Thuiszorg in Ede - Gevolgen van decentralisatie en bezuiniging Een onderzoek van de SP Ede – Enquête bij 125 ouderen September 2015
Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Opzet van de enquête 3. Resultaten 3.1. Mantelzorg valt vaak tegen 3.2. Wel thuiszorg en al gesprek gehad: achteruitgang? Vaak wel, niet altijd! De gesprekken: hoe moet je je opstellen? Opmerkingen in de gesprekken Algemene klacht over de thuiszorg 3.3. Wel thuiszorg en nog geen gesprek gehad: dreigt achteruitgang? 3.4. Nu geen thuiszorg, zorgen over de toekomst? 4. Conclusies 5. Aanbevelingen aan de gemeente Ede en aan ouderen Dankwoord Bijlagen
1. Inleiding Er zijn veel veranderingen in de zorg. Er worden veel taken naar gemeenten overgedragen. Dit wordt ook wel decentralisatie genoemd (http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/gemeenten/decentralisatievan-overheidstaken-naar-gemeenten). Dit is deels geregeld in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, de WMO (http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/zorg-en-ondersteuning-thuis/wmo2015). Daarbij worden er ook nog bezuinigingen opgelegd door de VVD/PvdA-regering. Tegelijkertijd moeten de gemeenten wel het vereiste niveau van zorg blijven leveren, volgens staatsecretaris Van Rijn. Dit is een erg moeilijke opgave voor gemeenten. We zijn daarom als SP-afdeling Ede benieuwd hoe deze opdracht hier uitgevoerd wordt. We kijken vooral naar de thuiszorg, dus naar de huishoudelijke hulp, omdat dit een belangrijke zorgtaak is. Die betekent veel voor de kwaliteit van leven. We hebben daarom besloten om een deur tot deur een enquête te houden onder ouderen in Ede. Zij komen namelijk in aanmerking voor thuiszorg als hun gezondheid niet optimaal is. Een goed voorbeeld van zo’n enquête is het onderzoek dat de SP in de gemeente Bernheze (Uden en omgeving, N-Br.) heeft gedaan. Daar bleek dat de keukentafelgesprekken vaak slecht werden uitgevoerd, waardoor mensen soms niet de hulp kregen die ze nodig hadden. Zie voor de resultaten van het onderzoek in de gemeente Bernheze: http://bernheze.sp.nl/nieuws/2015/07/sp-hulp-bij-hethuishouden-moet-beter en een interview over de effecten in de gemeente: http://www.mfmbrabant.nl/index.php/nieuws/20770-sp-nieuwe-keukentafelgesprekken.html. De gemeente Bernheze heeft de signalen uit dit onderzoek goed kunnen gebruiken. We willen dus weten hoe dit in Ede zit. Doet Ede dit allemaal zorgvuldig? Kan een gemeente dit efficiënter, dus goedkoper, doen dan Provincie of Rijk - wat de regering gemakshalve aanneemt? En is daarom een bezuiniging mogelijk zonder dat verlies van kwaliteit optreedt? Het is een goede gewoonte van de SP om dan lokaal onderzoek te doen. Wat merken onze inwoners daadwerkelijk van de veranderingen in de opzet van de zorg? Met de resultaten van ons onderzoek willen we de gemeente confronteren met de gevolgen van haar beleid en hoe dit overkomt bij de eigen inwoners. Daarbij willen we adviezen geven over verbeteringen bij de uitvoering van dit decentralisatiebeleid in de thuiszorg.
