begraafplaats dus in principe voldoende om in een dergelijke cyclus te kunnen begraven.


Om de begraafbehoefte te vertalen naar een oppervlaktebehoefte is een uitgangspunt voor de kwaliteitsverhouding nodig: het bruto grafoppervlak. Het bruto grafoppervlak is het netto grafoppervlak (oppervlakte van het werkelijke graf) plus de oppervlakte die gebruikt wordt voor alle voorzieningen (minus parkeerplaats, opslagterrein, bebouwing en strooivelden) ten behoeve van de begraafplaats. Door het oppervlak van de begraafplaats minus parkeerplaats, depot, bebouwing en strooivelden te delen door het totaal aantal graven (in gebruik en nog leeg), wordt een ruimtelijk kwaliteitsbeeld verkregen in de vorm van het bruto grafoppervlak. Bij een lager bruto grafoppervlak is de kwaliteit van de begraafplaats in het algemeen lager dan bij een hoog bruto grafoppervlak. Immers is er bij een hoger bruto grafoppervlak meer ruimte voor bijvoorbeeld beplanting en verharding per graf beschikbaar en is er de ruimte voor het machinaal delven van graven, wat de kwaliteit verhoogt. Uitgaande van een gewenste begraafkwaliteit kan bepaald worden welk bruto grafoppervlak dit vertegenwoordigt en daarmee welk aantal graven mogelijk is. Andersom kan aan de hand van de begraafbehoefte bepaald worden welk kwaliteitsbeeld dit op een vastgesteld oppervlak oplevert. Op basis van de berekening van het bruto grafoppervlak en de begraafbehoefte is de oppervlaktebehoefte voor de begraafplaats bepaald.


Bijlage 2 Tabellen berekening begraafbehoefte en -capaciteit Tabel 1: Aantal begravingen en asbestemmingen 2000 t/m 2004 begraafplaats Duynhaege Drunen. Totaal1 Nieuw Bijzetting Jaar graf aantal index (%) aantal (%)2 aantal

Asbestemmingen (%)2

aantal

(%)2

2000

41

100

34

83

0

7

17

2001

52

127

43

83

0

9

17

2002

48

117

40

83

0

8

17

2003

51

124

40

78

0

11

22

55

134

47

85

8

15

2004 Totaal

247

Gemiddeld

49,4

204 100

0 0

40,8

82,6

0,0

43 0,0

8,6

17,4

1 In de kolom ‘Totaal aantal’ is het aantal begravingen en asbestemmingen opgenomen. 2 De percentages nieuw graf, bijzettingen en asbestemmingen hebben betrekking op de kolom ‘Totaal aantal’ van het betreffende jaar. Tabel 2: Prognose aantal begravingen en asbestemmingen per jaar van 2005 t/m 2044 Jaar Sterftecijfer Nieuw graf Totaal aantal Index (CBS) Aantal

Bijzetting

Asbestemmingen

%

Aantal

%

Aantal

%

2005

49,4

100

40,8

82,6

0,0

0,0

8,6

17,4

2009

50,9

103

42,0

82,6

0,0

0,0

8,9

17,4

2014

53,8

109

44,5

82,6

0,0

0,0

9,4

17,4

2019

57,3

116

47,3

82,6

0,0

0,0

10,0

17,4

2024

61,8

125

51,0

82,6

0,0

0,0

10,8

17,4

2029

67,2

136

55,5

82,6

0,0

0,0

11,7

17,4

2034

72,6

147

60,0

82,6

0,0

0,0

12,6

17,4

2039

76,1

154

62,8

82,6

0,0

0,0

13,2

17,4

2044

77,6

157

64,1

82,6

0,0

0,0

13,5

17,4

cum

Bijzetting

cum

Asbestemming

cum

43,6

Tabel 3: Prognose totaal aantal begravingen en asbestemmingen van 2005 t/m 2044 Totaal aantal cum Nieuw Jaar graf 2005-2009

250,7

250,7

207,1

207,1

0,0

0,0

43,6

2010-2014

261,8

512,5

216,2

423,3

0,0

0,0

45,6

89,2

2015-2019

277,9

790,4

229,5

652,8

0,0

0,0

48,4

137,6

2020-2024

297,6

1088,0

245,8

898,6

0,0

0,0

51,8

189,4

2025-2029

322,3

1410,4

266,2

1164,8

0,0

0,0

56,1

245,5

2030-2034

349,5

1759,9

288,7

1453,5

0,0

0,0

60,8

306,4

2035-2039

371,7

2131,6

307,0

1760,5

0,0

0,0

64,7

371,1

384,1

2515,7

317,2

2077,7

0,0

0,0

66,9

438,0

2040-2044 Totaal Afgerond

2515,7

2077,7

0,0

438,0

2516

2078

0

438


Tabel 4: Oppervlaktebehoefte in relatie tot het bruto grafoppervlak Bruto grafoppervlakte (m²)

Begraafbehoefte (40 jaar)

Oppervlaktebehoefte (m²)

5

2078

10389

6

2078

12466

7

2078

14544

8

2078

16622

9

2078

18700

10

2078

20777

Tabel 5: Aantal begravingen en asbestemmingen 2000 t/m 2004 begraafplaats Onsenoort Vlijmen. Totaal1 Nieuw Bijzetting Jaar graf aantal index (%) aantal (%)2 aantal

Asbestemmingen (%)2

aantal

(%)2 7

2000

15

100

14

93

0

1

2001

13

87

12

92

0

1

8

2002

15

100

13

87

0

2

13

2003

14

93

13

93

0

1

7

2004

14

93

11

79

0

3

21

Totaal

71

Gemiddeld

14,2

63 100

12,6

0 88,7

0,0

8 0,0

1,6

11,3

1 In de kolom ‘Totaal aantal’ is het aantal begravingen en asbestemmingen opgenomen. 2 De percentages nieuw graf, bijzettingen en asbestemmingen hebben betrekking op de kolom ‘Totaal aantal’ van het betreffende jaar.

