Them a
Leven met een handicap door huiselijk geweld
“Je raakt het nooit Verdeeld “Het blijft je achtervolgen, je krijgt levenslang”. Geweld in de huiselijke sfeer wierp een schaduw over haar leven. Nog erger was het onbegrip van de eigen predikant. “Hij geloofde me niet en het contact verliep stroef. Dat heeft me nog meer beschadigd dan de situatie thuis.”
De jonge vrouw uit het westen van het land heeft het zichtbaar moeilijk als ze haar levensverhaal vertelt. “Ik ben niet verbitterd, maar de reserve blijft.” De eerste traumatische ervaringen liggen inmiddels ruim dertig jaar achter haar. Maar ze duurden vele jaren voort en zijn niet uit te wissen. “Ik was zes jaar oud toen ons gezin verhuisde naar een andere wijk in mijn woonplaats. In de buurt waren wij de enigen met een christelijke afkomst. We werden er gepest.” Vervolgens, en dat was nog veel erger, sloop de narigheid het gezin binnen.
Agressie “Moeder raakte overspannen. Ze kreeg veel valium en je had niks aan haar. Later is ze een aantal maanden opgenomen. Bijna tien jaar was ze behoorlijk depressief. Toen begon het geweld in ons gezin. Vader was driftig, op het agressieve af. Hij was overigens opgegroeid in een gezin waarin geweld evenmin werd geschuwd. Hij ging regelmatig op de vuist met mijn oudste broers.” Bij het ouder worden van deze zoons, nam het geweld alleen maar toe. “Ze mepten terug en de klappen verplaatsten zich ook naar andere gezinsleden. Ik ben er vaak tussen gesprongen en kreeg er dan zelf van langs. Enkele tanden zijn een keer uit m’n mond geslagen. Die zijn er door een kaakchirurg weer ingezet. Een andere keer ben ik een keer zo hard tegen de trap gesmeten dat ik enige tijd niet gewoon adem kon halen. Ook ben ik een keer heel hard gestompt, toen ik m’n auto niet wilde uitlenen.” Aan het directe geweld in haar richting kwam een einde toen ze de meest gewelddadige broer dreigde met aangifte bij de politie. “Daarna ben ik nooit meer geslagen.” De thuiskomst van haar moeder, na de opname, had weinig effect. “Ze was nog steeds niet in orde”, aldus de jonge vrouw, die evenmin goede herinneringen bewaart aan de verschillende gezinshulpen die het gezin vaak draaiende moesten houden.
4 Eleoscript
Ze verliet al tamelijk jong het ouderlijke huis en vestigde zich in een andere woonplaats, waar ze een baan vond. Dat wil niet zeggen dat daarmee de narigheid ten einde was. “Het geweld thuis ging door en ik kwam er ook bij bezoeken mee in aanraking. Op een gegeven moment spatte het gezin als het ware uit elkaar. Een van beide broers, hij was inmiddels getrouwd, mocht niet meer thuis komen. Ondanks het feit dat hij nu niet meer agressief is en ook zijn excuses heeft aangeboden, is hij nog steeds niet welkom.
helemaal kwijt” Daardoor blijft ons gezin verdeeld. Als er wat meer begrip naar elkaar zou zijn, en erkend zou worden dat het voor ons allemaal een moeilijke tijd is geweest, zou er een keer ten goede kunnen komen. Maar het zal een wonder zijn, als dat nu nog gebeurt.”