2. Opzet van de enquête Om de enquête eenvoudig te houden hebben we het aantal vragen zo klein mogelijk gehouden, zelfs nog iets kleiner dan in Bernheze. Dit konden we doen, omdat er naast dit breedteonderzoek, met zo’n 125 respondenten, ook een diepteonderzoek liep door een student van de CHE, op initiatief van de SP-Ede. Daarin is een klein aantal mensen uitgebreid geïnterviewd over de resultaten van de keukentafelgesprekken en hoe die bij hen overkomen. Dat onderzoek is in een apart rapport vastgelegd. Dit rapport dat we nu aanbieden bevat de resultaten van het breedteonderzoek, van deur tot deur, dus met 125 respondenten. De enquêtes zijn van deur-tot-deur afgenomen op verschillende plekken waar veel ouderen wonen, zoals de Groenendaalflats, De Pleinen, de Agaatstraat, de Jadestraat, de Kleefsehoek, de Willem Marislaan. We vroegen allereerst of de geïnterviewden thuiszorg kregen geleverd door een thuiszorgorganisatie. Daarna of ze al een keukentafelgesprek (of WMO-onderzoek) hadden gehad en wat de resultaten van dit gesprek waren. Kregen ze na dit onderzoek meer, evenveel, of minder uren thuiszorg geleverd? Uiteraard vroegen we of mensen tevreden waren met de uitkomst van het gesprek. Ook wilden we weten of er mantelzorg was, dus hulp van familie of bekenden of van andere organisaties, van bijvoorbeeld vrijwilligers, en hoeveel hulp men kon verwachten. Mensen konden uiteraard ook eigen opmerkingen geven over de veranderingen in de organisatie van de zorg en wat ze daarvan merkten. De mensen die geen betaalde thuiszorg kregen, vroegen we of ze zich al dan niet zorgen maakten over de huidige veranderingen, voor het moment dat ze wel zorg nodig zouden
hebben. Zie bijlage 1 voor het enquêteformulier met onze vragen. Tijdens de interviews kostte het soms moeite om het verschil uit te leggen tussen medische en huishoudelijke hulp. Dit hebben we steeds goed uitgelegd, omdat we in dit onderzoek alleen de situatie in de thuiszorg wilden onderzoeken. Na aanbellen zeiden we dat we namens de Socialistische Partij een onderzoek deden. We vroegen of men een klein aantal vragen wilde beantwoorden. Er waren weinig mensen die ons niet te woord wilden staan, soms vanwege bezoek en soms omdat ze niet wilden meewerken aan een SPonderzoek. De meeste mensen wilden juist graag hun verhaal kwijt, onafhankelijk van de partij van hun voorkeur. Opvallend veel mensen, ongeveer een kwart van de geïnterviewden, wilden graag het resultaat ontvangen en gaven op een aparte lijst hun adres op. De enquête zelf was uiteraard anoniem. Er zijn uiteindelijk 125 bruikbare formulieren ingevuld. Zes formulieren bleken onbruikbaar omdat de gegevens te onduidelijk waren: een paar geïnterviewden waren wat verward of herinnerden zich het gesprek over de zorg niet goed genoeg of wisten niet precies hoeveel ze zelf betaalden. Een persoon was net verhuisd naar Ede en had nog geen gesprek gehad, dus ook nog geen thuiszorg. Al met al zijn we dik tevreden met de respons. De percentages beschouwen als een goede indicatie, gezien het aantal respondenten. De antwoorden op de vragen hebben we gerubriceerd en opgeteld. We gebruiken citaten om te illustreren hoe de veranderingen op de geïnterviewden overkomen. Citaten zijn ook ter illustratie verspreid in het rapport opgenomen.
“Goed dat u zo’n onderzoek doet!”
3. Resultaten Van de 125 geïnterviewden bleken 46 mensen thuiszorg te ontvangen. Daarvan hadden 24 mensen al een keukentafelgesprek gehad. Van deze 24 mensen zijn 15 mensen erop achteruit gegaan, zijn 8 mensen gelijk gebleven in uren en is een persoon erop vooruitgegaan (zie figuur). Het gesprek wordt echter niet altijd aangekondigd als keukentafelgesprek. Deze term wordt vooral in de media gebruikt, maar vaak wordt het gesprek door de gemeente gewoon ‘gesprek’ of ‘onderzoek’ genoemd. Formeel heet het een maatwerkgesprek. 22 mensen met thuiszorg hadden nog niet een dergelijk gesprek gehad. Zie bijlage 2 voor een tabel met de uitkomsten van de enquête.
RESULTATEN VAN HET GESPREK: Meer uren: 1 Geen verandering: 8 Minder uren: 15
Veel mensen gaven aan dat ze erg tevreden waren over het personeel van de thuiszorg. Er werd met veel inzet gewerkt, in goede sfeer. Dat gold voor de verschillende organisaties die in Ede actief zijn. Wel was er soms onvrede als er regelmatig van thuiszorgmedewerker werd gewisseld. We hebben dit niet verder onderzocht.
Van de 79 ouderen die geen thuiszorg ontvingen, bleken 51 zich echt zorgen te maken over de toekomst waarin ze mogelijk wel thuiszorg nodig zouden hebben. Dat is 65 %, een ruime meerderheid. Van deze groep ouderen maakten 28 mensen zich geen zorgen over de toekomst. Hieronder worden de resultaten van het onderzoek verder uitgewerkt voor de verschillende categorieën.
