Themalezingen In de wetenschappelijke disciplines waarin men zich verdiept in de sociale, culturele en historische aspecten van religie, is in toenemende mate aandacht voor de rol en betekenis van media. Daarbij is niet alleen aandacht voor de relatie tussen religie en media, maar ook voor het mediale karakter van religie zelf. Het religieuze wordt, met andere woorden, gemedialiseerd of bemiddeld in tekst, ritueel, architectuur, een sociale gemeenschap, organisatie, beeld, etc. Tijdens de eerste bijeenkomst van het Dutch Biblebelt Netwerk wordt het Nederlandse reformatorische protestantisme vanuit deze optiek van bemiddeling onderzocht, tegen de achtergrond van de opkomst van digitale mediatechnologieën. Wat is de impact van deze technologieën op de religieuze bemiddeling die eigen is aan de reformatorische gezindte? Waar raken de bredere maatschappelijke ontwikkelingen van digitalisering en virtualisering aan de reformatorische identiteit, noties van gemeenschap, vormen van autoriteit, religieuze praktijken en organisatie? Welke veranderingen ondergaat het reformatorisch volksdeel als gevolg van deze ontwikkelingen?
10.30 – 10.50 uur: De reformatorische zuil in een mediatijdperk: nieuwe media, nieuwe bemiddelingspraktijken Johan Roeland (Universitair docent Media, religie en cultuur VU) Media, met name nieuwe media, worden in de reformatorische gezindte (maar ook daarbuiten) niet zelden begrepen als ‘iets’ van buiten dat inbreuk doet op het ‘binnen’, waarbij veelal een ouder paradigma m.b.t. media gehanteerd wordt: een dystopisch ‘effect-paradigma’, waarbinnen media als bedreigend worden gezien ten opzichte van de eigen identiteit en gemeenschap, vanwege de vermeende negatieve effecten ervan – waarin zowel een moreel oordeel als een ontologisch oordeel (het effect van media op de zijnswerkelijkheid) ligt besloten. In mijn bijdrage zal ik aangeven dat een dergelijk paradigma, wanneer dit gehanteerd wordt in onderzoek naar de biblebelt, een té eenzijdige en een té vooringenomen blik werpt op de biblebelt. Ik wil een pleidooi voeren voor een daadwerkelijk (en ik zou haast zeggen: radicaal) empirisch onderzoek naar de betekenis van media voor de reformatorische gezindte, waarbij niet zozeer effect onderzocht wordt (wat feitelijk ook een uiterst lastige onderneming is), maar de praktijken van mediagebruik in de specifieke contexten waar reformatorische christenen deel van uitmaken. In mijn bijdrage geef ik een aantal aanzetten tot onderzoek maar mediapraktijken in reformatorische kring, waarbij ik een aantal hypotheses noem m.b.t. een drietal onderzoeksitems, te weten: tekstgebruik, gemeenschap, en autoriteit. Kernvraag daarbij is: wat is de betekenis van nieuwe media voor de wijze waarop in reformatorische gezindte (1) religieuze teksten worden gelezen en geïnterpreteerd; (2) gemeenschappen gevormd worden en (3) religieuze autoriteit vorm krijgt.
11.30 – 12.00 uur: Biblebelt in beeld: De reputatie van de reformatorische gemeenschap Jan van der Stoep (Lector Media, religie en cultuur CHE) De reformatorische gemeenschap heeft in de media vaak een niet al te beste naam. Het zijn mensen die geen televisie in huis hebben, een eigen kledingstijl hebben, weigeren homo's te trouwen, hun kinderen niet inenten en slechts schoorvoetend toegeven aan het passieve kiesrecht van vrouwen. De media houden dit beeld ook graag in stand omdat het precies het tegenbeeld vormt van wat moderne ruimdenkende Nederlanders zouden willen zijn. Opvallend genoeg gaan reformatorische christenen zich steeds vaker bemoeien met wat over hen in de media wordt gezegd. Niet alleen verschijnen ze steeds vaker zelf in de media (tot in PowNews toe), ook maken ze zich steeds vaker druk over het beeld dat over hen bestaat. In mijn verhaal onderzoek ik welke beelden er over reformatorische christenen bestaan en hoe door hen gereageerd wordt op deze beeldvorming. Ik laat zien dat er binnen de reformatorische gemeenschap een verschuiving in aandacht optreedt van identiteit naar reputatie. In toenemende mate kijkt men vanuit een buitenperspectief naar zichzelf. Deze aandacht voor de eigen reputatie kan heilzaam zijn, mits zij benut wordt om kritisch naar zichzelf te kijken en op zoek te gaan naar wat men als gemeenschap ten diepste drijft.