Verlaten De traumatische ervaringen eisten hun tol. “Acht jaar lang had ik hulp nodig, na ruim drie jaar zonder hulp, heb ik momenteel weer gesprekken.” Hulpverlening was extra hard nodig, nadat zij zich tot haar predikant
wendde. “Ik vertelde mijn verhaal. ‘O ja joh’, zei hij op een toon, die mij het gevoel gaf dat hij mij niet geloofde. Ik had het gevoel dat ik me moest verdedigen. Ik weet dat ik in die tijd claimend was, maar door de opmerkingen die hij maakte, gaf hij mij het gevoel dat ik iets anders wilde dan een luisterend oor.” Ze wordt weer woedend als het ter sprake komt. “Het contact met de predikant heeft mijn klachten verergerd. Ik werd nog angstiger voor andere mensen en sloeg soms letterlijk op de vlucht. In die tijd voelde ik me van God en de mensen verlaten.” Langzaam ben ik uit het dal opgekrabbeld. “Ik ben een knokker. Dankzij mijn doorzettingsvermogen en cursussen heb ik een leuke baan en woon ik op mezelf.”
Handicap Ondanks haar teleurstellingen met het pastoraat heeft ze het geloof niet verlaten. “Op een gegeven moment heb ik God en de mensen gescheiden. Had ik dat niet gedaan, dan was het niet langer gelukt.” Dat wil niet zeggen dat ‘het’ voorbij is. “Je raakt het nooit helemaal kwijt. In feite heb je een soort handicap. Ik heb enkele goede kennissen en een goede vriendin, maar de reserve ten opzichte van anderen blijft.”
Ad Ermstrang
Nieuw aanbod Preventie & Dienstverlening ‘Ruzie in huis’ is een preventieve cursus voor kinderen die getuige zijn geweest van relationeel geweld. Geweld kan voor kinderen in het gezin veel negatieve gevolgen hebben voor hun ontwikkeling. Vaak vinden ouders het moeilijk om met hun kind te praten over het geweld. En veel kinderen praten niet, omdat ze denken dat ouders verdrietig of boos worden. Het is echter wel nodig voor kinderen dat zij erover praten. Daarom start regio Midden in het voorjaar een cursus voor kinderen in de leeftijd van 7-12 jaar. Doelstelling Bijdragen aan het voorkómen van psychische problemen bij kinderen, ten gevolge van de problemen in het gezin. Inhoud De kinderen leren hun gevoelens op een speelse manier herkennen en benoemen. Ze ontdekken dat het niet hun schuld is en dat ze niet de enigen zijn én dat het gebruik van geweld niet acceptabel is. Duur 8 wekelijkse bijeenkomsten en een terugkombijeenkomst van 1,5 uur. Daarnaast zijn er drie ouderbijeenkomsten. Tijdstip Data en tijd op aanvraag. De groep start bij voldoende aanmeldingen. Plaats Vestiging Ambulante Zorg, Printerweg 21/23 Amersfoort. Eleoscript
5
Them a
Roel Timmerman: “Zolang je er niet naar vraagt, bestaat het niet”
Huiselijk geweld is onzichtb Rangen of standen, kerkelijk of niet-kerkelijk, een hogere opleiding of ongeletterd. Huiselijk geweld
Timmerman mag worden getypeerd als een deskundige op het terrein van huiselijk geweld. Van de hand van de klinische psycholoog en psychotherapeut bij Eleos in Amersfoort verscheen vorige maand een boek over dit onderwerp. “Vaak ontstaat er bij gezinsgesprekken het vermoeden dat er meer aan de hand is”, weet hij. Daarom wordt in voorkomende gevallen bij Eleos nadrukkelijk geïnformeerd naar de wijze waarop ouders en andere gezinsleden met elkaar omgaan.
In z’n algemeenheid schaart de psychotherapeut regelmatig terugkerende confrontaties, zowel verbaal als fysiek, onder huiselijk geweld. “Elkaar met harde en kwetsende woorden aanvallen werkt soms traumatiserender dan slaan en roept ook veel onveiligheid op.” Tussen de twintig en de dertig ouders die het afgelopen jaar in de Amersfoortse vestiging van Eleos hun problemen met betrekking tot geweld in hun woningen bespraken, zijn wat Timmerman betreft het topje van de ijsberg. “Cijfers geven is een lastig karwei, vooral doordat meestal geen aangifte wordt gedaan. Algemeen wordt uitgegaan van zes gevallen van huiselijk geweld tegenover één aangifte.” Zo werden in 2003 in de regio Rotterdam 36.000 meldingen gedaan over gevallen waarbij geweld werd gebruikt; 4000 daarvan vonden plaats in de huiselijke sfeer. Illustratief is dat de melding van het aantal gevallen van huiselijk geweld in Amsterdam met 10 procent toenam nadat artsen en verpleegkundigen op de eerste hulpposten een training over dit probleem hadden gevolgd. Plotseling bleken allerlei verwondingen minder logisch dan eerder werd gedacht.