3.1 Mensen met thuiszorg: mantelzorg valt vaak tegen Van de 46 mensen mét thuiszorg bleek een opvallend groot deel geen mantelzorg te hebben: 31 mensen konden geen beroep doen op mantelzorg, dat is dus bijna 70 procent (!). Slechts 14 mensen hadden wel mantelzorg (zie figuur).
PERCENTAGE MENSEN MET MANTELZORG: Ja: 31,1
Nee: 68,9
Van de 79 respondenten zonder thuiszorg weten we niet in hoeverre zij een beroep op mantelzorg zouden kunnen doen: we hebben dat niet gevraagd. Soms bestond de mantelzorg slechts uit hulp in de tuin of af en toe hulp bij vervoer naar het ziekenhuis. We hebben hierop niet doorgevraagd, maar blijkbaar valt het wel tegen hoeveel hulp men kan verwachten. Wij verwachten ook dat in wooncomplexen met veel ouderen hulp van de buren niet mogelijk is, omdat iedereen genoeg te stellen heeft met zijn eigen problemen. De regering verwacht duidelijk te veel van de mogelijkheden tot participatie in de “participatiemaatschappij”.
“Mijn kinderen wonen veel te ver weg!”
3.2 Wel thuiszorg en al gesprek gehad: achteruitgang? Meestal wel, niet altijd Van de 23 mensen met thuiszorg die al een gesprek gehad hebben, zijn er 15 op achteruitgegaan. 8 zijn er gelijk gebleven en één persoon is erop vooruit gegaan. Van de 15 mensen die erop achteruitgegaan zijn, zijn er 12 niet tevreden met de uitkomst van het gesprek, twee zijn wat twijfelend en 1 persoon is ondanks de achteruitgang toch tevreden. Het is duidelijk dat bij veel mensen het aantal uren thuiszorg flink is gedaald, van gemiddeld 3,6 uur per week naar 1,5 uur per week. Dat is een daling van gemiddeld ruim 2 uur per week. Mogelijk is daar te sterk bezuinigd in uren thuiszorg per week. Daar zitten een paar schrijnende gevallen bij. Wellicht zijn de mensen niet in staat geweest hun situatie goed uit te leggen tijdens het gesprek. Een paar mensen zegt in verband met hun inkomen geheel geen hulp over te houden. Opvallend is dat er bijna geen mensen zijn die meer dan 2 uur thuiszorg overhouden. Dit levert bij veel mensen ontevredenheid op en onbegrip. Regelmatig bleek dat men niet snapte waarom deze achteruitgang nodig was, omdat meestal mantelzorg ook ontbrak.
Gelukkig zijn er ook mensen bij wie het aantal uren thuiszorg niet is gedaald. We denken niet dat dit komt omdat het aantal uren al laag was: gemiddeld 3 uur. Blijkbaar is daar door de medewerker van de gemeente gesignaleerd dat de hulp echt nodig was, ook als dit een wat hoger aantal uren betrof. Het aantal tevreden mensen is in deze groep ook veel groter, namelijk 7 van de 8 mensen.
PERCENTAGE MENSEN TEVREDEN NA GESPREK:
Nee: 52
Ja: 48
In totaal was ruim 50% van de mensen ontevreden met de resultaten van het gesprek (zie figuur). Gemiddeld was de daling in uren per week bij de mensen die een gesprek gehad hadden 33 procent. Omdat 8 mensen niet achteruit gegaan zijn, zijn de mensen die wel achteruit gegaan zijn, gemiddeld bijna 60% achteruit gegaan in uren thuiszorg per week! Eén persoon was er in aantal uren op vooruit gegaan. Dat is natuurlijk ook echt nodig als er sinds het vorige onderzoek een verslechtering is opgetreden. Omdat iedereen ouder wordt, en dan meestal met meer beperkingen te maken krijgt, is het misschien zelfs vreemd dat er zo weinig mensen uitbreiding van thuiszorg gekregen hebben. De gesprekken: hoe moet je je opstellen? Uit de interviews maakten we op dat de gesprekken wel vaak in een goede sfeer verliepen. Toch waren mensen dan ontevreden over de achteruitgang in uren thuiszorg. Vaak was men ook ontevreden als er meer eigen bijdrage werd verlangd. Men ging soms bijbetalen, of men regelde na het gesprek de hulp zelf wel particulier. Dat is dan vaak goedkoper. Een van de respondenten gaf aan dat bij het gesprek een assertieve houding van groot belang leek. Men moet dus heel attent zijn. Het is erg belangrijk dat men goed aangeeft wat de problemen zijn en hoe men het vol denkt te kunnen houden met een bepaalde hoeveelheid hulp. In dit specifieke geval vond er een goed gesprek plaats met een echte professional van een extern bureau dat de gemeente ingehuurd had. Omdat de beide partners in dit gezin beiden verschillende typen klachten hadden, konden ze onderling bepaalde vormen van mantelzorg verlenen, als er een minimum aan thuiszorg geleverd kon worden. Dit lijkt voor iedereen een optimale situatie, inclusief de gemeente, en beide mensen kunnen daardoor ook thuis blijven wonen.