12.00 – 12.30 uur: Sociaal filter voor nieuwe verzuiling Steef de Bruijn (Lector Nieuwe media in vorming en onderwijs Driestar Educatief) Een eigenschap van sociale media is dat ze gebruikers gevangen kunnen houden binnen een beperkt wereldbeeld dat ingekleurd wordt door zoekmachines, commerciële partijen (Facebook, Twitter) en het eigen vriendennetwerk. Dit effect wordt door de Amerikaanse ICT-ondernemer Eli Pariser de filterbubble genoemd [http://www.thefilterbubble.com/]. Sociale netwerken kleuren daarmee de identiteit van de gebruiker. Ook binnen de gereformeerde gezindte hebben sociale media hun intrede gedaan. Uit onderzoek blijkt dat jongeren, anders dan hun ouders, voor hun nieuwsvoorziening het meeste waarde hechten aan sociale media. Deze sociale nieuwsvoorziening geeft een extra dimensie aan het verschil tussen de generaties, omdat jongeren ook andere nieuwsbronnen gebruiken dan hun ouders. Het paradoxale aan dit verschijnsel is dat enerzijds de oudere generatie ontzuild raakt, mede onder invloed van oude en nieuwe media, terwijl de jongere generatie (vaak onbewust) een sociaal filter hanteert dat op zijn beurt weer verkokerend kan werken. De vraag is of dit zal leiden tot een nieuwe gemeenschappen die de voortzetting zijn van de oude zuilen of juist tot een sterkere onthechting.
15.30 – 16.00 uur: Beeldvorming en werkelijkheid Hans Otten (documentairemaker) In minstens twee opzichten ben ik in dit gezelschap van sprekers een buitenstaander: op de eerst plaats ben ik geen wetenschapper en op de tweede plaats ben ik van katholieke huize, een geloof dat ik overigens niet meer prakriseer. In een ander opzicht ben ik misschien een insider, omdat ik al meer dan 20 jaar documentaires maak, vooral voor de publieke omroep, waarbij ik veel voor het programma Tegenlicht van de VPRO heb gewerkt. In het afgelopen jaar heb ik mij in ieder geval als buitenstaander in de reformatorische gemeenschap begeven met het plan om over hun leven en geloofsbeleving een documentaire te maken. Dat was niet eenvoudig want camera’s worden gewantrouwd en televisie items en documentaires over de bijbelbelt zijn niet bepaald geliefd. Toch ben ik met meer openheid ontvangen dan verwacht. Tijdens gesprekken die ik vooral met jongvolwassen heb gevoerd is mij vaak die ene vraag gesteld: ben je op zoek naar de clichés en het gemakkelijke oordeel van de buitenstaander of wil je laten zien wie we werkelijk zijn, wat het geloof voor ons betekent en hoe wij ons leven daarop inrichten? Dat laatste ben ik van plan. Ik wil zonder vooropgezet idee of opvatting onderzoeken wat orthodox christelijk geloof in deze tijd betekent. Ik richt daarvoor mijn aandacht op de nieuwe generatie: wat maakt dat jongeren in deze tijd vasthouden aan orthodox geloof? Heeft dit alleen met het geloof, hun achtergrond en de opvoeding te maken of ook met de moderne tijd zelf? Wat heeft orthodox geloof dan over de dilemma’s moderne tijd te zeggen? In mijn lezing wil ik globaal ingaan op de werking van massamedia en vooral op beeldvorming, die vaak belangrijker is dan de feitelijke werkelijkheid. Een aantal documentaires over de bijbelbelt wil ik de revue laten passeren en ik zal verder uit eigen ervaringen putten, zowel wat een documentaire over islamitische jongeren betreft als mijn ervaring in reformatorisch Nederland tot nu toe. Ik zal ingaan op mijn focus in de documentaire: orthodox geloof en moderniteit. Daarbij hoort een commentaar op nieuwe media, waarvan ik denk dat we ons deze keer wél ernstige zorgen moeten maken. Nieuwe media zijn uitermate geknipt voor naar binnen gekeerde en vooral op zichzelf gerichte gemeenschappen. Ik sluit af met een aantal opmerkingen over hoe de reformatorische gemeenschap zelf beeldvorming kan beïnvloeden.