Strafbaar stellen
Motief
Timmerman, hoofd volwassenenzorg, moet glimlachen als de uitspraken van minister van Justitie Donner ter sprake komen. Onlangs liet de bewindsman weten iedere klap van een ouder strafbaar te willen stellen. Het leverde veel protest op, omdat daarmee ook de corrigerende tik van vader of moeder tot een misdrijf wordt verheven. “Op zich sta ik wel achter de uitspraken van Donner, omdat hij het probleem op deze wijze scherp neerzet en dicht bij de mensen brengt. Aan de andere kant voelen heel veel ouders goed aan wanneer zij een doorjengelend kind met een tik tegen de billen tot bedaren kunnen brengen”, aldus Timmerman. “Maar het is het mooiste wanneer je het zonder klap redt. En een keihard pak slaag dat je een uur later nog moet voelen, zoals een ouder me eens toevertrouwde, gaat ver over de schreef.”
Huiselijk geweld beperkt zich niet tot Amsterdam en Rotterdam en evenmin tot wat door sommigen als asociale wijken wordt gezien. Het komt in dezelfde mate voor op het platteland èn in de achterban van Eleos. Roel Timmerman stuit op “veel ongeloof en onhandigheid” binnen het pastoraat. “In onze gemeente gebeurt dat niet, zo hoor ik nog wel. Het is hetzelfde ongeloof als bij incest, waarvan inmiddels ook wel duidelijk is dat dat onze kringen niet voorbijgaat.” Met het zich verschuilen achter Bijbelse teksten over het gebruik van de roede, is Timmerman snel klaar. “Die teksten worden uit hun verband gehaald en gaan bovendien voorbij aan andere passages uit de Bijbel die aangeven dat je de ander niet tot toorn mag verwekken. Aan het grote liefdegebod mag niet worden voorbijgegaan. Altijd moet je je afvragen wat het motief is
komt overal voor. Het is wel vaak verborgen achter een wereld vol schaamte en smoezen. Het is net als met incest. Zolang je er niet naar vraagt bestaat het niet, is de ervaring van Roel Timmerman. “Het is onzichtbaar.”
6 Eleoscript
Topje van de ijsberg
aar om iemand te slaan. Gaat het om onmacht, machtswellust of onvermogen?”
psychiatrische stoornis. In het ergste geval kan dat leiden tot extreem geweld.
Eenzijdig
Time-outmethode
Huiselijk geweld leidt in met name reformatorische kring tot ingewikkelde vragen met betrekking tot het geloof, weet de psychotherapeut. “Het is vooral triest wanneer teksten worden gebruikt om zijn of haar gedrag te rechtvaardigen. Het doet ook iets met je geloofsbeleving. Hoe is geweld voor kinderen te rijmen met de opvatting dat de aardse vader in zijn gedrag een afspiegeling behoort te zijn van de hemelse Vader?” Hij stuit soms op een zekere eenzijdigheid. “Dan staat de aandacht voor het echtscheidingsverbod boven dat van het gebod over doodslaan, ook met woorden en gedachten. Het pastoraat laat het slachtoffer dan vaak in de steek.” Dominees of ouderlingen durven geen partij te kiezen en trekken zich terug. De Eleos-psychotherapeut betreurt dat. “Als je niks doet laat je toe dat kinderen worden mishandeld of ouders elkaar slaan. In het geval van kinderen stappen wij tegenwoordig naar het meldpunt voor kindermishandeling als ouders hun verantwoordelijkheid niet nemen.”