“Je moet bij zo’n gesprek je zaken wel goed op een rij hebben!”
Deze assertieve houding is dus effectief. Dat kan ook worden bereikt als men zich laat bijstaan door een andere persoon. Dat kunnen de kinderen zijn, of een deskundige. Als er maar goed uitgelegd kan worden wat voor type hulp echt nodig is. De gemeente hoort dit serieus te onderzoeken, en een kritische persoon die aanwezig is kan zeker helpen een optimaal resultaat te bereiken. Ook voor de gemeente is dit het beste: er moet voldoende hulp, maar geen overbodige of te luxe hulp worden gegeven.
“Als je dementerend bent, hoe kun je dan goed aangeven wat je nodig hebt?”
Opmerkingen uit de gesprekken Tijdens de interviews kregen we allerlei persoonlijke opmerkingen te horen over de gesprekken, vooral als men in uren achteruit gegaan was. Zo kregen we te horen: - Je merkt, ook bij anderen, dat er weinig geld naar de zorg gaat. Ik ben bang dat dit in de toekomst nog minder wordt. Andere zaken mogen blijkbaar wel veel geld kosten. (Soortgelijke opmerkingen hebben we een paar maal gehoord). - Het gesprek was wel goed, maar het resultaat viel me vies tegen. Ik ben dus niet tevreden met de uitkomst. - Omdat bij weinig uren hulp per week een bezoek van die hulp eens per 2 weken handiger uitkomt, komt het voor dat bij ziekte of vrije dagen 4 of 6 weken geen hulp geboden wordt. Dat is erg belastend, omdat stof en rommel zich ophoopt. - Ik heb wel bezwaar aangetekend, maar dat is niet gehonoreerd. (Een paar keer gehoord). - Mijn kinderen wonen ver weg. (Diverse keren gehoord, daarbij werd Amsterdam of Groningen genoemd). - Ondanks de achteruitgang ben ik toch wel tevreden. Ik kan zelf een uur bijkopen. (Eén persoon had zelfs een half uur afgeslagen, vond dat overdreven). - Omdat er een zoon bij me woont, houd ik totaal geen hulp over van de 5 uren die ik had. Maar mijn zoon heeft een drukke baan en heeft geen tijd over. Hij doet soms wel boodschappen en doet de tuin. - Ik ben flink achteruit gegaan, en moet veel meer eigen bijdrage leveren. Ik heb blijkbaar een te hoog inkomen. (Een paar keer gehoord, soms bleef er dan helemaal geen thuiszorg meer over).
“Het gesprek was wel goed, maar het resultaat viel me vies tegen!”
Algemene klacht over de thuiszorg Een aantal mensen gaven het signaal dat de hulp al beperkt is omdat er slechts 46 weken per jaar hulp geboden wordt en geen 52. Dit is al een bezuiniging! En de hulp vervalt ook als die op een vrije (feest)dag gepland is. Als minder dan 2 uur hulp per week geboden wordt kiest men vaak voor de dubbele uren elke 14 dagen. Dat kan dan erg beroerd uitpakken. Elke feestdag of vrije dag betekent dat je 4 weken geen thuiszorg krijgt. Zeker als je op maandag ingeroosterd bent heb je pech (elk jaar 2e Paasdag, 2e Pinksterdag). Dat levert psychische druk op: je kunt je huis niet netjes houden over zo’n lange periode. Dit zou zo snel mogelijk omgezet moeten worden in het een of twee dagen verzetten van die ingeplande dag!
“En op een feestdag hoeven ze niet te komen? Gewoon overslaan? Vreemd!”