Tabel 6: Prognose aantal begravingen en asbestemmingen per jaar van 2005 t/m 2044 Jaar Sterftecijfer Nieuw graf Totaal aantal Index (CBS) Aantal

Bijzetting

Asbestemmingen

%

Aantal

%

Aantal

%

2005

14,2

100

12,6

88,7

0,0

0,0

1,6

11,3

2009

14,6

103

13,0

88,7

0,0

0,0

1,6

11,3

2014

15,5

109

13,7

88,7

0,0

0,0

1,7

11,3

2019

16,5

116

14,6

88,7

0,0

0,0

1,9

11,3

2024

17,8

125

15,8

88,7

0,0

0,0

2,0

11,3

2029

19,3

136

17,1

88,7

0,0

0,0

2,2

11,3

2034

20,9

147

18,5

88,7

0,0

0,0

2,4

11,3

2039

21,9

154

19,4

88,7

0,0

0,0

2,5

11,3

2044

22,3

157

19,8

88,7

0,0

0,0

2,5

11,3


Tabel 7: Prognose totaal aantal begravingen en asbestemmingen van 2005 t/m 2044 Jaar

Totaal aantal

cum

Nieuw graf

cum

Bijzetting

cum

Asbestemming

2005-2009 2010-2014

72,1

72,1

75,3

147,3

2015-2019

79,9

2020-2024 2025-2029

63,9

63,9

0,0

0,0

8,1

8,1

66,8

130,7

0,0

0,0

8,5

16,6

227,2

70,9

201,6

0,0

0,0

9,0

25,6

85,6

312,8

75,9

277,5

0,0

0,0

9,6

35,2

92,7

405,4

82,2

359,7

0,0

0,0

10,4

45,7

2030-2034

100,5

505,9

89,1

448,9

0,0

0,0

11,3

57,0

2035-2039

106,9

612,7

94,8

543,7

0,0

0,0

12,0

69,0

2040-2044

110,4

723,1

98,0

641,7

0,0

0,0

12,4

81,5

Totaal Afgerond

723,1

641,7

0,0

81,5

723

642

0

81

cum

Tabel 8: Oppervlaktebehoefte in relatie tot het bruto grafoppervlak Bruto Begraafbehoefte (40 Oppervlaktebehoefte (m²) grafoppervlakte jaar) (m²)

5

642

3208

6

642

3850

7

642

4492

8

642

5133

9

642

5775

10

642

6417

Tabel 9: Aantal begravingen en asbestemmingen 2000 t/m 2004 begraafplaats 'Buytenhove' Heusden Jaar Totaal1 Nieuw Bijzetting graf aantal index (%) aantal (%)2 aantal

Asbestemmingen (%)2

aantal

(%)2

2000

25

100

25

100

0

0

2001

14

56

14

100

0

0

2002

23

92

23

100

0

0

2003

20

80

20

100

0

0

2004

18

72

18

100

0

Totaal

100

Gemiddeld

20,0

100 100

20,0

0 100,0

1 In de kolom ‘Totaal aantal’ is het aantal begravingen en asbestemmingen opgenomen. 2 De percentages nieuw graf, bijzettingen en asbestemmingen hebben betrekking op de kolom ‘Totaal aantal’ van het betreffende jaar.


0,0

0 0

0,0

0,0

0,0

Tabel 10: Prognose aantal begravingen en asbestemmingen per jaar van 2005 t/m 2044 Sterftecijfer Totaal aantal

Index (CBS)

Nieuw graf Aantal

2005

20,0

100

20,0

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2009

20,6

103

20,6

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2014

21,8

109

21,8

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2019

23,2

116

23,2

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2024

25,0

125

25,0

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2029

27,2

136

27,2

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2034

29,4

147

29,4

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2039

30,8

154

30,8

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2044

31,4

157

31,4

100,0

0,0

0,0

0,0

0,0

cum

Bijzetting

cum

Asbestemming

cum

Jaar

Tabel 11: Prognose totaal aantal begravingen en asbestemmingen van 2005 t/m 2044 Jaar Totaal aantal cum Nieuw graf

Bijzetting

Asbestemmingen

%

Aantal

%

Aantal

%

2005-2009

101,5

101,5

101,5

101,5

0,0

0,0

0,0

0,0

2010-2014

106,0

207,5

106,0

207,5

0,0

0,0

0,0

0,0

2015-2019

112,5

320,0

112,5

320,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2020-2024

120,5

440,5

120,5

440,5

0,0

0,0

0,0

0,0

2025-2029

130,5

571,0

130,5

571,0

0,0

0,0

0,0

0,0

2030-2034

141,5

712,5

141,5

712,5

0,0

0,0

0,0

0,0

2035-2039

150,5

863,0

150,5

863,0

0,0

0,0

0,0

0,0

155,5

1018,5

155,5

1018,5

0,0

0,0

0,0

0,0

2040-2044 Totaal Afgerond

1018,5

1018,5

0,0

0,0

1031

1031

0

0

Tabel 12: Oppervlaktebehoefte in relatie tot het bruto grafoppervlak Bruto Begraafbehoefte (40 Oppervlaktebehoefte (m²) grafoppervlakte jaar) (m²)

5

1031

5155

6

1031

6186

7

1031

7217

8

1031

8248

9

1031

9279

10

1031

10310


Toekomst begraafplaatsen Gemeente Heusden

Recommend Documents