Als er sprake is van huiselijk geweld, wordt direct gekeken naar de impact daarvan binnen het gezin. “Primair gaat het om het stoppen van geweld. Wij gebruiken daarbij de time-outmethode. Die is erop gericht dat de veroorzaker zelf zich tijdig terugtrekt. Als hij of zij is afgekoeld, mag er bij het eerste contact niet over het probleem worden gesproken. Meestal lukt het op die wijze in vijf tot tien sessies het geweld uit te bannen. Wij geven die gevallen voorrang op de wachtlijst. Pas daarna gaan we over tot de reguliere hulpverlening.” Ook voor agressieve kinderen is er een behandelmethode, gericht op het uitbannen van geweld.
Onmacht Niet alleen kinderen zijn slachtoffer; mannen slaan vrouwen en andersom. Mannen staan in 80 procent van de gevallen als dader te boek, maar vrouwen blijken vaker te beginnen. Bovendien zijn ze verbaal sterker dan mannen en maken meer gebruik van het woord om de man te kwetsen. “Meestal is het slachtoffer op een bepaalde manier ook een beetje dader, omdat hij of zij onmachtig is met het probleem om te gaan. Verkeerde of gebrekkige communicatieve vaardigheden liggen hieraan ten grondslag. Ook in de opvoeding.” Bij een hele grote groep ligt onmacht ten grondslag aan de problemen. Onmacht die soms is ontstaan doordat in de jeugd zich soortgelijke problemen voordeden. Een enkele keer is er bij geweld sprake van een
Voorkomen Belangrijker vindt Roel Timmerman het voorkómen van verbaal of fysieke geweld. “Er is nog een wereld te winnen.” Hij denkt bijvoorbeeld aan opvoedingscursussen, huwelijkscatechese en preventieprogramma’s voor kinderen die getuige zijn geweest van geweld. “Daar ligt ook een belangrijke taak voor het pastoraat. Ook in het onderwijs is het respectvol met elkaar omgaan tegenwoordig een belangrijk thema. Het onderwerp past in een breed kader, denk maar aan de veilige school waarover zo vaak wordt gesproken. Ik hoop dat de minister de daad bij het woord voegt en voor dit soort zaken geld beschikbaar stelt.” Zijn boek bevat, naast veel informatie, ook een aantal realistische interviews. “Met aangrijpende verhalen. Mijn vrouw heeft een keer de verzuchting geslaakt niet te begrijpen wie zoiets zal lezen.” Van Timmerman hoeft ook niet iedereen het werk ter hand te nemen. “Ik ben al tevreden als het pastoraat het leest. Tegelijk denk ik dat veel slachtoffers, maar ook daders, zich in de verhalen zullen herkennen.”
Ad Ermstrang
Eleoscript
7
Them a
Huiselijk geweld en de kerk
“Ook in de k met huiselij
Dominee C. J. Meeuse, predikant van de gereformeerde gemeente in Apeldoorn, aarzelt even als hij het verzoek krijgt wat te zeggen over huiselijk geweld. “Het gaat hier natuurlijk over zaken die onder het ambtsgeheim vallen. Ik kan dus niet al te concreet zijn, maar moet me beperken tot algemeenheden. Maar ook in de kerkelijke gemeenten
ging in beide gevallen om geweld van de zijde van een vader, zowel tegen zijn vrouw als tegen zijn kinderen. Je schrikt daar heel erg van en kunt niet begrijpen dat de daders van dat geweld het proberen te verdedigen of zelfs goedpraten.” Psychisch geweld komt volgens de predikant “helaas veel voor en is dikwijls moeilijk te bestrijden. De dader beseft meestal niet dat hij de ander -vrouw, man of kinderenniet voldoende levensruimte gunt, en verdrukt.” Het blijkt dat gemeenteleden niet gemakkelijk over huiselijk geweld praten, ook niet met de predikant of een andere ambtsdrager. “Eens gebeurde het me dat een weduwe pas na de dood van haar man vertelde dat hij aan het zogenaamde ‘flagellantisme’ (drang om te geselen, red.) leed, en daarbij een karwats (zweep, red.) voor zijn vrouw gebruikte. Hij was er toen niet meer op aan te spreken. Had ik het tijdens zijn leven geweten dan zou ik inderdaad, met toestemming van zijn vrouw, daarover een gesprek begonnen zijn”, aldus ds. Meeuse.