Een paar keer werd gesignaleerd dat personeel van de thuiszorg erg hard moest werken. Uit de manier waarop de koffie werd afgeslagen, bleek dan dat de medewerker van de thuiszorg flink gestrest was, omdat er snel naar het volgend adres vertrokken moest worden. De klanten hadden daar dan veel medelijden mee! Het personeel zou een reëel tijdschema moeten hebben, met voldoende tijd ingeroosterd voor vervoer naar de volgende klant!
3.3 Wel thuiszorg en nog geen gesprek gehad: dreigt achteruitgang? Veel mensen met thuiszorg, 22 respondenten, hadden volgens eigen zeggen nog geen keukentafelgesprek gehad. Soms kwam dit doordat men ziek was tijdens het geplande gesprek, soms was dit gesprek al wel aangekondigd. Een groot deel van de mensen die dit betrof, was bang voor achteruitgang, mede
“Ik maak me echt zorgen over de gevolgen van het gesprek.”
door wat ze hoorden van anderen. In bijlage 2 is te zien dat tussen deze mensen veel ouderen zitten die meer dan 2 uur thuiszorg per week hebben, namelijk 18 van de 22 mensen. Deze lopen dus risico op achteruitgang, als je naar de gemiddelde resultaten na de gesprekken kijkt. Maar ongetwijfeld zitten hier ook mensen bij die hun hulpvraag goed kunnen onderbouwen dus hopelijk op een voldoende hoog niveau zullen blijven. Ook hier veel persoonlijke opmerkingen. Zo kregen we te horen: - Ik maak me echt zorgen over de gevolgen van het gesprek. Je hoort veel van anderen in de flat en ik kan de hulp niet missen. (Vaak gehoord). - Mijn hulp is ideaal, dus ik kan haar niet missen. Toch zou dat kunnen gaan gebeuren. Dat zou vreselijk zijn. - Nu ben ik nog tevreden over de hulp. Hoe is dat over een tijdje? - Gaat het veel duurder worden als ik evenveel thuiszorg wil? (Vaak gehoord). - Ik zit nu vrij hoog in uren, dus ik verwacht achteruitgang. Als het maar niet teveel is. Gelukkig kan mijn dochter wat bijspringen. - Als mijn huidige hulp met pensioen gaat, is alleen dat al een verlies. - Ik heb eerder al een deel van de aangeboden uren afgeslagen, want ik verwacht dat ik genoeg heb aan wat minder uren. Daar ben ik tevreden mee. - Ik maak me nog geen zorgen, komt tijd komt raad.
“Ze willen dat je langer
thuis woont, en dan zou er geen zorg meer zijn?”
3.4 Nu geen thuiszorg, zorgen over de toekomst? Van de 79 mensen die op dit moment geen thuiszorg ontvangen, maakten 51 mensen, een grote meerderheid van bijna 65%, zich wel zorgen over de toekomst waarin ze mogelijk hulp nodig hebben. De redenen, soms ook aannames of vermoedens, zijn heel divers. Je zou kunnen zeggen dat deze opmerkingen representatief zijn voor veel Nederlanders, ook als ze nog wat jonger zijn. Zo kregen we te horen: - Je hoort veel verhalen van achteruitgang in uren thuiszorg, dus dat er minder uren aan hulp beschikbaar zijn. (Zeer vaak gehoord). - Dat zal wel achteruitgaan, omdat er ook bezuinigd moet worden. (Zeer vaak gehoord). - Je moet dingen doen die je niet meer kunt, of moet meer gaan betalen. (Paar keer gehoord). - Misschien verdwijnt de hulp wel helemaal in de toekomst. Iedereen wordt een nummer en telt niet meer als mens. - Ouderen worden steeds gepakt, we kunnen nergens meer heen. - Ook met COPD krijg je geen thuiszorg. - Als de kinderen in het buitenland zitten, dus als je geen mantelzorg hebt, dan krijg je nog geen hulp. - Als je ouder wordt maak je je vanzelf zorgen, als je die verhalen hoort. - Veel formulieren invullen en weinig hulp, dat verwacht ik zo langzamerhand. (Ook waren er klachten over de lange procedure). - Je hele spaarpot gaat eraan als je het zelf moet betalen. - Het lijkt op een chaos, net als met de PGB’s. - Ze willen dat je langer thuis woont, en dan zou er geen thuiszorg meer zijn? - Ik wil hier zo lang mogelijk blijven wonen en ik weet niet of dat dan nog kan. - Soms lijkt het of mensen met de grootste zorgbehoefte juist minder thuiszorg krijgen. - Luisteren ze wel naar iedereen met klachten? Als je dementerend bent, hoe kun je dan goed aangeven wat je nodig hebt?