Parallelsessie 1:
13.30 – 13.50 uur
Analyse wereldverkenningen reformatorische jongeren José Baars (cultureel antropoloog) Als theoretisch kader voor de analyse van het empirische materiaal uit mijn onderzoek naar wereldverkenning door reformatorische jongeren zijn de begrippen ‘veld’, ‘habitus’ en vooral ‘hysterese’ van Pierre Bourdieu goed bruikbaar. Deze studie richt zich nadrukkelijk op de samenhang tussen socialisatie binnen de bevindelijk gereformeerde cultuur en de effecten van individuele ervaringen met wereldverkenning buiten de eigen kring op de bevindelijk gereformeerde ‘wereld’. Het lijkt onder andere redelijk voorspelbaar welke jongeren de wereld buiten de eigen kerkelijke kring extreem, gematigd of vrijwel niet zullen verkennen. De effecten van de wereldverkenning op het individuele leven (het denken en doen) en de subcultuur zijn inmiddels eveneens te schetsen.
Management en levensbeschouwing in Nederland Tom van de Belt (bestuurder en managementwetenschapper) In een grootschalig kwantitatief onderzoek is gezocht naar een antwoord op de vraag of de levensbeschouwing van een manager van invloed is op diens managementopvattingen betreffende leiderschapsstijl en HRM-beleid. De uitkomsten tonen verschillen tussen protestantse en niet-christelijke managers aan. Verrassend genoeg komen echter de opvattingen van orthodox-protestantse en modern-protestantse managers overeen, ondanks de verschillende visies die in publicaties binnen protestantse kringen worden geëxpliciteerd. Op basis hiervan zijn diepte-interviews gehouden onder protestantse managers. Dit kwalitatief onderzoek biedt een mogelijke verklaring voor de overeenkomsten in en nieuwe inzichten over protestantse opvattingen over management. Bovendien wordt uitgebreid ingegaan op de opvattingen over het bestaan van de twee ‘stromingen’ orthodox- en modernprotestant en over de eigen ‘stroming’ in verhouding tot de andere.
Sociale interacties en de Biblebelt Jan Rouwendal (ruimtelijk econoom VU) In dit onderzoeksidee wordt het voortbestaan van de Biblebelt bekeken vanuit het perspectief van de locatiekeuze van huishoudens in de stedelijke (ruimtelijke) economie. De invloed van sociale interacties daarop krijgt steeds meer belangstelling. Reformatorische huishoudens wonen graag in elkaars buurt, vanwege onder andere de afstand tot de kerk en een winkelaanbod dat afgestemd is op de eigen voorkeuren. Ook voor de sociale contacten is het handig dat er mensen in de buurt wonen die ook ’s zondags naar de kerk gaan. In dit onderzoek zal de bestaande methodologie van sorteermodellen toegepast worden op de Biblebelt en zal de ontwikkeling door de tijd (inclusief de aanwezigheid van ‘tipping points’ waaronder het lastig wordt voor de reformatorische minderheid om zich te handhaven) bestudeerd worden. Hiervoor zal het abonneebestand van het Reformatorisch Dagblad gebruikt worden. Inmiddels is gekeken naar de segregatiemaat van de uitslagen van de Tweede Kamerverkiezingen. Voor de SGP ligt de waarde van deze maat – zoals verwacht – relatief hoog.