hebben we helaas met deze kwestie te maken.”
Vooraf vindt de predikant het belangrijk onderscheid te maken tussen fysiek geweld en psychisch geweld. “Daarnaast moeten we er oog voor hebben dat het van de kant van ouders, maar ook van de kant van kinderen kan komen. Ook is het mogelijk dat er geweld wordt gebruikt tussen de ouders, tussen de kinderen onderling, of tussen ouders en kinderen. Te gemakkelijk denken we bij huiselijk geweld alleen aan lichamelijk geweld. Psychisch geweld is algemener en niet minder schadelijk. Ik denk dat we het begrip ‘huiselijk geweld’ eerst moeten definiëren, om niet in de strik te vallen dat we iedere pedagogische tik ook onder deze noemer brengen. Aan huiselijk geweld denk ik als er sprake is van misbruik, van fysiek of psychisch overwicht, waardoor schade wordt aangericht aan gezinsleden die daar niet tegen opgewassen zijn. Bedenk daarbij dat fysieke mishandeling ook psychische schade kan veroorzaken.” De eerste voorvallen in eigen pastorale praktijk betroffen twee zaken die ongeveer tegelijk speelden. “Het
8 Eleoscript
Komt het in onze gezinnen voor dat ouders lichamelijk geweld tegen hun kinderen verdedigen met bijbelteksten als “Spaar de zoon de roede niet…”? “Het zal zeker voorkomen, maar ik heb dit zo niet meegemaakt. Als we het hebben over ‘mishandelen’ dan zal bedoeld worden dat men zich te buiten gaat in woede of drift, of dat men met satanisch vermaak een kind kleineert en psychisch stukmaakt. Wel maakte ik het mee in een krakend huwelijk dat de man zijn vrouw verkrachtte, met verwijzing naar de tekst dat niet zij maar hij de “macht had over haar lichaam.” Ik heb hem erop gewezen dat het daar over ‘volmacht’ gaat en niet over dwang. Ook heb ik uitgelegd wat het verschil is tussen als een beest bij je vrouw te wonen en ‘met verstand’.” Hoe ziet u dit, opvoeding en straffen? “Bij de opvoeding is ongetwijfeld een belangrijk aspect het aanbrengen van grenzen waar men niet overheen mag gaan. Doet men toch wat verboden is, dan moeten er sancties zijn. Het mooiste is het als dit met woorden kan. Is een kind in een koppigheidsperiode dan zal afleiding nog wel eens kunnen helpen. Straf en zeker slaag is het allerlaatste waar je de toevlucht toe neemt. Zonder tucht zal het evenwel niet gaan. Zo lezen we dat in de Spreuken van Salomo. Toch moeten we het tuchtigen van
kerk hebben we helaas jk geweld te maken” Foto: Sjaak Verboom
onze kinderen niet overdrijven, in de zin van: veel slaag is goed. Er zijn kinderen die nooit een tik nodig hebben. Sommigen hebben een zacht karakter, dat door een vermaning al zwicht. Een volgende poging om terecht te wijzen is boosheid te tonen. Boosheid is voor een kind het schijnbaar verbreken van de liefdesrelatie. Het schijnt dat vader of moeder geen liefde meer heeft tot het kind. Vandaar de reactie bij jongere kinderen. Men zegt wel eens: je slaat ze naar je toe. Dat geldt dan wel van het kind onder de twaalf jaar en als er gestraft wordt uit liefde. Dan heeft bij een tik de ouder de meeste pijn. Salomo zegt in Spreuken 19:18: “Tuchtig uw zoon, als er nog hoop is; maar verhef uw ziel niet, om hem te doden.” Hij doelt hier ongetwijfeld ook op