“Je hoort veel van anderen in de flat en ik kan de hulp niet missen.”
-
De zorgverzekeraars proberen goedkoop uit te zijn. Ik wil best een klein beetje zelf betalen, maar alles, dat kan niet. Ik maak me zorgen om ú, interviewer, want als u oud bent is het misschien nóg erger!
Let wel: we horen dit soort opmerkingen van meestal zeer respectvolle oudere inwoners van Ede, niet direct een groep waarvan je verwacht dat die de barricaden opgaan. De toon is soms erg pessimistisch, soms gelaten, maar vaak ook opstandig. De meeste mensen vertelden over hun zorgen omdat ze iets via via gehoord hadden. Een aantal noemde wel heel concrete situaties waarin de thuiszorg achteruitgegaan was.
“Iedereen wordt een nummer en telt niet meer als mens.”
Maar wellicht is het beeld negatiever dan nodig is. Goede voorlichting vanuit de gemeente kan wellicht ook een deel van de klachten opheffen, namelijk dat deel van de klachten dat gebaseerd is op een onterecht vermoeden, of op geruchten. Mensen moeten goed weten wat er werkelijk aan de hand is. Dus moet de gemeente eerlijk melden in welke situaties er risico’s voor achteruitgang zijn, als de gemeente, ook financieel, de mogelijkheden voor thuiszorg wil inperken. Dan pas geloven de mensen ook de verhalen dat het soms ook wel meevalt met deze veranderingen en dat de gemeente in principe reële hulp wil bieden. Er waren onder deze groep van 79 (zonder thuiszorg) ook 28 mensen die zich géén zorgen om de toekomst maken. De redenen zijn heel divers. Zo kregen we te horen: - Nog niet over nagedacht. (Vaakst genoemd). - Het lijkt hier allemaal wel goed te gaan. - Je kunt je overal wel zorgen over maken. - Ik heb particuliere hulp. - Mantelzorg is voldoende (bijv.: dochter komt elke dag, of: de kerk zal wel helpen). - Nog geen hulp nodig. - Ik ben nog jong. - Mijn medische hulp (wijkverpleging) helpt me wel met aanvragen als het nodig is. (Een paar keer gezegd). - Mijn kinderen helpen wel met de aanvraag als het nodig is.
“Ik heb er nog niet over nagedacht.”
Let op: hier zit een reden bij die op een misverstand gebaseerd lijkt: “De wijkverpleging helpt wel met de aanvraag voor thuiszorg, als dat nodig is.” Wij vragen ons af of de wijkverpleging daartoe in staat is. Mogelijk kan die wel wat adviseren, maar waarschijnlijk zal de tijd ontbreken om uitgebreid te helpen, zoals door het daadwerkelijk bijwonen van het keukentafelgesprek. Meestal waren de mensen die zich geen zorgen maakten ook nog relatief jong, jonger dan 60 jaar. Ook het feit dat ze meenden te kunnen rekenen op hulp van kinderen in de buurt maakte dat ze zich geen zorgen maakten. Hopelijk houden ze dat gevoel nog lang.
4. Conclusies Het onderzoek in Ede op plekken waar veel ouderen wonen, en van wie een groot deel ook echt thuiszorg kreeg, heeft veel opgeleverd. Vanwege het hoge aantal respondenten beschouwen we de percentages als representatief voor Edese ouderen. We kunnen hele concrete conclusies trekken en een aantal aanbevelingen doen aan de gemeente en ook aan ouderen in Ede.
Mensen met thuiszorg die al een maatwerkgesprek gehad hadden gingen er gemiddeld 33% in thuiszorgtijd op achteruit. De mensen die achteruit gingen, gingen er gemiddeld bijna 60% op achteruit, van gemiddeld 3,6 naar 1,5 uur per week! Daar zitten schrijnende gevallen bij, waar de achteruitgang in uren thuiszorg te sterk lijkt te zijn.