Parallelsessie 2:
13.55 – 14.15 uur
‘Onbekwaam tot enig goed’ – luie stoel of pijnbank? Maarten Kater (universitair docent dogmatiek en apologetiek TUA) Het gaat om een voorgenomen onderzoek van preken en verklaringen van de Heidelbergse Catechismus naar de (theologische) antropologie die blijkt uit de behandeling van zondag 2-4. Hierbij worden de volgende vragen gesteld: Wordt de mens gezien als wezenlijk zondaar of is zonde het wezen van de mens? Hoe functioneert het dubbelgebod van de liefde in dit kader? Hoe en waarom ‘verzacht’ men deze belijdenis door te spreken over ‘zaligmakend goed’? Vervolgens wordt gekeken hoe antwoord 114 (zondag 44) functioneert tegen de achtergrond van de prediking van de concrete geboden. Tenslotte komt de betekenis van ‘de wereld’ aan bod – als ‘boze buitenwereld’, ‘wereld in de kerk’, ‘wereld in eigen hart’, ‘wereld als geschonken plek om te leven en te werken’ en of er iets in door klinkt van het leven als coram Deo. Hiervoor zal onderzocht worden hoe de zesde bede van het Onze Vader ter sprake komt in zondag 52.
Idealen en behoeften van reformatorische leraren Laura Boele (promovenda lectoraat Christelijk leraarschap Driestar Educatief) Wat zijn de idealen van christelijke leraren in de 21e eeuw? Aan welke activiteiten hebben zij behoefte ter verbetering van hun lespraktijk? Deze vragen staan centraal in het onderzoek dat is uitgezet onder leraren van een steekproef PO- en VO-scholen met verschillende christelijke denominatie in Nederland. Zulk empirisch onderzoek naar idealen en professionaliseringsbehoeften is schaars – in het bijzonder onder christelijke leraren. Dit exploratieve onderzoek vindt plaats middels een online vragenlijst. Naast open vragen over de doel- inhoud- en werkidealen van de leraren komen algemene vragen naar het aantal jaren werkervaring en de religieuze saillantie aan de orde. Een open vraag en vier schalen met stellingen over professionaliseringsactiviteiten ter versterking van het christelijk leraarschap brengen de behoeften van christelijke leraren in kaart. Omdat het onderzoek breed is uitgezet, zijn de leraren van reformatorische scholen vergeleken met leraren van protestants-christelijke en rooms-katholieke scholen.
Religieuze ontmoeting via sociale media Anneke Pons (cultureel socioloog) In de mediastudies is men verdeeld over de invloed van sociale media op religieuze overtuigingen. Enerzijds wordt beweerd dat sociale media aanzet tot verwatering van religieuze tradities en anderzijds wordt verondersteld dat sociale media ervoor zorgt dat mensen alleen nog maar geconfronteerd worden met hun eigen opvattingen (cyberbalkanisering). Beide theorieën veronderstellen een absolute invloed van het medium en negeren de invloed van het door normen en waarden ingegeven handelen van mensen. In deze presentatie worden de onderzoeksresultaten gepresenteerd van een onderzoek onder leden van de gereformeerde gezindte en leden van een oecumenische kerk naar de manier waarop waardepatronen een rol spelen in het omgaan met intra- en interreligieuze communicatie via sociale media.
Parallelsessie 3:
14.20 – 14.40 uur
Vaccinatie: Voorzienigheid, vertrouwen en verantwoordelijkheid Helma Ruijs (arts-onderzoeker Academische werkplaats AMHPI) In vervolg op mijn promotieonderzoek naar acceptatie van vaccinatie in de reformatorische gezindte is in samenwerking met de Nederlandse Patiënten Vereniging en de doelgroep de brochure “Vaccinatie: voorzienigheid, vertrouwen en verantwoordelijkheid” ontwikkeld. Hierin komen religieuze argumenten voor en tegen vaccinatie aan bod. Doel van de brochure is om reformatorische (aanstaande) ouders te stimuleren om een weloverwogen besluit te nemen over al dan niet vaccineren. In deze lezing worden de eerste resultaten gepresenteerd en bediscussieerd van de online enquête die dit najaar is uitgevoerd onder reformatorische jongeren en jonge ouders ter evaluatie van de brochure. In de enquête zal onder meer gevraagd worden naar kerkelijke gezindte, eigen vaccinatiestatus, standpunt ten opzichte van vaccinatie, bekendheid met de brochure en mening daarover. Een deel van deze resultaten kan vergeleken worden met de resultaten van de online enquête uit 2008.