een te hard optreden bij de wilsopvoeding, waarbij men ernstige schade aan kan richten in de kinderziel.” Wat is uw insteek, pastoraal gezien, wanneer u te maken krijgt met huiselijk geweld in een kerkelijk gezin? “Is het fysiek geweld, dan zal ik zo snel mogelijk tussenbeide komen. Een man mag zijn vrouw niet slaan, een vrouw haar man niet. Ook dat laatste komt voor. Luistert men en stopt het, dan kan de zaak uitgesproken en vergeven worden. Lukt het niet, dan halen we degene die geslagen wordt, weg bij de echtgenoot, maar proberen we toch te werken aan herstel van het huwelijk. Beide heb ik meegemaakt. Geldt het overmatige slaan van kinderen, dan zul je toch eerst proberen het zo snel mogelijk te stoppen. Lukt het niet -wat ik nog niet meegemaakt heb- dan zou er ingegrepen moeten worden door middel van voor handen zijnde hulpverlenende instanties.” Huiselijk geweld en het zevende gebod kunnen met elkaar te maken hebben. Kent u situaties waarin je moet zeggen: als er nu geen scheiding komt, dan kan het wel eens op moord uitlopen? En hoe ga je daar mee om als kerk? “Helaas zijn er zulke gevallen. Als er de dreiging van moord is, dan haal je het slachtoffer tijdig weg; als er bewijzen zijn desnoods met behulp van de politie. We proberen dan toch weer aan herstel te werken. Zijn er geen mogelijkheden dan zal de kerk berusten in een
scheiding van tafel en bed. Ieder geval staat evenwel op zich. Ook zal de kerkelijke censuur in zo’n geval gebruikt worden als middel om de dader tot inkeer en schuldbelijdenis te brengen.” Er is bij slachtoffers nogal eens iets van: laten we er maar niet mee naar buiten komen, we worden toch niet geloofd. Hoe ziet u hierin de taak van een ambtsdrager? “Meestal komt het verzwijgen voort uit de begeerte om geen vuile was buiten te hangen. Krijgen ambtsdragers kennis van huiselijk geweld, dan moet er eerst een grondig onderzoek gedaan worden. Wel te verstaan: ambtsdragers zijn geen rechercheurs. Zij mogen niet afgaan op geruchten. Zijn er evenwel bewijzen, dan moet onderzocht worden wie de schuldige is. Ik denk niet dat men meteen de bemoeienis van de overheid moet zoeken, maar eerst moet proberen het te stoppen. Pas als het niet lukt, moet er ruchtbaarheid aan gegeven worden.” Denkt u dat het goed is dat de kerk de jonge mensen ook goed voorbereidt op het huwelijk? Door huwelijkscatechese bijvoorbeeld? “Ja. Dit kan op de catechisatielessen gebeuren bij de behandeling van het zevende gebod. Ook is een uitvoerig huwelijksgesprek wenselijk, waarin allerlei haken en ogen van het huwelijksleven aan de orde gesteld kunnen worden. In het geheel van de gemeente is het nuttig af een toe een aantal huwelijkscatechisaties, of hoe je het noemen wilt, te houden, waar ieder komen kan die belang heeft bij de optimalisering van het huwelijksgeluk. Zo heb ik vorig jaar een viertal avonden belegd over het huwelijk. Wie weet wat de waarde is van een harmonisch huiselijk leven, zal zich graag inspannen om dit ook bij anderen te bevorderen. Niemand die hierin zo gewillig en bekwaam is als de Zaligmaker, Die ons leert wat zelfverloochenende liefde is tot in Zijn kastijdingen toe.”
Wim van Egdom
Eleoscript
9