De uitslag van het gesprek wordt niet gemotiveerd, dus komt als het ware ‘uit de lucht vallen’. Opvallend weinig mensen kregen er uren thuiszorg bij, slechts één persoon. Terwijl je toch zou verwachten dat mensen bij het ouder worden verder achteruitgaan in gezondheid en meer hulp nodig hebben. Het is opvallend hoe weinig mensen kunnen terugvallen op mantelzorg. Naar eigen opgave was er maar voor krap 30% van de mensen die thuiszorg ontvingen mantelzorg beschikbaar. De participatiemaatschappij komt moeizaam op gang… Je kunt ook zeggen dat er teveel van de participatiemaatschappij verwacht wordt! De procedure, voortkomend uit de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (de WMO), blijkt voor veel mensen te ingewikkeld. De gemeente slaagt er blijkbaar niet in dit duidelijk uit te leggen. Daarom zijn veel mensen ontevreden over het hele proces. Ongeveer de helft van de mensen met thuiszorg heeft nog geen gesprek gehad. De meesten van hen maken zich grote zorgen over de dreigende achteruitgang in uren thuiszorg. Gezien de resultaten na de gesprekken met anderen is dat zeker terecht. Het is maar de vraag hoeveel er overblijft als men nu veel uren thuiszorg per week heeft. Zie bij de aanbevelingen hoe ouderen dit gesprek zelf goed kunnen voorbereiden. Ook van de mensen die geen thuiszorg ontvangen op dit moment, maakt bijna 65% zich grote zorgen over de veranderingen, omdat het aantal uren in de toekomst wellicht nog verder achteruit gaat. Er zijn ook mensen die zich geen zorgen maken over de veranderingen, ruim 35% van de mensen zonder thuiszorg. Ze wachten het wel af. Deels denken ze wat makkelijk over de hulp die ze van medisch personeel kunnen krijgen bij het keukentafelgesprek. Want die zal daar meestal geen tijd voor hebben, al kunnen ze bij de voorbereiding wellicht nuttig advies geven. Veel mensen klaagden dat er al een flinke bezuiniging zit in de 46 weken thuiszorg per jaar die de meeste mensen krijgen, want slechts bij medische noodzaak wordt die alle 52 weken geleverd. Ook door uitval door feestdagen en vrije dagen zit er soms lange tijd tussen de zorgbezoeken, omdat de thuiszorg vaak per 2 weken geroosterd wordt (zeker bij weinig uren per week). Een vreemd principe. Wil de gemeente dit echt zo geregeld hebben?
Ede probeert niet 100% op de (kosten voor) thuiszorg te bezuinigen, zoals in sommige andere gemeenten gebeurd is. Daar is de thuiszorg soms geheel gestopt en dat is dan vervolgens door de rechter teruggedraaid. Maar het is wel toevallig dat de thuiszorg in uren na een keukentafelgesprek met ongeveer 33% terugloopt. Dat ligt erg dicht in de buurt van de achteruitgang die de rijksoverheid opgelegd heeft. En bij de toedeling van thuiszorg zou niet de gewenste bezuiniging sturend moeten zijn, maar de feitelijke behoefte aan hulp. Dus moet dat goed worden vastgesteld in een serieus onderzoekgesprek met een professional van de gemeente, al dan niet ingehuurd. Onze indruk is dat het wel uitmaakt of er iemand bij dit gesprek aanwezig is namens de oudere.
“Ik maak me grote zorgen: hoeveel zal er overblijven na een gesprek?”
Ondanks dat de veranderingen ingegaan zijn per 1 januari 2015, heeft pas ongeveer de helft van de mensen een keukentafelgesprek gehad. Een paar ouderen waren wat in de war tijdens ons bezoek (die resultaten hebben we dus niet gebruikt), en we moesten vaak veel moeite doen om te achterhalen of het gesprek al was geweest of niet. Wordt de totale achteruitgang in uren thuiszorg in 2016 nog groter? Want 2015 is aangekondigd als een overgangsjaar. We willen dit kritisch gaan volgen.