Drempels slechten: Opvattingen over professionele hulp Ankie Smit (manager onderzoek Scoop Zeeland) In opdracht van de provincie Zeeland is onderzoek verricht naar drempels die opvoeders ervaren bij het zoeken van professionele hulp. In een klein kwantitatief onderzoek werden vermoedens over bestaande drempels bevestigd. Met kwalitatief onderzoek op grond van focusgroep interviews konden wij denkpatronen aan het licht brengen die bevindelijk gereformeerde ouders hebben bij het al dan niet zoeken naar hulp. De resultaten leggen iets bloot van de verhouding tussen geloof en opvoeding in behoudend gereformeerde kring. Naar aanleiding van de uitkomsten is er een pilotproject gestart in twee Zeeuwse kernen (Bruinisse en Sint Annaland) om de aansluiting tussen bevindelijk gereformeerde ouders, hun netwerk en hulpverlening te verbeteren. Deze pilots worden zowel kwalitatief als kwantitatief gevolgd.
Framing Staphorst: Het gezicht van de Biblebelt Wendelien Voogd (visueel antropoloog) Wie de Biblebelt zegt, denkt Staphorst en wie Staphorst zegt, denkt strenggelovig, somber, gesloten, soms zelfs achterlijk en middeleeuws. Voor de buitenwacht vormt Staphorst hét gezicht van de Biblebelt. Er is geen dorp in Nederland dat zoveel in beeld is gebracht en in verband is gebracht met orthodox christelijk Nederland als Staphorst en niet altijd op een genuanceerde manier. Waarom bijvoorbeeld niet Alblasserdam, Epe of Rijssen? In mijn bijdrage laat ik zien op welke manier Staphorst hét portaal naar de Biblebelt werd en hoe door middel van ‘framing’ het populaire beeld van Staphorst (en de Biblebelt) werd geconstrueerd.
Parallelsessie 4:
14.45 – 15.05 uur
The worldview in the Dutch Bible Belt: An investigation of the thoughts of Willem Aalders Wim van Vlastuin (universitair docent systematische theologie HHK/ VU) To understand the people of the Dutch Bible Belt in current modern culture, it is important and necessary to understand their spirituality in relation to their worldview. Much work has to be done to come to a clear understanding of this worldview, because there are many historic influences and developments, back to Augustine and Calvin for example. This paper concentrates on the worldview of the late Willem Aalders, because on the one hand he reinterpreted the classic Christian tradition, on the other hand he influenced especially the spiritual leaders in the Dutch Bible Belt. So, his worldview can be used as a heuristic lens between tradition and current culture of Bible Belt believers.
Religieuze identiteitsontwikkeling Janneke Westerink & Elsbeth Visser (promovenda Driestar Educatief/ UU/PthU) Dit onderzoek richt zich op de vraag: hoe percipiëren orthopraxe christen- en moslimjongeren hun religieuze identiteitsontwikkeling? Daarnaast zoeken we antwoord op de volgende deelvragen: Wat houdt de religieuze identiteit van orthopraxe christen- en moslimjongeren? Hoe is hun religieuze identiteitsontwikkeling verlopen? Wie hebben daarin een rol gespeeld? Hoe staan ze ten opzichte van de maatschappij? Het betreft een kwalitatief onderzoek waarbij 10 christen- en 10 moslimjongeren tussen de 20 en 22 jaar reflecteren op hun ontwikkeling in meerdere interviews.
Denkende gelovigen Hans van ’t Land (Werkgroep kerkelijke participatie C.S.F.R.) Over de kerkelijkheid van reformatorische, hoogopgeleide jongvolwassenen zijn vele verhalen en meningen in omloop. Door het universitaire leven, lidmaatschap van een interkerkelijke studentenvereniging en het zelfstandig wonen in een grote stad, zouden velen zich onthechten van de eigen kerkelijke gemeente en/of kerkverband. Sommigen keren de kerk de rug toe, anderen stappen over naar een ander kerkverband. Harde feiten hierover ontbreken grotendeels. Een studie onder 18- tot en met 35-jarige jongvolwassen academici wil deze leemte wegwerken en onderzoeken in hoeverre klassieke geloofswaarheden en cultureel-christelijke opvattingen door deze groep wordt onderschreven en welke sociale factoren dit al dan niet in stand houden.