5. Aanbevelingen aan de gemeente Ede en aan ouderen We willen de gemeente Ede en ook de Edese ouderen een paar dingen aanraden:
Zorg voor duidelijke criteria waarop de hoeveelheid thuiszorg kan wordt gebaseerd. De WMO 2015 zegt ook dat gemeenten dit in de gemeentelijke verordening moeten opnemen. Zorg voor goede voorlichting over de WMO en de procedure die Edese inwoners persoonlijk gaan meemaken. Dan kan een keukentafelgesprek een echt onderzoekgesprek zijn met optimaal resultaat voor beide partijen: niet teveel maar zeker ook niet te weinig thuiszorg. Omdat het ouderen betreft, moet dat goed uitgelegd worden. Onze indruk is dat dit nog niet optimaal is geregeld. Dit kan ook komen doordat het gesprek niet altijd voldoende goed wordt aangekondigd, met daarbij duidelijk aangegeven wat het grote belang ervan is. Zorg dus ook voor professionele consulenten die dit gesprek goed kunnen voeren. Dan pas kan in het gesprek goed in de gaten gehouden worden of de betreffende persoon het goed begrijpt, dus juiste antwoorden geeft over de eigen situatie en mogelijkheden. Onze indruk is dat er soms verschil in kwaliteit of ervaring zit tussen de verschillende personen die dit gesprek voeren. We raden ouderen aan om het gesprek goed voor te bereiden! Wees assertief, en attent, en/of zorg voor de aanwezigheid van een deskundige persoon bij het gesprek. Bereid u goed voor als u nog een keukentafelgesprek moet krijgen. De hulp kan bestaan uit goed geïnformeerde familieleden, medische of juridische professionals, of deskundige leken. Ook voor de gemeente kan goede voorbereiding nuttig zijn, omdat die veel protesten achteraf kan voorkomen. Wij vinden dat de gemeente af moet zien van de bezuiniging naar slechts 46 weken thuiszorg per jaar voor het overgrote deel van de cliënten. Dat is al een bezuiniging van ruim 11 procent. Het is heel simpel: Een jaar heeft 52 weken en gedurende die gehele tijd dient een huis voldoende goed onderhouden te zijn. Dus vragen wij van de gemeente om van deze beslissing terug te draaien. Ook mag volgens ons de hulp niet vervallen als dat toevallig op een feestdag of vrije dag valt. Die hulp dient dan op een andere dag ingeroosterd te worden.
Tot slot Zie verder de conclusies en aanbevelingen die staan in het CHE rapport over de thuiszorg. In dat onderzoek zijn 9 mensen die thuiszorg ontvangen in diepte-interviews gevraagd hoe hun situatie is en hoe de veranderingen overkomen en zijn aanbevelingen gedaan voor betere analyse van het sociale netwerk, mede om overbelasting van mantelzorgers te voorkomen. Zie: De Beer, A. -2015- Zorgen over de zorg? Afstudeeronderzoek naar de veranderingen in de thuiszorg in de Gemeente Ede naar aanleiding van de invoering van de Wmo 2015. Afstudeerrapport CHE, Ede). Van de beide rapporten is een uitgebreide samenvatting gemaakt die op de site van de SP Ede te vinden is: ede.sp.nl.
Dankwoord Graag danken we alle geïnterviewden voor hun medewerking bij het invullen van de (korte) vragenlijst, staand aan de deur, na soms moeizaam opstaan vanwege lichamelijke problemen. We kregen vaak schrijnende voorbeelden van hun situatie, die we niet alle in dit rapport op konden nemen. Dit onderzoek is uitgevoerd door: Rob Berkman, Elsa Loosjes, Daan de Huu, Timo Smit, Rob Mooi, Wessel van den Anker, Mia de Munnik, Joke van der Horst, Kees Salm en Ad Olsthoorn van de SP Ede. Dank aan allen voor hun inzet.
De SP Ede dankt allen voor de medewerking!
Bijlage 1: Vragenlijst
SP afdeling i.o. Ede mail:
[email protected] website: ede.sp.nl
Enquête thuiszorg Maakt u gebruik van thuiszorg?
ja / nee
Zo ja: 1 Hoeveel uur zorg per week heeft u? 2 Heeft u een keukentafelgesprek gehad?
…….. uren ja / nee
3 Wat is de uitkomst van dit gesprek? meer uren aantal …..... / gelijk / minder aantal …….. p/w 4 Bent u tevreden met de uitkomst?
ja / nee
5 Heeft u mantelzorg?
ja / nee
6 Heeft u nog opmerkingen hierover?* ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Zo nee: Maakt u zich zorgen als u eventueel zorg nodig zou hebben?
ja / nee
Ja: waar maakt u zich het meeste zorgen over?* ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Nee: waarom niet?* --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------*De achterkant van dit formulier kunt u ook gebruiken voor uw opmerkingen. Zet er even het vraagnummer bij.
Bijlage 2: Resultaten